DooX 5.0. Gebruikershandleiding



Vergelijkbare documenten
Gebruiksaanwijzing WTW PC-software

Elektronisch factureren

Boutronic. MSSQL Express server voor Log functie. >> Installatie handleiding << 23 april 2014, versie 1.0d

Snel aan de slag met de Mini Squirrel datalogger

{button Installeer Zelfstudie Bestanden, execfile(seedatauk.exe,tutorial 12.ctb;Tutorial 12.see;Design.SEE)}

Handleiding Icespy MR software

MR-TEMPERATUURLOGGER HANDLEIDING VERSIE

{button Installeer Zelfstudie Bestanden, execfile(seedatauk.exe,tutorial.ctb;tutorial nn.see)}

W2105 Import Externe Bestanden

Xiris handleiding Onderhoudsmodule & database onderhoud

Installatie Mplus Touch Screen Kassa

Elbo Technology BV Versie 1.1 Juni Gebruikershandleiding PassanSoft

SERVER MONITOR SMS SERVER

Netwerk Interfacing Data Logging.

Handleiding installatie en gebruik TMS 5 Software

INSTALLATIE IN PRINT INSTALLEREN. Aan de slag met Communicate In Print

Upgrade Accowin van versie 1 naar versie 2

Gebruikershandleiding People Inc. en Microloon

Gebruikershandleiding MJK Link 2.15 Index

HANDLEIDING INSTALLEREN MODEM XP/VISTA

Nieuw toegevoegd: Uitleg driver (her) installeren nadat Windows 8 en Windows 8.1 automatisch de driver heeft geüpdatet.

Via de website kiest u onder de kop Direct naar het hoofdstuk Vliegverkeer bekijken.

Boutronic. MSSQL Express server voor Log functie. >> Installatie handleiding << 2 april 2012, versie 1.0d

Landelijk Indicatie Protocol (LIP)

HANDLEIDING INFOGRAPHIC SOFTWARE Versie 2.3 / jan 2014

AN1034-NL Net2 kaarten bedrukken

Hanwell temperatuur / vocht logger handleiding

NaviControlCenter Document versie Juni 2011

Net2 kaarten bedrukken

Installatie en configuratie documentatie

Gebruikershandleiding 1.4. WerkBonPdf. Registratie van uren, onderdelen en kilometers

ADRES 2000 VOOR WINDOWS

Handleiding Albupad - Album Page Designer versie 1700

Installatie VTP. versie

Handleiding. Leveranciersimport voor:

Pro. handleiding. Pro voor Act! Handleiding. Versie Onderdeel van TendenZ ICT Product van Afd.

3. QUEEN STARTEN EN BIJWERKEN ADMINISTRATIE(S)...

HTA Software - Klachten Registratie Manager Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding bezwaar en beroep applicatie

Declareren. Stap 1 Openstaande behandelingen

Handleiding ISaGRAF. Wil men het programma bewaren, dan is het verstandig een back-up te maken: C9 Back-up / Restore

8. Module Digitaal Terrein Model (DTM) aanmaken... 1

Watcheye AIS op ipad

Schakel in Windows 10 automatische driver update uit : Uitleg driver (her) installeren nadat Windows 10 automatisch de driver heeft geüpdatet.

Installatie shortform Rodin.NET

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding

Handleiding. Nederlandse Ondergrond Viewer

Net2 kaarten bedrukken

Installatie- en gebruikshandleiding Risicoverevening. 11 april 2007 ZorgTTP

Gebruikershandleiding Add-ons Rioolkaart & Riooltekenen

Rodin installatiehandleiding (vanaf versie 2.1.xxx.x)

INSTALLATIE EXCHANGE CONNECTOR

Optifile Server Installatie

NACSPORT TAG&GO HANDLEIDING Eigenschappen knop

Palmtop - Aqua-Max Servicehandleiding

MeTrao Readout. Gebruiks Handleiding

Op basis van klanten-,product-,barcodegegevens wordt automatisch een barcode document aangemaakt

Intergas Verwarming B.V Wijzigingen voorbehouden.

HANDLEIDING DMS Plugin Installatie, configuratie & werking

Invoegen... 8 Invulpunt... 9 Nieuwe bouwsteen maken... 9 Bouwsteen opslaan Wijze van werken in Outlook Informatie...

Installatie Datum: Versie: Informant Software

Een document importeren

Handleiding. Documentbeheer. PlanCare 2. elektronisch cliënten dossier. G2 Paramedici het EPD voor paramedici. Handleiding. Declareren. Versie

Release notes Swing & 5.0.7

Handleiding PFMconnect

Handleiding Migratie. Bronboek Professional

Head Pilot v Gebruikershandleiding

Technische Informatie

I N H O U D S O P G A V E

mymanualsolarapp - What s Your Solar Power Today?

Installatie & Snelstart Gids iais Wireless(draadloos) AIS Ontvanger en NMEA Server

OpenVPN Client Installatie

Siemens SE551. Handleiding Flits Thuis

Voordat u gebruik kunt maken van ZorgMail in KraamZorgCompleet, zijn een aantal instellingen nodig:

Handleiding voor de update naar TouchSpeak 10 op Windows XP

Handleiding Webviewer Radiologie PatientPortal

GPS Instructie MC de Kraats. Mapsource gebruik

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding

Procedure ParaBench instellen en gebruiken.

Net2CountedAccess. Handleiding 1.0

Installatie Avalanche Windows

XEMIO-654/664 Gebruikershandleiding. Voor informatie en ondersteuning,

Installatiehandleiding Windows XP / Vista / Windows 7

Dwell Clicker 2. Handleiding

RF Monitoring: Handleiding

Gebruikershandleiding UNIT4 DataCollector

Handleiding Albupad - Album Page Designer versie 1600

DSLSTL. Handleiding Copyright Handleiding DSLSTL Pagina 1 of 11

JPTrain. JPTrainBeta versie 25 mei Android client voor GBtrainHost

HydroNET handleiding

1. Introductie 2. Omschrijving 2 Omschrijving van de onderdelen (voorzijde) Algemeen 3

inex Client Quicksheet

Installatiehandleiding Vabi Assets Energie

DocFlow. handleiding. DocFlow voor Act! Handleiding. Versie Onderdeel van Tendenz ICT Product van Afdeling (Web)Development

Handleiding voor het Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer, onderdeel Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer via internet.

Handleiding Certificaat RDW

MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN. Printerstuurprogramma installeren

Introductie. Driver Installatie

Bronboek ISBN conversie naar EAN

Transcriptie:

DooX 5.0 Dredger Orientation for Optimal exploitation Gebruikershandleiding VanDenBempt automatisering Transformatorhof 1 7556 RA Hengelo 074-2777126 info@vandenbempt.nl www.vandenbempt.nl VanDenBempt 1

Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 4 1.1 DOOX... 4 1.2 VOORKENNIS... 4 1.3 DOCUMENTATIE... 4 1.4 ONDERSTEUNING... 5 1.5 INSTALLATIE... 5 1.6 START EN STOP... 6 2. DATABASE... 7 2.1 IMPORT... 7 2.2 EXPORT... 8 2.3 HERSTELPUNT MAKEN... 8 2.4 LOCATIE HERSTELLEN... 8 2.5 LOCATIE WIJZIGEN... 9 3. CONTROL... 10 4. VISUALISATIE... 13 4.1 DOOX 5.0 ZIJAANZICHT... 13 4.1.1 Gegevens... 14 4.1.2 Bediening... 14 4.2 DOOX 5.0 BOVENAANZICHT... 15 4.2.1 Gegevens... 15 4.2.2 Bediening... 15 4.3 DOOX 5.0 RONDOM... 17 4.3.1 Gegevens... 17 4.3.2 Bediening... 18 4.4 DOOX 5.0 DOORSNEDE... 18 4.4.1 Gegevens... 18 4.4.2 Bediening... 19 4.5 DOOX 5.0 3D-AANZICHT... 19 4.5.1 Gegevens... 19 4.5.2 Bediening... 20 4.6 DISPLAY... 20 4.7 PROCESDISPLAY... 21 4.8 KRUISMETER... 21 4.9 ECHO-COMBI... 22 5. MONITOR... 23 5.1 LEGENDA... 23 5.2 DATA... 23 5.3 DIVERS... 24 5.4 COM PORT... 24 5.5 GPS... 24 5.6 TCP/IP... 25 5.7 INPUT... 25 6. VOLUME... 26 6.1 BEREKEN... 26 6.2 BEWAAR... 26 6.3 AFSTAND R/G... 26 VanDenBempt 2

