COIG cursusdag klinische genetica in de interne geneeskunde Mee-naar-huis-neem boodschappen 2015 Hes Bredenoord Bongers & Deegens Helderman-van der Enden & Rennenberg Hoedemaekers & Postema Menko en Smorenburg Oosterwijk
klinisch genetisch redeneren 1 nieuw paradigma: elke aandoening is multifactorieel / polygeen (familie) anamnese en fysische diagnostiek zijn de basis: voor indicatiestelling verwijzing / DNA onderzoek genetische heterogeniteit is de regel, wat nu gemist wordt, zit volgende maand misschien wel in het panel
klinisch genetisch redeneren 2 beyond Mendel epigenetica, mitochondriaal, mozaicisisme, GWAS, SNP s, mirna, NextGen diagnostiek: blijf lezen! Test to treat genetische diagnose (+ familiaire consequenties) als bijproduct van klinische diagnostiek tbv behandeling
minder bekende erfelijke tumor syndromen Niet pluis gevoel: te jong multiple primaire tumoren in één patiënt gekende combinaties van kanker in de familie te veel in de familie niet-oncologische symptomen: lichamelijk onderzoek! www.geneclinics.org www.facd.info
minder bekende erfelijke tumor syndromen 2 Een oncogenetische diagnose bij uw patiënt kan van levensbelang zijn voor verwanten De nieuwste (= recent gevonden) genen zijn vaak de zeldzaamste Jan Peutz was Haags internist www.geneclinics.org www.facd.info
Ethische aspecten in de praktijk 1 Meer technologie is meer praten Binnenkort is diagnostiek via genen-panels, exome- of genome-sequencing de regel: toenemende bijvangst NextGen diagnostiek: tiered consent (pakketten) Blurred lines tussen research en diagnostiek
Ethische aspecten in de praktijk 2 Actionability: niet alleen tav behandel/preventie consequenties voor de patiënt, maar ook (genetisch) belang van familieleden. Ja, u heeft ook een ethische/morele verantwoordelijkheid voor familieleden: pleidooi voor zorgvuldigheid Stel pre-symptomatisch DNA-onderzoek uit tot leeftijd waarop uitslag medische consequenties heeft / het kind zelf kan meebeslissen (12, 16, 18, 24, jaar)
vasculaire geneeskunde Twee keer een zeldzame aandoening in de familie: denk aan genetica! Vrouwen met trombose is de voorgeschiedenis en kinderwens: denk aan erfelijke oorzaken / profylaxe Aneurysma van de thoracale aorta? Denk aan TAAD en potentiele consequenties voor behandeling/follow up FH, denk aan leeftijd en geslachtsafhankelijke referentiewaarden
Nefrogenetica 1 Nierziekten: Vaak erfelijke component - bij volwassen minder vaak dan bij kinderen Erfelijke nierziekten: - Familie-anamnese / stamboom belangrijk - Vraag niet alleen naar nierziekten in de familie - maar ook naar: doofheid, visusstoornissen, diabetes, cardiale stoornissen, myopathie, neurologische stoornissen
Nefrogenetica 2 - Ziekte-specifieke arrays en exome sequencing: diagnostiek efficiënter en sneller - Geen mutatie(s) sluit erfelijke nierziekte niet uit - Verwijzing naar/overleg met klinische genetica is bij meeste erfelijke nierziekten (ook bij ADPKD!) zinvol
Cardiogenetica 1 Bij veel erfelijke hartziekten kan nu de causale mutatie worden aangetoond, zodat dragerschapsbepaling in de familie mogelijk wordt. (zie ook: Cruijff 6 vs 13) De meeste erfelijke hartziekten zijn goed behandelbaar: actief opsporen van dragers heeft dus zin (zie ook: cascade-screening).
Cardiogenetica 2 Plotse dood <40 jaar wordt meestal veroorzaakt door een erfelijke hart/vaatziekte. In die gevallen zijn: - obductie en opslag van DNA van de overledene, en - verwijzing van verwanten voor genetic counseling en cardiologische onderzoek essentieel voor preventie.
Nog vragen? uw locale / regionale UMC afd. klinische genetica U krijgt om 17.00 sharp email met link naar evaluatieformulier : geef niet alleen aan wat u goed vond of beter kan maar ook wat u gemist heeft
Addendum1: mate van verwantschap eerstegraads: tweedegraads: derdegraads: - kinderen - ouders - broers en zusters - half broers / zusters - ooms en tantes - grootouders / kleinkinderen - neefjes en nichtjes (via broers / zusters) - neven en nichten (via ooms / tantes) - oudooms en -tantes - overgrootouders nb. nuldegraads, verschillende neven & nichten, PZ heeft ongelijk! Klinische Genetica UMCG
Addendum 2: basisbegrippen variabele expressie: qua debuutleeftijd en ernst ovariumca en bilateraal mammaca 36 jr. versus unilateraal mammaca op 78 jr. NF: scoliose, neurofibromata, milde retardatie, cafe-au-lait, opticus glioom,. gereduceerde penetrantie: overgeslagen generatie minimale expressie? te vroeg overleden? cave: overgeslagen sexe anticipatie: toename expressie (ernst, leeftijd) in volgende generaties dynamische mutaties omgevings / lifestyle factoren epigenetische veranderingen cave: ascertainment bias Klinische Genetica UMCG
Addendum 3: basisbegrippen pleiotropie/allelische heterogeniteit: één gen -> verschillende ziektebeelden RET: Hirschsprung, MEN2a CFRT: cystische fibrose, congenitale vas deferens agenesie fenocopie: niet-erfelijke en erfelijke vorm bestaan naast elkaar sporadische borstkanker in een BRCA1-mutatie familie erfelijke versus niet-erfelijke M. Alzheimer genetische / locus heterogeniteit: verschillende genen -> één ziekte colon carcinoom tgv: MLH1, MSH2, MSH6, PMS2, EPCAM, MutYH, NTHL1,. cystenieren: dominant, recessief,. tubereuze sclerose: TSC1 (# 9), TSC2 (#16),... >35 ataxie genen. Klinische Genetica UMCG