Verslag van de informatiebijeenkomst voor woonboot-bewoners en -eigenaren van: Projectgebied: Centrum VII Projectbureau Schoonschip d.d. 16 januari 2013 Centrale Bibliotheek OBA, te Amsterdam Aanwezig: Van Projectbureau Schoonschip: Ronald Roozeboom (coördinator Waternet), Henny van Gellekom (projectleider) en Marleen Hulshoff (projectsecretaris) Installateurs: Winder Pomptechniek, Homa Pompen Bewoners. 1. Opening Henny van Gellekom heet de aanwezigen welkom. Het projectbureau start deze voorlichting voor het projectgebied Centrum VII omdat per ligplaats aansluitpunten op het straatriool zijn of binnenkort zullen worden gerealiseerd door Waternet. Van de bijeenkomst wordt een kort verslag gemaakt, waarin antwoord wordt gegeven op de gestelde vragen. De vragen en antwoorden zijn naar onderwerp gegroepeerd. Bewoners ontvangen dit verslag per post. Het verslag zal tevens op de website van het projectbureau geplaatst worden (www.projectbureauschoonschip.nl onder de rubriek documentatie/verslagen bijeenkomsten). 2. Projectbureau Schoonschip Projectbureau Schoonschip is ontstaan uit een samenwerking tussen Rijkswaterstaat Noord- Holland (RWS) en het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV), dat in deze vertegenwoordigd wordt door Waternet. Het samenwerkingsproject heeft als doel de lozingen vanuit woonboten in oppervlaktewaterlichamen te doen (laten) beëindigen door de woonboten te laten aansluiten op de riolering. Het projectbureau is voornamelijk in het leven geroepen om woonbootbewoners hierbij te ondersteunen middels voorlichting, het uitvoeren van een schouw aan boord etc. Projectbureau Schoonschip is bereikbaar via: telefoonnummer 020-5850 550 (telefoondienst) per e-mail: info@projectbureauschoonschip.nl. Veel informatie is te vinden op de website: www.projectbureauschoonschip.nl 3. Wettelijk kader De Europese wet- en regelgeving is in Nederland uitgewerkt in een aantal wetten en besluiten. In eerste instantie zijn de regels met betrekking tot lozing van huishoudelijk afvalwater vastgelegd in het Lozingenbesluit Wvo huishoudelijk afvalwater (1997). In het Lozingenbesluit werd bepaald dat alle ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater op oppervlaktewater uiterlijk 1 januari 2005 beëindigd moesten zijn. Deze doelstelling bleek in de praktijk echter niet haalbaar. Met het oog op de bijzondere situatie van 1
woonbootbewoners, is in het per 1 januari 2008 van kracht geworden Besluit lozing afvalwater huishoudens 1 een aparte regeling getroffen voor de beëindiging van lozingen vanuit woonschepen op oppervlaktewater. Dit besluit maakt een tijdelijke ontheffing van het lozingenverbod mogelijk indien er een concreet plan van aanpak met een duidelijke tijdslimiet is. In de gemeente Amsterdam zijn, afhankelijk van het gebied, zowel AGV als RWS het bevoegd gezag met betrekking tot het waterkwaliteitsbeheer van het oppervlaktewaterlichaam. De in dit betreffende projectgebied (Centrum VII) aangeschreven woonboten liggen in oppervlaktewater waar AGV het bevoegd gezag is. De gemeente heeft de zorgplicht voor het transport van afvalwater (lees: de aanleg van riolering). De lozer moet zijn binnenhuisriolering op orde hebben en kunnen aansluiten op het riool als deze binnen 40 meter van een lozingspunt ligt. Moet alle afvalwater op het riool geloosd worden? Ja, er mag geen huishoudelijk afvalwater meer geloosd worden op het oppervlaktewater. Regenwater hoeft niet opgevangen te worden. Mag ik een kraan in de punt van het schip vrij laten en niet aansluiten op de pompinstallatie? Er mag volgens de wetgeving niet meer geloosd worden op het oppervlaktewater. Er kan ook voor gekozen worden de kraan te verwijderen c.q. niet meer te gebruiken of bij incidenteel gebruik het kraanwater op te vangen in een emmer, zodat hiervoor geen (dure) afvoerleiding aangelegd hoeft te worden. Bestaan er mogelijkheden voor ontheffing of uitstel? Als er een gegronde reden is (bijvoorbeeld vervanging van de woonboot) kan er uitstel aangevraagd worden. Neem hiervoor tijdig contact op met de afdeling Handhaving. Een ontheffing voor het lozen is echter altijd tijdelijk en gebonden aan voorwaarden die per aanvraag bekeken worden. 