Case Study School of Economics naar vraagsturing in de opleiding MER



Vergelijkbare documenten
Case Study School of Education naar pilot 'De Uitdaging'

Case Study School of Education naar pilot 'Mensen Maken Scholen'

Project New Blends in Education Ontwerp flankerend onderzoek 2007 Jos Fransen, Richard Visscher

Het profielwerkstuk. 2. Eisen en voorwaarden Het profielwerkstuk moet aan een aantal eisen en voorwaarden voldoen:

Bijlage 1: Methode. Respondenten en instrumenten

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten

Het Sectorwerkstuk. Naam leerling

9. Gezamenlijk ontwerpen

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

Het Profielwerkstuk HANDLEIDING I. Organisatie, tijdpad en andere belangrijke informatie. Een handleiding voor Havo en Vwo Mei 2011.

PROFIELWERKSTUKBOEKJE

Werkgroep portfolio & coaching. portfolio handleiding

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Handleiding profielwerkstuk HAVO examen 2016

Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal

Voor intern gebruik bij een opleiding wordt gerapporteerd over alle stellingen, vragen, toelichtingen enz.

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting

Rubrics vaardigheden

Leren bedrijfseconomische problemen op te lossen door het maken van vakspecifieke schema s

RSC PROFIELWERKSTUK 2015 / 2016 PLAN VAN AANPAK EN LOGBOEK

Rubrics vaardigheden

Onderzoek naar de informatiehuishouding. Twee vragenlijsten vergeleken

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1

SECTORWERKSTUK

Het profielwerkstuk

Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

SCAN. in kwaliteitsvol toetsen

informatie profielwerkstuk havo avondlyceum CAL handleiding H

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Individueel procesverslag

Competentieprofiel voor coaches

Reflectiegesprekken met kinderen

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

Nieuw curriculumontwerp De nieuwe rol van de docent. Willy Reijrink Innovatiedocent Innoverend onderzoeken/ onderzoekend innoveren

Leer Opdrachten ontwerpen voor Blended Learning

Rekenkamercommissie Wijdemeren

Gebruik ICT binnen Content and Language Integrated Learning

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015!

HET PROFIELWERKSTUK. 5 HAVO en 6 VWO STELLA MARISCOLLEGE MEERSSEN

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Succesvolle toepassing van 360 graden feedback: De keuze van het 360 instrument en de voorbereiding op het 360 traject

Persoonlijk Actieplan (PAP)

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

Introductie stage-scriptie combi. Orthopedagogiek G&G, 25 augustus 2011

Scenario: theoretisch blok (voorbeeldscenario / blauwdruk van een leerpraktijk)

3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT

DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008

Beoordelingskader minor Innovatief Beroepsonderwijs

Informatiebrochure. Profielwerkstuk HAVO Colegio Arubano

15 16 Evaluatie Docentencursus Zuyd, juni Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

(en onderhouden externe contacten)

Non satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback. Aanleiding

Handleiding bij de LOB-scan voor het mbo

Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel

Beoordelingsmodel scriptie De beoordelaars gaan niet over tot een eindbeoordeling indien een van de categorieën een onvoldoende is.

Ontwikkelen op stage? (Kern)competenties: Cijfer Toelichting

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

SECTORPROJECT 4 VMBO - T

Inleiding Hoofdstuk 3 Management en leidinggevende structuur... 35

Blended Learning in de praktijk Welke keuzes moeten gemaakt worden binnen flexibel onderwijs? Pieter Swager, 21 november 2006

Onderzoek naar gebruik, waardering, impact en behoefte aan LOB onder scholieren en studenten.

Recensie: Wat wij moeten weten over jongeren en hun digitale wereld

Teamkompas voor Zelfsturing

Cultuursurvey. Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT. Maaike Ketelaars Ton Klein

Evalueren en Beoordelen in het Leerproces Ellen Klatter - Cees Appel

Bijlage 2: Oorspronkelijke vragenlijst kwaliteit stage

Profielwerkstukplus HAVO

RSC PROFIELWERKSTUK 2008 / 2009 PLAN VAN AANPAK EN LOGBOEK

Klantprofilering. Objectieve meting voortgang en resultaten trajecten

Beoordelingsformulier Proeve van Bekwaamheid 2 (Rol Ontwerper) 3.12

2 Stappen en fasen bw.indd :35

3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.6 Evalueert de geboden ondersteuning

Hoe voer ik een onderzoek uit? Een stappenplan om te helpen een onderzoek uit te voeren.

Een academische omgeving voor het basisonderwijs NRO-Congres 4 november 2015

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Kris Verbeeck (KPC Groep) en Liesbeth Baartman (TU Eindhoven) Waarom samenhangend toetsbeleid?

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Proeve van Bekwaamheid. Terugblikken en vooruitkijken (1) Crebonummer: Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Gezondheid, Welzijn & Technologie

LEERCOACH IN DE NETWERKSCHOOL. Verantwoordelijkheden

ZELFEVALUATIEKADER EN INSTRUMENTEN

15 16 Evaluatie Korte Docentencursus Zuyd, april Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

Question 1 Multiple Choice De informatie over de mogelijkheid om deel te nemen aan de minor Sporttechnologie heeft mij tijdig bereikt

Toetsbekwaamheid BKE november 2016

Resultaten NSE Resultaten Domein Gezondheid, Sport en Welzijn. Mei Institutional Research Afdeling Informatievoorziening en Technologie

Traject Tilburg. Aanvragers: Gemeente Tilburg. Adviseur: Monique Postma, Alleato, CMO-net

Herinrichting Schoolplein mavo 3

Onderzoek op het Da Vinci College

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling

Stappen deelcijfer weging 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 totaalcijfer 10,0 Spelregels:

Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster

Transcriptie:

Publicatie 8 Case Study School of Economics naar vraagsturing in de opleiding MER Lectoraat elearning Onderzoekstraject etutoring Auteur: Henny Brandwijk September 2005

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 8.1 Aanleiding en onderzoeksvraag 3 8.2 Contextanalyse leerpraktijk 4 8.2.1 Kenmerken groep 4 8.2.2 Uit te voeren taak 4 8.2.3 Opleidingsonderdeel en studielast 5 8.2.4 Begeleiding 5 8.2.5 Elektronische leeromgeving 5 8.2.6 Onderwerp 5 8.2.7 Kader van opdracht 5 8.2.8 Randvoorwaarden 6 8.2.9 Tenslotte 6 8.3 Survey onder studenten 7 8.3.1 Inleiding 7 8.3.2 Opzet onderzoek 7 8.3.3 Analyse 8 8.3.4 Interpretatie 11 8.3.5 Conclusies survey 11 8.4 Evaluatie met betrokkenen 14 8.5 Conclusies en aanbevelingen 16 8.5.1 Conclusies 16 8.5.2 Aanbevelingen 17 Bronnen 17 Bijlage 1 / Vragenlijst voor de survey onder studenten 18 Bijlage 2 / Schema overzicht codering bij stelling 20 Bijlage 3 / Gemiddelde scores in oplopende volgorde 22 Bijlage 4 / Uitspraken studenten over etutor 23 Bijlage 5 / 'Format' logboek studenten 24 2

