Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Vergelijkbare documenten
Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Onderwijs en Maatschappij (OMA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X

Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Didactische competentie oefenlessen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Communicatie en overleg (COO) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Leraar en verantwoordelijkheden (LEV) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X

Didactische competentie oefenlessen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Klasmanagement (KLM) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Klasmanagement (KLM) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

ECTS-fiche Didactische competentie praktijkinitiatie (DCP)

Onderwijs- en onderzoeksopdrachten (OOO) A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

1. Functionele gehelen

Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches. ECTS-Fiche Vakdidactische oefeningen 1 Code: Academiejaar: Aantal studiepunten: 6

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische Competentie algemeen. Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale

ECTS-fiche VAKDIDACTISCHE STAGE

De competenties die prioritair aan bod komen tijdens dit opleidingsonderdeel zijn:

ECTS-fiche. Opleiding Didactische Competentie algemeen

De verhouding tussen de basiscompetenties, de Dublindescriptoren en de domeinspecifieke leerresultaten

A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel

ECTS- FICHE. Bij aanvang van dit opleidingsonderdeel dient de cursist over de volgende competenties te beschikken:

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel: Gretel Van Heukelom

ECTS- FICHE. L.Fret, H. Hicketick, S. Van Schoubroeck

1. Welke redenen zouden je ertoe aanzetten (of hebben je ertoe aangezet) voor het beroep van leraar/lerares te kiezen?

Competentiegerichte Standaard voor Praktijk

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel: Gretel Van Heukelom. De cursist moet de volgende opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen:

Gender en interculturaliteit

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Module Didactische competentie stage 3

Functiebeschrijving beleidsmedewerker

Vakdidactiek: inleiding

Eindevaluatiedocument

Basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke Lerarenopleiding_SLO

De cursist moet geen opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen.

Ondersteuning door kennis van :

Functiebeschrijving leraar lager onderwijs

Functiebeschrijving leraar

Functiebeschrijving leerkracht bewegingsopvoeding in het lager en kleuteronderwijs

De 10 basiscompetenties van de leraar

BEOORDELING STAGE DOOR DE VAKMENTOR

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische competentie oefenlessen

ECTS-fiche Theorie (T) 3 Praktijk 7 Praktijkgerichte 5,1 onderwijsactiviteiten (PO) Preservicetraining (PT) 1,9

Basiscompetenties, opleidingsspecifieke accenten en attitudes KdG

Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs Beste student, beste klasmentor,

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Module Didactische competentie stage 2

Beste student, beste klasmentor,

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke lerarenopleiding Maatschappelijk en beroepsgericht handelen in de onderwijspraktijk

Functiebeschrijving leraar kleuteronderwijs

Functiebeschrijving van onderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties

Functiebeschrijving van kleuteronderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties

* schrappen wat niet past

Functiebeschrijving mentor

Opleidingsparaktijk: 0,4 studiepunten. Pre-servicepraktijk: 0,6 studiepunten. 1 studiepunt komt in Vlaanderen overeen met 25 à 30 studie-uren.

Specifieke lerarenopleiding

RECEPTIE- EN HOTELHUISHOUDING

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Onderwijs : secundair onderwijs

Gelieve dit document ingevuld terug te bezorgen aan: Faculteit Letteren KU Leuven Blijde-Inkomststraat Leuven

1. Stageopdracht. Beste vakmentor

ECTS-fiche: Gender en lifestyle

ECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk oriëntatie

Word jij leerkracht op de Tienerschool?

Studiewijzer Diversiteit

PROJECT BESTEMMING REISLEIDER EUROPA

De lat hoog voor iedereen! Conferentie Steunpunt GOK

STUDIEFICHE SVWO. identificatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40

Inhoud. ECTS Fiches (uitgebreide vakfiches) 'European Credit Transfer and Accumulation System'

Functiebeschrijving van leerkracht bewegingsopvoeding kleuteronderwijzer. Bijlage 3: Basiscompetenties

ECTS-fiche Theorie 5 Praktijk 1 Praktijkgerichte 0,4 onderwijsactiviteiten (PO) Preservicetraining(PT) 0,6

Hoe kunnen we leraren in opleiding voorbereiden op lesgeven in een inclusieve klas?

HBO5 Boekhouden/Accountancy (90 studiepunten) Bij Organisatie:

ECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk experiment

De lat hoog voor iedereen! Conferentie Steunpunt GOK

Belgische grondwet onderschrijft een strikte scheiding kerk en staat. Dit geldt ook voor de toepassing in het Onderwijs.

Kwaliteit van evaluatie bewaken op opleidingsniveau: werken met een toetsdossier Lieve Lootens 23 oktober 2014

Omgaan met diversiteit in de basiscompetenties voor de lerarenopleiding

Informatiebundel LIOtraject

ECTS- FICHE. Hoofdvestiging centrum CVO Horito Via secretariaat en/of website

Hoe bereiden we de toekomstige leerkracht voor op inclusie en inclusief evalueren binnen een klas?

