Gemeente Assen. Detailhandelsmonitor

Vergelijkbare documenten
Gemeente Groningen. Detailhandelsmonitor 2009 gemeente Groningen

Gemeente Assen Oplegnotitie Detailhandel Assen Kwaliteit en beleving centraal!

Gemeente Hof van Twente. Koopstromenonderzoek 2005 Deelrapport kernen Hof van Twente

Centrummanagement Wijchen, update branchering centrumgebied 203X01341

Distributieve analyse uitbreiding supermarkt Beethovenstraat Heemskerk

LEESWIJZER FACTSHEETS

Begeleidingscommissie

Samenvatting Eindhoven Regionaal koopstromenonderzoek SRE. Samenwerkingsverband Regio Eindhoven

Gemeente Hoogeveen. Koopstromenonderzoek gemeente Hoogeveen

LEESWIJZER FACTSHEETS

Factsheets Leeswijzer

Bewoners regio kopen minder in eigen gemeente

Bijlage C: Adviesmemo DPO Beekstraatkwartier Weert

De KoopstromenMonitor. Consumentenbestedingen gemeente Assen. Samengesteld in opdracht van Rabobank Assen-Beilen

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT STEENWIJK. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Augustus

Centrummonitor Hengelo Oktober 2014

Bijlage 2: Koopstromenonderzoek. Binnenstad Breda Voorjaar Opdrachtnummer: Dataverzameling: maart 2013 Oplevering: maart 2013

Nijverdal Detailhandelsmonitor 2017

Koopstromen Katwijk. Herkomst bestedingen vrijetijdssector en detailhandel. Samengesteld in opdracht van

Samenvatting Inleiding Werkgelegenheid Brabantse detailhandel Winkelaanbod in Noord-Brabant... 8

BINNENSTADSMONITOR ENSCHEDE 2018

Gemeente Lelystad. Monitoren effecten FOV 4-meting

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT GOOR. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

Alles blijft Anders. Het winkellandschap Gerard Zandbergen CEO Locatus

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april super

Perspectief Kerkelanden. 1 Inleiding. 2 Actuele situatie. 2.1 Actueel winkelaanbod Hilversum. Blauwhoed Vastgoed. Actueel DPO.

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april super

Gemeente Haren Actualisatie Distributie planologisch onderzoek

Acht opvallende weetjes over koopstromen in de Randstad :58

97% 24% 27% 0% 25% 50% 75% 100%

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2017 Toelichting, 23 mei super

College van Burgemeester en Wethouders

Fun of functie: koopstromen. Kennis en Economisch Onderzoek

Zuidlaren. Toelichting op distributieve berekeningen. Broekhuis Rijs Advisering. Juli Broekhuis Rijs Advisering

De KoopstromenMonitor. Consumentenbestedingen gemeente Groningen in kaart

Gemeente Barneveld kern Barneveld

Consumentenenquête. Venray centrum Woonmax De Brier. Seinpost Adviesbureau Maart 2015

Gemeente Sneek. Binnenstadsmonitor Sneek 2010

Rapport KOOPSTROMENONDERZOEK PROVINCIE UTRECHT Februari

Rapport KOPEN IN DRENTHE. Onderzoeksresultaten Koopstromenonderzoek Drenthe December

Internetwinkelen: bijna iedereen doet het Resultaten uit het Koopstromenonderzoek Randstad 2011 (KSO2011)

Factsheets. Profielen gemeentes van Utrecht

Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015

Randstad Koopstromenonderzoek. BELEIDSONDERZOEK I I

Rapport WINKELATLAS DEVENTER. Resultaten koopstromenonderzoek 2015 December

Centrummonitor Hengelo 2015

KoopstromenMonitor Gemeente Hilversum

1.1 Bevolkingsontwikkeling Bevolkingsopbouw Vergrijzing Migratie Samenvatting 12

Herkomsttabellen Almere & Nijkerk Randstad Koopstromenonderzoek 2011

Gemeente Haaksbergen kern Haaksbergen

Drenthe, Friesland en Groningen. Landelijke marktontwikkelingen

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT GEMEENTE WESTERVELD. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

Gemeente Hengelo. Koopstromenonderzoek 2005 Deelrapport Hengelo

ZWOLLE perifere detailhandel hoek Blaloweg/Katwolderweg

De KoopstromenMonitor. Consumentenbestedingen gemeente Beek. Samengesteld in opdracht van Rabobank Westelijke Mijnstreek

Voorwoord. Voor het negende jaar alweer presenteert Strijbosch Thunnissen Research de Retailscan Arnhem.

Koopstromenmonitor Oisterwijk. t.b.v. Concept-detailhandelsvisie

Uitbreidingsmogelijkheden winkelcentrum Parijsch

Inhoudsopgave. 2. Regiofunctie Amersfoort Centrum. 3. Functioneren van de binnenstad. 4. Vergelijking van Amersfoort met andere binnensteden

Mededeling van het college aan de gemeenteraad ( )

Uitbreidingsmogelijkheden winkelcentrum Parijsch

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT HATTEM. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

Burgerpanel Zeewolde. Inleiding. Centrum Zeewolde. Resultaten peiling 1: Detailhandel / winkelcentrum Zeewolde. Januari 2012

Binnenstad in beweging. Rob van de Peppel I&O Research

Factsheets centrum Hengelo 2013 Januari 2014

BURGERPANEL MOERDIJK OVER LEVENDIGE CENTRA

Koopstromen Hellevoetsluis Randstad Koopstromenonderzoek 2011

VOOR WIE? WAAROM? WAT? DOOR WIE?

Voorwoord. Peter Nieland Directeur Locatus Nederland

Voorwoord. Peter Nieland Directeur Locatus Nederland

KOOPSTROMENONDERZOEK.

Resultaten peiling 17: detailhandel

Tevredenheid over winkels in buurt neemt af

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT HENGELO. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

Gemeente Hof van Twente kern Diepenheim

BELEVING CENTRUM BEILEN

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT KERN DEDEMSVAART. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

Binnenstadsmonitor Hengelo Februari 2017

Voorwoord 2. Inleiding 3. Kengetallen verkooppunten per provincie naar groep in % 4. Kengetallen oppervlakten in m² per provincie naar groep in % 5

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT MARKELO. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

Scheveningen DPO niet-dagelijkse sector

Staat van de detailhandel, Stadsdeel Noord

De KoopstromenMonitor

Gemeente Hengelo kern Hengelo

Winkelen in het Internettijdperk

Koopstromen Zeist Randstad Koopstromenonderzoek 2011

KOOPSTROMENSCAN CENTRUM DRACHTEN

Onderzoek Bereikbaarheid Cronjéstraat

Noord-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod

Gemeente Hof van Twente kern Hengevelde

Leegstand detailhandel: oorzaken en wat doen we ermee? Peter ter Hark Lectoraat Fontys Hogescholen Vastgoed en Makelaardij 22 april 2015

Onderzoek & Statistiek Groningen is ondergebracht bij de dienst SOZAWE van de Gemeente Groningen

Werkstuk Aardrijkskunde Winkelvoorziening in Assen

Koopstromenmonitor. Druten

Gemeente Apeldoorn kern Apeldoorn

BINNENSTADSMONITOR ENSCHEDE 2017

KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT WEZEP. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober

HET PANEL OVER HET CENTRUM IN GIETEN

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2019 Toelichting, 2 juli 2019

Werkgelegenheidsonderzoek 2011

Transcriptie:

Gemeente Assen Detailhandelsmonitor Assen 2010

Gemeente Assen Detailhandelsmonitor Assen 2010 Eindrapport Datum 18 januari 2011 Kenmerk ASN047/Hft/0265 Eerste versie

Documentatiepagina Opdrachtgever(s) Gemeente Assen Titel rapport Detailhandelsmonitor Assen 2010 Eindrapport Kenmerk ASN047/Hft/0265 Datum publicatie 18 januari 2011 Projectteam opdrachtgever(s) de heer A. Nieveen en de heer S. Akkerman Projectteam Goudappel Coffeng de heer T. van Huffelen, mevrouw J. Boxum, de heer J. Tempelman en de heer M.P. Stemerding Projectomschrijving Monitoring van de detailhandel in de gemeente Assen. Trefwoorden monitoring, detailhandel, Assen en koopstromen