8.1 Aanleiding en onderzoeksvraag Het Lectoraat elearning van de Hogeschool INHOLLAND heeft in het cursusjaar 2004-2005 als een van de speerpunten gekozen voor onderzoek naar de competenties van de etutor bij studentsturing in de context van elearning. Het fenomeen studentsturing in onderwijs wordt op verschillende manieren onderzocht, te weten door literatuuronderzoek en door het uitvoeren van een aantal case studies. In publicatie 4 [P4] Studentsturing in de context van elearning wordt het begrip zelfsturing vanuit de literatuur benaderd en geëxploreerd. In deze deelpublicatie wordt de case study Vraagsturing bij de MER beschreven. Deze case study omvat een contextanalyse [hoofdstuk 2], survey onder studenten [hoofdstuk 3], evaluatie studenten en etutoren [hoofdstuk 4] en de samenvatting, terugblik en aanbevelingen [hoofdstuk 5]. De analyse van de leerpraktijk waar de pilot inzake studentsturing werd uitgevoerd, is van belang om de data die worden verzameld uit de bevraging van studenten en etutor 1 in het juiste perspectief te kunnen plaatsen, waardoor een correcte interpretatie waarschijnlijker wordt. Dit is ook belangrijk in het kader van de gewenste 'triangulation'tussen resultaten uit verschillende case studies, want resultaten kunnen alleen goed met elkaar gekruist worden als de context waarin het onderzoek werd uitgevoerd vergelijkbaar is. In drie case studies zijn vragenlijsten afgenomen met betrekking tot studentsturing in de context van elearning. In de volgende hoofdstukken wordt achtereenvolgens ingegaan op de contextanalyse, de survey onder studenten en de evaluatie van de leerpraktijk. De centrale vraagstelling van deze case study luidt: Hoe verloopt het leerproces in praktijken waarin studenten maximale ruimte wordt geboden tot zelfsturing? Bij de drie onderdelen van de case study worden specifieke deelvragen uit deze hoofdvraag afgeleid. 1 Een etutor is iemand die, afhankelijk van de situatie, de juiste didactische en organisatorische keuzes kan maken uit alle beschikbare instrumenten binnen de brede leeromgeving [zie ook Publicatie 3]. 3

8.2 Contextanalyse leerpraktijk Bij de contextanalyse gaat het om de volgende karakteristieken en kenmerken die beschreven worden: kenmerken groep, uit te voeren taak, opleidingsonderdeel en studielast, begeleiding, elektronische leeromgeving, onderwerp, kader van de opdracht en de randvoorwaarden. 8.2.1 Kenmerken groep De case study werd uitgevoerd bij een groep studenten met de volgende kenmerken: Aantal Er hebben 8 studenten deelgenomen aan de leerpraktijk; ze hebben in 3 groepen samengewerkt. M/V De groep bestond uit 6 vrouwen en 2 mannen. Leeftijd De leeftijd [op het moment van afname vragenlijsten] varieerde van 20 tot 24 jaar [3 x 20 jaar, 1 x 21 jaar, 2 x 22 jaar, 1 x 23 jaar, 1 x 24 jaar]. De gemiddelde leeftijd was 21,5 jaar. Vooropleiding De vooropleiding van de studenten is Havo [6 studenten] en MBO [2 studenten]. Ervaring met zelfsturing Geen van de studenten uit de groep heeft ervaring met een vorm van zelfsturing of studentgestuurd onderwijs. Ervaring met elearning De studenten hebben enige ervaring in het gebruik van Blackboard als informatiemedium. Huidige studietraject Het zijn studenten van de School of Economics Rotterdam, opleiding Management, Economie & Recht [MER], 4e jaar voltijdopleiding. 8.2.2 Uit te voeren taak In deze case study werkte een groep studenten in een studentgestuurde setting, met de inzet van elearning, samen in een keuzemodule. Ze gaven zelf invulling aan het keuzevak ebusiness. Met een zo groot mogelijke zelfsturing werd gedurende tien weken in het eerste semester van het cursusjaar 2004-2005 in 3 groepen samengewerkt om uiteindelijk een workshop over het gekozen onderwerp op te leveren. De werkvorm 'samenwerkend leren 2 is de basis voor het tot stand komen van het product. De studenten hebben de verantwoordelijkheid om tijdens het keuzevak zelf hun leerproces vorm te geven. Zij kunnen daartoe contact opnemen met anderen [docenten, bedrijfsleven, lectoraat], maar het initiatief ligt geheel bij hen. Ook de vormgeving van de eindtoets en de beoordelingscriteria valt onder hun verantwoordelijkheid, waarbij ze rekening dienden te houden met het feit dat docenten de studiepunten toekennen. 2 Het Lectoraat elearning definieert 'samenwerkend leren'als: coöperatief leren, dat een onderwijs]leersituatie omvat waarin de lerende in interactie met een of meerdere actoren in de situatie onder gedeelde verantwoordelijkheid een leer- of probleemtaak uitvoert met een gemeenschappelijk doel of product, dat door iedere participant wordt nagestreefd [zie bijlage begrippenlijst]. 4

8.2.3 Opleidingsonderdeel en studielast Vanuit de gedachte dat zelfsturing als organisatievorm nu al naadloos aansluit bij de afstudeerfase in de opleiding, is ervoor gekozen om vanuit de kenniskring ebusiness een pilot uit te voeren onder vierdejaars studenten MER. De kenniskring elearning werd na de start van de pilot betrokken bij dit onderzoek, zodat het als een case study kon worden gebruikt. Het keuzevak van aanvankelijk 6 EC over een heel semester is op praktische gronden nu gerealiseerd in een keuzevak over een periode van tien weken met een omvang van 8 EC. Dat betekende dat studenten die deelnamen gedurende tien weken 3/5 van hun studietijd aan het keuzevak konden besteden. 8.2.4 Begeleiding De studenten hebben zelf alle verantwoordelijkheid voor het proces en daarom ligt het initiatief bij hen als het gaat om het inschakelen van begeleiding. Zij kunnen contact opnemen met de docenten, het bedrijfsleven of het lectoraat. Vanuit de kenniskring ebusiness worden de studenten begeleid door Piet Alblas [fellow in deze kenniskring]. Vanuit de opleiding MER zijn twee docenten beschikbaar die als etutor optreden: Heinrich Gerlach en Chris Breurkens. Beiden zijn ervaren docenten, maar ze hebben minder ervaring in het begeleiden van studenten op afstand, wat inherent is aan de huidige opleidingsstructuur. De beide etutoren hebben wel enige ervaring in het gebruik van Blackboard als informatiemedium. Het was de bedoeling dat de begeleiding deels digitaal en deels 'face to face'zou plaatsvinden. De studenten hebben een logboek bijgehouden in een door de docenten aangeleverd 'format', waarin gegevens werden geregistreerd als: datum, activiteit, tijdsduur, gebruikte bronnen en informatie over contacten met anderen. Halverwege de periode is besloten om de interactie met de studenten te gaan scoren met behulp van een scorelijst [zie bijlage 5]. De formulieren zijn na afloop van de leerpraktijk ingeleverd. 8.2.5 Elektronische leeromgeving Als leeromgeving gebruikten de studenten een Teamsite. Dit is een 'SharePoint-applicatie'waarin studenten en etutoren onder meer documenten kunnen uitwisselen, kunnen reageren op anderen en discussies kunnen starten. Er zijn meerdere 'Teamsites'in gebruik geweest in deze pilot: Een algemene 'ebusiness Community INHOLLAND', waartoe ook studenten toegang hebben. Hier staan mededelingen en discussielijsten met betrekking tot deze pilot; Een Workspace voor het keuzevak 'ebusiness MER 2004-2005', met nieuws, documenten en een discussielijst; Een eigen teamsite per groep die door studenten in deze pilot kon worden aangevraagd.. 8.2.6 Onderwerp Studenten regisseren zelf hun leertraject, zowel voor wat betreft de leerprocessen als de inhouden binnen het domein van ebusiness. Op praktische gronden is gekozen voor het competentiedomein ebusiness, omdat er ook expertise binnen het lectoraat ebusiness aanwezig is op dat gebied en omdat er op termijn een ebusiness minor ontwikkeld gaat worden. 8.2.7 Kader van opdracht Uitgangspunt is dat de studenten zo veel mogelijk ruimte wordt geboden voor zelfsturing. Ze zijn op de hoogte van de fasering van een leerpraktijk en van aspecten waarop gestuurd kan worden. De etutor 5

