Mailwisseling Hans Baaij en Wim van den Brink



Vergelijkbare documenten
Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Hoofdstuk 2. Contact maken, inlichtingen verstrekken en onderhandelen

Uitslag onderzoek Diervriendelijk vlees? EénVandaag Opiniepanel deelnemers Oktober 2009

STICHTING VARKENS IN NOOD

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Winkelopenstelling op zondag Resultaten en conclusies

Z I N S O N T L E D I N G

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Eindrapportage Huurderstevredenheidonderzoek 2015 uitsplitsing naar kernen. Van goed naar beter

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

STICHTING VARKENS IN NOOD

STICHTING VARKENS IN NOOD

Introductie. Supermarktmonitor februari 2011 Varkens in Nood

Maatschappelijke Zorgboerderij. Amatheon. Nikki van Berlo. Jasmijn Borms. Joy Willems T4B

Nieuwsbrief. Mei Ouderavond. De dieren van de Speelhoeve

Brenda Eekhof. Hallo Brenda,

Diervriendelijke keuzes door consumenten

WAKKER DIER: (ON)WETENDHEID OVER JONG DIER OP BORD

STICHTING VARKENS IN NOOD

STICHTING VARKENS IN NOOD

WAARDE VAN ADVIES DE WAARDE VAN ADVIES VAN INTERMEDIAIRS. Avéro Achmea P13628

Bouwen voor de consument

De toekomst van rosé kalfsvlees Paul Meeuwissen Vitelco BV

ROFFELTJE. Hij ziet het niet

Herkomst en Dierenwelzijnseisen

Operator Handleiding DateLive.nl

Waarom mensen zich niet verdiepen in partnerpensioen

We stellen de resultaten graag aan u voor op een informatievergadering. U zult hiervoor worden uitgenodigd in de loop van het najaar van 2009.

eerste leerjaar

INZETBAARHEIDS ASSESSMENT

Wat vinden bedrijven?

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.]

Interviewfragmenten. Vraag 1: Heeft u een zeer goede, goede, redelijke of slechte gezondheid?

Wat is realiteit? (interactie: vraagstelling wie er niet gelooft en wie wel)

DE KRACHT VAN HET BETER LEVEN KEURMERK 1-METING

STICHTING VARKENS IN NOOD

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

Wijs Worden. werkboek. deel 1 DAMON

Onderzoek naar. Eigen Risico 2010

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

Ik ben de Klomp. Europees landbouwbeleid groep 5-6. De Klomp is een boer. Wel een hele aardige boer. Maar wel met een boer n accent.

Uw Groenteman Eddy Pleiter neede

Les 1 Vragen stellen Leestekst: De tandarts

Een aantal depothouders blijkt wel degelijk leidinggevende taken te hebben terwijl betrokkene wordt betaald volgens de cao postbezorgers

Onderzoek werven via social media: veel aanwezigheid, weinig interactie

Competentiescan Klant exemplaar

1. Welke mogelijke risicobronnen* bevinden zich volgens u in uw woonomgeving? (binnen een straal van ongeveer 500 meter)

360 feedback 3.1 M. Camp Opereren als lid van een team Omgaan met conflicten Omgaan met regels

Introducties telefonisch interview

Effectieve samenwerking: werken in driehoeken

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/257

Rapportage resultaten enquête project derdengelden

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

D E P A U L U S C A K E of de suiker is niet méér waard dan het zout

Twee hanen. Theodoor van Hoytema. bron Theodoor van Hoytema, Twee hanen. A.G. Schoonderbeek, Laren dbnl

De vetzuursamenstelling van producten vleesbereiding en vleesproducten. Datum 7 oktober 2013

Rapport. Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/086

Rapport. Verzoeker De X. te Almelo, verder te noemen verzoeker. Het verzoek is ingediend door de gemachtigde, de heer Y.

Hieronder vind u het uitgetypte interview dat ik met mijn telefoon heb opgenomen

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Vlees. Waar gaat deze kaart over? Keuring. Wat wordt er van jou verwacht? Vlees eten hoeft niet. Algemeen. Inkopen van vlees

Roos van Leary. Mijn commentaar betreffende de score Mijn score was 4 punten van de 8.

BOER IN DE BUURT DIT IS HET WERKBOEK VAN:...

