ALGEMEEN In ons eerste rapport van het nieuwe jaar blikken we terug op een turbulent eerste kwartaal. Een kwartaal dat in schril contrast staat met diezelfde periode in 2015. Toen kenden we een onwaarschijnlijke stijging van vele markten tot zelfs 15%. In Europa werd deze stijging mede op gang gebracht door de kwantitatieve geldverruiming van de ECB. Dit zorgde voor hoge verwachtingen waarbij vraagtekens betreffende China, de evolutie van de verhouding euro/dollar, de olie en de grondstoffen in het algemeen uit het oog werden verloren. In de loop van het jaar kwam er een correctie, zij het in verschillende fasen. Uiteindelijk konden de aandelenwaarden bevredigende cijfers voorleggen die echter de helft bedroegen van de behaalde resultaten na het eerste kwartaal. Dit jaar startte compleet tegenovergesteld en beleefden we de moeilijkste start sedert 2009. Blijvende onzekerheid over de Chinese economie: verdere afzwakking inzake groeicijfers maar dit dient genuanceerd te worden. Geen enkele economie kan altijd topprestaties leveren. Daarenboven vergt het tijd om van een export gedreven economie te evolueren naar een economie met focus op binnenlandse consumptie. Lage olieprijs: Saoedi-Arabië houdt de huidige productie aan terwijl Iran door het wegvallen van het handelsembargo zorgt voor een bijkomend olieaanbod. Samen met de lagere groeicijfers en dus lagere vraag zal de olieprijs waarschijnlijk laag blijven. Twijfels over de groeilanden door het rentebeleid van de FED en de lage grondstofprijzen. De hoge graad van corruptie, de economische recessie en de uitbraak van het zikavirus zijn dan meer specifiek voor Brazilië oorzaken van een penibele situatie. Hernieuwde twijfels over de gezondheid van de banken. Zij verklaren echter niet de mate waarmee de markten reageerden. We kunnen er niet om heen dat naast de economische realiteit ook de emotie een prominente rol speelde in deze ontwikkelingen. Verlaagde economische verwachtingen, conflicten, natuurrampen en doemscenario s zijn van alle tijden maar de mate waarin de markten hierop reageren verschillen sterk.
Begin vorig jaar hebben we ons niet laten leiden door euforie en in 2016 laten we ons evenmin leiden door onheilsvoorspellingen. Pas in maart konden we spreken van een langzame herneming van de markten. De rust is ondertussen enigszins teruggekeerd en sedert iets meer dan een maand is er sprake van een (voorzichtig) herstel. De Europese Centrale Bank heeft aangekondigd dat er nieuwe steunmaatregelen komen en de Amerikaanse Centrale Bank gaf aan dat de voorziene renteverhogingen hoogstwaarschijnlijk uitgesteld worden. Hierdoor moeten we de standpunten die eind vorig jaar ingenomen werden toch nuanceren, vooral wat de groeilanden betreft. Eind vorig jaar zag het er nog naar uit dat de FED dit jaar 4 renteverhogingen zou doorvoeren, wat nefast zou zijn voor de groeilanden aangezien er dan meer geld naar de Westerse economieën vloeit. Nu de FED haar standpunt hierin lijkt te wijzigen of op zijn minst uit te stellen dienen we opnieuw voorzichtig en uiterst selectief aandacht te besteden aan groeilanden. Een bijkomende factor hierin is dat de grondstoffenprijzen, ook de landbouwgrondstoffen, echt stilaan hun bodem bereikt hebben. Een herstel van die prijzen zou positief uitdraaien voor diezelfde groeilanden. Belangrijk gegeven hierbij is dat de opkomende markten, ondanks de stijgende privéschulden, altijd dubbel zo snel groeien als de ontwikkelde markten o.a. door de demografische gegevens en het groeipotentieel. Ongetwijfeld moeten we rekening blijven houden met volatiliteit, wellicht nog meer dan de voorbije jaren. De rente zal nog geruime tijd laag blijven waardoor het bijna onmogelijk is om op vastrentende effecten rendement te halen. De dalingen van de tegoeden op spaarrekeningen geven ook aan dat dit bij iedereen doordringt. Op langere termijn zijn aandelen sowieso te verkiezen boven obligaties. Bovendien mogen we niet vergeten dat de inflatie in België, in tegenstelling tot het Europees gemiddelde, hoger dan verwacht is. Eind maart bedroeg deze 2,24%. Rekening houdend met de huidige intresten die we op spaarrekeningen krijgen, gaande van 0,11% tot 0,15%, betekent dat je via de spaarrekeningen steeds armer wordt
We blijven dan ook overtuigd van de stelling die we reeds eerder voorop stelden: Beleggen is het nieuwe sparen Meer dan ooit dienen we bewust te zijn van de economische, financiële en politieke realiteit. Enerzijds is het zo dat door een aantal pijnpunten de economische vooruitzichten broos blijven. We denken dan meer bepaald aan: o Aandelen zijn niet supergoedkoop gewaardeerd o Winstpiek VS o Vertraging Amerikaanse economie tegenover de inkrimping van het Amerikaans monetair beleid o Situatie Chinese economie o Europees economisch herstel loopt achterop met daarbovenop de een mogelijke Brexit Anderzijds en tegelijkertijd spelen er ook positieve zaken mee: o De lagere energieprijzen geven de consument meer marge om te spenderen o Een gevolg van de correctie(s) is dat kwaliteitswaarden aantrekkelijker worden o Specifiek voor de Eurozone: Beleid van de ECB maakt dat de euro niet te sterk zal worden, wat goed is voor de export Een Brexit kan zowel op politiek als op financieel vlak voor de nodige rust zorgen Verderzetting van het monetair beleid door de ECB Door de mondialisering, de verstrengeling van politieke en financiële belangen, de demografische en economische bewegingen verandert de wereld vandaag aan een hoog tempo. We krijgen meer en meer (een teveel aan?) informatie door en het is van het grootste belang om via een soepel, actief en consequent beheer de visie die voorop gesteld wordt in te vullen. We kunnen er niet omheen dat we zullen moeten leren leven met wisselvalligheden.