deelde hiertoe een schema uit, afgeleid uit een studie van Taks [2004] 3, waarin de fasen en aspecten van mogelijke studentsturing zijn opgenomen. Studenten proberen dus zo veel mogelijk zelf te sturen in volgende fasen: oriëntatiefase, planningsfase, uitvoeringsfase en evaluatiefase. Binnen die fasen sturen de studenten waar mogelijk op de volgende aspecten: organisatie, kwaliteit en leerproces. Fase Aspect Sturingsactiviteit Oriëntatie Planning Uitvoering Evaluatie Organisatie Kwaliteit Leerproces Organisatie Kwaliteit Leerproces Organisatie Kwaliteit Leerproces Organisatie Kwaliteit Leerproces Oriëntatie op de organisatie van de leerpraktijk Oriëntatie op de opdracht en het product Oriëntatie op de competenties en de leerdoelen Een realistische tijdplanning maken Taken verdelen in het team Beoordelingscriteria voor het product vaststellen Eigen leerdoelen formuleren en leerdoelen van de taakgroep Realistische leerroute uitzetten Bewaken van het proces en de samenwerking Bewaken van de verbruikte tijd en bijstelling van de tijdsplanning Feedback vragen aan docent en/of opdrachtgever Relevante informatiebronnen benutten Bewaken van de leerroute en dit zonodig bijstellen Evaluatie van het proces en de samenwerking Beoordelen van de kwaliteit van het product Reflecteren op het leerproces Figuur 1. Fasen in de leerpraktijk en aspecten waarop studenten kunnen sturen. 8.2.8 Randvoorwaarden Het project is uitgevoerd in het cursusjaar 2004-2005. Het project is gestart in september 2004 met een eerste bijeenkomst. Het eindigde in januari 2005 met de eindpresentaties. Omdat de kenniskring elearning betrokken werd bij de pilot ten behoeve van een uit te voeren case study, is afgesproken dat er een duidelijke relatie met elearning moest zijn. De studenten dienden ten dele op afstand begeleid worden en via de elektronische leeromgeving met elkaar te communiceren. De begeleiding op school en op afstand werd uitgevoerd door een etutor. Het initiatief tot overleg met de etutor lag bij de studenten. 8.2.9 Ten slotte De onderzoeksvraag in relatie tot de contextanalyse luidt: Wat is de invloed van de context op de zelfsturing van studenten in een taakgroep? Bij de interpretatie van de data uit de survey en de evaluatie zullen gegevens uit de contextanalyse worden gebruikt om de data vanuit het juiste perspectief te interpreteren. Daarmee zal dan ook een antwoord worden geformuleerd op de bovenstaande vraag. 3 Taks, M. [2004]. Zelfsturing in leerpraktijken. Enschede: Universiteit Twente [promotieonderzoek]. Voor meer informatie: http://elearning.surf.nl/e-learning/onderzoek/2255 6

8.3 Survey onder studenten Achtereenvolgens wordt hier ingegaan op het kader en de onderzoeksopzet, de dataverzameling, de analyse en de interpretatie van de data. 8.3.1 Inleiding De doelen van deze case study kunnen als volgt worden omschreven: Exploreren van het begrip zelfsturing in de praktijk; Verkennen van de onderzoeksmethode case study in de beschreven pilot; Onderzoeken van de verwachtingen die studenten hebben van een etutor in de verschillende fasen van een leerpraktijk, zodat daarmee rekening gehouden kan worden in volgende praktijken overwegend vraaggestuurd en op afstand begeleid gaan worden. De eerste twee doelstellingen zijn opgenomen in alle case studies van het onderzoeksjaar 2004-2005. Bij de opzet en de uitvoering van de onderzoekslijn etutoring is dit jaar gekozen voor case studies als onderzoeksvorm. In P1 / Algemene informatie'wordt deze keuze gemotiveerd. In P3 / 'De etutor in de context van elearning wordt vanuit de literatuur geschetst wat begeleiden en aansturen van studenten via de elektronische leeromgeving [op afstand] inhoudt. De begrippen uit deze publicatie worden ook gehanteerd in deze case study. In P4 / 'Studentsturing in leerpaktijken in de context van elearning'wordt ingegaan op het begrip zelfsturing in leerpraktijken. Ten aanzien van het begrip studentsturing zoals dat in deze case study aan de orde is, wordt voor meer informatie naar die publicatie verwezen. De deelvraag in dit onderdeel van de case study luidt: Wat verwachten studenten van een etutor in de oriëntatiefase, planningsfase, uitvoeringsfase en evaluatiefase van een leerpraktijk als ze in een groep werken aan een project, waarbij ze invloed hebben op zowel product als proces? 8.3.2 Opzet onderzoek In dit onderdeel van de case study werd aan de hand van een vragenlijst aan de studenten gevraagd uitspraken te doen over de sturing van het leerproces, meer precies naar hun mening over bij wie de sturing zou moeten liggen in de verschillende fasen van de leerpraktijk. Zij kregen daarnaast nog de mogelijkheid een aantal algemene uitspraken te doen over de wenselijke rol van de etutor, waarbij zij een volgorde van belangrijkheid konden aangeven. De vragenlijst [zie bijlage 1] is een bewerking van het onderzoekskader dat ontwikkeld werd door Taks [2004] 4. De studenten kregen het verzoek de instructie te lezen boven de vragenlijst en deze daarna in te vullen [zie bijlage 1]. De vragenlijst werd afgenomen in januari 2005. 4 Taks, M. [2004]. Zelfsturing in leerpraktijken. Enschede: Universiteit Twente [promotieonderzoek]. Voor meer informatie: http://elearning.surf.nl/e-learning/onderzoek/2255 7

Alle studenten uit de pilotgroep [N=8] hebben de vragenlijst met stellingen over rol en functie van de etutor bij vormen van samenwerkend leren in een taakgroep ingevuld. Voor de gegevensverwerking is eerst een Acces-database ontworpen. In deze database werden de gegevens van de studenten, de antwoorden op de vragenlijsten en alle andere voor het onderzoek relevante data ingevoerd. Van alle studenten zijn de volgende gegevens vastgelegd: Student [unieke codering: student1, student2, enz], case study codering [case study 1= DigiPabo, case study 2 = PABO voltijd, case study 3 = Economie], leeftijd, studie [= aantal maanden aan de opleiding] en vooropleiding [HAVO, VWO, SPW3, HBO, VWO ]. Deze gegevens kunnen een rol spelen bij de 'triangulation'van de resultaten uit de drie case studies. Voor het vastleggen van de antwoorden op de vragen / stellingen is eerst een code vastgesteld per vraag / stelling. De code is gebaseerd op de fase [oriëntatie, planning, utvoering, evaluatie] en de te onderscheiden cyclus [organisatie, kwaliteit, leerproces] binnen zelfgestuurd samenwerkend leren. Een overzicht van de coderingen is te vinden in bijlage 2. Voor de codering van de scores op de stellingen is gekozen voor het invoeren van de getallen 1-7: 1= Helemaal mee eens 2= Mee eens 3= Enigszins mee eens 4= Niet mee eens of oneens 5= Enigszins mee oneens 6= Mee oneens 7= Helemaal mee oneens Het invoeren van cijfers biedt het voordeel dat eenvoudige statistische bewerkingen op de data kunnen worden uitgevoerd. Na het invoeren zijn de gegevens naar Excel en SPSS geëxporteerd. De door studenten ingevoerde extra teksten [toegevoegde stellingen en of opmerkingen] worden bij het exporteren tot een maximum van 255 tekens ingekort. Door dit proces gaat soms belangrijke informatie verloren bij teksten die veel groter zijn dan 255 tekens zijn. Daarom is dit onderdeel van de vragenlijst binnen Access ondergebracht, zodat het mogelijk blijft selecties en koppelingen te maken van de tekstbestanden en de andere data. 8.3.3 Analyse Op het volgende overzicht staat de vragenlijst, met daarbij aangegeven hoeveel studenten in een bepaalde antwoordcategorie [1-7] hebben gescoord. Hierdoor ontstaat zicht op de spreiding van de scores. Ter controle staat in de grijze kolom aangegeven hoeveel keer een antwoord is gegeven door de studenten. In onderstaand voorbeeld betreft dit in totaal 12 studenten. De laatste kolom geeft het gemiddelde weer van alle scores op de stellingen uit de vragenlijst. In het schema wordt de antwoordcategorie met de grootste frequentie [=modus] 'bold'weergegeven. De modus en de spreiding geven extra aan of het gemiddelde een redelijke goede weergave is van de mening van alle studenten [uitzonderlijke scores kunnen het gemiddelde sterk beïnvloeden]. 8