7. ROUTE... 27 8. PRODUCTIE... 28 9. DEMO... 29 9.1 NAVIGATIE... 29 9.2 CONVERSIE... 29 9.3 KRUISMETER... 29 10. CONFIGURATIE... 30 10.1 KLEUR... 30 10.2 LADDER/ZUIGBUIS... 31 10.3 ECHO... 32 10.4 GPS... 33 10.5 PROCES... 34 10.6 TALUD... 35 10.7 KRUISMETER... 36 10.8 DIVERS... 37 11. COMMUNICATIE... 39 11.1 COM PORT... 39 11.2 TCP/IP... 39 11.3 INPUT... 40 11.4 OUTPUT... 40 12. HARDWARE... 41 12.1 GPS INCL. KOMPAS... 41 12.2 GPS EXCL. KOMPAS... 41 12.3 ECHOLOOD... 41 12.4 INCLINOMETER... 42 12.5 CONCENTRATIEMETER... 42 VanDenBempt 3

1. Inleiding In dit hoofdstuk worden de volgende onderdelen behandeld: DooX Voorkennis Documentatie Ondersteuning Installatie Start en stop 1.1 DooX Dredger Orientation for Optimal exploitation DooX is een standalone survey system aan boord van een zandzuiger en ontwikkeld met een drieledige doelstelling: Oriëntatie van de zandzuiger in de winlocatie Optimaal exploiteren van de winlocatie Eenvoudige bediening 1.2 Voorkennis Bij het schrijven van deze handleiding is er vanuit gegaan dat de gebruiker van DooX bekend is met het basisgebruik van het Windows besturingssysteem (XP/Vista/7). 1.3 Documentatie Deze handleiding start met een inleidend hoofdstuk over DooX 5.0, de vereiste voorkennis voor het gebruik van het systeem, de documentatie, wat te doen indien ondersteuning gewenst wordt en de instructies met betrekking tot het installeren, starten en stoppen van DooX. Daarna wordt in hoofdstuk 2 kort ingegaan op de database en de verschillende operaties die op deze database kunnen worden toegepast. In hoofdstuk 3 wordt het Control Panel beschreven. Via dit panel worden de verschillende visualisaties bediend. Hoofdstuk 4 beschrijft van elke visualisatie de gegevens en de bediening. Vervolgens worden in hoofdstuk 5 de verschillende Monitor windows beschreven. Hoofdstuk 6, 7, 8 en 9 gaan achtereenvolgens in op de volumeberekening, routeweergave, productie en enkele demofuncties. In hoofdstuk 10 wordt uitgebreid op de configuratie ingegaan. Hoofdstuk 11 behandelt de verschillende communicatiemogelijkheden waarover DooX beschikt. Tenslotte wordt in het hoofdstuk Hardware (12) kort ingegaan op de randapparatuur waar DooX gebruik van maakt, en hoe deze te configureren. VanDenBempt 4

1.4 Ondersteuning Indien u in het bezit bent van het DooX Service Pakket kan voor ondersteuning met betrekking tot het gebruik van of problemen met DooX telefonisch, elektronisch of schriftelijk contact worden opgenomen met VanDenBempt automatisering via de volgende adressen: VanDenBempt Automatisering Transformatorhof 1 7556 RA Hengelo Postbus 1258 7550 BG Hengelo T: 074 2777126 F: 074 2778204 E: info@vandenbempt.nl Vragen en problemen worden dan zo spoedig mogelijk beantwoord en opgelost. Ook ideeën of wensen met betrekking tot verbeteringen van DooX zijn welkom. Meer informatie over het DooX Service Pakket vindt u op www.vandenbempt.nl. 1.5 Installatie Installatie van DooX 5.0 geschiedt als volgt: Roep vanaf CD of USB setup.exe aan en volg de aanwijzingen op het scherm. DooX is nu geïnstalleerd. Na installatie bevat het systeem een map C:\Doox. Binnen deze map zijn de volgende mappen aanwezig: Data databestanden (.ini ) Db database (.db3) Pics afbeeldingen (.bmp) en animaties (.avi) Herstel herstelpunten (.zip) Rapport manual (.pdf) DooX is nu gereed om gestart te worden. VanDenBempt 5

1.6 Start en stop DooX 5.0 wordt gestart via de snelkoppeling op het bureaublad. Deze snelkoppeling verwijst naar C:\Doox\Doox.exe. Direct na de start verschijnt het Welcome window. Dit window blijft in beeld tot de initialisatie-fase is afgerond. Afhankelijk van de omvang van de winlocatie kan dit enige tijd in beslag nemen. Indien DooX na installatie voor de eerste maal gestart wordt dient er een softwarekey ingegeven te worden. Deze softwarekey is machineafhankelijk en is verkrijgbaar via VanDenBempt. Generatie van een correcte softwarekey is slechts mogelijk indien de machinecode van 16 karakters bekend is. DooX kent een aantal visualisatieschermen en bij elk scherm kunnen verschillende instellingen gemaakt worden. Na het opstarten worden de schermen en bijbehorende instellingen getoond zoals DooX de laatste maal gestopt is. DooX kan op drie manieren gestopt worden: Via de Exit knop rechts bovenin het Control Panel Via de menuoptie Systeem Exit van het Zijaanzicht Door het Zijaanzicht te sluiten In alle gevallen wordt een bevestiging gevraagd voordat DooX daadwerkelijk afgesloten wordt. Bij het daadwerkelijk afsluiten van DooX wordt het Verwerk window getoond. Door in dit window op OK te klikken wordt het aantal gemuteerde records van het profiel bepaald. Door vervolgens op Verwerk te klikken worden de mutaties in de database opgeslagen. Door op Annuleer te klikken worden er geen wijzigingen in de database aangebracht. VanDenBempt 6

2. Database DooX maakt gebruik van een database waarin zich de volgende bestanden bevinden: Locatie gegevens winlocatie (profiel, vergunning, peiling, zuigplan, basis) Data overige gegevens (kwaliteit, log, volume) In de log wordt met een frequentie van 1 x per minuut de datum, tijd, locatie (X/Y), bodemdiepte (ZB) en zuigkopdiepte (ZZ) weggeschreven. Deze gegevens worden weer gebruikt bij het reconstrueren van een route over een instelbaar interval. 2.1 Import DooX kent de mogelijkheid om gegevens van de winlocatie (XYZ) uit een CSV-bestand in te lezen en hieruit een nieuw databasebestand (locatie) aan te maken, of een bestaand bestand bij te werken. Het Import Window wordt geopend via menuoptie Systeem Import. In het Import Window kunnen de volgende instellingen worden gemaakt alvorens het bestand daadwerkelijk in te lezen: Dieptes zijn wel/niet t.o.v. NAP Elk regeleind bevat wel/geen scheidingsteken Aantal te negeren startregels Positie van de X-coördinaat Positie van de Y-coördinaat Positie van de Peiling Positie van het Profiel Positie van de vergunning Positie van Plan 1 Positie van Plan 2 Gebruikte scheidingsteken Databasebestand nieuw aanmaken of bijwerken Te verwerken data VanDenBempt 7