Inhoud Pagina 1 Inleiding 1 2 Het winkelaanbod 2 2.1 Winkelaanbod 2 2.1.1 Gemeente Assen 2 2.1.2 Assen en overige centrumgebieden in Noord-Nederland 5 2.1.3 Benchmark Assen 7 2.1.4 Gemiste zaken en verbeterpunten 8 3 Bezoek binnenstad Assen 10 3.1 Bezoekreden 10 3.2 Bezoekfrequentie 11 3.3 Vervoermiddel 12 3.4 Verblijfstijd 13 3.5 Herkomst bezoekers 14 3.6 Horeca en leisure 15 4 Het koopgedrag 19 4.1 Regionale koopstromen 19 4.2 Koopstromen binnen gemeente Assen 21 4.3 Alternatieve aankoopkanalen 23 5 Economische performance 25 5.1 Gemeente Assen 25 5.1.1 Dagelijkse sector 26 5.1.2 Niet-dagelijkse sector 26 5.2 Assen-Centrum 26 5.2.1 Dagelijkse sector 26 5.2.2 Niet-dagelijkse sector 27 5.3 Overall functioneren 27 5.4 Doorvertaling naar de toekomst 28 5.4.1 Trends uit de monitor 28 5.4.2 Landelijke en regionale trends 29 5.4.3 Aanbevelingen 29 6 Samenvattend Key-performance indicatoren 31

1 Inleiding Sinds 1997 meet Goudappel Coffeng BV de ontwikkeling van de detailhandel en horeca in de gemeente Assen. Ook in 2010 is een monitoronderzoek uitgevoerd, waarvan u de resultaten in deze rapportage aantreft. In deze rapportage is speciale aandacht voor de trends tussen 1997 en 2010. De koopstromen en de mening van de consument die betrekking hebben op het winkelaanbod en de horeca in Assen zijn in dit rapport gepresenteerd. De onderliggende informatie en analyses zijn in het bijlagenboek weergegeven. In de detailhandelsmonitor 2010 beschrijven wij op beknopte wijze de ontwikkelingen in: de kwantiteit van het winkelaanbod in Assen (hoofdstuk 2); de kenmerken en het gedrag van de bezoekers van de Assense binnenstad (hoofdstuk 3); de koopstromen binnen, van en naar Assen (hoofdstuk 4) en het economische functioneren van de Assense detailhandel (hoofdstuk 5). De gegevens voor de hoofdstukken 3 en 4 zijn vergaard uit een telefonische enquête in de gemeente Assen en de omliggende gemeenten en passantenonderzoek in het centrum van Assen. In totaal zijn 842 telefonische enquêtes en 449 geslaagde passantenenquêtes gehouden. Ter aanvulling op de rapportage hebben wij een bijlagenboek toegevoegd met een nadere specificatie van de onderzoeksresultaten. In de bijlage treft u de volgende gegevens aan: 1. Vergelijkingstabellen winkelaanbod Assen. 2. Vergelijkingstabellen horeca-aanbod Assen. 3. Aanvullende resultaten telefonische enquête. 4. Aanvullende resultaten passantenenquête Assen-Centrum. 5. Vergelijkingstabel passantenenquête Assen-Centrum 1998-2010. Detailhandelsmonitor Assen 2010 1

2 Het winkelaanbod In dit eerste hoofdstuk wordt stilgestaan bij het winkelaanbod in de gemeente Assen met een onderverdeling naar branche. Speciale aandacht is er voor de binnenstad. Tevens wordt het aanbod afgezet tegen eerdere monitorjaren en een aantal omliggende centrumgebieden. 2.1 Winkelaanbod 2.1.1 Gemeente Assen Tabel 2.1 presenteert het winkelaanbod in de gemeente Assen onderverdeeld naar een aantal branchegroepen. De dagelijkse sector beslaat 53 winkels met een gezamenlijke omvang van 25.400 m² winkelvloeroppervlak (wvo). De niet-dagelijkse sector bestaat uit 141.300 m² wvo, verdeeld over 354 winkels. In de dagelijkse sector is het aantal winkels sinds 2008 afgenomen, maar is het aantal winkelmeters toegenomen (zie bijlagenboek, hoofdstuk 1). Ook is het aandeel formules sinds 2008 toegenomen. Dit is in lijn met het landelijke beeld dat schaalvergroting optreedt en de grote winkelketens een steeds groter marktaandeel krijgen. Een analyse per winkelgebied laat zien dat in het centrum van Assen, Peelo en Vredeveld een afname in het dagelijkse aanbod heeft plaatsgevonden (zie bijlagenboek, hoofdstuk 1). De toename vond vooral plaats in overig Assen, met name de Jumbo aan de Nijlandstraat. Ook de gemiddelde omvang per winkel en per 1.000 inwoners is toegenomen. De komst van de Jumbo heeft zodoende geleid tot een toename van de gemiddelde winkelomvang en groei in het totale aantal winkelmeters. Dit neemt niet weg, dat het aantal dagelijkse voorzieningen elders in Assen en vooral in het centrum een daling heeft gekend. Detailhandelsmonitor Assen 2010 2

winkelaanbod gem wvo* gem. wvo per aandeel formules sector branchegroep aantal wvo per winkel 1.000 inwoners aantal wvo dagelijks 93 25.400 273 380 62% 90% niet-dagelijks 354 141.300 399 2.113 48% 59% waaronder mode en luxe 149 35.500 238 531 56% 76% vrije tijd 52 10.300 198 154 46% 59% in en om het huis 132 91.600 694 1.370 42% 53% overige detailhandel 21 3.800 182 57 24% 39% * Wvo=winkelvloeroppervlak. Winkelvloeroppervlak is alle voor publiektoegankelijke ruimte, dus exclusief magazijn, kantine etc. Bron: Locatus Online, december 2010. Tabel 2.1: Winkelaanbod gemeente Assen In de niet-dagelijkse sector heeft een uitbreiding van het winkelaanbod plaatsgevonden. In de branchegroepen mode en luxe, vrije tijd en in en om het huis is het aantal winkelmeters toegenomen, terwijl het aantal winkels in de nietdagelijkse sector is afgenomen. De gemiddelde winkelomvang is sinds 2008 verder toegenomen en ook het aandeel filiaalbedrijven in alle branchegroepen is toegenomen. Dit wordt veroorzaakt doordat de winkels die de deuren hebben gesloten, veelal de zelfstandige ondernemers zijn. Wanneer per winkelgebied wordt bekeken waar het niet-dagelijkse aanbod is toegenomen, dan blijkt vooral dat de toename in Assen heeft plaatsgevonden buiten de geformuleerde winkelgebieden. Dit betreft vooral het aantal winkelmeters op de bedrijventerreinen. In het centrum heeft ook in de niet-dagelijkse sector een afname van winkels plaatsgevonden en is het aandeel verhuurbare winkelpanden toegenomen. In tabel 2.2 is het aantal winkels en de omvang van de verschillende winkelgebieden in Assen opgenomen. Assen-Centrum en Borgstee (industrieterrein) zijn duidelijk de winkelgebieden met de grootste omvang. Figuur 2.1 laat per winkelgebied in Assen zien uit welke branchegroepen het winkelbestand is opgebouwd. In het centrum van Assen is een mix van dagelijks, recreatief en (semi-)doelgericht winkelaanbod te vinden. Ten opzichte van voorgaande jaren zijn het dagelijkse aanbod en het aanbod in en om huis afgenomen en zijn modische winkels (kleding, sport) in opkomst. De ontwikkeling dat centrumgebieden zich steeds meer richten op de recreatieve functie, is landelijk zichtbaar. Hiermee volgt het winkelaanbod in Assen de landelijke trend. Detailhandelsmonitor Assen 2010 3

verkooppunten aantal m 2 wvo* winkelgebied dagelijks niet-dagelijks totaal dagelijks niet-dagelijks totaal Assen-Centrum 44 245 289 9.000 57.800 66.800 industrieterrein 0 16 16 0 31.400 31.400 (Borgstee) Nobellaan 9 5 14 1.900 1.100 3.000 Marsdijk 9 7 16 2.700 800 3.500 Vredeveld 6 2 8 2.100 300 2.400 Peelo 5 2 7 1.400 100 1.500 overig Assen 20 77 97 8.300 49.800 58.100 totaal 93 354 447 25.400 141.300 166.700 * Wvo=winkelvloeroppervlak. Winkelvloeroppervlak is alle voor publiektoegankelijke ruimte, dus exclusief magazijn, kantine etc. Bron: Locatus Online, december 2010. Tabel 2.2: Verdeling winkelaanbod per winkelgebied gemeente Assen Binnenstad Nobellaan Vredeveld Kleuvenstee (Marsdijk) Schrarmbarg (Peelo) De Borgstee Overig Assen 0% 20% 40% 60% 80% 100% Aandeel functies Dagelijks Vrije Tijd Detailhandel overig Mode & Luxe In en om huis Leegstand Bron: Locatus Online, december 2010. Figuur 2.1: Winkelaanbod in de grotere winkelgebieden in Assen naar branchegroep In de wijk- en buurtwinkelgebieden overheerst de dagelijkse winkelfunctie. Zelfs meer dan in voorgaande jaren, omdat hier een afname zichtbaar is van kleine overige winkels. Het aanbod in de categorie in en om het huis is voornamelijk gevestigd op Borgstee en Detailhandelsmonitor Assen 2010 4

