Eric Matto Onderdirecteur Monetaire en Economische Zaken Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten



Vergelijkbare documenten
Eric Matto Onderdirecteur Monetaire en Economische Zaken Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten

Nederl. n de N. nk van Ban. Willemstad, 13 april 2007

Uitdagingen lokale. Eric Matto Centrale Bank van Curacao en Sint Maarten

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Prakash Mungra General Manager Supervisory Issues CBA. I.h.k.v. Pensioenseminar georganiseerd door Arubaans Pensioen Platform op

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Duurzame energie als beleggingsalternatief op de kapitaalmarkt van Curaçao en Sint Maarten

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni Samenvatting:

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingen institutionele beleggers met 7 procent toegenomen

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2015 t/m 31 maart 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

Economische ontwikkelingen in 2013 en vooruitzichten voor 2014

Kwartaalbericht Pensioenfonds Vliegend Personeel KLM 1. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

De Nederlandsche Bank. Statistisch Bulletin maart 2009

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Vraag Antwoord Scores

Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn))

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015.

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Herstel van de verzekeringsbranche in 2003

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting:

Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Financiële positie ABP versterkt in tweede helft 2009

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

Beleggingen institutionele beleggers stijgen naar 1,7 biljoen euro halverwege 2012

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2015 t/m 30 september Samenvatting:

Presentatie beleggingsresultaten eerste kwartaal 2018 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen

Het managen van balansen, risico s, risicoprofielen waar u allen druk mee bezig bent, herken ik dus goed.

Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

beleggingen n van institutionele beleggers in 2008

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal januari 2015 t/m 31 maart 2015

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds VIERDE KWARTAAL In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6

Uw pensioen en uw risicobereidheid

Update april 2015 Beleggen

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2015 t/m 30 september 2015

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Tradealot Obligatie II van Tradealot B.V.

De financiële situatie van Pensioenfonds UWV vanaf 31 augustus 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Derde kwartaal juli 2013 t/m 30 september 2013

DOUBLEDIVIDEND OUTLOOK 2015 KWALITEIT ONAFHANKELIJK BETROKKEN

STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland in liquidatie

Renteprofiel en Risico-analyse

Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af

Beleggen Risico Inventarisatie

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2013

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Eerste kwartaal januari 2013 t/m 31 maart 2013

Klantprofiel vermogensopbouw (Dit klantprofiel vormt een eenheid met de klantinventarisatie)

Beleggen in Maar hoe moet de gemiddelde belegger daar nou mee omgaan?

Persbijeenkomst jaarverslag ABP Amsterdam, 11 mei 2009

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni 2016

Institutionele beleggers verwachten meer te beleggen in vastgoed

Risicoprofiel 123 INFORMATIE

Gemengde verwachtingen institutionele beleggers over vastgoed

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2017 t/m 30 juni Samenvatting:

Transcriptie:

Slide 1 Eric Matto Onderdirecteur Monetaire en Economische Zaken Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 1

Slide 2 Inhoud 1. Beleggingsregel institutionele beleggers. 2. Karakteristieken beleggingen institutionele beleggers. 3. Lokale kapitaalmarkt. 4. Conclusies. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 2 Beleggingsregel: Wat houdt die regel in? Waarom is die regel er? Welke versoepelingen zijn de afgelopen jaren doorgevoerd? Beleggingskarakteristieken: Samenstelling van de beleggingsportefeuille. Rendementsontwikkeling in enkele beleggingsinstrumenten. Impact daarvan op de instellingen. In welke richting moet de lokale kapitaalmarkt ontwikkeld worden voor een voldoende aanbod van aantrekkelijke beleggingsmogelijkheden?

Slide 3 Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 3

Slide 4 Doelstellingen CBCS 1. Het bevorderen van de stabiliteitvan de waardevan de geldeenheid van de Landen. 2. Het bevorderen van de gezondheid van het financiële systeem van de Landen. 3. Het bevorderen van een veilig en efficiënt betalingsverkeer in de Landen. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 4 Doelstellingen CBCS zijn in artikel 3, lid 1 van het Centrale Bankstatuut opgenomen. 1e doelstelling betreft het monetaire toezicht; beleggingsregel is onderdeel van het monetaire toezicht. 2e doelstelling betreft het bedrijfeconomische of prudentiele toezicht.