Stel, er worden 2 xyz-bestanden aangeboden: peiling.txt en vergunning.txt. Als hieruit een nieuw databasebestand gemaakt moet worden gaat dit als volgt. In de eerste import van vergunning.txt geven we aan dat X op positie 1 staat, Y op positie 2 staat en Vergunning op positie 3 staat. Bij de Data Groep vinken we alleen Vergunning aan en bij de Database Groep geven we aan dat het om een nieuw bestand gaat. Vervolgens klikken we op de knop Import en selecteren het bestand vergunning.txt. Bij de tweede import van peiling.txt geven we weer aan dat X op positie 1 staat, Y op positie 2 staat en Peiling op positie 3 staat. Bij de Data Groep vinken we alleen Peiling aan en bij de Database Groep geven we aan dat het om een update gaat. De geïmporteerde gegevens m.b.t. de vergunning moeten immers behouden blijven. De import wordt weer gestart via de knop Import en de selectie van het bestand peiling.txt. 2.2 Export DooX kent de mogelijkheid om gegevens van de winlocatie (XYZ) naar een CSV-bestand weg te schrijven. Het Export Window wordt geopend via menuoptie Systeem Export. In het Export Window kunnen de volgende instellingen worden gemaakt alvorens het bestand daadwerkelijk te genereren: Elk regeleind bevat wel/geen scheidingsteken Gebruikte scheidingsteken Weg te schrijven data Na de instellingen gemaakt te hebben kan via de knop Export een bestandsnaam worden opgegeven, en wordt het exportbestand gegenereerd. 2.3 Herstelpunt maken Gegevens van de winlocatie vormen de basis van DooX. Om immuun te blijven voor een beschadigd databasebestand t.g.v. stroomuitval of een verminkt bestand t.g.v. afwijkende echoloodmetingen, is het verstandig om geregeld een herstelpunt te maken. Deze functie wordt aangeroepen via menuoptie Systeem Herstelpunt maken en comprimeert de databasebestanden in een zipfile, voorzien van datum en tijdstip. Via Configuratie kan worden ingesteld dat bij het afsluiten van DooX standaard een herstelpunt moet worden gemaakt. 2.4 Locatie herstellen Indien er herstelpunten gemaakt zijn, kan een locatie worden hersteld. Deze functie wordt geactiveerd via menuoptie Systeem Locatie herstellen. VanDenBempt 8

Selecteer in het Herstel Window de gewenste datum/tijdstip combinatie en klik op de knop Locatie Herstellen om de winlocatie te herstellen. 2.5 Locatie wijzigen Via de optie Systeem Locatie wijzigen kan een andere locatie worden geladen. Klik op deze optie en blader naar de gewenste map waarin een locatie- en databestand aanwezig zijn. VanDenBempt 9

3. Control De visualisatieschermen worden bediend via het Control Panel. Indien dit panel niet zichtbaar is kan het worden geactiveerd via de menuoptie Visueel Control. Afsluiten Display Custom Bakens Data Bovenaanzicht Bakens Zoom Bovenaanzicht Roteer Bovenaanzicht Schuif Bovenaanzicht Data Zijaanzicht Zoom Zijaanzicht Schuif Zijaanzicht Lijnen bakens Zet MV Kanalen Afsluiten Via de knop Afsluiten wordt DooX afgesloten. Er wordt om een bevestiging gevraagd voordat DooX daadwerkelijk wordt afgesloten. Display Het Display van de Control wordt op dit moment gebruikt voor de weergave van het berekende volume en is een voorziening voor weergave van toekomstige korte meldingen. Data Bovenaanzicht De Data groep bevat 6 knoppen waarmee de data geselecteerd kan worden welke moet worden weergegeven in het Bovenaanzicht en het 3D aanzicht: VanDenBempt 10

Profiel: actuele profiel zoals bijgehouden door DooX Peiling: laatst geladen peiling Rest: verschil tussen profiel en vergunning Vergunning: gewenste eindsituatie Plan: zuigplan of oude peiling (indien geladen) Basis: basis t.b.v. bepaling toplaag Bakens De Bakens groep bevat 6 knoppen welke gebruikt worden voor het plaatsen van bakens. Er kan maximaal 1 Baken Knop ingedrukt zijn. Druk de gewenste Baken Knop in en klik vervolgens in het 2D Bovenaanzicht op de exacte locatie waar het baken geplaatst dient te worden. De bakens worden voor verschillende doeleinden gebruikt: Blauw: definitie doorsnede Paars: definitie volumegebied Groen en rood: afstand tot gravende punt Custom Bakens Er zijn tal van redenen denkbaar om naast de standaard bakens met behulp van custom bakens een positie te markeren. Een custom baken wordt geplaatst door de Custom Baken knop in te drukken en vervolgens te klikken in het 2D Bovenaanzicht op de exacte locatie waar het baken geplaatst dient te worden. Via de velden onder de Custom Baken knop kan een nummer aan het baken worden toegekend en kan de kleur van het baken gezet worden. Een custom baken wordt weer verwijderd door het nummer op de juiste waarde te zetten, vervolgens met de rechter muisknop op de Custom Baken knop te klikken en op de optie verberg te klikken. Zoom Bovenaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om in- en uit te zoomen in het 2D Bovenaanzicht. Roteer Bovenaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om het 2D Bovenaanzicht rechtsom en linksom te draaien. Schuif Bovenaanzicht Deze groep bevat 8 cursor knoppen om het 2D Bovenaanzicht te verschuiven. Als een knop ingedrukt wordt gehouden wordt de visualisatie de desbetreffende richting opgeschoven. Als de Centrum knop in het midden ingedrukt staat, wordt de zuiger in het midden van het window vastgezet en beweegt de kaart om de zuiger heen. Als de Centrum knop niet meer ingedrukt staat wordt de normale situatie weer hersteld waarin de zuiger over de kaart beweegt. Lijnen bakens Via deze knoppen kan ervoor gekozen worden om de blauwe bakens die de doorsnede definiëren te verbinden met een blauwe lijn alswel de paarse bakens die het gebied voor volumeberekening definiëren te omkaderen met een paarse lijn. Deze lijnen worden zowel in het 2D Bovenaanzicht als de 3D visualisatie getoond. Zoom Zijaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om in- en uit te zoomen in het 2D Zijaanzicht. Schuif Zijaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om de visualisatie in het 2D Zijaanzicht naar links en naar rechts te verschuiven. Data Zijaanzicht Deze groep bevat 3 knoppen waarmee de data geselecteerd kan worden welke extra moet worden weergegeven in de verschillende 2D Zijaanzichten (Zijaanzicht, Doorsnede en Rondom): VanDenBempt 11

Peiling zwarte lijn Plan groene lijn Toplaag instelbare kleur Zet MV Deze groep wordt gebruikt om de actuele mate van verontreiniging in te stellen. De groep bestaat uit een indicator met een plus - en een min knop waarmee 6 verschillende niveaus kunnen worden ingesteld. De ingestelde waarde wordt opgeslagen bij de huidige locatie in combinatie met de kwaliteit. Kanalen Via de kanaalkeuze knoppen kan direct een bepaalde visualisatie getoond worden: Kanaal 1: Zijaanzicht Kanaal 2: Bovenaanzicht Kanaal 3: Rondom Kanaal 4: Doorsnede Kanaal 5: 3D-aanzicht Kanaal 6: Display: Kanaal 7: Procesdisplay Kanaal 8: Kruismeter Kanaal 9: Echo Combi VanDenBempt 12

4. Visualisatie DooX 5.0 beschikt over de volgende visualisatieschermen: Zijaanzicht: Kanaal 1 Bovenaanzicht: Kanaal 2 Rondom: Kanaal 3 Rondom: Kanaal 4 3D-aanzicht: Kanaal 5 Display: Kanaal 6 Procesdisplay: Kanaal 7 Kruismeter: Kanaal 8 Echo Combi Kanaal 9 4.1 DooX 5.0 Zijaanzicht Het Zijaanzicht is het main window van DooX. Dat betekent dat dit window altijd zichtbaar is. Sluiten van het window impliceert dat de gehele applicatie wordt afgesloten. Tevens bevat dit window het hoofdmenu van DooX. Het zijaanzicht toont een dwarsdoorsnede van de zuiger in de winlocatie en toont de gebruiker verschillende gegevens. VanDenBempt 13