de rest van het industrieterrein langs de Europaweg ( overig Assen ). Al met al zijn de laatste jaren de functies van de winkelgebieden in beperkte mate veranderd. Wel wordt steeds duidelijker dat een specialisatie van winkelgebieden wordt gekoppeld aan het bezoekdoel. De wijkwinkelcentra en solitaire supermarkten bieden dagelijks aanbod, het centrum biedt een recreatief aanbod en Borgstee/industrieterrein herbergt doelgericht winkelaanbod. Assen-Centrum Sinds 2008 is het aanbod in het centrum van Assen afgenomen. Zowel het aantal winkels als de winkelomvang worden gekenschetst door een afname. De afname heeft plaatsgevonden in de dagelijkse sector en in de categorie in-en-om-het huis. Het modische aanbod is sinds 2008 juist toegenomen. Leegstand Voorts komt naar voren dat in Assen de leegstand is toegenomen (zie tabel 2.3). In het centrum is vooral het aandeel leegstaande panden sinds 2008 fors toegenomen, terwijl het aandeel van de totale winkelomvang dat leegstaat, in mindere mate is toegenomen. Dit toont aan dat het vooral kleine panden zijn die leeg komen te staan, vaak met incourante maten voor de hedendaagse aanbieders. Op nationaal niveau is de leegstand de afgelopen jaren fors toegenomen (bron: Locatus). De leegstand wordt beïnvloed door de economische situatie en ook Assen is niet ongevoelig geweest voor de economische crisis van de afgelopen twee jaar. Het nationale gemiddelde leegstaande aandeel panden voor winkelcentra vergelijkbaar met de omvang van Assen bedraagt ruim 9%. Dit betekent dat de huidige 11% leegstand in Assen nog hoger ligt dan in vergelijkbare centrumgebieden. Assen totaal Assen-Centrum aandeel winkelomvang aandeel winkel- aandeel panden aandeel panden omvang 2010 9% 6% 11% 9% 2008 6% 7% 7% 8% 2005 9% 4% 8% 5% Bron: Locatus Online, december 2010 Tabel 2.3: Percentage leegstand Assen totaal en Assen-Centrum 2.1.2 Assen en overige centrumgebieden in Noord-Nederland Figuur 2.2 laat de grootste winkelgebieden in Noordoost-Nederland zien. Groningen heeft veruit het grootste winkelgebied, terwijl het aanbod in Assen vergelijkbaar is met Emmen, Leeuwarden en Zwolle. Wel heeft Assen relatief veel leegstand. De ontwikkeling in de verschillende winkelgebieden laat een vergelijkbaar patroon als Assen zien. In vrijwel alle steden is het dagelijkse aanbod en het aanbod in en om huis afgenomen, met uitzondering van Groningen. Daarentegen kennen alle steden een groei van het aantal winkelmeters in de modische branches. In Drachten, Hoogeveen en Assen is het Detailhandelsmonitor Assen 2010 5

aantal winkelmeters afgenomen, terwijl Emmen, Groningen en vooral Zwolle zich positief ontwikkeld hebben. Assen Drachten Emmen Groningen Hoogeveen Leeuwarden Zwolle 0 50.000 100.000 150.000 Wvo = winkelvloeroppervlak. Bron: Locatus Online, december 2010. wvo in m2 Dagelijks Mode & Luxe Vrije Tijd In/Om Huis Detailhandel Overig Leegstand Figuur 2.2: Omvang en samenstelling in grootste winkelgebieden Noordoost- Nederland 1 In vergelijking tot de centra van Meppel, Stadskanaal, Steenwijk en Veendam heeft het centrum van Assen een beduidend groter winkelaanbod te bieden (zie figuur 2.3). Alle niet-dagelijkse branchegroepen (mode en luxe, vrije tijd en in en om het huis) zijn ruimer vertegenwoordigd dan in de genoemde kleinere regionale centra. In vrijwel al deze centrumgebieden heeft sinds 2008 een afname van het winkelbestand plaatsgevonden. Alleen Steenwijk kende een groei in het aanbod. Opvallend is verder dat wel in alle centrumgebieden het aanbod aan mode en luxe is toegenomen met uitzondering van Veendam, dat op alle fronten achteruitgaat. 1 De cijfers zoals gepresenteerd in de figuren 2.2 en 2.3 zijn gebaseerd op de afbakening van centrumgebieden door Locatus. Hierdoor is de vergelijking eenduidig volgens een vaste methodiek. Detailhandelsmonitor Assen 2010 6

Assen Meppel Stadskanaal Veendam Steenwijk 0 20.000 40.000 60.000 80.000 wvo in m2 Dagelijks Mode & Luxe Vrije Tijd In/Om Huis Detailh Overig Leegstand Bron: Locatus Online, december 2010. Figuur 2.3: Omvang en samenstelling van winkelaanbod Assen-Centrum en regionale winkelgebieden 2.1.3 Benchmark Assen Het inwoneraantal van de kern Assen is vergelijkbaar met de kernen Bergen op Zoom, Ede, Hoofddorp, Venlo of Veenendaal. Dit geldt eveneens voor de omvang van het winkelaanbod in het centrum. In figuur 2.4 hebben wij de samenstelling van het winkelaanbod in het centrum van Assen vergeleken met het gemiddelde van de benchmarkcentra. In vergelijking met voorgaande jaren kent Assen voor het eerst een kleinschaliger aanbod in de dagelijkse sector en in de woonbranche ten opzichte van de benchmark. In de branches kleding & mode en warenhuizen blijft Assen iets achter ten opzichte van de benchmark. Dit verschil wordt echter steeds kleiner. In de overige modische branches schoenen & lederwaren en sport & spel heeft Assen de oververtegenwoordiging van dit aanbod nog verder versterkt. Detailhandelsmonitor Assen 2010 7

Dagelijks Warenhuis Kleding & Mode Schoenen & Lederwaren Juwelier & Optiek Huishoudelijke- & Luxe Ar Sport & Spel Hobby Media Bruin & Witgoed Wonen Overig 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% Assen Benchmark Bron: Locatus Online, november 2010 (benchmark: Bergen op Zoom, Ede, Hoofddorp, Venlo, Veenendaal) Figuur 2.4: Aandeel branchegroep in winkelaanbod Assen-Centrum en benchmarkcentra 2.1.4 Gemiste zaken en verbeterpunten Tijdens de telefonische enquête is de vraag gesteld welke zaken de respondent mist in Assen of welke verbeterpunten in het centrum van Assen mogelijk zijn. Van de respondenten is 58% tevreden en geeft aan niets te missen in Assen. Dit is een iets lager aandeel dan in 2008. Degenen die wel iets missen, vinden vooral extra kledingaanbod en ander niet-dagelijks aanbod gewenst. Dit gaat onder meer om specifieke formules als de Media Markt. Dit jaar werd opvallend vaak genoemd dat de parkeergelegenheid verbeterd kan worden. Tevens werd het betaald parkeren als verbeterpunt genoemd. Andere zaken die dit jaar vaker dan anders werden benoemd, waren de slechte bereikbaarheid en de ongezelligheid. Een van de genoemde oorzaken hiervoor waren de aanwezige wegwerkzaamheden. Overige redenen die genoemd zijn, gaan onder meer in op de veiligheidsperceptie (hangjongeren), veel leegstaande panden, veel werkzaamheden in het winkelgebied, te weinig afwisseling in het type winkels en een aantal respondenten is tegenstander van de plannen om overdekkingen weg te halen. Detailhandelsmonitor Assen 2010 8

gemiste of negatieve zaak 2003 2005 2008 2010 (extra) kledingaanbod 5% 4% 4% 3% (extra) warenhuis 3% 2% 2% 1% (extra) schoenenaanbod 3% 2% 1% 1% (extra) aanbod huishoudelijk/luxeartikel 1% 3% 0% 0% mist ander aanbod niet-dagelijks 2% 1% 5% 3% (extra) dienstverlening 0% 2% 1% 0% (extra) horeca 1% 1% 1% 1% betaald parkeren 2% 8% 5% 4% ongezellig 3% 1% 2% 4% weinig parkeergelegenheid 3% 5% 3% 7% slecht bereikbaar 2% 3% 0% 3% overig 13% 8% 12% 8% mist niets 52% 51% 59% 58% komt niet in Assen 12% 9% 4% 6% 100% 100% 100% 100% Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête, 2003-2010. Tabel 2.4: Belangrijkste gemiste zaak of verbeterpunt in Assen-Centrum Detailhandelsmonitor Assen 2010 9

