EVALUATIE BESCHERMINGSBEWIND. Project ONDER HET BEWIND UIT

Vergelijkbare documenten
Gemeente Oss. Pilot Duurzame Financiële Dienstverlening

Beschermingsbewind en bijzondere bijstand. De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN (050)

Arnhems alternatief voor beschermingsbewind: BooM en rol rechtbank Gelderland

Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler)

Budget oké hét alternatief voor beschermingsbewind waarbij u als gemeente wel regie heeft

Zacht op de relatie en (als het moet) hard op de feiten

Congres Low Budget High Service, IMW Breda zaterdag 4 oktober Workshop Beschermingsbewind

Gemeente Rotterdam. College van Burgemeester en Wethouders. Aan de commissiewerk, Inkomen, Integratie, Schuldenaanpak en Armoedebestrijding

Informatiebrochure bewindvoering, budgetbeheer, budgetcoaching, mentorschap en curatele

Open tranparant, eerlijk maar vooral ook menselijk

Het verband tussen doel en instrument ontgaat ons echter. Hierna zullen wij aangeven waarom.

Presentatie: mr. B. Kwakkenbos Datum: 6 april 2016 Duur Presentatie: uur

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Collegebesluit. Onderwerp Budgetondersteuning op maat loont Nummer 2019/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 3.

Jaarverslag. schulddienstverlening Een goede start

Kennismaking. Bewindvoering

Ito. i 46. B&W-nota. Égeneeaitte Winterswijk. nr(s) geregistreerde stuk(ken): blad: 1/5 datum nota: 16 maart 2016

Datum 18 juni 2013 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het bericht Bijzondere bijstand op aan onkosten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Beschermingsbewind, curatorschap en financieel beheer

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Besluitenlijst d.d. d.d. d.d. [ ]Akkoordstukken -- [X]Openbaar [ ]Besloten --

B&W Vergadering. Voorgesteld besluit 1. Het college besluit in te stemmen met het concept Beleidsplan Schuldhulpverlening

De gemeenteraad. Cc college van b&w. Geachte leden van de gemeenteraad,

Klik om het opmaakprofiel te bewerken

EVEN VOORSTELLEN. Linda van Arkel. OBIN is ruim 15 jaar specialist in bewindvoering. Sandra Caeyers

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

Tussenevaluatie. Pilot Schuldhulpverlening Driebergen. Tussenevaluatie pilot schuldhulpverlening pagina 1 van 7

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo

Algemene Voorwaarden. Postbus AG Raalte Tel

Notitie toekomst Hulp bij het huishouden in het kader van de Wmo

De raad van de gemeente Tholen. Tholen, 25 oktober 2016

ALS HET (TIJDELIJK) MOEILIJK IS OM GOED MET GELD OM TE GAAN

Voorstel raad en raadsbesluit

Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden.

Aan: de leden van de Commissie Welzijn ten behoeve van de vergadering van 23 januari 2012 Onderwerp: Voedselbank Teylingen

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

DEBEWIND VOERDER. Het verschil tussen bewindvoering Wsnp en beschermingsbewind

Convenant Beschermingsbewind

Algemene Voorwaarden Coöperatie Cobibewind UA.

Pagina 1 van 5 Versie Nr. 2 Registratienr.: 2012I01086 Agendapunt 12

Bijlage 4 bij collegevoorstel Evaluatienota Beleidsplan Schuldhulpverlening

Beleidsregels Integrale Schuldhulpverlening

Deelplan Minimabeleid Beleidsplan sociaal domein

JW Bewindvoering & Inkomensbeheer Juridisch Advies en Administratie kantoor Werner

Aan de commissie Inwonerszaken

Besluit college van Burgemeester en Wethouders

Openbaar lichaam. Kredietbank Limburg. Startprognose/ 1 e Begrotingswijziging 2018 CONCEPT

Beleidsregels Schuldhulpverlening

4.4. De friese bewindvoerder respecteert privacy en draagt er zorg voor dat persoonlijke- of bedrijfsinformatie vertrouwelijk wordt behandeld. 4.5.

Onderzoek naar alternatieven voor beschermingsbewind

In het beleidsplan is de monitoring van een aantal gegevens opgenomen die onder dit hoofdstuk worden weergegeven en waar nodig worden toegelicht.

Voorstel voor burgemeester en wethouders

Ontwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014

Samen-wijzer met geld

Besluitenlijst d.d. d.d. (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen Voorstel buurtgericht werken schuldhulpverlening

VNG Bestuurlijke reactie op concept wetsvoorstel adviesrecht gemeenten bij schuldenbewind

Convenant Beschermingsbewind

MODULE BESCHERMINGSBEWIND

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 oktober 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Convenant Beschermingsbewind: Samenwerking bewindvoerders gemeente Venray

Cijfers Schuldhulpverlening 2016

Bijlage 1 Maatregelen terugdringen niet-gebruik in de afgelopen periode

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Raadsvoorstel GEMEENTEBESTUUR

Raadsbijlage Voorstel tot het verkrijgen van een bewindvoerderschap

BELEIDSREGELS BIJZONDERE BIJSTAND BESCHERMINGSBEWIND

a. college: college van burgemeester en wethouders van Menterwolde;

INHOUDSOPGAVE 1. LEESWIJZER SAMENVATTING DOELSTELLINGEN EN KWALITEITSBORGING DE WET GEMEENTELIJKE SCHULDHULPVERLENING...