De etutor formuleert in de planningsfase van de leerpraktijk leerdoelen voor de groep en adviseert elk teamlid bij het formuleren van eigen doelen. 0 0 3 4 3 1 1 12 4,42 Figuur 2. Voorbeeld: drie studenten scoren een 3, vier een 4, drie een 5; Gemiddelde = 4,42 en Modus = 4.[N=12]. Bij een tweede voorbeeld [gemiddelde = 3,83] geeft deze score aan dat men het gemiddeld niet mee eens of oneens is met die stelling. Er scoren vier [modus] studenten een 3, drie studenten een 2, twee studenten een 5, en drie studenten een 6. Deze score is redelijk verdeeld. De etutor moet aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. 0 3 4 0 2 3 0 12 3,83 Figuur 3. Voorbeeld: vier studenten scoren een 3, drie een 2, drie een 6; Gemiddelde = 3,83 en Modus = 4 [N=12]. De gemiddelde score moet met een zekere voorzichtigheid worden geïnterpreteerd, omdat bij een onevenwichtige verdeling tussen scores het gemiddelde fors kan afwijken van de modus. Resultaten van de vragenlijst 1 2 3 4 5 6 7 8 Vragenlijst voor survey onder studenten [Case Study 3] Lees de onderstaande stellingen over de rol en functie van een begeleider/tutor [etutor] bij vormen van samenwerkend leren in een taakgroep. Geef daarbij aan in welke mate je het met elke stelling eens bent. Het begrip leerpraktijk wordt hier gebruikt als aanduiding voor hetgeen je in een taakgroep zult ondernemen. Het kan dus gaan om een projectopdracht, kerntaak of onderzoeksopdracht, waarbij het verbindend principe is dat er altijd dient te worden samengewerkt om tot het leerresultaat [en product] te komen. Het begrip etutor wordt hier ook bewust gebruikt, want het gaat vooral om de rol en functie van een begeleider van taakgroepen bij leerprocessen waarin er veel wordt gewerkt en op afstand wordt gecommuniceerd in de digitale omgeving. 1=Helemaal mee eens 2=Mee eens 3= Enigszins mee eens Scores De etutor moet aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. 1 2 3 0 1 1 0 8 3,13 De etutor moet aangeven wat precies wordt verwacht als opbrengst van het proces en waaraan dat resultaat moet voldoen. 4 1 2 0 1 0 0 8 2,13 De etutor moet aangeven welke competenties geoefend worden en welke leerdoelen worden nagestreefd in de leerpraktijk. 2 1 1 0 1 3 0 8 3,75 De etutor moet in de oriëntatiefase van de leerpraktijk een analyse maken van mijn persoonlijke leerbehoefte. 0 0 1 1 2 2 2 8 5,38 De etutor moet een voorstel doen voor een realistische planning van de activiteiten en het productieproces in de leerpraktijk. 0 0 0 2 1 3 2 8 5,63 De etutor heeft de eindverantwoordelijkheid in het kader van de groepssamenstelling in een leerpraktijk. 0 0 2 3 1 1 1 8 4,50 De etutor bewaakt dat taken in een team binnen de leerpraktijk goed verdeeld worden en grijpt hierbij zonodig in. 0 0 1 0 3 4 0 8 5,25 De etutor stelt vooraf de criteria vast waarop het resultaat / product wordt beoordeeld en communiceert hier tijdig over met de groep. 0 3 3 2 0 0 0 8 2,88 4=Niet mee eens of oneens 5=Enigszins mee oneens 6=Mee oneens 7=Helemaal mee oneens Totaal studenten Gemiddelde score 9

9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 De etutor speelt een belangrijke rol bij het opsporen en selecteren van de relevante informatiebronnen die zicht geven op de omvang van de leeropdracht. 0 0 0 0 3 2 3 8 6,00 De etutor formuleert in de planningsfase van de leerpraktijk leerdoelen voor de groep en adviseert elk teamlid bij het formuleren van eigen doelen. 0 0 0 1 2 2 3 8 5,88 De etutor is in de planningsfase verantwoordelijk voor het uitzetten van de leerroute vanwege zijn expertise als didacticus. 0 1 1 1 1 2 2 8 5,00 De etutor bewaakt het proces en gebruikte tijd en stelt zonodig de tijdplanning bij voor de taakgroep in een leerpraktijk. 0 0 1 0 3 3 1 8 5,38 De etutor bevraagt de groep systematisch naar de wijze waarop wordt samengewerkt en grijpt hierbij zonodig in. 0 0 4 1 1 2 0 8 4,13 De etutor geeft gevraagd en ongevraagd feedback op de [tussen]producten die door de taakgroep worden opgeleverd. 1 1 5 1 0 0 0 8 2,75 De etutor draagt er mede zorg voor dat de taakgroep gebruik maakt van alle relevante informatiebronnen. 0 0 1 2 2 3 0 8 4,88 De etutor stimuleert de groep om alle eerder verworven kennis te benutten en verwijst zonodig naar die kennis. 0 0 3 2 1 2 0 8 4,25 De etutor bewaakt de leerroute tijdens de uitvoeringsfase in de leerpraktijk en stelt die zonodig bij vanuit zijn expertise als didacticus. 0 1 2 2 0 3 0 8 4,25 De etutor evalueert met de taakgroep het werkproces en de samenwerking en neemt hierbij de leiding. 1 0 5 1 0 1 0 8 3,25 De etutor is verantwoordelijk voor de beoordeling van de kwaliteit van het eindproduct en handelt dienovereenkomstig. 0 2 1 1 1 2 1 8 4,38 De etutor reflecteert in de evaluatiefase van de leerpraktijk met de taakgroep op het leerproces en hij neemt hierin de leiding. 1 2 3 2 0 0 0 8 2,75 Figuur 4. Resultaten vragenlijst van de survey onder studenten. In bijlage 3 zijn opgenomen de resultaten van de ingevulde vragenlijsten in volgorde van mee eens tot niet mee eens'of 'niet mee oneens en enigszins mee oneens. De score is uitgedrukt in een gemiddelde score over de door de studenten ingevulde formulieren. De stellingen zijn in oplopende volgorde gezet van de gemiddelde score: van gemiddelde score 2,13 tot 6,00. De gemiddelde scores zijn [naar boven afgerond op 1 cijfer achter de komma] ingedeeld naar de volgende categorieën: 0,5-1,4 = helemaal mee eens 1,5-2,4 = mee eens 2,5-3,4 = enigszins mee eens 3,5 4,4 = niet mee eens en niet mee oneens 4,5-5,4 = enigszins mee oneens 5,5-6,4 = mee oneens 6,5-7,4 = helemaal mee oneens 10