Bijlage 8 De enquêtes

21 Niveaus van interveniëren in groepen 22

Aandacht geven op afstand

EU Commissie: CE markering van drainagesystemen in groene daken wel verplicht! Bouwproducten zijn geen speelgoed

Feedback Project Ergonomisch Ontwerpen

Klanttevredenheidsonderzoek

Het Groninger Stadspanel over LGBT. Meningen over bi- en homoseksualiteit en transgender in Groningen stad

Klanttevredenheidsonderzoek

étumé Daalseweg GE Nijmegen KvK

Rapportage patiëntenenquête

Nieuwskraker. Wat komen gaat. Verderop in deze Nieuwskraker: de special van groep 5a.

In het rood mijn reactie ik vind overigens in het onderstaande niets terug van mijn bericht aan Wouter Klootwijk.

Wat eten we vanavond?

NYSE Euronext Optiecompetitie 2010 Resultaten, statistieken en evaluatie

Klanttevredenheidsonderzoek

Beertje Anders. Lief zijn voor elkaar. Afspraak 2

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst.

Onderzoeksrapport. Wat voor mediamaker ben jij? November Een onderzoek onder kinderen naar de normen & waarden op sociale media

Vara - Kassa 3 Resultaten Aflevering 6 winkelpersoneel 1 12 juni 2007

Bijkomende informatie:

Rapport. Datum: 15 april 2005 Rapportnummer: 2005/121

Bezoekersenquête boerenmarkten in Den Haag, Delft en Schiedam

Die Jezus volbracht in zijn leven, toen hij in de wildernis leefde

Branche Slagerijen. Omschrijving. Visie. Trends

ADHD: je kunt t niet zien

Feedback aan leerkrachten

MOTIVATIE-ONDEZOEK MEDEWERKERS

Een land waar. mensen goed geïnformeerd zijn over handicaps

Project Alcohol 2014

Een pak melk moet meer rendement opleveren! Symposium 3D Schets Melkveehouderij

Het DIER is DING geworden

Ik weet dat mijn gegevens anoniem zullen worden toegevoegd aan een databestand dat voor wetenschappelijke doeleinden gebruikt wordt.

Klein Kontakt. Jarigen. in april zijn:

Centrum van Horst Wonen Limburg

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1

Consument heeft minder vertrouwen in voedsel Duurzaamheidkompas #10 thema: Vertrouwen in voedsel

Transcriptie:

Mailwisseling Hans Baaij en Wim van den Brink Dit is de mailwisseling die wij hadden met Hans Baaij (Varkens in Nood) en Wim van den Brink (Koninklijke Nederlandse Slagersorganisatie) naar aanleiding van de uitzending van TROS Radar op 26-10-2009. Op vrijdag 6 november stuurt Wim van den Brink (KNS) ons: Hans Baaij van Stichting Varkens in Nood gaf in het programma Radar aan dat 99% van de dieren wordt geslacht in grote slachterijen. Slagers die aangaven dat het vlees in de toonbank afkomstig is uit de regio werden daardoor als ongeloofwaardig neergezet. Door een verkeerde weergave van de feiten is schade ontstaan aan de geloofwaardigheid van de slagers. In werkelijkheid klopt de stelling van de Stichting Varkens in Nood niet en bestaat er een heel andere verdeling. In totaal slachten de grote slachterijen geen 99% van de dieren, maar slechts 69%. Regionale slachterijen zijn goed voor 30% en de kleine slachterijen, waaronder de zelfslachtende slagers, slachten jaarlijks 1% van de varkens, runderen en kalveren. Er blijkt dus regionaal voldoende aanbod te zijn om slagers te voorzien. Hierdoor kan het overgrote deel van de slagers wel degelijk en met recht aan de consument aangeven waar hun vlees vandaan komt. Bijlage cijfers (zie volgende pagina) 1

Bijlage cijfers Slachterij Grootte klasse Aantal slachtingen x 1.000 Aandeel Varkensvlees Groot > 1.000.000 9.717 68,1% 10.000- Midden* 1.000.000 4.562 31,2% Klein** < 10.000 103 0,7% Slachterij Grootte klasse Aantal slachtingen Aandeel x 1.000 Rundvlees Groot > 100.000 209 40,7% Midden* 500-100.000 284 55,1% Klein** < 500 21 4,1 % Slachterij Grootte klasse Aantal slachtingen x 1.000 Aandeel Kalveren blank Groot > 100.000 991 90,3 % 1.000-100.000 105 9,6 % Midden* Klein** < 1.000 1 0,1 % Kalveren rosé Groot > 10.000 347 96,9 % Midden* 1.000-10.000 5,7 1,6 % Klein** < 1.000 5,6 1,5 % * regionale slachterijen ** o.a. zelfslachtende slagers Uit deze slachtaantallen mag worden geconcludeerd dat 31% wordt geslacht door deze twee groepen en derhalve 69% door de grote slachterijen. Op maandag 9 november reageert Hans Baaij (ViN): Op 13.20 zegt Antoinette dat Radar zowel supermarkten als slagers heeft bezocht. Bezien we alle geslachte dieren in Nederland (en de meeste mensen denken dan ook aan slagers verbonden aan supermarkten en horeca-slagers) dan is het marktaandeel van slagers circa 13%. 2

