Het College van B&W legt de ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg ter vaststelling voor aan

Vergelijkbare documenten
Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 10 oktober 2016 Agenda nr: Onderwerp: Vaststelling Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg. Aan de gemeenteraad,

\ Raadsvoorstel. Zaak Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg. Portefeuillehouder: Wethouder Thomas. Nummer:

Voorstel raad en raadsbesluit

GEMEENTE NUTH Raad: 27 september 2016 Agendapunt: RTG: 13 september 2016

STAPPENPLAN VOOR NIEUWE WONINGBOUWINITIATIEVEN geldt voor elk nieuw initiatief

Onderwerp Artikel Bro Vooroverleg bestemmingsplan Hoeve Blankenberg, hierna te noemen het plan.

Ter uitwerking van het Provinciaal Omgevingsplan (POL) wordt een intergemeentelijke Structuurvisie

GEMEENTE ONDERBANKEN

De gemeente Maastricht heeft twee initiatieven geselecteerd als pilots voor tijdelijke huisvesting. Er

Woonvisie. Gemeente Nuth Raadsbijeenkomst 12 april 2016

CVDR. Nr. CVDR602595_1

VOLGNUMMER DATUM ORGANISATIEONDERDEEL BO-Ruimte

Voorstel raad en raadsbesluit

verkoop woningen Servatius PCMM Vanderbroeck E 1. verzoek Servatius Wonen & Vastgoed

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 2 november 2015 Agenda nr: 10 Onderwerp: Regionaal afwegingskader wonen Maastricht-Heuvelland. Aan de gemeenteraad,

Het college heeft besloten dat de portefeuille van voormalig wethouder Gerdo van Grootheest

Het college vraagt de gemeenteraad het bestemmingsplan Studentenhuisvesting Hotel Management

toelichting aanvaarding actualisering regionale woonvisie 2017

Artikel 1 Definities

Vaststellen plan van aanpak herijking Regionale Structuurvisie Wonen Noord-Limburg

Het College heeft een intentieovereenkomst gesloten met de ontwikkelaar van initiatieven voor de

VMLJ Sweelssen. Telefoonnummer:

De volkshuisvestelijke opgaven. Gennep, 6 januari 2015 Anne-Fleur Dijkstra

vraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Weert 8 oktober 2014

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A. van Hunnik (GroenLinks) (d.d. 15 maart 2016) Nummer 3156

T van der Linden Telefoonnummer: Bijlagen B3_beantwoording binnengekomen reacties

Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg

Regionaal Woonbeleid: stand van zaken 2015

Datum 27 maart 2017 Behandeld door Leon Langenhuizen. Stand van zaken regionaal actieprogramma uit de Regionale Structuurvisie Wonen Noord-Limburg

*ZE9E061ECF3* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Roerdalen 19 november 2014

Uitvoeringsprogramma Retail Parkstad Limburg. Kennisnetwerk Nieuwe Binnensteden, Platform 31 Utrecht, 30 mei 2018

1. Onderwerp Huisvesting bijzondere doelgroepen in de regionale woonagenda 2017 Holland Rijnland. 2. Rol van het

B_1 - Uitkomsten nulmeting. herbestemming niet voor bewoning bestemde gebouwen. B_3 - Concept brief stakeholders

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016

POL-uitwerking werklocaties - Regionale visie detailhandel Noord Limburg

Voorstel raad en raadsbesluit

Basisdocument regionale afspraken woningbouw. Stec Groep aan gemeenten en provincie Noord-Holland

Regionale en subregionale Woonagenda s

Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg

Voorstel raad en raadsbesluit

Adviesnota aan gemeenteraad

Uitvoeringsprogramma Retail Parkstad Limburg

Raadsmemo. Tbo. rvi. Gemeente Mook en Middelaar

Dossiercode: Bijlagen: Verzonden:

Voorstel aan de gemeenteraad

Ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg

De Brabantse Agenda Wonen

Het college legt het raadsvoorstel reparatie bestemmingsplan Tapijn voor aan de raad. Hiermee

Toelichting herijking stedelijke programmering woningbouw Tima van der Linden

4Nieuwbouw" Discussienotitie"werkconferentie"Regionale"Woonvisie!!! 17!maart!2015!!!!!!!!!

THEMABIJEENKOMST WONEN. 29 juni 2015

Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011

Reactienota concept geactualiseerd Woningbouwprogramma gemeente Harlingen

Raadsvoorstel. Bevoegdheid Raad. Vergaderdatum: 20 oktober 2015 Registratienummer: 2015/61 Agendapunt nummer: 9. Onderwerp Detailhandelsvisie

Opdrachten. Werkplaats Wonen Doel Een evenwichtige en toekomstbestendige woningmarkt.