8.3.4 Interpretatie Bij de interpretatie zal met name gekeken worden naar de gemiddelde scores met betrekking tot de uitspraken over de gewenste sturing door de etutor [vanaf helemaal mee eens ] en de student [vanaf helemaal mee oneens ]. De uitspraken over gedeelde sturing [ niet mee eens of oneens ] zullen hier buiten beschouwing worden gelaten. Sturing door de etutor Studenten van deze pilot geven aan dat ze het enigszins eens zijn met de volgende stellingen: De etutor geeft gevraagd en ongevraagd feedback op [tussen]producten die door de taakgroep worden opgeleverd. De etutor reflecteert in de evaluatiefase van de leerpraktijk met de taakgroep op het leerproces en hij neemt hierin de leiding. De etutor stelt vooraf de criteria vast waarop het resultaat / product wordt beoordeeld en communiceert hier tijdig over met de groep. De etutor moet aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. De etutor evalueert met de taakgroep het werkproces en de samenwerking en neemt hierbij de leiding. Figuur 5. Stellingen waarmee studenten het einigszins eens zijn. Sturing door de student Studenten van deze pilot geven aan dat ze het enigszins oneens zijn met de volgende stellingen: De etutor heeft de eindverantwoordelijkheid in het kader van de groepssamenstelling in een leerpraktijk. De etutor draagt er mede zorg voor dat de taakgroep gebruik maakt van alle relevante informatiebronnen. De etutor is in de planningsfase verantwoordelijk voor het uitzetten van de leerroute vanwege zijn expertise als didacticus. De etutor bewaakt dat taken in een team binnen de leerpraktijk goed verdeeld worden en grijpt hierbij zonodig in. De etutor bewaakt het proces en gebruikte tijd en stelt zonodig de tijdplanning bij voor de taakgroep in een leerpraktijk. De etutor moet in de oriëntatiefase van de leerpraktijk een analyse maken van mijn persoonlijke leerbehoefte. Figuur 6. Stellingen waarmee studenten het enigszins oneens zijn. 8.3.5 Conclusies survey Algemeen Als de gemiddelde scores met enige voorzichtigheid worden gehanteerd, vanwege de mogelijke spreiding van de antwoorden bij een score, kan toch een tendens worden vastgesteld. Hierbij is gebruik gemaakt van het schema waarin de vragen van de lijst zijn gekoppeld aan de fasen die er in de leerpraktijk kunnen worden onderscheiden ten aanzien van studentsturing bij samenwerkend leren [zie bijlage 3]. Daarbij wordt gekeken naar de scores die dicht liggen bij mee eens of mee oneens, omdat deze uitspraken informatie kunnen opleveren over de rol van de etutor moet zijn bij studentsturing in de context van elearning. 11

Bij de score mee eens geven de ondervraagden aan dat ze vinden dat die taak / rol / activiteit / sturing meer bij de etutor dient te liggen dan bij de student. Voorbeeld: stelling 2 [De etutor moet aangeven wat precies wordt verwacht als opbrengst van het proces en waaraan dat resultaat moet voldoen.] levert een gemiddelde score van 2.13 op, wat inhoudt dat de meeste studenten het eens is met deze stelling. Bij de score mee oneens geven de ondervraagden aan dat ze vinden dat die taak / rol / activiteit / sturing duidelijk niet bij de etutor dient te liggen, maar eerder bij de student. Voorbeeld: stelling 9 [De etutor speelt een belangrijke rol bij het opsporen en selecteren van de relevante informatiebronnen die zicht geven op de omvang van de leeropdracht.] levert een gemiddelde score op van 6.0, wat inhoudt dat de meeste studenten het oneens is met deze stelling. Voorzichtigheid is geboden bij die laatste conclusie: studenten die het oneens zijn met een stelling geven daar mee aan dat ze vinden dat die taak / rol / activiteit / sturing niet bij de etutor dient te liggen. Voor de hand ligt natuurlijk wel in dat geval de uitspraak te interpreteren als: de sturing ligt meer bij de student dan bij de etutor. Specifiek De volgende sturingsactiviteiten moeten volgens de studenten eerder door de etutor uitgevoerd worden dan door de student: Oriëntatiefase: oriëntatie op de organisatie van de leerpraktijk De rol van de etutor ligt in de oriëntatiefase vooral op het aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. Planningsfase: beoordelingscriteria vaststellen voor de productbeoordeling De rol van de etutor spitst zich in deze fase toe op het vooraf vaststellen van de criteria waarop het resultaat / product wordt beoordeeld en hierover tijdig communiceren met de groep. Uitvoeringsfase: feedback vragen aan de docent en/of opdrachtgever De rol van de etutor spitst zich hier toe op het gevraagd en ongevraagd feedback geven op de [tussen]producten die door de taakgroep worden opgeleverd. Evaluatiefase: Reflecteren op doorlopen leerproces en evaluatie van werkproces en samenwerking Hier worden twee stellingen genoemd, één stelling uit het onderdeel 'leerproces'en één uit het onderdeel 'kwaliteit', respectievelijk De etutor reflecteert in de evaluatiefase van de leerpraktijk met de taakgroep op het leerproces en hij neemt hierin de leiding'en De etutor evalueert met de taakgroep het werkproces en de samenwerking en neemt hierbij de leiding. Interessant is het ook te kijken naar stellingen waarbij studenten aangeven dat ze het er enigszins mee oneens zijn. De interpretatie kan hierbij zijn dat de ondervraagde studenten vinden dat deze sturingsactiviteiten niet bij de etutor dienen te liggen. Voor de hand ligt te veronderstellen dat ze bij de volgende uitspraken neigen naar het leggen van de sturingsverantwoordelijkheid bij henzelf. De volgende sturingsactiviteiten moeten volgens de studenten eerder door henzelf uitgevoerd en niet door de etutor: 12

Oriëntatiefase: analyse van de persoonlijke leerbehoefte De rol van de student spitst zich in de oriëntatiefase toe op het maken van een analyse van de leerpraktijk en van de persoonlijke leerbehoefte. Planningsfase: taken verdelen binnen het team en een realistische leerroute uitzetten De rol van de student spitst zich in de planningsfase toe op de eindverantwoordelijkheid in het kader van de groepssamenstelling, het bewaken van een goede taakverdeling in het team en daar zonodig op ingrijpen, en het uitzetten van de leerroute in de planningsfase. Uitvoeringsfase: bewaken van de tijd, bijstellen tijdplanning en informatiebronnen benutten De rol van de student spitst zich in de uitvoeringsfase toe op het bewaken van het proces en de gebruikte tijd en het zonodig bijstellen van de tijdplanning, naast het mede ervoor zorg dragen dat de taakgroep gebruik maakt van alle relevante informatiebronnen. Bij de evaluatiefase worden geen stellingen genoemd. Kennelijk zijn de ondervraagde studenten op dit onderdeel van mening dat de student hier niet degene is die primair stuurt. Aanvullende uitspraken Naar aanleiding van de toegevoegde uitspraken van studenten over de etutor [zie bijlage 4] komen een aantal aspecten naar voren die studenten erg belangrijk vinden voor een etutor. In totaal zijn er 20 uitspraken gedaan door studenten. Een aantal uitspraken wordt hier samengevat: De etutor dient tijdig te communiceren met de groep; De etutor moet altijd en overal bereikbaar zijn; De etutor dient hulp te verlenen als daarom wordt gevraagd; De etutor moet duidelijk zijn over de opdracht en aangeven van wat er verwacht wordt; De etutor moet goed uitleggen wat precies vraaggestuurd onderwijs inhoud. Het lijkt niet zinvol op basis van deze beperkte lijst concluderende uitspraken te doen. 13

