VERGADERING VAN HET DAGELIJKS BESTUUR. Van het Dagelijks Bestuur wordt gevraagd:

Vergelijkbare documenten
REGIORAADSESSIE Verkeer en Vervoer

Stand van zaken aanbesteding M7-metromaterieel Openbaar Vervoer

Metronet 2019 Studie December 2016 Stadsregio Amsterdam GVB

Bundel van de Voorsessie Regioraad van 26 september 2017

VERGADERING VAN DE REGIORAAD. Van de Regioraad wordt gevraagd: Samenvatting CONCEPT. Dhr. Reneman

Stremming lijn 1 tussen Surinameplein en De Aker: van 4 tot en met 8 augustus 2018

Bekijk de nieuwsbrief in uw browser. Nieuwsbrief Bestuursinformatie - 6 juli Bestuursinformatie

Behoefte van de reiziger centraal

Behoefte van de reiziger centraal

9/13/2016. Noord/Zuidlijn & Zaanstreek Ontwerpschets vervoerplan Inhoudsopgave. Inleiding. 1. Inleiding

1182 JR Amstelveen Lijn 186/187, halte Dorpsstraat + 4 min.

Geachte leden van de Regioraad,

VERGADERING VAN DE REGIORAAD

OV LIJNENNETVISIE 2018 vastgesteld op 21 mei 2015

Bestuursinformatie. ** Nieuws uit DB 18 mei Hoen, Eline 't

Vervoervisie ter consultatie Regionaal OV in verandering

Antwoord 1 Ja. Schiedam Centrum is een van de regionale knooppunten, vergelijkbaar met stations als Rotterdam Blaak en Rotterdam Alexander:

Bijlage 1: Overzicht besluitvorming Ombouw Amstelveenlijn (OAVL)

Pijler 1: Inspelen op veranderende mobiliteitsstromen

Procedure Tijdelijke buitengebruikname metrospoor

Lijnennetvisie OV in de Stadsregio Amsterdam in verandering!

Lijnennetvisie OV in de Stadsregio Amsterdam in verandering!

\ ^^/V I Vervoerregio \ I Amsterdam

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT

Bestelomvang 15G trams

Het nieuwe vervoerplan 2018 van EBS

DAGELIJKS BESTUUR. B-3c. Mandatering handhavingsbevoegdheden Wet lokaal spoor Portefeuillehouder Verkeer Annemarie Smit. Gevraagde beslissing:

Voorstel aan Stadsregioraad nr

VEILIGHEIDSREGIO UTRECHT. Concept-wijzigingsbesluit Gemeenschappelijke regeling VRU (wijziging van de artikelen 3.4 en 4.5)

raadsvoorstel voorstel B&W stelt de raad voor het volgende te besluiten:

Burgemeester en wethouders

Raadsvoorstel. Onderwerp Vaststellen vervolgtraject project herinrichting Loswal fase 1

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerpbesluit pag. 4. Toelichting pag. 5

Probleemstelling : Op korte termijn moet gestart worden met Werkprogramma 2020.

AGENDA VERGADERING 5 MAART 2015

Amstelveenlijn. Inloopavond: Stand van zaken en vooruitblik. Maart 2015

Advies: Bijgaande Raadsinformatiebrief betreffende een aantal items op de Lange Termijn Agenda (LTA)vaststellen en verzenden aan de raad

Ombouw Amstelveenlijn. Contractondertekening

Amstelveenlijn. Algemene projectpresentatie. 4 november 2015

Burgemeester en Wethouders 9 maart Steller Documentnummer Afdeling. R. van Wijk 15I Samenleving

Stroobach, M. (Melanie)

Onderwerp : Voorstel tot het verstrekken van een krediet ten behoeve van de uitvoering van een plan van aanpak ten behoeve van de organisatie

Onderwerp: Beleidsnota horeca Gastvrij Bergen. Aan de raad,

Datum: Informerend. Datum: Adviserend. 15 februari 10 mei 6 juli 2017

Behandelend ambtenaar: W. Ubachs Akkoord. Ambtelijk opdrachtgever / Leidinggevende: Murk, PJCM digitaal

Verslag Dagelijks Bestuur

Ombouw Amstelveenlijn: nut en noodzaak?