1. Algemene situering van de cursus NCZ leraar secundair onderwijs-groep 1 2. Doel van de cursus NCZ

Kinderen begeleiden in ontwikkeling /2077/1718/1/45

Overzicht van de ECTS-fiches voor de specifieke lerarenopleiding

PEDAGOGISCHE OPLEIDING THEORIE

Didactische Competentie Algemeen Gecombineerd onderwijs (cursisten vooropleiding hoger onderwijs)

Basiscompetenties voor de leraar kleuteronderwijs

Functiebeschrijving ICT-coördinator basisonderwijs

1. Organisatie van Praktijk 2 Doorgroeistage

ONTWIKKELINGSSCHALEN ONDERWIJSLEERPRAKTIJK

De lat hoog voor iedereen! Conferentie Steunpunt GOK

Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO)

Transcriptie:

ECTS-FICHE MODULE Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4 Aantal studiepunten 6 (1 studiepunt staat voor een studiebelasting van 25u) Lestijden Totaal 80 Contacturen 52 Afstandsuren 28 Lectoren Els Craeghs Vrijstelling of overdracht Mogelijk onder specifieke voorwaarden X Niet mogelijk Verplicht Advies Vereiste begincompetenties / volgtijdelijkheid Geslaagd zijn voor Gevolgd hebben van Samen opnemen met Intake COO Datum laatste wijziging 03/02/2017 1

B. Competentieontwikkeling Centrale functioneel gehe(e)l(en) Functioneel geheel 1: De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen Functioneel geheel 3: De leraar als inhoudelijk expert Basiscompetenties Competentieniveau* 1.1 De leerkracht kan de beginsituatie van de leerlingen en de leergroep achterhalen. 1.2 De leerkracht kan doelstellingen kiezen en formuleren. 1.3 De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren. 1.4 De leerkracht kan de leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten. 1.5 De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen. 1.6 De leerkracht kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen. 1.7 De leerkracht kan een krachtige leeromgeving realiseren, met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep. Inzicht hebben in de praktische, leerling- en vakinhoudelijke kenmerken van de beginsituatie en hoe leerlingen(groepen) kunnen verschillen Inzicht hebben in de selectie-, classificatie- en formuleringscriteria van doelstellingen Voor de eigen vakken doelstellingen kunnen selecteren en formuleren op basis van leerplannen (2). Inzicht hebben in de leerinhouden in de leerplannen van het eigen vakgebied Uit het leerplan leerinhouden en leerervaringen kunnen selecteren (2). Inzicht hebben in de algemene ordeningsstructuren van leerinhouden Vanuit de leerplannen leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten (2). Inzicht hebben in de diversiteit van didactische werk- en groeperingsvormen Vanuit de leerplannen van de eigen vakken aangepaste werkvormen en groeperingsvormen kunnen kiezen en aanwenden (2). Inzicht hebben in de diversiteit van leermiddelen Aangepaste leermiddelen kunnen kiezen en aanwenden (2). Inzicht hebben in het verloop van leerprocessen en het belang van krachtige leeromgevingen 2

1.8 De leerkracht kan observatie en evaluatie voorbereiden, individueel en indien nodig in team. 1.9 De leerkracht kan proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie. 1.12 De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de leergroep. 1.13 De leerkracht kan leer- en ontwikkelingsprocessen opzetten, zowel vanuit de inhouden van zijn/haar vakgebied, als vanuit een vakoverschrijdende invalshoek. 3.1 De leerkracht beheerst de domeinspecifieke kennis en vaardigheden, en kan die verbreden en verdiepen. 3.2 De leerkracht kan de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aanwenden. 3.3 De leerkracht kan het eigen vormingsaanbod situeren en integreren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen. 4.2 De leerkracht kan een soepel en efficiënt les- en dagverloop creëren, passend in een tijdsplanning vanuit het oogpunt van de leerkracht en de leerlingen. 4.3 De leerkracht kan op correcte wijze administratieve taken uitvoeren. 5.1 De leerkracht kan vernieuwende elementen en resultaten van onderwijsontwikkelingswerk aanwenden en aanbrengen. 5.2 De leerkracht kan kennisnemen van toegankelijke resultaten van onderwijsonderzoek en van vakdidactisch en vakinhoudelijk onderzoek. Inzicht hebben in de plaats van evaluatie binnen de didactiek, visies op evalueren, evaluatievormen en -technieken In functie van de doelstellingen een evaluatie-instrument kunnen opstellen (2). Inzicht hebben in de functie van evaluatie voor leerkracht, leerling en school Inzicht hebben in het zorgbeleid, handelingsplanning, methoden en werkvormen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Inzicht hebben in het vakoverschrijdend werken als wezenlijke taak van iedere leraar Inzicht hebben in de eigen vakdeskundigheid en deze willen actualiseren, verbreden en verdiepen Inzien dat het overbrengen van inhouden en vaardigheden een methodische aanpak vereist Inzicht hebben in de ontwikkelingsdoelen, eindtermen en het leerplan en het eigen vormingsaanbod kunnen situeren in het geheel van het onderwijsaanbod Inzicht hebben in het belang van een goede planning en zicht hebben op factoren die invloed hebben op een efficiënt les- en dagverloop Eenvoudige administratieve taken plannen en uitvoeren (2). Het belang inzien van recente ontwikkelingen en vernieuwende inzichten voor de eigen onderwijspraktijk De relevantie van onderwijsonderzoek, vakdidactiek en vakinhoudelijk onderzoek voor de eigen lespraktijk inzien en gebruikte bronnen correct kunnen hanteren 3