4. Uit te voeren werkzaamheden De werkzaamheden zijn te onderscheiden in: a. uit te voeren door de lozer: - aan boord: leidingen centraliseren - plaatsen pomp en maken wanddoorvoer - aanbrengen verbindingsslang tussen pomp en walaansluiting b. uit te voeren door de gemeente: - aanleg riolering tot aan de wal; - realisatie individueel aansluitpunt in de kademuur per woonark In Amsterdam is besloten dat de aanleg van de riolering planmatig en waar mogelijk, wordt gerealiseerd in combinatie met andere werkzaamheden van het stadsdeel in het betreffende gebied. Dit betekent dat het mogelijk is dat woonboten in de buurt nog niet, of al eerder zijn benaderd door Projectbureau Schoonschip. In opdracht van de gemeente maakt Waternet een aansluitpunt waarop u kunt aansluiten op de riolering. Het aansluitpunt loopt via een pijp uit op een put die is voorzien van een afsluitkraan met terugslagklep. Omdat de meeste woonboten lager liggen dan (het aansluitpunt in) de kade is een vuilwaterpomp nodig om het afvalwater weg te pompen. 1 gepubliceerd in Staatsblad 468, 2007, te lezen via overheid.nl 2
Er liggen nog geen putten of aansluitpunten in de kade bij mijn woonboot. Dat kan kloppen, Waternet zal in dit projectgebied de aansluitpunten aanleggen in het eerste kwartaal van 2013. Wordt er gebruik gemaakt van de bestaande put in de kade waar het drinkwater doorheen gaat? Nee, er wordt een aparte leiding gelegd voor het afvalwater met een eigen put waar de keerklep en de afsluiter zich in bevinden. Kunnen de putten in de kade tegen de belasting van verkeer en/of geparkeerde auto s. De putten van het walaansluitpunt liggen in Amsterdam noodgedwongen vaak in parkeervakken. Zij worden voorzien van een gietijzeren beschermdeksel om hiertegen bestand te zijn. Kan ik met een pvc buis aansluiten op het aansluitpunt in de kade? Het is verstandig een flexibele walslang te gebruiken. N.B. Voor het bevestigen van een slang of leiding op het aansluitpunt is altijd een klemkoppeling nodig. Kijk voor aanvullende informatie in het PvE dat u via de website van het projectbureau kunt raadplegen. Als de slang met een klem-/knelkoppeling vastzit, kan ik dan nog wel naar de werf wanneer dat nodig is? Ja, de walslang kan altijd (tijdelijk) losgekoppeld worden. Hoeveel woonboten maken van een aansluitpunt gebruik? Eén. Voor elke woonboot wordt een aparte leiding naar het hoofdriool gelegd met een eigen keerklep en afsluiter in een put. Moet de woonboot de werf op voor het plaatsen van de installatie? Meestal is dit niet nodig en kan de installatie op het water worden uitgevoerd. Mijn woonboot ligt erg dicht langs de kade. Hoeveel ruimte is nodig tussen de wal met het aansluitpunt en de woonboot om de walslang goed aan te kunnen leggen? Ongeveer 30 cm is voldoende. Het is wel belangrijk dat de uitgang van de walslang uit de woonboot dan niet recht tegenover het aansluitpunt wordt gemaakt zodat er nog ruimte overblijft om met haakse bochten de walslang aan te leggen. Hoeveel stroom is nodig om de pomp te laten functioneren? Ik heb op mijn woonboot als ik vaar slechts beschikking over 24 Volt. Lage spanning van 24 Volt wordt niet aangeraden. De pomp functioneert op 220 Volt. Indien de mogelijkheid bestaat wordt krachtstroom (380/400 Volt) geadviseerd. Hiervoor is wel een aparte groep in de stoppenkast nodig. 3