Slide 5 Monetair toezicht Handhavingvastekoersvan de NAf/CMg met de US$ (US$ 1 = NAf 1,79 sinds1971). Operationele doelstelling: handhaving niveau officiële reserves (excl. goud) om 3 maanden importen te kunnen dekken. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 5

Slide 6 Importdekking 6.0 5.0 4.0 3.0 2.0 Importdekking Norm 1.0 0.0 Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 6 De grafiek toont aan dat de importdekking vanaf 2002 rond de norm fluctueert en dat we vanaf 2009 ruim boven de norm zitten. Dit komt vooral door de schuld-sanering, maar in 2009 daalden ook de importen a.g.v. lagere grondstofprijzen en de lichte krimp van de economie. De vaste koppeling met de dollar is daarom solide.

Slide 7 Instrumenten monetair toezicht 1. Monetair beleid. 2. Deviezenbeleid: Vergunningen voor kapitaaltransacties; Beleggingsregel voor institutionele beleggers. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 7 Monetair beleid: vooral gericht op de beinvloeding van de bedrijfsactiviteiten van de lokale banken. Ik ga daar echter vandaag niet verder op in. Deviezenbeleid: Voor bepaalde kapitaaltransacties is een vergunning van de centrale bank vereist. In principe worden deze vergunningen altijd versterkt. Het dient vooral een informatiedoel voor een complete en correcte registratie in de betalingsbalans (kapitaaltransacties betreffen doorgaans grote bedragen). Echter, in een crisissituatie (bijvoorbeeld een sterke afname van de deviezenreserves) biedt het de mogelijkheid om transacties te verbieden.

Slide 8 Beleggingsregel Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7: aan lokale verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsenwordt een algemene vergunning verleend om in het buitenland te beleggen, mits minimaal volgens de volgende formule lokaal wordt belegd: 40% van de eerstenaf 10 mln. aanvoorzieningenen schulden; 50% van de tweedenaf 10 mln. aanvoorzieningenen schulden; 60% van de resterende voorzieningen en schulden. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 8

Slide 9 Beleggingsregel Motieven voor deze regel: 1. Bescherming deviezenreserves. 2. Bevorderen dat lokale besparingen aangewend worden voor de ontwikkeling van de lokale economie. 3. Ontwikkeling lokale kapitaalmarkt. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 9 Opmerkingen bij bullets 2 en 3 2. Het is van belang dat een deel van de lokale besparingen wordt gebruikt voor de financiering van projecten die een bijdrage leveren aan de duurzame ontwikkeling van de economie en daarmee de toekomstige welvaart van de spaarders. 3. Door ervoor te zorgen dat er financiele middelen beschikbaar zijn om lokaal te investeren, wordt de ontwikkeling van beleggingsproducten gestimuleerd, waardoor de verdere ontwikkeling van de lokale kapitaalmarkt wordt bevorderd.

Slide 10 Beleggingsregel Knelpunten: 1. Aanbod lokale beleggingsmogelijkheden tegen een aanvaardbaar(concurrerend) rendement- /risicoprofiel. 2. Prudentieel toezicht institutionele beleggers. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 10 Beschikbaarheid van lokale beleggingsmogelijkheden met een aanvaardbaar rendement- /risicoprofiel wordt vaak te beperkt gevonden. Het prudentieel toezicht is gericht op een adequate dekking van de toekomstige (pensioen)verplichtingen. Beleggingsbeslissingen van de instellingen om die dekking te realiseren, kunnen gehinderd worden door de beleggingsregel.