3 Bezoek binnenstad Assen De binnenstad trekt veel bezoekers uit Assen en omliggende gemeenten. Over hun uitgavenpatroon, herkomst, vervoerswijze en vele andere aspecten leest u meer in dit hoofdstuk. Naast het winkelgedrag wordt tevens stilgestaan bij het uitgaansgedrag en horecabezoek van consumenten. 3.1 Bezoekreden Winkelen is voor het merendeel van de binnenstadbezoekers de belangrijkste reden om naar het centrum te gaan. Driekwart van de bezoekers heeft als belangrijkste bezoekmotief om te winkelen. Dit is gelijk aan het onderzoek in 2005, maar hoger dan in 2008 (was 69%). Vooral bezoekers uit de omliggende gemeenten komen naar het centrum van Assen om te winkelen. In vergelijking met 2008 zijn vooral werk, dienstverlening en wonen minder gemeten bezoekredenen, terwijl het toeristische bezoek juist wat gestegen is. Redenen die gecategoriseerd zijn als anders, betreffen gezelligheid (vooral ouderen) en familiebezoek. De trend van een groter aandeel bezoekers dat primair komt om te winkelen, treffen wij in 2010 ook in andere onderzoeken aan. Consumenten delen hun vrije tijd bewust in, waardoor winkelgebieden steeds meer worden bezocht om echt te winkelen. Kortom, de bezoekers die op een gemiddelde dag in Assen rondlopen en rijden zijn daar vooral om inkopen te doen. bezoekmotief Assen regionaal bovenregionaal totaal winkelen 74% 84% 71% 75% werk 5% 6% 10% 6% dienstverlening 4% 2% 2% 3% horeca 4% 3% 3% 4% cultuur 1% 2% 1% 1% overig toeristisch 0% 1% 7% 2% wonen 3% 0% 0% 2% studie/school 0% 0% 0% 0% anders 8% 2% 6% 7% totaal 100% 100% 100% 100% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010 Tabel 3.1: Bezoekmotief voor Assen-Centrum Detailhandelsmonitor Assen 2010 10

Evenals in eerdere monitorjaren zijn de twee voornaamste bezoekredenen om voor de binnenstad van Assen te kiezen, nabijheid en de keuzemogelijkheden. Uit de telefonische enquête blijkt dat dit ook de belangrijkste redenen zijn voor een bezoek aan andere winkelgebieden in Assen en omgeving. Opvallend is dat tijdens deze monitorjaargang gezellig en sfeervol winkelen en de goede kwaliteit van het aanbod veelvuldig is genoemd. Bij de andere winkelgebieden worden minder verschillende redenen genoemd voor het bezoek. Dichtbij wonen is veruit de voornaamste reden. Andere redenen die in de overige winkelgebieden vaker dan in Assen-Centrum gelden, zijn onder meer gewoonte, bereikbaarheid en parkeergelegenheid. Ook andere redenen zijn vaker genoemd: veelal gaat dit om het stimuleren van de economie in eigen kern. Dichtbij wonen Veel keuze Gezellig sfeervol winkelen Gewoonte Goede kwaliteit aanbod Goed bereikbaar Gratis parkeergelegenheid Veel parkeergelegenheid Assen overige winkelgebieden Anders 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Figuur 3.1: Redenen voor bezoek winkelgebied 3.2 Bezoekfrequentie De bezoekfrequentie voor de binnenstad van Assen is enigszins gewijzigd ten opzichte van de eerdere monitorjaren. In lijn met de waarneming dat het aandeel bovenregionale bezoekers is toegenomen, is ook het aandeel bezoekers dat minder dan eenmaal per maand naar Assen komt, toegenomen. Een andere ontwikkeling die optreedt, is dat het aandeel bezoekers dat dagelijks de binnenstad bezoekt, is afgenomen. Dit wordt verklaard doordat het gemeten bezoekmotief minder in motieven als werk, wonen en studie zit, terwijl winkelend publiek niet dagelijks de aankopen doet. De gemiddelde bestedingen per keer van de bezoekers die minder vaak de binnenstad bezoeken, liggen hoger dan de bestedingen van de meer frequente bezoekers (zie bijlagenboek, hoofdstuk 4). Detailhandelsmonitor Assen 2010 11

(vrijwel) dagelijks 2 tot 3 keer per week 1 keer per week 2 tot 3 keer per maand 1 keer per maand minder dan 1 keer per maand 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 2003 2005 2008 2010 Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010 Figuur 3.2: Bezoekfrequentie binnenstad Assen 3.3 Vervoermiddel De auto is voor de bezoekers het meest gebruikte vervoermiddel: 52% komt met de auto. Daarna volgen de (brom)fiets met 30%, lopen met 14% en openbaar vervoer met een aandeel van 4%. Gemeten in omzet is het aandeel van de auto onder de bezoekers nog groter: 61% (zie ook figuur 3.3). Het autogebruik is sinds 2008 toegenomen (van 47 naar 52%). Dit komt mede doordat het aandeel bovenregionale bezoekers is gestegen. Deze reizen over een grotere afstand en daarmee neemt de kans toe dat de bezoeker de auto gebruikt. Gevolg is dus dan ook dat het aandeel bezoekers per openbaar vervoer zienderogen afneemt. Een doorvertaling van de gemiddelde bestedingen per vervoermiddel toont aan dat automobilisten een nog hoger aandeel hebben, omdat zij gemiddeld meer besteden. Deze verhouding is gelijk aan de verhouding in eerdere monitorjaren. Detailhandelsmonitor Assen 2010 12

Bezoekersaandeel Omzetaandeel lopend 14% lopend 12% auto/motor 52% openbaar vervoer 4% (brom)fiets 30% auto/motor 61% (brom)fiets 24% openbaar vervoer 3% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010 Figuur 3.3: Vervoerswijze naar bezoekers- en omzetaandeel 3.4 Verblijfstijd De trend van een langere verblijfstijd heeft zich ook sinds 2008 doorgezet. Het aandeel kortblijvers is verder gedaald (minder dan een half uur), terwijl het aantal langblijvers (langer dan een uur) is toegenomen. Doordat langblijvers meer besteden, is ook hun omzetaandeel toegenomen. De reden dat de verblijfsduur is toegenomen, is enerzijds het hogere aandeel bovenregionale bezoekers en anderzijds geldt deze trend landelijk. Bezoekers kiezen bewuster hun winkelgedrag, waardoor de bezoekfrequentie afneemt en als zij gaan, neemt de verblijfstijd toe. Bezoekersaandeel Omzetaandeel 1 uur tot en met 2 uur 27% langer dan 2 uur 18% tot en met een half uur 23% half uur tot en met 1 uur 32% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010 langer dan 2 uur 36% tot en met een half uur 12% 1 uur tot en met 2 uur 31% half uur tot en met 1 uur 21% Figuur 3.4: Verblijfsduur naar bezoekers- en omzetaandeel Detailhandelsmonitor Assen 2010 13

3.5 Herkomst bezoekers Het aandeel bovenregionale bezoekers is fors toegenomen. In verhouding is het aandeel regionale bezoekers afgenomen sinds de eerdere monitorjaren. Wat verder opvalt, is dat de gemiddelde bestedingen van de bovenregionale bezoekers hoger zijn, waardoor hun omzetaandeel nog forser is gestegen dan het bezoekersaandeel. De regionale bezoekers zijn afkomstig uit de omliggende gemeenten 2, waar ook het telefonische onderzoek heeft plaatsgevonden. Uit een nadere analyse blijkt dat vanuit deze omliggende gemeenten vooral bezoekers uit Aa en Hunze en Midden- Drenthe tijdens het passantenonderzoek zijn aangetroffen. Vervolgens komt een redelijk deel uit Tynaarlo; vanuit de overige omliggende gemeenten is het aandeel lager. De bovenregionale bezoekers komen uit alle delen van Nederland, deels vanwege een toeristisch bezoek. Daarentegen is duidelijk zichtbaar dat van de bovenregionale bezoekers het aandeel uit de provincie Groningen het grootst is. Bijna de helft van de bovenregionale bezoekers is afkomstig uit de provincie Groningen. Dit gaat voor een groot deel om de gemeente Groningen (17% van de bovenregionale bezoekers), maar ook uit gemeenten als Eemsmond, Hoogezand-Sappemeer, Veendam, Stadskanaal, Bedum en Appingedam zijn meerdere bezoekers in Assen-Centrum aangetroffen. herkomst bezoekers 80% 2003 2005 2008 2010 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% bovenregionaal regionaal Assen bovenregionaal regionaal Assen bovenregionaal regionaal Assen bovenregionaal regionaal Assen bezoekersaandeel omzetaandeel Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010. Figuur 3.5: Herkomst bezoekers Assen-Centrum naar bezoekers- en omzetaandeel 2 Midden-Drenthe, Westerveld, Ooststellingwerf, Noordenveld, Borger-Odoorn, Aa en Hunze, Tynaarlo. Detailhandelsmonitor Assen 2010 14