Rol provincie bij nieuwbouw. Klik op de kavels voor meer informatie. De provincie is aanjager, kennismakelaar, verbinder, beleidsmaker en regelgever.

Datum: Informerend. Datum: Adviserend 01/11/ /09/ /1/2019

NR. GEMEENTEBESTUUR UITGEEST. Nota / advies van: Mw. mr. J. (Jelly) Beentjes Behandelende afdeling: Ruimte Datum:

Vanwege ontwikkelingen in de accountantscontrole Sociaal Domein 2015 moeten we het tijdpad van

De ladder en duurzame verstedelijking in Brabant

Voorstel raad en raadsbesluit

Betreft: aanscherping bod voor nieuwe regionale woningmarktafspraken

Ondertekening Retaildeal

RIGO Research en Advies Woon- werk- en leefomgeving Aansluiting plan Lingerzijde op de actuele regionale woningbehoefte

De Maastrichtse corporaties Woonpunt, Maasvallei en Servatius hebben besloten het Woningburo te

Raadsinformatiebrief. De gemeenteraad van Albrandswaard. Betreft: bod voor nieuwe regionale woningmarktafspraken. Geachte raadsleden,

Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen

Raadsvoorstel Vaststellen 'Woonvisie Eindhoven

Thema wonen 2a. Regionale agenda wonen 2017 Bijlage 2a1 en 2a2

GS brief aan Provinciale Staten

De huidige grens Bebouwde Kom Maastricht is vastgesteld in In de afgelopen jaren hebben

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Portefeuillehouder: ing. R.J.J. Ridderbeek. Aa n bested i ngstoets: nee

Het College heeft reeds op 15 november 2016 de collegenota l Contracten inkoop Wmo en

Raadsvergadering. 11 juni Onderwerp Vaststelling huisvestingsverordening regio Utrecht 2015, gemeente Bunnik

De gemeenteraad van Wijchen

venlo Raadsnotitie GEMEENTEBESTUUR Lokaal woonbeleid 5 H. Brauer

Instemmen met Regionale visie detailhandel Metropoolregio Eindhoven Datum voorstel: 24 juli 2015 Vergaderdatum: 22 september 2015 Registratienr.

Voorstel aan de Raad. Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 8 maart 2017 / 19/2017. Fatale termijn: besluitvorming vóór: N.v.t.

Regels voor nieuwe woningbouwplannen in Zuid-Limburg

Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland

Provincie Limburg. gek. 3 O JAN VERZONDEN 3 0JAN.20U 2014/5424 GRIF. DOCnr. Provinciale Staten. CASnr. ID.

Het college gaat akkoord met de gebiedsontwikkeling in de directe omgeving van treinstation

Actualisatie Woonplan Emmen 2020 Nota Zorgeloos Wonen

Tijd voor keuzes in Noord-Holland Noord

REACTIENOTA ZIENSWIJZEN BESTEMMINGSPLAN HARLINGEN - LUDINGA

Datum: Informerend 18/

Woonmonitor Limburg Kaartenboek

Besluit tot coördinatie procedures Ressen/Bouwmarkt

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Raadsvoorstel. 22 mei Geachte raad,

Vaststellen Regionale structuurvisie Wonen Noord-Limburg

Provinciaal Omgevingsplan Limburg

Ladder voor duurzame verstedelijking voormalige Willem Alexanderschool Welleweg Rijssen

Provincie Zuld - Holland 0 8 JULI Datum Ofitvinfiat. bfjtage(n) 1

0 Ter besluitvorming door de Raad. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Bestemmingsplan Nijmegen Dukenburg -13 (Meijhorst 60-10)

Transcriptie:

Samenvatting Het College van B&W legt de ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg ter vaststelling voor aan de raad. De Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg (SVWZL) is een gezamenlijke ruimtelijke visie op de Zuid-Limburgse woningmarkt en is opgesteld door de 18 gemeenten in Zuid-Limburg. De SVWZL is gericht op het versterken van de aantrekkelijkheid van Zuid-Limburg door vraag en aanbod op de woningmarkt beter op elkaar af te stemmen. Omdat ruimtelijke ontwikkelingen in één gemeente directe invloed hebben op andere gemeenten is er een gezamenlijke visie ontwikkeld. Van 6 januari t/m 16 februari 2015 heeft de ontwerp-svwzl ter inzage gelegen bij de 18 gemeenten. Daarop zijn er een aantal reacties ingediend. De ingediende reacties gaan grotendeels over de compensatieregeling voor harde plannen. De belangrijkste wijzigingen naar aanleiding van deze reacties betreffen de status van sloop uit het verleden en versoepeling van de compensatieplicht voor nieuwe plannen. Beslispunten 1. De nota reacties bij ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg vast te stellen. 2. De ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg inclusief de nota reacties bij ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg ter vaststelling voor te leggen aan de raad conform bijgevoegd raadsvoorstel. 3. Akkoord te gaan met het rondebriefje voor de behandeling van het raadsvoorstel op 13 september 2016 (Raadsronde). Besluit Burgemeester en Wethouders 19 juli 2016: Conform. Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 1 Collegedatum: 19 juli 2016 Registratienummer: 2016-23703 Portefeuillehouder: Wethouder Van Grootheest Behandelend ambtenaar: BO Ruimte, EJP Gruisen