Sowieso komt dan iets van 87% van alle dieren van grote slachterijen. De discussie gaat dus over het 13% marktaandeel van de slagers. Vervolgens is de discussie wat men onder grote slachterijen verstaat. KNS vindt een slachterij die meer dan 1.000.000 varkens per jaar slacht groot. Ik zelf vind een slachterij met 10.000 varkens per jaar al best groot. Het is maar wat je veel vindt. Hou je die lagere norm aan dan komt KNS zelf op gemiddeld 1,6% uit wat betreft het aandeel van kleine slachterijen. Dus dat is ongeveer wat ik ook zeg. Tellen we kippen mee, dan komen we nog veel lager uit. Wat ik aangaf met hetgeen ik zei, is dat de meeste slagers geen individuele dieren uitkiezen. Dat geldt misschien wel eens voor een rund, zelden voor een varken en nooit voor een kip. Milieukeur de Hoeve levert bijvoorbeeld aan de Keurslagers. Ze slachten iets van 11.000 varkens per week, maar voor zover mij bekend houden ze niet bij welk varken van welke boerderij komt en naar welke slager gaat en dat maakt ook niets uit, want alle varkens van Milieukeur de Hoeve zijn hetzelfde. Hieronder staat de reactie op de website van KNS Ik heb de behoefte namens de KNS en de slagers in Nederland te reageren. De wijze waarop de slagers hun inkoop doen, valt ruwweg in drie delen uiteen. 1. de zelfslachtende slager die levende dieren inkoopt en slacht voor eigen verkoop. 2. de slager die levende dieren inkoopt en bij een kleine regionale slachterij laat slachten 3.. de slager die geslacht inkoopt en dat veelal doet bij diezelfde kleine regionale slachterijen. Ongeveer 30% van de slachtingen in Nederland worden verzorgd door zelfslachtende slagers en kleine regionale slachterijen. Gezien het marktaandeel van de slager is deze productie voldoende groot om in de inkoopbehoefte van de slager te voorzien. De slager hoeft dus niet naar de grote slachterij en bovendien is de slager gezien zijn inkoopvolume helemaal niet interessant voor die grote slachterij. Uit dit voorbeeld volgt niet dat meer dan 1% van de slagers hun dieren uitkiezen. Punt 3 is wrs het overgrote deel van hetgeen de slagers regionaal inkopen. 70% is van grote slachters. Ik begrijp dan ook het issue niet, als men het overgrote deel bij grote en middelgrote slachters 3

inkoopt zonder de dieren te kennen dan moet men het ambachtelijke met een korrel zout nemen (lijkt mij) Een kennelijk gebrek aan inzcht bij de heer Baaij leidt op deze manier tot een foutieve interpretatie van de cijfers en tot verkeerde conclusies met een zeer tendentieuze berichtgeving die de slagers in Nederland volstrekt ten onrechte in een kwaad daglicht stelt. Ik begrijp de klacht niet echt. Maar een klein deel komt niet van de lopende band en hoe klein dat deel is, is afhankelijk van de definitie van middengrote slachterijen. Op maandag 9 november mailen wij aan Wim van den Brink: Bedankt voor het mailen van de gegevens. We hebben er naar gekeken en er blijft ons nog een aantal dingen onduidelijk. Ik heb ter ondersteuning de letterlijke tekst van de betreffende quote van Hans Baaij bijgevoegd. Ten eerste valt het me op dat het slachten van kippen niet is meegenomen. Hans Baaij geeft aan dat hij praat over alle dieren die jaarlijks geslacht worden. Waarom heeft u die cijfers niet meegenomen? Ten tweede heeft Hans Baaij het over slagers die direct contact hebben met de boeren en individueel dieren uitkiezen. Is dat volgens u meer dan 1%? Ten derde geeft u aan dat 30% door regionale slachterijen wordt geslacht. Volgens Hans Baaij worden in de regionale slachterijen ook jaarlijks grote getale dieren geslacht. Dat wordt overigens bevestigd door uw eigen cijfers. Gaan de slagers persoonlijk langs deze regionale slachterijen om de dieren individueel uit te kiezen? Graag zou ik u er nogmaals op willen wijzen dat Hans Baaij degene is die de bewering doet in de uitzending. Op vrijdag 13 november reageert Wim van den Brink: Uw vragen laten zich als volgt beantwoorden. Het antwoord op de eerste vraag is heel simpel. Slagers slachten geen kippen. Voor het antwoord op de tweede en derde vraag maak ik gebruik van een reactie die ik op de website van slagerswereld heb gegeven. 4