Notitie Schulddienstverlening

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Betere ondersteuning en zorg door een goed inkoopbeleid

WERKPROCES BESCHERMINGSBEWIND

Was / Wordt-lijst beleidsplan ISHV

Beleidsregels Schuldhulpverlening

Klik om het opmaakprofiel te bewerken

2008D17655 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Beleidsregels Integrale Schulddienstverlening Oost Gelre

Voorstel raad en raadsbesluit

Woonvoorzieningen Aanvragen totaal Aanvragen verhuiskostenvergoeding 8 6 4

december Totaal behandeld

Voor en door bewindvoerders

Vaneveld. Bewindvoering

Overeenkomst beschermingsbewind De Maas Dienstverlening V.O.F.

Onderwerp : Verordeningen Wmo en Jeugdhulp BMWE gemeenten 2017

Openbaar lichaam. Kredietbank Limburg. 1 e Begrotingswijziging 2019 CONCEPT

raadsvoorstel Aan de raad,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 maart 2015 Betreft Inzet huishoudelijke hulp toelage

Raads informatiebrief

De notitie verantwoording Wet Werk en Bijstand 2004 geeft hiervoor de kaders weer.

Zorgpact Teylingen

Algemene Voorwaarden NCM Bewindvoering en Budgetbeheer

Bijlagen: 1. beleidsplan schuldhulpverlening

Huishoudelijke Hulp Toelage in Leeuwarden: de Himmelsjek

Voorstel aan college en raad

Voorstel raad en raadsbesluit

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE

vng.nl Ministerie van Justitie en Veiligheid Dhr. drs. S. Dekker Postbus TrP/U

ALGEMENE VOORWAARDEN. Artikel 1. Definities

Transcriptie:

EVALUATIE BESCHERMINGSBEWIND Project ONDER HET BEWIND UIT November 2015 1

Inhoud 01 AANLEIDING...3 02 ONTWIKKELINGEN...4 Landelijk...4 Apeldoorn...5 03 PROJECT EN RESULTATEN...6 3.1 Opheffen instroomstop voor beschermingsbewind Stadsbank...6 3.2 Ontwikkelen en onderzoeken interne alternatieven...6 3.3 Beïnvloeding externe partijen en factoren...9 04 FINANCIËN...11 05 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN...12 Conclusie...12 Aanbevelingen...12 2

01 AANLEIDING De afgelopen jaren is er een toename te zien, zowel landelijk als in Apeldoorn, van het aantal mensen dat onder beschermingsbewind staat. Beschermingsbewind wordt door de rechter toegewezen aan meerderjarige mensen die zelf niet in staat zijn om hun financiën te beheren. Een externe neemt de financiële huishouding van de onder bewindgestelde volledig over en legt hierover verantwoording af aan de rechter. De kosten die de bewindvoerder maakt worden in beginsel op de onder bewindgestelde verhaald. Mocht deze echter niet in staat zijn om de kosten zelf te dragen, dan kan een beroep op de Bijzondere Bijstand worden gedaan. De toename van het aantal mensen dat onder bewind is gesteld leidde landelijk en ook in Apeldoorn de afgelopen jaren tot een forse toename van de uitgaven voor de Bijzondere Bijstand. Op de instroom waar de Stadsbank zelf beschermingsbewind voor uitvoert moest zij in het voorjaar van 2014 een stop zetten omdat haar capaciteit volledig benut was. Dit was aanleiding voor de Raad om in mei 2014 191.000 beschikbaar te stellen voor de Stadsbank. Met dit geld kon ten eerste de capaciteit van de Stadsbank (tijdelijk) uitgebreid worden waardoor de Stadsbank weer mensen in beschermingsbewind kon opnemen. Daarnaast is met het geld het project Onder het bewind uit gestart. Doelstelling van het project was te onderzoeken op welke wijze de gemeente meer grip op beschermingsbewind kan krijgen door te bezien of er andere mogelijkheden zijn om de financiële zelfredzaam van mensen met financiële problemen te bevorderen. Het project had ook als doel om de toename van de uitgaven voor Bijzondere Bijstand te temperen. In de voorliggende evaluatie wordt u geïnformeerd over de resultaten die zijn behaald voor o.a. het project Onder het bewind uit. 3