Authenticiteit 7.3 De leerkracht kan de eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in het team bespreekbaar maken. 7.5 De leerkracht kan in Standaardnederlands adequaat in interactie treden met alle leden van het schoolteam. 9.2 De leerkracht kan dialogeren over zijn beroep en zijn plaats in de samenleving. Het belang inzien van zelfreflectie en feedback over de eigen pedagogische en didactische aanpak Kennis hebben van en bereid zijn te communiceren in het Standaardnederlands Inzicht hebben in de basiscompetenties en het beroepsprofiel van de leraar * Toelichting competentieniveaus Niveau 4 - Doen in eigen Niveau 3 - Doen Niveau 2 - Tonen Niveau 1 - Weten (hoe) 4

Attitudes** A1 beslissingsvermogen A2 relationele gerichtheid A3 kritische ingesteldheid A4 leergierigheid A5 organisatievermogen A6 zin voor samenwerking A7 verantwoordelijkheidszin A8 flexibiliteit ** Toelichting attitudes Aan de basiscompetenties worden acht attitudes gekoppeld. Het gaat om beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid, leergierigheid, organisatievermogen, zin voor samenwerking, verantwoordelijkheidszin en flexibiliteit. Volgende attitudes worden binnen deze module beoogd: Beslissingsvermogen: Durven een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor dragen. Relationele gerichtheid: In contacten met anderen kenmerken van echtheid, aanvaarding, empathie en respect tonen. Kritische ingesteldheid: Bereid zijn zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen. Leergierigheid: Actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen. Organisatievermogen: Erop gericht zijn de taken zo te plannen, te coördineren en te delegeren, dat het beoogde doel op een efficiënte manier bereikt kan worden. Zin voor samenwerking: Bereid zijn in interactie te treden met anderen en probleemoplossend te werk te gaan. Verantwoordelijkheidszin: Zich verantwoordelijk voelen voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van leerlingen te bevorderen. Flexibiliteit: Bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, zoals middelen, doelen, mensen en procedures. 5

Omschrijving inhoud 6 C. Inhoud en organisatie De cursisten doen kennis op van didactische begrippen die nodig zijn in de klaspraktijk. Met didactische begrippen bedoelen we beginsituatie, doelstellingen, leerinhoud, didactische principes, didactische werkvormen, media en evaluatie. We vertrekken vanuit de didactische spiraal van Tielemans en werken de elementen van de spiraal uit om deze tot slot terug samen te brengen in het maken van een lesvoorbereiding. Omschrijving organisatie Studiemateriaal en leermiddelen Cursus DCA Opdrachtenbundel Extra materialen (zoals de presentaties van de lessen, oefeningen, leermiddelen ter verdieping en verbreding) worden via smartschool beschikbaar gesteld. Werkvormen Tijdens de lessen wordt gebruik gemaakt van een combinatie van werkvormen: doceren, onderwijsleergesprek, leergesprek, groepswerk, partnerwerk, oefening aanbieden, zelfstandig opzoeken, flipping the classroom, Er wordt zo veel mogelijk gebruik gemaakt van activerende werkvormen. Opdrachten gecombineerd onderwijs Het gecombineerd onderwijs bestaat uit het voorbereiden van de leerinhouden van de module DCA en het maken van de opdrachten in de opdrachtenbundel. In deze opdrachten gaat de cursist zelfstandig de inhouden toepassen binnen het eigen vakgebied. Evaluatieactiviteiten Opdrachten: o Opdracht 1: Leerplan o Opdracht 2: Lesdoelstellingen formuleren o Opdracht 3: Leerinhoud o Opdracht 4: Didactische principes D. Evaluatie

o Opdracht 5: Didactische werkvormen o Opdracht 6: Lesvoorbereiding o Opdracht 7: Evaluatie o Opdracht 8: Zelfreflectie Examen Evaluatiemodaliteiten De module DCA wordt op een totaal van 600 punten beoordeeld. De cursist moet de basiscompetenties verbonden aan de module beheersen op het competentieniveau dat gekoppeld is aan de module. De cursist dient minstens 50% te behalen op de opdrachten en minstens 50% op het examen om te kunnen slagen voor de module DCA. Herexamen Een voorwaarde om te kunnen slagen op de opdrachten uit de opdrachtenbundel is het indienen van élke opdracht. Na gunstig advies van de delibererende klassenraad is een herexamen mogelijk voor de evaluatieactiviteiten waarop de cursist een onvoldoende heeft behaald. 7