8.4 Evaluatie met betrokkenen Na afloop van de pilot ebusiness hebben de etutoren een evaluatiegesprek gehad met de groep studenten. Ook is de pilot besproken door de etutoren en de fellow van de kenniskring ebusiness. Daarnaast zijn de logboeken bekeken. Opvallende bevindingen 5 Het blijkt voor studenten lastig te zijn om een concreet uitvoerbaar plan te maken dat binnen tien weken uitgevoerd moet worden. Daarbij komt dat zij zelf het eindproduct moesten definiëren en niet vanuit een concrete externe vraag of opdracht werkten. Enkele studenten reageerden op een discussieforum hierop met de opmerking dat zij in de afgelopen jaren niet hebben geleerd zichzelf te sturen en 'dat zij er zelf ook eerst vertrouwd mee moeten raken'. Een andere student merkt in de discussie op 'dat je hier juist veel van leert'. Opvallend is dat na deze discussie op de website geen initiatief genomen werd om de docenten ondersteuning te vragen. 'Vraaggestuurd onderwijs was even wennen. We waren gewend alles aangereikt te krijgen en dat was nu natuurlijk niet zo'; 'Ik denk dat wij als studenten nog niet geheel begrepen wat vraagsturing inhield'. Voor de etutor is het lastig te bepalen wanneer ingegrepen moet worden en wanneer niet. Nu kwam het voor dat een student iets meedeelde, bijvoorbeeld de beoordelingscriteria, en er niet de vraag bij stelde of de etutoren hiermee akkoord gingen. De etutoren zagen het als een mededeling, maar de studenten bedoelden het als een vraag aan de etutoren of ze hiermee akkoord konden gaan. Ook is een opmerking over het 'in het diepe gooien'door etutoren meer gezien als opening van de discussie dan als hulpvraag, terwijl de studenten achteraf constateerden wel wat meer begeleiding verwacht te hebben. Er is echter niet om gevraagd. 'Het concept vraagsturing is een verbeterpunt. Ik denk dat ook docenten duidelijker moeten maken dat wij met echt concrete vragen moeten komen willen zij die beantwoorden'. Een student merkt op dat de etutoren voor wat betreft het concept 'vraagsturing'niet altijd op één lijn zaten. De etutoren herkenden dit, want zij verschilden soms van mening over het al dan niet sturen [ ingrijpen ]. In de vierde week van de pilot zijn er met alle groepen gesprekken gevoerd op initiatief van de etutoren, omdat het gevoel bij etutoren ontstond dat de studenten niet voldoende voortgang maakten. 'Zorg dat de leraren als een eenheid richting de studenten optreden. Ze zouden dus op een lijn moeten zitten'. De etutoren hebben het idee dat het confronteren van de studenten met nieuwe zaken op het gebied van werkwijze en toetsing de aandacht afleidt van de inhoud. Studenten zoeken eerst zekerheid in de vorm. Ze vragen voortdurend duidelijkheid aan de etutoren en nemen zelf niet snel initiatieven. De groepen hebben veel tijd gestoken in de verduidelijking van de opdracht, wat ten koste ging van de inhoud. De oorzaak hiervan is onduidelijk gebleven. Een gedeelde opvatting van de studenten is dat de docenten meer richtlijnen hadden moeten geven. 'De uitgangspositie en het eindproduct zouden beter geschetst moeten worden'. 5 Ontleend aan: Alblas, P. [2005]. Vraagsturing in het onderwijs. Lectoraat ebusiness INHOLLAND [eindverslag pilot]. 14

Omdat de begeleiding grotendeels digitaal zou gaan plaatsvinden, is gezocht naar de juiste inzet van verschillende media als e-mail, chat, website, MSN en videoconferencing. De laatste twee tools waren nog niet geïnstalleerd op het netwerk en konden niet vanuit de hogeschool worden ingezet. Eén groep heeft gebruik gemaakt van een eigen 'workspace'met functionaliteiten als nieuws, discussielijsten, links en 'document sharing'. Vooral de afdeling 'nieuws'is gebruikt om uitgebreid te communiceren over organisatorische aspecten en foto s uit te wisselen. De groepsleden kenden elkaar goed en zagen elkaar daarnaast regelmatig. De mogelijkheden van het Intranet, zoals Sharepoint, worden niet vanzelf benut. Studenten die het meest actief waren op de website hebben ook de beste presentatie gehouden en het beste product opgeleverd. Veel studenten brengen niets op de website, het delen van kennis gaat niet vanzelf. 'De communitysite is makkelijk, maar er zouden meer duidelijk afspraken over gemaakt moeten worden. Veel communicatie is nu via de mail verlopen'. Uit analyse van de logboeken blijkt dat studenten veel gebruik maken van MSN, telefoon en e-mail, en minder van de teamsite. Veel informatie wordt daarnaast gevraagd in 'face-to-face'gesprekken. Als er bronnen gebruikt worden en er geen contact met anderen is, dan is de bron vaak Internet en de activiteit 'het zoeken van informatie'. Als er media gebruikt worden en er wel contact is met anderen, dan gaat het veelal om e-mail of MSN. Op deze wijze worden vragen gesteld en afspraken gemaakt. Overleg voeren en advies vragen vindt over het algemeen in 'face-to-face'contacten plaats. Tenslotte De meeste studenten geven aan dat ze het project ondanks de breed ervaren onduidelijkheid erg leerzaam hebben gevonden. Het bevordert de zelfstandigheid. Door het logboek hebben ze ook inzicht gekregen in hun tijdbesteding, hetgeen ze [niet allemaal] als zinvol hebben ervaren. 15

8.5 Conclusies en aanbevelingen Achtereenvolgens wordt hier ingegaan op de conclusies en zullen aanbevelingen worden gedaan over de aanpak in de toekomst en de inrichting van vervolgonderzoek. 8.5.1 Conclusies In deze case study is de gewenste sturing onderzocht in alle fasen binnen een leerpraktijk die als pilot was opgezet binnen de opleiding MER. Harde conclusies levert dat niet echt op, de uitkomsten geven alleen een tendens aan. De tendens die hier wordt gesignaleerd is geconstateerd binnen deze case study en heeft geen geldigheid buiten die context. De studenten die aan deze pilot hebben deelgenomen, maakten gedurende het cursusjaar 2004-2005 deel uit van een groep die zich als experiment bezighield met het uitvoeren van een grote taak met als instructie een zo groot mogelijke zelfsturing. Dit leverde in de beginfase verwarring op over waar wel en waar niet door de studenten in gestuurd mocht worden. De centrale vraagstelling van deze case study luidde: Hoe verloopt het leerproces in praktijken waarin studenten maximale ruimte wordt geboden tot zelfsturing? Uit de ervaringen van deze pilot kan worden geleerd dat het vooraf maken van heldere afspraken en het introduceren van studenten en etutoren in het concept 'zelfsturing'van groot belang is voor een goed verloop van een leerpraktijk. Zonder die duidelijkheid ontstaat er snel verwarring over wat er nu wel en niet kan en mag en wat zowel studenten en etutor van elkaar verwachten. Deze verwarring maakt het ook lastiger om uitspraken te doen over de mate waarin studenten zelfsturend kunnen zijn in vergelijkbare leerpraktijken. Deelvragen die uit de hoofdvraag waren afgeleid in deze case study luidden: o o Wat is de invloed van de context op de zelfsturing van studenten in een taakgroep? Wat verwachten studenten van een etutor in de oriëntatiefase, de planningsfase, de uitvoeringsfase en de evaluatiefase van een leerpraktijk als ze in een groep werken aan een project, waarbij ze invloed hebben op zowel product als proces? Uit de contextanalyse bleek dat zowel voor studenten als voor de etutoren het werken vanuit het concept 'zelfsturing'nieuw was en er ook weinig ervaring was met elearning en het op afstand begeleiden van studenten. Dat heeft ongetwijfeld invloed gehad op de mate waarin sprake was van zelfsturing en het succesvol verloop van deze leerpraktijk. Door onervarenheid van de studenten en de etutoren met 'zelfsturing'en het begeleiden ervan is het leerproces bij de studenten en de begeleiding door etutoren niet zonder problemen verlopen. De etutoren in deze pilot voelden zich vaak onzeker over hun rol. Zij twijfelden soms over wel of niet ingrijpen. Aan de andere kant twijfelden de studenten soms of zij wel of niet met de etutor moesten overleggen over bepaalde zaken. Ook bij studenten was sprake van veel onzekerheid: Kunnen we zelf de beoordelingscriteria bepalen? Bepalen we zelf hoe en waar we het project afronden?' 16