02 ONTWIKKELINGEN In dit hoofdstuk worden de ontwikkelingen geschetst die destijds aanleiding waren om geld beschikbaar te stellen en waaruit het project Onder het bewind uit is voorgekomen. Enkele van de hieronder genoemde ontwikkelingen zijn van invloed geweest op de waarop het project is uitgevoerd. Landelijk Landelijk is de afgelopen jaren een toename te zien van het aantal mensen dat een beroep doet op beschermingsbewind. Zo blijkt uit een kwantitatief onderzoek van Stimulanz 1 dat zij heeft uitgevoerd in opdracht van de ministeries van SZW en Justitie, dat in de periode 2010-2013 het aantal aanvragen beschermingsbewind met 66% is gestegen. De gemeenten hebben hun uitgaven binnen de Bijzondere Bijstand voor beschermingsbewind hebben zien verdubbelen. Uit een onderzoek van de VNG blijkt dat de gemeentelijke kosten voor beschermingsbewind ook in 2014 zijn doorgestegen. Het onderzoek van Stimulanz geeft nog geen eenduidige verklaring voor de oorzaken van de stijging, maar er is een aantal ontwikkelingen te identificeren dat waarschijnlijk aan de toename heeft bijgedragen. Zo is de wet per 1 januari 2014 gewijzigd waardoor verkwisting of het hebben van problematische schulden gronden zijn voor de rechter om beschermingsbewind toe te wijzen (zogenaamde schuldenbewind). Door de economische crisis zijn meer mensen in de financiële problemen gekomen waardoor de rechter waarschijnlijk op basis van de nieuwe toewijzingsgronden meer beschermingsbewind heeft toegekend. Daarnaast beheerden veel zorgaanbieders de financiën van patiënten. In 2012 is door Staatsecretaris van Rijn 2 aangegeven dat op basis van de Wet op het financieel toezicht (Wft) het zorgaanbieders niet is toegestaan om geld van cliënten onder zich te houden, te beheren of daarbij te bemiddelen. De staatssecretaris heeft aangegeven dat dit alleen mogelijk is als hiervoor een aparte organisatie wordt opgericht. De staatssecretaris heeft er gelijk aan toegevoegd het onverstandig te vinden als zorgaanbieders privégelden van cliënten (laten) beheren. De wetgever beoogt hiermee belangenconflicten te voorkomen. Met de wetswijziging per 1 januari 2014 zijn de kwaliteitseisen aangescherpt, waar bewindvoeringskantoren aan moeten voldoen. Ook vrijwilligers en non-profitorganisaties die beschermingsbewind uitvoeren voor zorginstellingen, moeten aan deze eisen voldoen. Dit betekent dat fors geïnvesteerd moet worden in opleidingen van de vrijwilligers. Voor zover de organisaties en de vrijwilligers bereid zijn om deze investering te doen, leidt deze ontwikkeling tot een toename van de uitvoeringskosten en daarmee tot een hoger beroep op vergoeding vanuit de Bijzondere Bijstand. Daarnaast is in de aangepaste wet opgenomen dat vanaf 2014 zorginstellingen de bevoegdheid hebben om zelf beschermingsbewind aan te vragen voor een bewoner. Het lijkt erop dat het beroep op beschermingsbewind is toegenomen doordat enerzijds de zorginstelling het zelf niet meer mogen uitvoeren en het anderzijds makkelijker is geworden voor zorginstellingen om beschermingsbewind aan te vragen. 1 Beschermingsbewind; Kwantitatief onderzoek naar ontwikkelingen en kosten gemeenten, mei 2014 2 Kamerbrief van Staatssecretaris van Rijn van 21 november 2012 (MC-U-3138485): Beheer van privégelden van cliënten 4

De tarieven die bewindvoerders in rekening mogen brengen voor hun werkzaamheden worden door de Rijksoverheid vastgesteld in de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren. Per 1 januari 2015 zijn de tarieven aanzienlijk gestegen, gemiddeld met 20%. Deze tariefsverhoging heeft tot een toename van de kosten voor gemeenten geleid. Nadat de rechter beschermingsbewind heeft toegewezen zijn er weinig prikkels om mensen uit te laten stromen. Daarnaast is gesignaleerd dat bewindvoerders weinig aandacht hebben voor het aanleren van financiële vaardigheden bij de klant. De bewindvoerder moet tenminste 1 keer in de 5 jaar verslag uitbrengen aan de rechter over de vraag of bewind nog nodig is. Apeldoorn De effecten van de landelijke ontwikkelingen zoals die in de vorige paragraaf zijn beschreven, zien we ook in Apeldoorn terug. In de onderstaande tabel zijn de kosten voor Bijzondere Bijstand aan beschermingsbewind en het aantal klanten weergegeven. Tabel 1 Uitgaven Beschermingsbewind binnen de Bijzondere Bijstand en aantal klanten 2012 2013 2014 Jan-juli 2015 (voorlopig) * Prognose 2015 Kosten bijzondere bijstand 419.023 558.545 876.630 727.075 1.400.000 Standcijfer: aantal klanten op 31-12 350 530 748 890 1000 * Dit zijn voorlopige cijfers, deze zullen naar verwachting nog toenemen omdat declaraties nog met vertraging ingediend kunnen worden. Uit de tabel blijkt dat het aantal klanten en de kosten voor extern beschermingsbewind sterk toenemen. In het eerste halve jaar van 2015 worden de kosten voor beschermingsbewind vanuit de Bijzondere Bijstand voor 890 mensen vergoed en zijn de kosten opgelopen naar 727.075. Zoals eerder gezegd zijn sinds begin 2014 schulden ook een grond voor het toekennen van beschermingsbewind. Op het moment van schrijven vallen 124 klanten onder deze nieuwe doelgroep, waarmee zij ten opzichte van ultimo 2013 ongeveer een derde van de totale stijging van het aantal klanten voor hun rekening nemen. Op basis van de trend van de afgelopen maanden wordt voor geheel 2015 een toename verwacht van het aantal klanten tot ongeveer 1000 personen en worden de uitgaven voor geheel 2015 geraamd op 1,4 miljoen. Dat is ruim drie keer het uitgavenniveau van 2012. 5