5. Pompinstallatie Er wordt uitgegaan van een pomp met een vrije doorlaat. Een versnijdende pomp is in de regel niet nodig. In voorkomende gevallen bestaat de kans dat een versnijdende pomp toch nodig is; wanneer een grote afstand of hoogteverschil moet worden overbrugd. Het projectbureau adviseert bewoners om hierover goed met de installateur en gemeente/ Waternet te overleggen. In het Programma van Eisen (PvE) staan de eisen vermeld, waaraan de boordvoorziening (pomp, wanddoorvoer, verbindingsslang etc.) tot aan de aansluiting op het riool moet voldoen om te kunnen spreken van een deugdelijke boordvoorziening. Het projectbureau benadrukt dat de installaties die in de presentatie getoond worden onder ideale omstandigheden zijn geïnstalleerd en erkent dat de werkelijkheid vaak gecompliceerder is en dat voor iedere woonboot afzonderlijk bekeken moet worden wat de mogelijkheden zijn. Wanneer de pomp op het riool wordt aangesloten moet de afsluiter in de kade geopend zijn. Anders kan het afvalwater niet worden weggepompt. Als u twijfelt of de afsluiter openstaat kunt u hierover contact opnemen met Waternet. Wat moet ik doen als ik geen lager punt of kruipruimte heb op de woonboot om een pomp te plaatsen. Soms is het mogelijk een bestaande kast een verdiepte bodem te geven en daarin de pomp te plaatsen. Het kan ook nodig zijn een hulppomp te installeren voor het afvoeren van een deel van het afvalwater naar de hoofdpomp. Een schouw aan boord van het schip kan inzicht geven in de oplossingen voor het plaatsen van de vuilwaterpomp. Moet er een versnijder op de pomp zitten? Nee, het projectbureau en de rioolbeheerder gaan uit van gebruik van pompen met een vrije doorlaat. In de regel heeft een versnijdende pomp meer nadelen dan een niet versnijdende. Een versnijdende pomp maakt meer geluid en vertoont vaker storingen aan boord dan een niet versnijdende pomp. Daarnaast veroorzaakt een versnijdende pomp in het algemeen aangekoekt vuil in het riool en is daardoor niet wenselijk voor de rioolbeheerder. Het rioolstelsel is zo aangelegd dat op bijna alle plaatsen kan worden volstaan met een pomp met een vrije doorlaat. Een bestaande versnijdende pomp hoeft echter niet te worden vervangen om in aanmerking te komen voor de subsidie van AGV. Omdat de afvoerleiding vaak smaller is, zal er wel een verloopstuk moeten worden aangelegd tussen de afvoer van de pomp en het aansluitpunt in de kade. Een installateur kan u hierover adviseren. Kunnen die pompen alles aan wat er door de wc gespoeld wordt? Alles wat normaal gesproken in het riool geloosd mag worden kan ook door de pompinstallatie met vrije doorlaat verwerkt worden. Mogen de leidingen aan boord ook flexibel zijn in plaats van rechte pvc leidingen? De walslang tussen het schip en de kade/wal dient flexibel te zijn. Of er aan boord rechte of flexibele leidingen gebruikt kunnen/ moeten worden is afhankelijk van de mogelijkheden aan boord en de wensen van de bewoner. Een schouw kan uitkomst bieden om de verschillende mogelijkheden te bekijken samen met een installateur. 4
Gaat een ontluchtingsleiding naar het dak? In veel gevallen verlaat de leiding voor ontluchting (en ook beluchting) de woonboot via het dak, soms is het mogelijk een oude afvoer te gebruiken of een leiding te leggen tot boven de waterlijn die dan ook dienst kan doen als noodoverstort. Wordt het thermolint om de leiding heen gelegd of erdoorheen? Beide opties zijn mogelijk. Omdat het afvalwater betreft is het ook toegestaan het thermolint door de afvoerbuis heen te leggen. Bespreek dit met de schouwer of uw installateur. Als ik veel ga varen met mijn woonboot, hoe moet ik het afvalwater dan opvangen? Op het moment dat u gaat varen met het schip valt u onder andere regelgeving (voor plezier- of beroepsvaart). Als er ruimte is op het schip, kunt u kiezen voor een groter reservoir aan boord. Het afvalwater kan dan later op het eigen aansluitpunt of een verzamelpunt in een haven geloosd worden. Blijft er geen vet en/of vuil achter in de pomp? Er zal zich, ook bij zorgvuldig gebruik van het rioolsysteem, altijd vet en vuil in de pomp verzamelen. Periodiek onderhoud waarbij de installatie wordt schoongemaakt is daarom aan te raden. 