4.1.1 Gegevens Standaanwijzing De stand van de ladder, indien aanwezig, en de zuigbuis worden grafisch weergegeven. De kleur van de ladder en de zuigbuis kunnen via de configuratie worden aangepast. Zowel de ladderhoek als de zuigbuishoek worden middels een boog weergegeven. Schalen Aan de linkerkant van het window wordt middels een verticale schaal de diepte weergegeven. Middels horizontale lijnen en een waarde worden de volgende dieptes weergegeven: Diepgang zuiger Scharnierpunt ladder/zuigbuis Zuigkop Echoloden Aan de onderkant van het window wordt een horizontale schaal weergegeven. De schalen kunnen onder configuratie aan- en uitgezet worden. Data Het window toont standaard het bodemprofiel en een rode vergunningslijn. Optioneel kan de peiling getoond worden middels een zwarte lijn, een zuigplan middels een groene lijn en een toplaag middels een instelbare kleur. Een toplaag is een laag die er later bijgekomen is en vaak van fijner materiaal is. Statusbar In de statusbar onderaan het window worden de volgende gegevens met betrekking tot het gravende punt getoond: X: X-coördinaat in RD Y: Y-coördinaat in RD Z: diepte bodem t.o.v. waterlijn in meters ZZ: diepte zuigkop t.o.v. waterlijn in meters V: vergunning t.o.v. waterlijn in meters Daarnaast worden de XYZ RD-coördinaten van de muiscursor getoond. 4.1.2 Bediening Het Control Panel bevat een aantal knoppen voor de bediening van het 2D Zijaanzicht: Zoom Zijaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om in- en uit te zoomen in het Zijaanzicht. Schuif Zijaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om de visualisatie in het Zijaanzicht naar links en naar rechts te verschuiven. Data Zijaanzicht Deze groep bevat 3 knoppen waarmee de data geselecteerd kan worden welke extra moet worden weergegeven in het 2D Zijaanzicht: Peiling zwarte lijn Plan groene lijn Toplaag instelbare kleur Door in het zijaanzicht op de zuigkop te klikken wordt het Rondom window geopend. VanDenBempt 14

4.2 DooX 5.0 Bovenaanzicht Dit window toont een bovenaanzicht van de zuiger in de winlocatie. Activatie geschiedt via kanaal 2. Het Bovenaanzicht toont de gebruiker verschillende gegevens. 4.2.1 Gegevens Locatie en koers zuiger Deze worden grafisch weergegeven. De schalen aan de randen van de kaart geven de RD-coördinaten weer. Via de configuratie kan het raster over de kaart uit- en aangezet worden alswel de resolutie ingesteld worden. Diepte De diepte op elke locatie wordt weergegeven middels een kleur. Deze kleuren kunnen per meter worden aangepast via configuratie. Bakens De afstanden tussen de zuigkop en het groene baken en het rode baken worden weergegeven in het display. De lijn tussen de twee blauwe bakens definieert de doorsnede van de winlocatie. Het kader om de twee paarse bakens definieert het gebied voor de volumeberekening. Daarnaast kan het Bovenaanzicht nog custom bakens bevatten. De custom bakens kunnen als cirkel of als vaan worden weergegeven, instelbaar via configuratie. Daar kan tevens de diameter van de bakens worden ingesteld. Statusbar In de statusbar onderaan het window worden de XY RD-coördinaten van de muiscursor getoond in combinatie met de diepte (Z) en de vergunning (V) op die locatie. 4.2.2 Bediening Het Control Panel bevat een aantal knoppen voor de bediening van het Bovenaanzicht: Data Bovenaanzicht De Data groep bevat 6 knoppen waarmee de data geselecteerd kan worden welke moet worden weergegeven in het Bovenaanzicht: Profiel: actuele profiel zoals bijgehouden door DooX Peiling: laatst geladen peiling Rest: verschil tussen profiel en vergunning Vergunning: gewenste eindsituatie Plan: zuigplan of oude peiling (indien geladen) Basis: basis t.b.v. bepaling toplaag Bakens De Bakens groep bevat 6 knoppen welke gebruikt worden voor het plaatsen van bakens. Er kan maximaal 1 Baken Knop ingedrukt zijn. Druk de gewenste Baken Knop in en klik vervolgens in het 2D Bovenaanzicht op de exacte locatie waar het baken geplaatst dient te worden. De bakens worden voor verschillende doeleinden gebruikt: Blauw: definitie doorsnede Paars: definitie volumegebied Groen en rood: afstand tot gravende punt VanDenBempt 15

Custom Bakens Er zijn tal van redenen denkbaar om naast de standaard bakens met behulp van custom bakens een positie te markeren. Een custom baken wordt geplaatst door de Custom Baken knop in te drukken en vervolgens te klikken in het 2D Bovenaanzicht op de exacte locatie waar het baken geplaatst dient te worden. Tegelijkertijd wordt een klein Specificatie Window geopend waarin een toelichting op het baken kan worden ingegeven. Via de velden onder de Custom Baken knop kan een nummer aan het baken worden toegekend en kan de kleur van het baken gezet worden. Een custom baken wordt weer verwijderd door het nummer op de juiste waarde te zetten, vervolgens met de rechter muisknop op de Custom Baken knop te klikken en op de optie verberg te klikken. VanDenBempt 16

Zoom Bovenaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om in- en uit te zoomen in het 2D Bovenaanzicht. Roteer Bovenaanzicht Deze groep bevat 2 knoppen om het 2D Bovenaanzicht rechtsom en linksom te draaien. Schuif Bovenaanzicht Deze groep bevat 8 cursor knoppen om het 2D Bovenaanzicht te verschuiven. Als een knop ingedrukt wordt gehouden wordt de visualisatie de desbetreffende richting opgeschoven. Als de Centrum knop in het midden ingedrukt staat wordt de zuiger in het midden van het window vastgezet en beweegt de kaart om de zuiger heen. Als de Centrum knop niet meer ingedrukt staat wordt de normale situatie weer hersteld waarin de zuiger over de kaart beweegt. Lijnen bakens Via deze knoppen kan ervoor gekozen worden om de blauwe bakens die de doorsnede definiëren te verbinden met een blauwe lijn alswel de paarse bakens die het gebied voor volumeberekening definiëren te omkaderen met een paarse lijn. Door te klikken op een locatie in het Bovenaanzicht, zonder dat één van de knoppen voor standaard of custom bakens ingedrukt zijn, wordt het Rondom window geopend. In het bovenaanzicht wordt een kompas getoond met een diameterlijn en een straallijn haaks op de diameterlijn. De diameterlijn is exact de lijn waarvan het profiel in het Rondom window wordt weergegeven. De straallijn geeft de kijkrichting weer. 4.3 DooX 5.0 Rondom Dit window toont een zijaanzicht in de winlocatie. Activatie geschiedt via kanaal 3, via menuoptie Visueel Rondom, door in het Zijaanzicht op de zuigkop te klikken of door in het Bovenaanzicht op een willekeurige locatie te klikken. In tegenstelling tot het standaard Zijaanzicht waarbij een dwarsdoorsnede van de zuiger in de winlocatie vanaf stuurboord getoond wordt, toont het Rondom window een dwarsdoorsnede van de winlocatie vanuit elke gewenste hoek. Indien van toepassing worden ladder en zuigbuis getoond. Het Rondom Window toont de gebruiker verschillende gegevens. 4.3.1 Gegevens Standaanwijzing De stand van de ladder, indien aanwezig, en de zuigbuis worden grafisch weergegeven. De kleur van de ladder en de zuigbuis kunnen via de configuratie worden aangepast. Data Het window toont standaard het bodemprofiel en een rode vergunningslijn. Optioneel kan de peiling getoond worden middels een zwarte lijn, een zuigplan middels een groene lijn en een toplaag middels een instelbare kleur. Statusbar In de statusbar onderaan het window worden de XYZ RD-coördinaten van de muiscursor getoond. Kompas Het kompas toont de zuiger in een cirkel. Door het gravende punt loopt een rechte lijn welke de hoek aangeeft van het aangezicht. VanDenBempt 17