03 PROJECT EN RESULTATEN De middelen die door de Raad in 2014 beschikbaar zijn gesteld hadden een drieledig doel: 1) Opheffen van de instroomstop d.m.v. een (tijdelijke) uitbreiding van de capaciteit van de Stadsbank zodat er weer nieuwe klanten door de Stadsbank in beschermingsbewind opgenomen konden worden. 2) Het ontwikkelen en onderzoeken van interne alternatieven. 3) Beïnvloeden externe partijen en factoren. In het onderstaande wordt verantwoord op welke wijze de middelen voor deze drie doelen zijn ingezet en welke resultaten daarmee zijn gerealiseerd. 3.1 Opheffen instroomstop beschermingsbewind door Stadsbank Bij de Stadsbank is tijdelijk één extra bewindvoerder toegevoegd aan de bezetting. Door deze uitbreiding kon de instroomstop worden opgeheven en zijn er sindsdien 32 nieuwe klanten in beschermingsbewind door de Stadsbank opgenomen. Het totale aantal klanten, waarvoor de Stadbank beschermingsbewind uitvoert, is opgelopen naar 211. Daarnaast heeft de Stadsbank op dit moment nog 12 verzoeken bij de rechtbank liggen voor uitspraak beschermingsbewind. Met dit aantal nieuwe klanten is overigens de maximale capaciteit weer bereikt en komt het moment in zicht waarop de Stadsbank weer een opnamestop zal moeten instellen als geen formatie kan worden toegevoegd. 3.2 Ontwikkelen en onderzoeken interne alternatieven In deze paragraaf wordt nader stil gestaan bij de acties die de Stadsbank in de eigen organisatie heeft uitgevoerd. Budgetbeheer plus De Stadsbank heeft geconstateerd dat er een te groot gat zit tussen het instrument beschermingsbewind en de gangbare instrumenten zoals bijvoorbeeld budgetbeheer. Bij beschermingsbewind wordt alle verantwoordelijkheid van de klant door de bewindvoerder overgenomen. Bij andere reguliere instrumenten, zoals budgetbeheer, staan de financiële zelfstandigheid en zelfredzaamheid van de klant nog voorop. Voor veel mensen geldt dat de stap van beschermingsbewind naar een lichter instrument als budgetbeheer te groot is. Daardoor wordt uitstroom uit beschermingsbewind ontmoedigd. Ook speelt mee dat er voor veel klanten geen financiële prikkel is om over te stappen naar een andere vorm omdat zij de kosten voor Beschermingsbewind vergoed krijgen door de gemeente via de Bijzondere Bijstand. Deze constateringen zijn voor de Stadsbank Apeldoorn aanleiding geweest om het instrument Budgetheer Plus (BBR+) te ontwikkelen. De Stadsbank is hiermee op 1 augustus 2014 in het kader van een pilot gestart. Het wezenlijke verschil tussen beschermingsbewind en budgetbeheer is dat de klant zelf de verantwoordelijkheid behoudt. Ten opzichte van het reguliere budgetbeheer wordt er vanuit BBR+ extra en zonodig langdurige ondersteuning vanuit de Stadsbank geboden en worden zaken voor de klant geregeld. Daarnaast worden vrijwilligers- en hulpverleningsinstanties ingeschakeld die de klant begeleiden. Budgetbeheer (plus) is op vrijwillige basis, medewerking van de klant is noodzakelijk en kan niet worden afgedwongen door de Stadbank. Alle klanten die zich bij de Stadsbank melden, en waarvan de inschatting is dat zij eigenlijk in beschermingsbewind kunnen, worden gedurende een proefperiode toegelaten tot BBR+. Tijdens de proefperiode wordt op individuele basis bekeken in hoeverre BBR+ 6