Het college van burgemeester en wethouders heeft de raad op 8 januari 2014 geïnformeerd over de ontstane situatie bij EBS.

Voorstel raad en raadsbesluit

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT

VOORSTEL TOT BESLUIT

zomer 2015 vanwege stremming Zuid RAI

VERGADERING DAGELIJKS BESTUUR

Netwerkfilosofie onderzoek Exploitatieve Effecten Noord/Zuidlijn (EENZ)

HAALBAARHEIDSSTUDIE OMBOUW AMSTELVEENLIJN & DOORTREKKING NOORD/ZUIDLIJN

Tijdelijk openbaarvervoersplan Amstelveenlijn 2018 t/m 2020

Voorstel raad en raadsbesluit

11 mei april 2017 R BIRB/2017/2575

Voorstel raad en raadsbesluit Programma

Lange termijn spooragenda

Tijdelijk openbaarvervoersplan Amstelveenlijn 2018 t/m 2020

1. Onderwerp Nadere contractering Jeugdhulp 2015

Datum: Adviserend

Excellent Opdrachtgeverschap? Ombouw Amstelveenlijn

Wijziging Samenwerkingsregeling GGD Gelre-IJssel. Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein

Platformtaak volgens gemeente

Raadsvoorstel. 2.Wat willen we bereiken?

De toekomst van de Amstelveenlijn Informatiebijeenkomst Keizer Karel College, 31 mei 2010 samenvattend verslag

Raadsvoorstel. Geachte raad,

Raadsvoorstel. Samenvatting

Realisatie Fietsbrug over de Gaasp langs de A9

1 5 MEI 2013 ^ Onderwerp Nota van Uitgangspunten concessie treindienst Alphen aan den Rijn - Gouda 2016

Gemeente Amsterdam. PROCEDURE Tijdelijke Buitengebruikname Tram (TBGN) 11 III HI MID III II

1. Onderwerp Geactualiseerde projectbladen Uitvoeringprogramma Regionaal Verkeer en VervoerPlan (UP RVVP) met bijlagen 2.

: Coördinatieregeling ruimtelijke besluiten. Beslispunt(en): 1. De coördinatieverordening Wro gemeente Woensdrecht vaststellen

Raadsvoorstel *17.I001783* 17.I Vergaderdatum: 19 december 2017 Registratienummer: 2017/83 Agendapunt nummer: 14

1

niet in gevaar komt. Datum: Informerend Datum: Adviserend

REGIORAADSESSIE Verkeer en Vervoer

Voorstel raad en raadsbesluit

Checklist. Informatievoorziening. Grote Projecten

Aanpassingen vergaderstructuur. Voorstel. Inleiding. Toelichting vergaderstructuur

OV SAAL MLT. Openbaar Vervoer Schiphol- Amsterdam Almere Lelystad Middellange Termijn

Besluit voortzetting jeugdbeschermingstafel samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Regionaal belang. Datum: Adviserend. Datum: Informerend

Aandeelhouderscommissie Eneco

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Toekomst Promen

1. Onderwerp Huisvesting bijzondere doelgroepen in de regionale woonagenda 2017 Holland Rijnland. 2. Rol van het

OV SAAL MLT. Openbaar Vervoer Schiphol- Amsterdam Almere Lelystad Middellange Termijn

Statenvoorstel. Wijziging incidentele subsidie Gemeente Gorinchem - Reizigerstunnel Gorinchem

Onderwerp Programmabegroting 2012 Samenwerkingsverband Regio Eindhoven

In de samenwerkingsovereenkomst (SOK) wordt de bestuurlijke voorkeur voor het Heemskerkalternatief uitgesproken.