Slide 11 Beleggingsregel 1e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7A van 1 oktober 2005 Onder bepaalde voorwaarden mogen lokale institutionelebeleggersextra beleggingen in het buitenland doen indien daar tegenover een even groot bedrag aan kwalificerende lokale beleggingen staat. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 11 Gegeven deze knelpunten en de adequate importdekking vonden we de tijd rijp om met een versoepeling van de beleggingsregel te beginnen in oktober 2005. Kwalificerende lokale belegging: een belegging in de vorm van (quasi) eigen vermogen in een project dat een bijdrage levert aan de economie (deviezen genereren). Deze versoepeling komt neer op een 50/50 regel voor deze beleggingen.

Slide 12 Beleggingsregel 2e versoepeling: Bekendmaking inzake het DeviezenverkeerK.7B van 1 april 2006 Lokale institutionele beleggers mogen minder lokaal beleggen dan het minimum vereiste, maar tegen een heffing. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 12 De heffing is gelijk aan het 3-maands dollar libid in een kwartaal vermeerderd met een aantal basispunten. Libid: London Interbank Bid Rate; 3-maands dollar libid ligt 0,125% onder 3-maands dollar libor.

Slide 13 Beleggingsregel 8 7 6 5 4 3 2 1 0 Heffing(%) Opslag Gem. 3-maands US$ libid 2006-QII QIII QIV 2007-QI QII QIII QIV 2008-QI QII QIII QIV 2009-QI QII QIII QIV 2010-QI QII QIII Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 13 1e anderhalf jaar was de heffing prohibitief (opslag 150 basispunten). Vanaf 4e kwartaal 2007 begonnen met afbouwen van de opslag; vanaf 3e kwartaal 2008 is deze 0 basispunten. Vanaf 1e kwartaal 2008 is dollar libid gaan dalen als gevolg van verlaging rente door centrale banken in reactie op de financiele crisis. Vanaf 3e kwartaal 2009 heeft de heffing niet meer dan 0,3% bedragen, waardoor in feite geen sprake meer is van een restrictie op beleggingen in het buitenland. Als dollar libid weer gaat stijgen, stijgt natuurlijk ook de heffing.

Slide 14 Beleggingsregel 3e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7A van 1 januari 2009 Reikwijdte kwalificerende lokale belegging uitgebreid met leningen. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 14 Alleen belegging in (quasi) eigen vermogen bleek te beperkt; er werden maar weinig verzoeken hiervoor ingediend. Meer verzoeken ontvangen voor belegging in de vorm van een lening, die ook in verschillende gevallen zijn gehonoreerd. Deze versoepeling formaliseerde dan ook de praktijk.

Slide 15 Beleggingsregel 4e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7C van 1 januari 2009 Ontvangenbedragen in het kadervan de aflossing van schuldenvan het Land en de eilandgebiedenvan de Nederlandse Antillen door Nederland mogen geheel in het buitenland worden uitgezet. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 15 Nederland betaalt de aflossingen in euro (deviezen). Dus zelfs als deze gelden vervolgens geheel in het buitenland worden herbelegd, heeft dit geen negatief effect op de netto deviezenpositie. Alleen institutionele beleggers die schuldtitels van de overheid in portefeuille hebben, profiteren van deze versoepeling.

Slide 16 Beleggingsregel Aandeel(%) 2005 2006 2007 2008 Pensioenfondsen - Binnenland 51 50 49 55 - Buitenland 49 50 51 45 - Binnenland 56 64 64 62 - Buitenland 44 36 36 38 Levensverzekeringsmaatschappijen Schadeverzekeringsmaatschappijen - Binnenland 69 66 53 62 - Buitenland 31 34 47 38 Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 16 Pensioensector wijkt af van de regel: soepele toepassing van de beleggingsregel in de praktijk, waarbij rekening wordt gehouden met specifieke omstandigheden van individuele instellingen. verschuiving in 2008 komt vooral door waardedaling buitenlandse beleggingen (met name aandelen). Levensverzekerings- en schadeverzekeringssector voldoen aan de regel. De sterk afwijkende verdeling bij de schadeverzekeringsmaatschappijen in 2007 komt door een incidentele factor bij één maatschappij.