6. Schouw aan boord Het project biedt de mogelijkheid in de periode januari/ februari een (door het project betaalde) individuele schouw aan boord te laten uitvoeren. Naar aanleiding van dit bezoek wordt een schouwrapport opgesteld waarmee bewoners zelf aan de slag kunnen of opdracht kunnen geven aan een installateur. Het schouwrapport is informatief bedoeld. Het rapport geeft inzicht in de individuele situatie van iedere woonboot en laat zien hoe de vuilwaterpunten gecentraliseerd kunnen worden en wat een goede locatie voor de pomp is. Ook maakt het schouwrapport eventuele knelpunten inzichtelijk. De schouw is niet verplicht. U ontvangt per brief de naam van het bedrijf dat gaat schouwen in het projectgebied Centrum VII. Voor de aanleg van een installatie aan boord hoeft u geen gebruik te maken van het bedrijf dat de schouw heeft uitgevoerd. U bent vrij zelf een bedrijf hiervoor te kiezen. 7. Subsidie RWS en AGV hebben besloten subsidie te verstrekken voor een deel van de kosten. Dit besluit houdt mede verband met het feit dat de kosten voor de aansluiting bij een woonboot door de specifieke situatie in het algemeen hoger zijn dan de kosten voor een gemiddelde huisaansluiting op de vaste wal. Door de subsidieregeling worden woonbootbewoners tegemoet gekomen in deze hogere kosten. De subsidieregeling van AGV kent een maximum subsidiebedrag van 1.250,- per woonboot. AGV stelt wel eisen aan de pompinstallatie om in aanmerking te komen voor de subsidie. Deze worden beschreven in het PvE. Kijk voor overige voorwaarden voor subsidie op www.projectbureauschoonschip.nl/ subsidie. Is het subsidiebedrag inclusief of exclusief BTW? Het maximale subsidiebedrag is 1.250,-,Het betreft een zogeheten netto-bedrag: er wordt geen BTW gerekend. 5
Op basis waarvan wordt de hoogte van het subsidiebedrag bepaald? Het subsidiebedrag wordt bepaald afhankelijk van de aantoonbaar gemaakte kosten middels te overleggen rekeningen. Wanneer deze gelijk aan of hoger zijn dan 1.250,- wordt het maximale subsidiebedrag toegekend, mits ook aan de overige eisen voldaan is. Kan ik de kosten voor het dichtlassen van oude standpijpen op de helling ook declareren in de subsidieaanvraag? De subsidiabele kosten zijn terug te vinden in de Subsidieregeling Riolering Woonboten van het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Op de site van Projectbureau Schoonschip treft u een link naar dit document via de pagina Aanvragen subsidie. 8. Planning en Handhaving Zowel RWS als AGV is gehouden tot bestuursrechtelijke handhaving van de bepalingen uit het Besluit lozing afvalwater huishoudens. AGV/ Waternet is het bevoegd gezag voor het oppervlaktewater in het voorgelichte gebied Centrum VII. De projecttermijn van twaalf maanden die voor realisatie van een aansluiting op de riolering wordt vastgesteld start voor de bewoners in dit projectgebied op 1 februari 2013 en loopt tot en met 31 januari 2014. Dit is fase 2 van het project. Bewoners die geen gebruik maken van de mogelijkheid te schouwen aan boord, kunnen dit gegeven niet opvoeren als argument om buiten de gestelde termijn te vallen. Na 31 januari 2014 zal Waternet als handhaver van het Besluit lozing afvalwater huishoudens optreden. In de praktijk betekent dit dat, wanneer er nog steeds geloosd wordt op het oppervlaktewater, er eerst een dwangsom wordt opgelegd van 15.000,- verdeeld over 5 termijnen van 3.000,-, die eventueel gevolgd wordt door een gerechtelijke procedure. Meer informatie hierover vindt u in de nieuwsbrief van Projectbureau Schoonschip van januari 2010, die u kunt raadplegen via de site van het projectbureau. De datum waarop er in het projectgebied Centrum VII niet meer geloosd mag worden in het oppervlaktewaterlichaam is daarmee door het projectbureau vastgesteld op 1 februari 2014. Op deze datum gaat het handhavingtraject in. U ontvangt hierover binnen enkele weken ook een officiële brief van de afdeling Handhaving van de oppervlaktewaterbeheerder: AGV/ Waternet. Overig Met dank aan de aanwezigen en de afspraak dat de bewoners een verslag van de bijeenkomst toegestuurd krijgen, sluit Henny van Gellekom de bijeenkomst af. 6