4.3.2 Bediening Het Rondom window bevat aan de linker en aan de rechter zijde een knop. Door een van deze knoppen in te drukken wordt er linksom dan wel rechtsom gedraaid. De snelheid hiervan wordt ingesteld via de schuif links bovenin het window. Daarnaast wordt de hoek van het aangezicht weergegeven in graden. Door nogmaals op de desbetreffende knop te drukken wordt het draaien weer gestopt. De afmetingen van het Rondom window zijn vrij instelbaar en bepalen welk gedeelte van de winlocatie zichtbaar is. Een breed window van beperkte hoogte toont een groot gedeelte van de winlocatie. 4.4 DooX 5.0 Doorsnede Dit window toont een zijaanzicht van de winlocatie. Activatie geschiedt via kanaal 4 of via menuoptie Visueel Doorsnede. In tegenstelling tot het standaard 2D Zijaanzicht waarbij een dwarsdoorsnede van de zuiger in de winlocatie getoond wordt, toont de Doorsnede een dwarsdoorsnede van de winlocatie op een door de gebruiker bepaalde locatie. De Doorsnede toont de gebruiker verschillende gegevens. 4.4.1 Gegevens Data Het window toont standaard het bodemprofiel en een rode vergunningslijn. Optioneel kan de peiling getoond worden middels een zwarte lijn, het zuigplan middels een groene en een toplaag middels een instelbare kleur. Statusbar In de statusbar onderaan het window worden de XYZ RD-coördinaten van de muiscursor getoond. VanDenBempt 18

4.4.2 Bediening De gebruiker bepaalt de lijn van de doorsnede door het plaatsen van de blauwe bakens in het Bovenaanzicht. Het donkerblauwe baken bepaalt het startpunt. Het lichtblauwe baken bepaalt de richting van de lijn. Het Doorsnede window bevat aan alle 4 zijden een knop. Door een van deze knoppen in te drukken wordt de lijn van de doorsnede en dus de doorsnede zelf verplaatst. De snelheid hiervan wordt ingesteld via de schuif links bovenin het window. De verplaatsing van de lijn is ook zichtbaar in het Bovenaanzicht. Door nogmaals op de desbetreffende knop te drukken wordt de verplaatsing weer gestopt. De afmetingen van het Doorsnede window zijn vrij instelbaar en bepalen welk gedeelte van de winlocatie zichtbaar is. Een breed window van beperkte hoogte toont een groot gedeelte van de winlocatie. Als het window breed genoeg is zal ook het lichtblauwe baken in beeld komen. 4.5 DooX 5.0 3D-aanzicht Dit window toont een 3D-visualisatie van de zuiger in de winlocatie. Activatie geschiedt via kanaal 5 of menuoptie Visueel 3D-aanzicht. Het 3D-aanzicht toont de gebruiker verschillende gegevens. 4.5.1 Gegevens Locatie en koers zuiger Deze worden grafisch weergegeven. De schalen aan de randen van de kaart geven de RD-coördinaten weer. Via de configuratie kan het raster over de kaart uit- en aangezet worden alswel de resolutie ingesteld worden. Diepte De diepte op elke locatie wordt weergegeven middels een kleur. Deze kleuren kunnen per meter worden aangepast via configuratie. Data De Data wordt net zoals bij het Bovenaanzicht geselecteerd middels de 6 knoppen van de Data Bovenaanzicht groep van het Control panel: Profiel: actuele profiel zoals bijgehouden door DooX Peiling: laatst geladen peiling Rest: verschil tussen profiel en vergunning Vergunning: gewenste eindsituatie Plan: zuigplan of oude peiling (indien geladen) Basis: basis t.b.v. bepaling toplaag Bij het 3D-aanzicht is het mogelijk de gevisualiseerde data te combineren met het vergunningsmodel. Op deze wijze kan in één oogopslag gecontroleerd worden of het profiel binnen de vergunning valt. Deze instelling wordt onder Configuratie gemaakt. VanDenBempt 19

4.5.2 Bediening Het 3D-aanzicht wordt volledig met de muis bediend: Linker muisknop: ingedrukt houden en muis bewegen om invalshoek te wijzigen. Rechter muisknop: ingedrukt houden en muis bewegen om positie te wijzigen. Muiswiel: om in en uit te zoomen. 4.6 Display Dit window monitort de belangrijkste navigatie-variabelen. Activatie geschiedt via kanaal 6 of menuoptie Visueel Display. Het Display toont de gebruiker de volgende gegevens: X,Y: RD-coördinaten gravende punt Z: diepte winlocatie bij gravende punt in meters ZGP: diepte gravende punt in meters ZEL: diepte winlocatie bij echolood in meters Afstand: afstand van gravende punt tot groene baken in meters Afstand: afstand van gravende punt tot rode baken in meters DZGP/Z3: afstand van gravende punt tot vergunningslijn in meters Koers: voorliggende koers zuiger EL: waarde afgegeven door echolood in meters VanDenBempt 20

Als gebruik wordt gemaakt van meerdere echoloden en het Echo-Combi window worden de twee rechter velden gebruikt voor de ladderhoek en de zuigbuishoek. 4.7 Procesdisplay DooX kent een voorziening om procesvariabelen van een klasseerinstallatie te ontvangen en hieruit een waarde voor de kwaliteit af te leiden. Het Procesdisplay monitort deze procesvariabelen. Activatie geschiedt via kanaal 7 of menuoptie Visueel Proces-Display. Via configuratie kunnen de namen van de procesvariabelen en hun bereik worden vastgelegd. 4.8 Kruismeter Dit window toont de actuele concentratie, snelheid en daaruit afgeleide productie. Activatie geschiedt via kanaal 8 of menuoptie Visueel Kruismeter. VanDenBempt 21

Via de configuratie kunnen de kleuren, de lijndiktes, het bereik van de snelheid en concentratie, en de diameter van de pijp worden ingesteld. 4.9 Echo-Combi Voor de zandzuigers die met eerdere echoloden zijn uitgerust is het Echo-Combi window beschikbaar. Dit window kan de waardes van vier verschillende echoloden tonen. Activatie geschiedt via kanaal 9 of menuoptie Visueel Echo-Combi. Elk echolood kan afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld via een vinkje. Het display van een uitgeschakeld echolood is rood. Het profiel wordt niet bijgewerkt op basis van uitgeschakelde echoloden. Zodoende wordt voorkomen dat het profiel verminkt wordt tengevolge van afwijkende echoloodmetingen. VanDenBempt 22

5. Monitor Naast de visualisatieschermen kent DooX een groot aantal monitorschermen: Legenda Monitor Kleurenschema Data Monitor Data winlocatie Divers Monitor Coördinaten Com Port Monitor Com poorten GPS Monitor GPS TCP/IP Monitor TCP/IP Input Monitor Inputvariabelen Een gebruiker zal over het algemeen de monitorschermen weinig gebruiken. De legenda vormt hierop een uitzondering. De overige monitoren worden gebruikt voor test en diagnose doeleinden tijdens installatie, inbedrijfname en storingssituaties. 5.1 Legenda De legenda wordt geopend via menuoptie Monitor Legenda. De legenda geeft het kleurenschema m.b.t. de dieptes van de winlocatie weer. De dieptes zijn op 2 niveaus georganiseerd: 5m en 1m. Om de toegewezen kleuren per meter te zien dient het 5m gebied geopend te worden (+). De kleuren kunnen NIET gewijzigd worden via de legenda. Hiervoor dient het Configuratiescherm geopend te worden. 5.2 Data Het Data Window wordt geopend via menuoptie Monitor Data. Dit window toont de data, waarop de verschillende visualisaties gebaseerd zijn, zoals opgeslagen in de database (t.o.v. NAP). VanDenBempt 23