Slide 17 Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 17

Slide 18 Beleggingsportefeuille Institutionele beleggers(2007-2008) 10% 10% 4% 37% Obligaties en andere vastrentende waarden Aandelen Leningen algemeen 19% 20% Hypotheekleningen Deposito's Overig Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 18 Gemiddelde van 2007 (vóór financiele crisis) en 2008 (start financiele crisis) genomen.

Slide 19 Beleggingsportefeuille Pensioenfondsen(2007-2008) 9% 10% 4% 32% Obligaties en andere vastrentende waarden Aandelen Leningen algemeen 18% Hypotheekleningen 27% Deposito's Overig Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 19 Wat opvalt t.o.v. de gezamenlijke institutionele beleggers is dat pensioenfondsen een groter aandeel in aandelen hebben belegd, ten koste van obligaties en andere vastrentende waarden. Dit kan worden verklaard door het lange termijn karakter van pensioenopbouw en de daarmee corresponderende beleggingshorizon: aandelen zijn dan een aantrekkelijk beleggingsinstrument.

Slide 20 Beleggingsportefeuille Levensverzekeringsmaatschappijen(2007-2008) 11% 9% 4% 49% Obligaties en andere vastrentende waarden Aandelen Leningen algemeen 25% Hypotheekleningen Deposito's 2% Overig Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 20 Levensverzekeringsmaatschappijen hebben bijna de helft van hun beleggingen zitten in obligaties en andere vastrentende waarden en 25% in leningen. Aandelen vormen de kleinste categorie (slechts 2%). Dit is verrassend laag. Je zou wel een kleiner aandeel dan bij de pensioenfondsen verwachten, omdat ook producten met kortere looptijden worden aangeboden: die worden dan gematched met beleggingen met kortere looptijden. Aandelen van de overige categorieen komen overeen met de gezamenlijke institutionele beleggers.

Slide 21 Beleggingsportefeuille Schadeverzekeringsmaatschappijen(2007-2008) 28% 7% 50% Obligaties en andere vastrentende waarden Aandelen Leningen algemeen 3% 10% Hypotheekleningen Deposito's 2% Overig Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 21 Schadeverzekeringsmaatschappijen hebben net zoals levensverzekerings-maatschappijen ongeveer de helft van hun beleggingen in obligaties en vastrentende waarden zitten en heel weinig in aandelen. Dit laatste is logisch, omdat de meeste verplichtingen een korte termijn karakter hebben. Verder valt het relatief grote aandeel van deposito s op (28%) en het relatief kleine aandeel van leningen.

Slide 22 Rendement obligaties 12 10 8 6 4 2 0 10 jaar Curacao VS Nederland Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 22 Rendement op lokale overheidsobligaties bedroeg tot 2008 ongeveer het dubbele van het rendement op vergelijkbare Amerikaanse en Nederlandse overheidsobligaties. Door staande inschrijving van Nederland is het rendement op lokale overheidsobligaties vrijwel gelijk geworden aan het rendement op vergelijkbare Amerikaanse en Nederlandse overheidsobligaties. Recente emissies van Curaçao en St. Maarten i.h.k.v. de afronding van de schuldsanering hadden een rendement van ongeveer 2,5% voor een 10-jarige lening tot 3,0% voor een 30- jarige lening.

Slide 23 Aandelenkoersen Dow Jones Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 23 Piek vóór crisis tot dal crisis: -49%. Herstel per 11 november 2010: +56%; niveau vóór de hausse van 2006.

Slide 24 Aandelenkoersen AEX Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 24 Piek vóór crisis tot dal crisis: -61%. Herstel per 11 november 2010: +57%; niveau vóór de hausse van 2005.

Slide 25 Aandelenkoersen Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 25 Piek vóór crisis tot dal crisis: -60%. Herstel per 11 november 2010: +142%; bijna de piek vóór de crisis bereikt.