passend en toereikend voor de klant is. Mocht dit niet afdoende zijn, dan wordt alsnog opgeschaald richting beschermingsbewind. De Stadsbank kan dit beschermingsbewind zelf uitvoeren of er kan een externe bewindvoerder worden ingeschakeld. De kosten van bewindvoering komen, bij mensen met een laag inkomen, zowel bij uitvoering door de Stadsbank als bij extern bewindvoering voor rekening van de gemeente. Dit gebeurt bij de Stadsbank via de kostenplaats en bij externe bewindvoerders via de Bijzondere Bijstand. De Stadsbank zal er voor kiezen om het beschermingsbewind zelf uit te voeren als er naast bewindvoering ook sprake is van problematische schulden. Bewindvoering door de Stadsbank is in deze gevallen efficiënter omdat de Stadsbank alles in één hand houdt. Screening eigen bestand beschermingsbewind De Stadsbank heeft langs twee wegen gekeken hoe zij interne klanten kan afbuigen naar BBR+. Ten eerste door de bestaande klanten waar de Stadsbank zelf het beschermingsbewind voor uitvoert te screenen en ten tweede door bij de nieuwe instroom te kijken welke vorm van ondersteuning het beste is. We kijken eerst naar de resultaten van de screening waarvoor de Stadsbank zelf beschermingsbewind uitvoert. De resultaten zijn hieronder weergegeven. Resultaat screening: Tabel 2 Resultaat screening beschermingsbewind klanten Stadsbank Klantenbestand Beschermingsbewind Gesproken klanten met potentie voor BBR+ Van beschermingsbewind overgegaan naar BBR+ Aantal klanten 198 35 5 Van een groot deel van de klanten die in beschermingsbewind zitten (82,3%) is geconcludeerd dat zij niet in aanmerking komen voor een lichter alternatief. Zij zijn onvoldoende stabiel o.a. door verslavingsproblemen, psychiatrisch ziektebeeld en/of problematische schulden. Het overige deel (35) van de klanten komt mogelijk in aanmerking voor Budgetbeheer+. Met deze klanten is het gesprek aangegaan over een lichter alternatief. Dit heeft ertoe geleid dat 5 klanten bereid waren mee te werken. In samenspraak met deze klanten is ontheffing bij de rechtbank aangevraagd, welke ook is uitgesproken door de rechtbank. De overige 30 klanten wilden niet uit het beschermingsbewind treden. Redenen die zij daarvoor onder andere aangeven zijn: grote angst voor herhaling financiële problemen; weinig (vertrouwen in eigen) vaardigheden op gebied van beheren financiën en weinig tot geen ondersteuning uit eigen netwerk; problemen op andere levensgebieden, waardoor onvoldoende vaardigheden/tijd/ruimte om verantwoordelijkheid voor financiën terug te krijgen; beschermingsbewind wordt als makkelijk ervaren waardoor er weinig motivatie is om ontheffing aan te vragen. Instroom bij Stadsbank Het feit dat een zeer beperkt aantal (slechts 2,5%) mensen in staat en bereid was om vrijwillig over te stappen van beschermingsbewind naar budgetbeheer, bevestigt dat het moeilijk is voor de gemeente om uitstroom uit bestaand beschermingsbewind te bewerkstelligen. Dit is de reden waarom de Stadsbank ook naar de voorkant van het proces (instroom) is gaan kijken. De resultaten hiervan zijn weergegeven in de volgende tabel. 7

Tabel 3 Overzicht van dienstverlening aan klanten na een intakegesprek bij de Stadsbank 01-08-2013 t/m 31-07-2014 01-08-2014 t/m 31-07-2015 Budgetbeheer 100 (75%) 136 (63%) Budgetbeheer plus n.v.t. 47 (22%) Beschermingsbewind 33 (25%) 32 (15%) Totaal 133 (100%) 215 (100%) In totaal zijn er gedurende de projectperiode 215 gesprekken gevoerd die tot inzet van een vorm van inkomensbeheer hebben geleid. Dit is een toename van 82 klanten (+ 62%) t.o.v. dezelfde periode een jaar eerder (133). Ondanks de forse toename van het aantal gesprekken, is het positief te duiden dat het aantal klanten waarvoor het instrument beschermingsbewind is ingezet licht is gedaald van 33 naar 32. 47 mensen die zich nieuw bij de Stadsbank hebben gemeld, zijn gedurende de projectperiode ingestroomd in het nieuwe instrument BBR+ oftewel 22% van het totaal. We zien tevens dat er een toename is van het aantal mensen (+36) dat in het reguliere budgetbeheer stroomt. Nieuwe klanten zijn dus met name geholpen door budgetbeheer of BBR+. We trekken uit deze cijfers de conclusie dat het instrument BBR+ voorziet in een behoefte en dat bij een goede screening aan de voorkant van het proces, de Stadsbank in staat is om instroom naar beschermingsbewind af te wenden. Ondanks deze bemoedigende resultaten blijkt uit de toename van het aantal mensen dat een beroep doet op de Bijzondere Bijstand voor vergoeding van de kosten van beschermingsbewind, dat de Stadsbank slechts een zeer beperkt deel van de mensen ziet dat beschermingsbewind wil aanvragen. Een groot deel van de aanvragen gaat buiten de Stadsbank om. Samenhang met ondersteuning Wmo Vóór 1 januari 2015 werd door instellingen en organisaties financiële hulp aan mensen geboden. Deze hulp werd vanuit de AWBZ gefinancierd. Na de decentralisatie is dit onderdeel in de Wmo gekomen onder verantwoordelijkheid van de gemeente. In de projectperiode is deze problematiek onderkend en dit is aanleiding geweest voor de eenheden JZW en WA om een nieuwe gewenste werkwijze te onderzoeken. Het doel is gezamenlijk een mogelijkheid te vinden om in samenwerking met zorg- en welzijnaanbieders effectieve en efficiënte ondersteuning op het gebied van financiën aan de klant te kunnen bieden zodanig dat de klant de benodigde ondersteuning krijgt, terwijl de kostenpost voor de gemeente zo minimaal mogelijk blijft. Juridische mogelijkheden Zoals eerder gezegd stijgen de kosten voor Bijzondere Bijstand doordat meer mensen een vergoeding krijgen vanuit de Bijzondere Bijstand. Onderzocht is welke juridisch mogelijkheden er zijn om de kosten te verlagen. Ten eerste kan de gemeente de inkomensgrens vastleggen tot waar mensen 100% van de kosten voor beschermingsbewind vergoed krijgen. De inkomensgrens binnen de Bijzondere Bijstand is eind 2014 opnieuw vastgelegd in het Sociaal Vangnet en verlaagd van 125% naar 110% van het geldende sociaal minimum. Daarmee is de vergoeding vanuit de Bijzondere Bijstand voor beschermingsbewind ook verlaagd naar 110%. Het is mogelijk om de inkomensgrens voor vergoeding van de kosten voor beschermingsbewind uit de Bijzondere Bijstand verder te verlagen naar 100%. 8