5.3 Divers Dit window wordt geopend via menuoptie Monitor Divers en toont de RD-coördinaten van de bakens en de verschillende kanten van de zuiger. 5.4 Com Port De Com Port Monitor wordt geopend via menuoptie Monitor Com Port. Voor elk mogelijke Com poort die door DooX gebruikt wordt kan een monitor worden geopend. Deze monitor toont de ruwe ASCII-strings die door de desbetreffende Com poort worden ontvangen. Er zijn Com poorten beschikbaar t.b.v. Inclinometer, GPS Achter en GPS Voor (i.g.v. 2 GPS ontvangers), Radio Modem, GPS Centraal (i.g.v. 1 GPS ontvanger), communicatie procesdata (Xtra) en één of meerdere echoloden. 5.5 GPS De GPS Monitor wordt geopend via menuoptie Monitor GPS. De GPS Monitor kan geopend worden voor een GPS ontvanger achter op de zuiger, voor op de zuiger of een centrale GPS ontvanger. In de meeste gevallen zal de zuiger uitgerust zijn met een centrale GPS ontvanger welke zowel de locatie als de voorliggende koers geeft. DooX kan echter ook overweg met 2 onafhankelijke GPS ontvangers, voor en achter op de zuiger geplaatst. DooX berekent hieruit de voorliggende koers. VanDenBempt 24

De GPS Monitor kent verschillende tabbladen voor de verschillende NMEA-strings die door de ontvanger worden aangeboden. De GGA string bevat onder andere de fixtime, fix quality, latitude, longitude en het aantal satellieten. 5.6 TCP/IP De TCP/IP Monitor wordt geopend via menuoptie Monitor TCP/IP. Deze monitor toont de ruwe ASCIIstrings die door een eventueel gebruikte TCP/IP poort wordt ontvangen. Binnen DooX kunnen 2 TCP/IP poorten gebruikt worden. Beiden kunnen uiteraard via de monitor gecontroleerd worden. 5.7 Input De Input Monitor wordt geopend via menuoptie Monitor Input. Als DooX dusdanig is geconfigureerd dat data verwacht wordt via een radiomodem, een extra com poort of TCP/IP poort, dan kunnen de ontvangen waarden via de desbetreffende Input Monitor getoond worden. VanDenBempt 25

6. Volume DooX kent de mogelijkheid om van een door de gebruiker gedefinieerd gebied het volume te berekenen van het resterende te winnen materiaal tot aan de vergunning. Door deze volumes te bewaren in combinatie met datum en tijdstip kunnen ze vergeleken worden ter indicatie van de zuigerproductie over een bepaald tijdsinterval. 6.1 Bereken Het gebied waarvan het volume berekend kan worden, wordt gedefinieerd door de paarse bakens. Kijk onder Control voor het plaatsen van de paarse bakens. Door op menuoptie Volume Bereken te klikken wordt het volume van het paars omkaderde gebied bepaald en getoond in het display van de Control. 6.2 Bewaar Als het volumegebied niet wordt gewijzigd kunnen de berekende volumes in een tabel worden opgeslagen in combinatie met de datum en tijd. Open hier toe het Volume Window via menuoptie Volume Bewaar. Door op de knop Toevoegen (+) te klikken wordt het volume berekend en samen met datum en tijdstip als record toegevoegd aan de tabel. Volumerecords kunnen met elkaar vergeleken worden door in de velden van het bovenste paneel 2 records te plaatsen. Dit gaat als volgt: Zet de radiogroep op de bovenste positie en dubbelklik op het gewenste volumerecord uit de tabel. Zet de radiogroep vervolgens op de onderste positie en dubbelklik op een tweede gewenste volumerecord. Zodra er een wijziging van geselecteerde records plaatsvindt wordt het verschil tussen beiden berekend. 6.3 Afstand R/G Door op de menuoptie Volume Afstand R/G te klikken wordt de afstand tussen het rode en groene baken onderling bepaald en getoond in het display van de Control. VanDenBempt 26

7. Route DooX slaat elke minuut de coördinaten op van de zuigkop (X/Y) in combinatie met de bodemdiepte (ZB) en de zuigkopdiepte (ZZ). Uit deze gegevens kan een afgelegde route worden geladen. Het Route Window wordt geopend via menuoptie Route Laad. In het Route Window kan de begindatum en de einddatum van de route worden geselecteerd. Datumselectie vindt plaats via de kalender. Om bewegingen van de zuigkop buiten het zuigproces om, buiten te sluiten van de getoonde route, kan gekozen worden alleen records met een minimale diepte op te nemen. Via de button Laad wordt vervolgens de route over de ingestelde periode geladen. Deze route kan zichtbaar worden gemaakt in het Bovenaanzicht via menuoptie Route Toon. VanDenBempt 27

8. Productie Via de optie Productie van het hoofdmenu zijn de volgende opties beschikbaar: Kruismeter Grafiek Reset De kruismeter toont de actuele concentratie, snelheid en daaruit afgeleide productie in tonner/uur. De grafiek schetst een historisch beeld van de concentratie, snelheid en productie vanaf het moment van openen tot nu. Via de optie Reset wordt de grafiek gereset en opnieuw opgebouwd. De tot dan toe opgebouwde historie is verloren. VanDenBempt 28

9. Demo Via de optie Demo van het hoofdmenu zijn de volgende demonstratie windows beschikbaar: Navigatie Conversie Kruismeter 9.1 Navigatie Door het Demo Navigatie window te openen wordt DooX in demo-mode gezet. Een gebruiker kan in deze mode de ladderhoek en zuigbuishoek simuleren via de desbetreffende schuiven. Ook kan de zuiger verplaatst worden door 1 van de 8 navigatieknoppen in te drukken. De snelheid waarmee de zuiger zich verplaatst kan worden ingesteld via de desbetreffende schuif (standaard 1 m/s). Via de twee rotatieknoppen kan de zuiger linksom danwel rechtsom gedraaid worden. Een verplaatsing of rotatie wordt weer gestopt door nogmaals op de desbetreffende knop te klikken. Ook een echolood kan gesimuleerd worden middels de desbetreffende schuif. 9.2 Conversie Het Conversie window biedt gebruikers de mogelijkheid om GPS coördinaten refererend aan het mondiale referentiesysteem WGS84 (World Geodetic System of 1984) in twee verschillende notaties te converteren naar ons nationale referentiesysteem van de Rijksdriehoeksmeting (RD). Ook bestaat de mogelijkheid om het in Duitsland gebruikte stelsel (Gauss-Krueger) te converteren naar WGS84 of RD. 9.3 Kruismeter Door het Demo Kruismeter window te openen kan de Kruismeter getest worden door inputsignalen (ma) te simuleren voor de snelheid en de concentratie. VanDenBempt 29

10. Configuratie Het Configuratie Window wordt aangeroepen via menuoptie Config Configuratie en bestaat uit de volgende tabbladen: Kleur Ladder/Zuigbuis Echo GPS Proces Talud Kruismeter Divers 10.1 Kleur Via het tabblad Kleur worden de kleuren vastgelegd van de visualisaties (bodem, water, ladder, zuigbuis, toplaag etc.) en de kwaliteit. Klik op de te veranderen kleur en selecteer in het Kleur Window de gewenste kleur. De kleuren voor de dieptes in de verschillende kaarten (profiel, vergunning, rest, peiling, plan en basis) worden afzonderlijk ingesteld via de optie Config Kleuren. De dieptes zijn op 2 niveau s georganiseerd. Door de kleur van een 5m gebied te wijzigen, worden alle 5 onderliggende gebieden van 1m op dezelfde kleur gezet. Om de kleuren per meter te variëren dient eerst het 5m gebied geopend te worden (+) en kunnen vervolgens de kleuren van de 1m gebieden worden aangepast. Onder Kaartkleuren wordt aangegeven of bij de bepaling van de kleuren uitgegaan moet worden van absolute dieptes of dieptes t.o.v. NAP. VanDenBempt 30