Slide 26 Termijndeposito 6 5 4 3 2 1 0 1 jaar Curacao VS Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 26 Rendement termijndeposito Curacao ligt in het algemeen boven die in de VS. Pas vanaf 2008 is een overeenkomstige ontwikkeling te zien. Sterke daling Curacao door de toenemende overliquiditeit in het bankwezen, o.a. door het sterk verslechterde internationale beleggingsklimaat.

Slide 27 Gevolgen ontwikkelingen financiële markten Negatief rendement op belegd vermogen. Daling dekkingsgraad pensioenfondsen. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 27 Negatief rendement in 2008 volledig toe te schrijven aan de buitenlandse portefeuille. Waardedaling beleggingen heeft geleid tot een negatief resultaat in de pensioensector in 2008. Dit komt door het relatief grote aandeel van aandelen in de beleggingsportefeuille. De levensverzekerings- en schadeverzekeringssector realiseerden wel een positief resultaat in 2008. Dekkingsgraad is bij meeste pensioenfondsen boven 100% gebleven en nam in 2009 weer toe. De meeste pensioenfondsen boekten weer een positief resultaat in 2009.

Slide 28 Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 28

Slide 29 Overheidsobligaties 3,500.0 3,000.0 (mln. NAf.) 2,500.0 2,000.0 1,500.0 1,000.0 Curacao Land 500.0 0.0 20002001200220032004200520062007200820092010 mei Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 29 Overheidsobligaties domineren vermogensaanbod op de lokale kapitaalmarkt, maar aanbod neemt sinds 2009 af door de schuldsanering. Bovendien is het rendement op nieuwe uitgiften sterk gedaald. Ongeveer 75% van de uitstaande overheidsobligaties is in handen van de institutionele beleggers.

Slide 30 Ontwikkelingsmogelijkheden 1. Consortiumleningen. 2. Obligatiemarkt. 3. Aandelenmarkt. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 30 Verschillende financiele instellingen bundelen de krachten voor de financiering van een groot project: In het verleden toegepast bij hotelprojecten, SEHOS; Recente mogelijkheden: CUC (BOO), nieuw ziekenhuis. Overheids-NV s en particuliere bedrijven: In het verleden vooral door St. Maartense overheids-nv s gebruik van gemaakt (PJIA, St. Maarten Harbour Holding Company); recent voorbeeld is de uitgifte van obligaties door Aqualectra. Grote regionaal georienteerde particuliere bedrijven. Hieraan kan de Dutch Caribbean Securities Exchange (DCSX) een belangrijke bijdrage leveren: Grote regionaal georienteerde particuliere bedrijven. Venture capital fund. Ook uitgifte obligaties. Regionale orientatie trekt buitenlandse beleggers (verhoogt succes emissies) en vermogensvragers (nieuwe buitenlandse beleggings-mogelijkheden) aan.

Slide 31 Conclusies 1. Sinds oktober 2005 zijn verschillende versoepelingen van de beleggingsregel doorgevoerd. 2. Verdere ontwikkeling lokale kapitaalmarkt om afname overheidsobligaties te compenseren. 3. Institutionele beleggers hebben crisis goed doorstaan, maar langere periode van lage rente vormt grote uitdaging. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 31 Nu heffing op tekort lokale beleggingen marginaal is (0,3%), is er in feite momenteel geen sprake van een restrictie op buitenlandse beleggingen. Maar deze situatie duurt slechts voort zolang de internationale rente zeer laag blijft. Verdere versoepelingen zijn zeker niet uitgesloten, maar zullen altijd gebaseerd zijn op een afweging tussen de deviezenpositie en de situatie in de sector. Ontwikkeling kapitaalmarkt richting obligaties van bedrijven (overheid en particulier) en aandelen om alternatieve lokale beleggingsmogelijkheden te kunnen aanbieden tegen verschillende rendement-/risicoprofielen. Lage rente is vooral een internationaal fenomeen, versterkt door de schuldsanering en de staande inschrijving. Dit is nu eenmaal een gegeven. De uitdaging is het beleggingsbeleid zodanig aan te passen dat voldoende rendement wordt behaald om de toekomstige verplichtingen te kunnen nakomen.

Slide 32 Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010 32