Raadsvoorstel agendapunt

AGENDAPUNT NR: Concernstaf Bureau Gemeentesecretaris 12 augustus Pagina 1 van 8

VOORBLAD RAADSVOORSTEL. Jacqueline Verbeek publiek & dienstverlening :j Bestemmingsplan "Odijkerweg e.o."

AB: Ja Opdrachtgever: Henk Wolven

ONTWERPBESLUIT. een regionaal budgethouderschap stedelijke vernieuwing wenselijk is,

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Transcriptie:

Vergaderdatum Dagelijks Bestuur (21-09-2017) Agendapunt B-16 Onderwerp Portefeuillehouder Uitkomst variantenverglijking metrolijnvoering per 2019 en aanwijzen nieuwe voorkeursvariant Openbaar Vervoer Litjens Behandelend ambtenaar Gerard Hellburg Paraaf secretaris Van het Dagelijks Bestuur wordt gevraagd: 1 Kennis te nemen van de uitkomsten van de variantenvergelijking van GVB in het kader van de metrolijnvoering per 2019; 2 In te stemmen met het uitspreken van de referentievariant als nieuwe voorkeursvariant; het is aan GVB om een voorstel te doen voor de metrolijnvoering 2019, als vooruitgeschoven onderdeel van het Vervoerplan 2019, dat past binnen de eisen van de concessie; 3 Te concluderen dat er de komende jaren (in afwachting van inzicht in het werkelijke reizigersgedrag na opening van de Noord/Zuidlijn) geen aanleiding is om af te wijken van het uitgangspunt uit het Programma van Eisen voor de Concessie Amsterdam om een rechtstreekse metroverbinding tussen Station Zuid en Amstelstation te bieden, vanwege de beschikbaarheid van een variant die past binnen het Programma van Eisen, te weten de referentievariant; 4 In te stemmen om met de Raad te bespreken dat het uitgangspunt om tot en met 2024 de Amstelboog te bedienen herzien zou kunnen worden op basis van de vervoerkundige analyses (zie beslispunt 3) na opening van de Noord/Zuidlijn; 5 Kennis te nemen van het feit dat, indien gekozen wordt voor de referentievariant, additionele middelen gevonden moeten worden voor de infrastructurele aanpassingen bij Station Spaklerweg. Dit zal bij de definitieve besluitvorming over de metrolijnvoering 2019 aan het dagelijks bestuur worden voorgelegd; 6 In te stemmen met het informeren van de Regioraad in de voorsessie van 26 september over de uitkomsten van de variantenvergelijking van GVB en voorkeur van het DB voor de referentievariant; 7 Kennis te nemen van de bestuurlijke planning en de consultatie van stakeholders door GVB, met het streven om uiterlijk op 16 november 2017 een besluit over de metrolijnvoering in het kader van het vervoerplan 2019 ter vaststelling aan het dagelijks bestuur voor te leggen. Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 1 van 9

Samenvatting In maart 2019 stopt de bediening van de Amstelveenlijn met metrolijn 51 vanwege werkzaamheden voor ZuidasDok en de ombouw van de Amstelveenlijn. Gezien de doorlooptijd van eventuele infrastructurele aanpassingen, is dit aanleiding geweest in 2016 voor de Vervoerregio en GVB om een gezamenlijke studie te starten naar de gewenste lijnvoering vanaf 2019 voor het Amsterdamse metronetwerk. In december 2016 zijn de uitkomsten van de Metronet 2019 studie met de Regioraad en het Dagelijks bestuur gedeeld en is variant 3 aangewezen als Voorkeursvariant. Naar aanleiding van discussie in de Regioraad heeft GVB in de zomer van 2017 onderzocht welke lijnvoeringsvarianten per maart 2019 en op langere termijn mogelijk zijn. Naast de variant 3 betreft het de ontvlochten variant (variant 1), de referentievariant (REF), de compromisvariant (COM) en de zogenaamde Boldewijn-variant (BAE). Voorgesteld wordt een voorkeur uit te spreken voor invoering van de referentievariant per maart 2019. Deze variant voldoet aan het Concessiebesluit, leidt niet tot ingrijpende wijzigingen voor de reizigers, kent een goede balans tussen aanbod en vraag en biedt de mogelijkheid om op basis van de effecten op het reisgedrag van de Noord/Zuidlijn tot een keuze voor de lange termijn te komen. Dit betekent dat er voor het Dagelijks Bestuur de komende jaren geen aanleiding is om af te wijken van het uitgangspunt uit het Programma van Eisen voor de Concessie Amsterdam om een rechtstreekse metroverbinding tussen Station Zuid en Amstelstation te bieden. Als over enkele jaren inzichtelijk is wat de effecten op het reisgedrag zijn van de Noord/Zuidlijn, kan gekozen worden voor een ander metronet. Daarbij wordt nu gedacht aan de ontvlochten variant (V1) of variant 3. In dat verband kan het genoemde uitgangspunt uit het Programma van Eisen te zijner tijd opnieuw ter discussie worden gesteld. Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 2 van 9

Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 3 van 9

Resultaten vergelijkende analyse Uit de analyse van GVB blijkt het volgende: Aangezien de infrastructurele aanpassingen die nodig zijn voor de pendellijn Van der Madeweg Gaasperplas uit variant 3 (het realiseren van een keervoorziening) niet tijdig gerealiseerd kunnen worden, kan deze variant niet per maart 2019 worden gerealiseerd. Ook de zogenaamde Boldewijnvariant is niet uitvoerbaar per maart 2019 vanwege infrastructurele beperkingen, deze variant vergt namelijk een ingrijpende aanpassing van de sporen ten noorden van Spaklerweg. De drie overgebleven varianten (de ontvlochten variant (V1), de referentievariant (REF) en de compromisvariant) zijn per maart 2019 uitvoerbaar, waarbij voor zowel de referentie- als de compromisvariant beperkte infrastructurele aanpassingen bij Spaklerweg noodzakelijk zijn. Voor de drie overgebleven varianten is op termijn meer materieel nodig. Voor de langere termijn ligt een keuze tussen variant 3 (indien de benodigde infrastructurele aanpassingen worden uitgevoerd) en de ontvlochten variant voor de hand. De referentievariant en de compromisvariant zijn namelijk niet toekomstvast omdat op termijn de capaciteit van de Oostbuis mogelijk beperkt wordt om redenen van tunnelveiligheid. De Boldewijnvariant vergt een ingrijpende infrastructurele wijziging bij Spaklerweg. De volledige uitkomsten van de analyse zijn toegevoegd als bijlage 1. Lange termijn keuze: Variant 1 versus variant 3 Voor de lange termijn ligt zoals gesteld een keuze tussen de ontvlochten variant en variant 3 voor de hand. Kwalitatief kennen beide varianten voor- en nadelen. Vanwege het grotere aantal overstappen bij de ontvlochten variant zal deze variant naar verwachting tot meer weerstand leiden. Daarnaast is het niet wenselijk om per maart 2019 het metronet ingrijpend te wijzigen (door invoering van het ontvlochten net) en enkele jaren later wellicht opnieuw (indien dan variant 3 alsnog wordt ingevoerd). Ten opzichte van variant 3 is het ontvlochten netwerk jaarlijks 6 miljoen Euro duurder. De voor- en nadelen van deze beide varianten zijn voor een belangrijk deel gebaseerd op verwachtingen over het reisgedrag na de opening van de Noord/Zuidlijn. Het is goed mogelijk dat na de opening van de Noord/Zuidlijn het reisgedrag zich in de praktijk anders ontwikkelt. Daarnaast is ook nader onderzoek nodig om een beeld te krijgen van de omvang van de voor variant 3 noodzakelijke infrastructurele aanpassingen. Voor de lange termijn blijft de keuze tussen het ontvlochten netwerk of variant 3 overeind. Voor de korteen middellange termijn is het verstandig om een andere keuze te maken. Hieronder zal beargumenteerd worden welke variant in aanmerking komt voor maart 2019. Korte termijn keuze: variant 1 versus de referentievariant Uit de analyse van GVB komt voort dat de compromisvariant geen significante voordelen biedt ten opzichte van de variant 1 en de referentievariant. Voorkeur GVB voor Ontvlochten variant (V1) GVB heeft de voorkeur uitgesproken om per maart 2019 de ontvlochten variant te gaan rijden (zie bijlage 2 voor de argumentatie van GVB voor de ontvlochten variant). GVB wijst onder andere op het feit dat met Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 4 van 9