Wat verwachten studenten van een etutor in de oriëntatiefase, planningsfase, uitvoeringsfase en evaluatiefase van een leerpraktijk als ze in een groep werken aan een opdracht, waarbij ze invloed hebben op zowel product als proces? Studenten verwachten in alle fasen sturingsactiviteit[en] van de etutor. Opvallend is dat in drie van de vier fasen aspecten met betrekking tot kwaliteit genoemd worden. In deze case study is om zuiver praktische redenen [beschikbaarheid studenten en tijdsdruk] één meting uitgevoerd in plaats van twee. Als er verwachtingen worden geformuleerd dienen er twee metingen te worden uitgevoerd. Alleen dan kan er een ontwikkeling worden vastgesteld en kan die worden vergeleken met de voorspellingen. Omdat de kenniskring elearning pas na de start van de pilot bij het onderzoek werd betrokken, is alleen vanaf de vierde week gewerkt met een logboek. Voor een goede interpretatie van het proces is de registratie van interventies vanaf de start van de leerpraktijk van groot belang. 8.5.2 Aanbevelingen Inhoudelijk Expliciteren van het begrip 'zelfsturing'door bijvoorbeeld vooraf duidelijker te formuleren wie waarop stuurt. Het gaat bij dit onderzoek immers om competenties van de etutor in de setting 'zelfgestuurd onderwijs'. De randvoorwaarden moeten vooraf duidelijker worden vastgesteld en kunnen bijvoorbeeld worden vastgelegd in de vorm van een contract. Vooraf duidelijke afspraken maken met de etutor en de studenten over de invulling van zelfsturing in de gegeven leerpraktijk. Onderzoeksmatig Voer in de case study een echte nulmeting en eindmeting uit. Op deze wijze kunnen ontwikkelingen worden vastgesteld en worden vergeleken met verwachtingen. Neem voor een compleet beeld ook de verantwoordelijksheidsmeter af, waarin wordt geëvalueerd bij wie feitelijk de sturing lag in alle fasen. Laat studenten vanaf het begin van de case study een logboek bijhouden. Op deze wijze kunnen de interventies, die overigens altijd adequaat / goed zijn, worden bekeken. Daarmee ontstaat meer zicht op welk etutorgedrag wat oplevert bij dit soort leerpraktijken. Alleen wanneer alles in een logboek geplaatst wordt, kan daarover iets zinnigs gezegd worden. Het is belangrijk dat studenten op vergelijkbare wijze bijhouden wat zij doen, wat ze aan de begeleiders vragen, en hoe het hele proces verloopt. Bronnen Alblas, P. [2005]. Vraagsturing in het onderwijs, Lectoraat e Businesslectoraat INHOLLAND [eindverslag pilot]. Fransen, J. [2004]. Virtu@al Identity; Een gevalideerd competentieprofiel van de etutor. Enschede: Universiteit Twente [Master's Thesis]. Taks, M. [2004]. Zelfsturing in leerpraktijken. Enschede: Universiteit Twente [promotieonderzoek]. Zie hiervoor ook: http://elearning.surf.nl/e-learning/onderzoek/2255 17

Bijlage 1 / Vragenlijst voor de survey onder studenten Student Tutor Lees de onderstaande stellingen over de rol en functie van een begeleider/tutor [etutor] bij vormen van samenwerkend leren in een taakgroep. Geef daarbij aan in welke mate je het met elke stelling eens bent. Het begrip leerpraktijk wordt hier gebruikt als aanduiding voor hetgeen je in een taakgroep zult ondernemen. Het kan dus gaan om een projectopdracht, kerntaak of onderzoeksopdracht, waarbij het verbindend principe is dat er altijd dient te worden samengewerkt om tot het leerresultaat [en product] te komen. Het begrip etutor wordt hier ook bewust gebruikt, want het gaat vooral om de rol en functie van een begeleider van taakgroepen bij leerprocessen waarin er veel wordt gewerkt en op afstand wordt gecommuniceerd in de digitale omgeving. Helemaal mee eens Mee eens Enigszins mee eens Niet mee eens of oneens Enigszins mee oneens Mee oneens Helemaal mee oneens De etutor moet aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. De etutor moet aangeven wat precies wordt verwacht als opbrengst van het proces en waaraan dat resultaat moet voldoen. De etutor moet aangeven welke competenties geoefend worden en welke leerdoelen worden nagestreefd in de leerpraktijk. De etutor moet in de oriëntatiefase van de leerpraktijk een analyse maken van mijn persoonlijke leerbehoefte. De etutor moet een voorstel doen voor een realistische planning van de activiteiten en het productieproces in de leerpraktijk. De etutor heeft de eindverantwoordelijkheid in het kader van de groepssamenstelling in een leerpraktijk. De etutor bewaakt dat taken in een team binnen de leerpraktijk goed verdeeld worden en grijpt hierbij zonodig in. De etutor stelt vooraf de criteria vast waarop het resultaat / product wordt beoordeeld en communiceert hier tijdig over met de groep. De etutor speelt een belangrijke rol bij het opsporen en selecteren van de relevante informatiebronnen die zicht geven op de omvang van de leeropdracht. De etutor formuleert in de planningsfase van de leerpraktijk leerdoelen voor de groep en adviseert elk teamlid bij het formuleren van eigen doelen. De etutor is in de planningsfase verantwoordelijk voor het uitzetten van de leerroute vanwege zijn expertise als didacticus. De etutor bewaakt het proces en gebruikte tijd en stelt zonodig de tijdplanning bij voor de taakgroep in een leerpraktijk. De etutor bevraagt de groep systematisch naar de wijze waarop wordt samengewerkt en grijpt hierbij zonodig in. De etutor geeft gevraagd en ongevraagd feedback op de [tussen]producten die door de taakgroep worden opgeleverd. De etutor draagt er mede zorg voor dat de taakgroep gebruik maakt van alle relevante informatiebronnen. De etutor stimuleert de groep om alle eerder verworven kennis te benutten en verwijst zonodig naar die kennis. De etutor bewaakt de leerroute tijdens de uitvoeringsfase in de leerpraktijk en stelt die zonodig bij vanuit zijn expertise als didacticus. De etutor evalueert met de taakgroep het werkproces en de samenwerking en neemt hierbij de leiding. De etutor is verantwoordelijk voor de beoordeling van de kwaliteit van het eindproduct en handelt dienovereenkomstig. De etutor reflecteert in de evaluatiefase van de leerpraktijk met de taakgroep op het leerproces en hij neemt hierin de leiding. 18