In de tweede plaats is bekeken of een beroep op de Bijzondere Bijstand geweigerd kan worden omdat er een passende voorliggende voorziening (BBR+) is. Deze weigeringsgrond is vooralsnog theoretisch en kent in de praktijk veel haken en ogen. Zo zal de gemeente zeer uitgebreide argumentatie moeten opvoeren om de afwijzing te motiveren. Deze onderbouwingsopgave luistert nauw omdat de rechter immers al eerder heeft bepaald dat beschermingsbewind nodig is. Er zijn gemeenten die dit beleid willen beproeven. Vooralsnog is er nog geen jurisprudentie op dit vlak. 3.3 Beïnvloeding externe partijen en factoren Zoals eerder gezegd, is de rol van de gemeente inzake (extern) beschermingsbewind beperkt. In de projectperiode is intensief contact gezocht met allerlei instanties die betrokken zijn bij dit thema. Doel van deze gesprekken was om de problematiek bespreekbaar te maken en te kijken of de Stadsbank vroegtijdig in beeld kan komen zodat b.v. BBR+ ingezet kan worden. Veel van de acties waren er op gericht om het dienstverleningspakket van de Stadsbank onder de aandacht te brengen en tevens het bewustzijn te vergroten over wat de gevolgen van de inzet van beschermingsbewind zijn. Uitgangspunt bij de gesprekken was dat de ondersteuning en de inzet van middelen zo licht zijn als mogelijk en zo zwaar als noodzakelijk. Sommige gesprekken hebben nog niet tot afgeronde conclusies geleid, het is daarentegen wel goed om te concluderen dat de gesprekken met diverse partijen nog gaande zijn en dat daarmee mogelijk resultaten in de toekomst bereikt kunnen worden. Netwerkbijeenkomst Op 19 mei 2015 is een netwerkbijeenkomst voor alle ketenpartners, waaronder zorgaanbieders, woningbouwverenigingen en bewindvoerderskantoren georganiseerd. Thema van de bijeenkomst was: bevordering van financiële zelfredzaamheid. Tijdens deze bijeenkomst is BBR+ onder de aandacht gebracht als alternatief voor beschermingsbewind en is het gehele netwerk verzocht om niet te snel het zwaarste middel beschermingsbewind in te zetten. Rechtbank Eind 2014 heeft een gesprek met de rechtbank Arnhem plaatsgevonden. Onderwerp van het gesprek was BBR+ onder de aandacht van de rechtbank te brengen. Daarnaast heeft de Stadsbank besproken of de rechtbank bereid is BBR+ mee te wegen in de besluitvorming en mensen eerst naar de Stadsbank te verwijzen voordat beschermingsbewind wordt uitgesproken. De gesprekken hebben helaas tot nu toe nog niet tot concrete afspraken geleid; de rechtbank zag geen juridische mogelijkheden en vond het ook geen taak voor de rechtbank om mensen door te verwijzen naar de Stadsbank. Het gesprek is echter nog wel gaande met de rechtbank. De Stadsbank is, in samenwerking met aantal Gelderse gemeenten (o.a. Ede, Arnhem en Wageningen) nog in gesprek met de rechtbank om te bezien op welke wijze er wél met de rechtbank kan worden samengewerkt. Zorgaanbieders Gedurende de projectperiode is de Stadsbank in contact getreden met zorgaanbieders en maatschappelijk werk om te kijken in hoeverre de dienstverlening op elkaar is af te stemmen. Deze instanties staan vaak direct in contact met de klant en hebben een rol in de doorverwijzing. Ook bieden zij financiële hulp en budgetcursussen aan. Doel van de gesprekken, die thans nog lopen, is dat de partijen de dienstverlening meer op elkaar afstemmen. Daarnaast is het doel dat de hulpverlener die bij de mensen thuiskomt niet te snel beschermingsbewind als oplossing inzet en ook kijkt naar andere mogelijkheden waaronder hulp vanuit de directe omgeving van de betrokkene, vrijwilligers of ondersteuning vanuit de Stadsbank. Woningcorporaties Er hebben gesprekken plaatsgevonden met de Woningcorporaties. Zij stellen soms beschermingsbewind verplicht in de huurcontracten die zij met hun huurders afspreken. Woningcorporaties verwijzen actief door naar externe bewindvoeringskantoren. Het doel 9