http://www.slagerswereld.nl/nieuws/kns-tros-radar-stelt-slagers-inkwaad-daglicht-(1554).html De wijze waarop de slagers hun inkoop doen, valt ruwweg in drie delen uiteen: 1. de zelfslachtende slager die levende dieren inkoopt en slacht voor eigen verkoop. 2. de slager die levende dieren inkoopt en bij een kleine regionale slachterij laat slachten. 3. de slager die geslacht inkoopt en dat veelal doet bij diezelfde kleine regionale slachterijen. Ongeveer 30% van de slachtingen in Nederland worden verzorgd door zelfslachtende slagers en kleine regionale slachterijen. Gezien het marktaandeel van de slager is deze productie voldoende groot om in de inkoopbehoefte van de slager te voorzien. De slager hoeft dus niet naar de grote slachterij en bovendien is de slager gezien zijn inkoopvolume helemaal niet interessant voor die grote slachterij. De eerste en tweede categorie hebben direct contact met de boer. De tweede categorie zijn namelijk meestal ex zelfslachtende slagers die met het zelf slachten zijn gestopt door stijgende kosten vanwege alsmaar toenemende regelgeving. Deze categorie bevat enkele honderden slagers en is veel groter dan categorie 1. Ik heb hiervan geen exacte aantallen. Deze worden binnenkort onderzocht in het kader van een project duurzame slager wat door de KNS wordt ontwikkeld. Wat betreft de derde categorie gaan de slagers veelal bij deze slachterijen langs om de door hen verlangde kwaliteit vlees uit te zoeken. Deze kwaliteit is vaak gekoppeld aan specifieke soorten dieren. De bewering dat bijna alle kleine slachterijen zouden zijn verdwenen, is onjuist. Natuurlijk gaat het daarbij om de vraag wat hierbij onder klein verstaat. Wij bedoelen met een kleine slachterij een meestal van oudsher zelfslachtende slager die ook voor collega slagers is gaan slachten. Deze schaalvergroting is absoluut noodzakelijk vanwege de eergenoemde kostenstijgingen. Daarmee kunnen kleine regionale slachterijen in stand worden gehouden. Dat is ook van belang om voor boeren in de regio om zogenaamde noodslachtingen kunnen doen van in nood geraakte dieren. 5

Daarvoor hoef je bij een grote slachterij niet aan te kloppen. Nog een slotopmerking. In de door u meegezonden tekst wordt slager Mulder uit Hilversum geciteerd. Uit contact met deze slager is nu juist gebleken dat hij tot de tweede categorie behoort en ten onrechte in een kwaadlicht wordt gesteld. Vandaar mijn conclusie in de reactie op de website van slagerswereld, namelijk: Een kennelijk gebrek aan inzicht bij de heer Baaij leidt op deze manier tot een foutieve interpretatie van de cijfers en tot verkeerde conclusies met een zeer tendentieuze berichtgeving die de slagers in Nederland volstrekt ten onrechte in een kwaad daglicht stelt. Hans Baaij reageert op woensdag 18 november als volgt: Prima als jullie deze mailwisseling op de site zetten - ik zou daarbij wel de grootte van categorie 2 vermelden; uit mijn hoofd gaat dat om 10.000 tot 100.000 dieren per jaar. Dat vind ik groot, ook al is dit regionaal. Daarbij doelde ik ook op supermarkten, en ook Antoinette sprak over op bezoek gaan bij supermarkten en slagers. Aangezien de slagers maar 13% marktaandeel hebben, komt 87% in ieder geval van grote slachters. De opmerking over de kippen is heel flauw. ik ben het volstrekt oneens dat er zeer tendentieuze berichtgeving van mijn kant is. Onze boodschap is: de productie van vlees is meestal slecht voor dier en/of milieu, maar daar gaan de slagers niet op in. Ze focussen op een detail om hun verongelijktheid te uiten. Beetje sneu allemaal. 6