3.6 Horeca en leisure Het aantal horecavoorzieningen in de gemeente Assen, alsmede in de binnenstad, is ten opzichte van 2008 afgenomen (zie ook bijlagenboek, hoofdstuk 2). In hoofdstuk 2 van het bijlagenboek is een overzicht opgenomen van het aanbod aan horeca. In Assen-Centrum is vooral het aanbod van cafés en restaurants afgenomen, terwijl fastfood- en bezorg-/afhaalbedrijven aan een opmars bezig zijn. Assen blijft voor de meeste inwoners van de gemeente de belangrijkste plek om horecaen andere uitgaansgelegenheden te bezoeken (zie tabel 3.2). Voor vrijwel alle uitgaansgelegenheden zijn de inwoners uit Assen vooral georiënteerd op de eigen kern met uitzondering van het theaterbezoek dat vaker in Groningen gedaan wordt. In vergelijking met voorgaande jaren is voor de meeste uitgaansmotieven de oriëntatie van inwoners uit Assen op andere gebieden groter geworden. Zo is bijvoorbeeld zichtbaar dat voor evenementbezoek steeds meer inwoners bewust kiezen voor evenementen elders in het land. De oriëntatie op Groningen is voor inwoners uit Assen redelijk vergelijkbaar met het voorgaande onderzoeksjaar, uitgezonderd het theaterbezoek. Voor inwoners uit de regio geldt dat voor alle horecamotieven het bezoek aan Assen enigszins is afgenomen, uitgezonderd het restaurant- en evenementbezoek. Hier is vooral zichtbaar dat men vanuit de regio eerder voor Groningen kiest dan voor Assen. uitgaansgebied herkomstgebied eigen Hooge- Stads- Assen woonplaats Groningen veen Meppel Emmen kanaal elders totaal bioscoop Assen 58% 37% 2% 1% 1% 0% 2% 100% regio 11% 1% 45% 7% 5% 9% 8% 16% 100% disco Assen 57% 34% 0% 0% 2% 0% 7% 100% regio 9% 28% 28% 2% 0% 2% 2% 28% 100% theater Assen 34% 44% 14% 0% 0% 2% 6% 100% regio 5% 9% 33% 11% 3% 3% 16% 20% 100% evenementbezoek Assen 49% 25% 0% 0% 1% 0% 26% 100% regio 16% 17% 26% 4% 3% 3% 2% 30% 100% café/bar Assen 77% 18% 0% 0% 1% 0% 5% 100% regio 7% 47% 23% 1% 4% 1% 2% 15% 100% restaurant Assen 76% 12% 1% 1% 0% 0% 11% 100% regio 16% 35% 14% 1% 2% 3% 2% 27% 100% Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Tabel 3.2: Regionale matrix voor horeca- en andere uitgaansgelegenheden Detailhandelsmonitor Assen 2010 15

Veruit de belangrijkste reden om het centrum van Assen te bezoeken is, evenals voorgaande jaren, de nabijheid. Andere redenen om het centrum te bezoeken, zijn gezellig uitgaan, de keuzemogelijkheden en de goede kwaliteit van het aanbod. In de regio worden vrijwel dezelfde redenen genoemd, al kiezen bezoekers vooral vaker voor Groningen vanwege de keuzemogelijkheden, gezelligheid en kwaliteit van het aanbod. Dichtbij wonen Gezellig uitgaan Veel keuze Goede kwaliteit aanbod Goed bereikbaar Gewoonte Assen-Centrum overige uitgaansgebieden Overig 0% 10% 20% 30% 40% 50% Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Figuur 3.6: Redenen voor bezoek aan uitgaansgebied In het passantenonderzoek zijn ook specifiek vragen gesteld over het uitgaansgedrag van de bezoekers in Assen-Centrum. In voorgaande onderzoeken is tijdens de avonduren een enquête gehouden, nu is overdag gevraagd of men ook specifiek voor de horeca het centrum van Assen bezoekt. Hierdoor is het niet in alle gevallen mogelijk de resultaten rechtstreeks te vergelijken. Figuur 3.7 laat zien welk deel van de ondervraagden het centrum wel eens specifiek voor horeca/uitgaan bezoekt. Dit blijkt vanuit Assen circa twee derde van de ondervraagden, maar ook van de passanten van regionale en bovenregionale afkomst komt meer dan 50% wel eens naar Assen om uit te gaan/horeca te bezoeken. Kortom, het centrum van Assen wordt niet alleen voor winkelmotieven bezocht, maar tevens voor horecagelegenheden. Detailhandelsmonitor Assen 2010 16

Bovenregionaal Regionaal Wel horecabezoek Geen horecabezoek Assen 0% 20% 40% 60% 80% 100% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010. Figuur 3.7: Bezoek Assen-Centrum voor horeca/uitgaan De bezoekers die wel eens naar Assen-Centrum komen voor een horecabezoek, doen dit voornamelijk om een restaurant te bezoeken. Ook komt een kwart van deze bezoekers wel eens voor een cafébezoek naar het centrum van Assen, terwijl de overige horecagelegenheden nauwelijks benoemd zijn. De lage opkomst voor bioscoop- en theaterbezoek wordt verklaard door de tijdelijke huisvesting van De Kolk buiten het centrum. uitgaansgelegenheid Assen regionaal bovenregionaal totaal café 26% 27% 27% 26% bioscoop 7% 8% 0% 6% theater 2% 0% 2% 1% disco 3% 2% 2% 3% restaurant 59% 60% 66% 61% combinatie 2% 1% 3% 2% anders 0% 1% 0% 0% totaal 100% 100% 100% 100% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010. Tabel 3.3: Bezoekmotief horecagelegenheden Assen-Centrum Tabel 3.4 toont de bezoekfrequentie van degenen die wel eens horecabezoek doen in het centrum van Assen. Zeker de bovenregionale bezoekers komen incidenteel: 59% bezoekt Assen minder dan eenmaal per maand. Terwijl vanuit Assen zelf de bezoekfrequentie zeer verdeeld is. In vergelijking met het winkelmotief blijkt dat de bezoekfrequentie voor horeca in Assen-Centrum aanmerkelijk lager ligt. Detailhandelsmonitor Assen 2010 17

bezoekfrequentie Assen regionaal bovenregionaal totaal vrijwel dagelijks 2% 0% 0% 1% 2 tot 3x per week 11% 0% 6% 8% 1x per week 19% 15% 13% 17% 2 tot 3 x per maand 18% 16% 6% 16% 1x per maand 24% 34% 17% 25% minder dan 1x per maand 25% 35% 59% 33% totaal 100% 100% 100% 100% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010. Tabel 3.4: Bezoekfrequentie horecagelegenheden Assen-Centrum Tot slot is aan de passanten, die nooit naar Assen-Centrum komen voor een horecabezoek, gevraagd naar de reden waarom zij dit niet doen. De meest genoemde reden is dat men nooit horecagelegenheden bezoekt. Aspecten als onvoldoende aanbod of een slechte sfeer zijn slechts in beperkte mate naar voren gekomen. Meer prominente redenen zijn dat men altijd andere locaties bezoekt en dat men te ver weg woont om naar Assen te komen voor een horecabezoek. Ook de hoge kosten voor een horecabezoek spelen veel mensen parten om geen horecabezoek in Assen te doen. reden om horeca niet te bezoeken Assen regionaal bovenregionaal totaal ik ga altijd naar andere locaties 9% 31% 9% 14% ik vind het aantal horecavoorzieningen onvoldoende 3% 3% 0% 2% ik bezoek nooit horecagelegenheden 47% 31% 23% 38% de sfeer is onvoldoende 4% 0% 3% 3% ik ben onbekend met het horeca-aanbod in Assen 1% 7% 14% 6% anders 35% 28% 51% 38% totaal 100% 100% 100% 100% Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010. Tabel 3.5: Redenen niet-bezoeker horecagelegenheden Assen-Centrum Detailhandelsmonitor Assen 2010 18