van de gesprekken is om de toeleiding vanuit de woningbouwstichtingen meer af te buigen richting budgetbeheer bij de Stadsbank. Op dit moment lopen gesprekken om klanten met een huurachterstand eerder naar de Stadsbank toe te geleiden. Bewindvoerders Er is tevens met bewindvoeders gesproken. Ook hier was het doel de dienstverlening op elkaar af te stemmen en daarbij rekening te houden met ieders belangen. Dat laatste is lastig gebleken in de gespreken omdat direct ook de inkomsten van de bewindsvoerders in beeld komen. Desalniettemin zijn er bewindvoerders geweest die aangegeven hebben verder te willen spreken. Uitgangspunt daarbij is dat de klant centraal staat. Veel klanten zijn in prima handen bij de bewindvoerder omdat ze zelf hun financiën niet op orde kunnen houden. De dienstverlening van de Stadsbank biedt in die situaties niets extra s ten opzichte van wat de bewindvoerder kan bieden. Er zijn echter klanten van bewindvoeders die niet altijd beschermingsbewind (meer) nodig hebben. Het alternatief BBR+ kan mogelijk ook passend zijn. We willen bewindvoerders hier bewust van laten worden en afspraken hierover maken. Deze actielijn loopt nog door. Vrijwilligers en non-profit bewindvoeringsorganisaties Deze organisaties, die veelal beschermingsbewind uitvoeren voor instellingen, ondervinden problemen door de aanscherping van de landelijk kwaliteitseisen waaraan bewindvoeringskantoren moeten voldoen. Deze organisaties moeten professionaliseren, wat prijsopdrijvend is. Sommige partijen hebben aangegeven de klanten niet meer te kunnen helpen. De Stadsbank heeft met deze partijen besproken hoe Stadsbank ondersteuning kan bieden o.a. bij het overnemen van cliënten. Om uitstroom te bewerkstelligen is geprobeerd, in de vorm van een cursus ter bevordering van uitstroom, een pilot te starten. Doel was klanten te begeleiden in de stap naar meer financiële verantwoording. Voor klanten die met succes de cursus afgerond hebben, kan vervolgens het verzoek voor ontheffing uit beschermingsbewind bij de rechtbank gedaan worden, de Stadsbank zal deze burgers dan overnemen in budgetbeheer (plus). De pilot is met een aantal externe bewindvoeders besproken. Zij stonden op zich positief tegen deze werkwijze, maar gebleken is dat zij nauwelijks geschikte klanten hebben die hiervoor in aanmerking komen. VNG Wethouder Kruithof heeft de problematiek rond beschermingsbewind geagendeerd in de Commissie Werk en Inkomen van de VNG. Het thema werd breder onderkend en dat heeft geleid tot het oprichten van een VNG-klankbordgroep waar diverse gemeente, waaronder Apeldoorn, in participeren. In deze klankbordgroep bespreken gemeenten op welke wijze zij de problematiek aanpakken. De VNG heeft het position paper Beschermingsbewind opgesteld. Dit paper zal zij als lobbyinstrument richting het kabinet en de Tweede Kamer gebruiken. Doel van de lobby is om de problematiek in Den Haag aan te kaarten via het Algemeen Overleg Armoede en Schulden en de begrotingsbehandeling SZW in de Tweede Kamer. Het Ministerie SZW heeft aangekondigd dat zij de Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening in 2016 zal evalueren. Dit is ook een moment voor de VNG om te lobbyen voor wijzigingen in de wet. 10

04 Financiën Beschikbare middelen project beschermingsbewind Beschikbare middelen project beschermingsbewind 191.000 Lasten project beschermingsbewind: - Projectkosten 63.000 - Bewindvoering 78.000 - Budgetbeheer plus 20.000 Totaal lasten project beschermingsbewind 161.000 Saldo beschikbare middelen project beschermingsbewind 30.000 De gemeenteraad heeft in 2014 in totaal 191.000 beschikbaar gesteld. Hiervan is in 2014 en in 2015 een extra bewindvoerder aangesteld waarmee de stop op de instroom van bewindvoering door de Stadsbank opgeheven kon worden. De kosten hiervoor waren ca 78.000. De projectkosten á 63.000 bestaan grotendeels uit de kosten inhuur projectleider, en inhuur budgetbegeleider. De projectleider heeft dit project opgezet, gesprekken gevoerd met externe partijen zoals instellingen, bewindvoerders, rechtbank en andere gemeenten om de samenwerking te bevorderen. Dit heeft geleid tot verschillende verbetervoorstellen. De budgetbegeleider heeft het interne bestand van beschermingsbewind gescreend op mogelijkheden om de klanten in beschermingsbewind bij de Stadsbank door te zetten naar BBR+. Met behulp van extra inhuur voor ondersteuning bij Budgetbeheer werd ruimte gecreëerd om BBR+ te ontwikkelen en uit te voeren. 11