de referentievariant nog steeds met drie lijnen in de Oostbuis wordt gereden en dat de referentievariant op termijn tot extra materieelbehoefte leidt. Deze bezwaren worden onderstaand behandeld bij de vooren nadelen van de referentievariant. Referentievariant (REF) als nieuwe voorkeursvariant Mede op basis van de uitkomsten van de door GVB uitgevoerde analyse zijn er goede argumenten om voor de komende jaren te kiezen voor de referentievariant en daarmee voor een zeer beperkte wijziging van het metronet per maart 2019 te kiezen. Een keuze om in ieder geval voor de komende jaren de referentievariant in te voeren biedt de volgende voordelen: a) de keuze voor het al dan niet handhaven van de concessie-eis voor een rechtstreekse metroverbinding tussen Station Zuid en Amstelstation kan worden gebaseerd op het werkelijke reisgedrag na opening van de Noord/Zuidlijn, waarbij alle gevolgen die daaruit voortvloeien voor de inschatting van de kosten en baten van de voorliggende varianten kunnen worden meegenomen; b) per maart 2019 wordt een lijnvoering ingevoerd waarbij geen bestaande rechtstreekse verbindingen verdwijnen (dus ook geen extra overstap tussen Amstelveenlijn en Oostbuis en geen overstap tussen de Gaasperplastak en het centrum van Amsterdam) en die van alle onderzochte varianten de minste overstappen voor huidige reizigers biedt; c) er ontstaat tijd voor nader onderzoek om een beeld te krijgen van de omvang van de voor de variant 3 noodzakelijke infrastructurele aanpassingen; d) de mogelijkheid blijft bestaan om over enkele jaren voor variant 3 te kiezen, zonder de reizigers binnen een relatief beperkte tijd te confronteren met twee ingrijpende wijzigingen in de lijnvoering; e) in de referentievariant past de verdeling van de frequenties over de diverse trajecten beter bij de verschillen in vervoervraag dan in de ontvlochten variant; f) in de referentievariant wordt een groter deel van de reizigers per metro vervoerd dan in de ontvlochten variant, hetgeen aansluit bij het beeld van de metro als backbone; dit is mede het gevolg van de metrolijn CS Oostbuis Station Zuid Westtak Isolatorweg, waarmee het tramnet in de vooroorlogse stad en op de Binnenring wordt ontlast; g) per maart 2019 blijft er een uitwijkroute per metro tussen CS en Station Zuid beschikbaar in geval van stremming van de Noord/Zuidlijn. De referentievariant en de ontvlochten variant leiden tot ongeveer dezelfde jaarlijkse kosten voor het OVsysteem. Voornaamste nadeel van een keuze voor de referentievariant is dat deze variant niet toekomstvast is, mede omdat op termijn de capaciteit van de Oostbuis mogelijk beperkt wordt om redenen van tunnelveiligheid. Dat is eveneens een van de zorgpunten van GVB. In vergelijking met de huidige situatie in de Oostbuis neemt de spitsfrequentie iets af, in plaats van 24 treinen per uur per richting in de spits, rijden er vanaf maart 2019 22,5 treinen per uur per richting in de spits. Voor de komende jaren zijn er geen signalen dat dit problemen oplevert. Dit is een aspect dat we zullen blijven monitoren. Het andere zorgpunt van GVB (de grotere materieelbehoefte van de referentievariant) doet zich alleen voor indien niet voor einde levensduur van de S3/M4-treinen (2027) overgegaan wordt op een andere lijnvoering. Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 5 van 9