4 Het koopgedrag De wijzigingen in het ruimtelijke aankoopgedrag zijn een belangrijke factor in dit onderzoek. Dit gaat allereerst om de koopstromen op regionaal niveau, waarmee de oriëntatie op Assen duidelijk wordt. Ook zijn huishoudenenquêtes binnen Assen gehouden om zodoende te bepalen wat de ontwikkeling is van het ruimtelijke koopgedrag voor de inwoners in Assen. 4.1 Regionale koopstromen De koopkrachtbinding in de dagelijkse sector is in de gemeente Assen het hoogste van de regio (zie tabel 4.1). In de andere gemeenten rondom Assen ligt de binding tussen 60 en 82%. Vooral vanuit Aa en Hunze en Midden-Drenthe vloeit een deel van de koopkracht in de dagelijkse sector naar Assen. Vanuit Westerveld vindt afvloeiing plaats naar Steenwijk en Meppel, terwijl vanuit de gemeente Borger- Odoorn koopstromen in de dagelijkse sector naar Emmen en Stadskanaal gaan. In vergelijking met 2008 is in de regiogemeenten de koopkrachtbinding op de eigen gemeente enigszins afgenomen. De oriëntatie op Assen is voor de gemeenten Westerveld, Noordenveld en Aa en Hunze afgenomen, terwijl het voor de andere gemeenten licht is toegenomen. Tussen 2003 en 2008 was juist de lokale koopkrachtbinding en regionale oriëntatie op Assen toegenomen. Wat verder opvalt, is dat meer koopstromen buiten de genoemde winkelgebieden plaatsvinden. Veelal gaat dit om koopstromen tussen de gemeenten in het onderzoeksgebied. Zo zijn inwoners uit Aa en Hunze meer georiënteerd op Zuidlaren (Tynaarlo). Detailhandelsmonitor Assen 2010 19

winkelgebied herkomstgebied Assen in eigen woonplaats Groningen Hoogeveen Meppel Emmen Stadskanaal elders Nederland totaal Assen 98 0 0 0 0 0 0 2 100 Midden-Drenthe 13 79 1 7 0 0 0 1 100 Westerveld 2 72 0 1 10 0 0 15 100 Ooststellingwerf 6 82 1 0 0 0 0 12 100 Noordenveld 5 80 8 0 0 0 0 7 100 Borger-Odoorn 4 60 0 0 3 11 14 8 100 Aa en Hunze 10 73 0 0 0 0 2 15 100 Tynaarlo 6 77 7 0 0 0 0 9 100 totaal regio 2010 6 74 3 1 1 1 3 11 100 totaal regio 7 84 2 1 1 2 1 5 100 2008 totaal regio 5 79 2 1 1 2 1 8 100 2005 totaal regio 9 65 3 1 1 3 4 14 100 2003 totaal regio 2001 13 69 4 1 1 3 1 8 100 Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Tabel 4.1: Regionale koopstromenmatrix voor dagelijkse goederen (in procenten) In tabel 4.2 is de regionale functie van het winkelaanbod in Assen voor de niet-dagelijkse sector weergegeven. Hieruit blijkt dat de gemeente Aa en Hunze een sterke oriëntatie op Assen heeft, maar ook de gemeenten Tynaarlo en Midden-Drenthe zijn voor een groot deel op Assen georiënteerd voor de niet-dagelijkse goederen. De gemeenten Midden-Drenthe, Oostellingwerf en Borger-Odoorn zijn meer op Assen georiënteerd dan in voorgaande monitorjaren. Voor de overige gemeenten geldt dat een afname in de oriëntatie op Assen heeft plaatsgevonden, resulterend in een regionale oriëntatie van wederom 22%. Wel opvallend is dat de regionale bezoekers iets minder gericht zijn op het centrum van Assen, terwijl vooral Borgstee/industrieterrein meer bestedingen aantrekt. Ook in de niet-dagelijkse sector geldt dat veel inwoners voor een groot deel van hun niet-dagelijkse aankopen gericht zijn op de kernen in hun eigen gemeente. In overeenstemming met de waarneming in de dagelijkse sector blijkt ook in de niet-dagelijkse sector de oriëntatie op andere winkelgebieden in Nederland te zijn toegenomen. Zo zijn uit Westerveld meer inwoners georiënteerd op Steenwijk en vanuit Ooststellingwerf blijft Drachten een aantrekkelijk alternatief. Detailhandelsmonitor Assen 2010 20

winkelgebied herkomstgebied Assen in eigen woonplaats Groningen Hoogeveen Meppel Emmen Stadskanaal elders Nederland totaal Assen 86 0 9 0 0 0 0 4 100 Midden-Drenthe 38 45 2 8 1 4 0 2 100 Westerveld 7 18 5 10 24 0 0 36 100 Ooststellingwerf 15 48 8 0 0 1 0 28 100 Noordenveld 14 59 19 0 0 0 0 8 100 Borger-Odoorn 9 23 1 0 5 32 26 4 100 Aa en Hunze 43 19 18 0 2 0 4 15 100 Tynaarlo 24 33 27 0 0 0 0 16 100 totaal regio 2010 22 38 12 2 3 5 4 13 100 totaal regio 22 45 10 3 3 5 4 9 100 2008 totaal regio 22 36 14 2 3 5 3 5 100 2005 totaal regio 18 47 8 2 2 5 5 14 100 2003 totaal regio 2001 28 38 13 1 2 7. 9 100 Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Tabel 4.2: Regionale koopstromenmatrix voor niet-dagelijkse goederen (in procenten) 4.2 Koopstromen binnen gemeente Assen Inwoners uit de wijken in Assen kiezen voor het doen van de dagelijkse boodschappen hoofdzakelijk voor het dichtstbijzijnde winkelcentrum, zoals zichtbaar is in tabel 4.3. Ook een aanzienlijk deel van de wijkbewoners bezoekt de binnenstad echter voor de dagelijkse boodschappen. Naast de binnenstad zijn de inwoners van Assen het sterkst op de wijkwinkelcentra Marsdijk, Nobellaan en de overige winkelgebieden in Assen georiënteerd. De schommelingen in de koopkrachtoriëntatie zijn vooral te verklaren door de ontwikkelingen in het aanbod. Zoals in hoofdstuk 2 al gemeld, is het dagelijkse aanbod in het centrum afgenomen. Dit zien wij terug in de koopstromen, aangezien de dagelijkse oriëntatie enigszins is afgenomen. De nieuwere winkelgebieden Marsdijk en Kloosterveen blijven groeien in het Assense marktaandeel, terwijl steeds minder bezoekers van buiten de wijk Peelo het aldaar gevestigde winkelcentrum bezoeken. Tot slot is een duidelijke groei zichtbaar in de oriëntatie op de winkelgebieden elders in Assen. Dit wordt vooral veroorzaakt door de komst van Jumbo (Nijlandstraat). In de loop der jaren blijkt duidelijk dat de ontwikkelingen aan de aanbodzijde van invloed zijn op het ruimtelijke aankoopgedrag en de marktaandelen per winkelgebied. Tevens hebben woningbouwontwikkelingen hun weerslag gehad, waardoor de groeiwijken een hogere koopkrachtoriëntatie kennen. In Assen-Centrum is duidelijk zichtbaar dat bij vernieuwing/uitbreiding door bijvoorbeeld AH XL indertijd de koopkrachtbinding is toegenomen en dat in tijden van stilstand de binding juist is afgenomen Detailhandelsmonitor Assen 2010 21