Geef hieronder de 3 belangrijkste rollen, functies van de etutor bij het samenwerkend leren binnen een digitale leeromgeving. Het kunnen ook rollen of functies zijn die nog niet in de bovenstaande vragenlijst staan genoemd. De etutor [in volgorde van belangrijkheid]: 1 De etutor. 2 De etutor. 3 De etutor. Bedankt voor het invullen van de vragenlijst. 19

Bijlage 2 / Schema overzicht codering bij stelling Fase Cyclus Sturingsactiviteit Code Uitspraak / Stelling Oriëntatie Organisatie Oriëntatie op de organisatie van de leerpraktijk OrOrg1 De etutor moet aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. Kwaliteit Oriëntatie op de opdracht en het product OrKwa1 De etutor moet aangeven wat precies wordt verwacht als opbrengst van het proces en waaraan dat resultaat moet voldoen. Leerproces Oriëntatie op competenties en leerdoelen OrLPr1 De etutor moet aangeven welke competenties geoefend worden en welke leerdoelen worden nagestreefd in de leerpraktijk. Analyse van de persoonlijke leerbehoefte OrLPr2 De etutor moet in de oriëntatiefase van de leerpraktijk een analyse maken van mijn persoonlijke leerbehoefte. Planning Organisatie Een realistische tijdplanning maken PlOrg1 De etutor moet een voorstel doen voor een realistische planning van de activiteiten en het productieproces in de leerpraktijk. Goede samenwerkingspartners zoeken PlOrg2 De etutor heeft de eindverantwoordelijkheid in het kader van de groepssamenstelling in een leerpraktijk. Taken verdelen binnen het team dat gaat samenwerken PlOrg3 De etutor bewaakt dat taken in een team binnen de leerpraktijk goed verdeeld worden en grijpt hierbij zonodig in. Kwaliteit Beoordelingscriteria vaststellen voor de productbeoordeling PlKwa1 De etutor stelt vooraf de criteria vast waarop het resultaat / product wordt beoordeeld en communiceert hier tijdig over met de groep. Relevante informatiebronnen opsporen PlKwa2 De etutor speelt een belangrijke rol bij het opsporen en selecteren van de relevante informatiebronnen die zicht geven op de omvang van de leeropdracht. Leerproces Eigen leerdoelen formuleren en/of leerdoelen voor de taakgroep PlLPr1 De etutor formuleert in de planningsfase van de leerpraktijk leerdoelen voor de groep en adviseert elk teamlid bij het formuleren van eigen doelen. Een realistische leerroute uitzetten PlLPr2 De etutor is in de planningsfase verantwoordelijk voor het uitzetten van de leerroute vanwege zijn expertise als didacticus. Uitvoering Organisatie Bewaken van de verbruikte tijd en bijstelling van de tijdplanning UiOrg1 De etutor bewaakt het proces en gebruikte tijd en stelt zonodig de tijdplanning bij voor de taakgroep in een leerpraktijk. Bewaken van het proces van samenwerking UiOrg2 De etutor bevraagt de groep systematisch naar de wijze waarop wordt samengewerkt en grijpt hierbij zonodig in. Kwaliteit Feedback vragen aan de docent en/of opdrachtgever UiKwa1 De etutor geeft gevraagd en ongevraagd feedback op de [tussen]producten die door de taakgroep worden opgeleverd. Relevante informatiebronnen benutten UiKwa2 De etutor draagt er mede zorg voor dat de taakgroep gebruik maakt van alle relevante informatiebronnen. Eerder verworven kennis en vaardigheden toepassen UiKwa3 De etutor stimuleert de groep om alle eerder verworven kennis te benutten en verwijst zonodig naar die kennis. Leerproces Bewaken van de gevolgde route en bijstellen van de leerroute UiLPr1 De etutor bewaakt de leerroute tijdens de uitvoeringsfase in de leerpraktijk en stelt die zonodig bij vanuit zijn expertise als didacticus. 20

Fase Cyclus Sturingsactiviteit Code Uitspraak / Stelling Evaluatie Organisatie Evaluatie van het werkproces en de samenwerking EvOrg1 De etutor evalueert met de taakgroep het werkproces en de samenwerking en neemt hierbij de leiding. Kwaliteit Beoordelen van de kwaliteit van het product EvKwa 1 De etutor is verantwoordelijk voor de beoordeling van de kwaliteit van het eindproduct en handelt dienovereenkomstig. Leerproces Reflecteren op het doorlopen leerproces EvLPr1 De etutor reflecteert in de evaluatiefase van de leerpraktijk met de taakgroep op het leerproces en hij neemt hierin de leiding. 21

Bijlage 3 / Gemiddelde scores in oplopende volgorde Vragenlijst voor de survey onder studenten Pilot Vraagsturing MER Gemiddelde score 2 14 20 8 1 18 3 13 17 16 18 6 15 11 7 12 4 5 10 9 De etutor moet aangeven wat precies wordt verwacht als opbrengst van het proces en waaraan dat resultaat moet voldoen. 2,13 2,42 De etutor geeft gevraagd en ongevraagd feedback op de [tussen]producten die door de taakgroep worden opgeleverd. 2,75 2,70 De etutor reflecteert in de evaluatiefase van de leerpraktijk met de taakgroep op het leerproces en hij neemt hierin de leiding. 2,75 3,12 De etutor stelt vooraf de criteria vast waarop het resultaat / product wordt beoordeeld en communiceert hier tijdig over met de groep. 2,88 2,64 De etutor moet aangeven hoe de leerpraktijk zal worden vormgegeven, of waar dat uitgebreid staat beschreven en gevonden kan worden. 3,13 2,94 De etutor evalueert met de taakgroep het werkproces en de samenwerking en neemt hierbij de leiding. 3,25 3,18 De etutor moet aangeven welke competenties geoefend worden en welke leerdoelen worden nagestreefd in de leerpraktijk. 3,75 3,36 De etutor bevraagt de groep systematisch naar de wijze waarop wordt samengewerkt en grijpt hierbij zonodig in. 4,13 3,12 De etutor bewaakt de leerroute tijdens de uitvoeringsfase in de leerpraktijk en stelt die zonodig bij vanuit zijn expertise als didacticus. 4,25 3,15 De etutor stimuleert de groep om alle eerder verworven kennis te benutten en verwijst zonodig naar die kennis. 4,25 3,09 De etutor is verantwoordelijk voor de beoordeling van de kwaliteit van het eindproduct en handelt dienovereenkomstig. 4,38 3,61 De etutor heeft de eindverantwoordelijkheid in het kader van de groepssamenstelling in een leerpraktijk. 4,50 4,24 De etutor draagt er mede zorg voor dat de taakgroep gebruik maakt van alle relevante informatiebronnen. 4,88 3,79 De etutor is in de planningsfase verantwoordelijk voor het uitzetten van de leerroute vanwege zijn expertise als didacticus. 5,00 4,45 De etutor bewaakt dat taken in een team binnen de leerpraktijk goed verdeeld worden en grijpt hierbij zonodig in. 5,25 4,30 De etutor bewaakt het proces en gebruikte tijd en stelt zonodig de tijdplanning bij voor de taakgroep in een leerpraktijk. 5,38 3,79 De etutor moet in de oriëntatiefase van de leerpraktijk een analyse maken van mijn persoonlijke leerbehoefte. 5,38 4,97 De etutor moet een voorstel doen voor een realistische planning van de activiteiten en het productieproces in de leerpraktijk. 5,63 4,12 De etutor formuleert in de planningsfase van de leerpraktijk leerdoelen voor de groep en adviseert elk teamlid bij het formuleren van eigen doelen. 5,88 4,36 De etutor speelt een belangrijke rol bij het opsporen en selecteren van de relevante informatiebronnen die zicht geven op de omvang van de leeropdracht. 6,00 4,55 22