Bijscholing Atletiek

Vergelijkbare documenten
Leerlijnen. Binnen de atletiek

Leerlijnen binnen de atletiek

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10

Sportkamp cadetten en scholieren GROEP AFSTANDLOPEN

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6

Voorbereidingsformulier trainingen

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4

Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? afstand in een rechte lijn zo snel

LES 9. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, klimmen, mikken DOELSTELLINGEN:

LES 28. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Tikspelen


7&8. Sportles groep 7 & 8 Lekker in je vel? Jouw veiligheidsplan. Over deze les. Wat heeft u nodig?

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL

Spelregels. Het spelen van levend ganzenbord

OVERZICHT BENODIGDE MATERIAAL OPEN ATLETIEK DAG Behorend bij Athletics Challenge vanaf 12 jaar

PROTOCOL WARMING-UP V.V. Sprinkhanen. C junioren

LES 14. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Tikspelen, Afgooispelen. DOELSTELLINGEN:

Variatiemogelijkheden: - andere ballen - startpositie keerder/ retourneerder 2 meter achter de kaats

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Werkstuk LO Atletiek. Werkstuk door een scholier 1639 woorden 14 april keer beoordeeld

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning:

8. De lessen: Atletiek

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

ESTAFETTE (1) BEGELEIDING

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 57 - Mikken. Toelichting en verantwoording

Tik me dan als je kan!

Spel Floorball Individuele stick en balbehandeling 2. Doelgroep Voortgezet Onderwijs Domein Onderdeel Thema Aantal 24. Les. Beginopstelling veld

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Technisch instapbrevet INITIATOR ATLETIEK

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN:

Gymlessen (onderbouw) Zomerspelen

NIEUWE IMPULSEN VOOR EEN SPORTDAG ATLETIEK EN AAN DE SLAG MET WERPEN. Sierd Wijnalda Steven Gerrits

Lichaams- en balbeheersing bij supermicroben en microben. Kaderweekend VBL 21 mei 11

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen

Bouncebal. Voorbereiding voor hockeyvormen

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen.

De vernieuwde spelvormen

Richt je op 1 groep bij de finish, de plekken die overblijven zijn van de andere groep. Elke groep/leerling sprint twee keer.

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen

OVERZICHT BENODIGDE MATERIAAL OPEN ATLETIEK DAG Behorend bij Athletics Challenge tot 12 jaar

Les 3. GROEP: 3 t/m 8 Doelspelen, springen, balanceren

Tafeltennis in een ander jasje

WEEK 13 TRAININGEN GEHELE WEEK - HET SCOREN EN RICHTEN

Lees en bekijk de activiteitkaarten bij de activiteiten. Hierop. staat de uitleg van de activiteit. met tekst en plaatjes.

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

Pietengymles. Kun jij een echte hulppiet worden? Doe de oefeningen en verdien een pietendiploma!

DRIBBELEN IN VAK MET KLEINE DOELTJES

Nieuwe pupillenwedstrijden

Eelco de Vries Bianca Schaeffer Arjen-Kars Boer Alexander van Zandvoort Saskia Wijnands Rob Smits COMMISSIE:

LES 30. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Klimmen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

KONINKLIJKE ATLETIEK SPORT VERENIGING OUDENAARDE JEUGDBELEIDSPLAN. Eindtermen voor miniemen

Hieronder de onverkorte beschrijving van dit gebied met de praktijkvoorbeelden.

Spelactiviteiten voor groep 1-2: Vertelspel tafel: Spelactiviteiten:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

DRAAIBOEK KIDS ATHLETICS

PROTOCOL WARMING-UP V.V. Sprinkhanen. D junioren

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien.

Vier hoeken OEFENINGEN: OPWARMING. Verklaring gebruikte tekens

Op vakantie les 2. Doelen:

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN:

Zelfredzaamheid in kindgerichte bewegingssituaties 1.5. Materiaal Materiaal 1.24

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

PROTOCOL WARMING-UP V.V. Sprinkhanen. B junioren

1) Warming-up: (afwisselen met jongleren) a. bal dribbelen + stoppen van de bal - op teken - zelf bepalen

Op vakantie les 5. Doelen:

2 Zet de pilon op 2 vingers en houd deze 5 tellen in balans. Daarna op 1 vinger.

OVERZICHT PLANNING LICHAMELIJKE OPVOEDING

oefening Dit doe je steeds 3 minuten, dan wisselen de spelers elkaar af.