winkelgebied herkomstgebied Assen- Centrum Nobellaan Vredeveld Marsdijk Peelo Kloosterveen industrieterrein/ Borgstee elders in Assen buiten Assen totaal binnenstad 74 5 7 3 0 1 0 8 2 100 Lariks 27 48 0 3 3 5 0 9 5 100 Pittelo 31 42 0 2 1 4 0 16 4 100 Noorderpark 34 27 1 3 2 0 0 33 0 100 Peelo 22 2 1 13 55 0 0 7 0 100 Marsdijk 26 0 6 57 1 0 0 8 2 100 Assen-Oost 24 1 56 11 0 0 0 4 3 100 Assen-West 39 12 2 6 1 8 0 26 6 100 Kloosterveen 21 8 2 2 0 65 0 3 1 100 totaal Assen 2010 33 13 9 15 6 8 0 13 2 100 totaal Assen 2008 36 13 9 14 8 7 0 11 2 100 totaal Assen 2005 33 16 5 15 7 4 7 13 1 100 totaal Assen 2003 45 14 7 10 6 0 1 9 4 100 totaal Assen 2001 40 18 6 13 8 0 4 7 3 100 Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Tabel 4.3: Lokale koopstromenmatrix voor dagelijkse goederen (in procenten) Het centrum van Assen blijft voor inwoners uit alle wijken de belangrijkste aankoopplaats voor niet-dagelijks winkelaanbod. In vergelijking met de voorgaande onderzoeken heeft toch een lichte afname plaatsgevonden met de oriëntatie op Assen- Centrum vanuit de verschillende woonwijken. Uitzondering vormt de wijk Noorderpark. Deze afname in Assen-Centrum wordt vrijwel volledig gecompenseerd door een hogere koopkrachtbinding op de winkels in het industrieterrein/borgstee. Dit geldt vanzelfsprekend vooral voor de branches in de grootschalige detailhandel (wonen, doe-het-zelf, bloemen en planten). Voor de modische branches is Assen- Centrum nog steeds de belangrijkste aankoopplaats. Een verklaring voor deze wijziging hangt samen met het afnemende aanbod in het centrum en de toename van grote winkelunits op het industrieterrein. Voor de gemeente Assen als totaal is de afvloeiing naar andere steden gelijk gebleven op het niveau van 2008 (14%). Dit betekent dat de inwoners trouw blijven aan Assen voor de niet-dagelijkse aankopen al wordt steeds meer duidelijk, dat verschillende typen aankopen op verschillende locaties worden gedaan. Steeds minder nietdagelijkse goederen worden in de woonwijken gekocht en in het centrum worden vooral nog de modische artikelen verkocht, waar in het verleden ook wooninrichting op grotere schaal werd verkocht. Detailhandelsmonitor Assen 2010 22

winkelgebied herkomstgebied Assen- Centrum Nobellaan Vredeveld Marsdijk Peelo Kloosterveen Industrieterrein/ Borgstee elders in Assen buiten Assen totaal binnenstad 72 1 0 1 0 1 16 1 8 100 Lariks 61 6 0 2 0 0 20 2 10 100 Pittelo 55 3 0 0 0 0 26 1 15 100 Noorderpark 67 1 0 1 0 0 15 3 13 100 Peelo 58 0 0 2 3 0 22 1 15 100 Marsdijk 56 0 0 9 0 0 14 0 21 100 Assen-Oost 63 0 5 0 0 1 19 2 10 100 Assen-West 62 1 0 1 0 1 13 3 19 100 Kloosterveen 58 1 0 2 0 5 16 1 17 100 totaal Assen 2010 62 1 1 3 0 1 17 1 14 100 totaal Assen 2008 66 2 1 2 1 1 11 3 14 100 totaal Assen 2005 62 1 1 2 0 0 13 3 18 100 totaal Assen 2003 67 3 2 3 2 0 9 2 12 100 totaal Assen 2001 69 1 0 1 0 0 14 13 98 Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Tabel 4.4: Lokale koopstromenmatrix voor niet-dagelijkse goederen (in procenten) 4.3 Alternatieve aankoopkanalen Tabel 4.5 laat zien per artikelgroep in hoeverre genoemd is dat men de meeste aankopen via een postorderbedrijf of via het internet heeft gedaan. Dit blijkt om zeer marginale marktaandelen te gaan. Het enige opvallende is dat in de elektronicabranche het internet door circa 3% van de respondenten als belangrijkste aankoopplaats wordt genoemd. Deze resultaten zijn in lijn met andere koopstroomonderzoeken. Feitelijk ligt het bestede bedrag via internet hoger dan in tabel 4.5 naar voren komt, blijkt uit landelijke onderzoeken. Dit geeft echter wel een goed beeld van welke aankoopkanalen per artikelgroep gebruik wordt gemaakt. artikelgroep postorder internet kleding 1,2% 0,6% schoenen 0,9% 0,6% huishoudelijk 0,1% 0,8% elektronica 0,1% 2,9% doe-het-zelf 0,1% 0,0% woninginrichting 0,2% 0,6% bloemen, planten en tuinartikelen 0 0,0% Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Tabel 4.5: Oriëntatie op alternatieve aankoopkanalen per artikelgroep Om de internetaankopen en de effecten hiervan op de bestedingen in de winkelcentra nog beter inzichtelijk te krijgen, is tijdens de meting in 2010 een extra onderzoek uitgevoerd gericht op de bestedingen via het internet. Detailhandelsmonitor Assen 2010 23

De belangrijkste bevindingen hieruit zijn: In het onderzoeksgebied heeft 41% van de respondenten afgelopen jaar een product aangekocht via internet. Het effect van deze internetaankopen voor het winkelgedrag is zichtbaar. Van de consumenten die een aankoop via het internet hebben gedaan, besteedt 36% minder bij winkels in winkelcentra. Toch is ook 6% juist meer gaan besteden. Van de respondenten die internetaankopen hebben gedaan, is 22% minder gaan besteden in Assen-Centrum. Voor het grootste deel (56%) zijn de internetbestedingen niet van invloed op het bestedingspatroon in Assen. Deze resultaten zijn in overeenstemming met een eerder onderzoek naar internetbestedingen en de gevolgen voor winkelgebieden in de gemeente Sneek. Heeft u afgelopen jaar een product gekocht via internet? JA: 41% NEE: 59% Invloed op bestedingen aan winkelaankopen Toename: 6% Afname: 36% Gelijk gebleven: 49% Weet niet: 9% Invloed op bestedingen in Assen-Centrum Toename: 5% Afname: 22% Gelijk gebleven: 56% Weet niet: 18% Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. Figuur 4.1: Internetaankopen en gevolgen voor winkelbezoek Assen-Centrum Detailhandelsmonitor Assen 2010 24

5 Economische performance Zowel voor de binnenstad als het totale winkelaanbod van de gemeente Assen is de marktomvang (de hoeveelheid omzet) en de vloerproductiviteit (omzet per vierkante meter) in beeld gebracht. Dit geeft een indicatie van het economische functioneren van de detailhandel. De marktomvang wordt afgeleid uit het aantal inwoners van de gemeente in combinatie met het koopgedrag en de landelijk gemiddelde toonbankbestedingen 3. 5.1 Gemeente Assen Via een confrontatie van vraag- en aanbodgegevens wordt inzicht gegeven in de vloerproductiviteit, ofwel de omzet die per vierkante meter gerealiseerd wordt. In tabel 5.1 is deze voor de dagelijkse en niet-dagelijkse sector weergegeven. gemeente Assen*** dagelijks niet-dagelijks binding in procenten** 98 86 afvloeiing in procenten 2 14 toevloeiing in procenten* 17 45 marktomvang (in miljoenen euro s) 178 258 effectieve vloerproductiviteit in euro s per vierkante meter vvo 7.000 1.800 * Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête + telefonische enquête 2010. ** Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. *** Inwonertal gemeente Assen 1 januari 2010: 66.380 (bron: CBS Statline). Tabel 5.1: Omzetprestatie detailhandel gemeente Assen 3 De detailhandelsmonitor gaat in op het functioneren van het winkelaanbod. De warenmarkt, postorderbedrijven en internet zijn niet onbelangrijk, maar vallen buiten deze analyse. De landelijk gemiddelde bestedingen aan dagelijkse en niet-dagelijkse aankopen bedragen respectievelijk 2.274,- en 2.481,- per inwoner (bron: HBD, bewerking Goudappel Coffeng). Sinds 2008 zijn de dagelijkse bestedingen licht toegenomen, terwijl de niet-dagelijkse bestedingen vanwege de recessie een lichte afname kennen. Detailhandelsmonitor Assen 2010 25