Uiteraard blijft een voorzichtige aanpak fundamenteel. Daarenboven moeten we ons afvragen of de maatregelen die de FED en de ECB genomen hebben of nog zullen doorvoeren nu nog de juiste effecten zullen genereren. Zijn er geen andere maatregelen te nemen of denkpistes nodig om één en ander grondig aan te pakken? De laatste weken is er opnieuw sprake van helicoptergeld. Eenvoudig gezegd is dit geld dat rechtstreeks aan de consument zou gegeven worden en niet via de centrale banken in het systeem zou terechtkomen. Het idee daarachter is dat vooral de consumptie snel zou stijgen omdat dan de mogelijkheid tot bestedingen onmiddellijk groter zou zijn wat een positieve invloed heeft op de productie en bijgevolg de ganse economie. In plaats van obligaties op te kopen en zo de rente laag te houden om de investeringen te stimuleren zorgt de consument rechtstreeks voor een stijgende productie. Bovendien zou het systeem minder kosten aangezien dit niet via een omweg gebeurt en waarvan we niet weten wat de exacte impact is. Maar zover zijn we nog lang niet. Rationeel denken en rustig blijven is de boodschap waarbij we nog meer dan ooit aandacht moeten besteden aan:
GROEP HESTERS INVEST * Infofiche April 2016 Door de turbulente start van het nieuwe jaar hebben we met SOLID vrij snel voor meer zekerheid gekozen. De posities die we hadden in fondsen gericht op groeilanden of consumptie hebben we verder afgebouwd en tijdelijk onze cashpositie vergroot. Eens de grootste correcties achter de rug waren hebben we onze cash langzaam afgebouwd en geïnvesteerd in Europese groeiaandelen die voornamelijk gezondheidszorg, industrie en cyclische consumptiegoederen (DNCA Invest Europe Growth). Tevens hebben we onze wegingen in India en Japan neerwaarts aangepast wegens achterlopende resultaten en onzekere economische vooruitzichten. Naar aanleiding van de druk die er heerst op de Amerikaanse markt en de nakende presidentsverkiezingen hebben we eveneens onze positie in biotechnologie deels afgebouwd. Om redenen die we in onze inleiding hebben meegegeven zijn we opnieuw iets meer belegd in de opkomende markten, zowel in Azië, Europa en Latijns-Amerika (Stewart Invest Asia Pacific Leaders en Goldman Sachs Growth & Emerging Markets). Inventariswaarde 52,14 YTD 31/03/2015-8,45% Naar het einde van het eerste kwartaal hebben we nog enige herschikkingen doorgevoerd om een nog beter doorgedreven spreiding te bekomen en in te spelen op de huidige trends. Ondanks de hoge volatiliteit waar we sedert begin dit jaar mee werden geconfronteerd heeft SOLID het even goed of zelfs beter gedaan dan de meest gekende indices. De BEL20 noteerde op het einde van het eerste kwartaal 8,84% lager. SAMENSTELLING GEOGRAFISCHE VERDELING 6% Japan 8% Overige 5% Verenigde Staten 12% Azië 24% 94% Aandelen Cash & overige Europa 51% *Groep Hesters Invest wordt aan particulieren aangeboden als spaar- en Beleggingsverzekering. De premies ervan kunnen belegd worden in eentak 21 verzekering of TAK 23 beleggingsfondsen. De financiële infofiche is consulteerbaar op onze website : www.groephesters.be
SAMENSTELLING SOLID Threadneedle Pan Europ Small.Comp Pictet Global Megatrend Selection Echiq. Agressor 3% 7% 7% 5% 5% 5% Fidelity Global Consumer Industries E Acc Amundi Equity Euroland Small Cap GS Growth - Emerging markets DNCA Invest Europe Growth Amundi CPR Silverage 6% 7, 7% 10% Templeton Euro Small Caps Growth Stewart Investors Asia Pacific Leaders Goldman Sachs India Equity Port JP Morgan Japan Equity Robeco Glob Cons Trends Eq Templeton Asian Growth Aberdeen Global Emerg. Markets Equity CIJFERS * 2012 2013 2014 2015 YTD 31/03/2016 0,04% 7,25% 7,90% 7,47% -8,45% GRAFIEK 63,00 58,00 53,00 48,00 43,00 38,00 1/01/2012 1/07/2012 1/01/2013 1/07/2013 1/01/2014 1/07/2014 1/01/2015 1/07/2015 1/01/2016 * De rendementen van 2009 t.e.m. 2011 zijn het resultaat van backtesting van de onderliggende fondsen volgens de samenstelling van SOLID bij oprichting.