Omdat voor de referentievariant beperkte infrastructurele aanpassingen bij Spaklerweg noodzakelijk zijn, is het van belang om zo snel mogelijk opdracht te verstrekken om deze aanpassingen te realiseren. Deze aanpassingen moeten er voor zorgen dat langere treinen dan het huidige lijn 51 materieel goed kunnen halteren aan het perron van Station Spaklerweg. Movares heeft voorgesteld om de spoorligging iets aan te passen zodat de treinen beter aansluiten op het perron. Geen ontheffing op PvE en/of Concessiebesluit nodig Vanwege de bovenstaande argumenten is er geen aanleiding om af te wijken van de concessie-eis voor een rechtstreekse metroverbinding tussen Station Zuid en Amstelstation. Consultatie en bestuurlijke planning GVB consulteert de stakeholders over de uitkomst van de vergelijkende analyse in de maand september, onderdeel van de consultatie is de Voorsessie van de Regioraad op 26 september 2017. GVB geeft tijdens de voorsessie een presentatie over de uitkomsten van de vergelijkende analyse die zij heeft uitgevoerd. Op 21 september spreekt het DB zich uit over een voorkeursvariant waaruit volgt dat er geen aanleiding is om een ontheffing op het uitgangspunt van het PvE Concessie Amsterdam te verlenen. Dit zal aan de regioraadsleden gecommuniceerd worden voor de voorsessie op 26 september. De Reizigersadviesraad is in haar vergadering van 7 september door GVB geïnformeerd. Naar verwachting stelt de Reizigersadviesraad op 5 oktober haar advies vast. De uitkomsten van de consultatie en het conceptvoorstel lijnvoering metro 2019 van GVB zullen door het DB besproken worden op 12 oktober 2017. Naar gelang de uitkomst van de consultatie en de nieuwe voorkeursvariant is er gelegenheid op 17 oktober om in de plenaire sessie van de Regioraad dit onderwerp te agenderen. Op 16 november 2017 maakt het DB het voorlopige besluit definitief en toetst of het voorstel lijnvoering metro 2019 van GVB voldoet aan de eisen van het PvE van de concessie Amsterdam, het Concessiebesluit en andere beleidsdoelstellingen van de Vervoerregio. Advies Vanwege de bovenstaande argumenten, wordt voorgesteld om de referentievariant(ref) als voorkeursvariant te benoemen, waardoor variant 3 niet meer als voorkeursvariant geldt. Over enkele jaren zal er een keuze gemaakt moeten worden voor de lange termijn, waarbij een keuze voor de hand ligt tussen variant 1 en variant 3. Meegezonden stukken 1 Bijlage 1: Vertrouwelijk 2 Bijlage 2: Argumentatie van GVB voor de ontvlochten variant Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 6 van 9