5.1.1 Dagelijkse sector In de dagelijkse sector is de marktomvang in Assen toegenomen (178 miljoen ten opzichte van 176 miljoen). Dit wordt veroorzaakt door een stijging van het inwoneraantal en een stijging in de bestedingen. De koopkrachtbinding binnen de gemeente Assen is gelijk aan het niveau van 2008, terwijl de toevloeiing van bestedingen van buiten de gemeente in beperkte mate is afgenomen. Al met al is de omzet per vierkante meter in de gemeente Assen afgenomen naar 7.000,- per vierkante meter. De omzet per vierkante meter was in 2008 ( 7.500,-), in 2005 ( 6.900,-) en in 2003 ( 8.300,-). Deze fluctuaties worden veroorzaakt door wijzigingen in inwoneraantal en het totale aantal winkelmeters. Aangezien sinds 2008 het aantal winkelmeters in Assen in de dagelijkse sector in sterkere mate is toegenomen dan de omzet heeft dit geleid tot een lagere omzet per vierkante meter. 5.1.2 Niet-dagelijkse sector In de niet-dagelijkse sector bedraagt de koopkrachtbinding evenals in 2008 86%. In 2005 lag deze binding op 81%, terwijl in 2003 en 2001 de binding ook 81% was. In de niet-dagelijkse sector heeft de trend van een hogere omzet dan het voorgaande monitorjaar zich doorgezet. Dit is het effect van bevolkingsgroei en een grotere koopkrachtoriëntatie van buiten de gemeente Assen. Op basis van een aanbod van 141.300 m² wvo is de omzet per vierkante meter wvo vastgesteld op 1.800,-. Dit is gelijk aan de vloerproductiviteit in 2008 en 2005. Gezien de economische ontwikkeling de laatste jaren is het niet tegenvallend, dat de vloerproductiviteit op een gelijk niveau is gebleven. 5.2 Assen-Centrum Voor de binnenstad van Assen is eveneens een omzetraming gedaan voor zowel de dagelijkse als niet-dagelijkse sector (tabel 5.2). gemeente Assen, aankoopplaats centrum*** dagelijks niet-dagelijks binding in procenten** 33 59 toevloeiing in procenten* 28 52 marktomvang (in miljoen euro s) 69 202 effectieve vloerproductiviteit in euro s per vierkante meter vvo 7.700 3.500 * Bron: Goudappel Coffeng passantenenquête 2010. ** Bron: Goudappel Coffeng telefonische enquête 2010. *** Inwonertal gemeente Assen 1 januari 2008: 66.380 (bron: CBS Statline). Tabel 5.2: Omzetprestatie detailhandel gemeente Assen, aankoopplaats centrum 5.2.1 Dagelijkse sector De koopkrachtbinding van het dagelijkse aanbod in de binnenstad van Assen is terug op het niveau van 2005 (33%), terwijl het in 2008 nog (36%) was. Wel is de koopkrachttoevloeiing van buiten de gemeente Assen gestegen (van 25 naar 28%). Zoals in hoofdstuk 3 gepresenteerd kent Assen-Centrum meer (boven)regionale bezoekers. Detailhandelsmonitor Assen 2010 26

Vanwege de lagere koopkrachtbinding is de marktomvang afgenomen van 71 miljoen naar 69 miljoen. Het dagelijks aanbod in het centrum is echter eveneens flink afgenomen, waardoor de omzet per vierkante meter met 7.700 per m² wvo hoger is dan in 2008. 5.2.2 Niet-dagelijkse sector In de niet-dagelijkse sector is de koopkrachtbinding aan het centrum afgenomen van 66% (2008) naar 59%. Wel is de toevloeiing weer gestegen naar 52%. De totale bestedingen in de niet-dagelijkse sector in Assen bedragen 202 miljoen en zijn hoger dan in 2008: 200 miljoen. Doordat het aantal winkelmeters in de niet-dagelijkse sector is afgenomen, betekent deze lichte omzetstijging een hogere omzet per vierkante meter wvo ( 3.500,- ten opzichte van 3.400,- in 2008). Ondanks de toegenomen leegstand is het niet vreemd dat de omzet per vierkante meter gemiddeld is toegenomen. Dit hangt samen met de brancheringsverandering die in het centrum van Assen heeft plaatsgevonden. Doordat het aandeel modische winkels is toegenomen ten opzichte van de winkels in en om huis is de gemiddelde omzet per vierkante meter toegenomen. Modische winkels hebben op landelijk niveau ook een hogere omzet per vierkante meter dan bijvoorbeeld meubelzaken. 5.3 Overall functioneren De key-performance indicatoren zijn in tabel 5.3 gepresenteerd. aspect 1999 2001 2003 2005 2008 2010 binnenstadsbezoekers, winkelen als primair bezoekdoel 65% 75% 80% 74% 69% 75% binding eigen inwoners op binnenstad (niet-dagelijks) 59% 69% 67% 62% 66% 66% bezoekersaandeel lokale bezoekers 60% 59% 70% 56% 62% 59% bezoekersaandeel regionale bezoekers 21% 36% 19% 28% 27% 22% bezoekersaandeel bovenregionale bezoekers 19% 5% 11% 15% 12% 19% omzetaandeel regionale en bovenregionale bezoekers 56% 56% 47% 50% 45% 52% (toevloeiing niet-dagelijks) bezoekers die een aankoop hebben verricht 65% 54% 57% 55% 56% 63% besteed bedrag per bezoeker 34,- 28,- 31,- 25,- 34,- 33,- autogebruik alle bezoekers 56% 47% 47% 48% 46% 52% omzetaandeel automobilisten 71% 60% 60% 55% 56% 61% bezoekfrequentie: 1x per week of vaker 65% 71% 67% 64% 67% 64% aandeel kortverblijvers (korter dan een uur) 72% 69% 66% 72% 65% 55% aandeel langverblijvers (langer dan twee uur) 9% 13% 8% 17% 13% 18% winkelomvang m 2 dagelijks 8.900 7.000 7.100 10.200 9.000 winkelomvang m 2 niet-dagelijks 53.800 53.600 58.100 59.500 57.800 omzet per m 2 dagelijks 10.900.- 7.400,- 7.000,- 7.700,- omzet per m 2 niet-dagelijks 3.800,- 3.100,- 3.400,- 3.500,- Tabel 5.3: Kentallen binnenstad Assen Detailhandelsmonitor Assen 2010 27

Groei van (boven)regionale bezoekers Ten opzichte van 2008 is het aandeel (boven)regionale bezoekers toegenomen. Dit zien wij terug in een aantal onderzoeksvariabelen. Zo zijn de gemiddelde verblijfsduur en het aandeel autobezoekers toegenomen en is de bezoekfrequentie afgenomen. Ondanks de economische situatie is de omzet per vierkante meter in het centrum van Assen sinds 2008 toegenomen. Hier zijn enkele redenen voor aan te wijzen. Enerzijds gaat dit om het toegenomen aandeel bezoekers van buitenaf. Anderzijds heeft het met de afname van het aantal winkelmeters te maken en het overblijven van branches (supermarkten en mode) die een relatief hoge vloerproductiviteit realiseren. Economische crisis beïnvloedt het winkel- en bezoekgedrag Een trendvergelijking sinds 1999 leert ons dat de binnenstad van Assen veel schommelingen heeft gekend in het bezoekersgedrag. De samenhang met economische ontwikkelingen is groot. Duidelijk zichtbaar is dat in de economisch voorspoedige jaren ook het economische functioneren voor het centrum beter was. In de magere jaren besteedden consumenten juist minder. Daarnaast is het bezoekersgedrag veelal afhankelijk geweest van het aanwezige winkelaanbod. Op momenten dat het winkelaanbod werd uitgebreid, kwamen meer consumenten naar Assen. Wanneer het winkelbestand gelijk bleef of afnam in combinatie met de uitbreiding van andere winkelgebieden, verloor de binnenstad terrein. 5.4 Doorvertaling naar de toekomst Interessant is om vanuit de resultaten uit de detailhandelsmonitor 2010 en uit de monitorreeks sinds 1997 een doorvertaling naar de toekomst te maken. Hierbij is het zinvol de ontwikkelingen uit dit onderzoek te koppelen aan landelijke/regionale ontwikkelingen en trends in de detailhandel. Achtereenvolgens staan wij kort stil bij: de trends voortkomend uit de monitor; de trends en ontwikkelingen op landelijk en regionaal niveau; aanbevelingen voor de toekomst. 5.4.1 Trends uit de monitor In de ontwikkeling van het aanbod is zichtbaar dat winkelgebieden zich steeds meer specialiseren. Waar in het verleden het centrum een mix aan functies, zoals supermarkten, mode, wooninrichting en horeca herbergde, wordt momenteel het modische aanbod steeds dominanter. Daarnaast verschuift steeds meer grootschalig doelgericht aanbod naar Borgstee/industrieterrein. De leegstand in het centrum is toegenomen. Dit gaat vooral om relatief kleine panden. In de meting in 2010 is naar voren gekomen dat het aandeel bovenregionale/toeristische bezoekers is toegenomen. Het aandeel regionale bezoekers is gedaald. In het verzorgingsgebied van Assen blijkt dat 41% van de consumenten wel eens aankopen via het internet doet. De gevolgen voor de bestedingen in de winkels lijken daarentegen nog mee te vallen. Detailhandelsmonitor Assen 2010 28