Training kaboutergroep:

1. Vang en Valtechniek F

Heel blijven = presteren. Als meerkamper altijd tijd tekort

LES 20. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Zwaaien

Inhoudsopgave. Inleiding. Legenda. Les 1 Gezonde voeding Les 2 Schijf van Vijf Les 3 Kcal en Bewegen. Onderdeel van FetFit 2

Les 6 - Gymlessen (bovenbouw) Zomerspelen

Verkorte doelwachters cursus uitgever Freddy Swimberghe

Het bepalen van niveaus

LES 24. GROEP: 3 t/m 8 Reis rond de wereld. Groep 3/4 - De leerlingen werken tijdens de reis met elkaar samen. Ze krijgen een groot groepsgevoel en

1 Teamestafette Doelgroep basisonderwijs Versie

Club: vv Sweel. Tijd: 60 min. Aantal spelers: 8. Organisatie (tekening en accenten):

Overzicht Prestatie Niveau 3 Technische doelen Tactische doelen Sociale Doelen Mentale Doelen

Basislessen Bewegingsonderwijs in de speelzaal LES 1

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit:

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

Pvo LAAT ZE MAAR LOPEN..MAAR WEL MET EEN PLAN

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN:

NIEUWE IMPULSEN VOOR EEN SPORTDAG ATLETIEK EN AAN DE SLAG MET WERPEN

Draaiboek atletiek sportdag

Aanpassingen van atletiekaccommodaties tbv gehandicapten

Basislessen Bewegingsonderwijs in de speelzaal

Vlaamse Atletiekliga Atletiekstage 23 en 24 DECEMBER 2013 Topsporthal-Blaarmeersen Gent AFSTANDLOPEN

Inleiding. Kern A B A B A B A B A B A B A B. Groep 7 en 8 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Het talentontwikkelend model binnen de atletiek

Transcriptie:

Dexelse Dagen 2016 Bijscholing Atletiek Hordelopen en speerwerpen Ruud de Vries

Hordelopen Leeftijd Inhoud Aandachtspunten 6-8 Veel variatie in type hindernissen en tussenafstand met Altijd werken vanuit snelheid, pas daarna hoogte geleidelijk 6-9 behoud van ritme opvoeren. Werk in gedifferentieerde omgeving. Van vlakke naar lage hindernissen (tussen enkel en kniehoogte) Nadruk op ontwikkelen van een voorkeursbeen Accent op 1-pas (ta-dam) op snelheid 8-11 9-12 Accent op 3-pas ritme (land 1, 2, 3), maar ook afwisseling 1-, 2-, 4- en 5-pas) Richtlijn: kniehoogte 11-15 Aanval vanuit startblok naar eerste horde. Meer aandacht 12-16 voor technische uitvoering en voorwaarden Introductie 300/400mh Toewerken naar wedstrijdhoogte Ver voor de horde / kort achter de horde Naar de horde toe (aanvallen) Afwisselen voorkeurs- en niet voorkeursbeen aan te bevelen Tussenafstanden aanpassen zodat er een ritme wordt gelopen Voorwaarden: flexibiliteit, kracht en stabiliteit 15-17 16-18 Verder verfijnen van de techniek op basis van individuele mogelijkheden Verfijning Bron: Leerlijnen binnen de atletiek (Atletiekunie) december 2013

Slootje springen 3 banen met verschillende tussen afstanden tussen de slootjes. Hoe groter de tussenafstand hoe breder de sloot. - Ren naar de overkant zonder in de slootjes te vallen. Slootje springen met horde 3 banen met verschillende tussenafstanden tussen de slootjes. Hoe groter de tussenafstand hoe breder de sloot. In de slootjes komt een lage horde te staan (op 1/3, 2/3 van de sloot). - Ren naar de overkant, spring over de horde, zonder in de slootjes te vallen. Differentieer door banen te maken met lage en banen met hoge hordes Differentieer door banen te maken met bananendozen Zo of of Differentieer door banen te maken met echte hordes