05 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Conclusie Op basis van de projectperiode, waarin inzet is gepleegd om meer aan de voorkant van het proces van beschermingsbewind in beeld te komen, kan geconcludeerd worden dat de beïnvloedingsmogelijkheden voor de gemeente vooralsnog beperkt zijn. Het project heeft, anders dan gehoopt, niet geleid tot een afname van de uitgaven voor Bijzondere Bijstand. Er zijn voor mensen en hun begeleiders op dit moment weinig prikkels om, nadat eenmaal beschermingsbewind is uitgesproken door de rechter, hier verandering in te brengen. Desondanks zijn er toch mogelijkheden verkend die effectief zijn. Heel concreet zichtbaar is, doordat de Raad extra geld beschikbaar heeft gesteld, dat de Stadsbank weer mensen in beschermingsbewind heeft kunnen opnemen. Het nieuwe instrument, BBR+, heeft zijn waarde bewezen en daarmee heeft de Stadsbank voorkomen dat mensen naar het duurdere beschermingsbewind zijn ingestroomd. Doordat echter veel mensen buiten de Stadsbank om beschermingsbewind aanvragen, is niet voorkomen dat er een toename was van het beroep op de Bijzondere Bijstand en de kosten die daarmee gepaard gaan. Binnen het project is gekeken op welke wijze meer vat te krijgen is op partijen die mensen naar beschermingsbewind geleiden. Vanuit de Stadsbank is ingezet om het bewustzijn van diverse externe partijen te vergroten en is gevraagd om het denken te kantelen naar het uitgangspunt dat de middelen ingezet worden zo licht als mogelijk en zo zwaar als noodzakelijk. Er was bereidheid om mee te denken, maar belangentegenstellingen spelen hierbij wel een rol. De rechtbank heeft zich vooralsnog niet bereid getoond om een andere werkwijze te hanteren en de Stadsbank als een voorliggende voorziening aan te merken. Hoopvol zijn wel de gesprekken geweest met zorg- en hulpverleningspartijen. Contacten met deze organisaties zijn nog in volle gang om het aanbod in de financiële dienstverlening goed op elkaar af te stemmen zodat deze afgestemd wordt op de behoefte van de klanten. Daarbij wordt gesproken over de wijze waarop zij de Stadsbank eerder kunnen inschakelen, die vervolgens kan bijdragen aan de screening zodat de meest passende vorm van financiële hulp wordt gevonden. Mede doordat Apeldoorn het thema bestuurlijk in VNG-verband heeft geagendeerd, is er een lobby van de VNG op gang gekomen met als doel de landelijke wetgeving te wijzigen. Dit zijn echter langdurige processen waardoor hier op de korte termijn geen oplossing valt te verwachten. Aanbevelingen Het project Onder het bewind uit heeft een aantal inzichten opgeleverd dat leidt tot de volgende aanbevelingen: Uitgangspunt bij het inzetten van de dienstverlening is: zo licht waar mogelijk en zo zwaar als noodzakelijk. Maak BBR+ onderdeel van het instrumentarium van de Stadsbank. BBR+ is effectief gebleken als alternatief instrument tussen budgetbeheer en beschermingsbewind. Daarbij kan BBR+ dienen als proefperiode om te beoordelen of budgetbeheer volstaat of dat zwaardere hulp in de vorm van beschermingsbewind noodzakelijk is. Investeer in relaties met toeleidende organisaties, b.v. zorginstellingen, woningbouworganisaties of vrijwilligersorganisaties zodat de kennis over de Stadsbank 12

wordt vergroot en de Stadsbank als logische eerste partner wordt gezien. Onderzoek of het mogelijk is om in de subsidievoorwaarden van subsidierelaties op te nemen dat zij eerst afstemming met de Stadsbank hebben voordat zij mensen met schuldenproblematiek doorverwijzen. Bied als Stadsbank het instrument Beschermingsbewind aan als onderdeel van de integrale schuldhulpverlening. Het is belangrijk gebleken dat de Stadsbank mensen in een vroegtijdig stadium in beeld krijgt. Door zelf beschermingsbewind uit te voeren kunnen mensen (of hun begeleiders) die beschermingsbewind willen aanvragen, zich tot de Stadsbank wenden en gaan ze niet direct naar een externe bewindvoerder. Vervolgens kan de Stadsbank beoordelen of beschermingsbewind echt nodig is of dat BBR+ een goed alternatief is. Focus als Stadsbank voor het uitvoeren van Beschermingsbewind in beginsel zo veel mogelijk op mensen waarbij problematische schulden een rol spelen en waarvan de mensen de kosten niet zelf kunnen dragen. Als de schuldenproblematiek is opgelost, maar beschermingsbewind nog wel nodig blijkt te zijn, zal de Stadsbank bekijken of zij de bewindvoering voor de klant zelf uitvoert of dat een externe bewindvoerder het kan overnemen. Beoordeel tussentijds de cases waar de Stadsbank het Beschermingsbewind voor uitvoert om te zien of het nodig is Beschermingsbewind te blijven inzetten. Als blijkt dat Beschermingsbewind niet meer nodig is en volstaan kan worden met een lichter instrument, kan de rechter gevraagd worden om het Beschermingsbewind op te heffen. BBR+ zou als voorliggende voorziening beschouwd kunnen worden waardoor de aanvraag Bijzondere Bijstand afgewezen kan worden. Er is nog onzekerheid over de juridische mogelijkheden en er zal dan een proefproces moeten komen. Een aantal andere gemeenten verkent deze optie ook. We stellen voor om de stappen van de andere gemeenten en de eventuele juridische uitspraken te volgen en op basis hiervan het eigen beleid te beoordelen. Het is mogelijk de inkomensgrens in de Bijzondere Bijstand tot waar mensen hun kosten voor externe beschermingsbewind volledig vergoed krijgen bij te stellen naar 100%. Nu is deze grens gesteld op 110% van het geldende sociaal minimum. We stellen voor om deze optie te betrekken bij de afwegingen die in de Voorjaarsnota 2016 gemaakt zullen worden. Breid de samenwerking met de Wmo uit gelet op de samenhang en overlap van beleidsterreinen. Lobby b.v. via de VNG voor een wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) zodat rechters voordat zij Beschermingsbewind toekennen eerst getoetst moeten hebben op voorliggende voorzieningen. Het Rijk evalueert de Wgs in 2016 en daarmee ontstaat een natuurlijk moment om wijzigingen aan te brengen. 13