10.2 Ladder/Zuigbuis Via dit tabblad worden alle instellingen gemaakt die betrekking hebben op de ladder en zuigbuis. De eerste keuze die gemaakt moet worden is of er sprake is van een ladder met zuigbuis of alleen een zuigbuis. Als er zowel een ladder als zuigbuis aanwezig is, worden er 2 hoeken gemeten. Als er slechts sprake is van een zuigbuis, maar deze zuigbuis bestaat uit twee delen met een vaste hoek ertussen, dient ook de optie ladder + zuigbuis gekozen te worden. In dit geval wordt er slechts 1 hoek gemeten, en staat de tweede hoek vast. Deze wordt ingegeven via de groep Zuigbuis. Onder Port dient te worden ingesteld hoe de hoek(en) aan DooX worden aangeboden. Als deze via een IO-module op de Com Port Inclino of USB-4718 worden ingelezen, moet ook de juiste signaalkeuze (4..20mA of 0..10V) worden geselecteerd. Als de hoeken via een ander IO-kanaal worden aangeboden moet worden aangegeven of de zuigbuishoek absoluut is. De ladderhoek is dit altijd. Onder Positie tov spiegel worden de horizontale en verticale afstand van het scharnierpunt van de ladder (of zuigbuis) t.o.v. de achterkant van de zuiger opgegeven. Onder Lengte worden de lengtes van de ladder en de zuigbuis in cm opgegeven. Onder Representatie worden het aantal pixels voor representatie van ladder en zuigbuis in de verschillende visualisaties opgegeven. Tevens kunnen hier de volgende opties worden aangegeven voor het 2D Zijaanzicht: Schaal (verdeling) (aan/uit) Inspringen (labels diepte) (aan/uit) Loodlijn (echolood) (aan/uit) Labels rechts (diepte) (aan/uit) Onder filter kan voor de ladder- en zuigbuishoek een filter aan of uit worden gezet. VanDenBempt 31

10.3 Echo Via dit tabblad worden alle instellingen gemaakt die betrekking hebben op het echolood. De eerste keuze die gemaakt moet worden is het type echolood. Onder Port wordt de poort geselecteerd die gebruikt wordt om de metingen van het echolood binnen te halen (Com Port Echo (rechtstreeks), Radiomodem of Xtra of via TCP/IP). Indien de zuiger niet met een echolood is uitgerust, wordt de laatste optie (-) geselecteerd. Onder Basis wordt ingesteld of het echolood op de ladder of aan de zuiger is gemonteerd. Onder Positie wordt de exacte positie (x,y,z) van het echolood ingesteld. Als de zuiger met meerdere echoloden is uitgerust (Combi) worden de posities onder Combi ingesteld. Omdat een echolood soms misleidende metingen levert t.g.v. het zuigproces, kan een filter worden ingesteld. Over een instelbaar interval wordt de gemiddelde meting bijgehouden. Elke meting die buiten de instelbare band (+/-) valt t.o.v. dit gemiddelde wordt verworpen. In een testsituatie kan er ook voor gekozen worden alle metingen te verwerpen. Als het echolood op de ladder of zuigbuis is gemonteerd, heeft het snel halen of vieren van de ladder of zuigbuis uiteraard effect op de meting van het echolood. Om dit soort verstoringen eruit te filteren kan een maximale wijziging (Dmax in.1 ) van de ladder en zuigbuis worden ingesteld. Bij diepte wordt de diepgang van de zuiger ingegeven. Tevens wordt hier de verhouding van het wateroppervlak t.o.v. NAP ingegeven. Een positieve waarde als de waterspiegel zich boven NAP bevindt, anders een negatieve waarde. Als Check NAP aangevinkt is, wordt bij de start van DooX de actuele NAPstand getoond en de mogelijkheid geboden deze aan te passen. Indien de waterstand van de winning vaak wijzigt wordt aangeraden deze optie te activeren. VanDenBempt 32

10.4 GPS Via dit tabblad worden alle instellingen gemaakt die betrekking hebben op de GPS ontvanger. Onder Init wordt de initialisatietijd ingesteld die de ontvanger nodig heeft voordat correcte coördinaten ontvangen worden. Als de optie GPS Log aangevinkt is, wordt per dag alle data die via de GPS ontvangen wordt, weggeschreven in een tekstbestand. Onder Ontvanger wordt ingesteld of er sprake is van twee afzonderlijke ontvangers voor en achter op de zuiger, of dat één centrale ontvanger met geïntegreerd kompas gebruikt wordt. Onder Port wordt de poort geselecteerd die gebruikt wordt om de metingen van de GPS ontvanger binnen te halen (Com Port GPS (rechtstreeks), Radiomodem of Xtra of via TCP/IP). Onder Positie GPS Centraal wordt de exacte positie van de centrale GPS ontvanger, t.o.v. de middellijn en de achterkant van de zuiger, ingesteld. Indien de GPS ontvanger op een survey vlet gemonteerd is, wordt dat hier aangegeven. Voor twee afzonderlijke ontvangers worden slechts de posities t.o.v. de achterkant van de zuiger opgegeven. Er wordt aangenomen dat beide ontvangers op de middellijn van de zuiger gemonteerd zijn. Indien het niet mogelijk is een centrale GPS ontvanger met geïntegreerd kompas in de juiste richting (0 met koers zuiger) te monteren, kan een toe te passen koerscorrectie worden opgegeven onder correcties. Onder Koers wordt ingesteld welke NMEA-string (RMC/HDT) gebruikt wordt voor het uitlezen van de voorliggende koers. VanDenBempt 33

10.5 Proces DooX biedt de mogelijkheid om proceswaarden van een achterliggende klasseerinstallatie binnen te halen. Deze proceswaarden worden dan getoond in de Procesmonitor ter informatie van de gebruiker. Via het tabblad Proces worden de verschillende instellingen gemaakt m.b.t. deze proceswaarden. Onder Procesvariabelen worden de namen van maximaal 5 procesvariabelen opgegeven. Deze namen komen terug in de Procesmonitor. Onder Range wordt het bereik van de procesvariabelen opgegeven middels een minimum en maximum waarde. Onder Proces Variabelen Port wordt ingesteld hoe de proceswaarden aan DooX worden aangeboden: - indien geen gebruik wordt gemaakt van deze optie COM Port Radiomodem via een aangesloten radiomodem COM Port Xtra via de extra COM Poort verbonden met een ander systeem TCP/IP via een netwerkverbinding Het is mogelijk om uit de procesvariabelen een waarde ter indicatie van de kwaliteit van het materiaal te berekenen. Deze kwaliteitsindicatie kan gerelateerd aan de positie en diepte worden geregistreerd en uiteraard ook in de verschillende visualisaties worden getoond. VanDenBempt 34