Inleiding Voorgeschiedenis In 2018 gaat de Noord/Zuidlijn rijden en in 2019 stopt de bediening van de Amstelveenlijn met lijn 51 vanwege werkzaamheden voor ZuidasDok en de ombouw van de Amstelveenlijn. Er ontstaat door deze wijzigingen een nieuw metronet; de Noord/Zuidlijn is toegevoegd en het deel Station Zuid Westwijk is geen metro meer. Deze veranderingen zijn in 2016 voor de Vervoerregio en GVB aanleiding geweest om een gezamenlijke studie te starten naar de gewenste lijnvoering vanaf 2019 voor het Amsterdamse metronetwerk. Wat is er aan de hand? Na de bespreking van de Metronet 2019 studie is er onrust ontstaan onder de bewoners van Zuidoost en Diemen, vervolgens zijn er aanvullende varianten besproken in de regioraad. Deze varianten zijn door GVB onderzocht en is gedeeld met de regioraadsleden ter voorbereiding van de voorsessie op 26 september. Essentie Wat willen we bereiken? Vanwege de ontwikkelingen op het metronet is het noodzakelijk een nieuwe lijnvoering voor de metro per maart 2019 te hebben. De metronet 2019 studie heeft enkele varianten onderzocht, naar aanleiding van deze studie heeft GVB aanvullende varianten vergeleken. De analyse heeft inzicht gegeven in de verschillen en heeft het mogelijk gemaakt om een nieuwe voorkeursvariant te selecteren die het niet nodig maakt om een ontheffing op het Programma van Eisen en/of het Concessiebesluit te verlenen. Omdat voor vrijwel elke variant infrastructurele aanpassingen gedaan moeten worden, is het belangrijk om dit onderdeel van het vervoerplan 2019 naar voren te halen. Op dit manier is er tijd om deze infrastructurele aanpassingen te voltooiden voordat de lijnvoering geldig wordt. Argumentatie Dit punt is eerder behandeld. Hoe gaan we dit doen? Dit punt is eerder behandeld. Uitvoering Hoe past dit binnen beleid en regelgeving? Het vaststellen van een lijnvoeringvoorstel ligt binnen de bevoegdheid van het Dagelijks bestuur. Het lijnvoeringvoorstel van GVB wordt door het dagelijks bestuurd getoetst, er wordt vastgesteld of het past binnen de kaders van het PvE van de Concessie Amsterdam, het Concessiebesluit en de beleidsdoelstellingen van de Vervoerregio. Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 7 van 9

Welke (mogelijke) gevolgen zijn er? Financiële gevolgen Dit voorlopig besluit heeft geen gevolgen voor de begroting van de Vervoerregio. Bij het definitief maken van het besluit zullen additionele middelen beschikbaar gesteld moeten worden voor het aanpassen van de infrastructuur van het Station Spaklerweg. Dit zal bij de behandeling van 16 november vermeld worden. Juridische gevolgen Dit besluit heeft geen rechtsgevolgen. Het besluit over de metrolijnvoering in het kader van de vaststelling van het vooruitgeschoven onderdeel van het vervoerplan 2019 (voorzien op 16 november) is een voor bezwaar en beroep vatbaar besluit. Maatschappelijke gevolgen Door de referentievariant te benoemen als voorkeursvariant wordt de aanleiding van de maatschappelijke onrust over de metroverbinding in Zuidoost, Diemen en Amstelveen weggenomen. Wie en wat hebben we hiervoor nodig? Voor een tijdige afronding van de werkzaamheden die nodig zijn bij station Spaklerweg, is het noodzakelijk dat zo spoedig mogelijk na het vaststellen van de metro lijnvoering de opdracht voor verbouwing wordt verleend. Deze opdracht zal door GVB verleend moeten worden. Hoe gaan we communiceren? Dit voorlopige besluit is openbaar en zal worden gecommuniceerd aan de regioraadsleden ter voorbereiding op de voorsessie van 26 september. Tekstvoorstel Nieuwsbrief Bestuursinformatie Het dagelijks bestuur concludeert dat naar aanleiding van de varianten vergelijking door GVB er geen aanleiding is om af te wijken van het Programma van Eisen van de Concessie Amsterdam, vanwege de beschikbaarheid van een variant die voldoet aan eisen van het Programma van Eisen, het Concessiebesluit en de doelstellingen van de Vervoerregio. De referentie variant geldt als nieuwe voorkeursvariant. Besluitvormingsproces Op 21 september is de referentievariant als voorkeursvariant aangewezen. Na de consultatie van GVB zal begin oktober een concept lijnvoeringvoorstel ingediend worden. Gedurende de consultatie wordt ook de regioraad geconsulteerd tijdens de voorsessie van 26 september. Er is tijdens de plenaire sessie van 17 oktober ook gelegenheid om het concept lijnvoeringvoorstel van GVB te bespreken. Op 16 november neemt het DB een besluit over de metrolijnvoering als vooruitgeschoven onderdeel van het vervoerplan 2019. Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 8 van 9

Besluit Conform voorstel besloten. Voorstel Dagelijks bestuur BBV/2017/4603 pagina 9 van 9