Slootje springen met fietsband 3 banen met verschillende tussen afstanden tussen de slootjes. Hoe groter de tussenafstand hoe breder de sloot. Voor het slootje wordt een fietsband gelegd waarin afgezet moet worden. - Ren naar de overkant zonder in de slootjes te vallen. Zet af in de fietsband. Slootje springen met horde 3 banen met verschillende tussen afstanden tussen de slootjes. Hoe groter de tussenafstand hoe breder de sloot. In de slootjes komt een lage horde te staan (op 1/3, 2/3 van de sloot). Voor het slootje wordt een fietsband gelegd waarin afgezet moet worden. - Ren naar de overkant, spring over de horde, zonder in de slootjes te vallen. Zet af in de fietsband. Differentiëren door: - Fietsbanden steeds verder van de horde te plaatsen (Let op. Kan ook te ver). - Horde hoogte verhogen - Bananendozen gebruiken - Echte horde gebruiken

Synchroon hordelopen - De leerlingen proberen eerst zelfstandig een 3-pas ritme te lopen. - Vervolgens lopen de leerlingen in tweetallen. Zo gelijk (synchroon) mogelijk. - De docent kan een waardering geven aan de uitvoering. Differentiatie mogelijkheden. - Horde verhogen. Bv. lage horde/pionnen/ballen op de bank plaatsen. - Met drie-, viertallen, etc

Balwerpen/speerwerpen Leeftijd Inhoud Aandachtspunten 6-8 Slagwerpen met divers materiaal Werpen op hoogte (afwerphoek, slagbeweging) 6-9 Uitstaptechniek Bij uitstaptechniek: eerst uitstappen (goede been voor), dan werpen 8-11 Verlengen versnellingsbaan (van hupje naar 3-pas) 9-12 Toewerpen naar werpen met langer materiaal (leren werpen in de richting van het voorwerp) 11-15 Start met echte speren 12-16 Toewerken naar het verder verlengen van de versnellingsbaan. Kies hiervoor aanloopvormen waarbij gestart wordt met de speer achter Meer aandacht voor versnelling en actief stoppen en strekken (fixatie niet werpzijde) Slagbeweging en slingervormen niet in zelfde training Arm ontspannen, ver hoog achter 15-17 16-18 Verder verfijnen van complexere technieken op basis van individuele mogelijkheden waarbij afwerpsnelheid van de speer maximaal is Aanlopen op hogere snelheid waarbij aandacht voor het naar achter brengen van de speer tijdens de aanloop Vroegtijdig bewegingen inzetten door voorspanning en vormspanning voor het verkrijgen van maximale werpimpuls Bron: Leerlijnen binnen de atletiek (Atletiekunie) december 2013

Slagwerpen met divers materiaal - Werp de ballen over de lijn in de dozen. - Werp de ballen over de lijn in de dozen nadat deze van achter zijn aangegeven door een ander - Werp de ballen over de lijn in de dozen na terug te hebben gestapt in een fietsband Slagwerpen met divers materiaal en (opstap naar) 3-pas aanloop - Werp de ballen/300gr speren over de lijn in de dozen vanuit een aansluitpas - Werp de ballen/300gr speren over de lijn in de dozen vanuit een aansluitpas na terug stap in een fietsband - Werp de ballen/300gr speren over de lijn in de dozen vanuit een 3- pas na terug stap in een fietsband Toewerken naar langere aanloop - Stap-stap 3-pas - Stap-stap-stap-stap 3-pas - Dribbel 3-pas Diverse materialen

Spelideeën Kaatsen via de muur De dikke en de dunne Mikken

Mikken Mikken met de groep

Mikken op een bal Mikken op kranten

Mikken op je (minst) favoriete persoon Mikken door hoepels Kaatsen op de mat

Zo hard mogelijk kaatsen Zo hard mogelijk geluid maken met een ton

Gooi de doos kapot Zo hard mogelijk tegen de emmer

Zo hard mogelijk Gooi de ballen op de verste bank er af. Van achter naar voren gooien

Van achter naar voren gooien