10.6 Talud Zodra nieuwe metingen van een echolood of de zuigkop beschikbaar zijn, wordt het onderliggende profiel bijgewerkt op de desbetreffende coördinaten. Tevens wordt het gebied om de coördinaten bijgewerkt naar het bestaande profiel. Op deze manier wordt een natuurlijk bodemverloop zonder extremen verkregen. De wijze waarop het profiel wordt bijgewerkt, wordt vastgelegd via dit tabblad. Onder Radius worden een Effect factor en een Minimale radius ingesteld. Bij een nieuw verkregen diepte op een bepaalde locatie, wordt deze diepte vergeleken met de oude diepte. Het verschil wordt vermenigvuldigd met de effect factor, wat de straal bepaalt van het bij te werken gebied (cirkel). Indien deze straal kleiner is dan de minimale radius wordt de laatste gebruikt voor het bij te werken gebied. Voor alle punten op de cirkel, die dus allen een verschillende diepte kunnen hebben, wordt een rechte lijn getrokken naar het middelpunt, de locatie van de nieuw verkregen diepte. Onder Talud Methode kan voor de zuigkop nog een alternatieve methode van bijwerken worden gekozen. Deze methode hanteert een ingesteld talud (bv 3.5) en werkt een cirkel met een ingestelde radius vanaf het middelpunt bij volgens dit talud. Indien deze methode met de zuigkop wordt gebruikt, kan er een band worden ingesteld waarbinnen de zuigkop zich moet bevinden t.o.v. de actuele bodemdiepte. Als de peilmode van DooX gebruikt wordt kan een radius worden ingesteld waarbinnen alle dieptes gelijk worden gemaakt aan de nieuw verkregen diepte van het middelpunt. Er kan voor gekozen worden het profiel bij te werken op basis van een of meerdere echoloden, op basis van de zuigkop of op basis van beiden. VanDenBempt 35

10.7 Kruismeter Via dit tabblad worden alle instellingen gemaakt die betrekking hebben op de kruismeter. Onder kleur worden de kleuren ingesteld van: schaal en wijzer van de concentratie schaal en wijzer van de snelheid schaal van de productie achtergrond. Onder lijndiktes worden de lijndiktes ingesteld van: schaal wijzer productie Onder bereik worden de ranges van de concentratie en snelheid ingesteld. Deze dienen overeen te komen met de gebruikte meetapparatuur. Onder pijp wordt de diameter (mm) van de persleiding ingesteld. Deze is van belang voor de berekening van de productie. Onder Port wordt de poort geselecteerd die gebruikt wordt om de metingen van de concentratie en snelheid binnen te halen (USB, Com Port Radiomodem of Xtra of via TCP/IP). Indien de zuiger niet met een concentratiemeter is uitgerust, wordt de laatste optie (-) geselecteerd. Ook deze instelling wordt bij installatie gemaakt en hoeft later niet aangepast te worden. VanDenBempt 36

10.8 Divers Op dit tabblad zijn alle resterende instellingen ondergebracht. Links bovenin kan worden aangegeven of er een herstelpunt moet worden gemaakt bij het afsluiten van DooX. In het hoofdstuk Database wordt dieper ingegaan op herstelpunten. Onder 3D wordt ingesteld of het vergunningsmodel in het 3D-aanzicht moet worden opgenomen. Door hiervoor te kiezen kan in één oogopslag worden gecontroleerd of het profiel door de vergunning heen gaat. Onder Route wordt de stapgrootte in minuten ingesteld op basis waarvan een route wordt getoond. Om corrupte metingen eruit te kunnen filteren kan ook een maximale verplaatsing worden opgegeven. Onder Zuiger representatie 2D bestaat de mogelijkheid de zuiger in het 2D Bovenaanzicht transparant weer te geven. Alleen de contouren zijn dan zichtbaar. Ook het aantal pixels van deze contouren kan worden ingesteld. Voordeel van deze representatie treedt op indien diep wordt ingezoomd, zodat de bodemdiepte door de zuiger heen zichtbaar blijft. Onder Com Port Controle kan worden aangegeven of de Com poorten gecontroleerd dienen te worden op hun correcte werking. Tevens kan hier per poort de controlefrequentie in seconden worden opgegeven. Onder Bovenaanzicht kan de mate van Detail in meters worden ingesteld. Een detail van 1 meter levert een hele nauwkeurige kaart op, maar stelt hoge eisen aan het systeem. Een detail van 4 meter zorgt ervoor dat DooX wat soepeler draait op een systeem met beperkt geheugen en beperkte processorcapaciteit. Het Raster voor het 2D Bovenaanzicht en 3D-Aanzicht kan hier uit of aan gezet worden. Ook de stapgrootte van het raster kan hier ingesteld worden. Ook wordt hier de Update frequentie van het 2D Bovenaanzicht ingesteld. Dit is een grote operatie dus om het systeem niet onnodig te belasten dient het aantal seconden zeker niet te laag ingesteld te worden. Daarnaast kunnen in het Bovenaanzicht nog twee extra lijnen zichtbaar worden gemaakt. De maximale vergunningslijn geeft de kleinste vergunningsdiepte weer. Om een bredere lijn te krijgen kan een enkelzijdige band in centimeters VanDenBempt 37

worden ingesteld. De maximale vergunningslijn geeft de rand van de winlocatie weer. De interne vergunningslijn geeft een instelbare vergunningsdiepte weer. Voor een bredere lijn kan een dubbelzijdige band worden ingesteld. Onder Zijaanzicht kan het raster van het 2D Zijaanzicht uit of aan gezet worden. Onder Bakens kan de diameter (m) van de bakens ingesteld worden. Onder Custom Bakens wordt ingesteld of deze als boei danwel vaan gerepresenteerd worden. VanDenBempt 38

11. Communicatie DooX zal over het algemeen gebruik maken van randapparatuur voor het verkrijgen van coördinaten, koers, diepte, ladderhoek en zuigbuishoek. In het hieropvolgende hoofdstuk zal dieper worden ingegaan op deze hardware. Deze randapparatuur kan direct op het systeem van DooX worden aangesloten via de Com poorten. Het kan echter ook zo zijn dat deze hardware via een ander systeem wordt uitgelezen en via een communicatiekanaal aan DooX wordt aangeboden. Op dezelfde manier kan ook DooX ontvangen of berekende data via een van de communicatiekanalen aan een ander systeem aanbieden. Dit hoofdstuk beschrijft de verschillende communicatiemogelijkheden. 11.1 Com Port Indien hardware direct op een Com poort wordt aangesloten dient deze poort volgens de specificaties van de hardware geconfigureerd te worden. Open hiertoe het desbetreffende Setup Window via menuoptie Config Com Port. Via het Setup Window kan de poort, baudrate, databits, stopbits, pariteit en flow control gezet worden. 11.2 TCP/IP Indien gebruik wordt gemaakt van een TCP/IP poort om data te ontvangen van een ander systeem of data aan te bieden aan een ander systeem (zie secties hieronder) dient een TCP/IP poort geconfigureerd te worden via menuoptie Config TCP/IP. Als DooX als server fungeert volstaat het ingeven van het poortnummer. Het andere systeem dient dan als cliënt geconfigureerd te worden. Wordt DooX als cliënt geconfigureerd, dan zal ook het IP-adres van de server ingesteld moeten worden. Indien geen gebruik wordt gemaakt van communicatie over TCP/IP, kan de optie disable geselecteerd worden. VanDenBempt 39

11.3 Input DooX kent een voorziening om data van een ander systeem te ontvangen op drie verschillende kanalen: COM poort waarop een radiomodem is aangesloten extra COM poort verbonden met een ander systeem TCP/IP poort voor netwerkcommunicatie De samenstelling van de inputstrings wordt via een Input Window ingesteld, oproepbaar via menuoptie Config Input. De aangeboden strings en de hier ingestelde samenstellingen dienen uiteraard overeen te komen. 11.4 Output DooX kan een outputstring samenstellen en aanbieden op drie verschillende kanalen: COM poort waarop een radiomodem is aangesloten extra COM poort naar een ander systeem TCP/IP poort voor netwerkcommunicatie Voor elk kanaal kan een andere string worden samengesteld. De samenstelling van de string wordt via een Output Window ingesteld, oproepbaar via menuoptie Config Output. De string bestaat uit een prefix ( B ), gevolgd door de waardes van de geselecteerde variabelen, allen gevolgd door een komma, en wordt afgesloten door een postfix (CRLF). In geval van problemen met een communicatiekanaal, of twijfel aan de juiste werking van een communicatiekanaal, kan voor elk kanaal afzonderlijk de opdracht worden gegeven dit kanaal te sluiten dan wel te openen. Deze opdrachten zijn bereikbaar via menuoptie Connectie. VanDenBempt 40