1. Aanleiding In november 2015 heeft uw College besloten de vaststellingsprocedure van de SVWZL te starten door deze in ontwerp te publiceren. De SVWZL heeft van 6 januari 2016 tot en met 16 februari 2016 in ontwerp ter inzage gelegen. Bij de 18 Zuid-Limburgse gemeenten zijn circa 20 unieke reacties binnen gekomen (een groot aantal reacties is aan meerdere gemeenteraden gericht). Deze reacties zijn door de ambtelijke werkgroep van een antwoord voorzien en een eventueel wijzigingsvoorstel. Deze zijn tijdens het Bestuurlijk Overleg Wonen Zuid-Limburg van 11 mei en 26 mei besproken en geaccordeerd. In de bijlage treft u de ontwerp Structuurvisie Zuid-Limburg en de nota reacties bij ontwerp SVWZL aan, waarin de reacties zijn beantwoord en de wijzigingen op het ontwerp zijn geduid. Uw college wordt verzocht de nota reacties bij ontwerp SVWZL en de bijbehorende wijzigingsvoorstellen vast te stellen en te besluiten beide stukken ter vaststelling aan de gemeenteraad voor te leggen. 2. Context Het afgelopen jaar is parallel gewerkt aan het opstellen van twee beleidsdocumenten op het gebied van wonen. Allereerst de Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg (SVWZL). Hierin wordt het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL) op het gebied van woonbeleid en woningprogrammering uitwerkt voor alle 18 gemeenten in Zuid-Limburg. De gemeente Maastricht heeft ervoor gekozen om parallel hieraan de Woonprogrammering Maastricht op te stellen als actualisatie van de stedelijke programmering woningbouw 2010-2019. Deze programmering is een uitwerking van de SVWZL. De gemeenteraad van Maastricht is nauw betrokken geweest bij het opstellen van beide beleidsdocumenten. De SVWZL is een belangrijke pijler in het lokale en regionale woonbeleid en de interactie tussen de verschillende schaalniveaus. Dit is weergegeven in onderstaand schema. Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 2

De kwantitatieve basis van de SVWZL is de zogenaamde transformatieopgave uit het Provinciaal Omgevingsplan Limburg( POL). De transformatieopgave is geen bouw- of sloopcontingent. Ook is de transformatieopgave geen afdwingbaar getal. De transformatieopgave is wel koersbepalend voor de omvang van de woningvoorraad. Dit wil niet zeggen dat er geen ruimtelijke ontwikkelingen meer mogelijk zijn; vernieuwing blijft nodig om de concurrentiekracht en leefkwaliteit van Zuid-Limburg op peil te houden. Maar het moet dan wel gaan om ontwikkelingen, die (kwantitatief) aansluiten op de transformatieopgave en (kwalitatief) een aanvulling zijn op de bestaande voorraad. De provincie Limburg voert een strakke regie op de woningbouwprogrammering c.q. de ontwikkeling van woningbouwlocaties om de gevolgen van een krimpende bevolking op een verantwoorde manier te kunnen opvangen. Maastricht onderkent de noodzaak daarvan en ondersteunt de regierol van de provincie Limburg, hierbij rekening houdend met de regionale verschillen en de specifieke lokale situatie. Minstens even belangrijk echter is de kwalitatieve mismatch tussen vraag en aanbod. De SVWZL speelt op beide in: kwalitatieve invulling van de toekomstige woningbehoefte binnen een hard kwantitatief kader. 3. Gewenste situatie Het merendeel van de reacties is gericht op verduidelijking van de tekst. Inhoudelijk heeft het merendeel van de reacties betrekking op de compensatieregeling met harde plannen. Versoepeling van het voorstel om, indien fysieke sloop of duurzame onttrekking niet mogelijk is, te compenseren met 4 woningbouwtitels uit de harde planvoorraad kreeg de meeste aandacht. Besloten is om grotendeels vast te houden aan het inleveren van 4 harde woningbouwtitels om een woning op een andere locatie te kunnen realiseren, maar in enkele gevallen de 1 op 4 te versoepelen. De belangrijkste wijzigingen naar aanleiding van de ingediende reacties betreffen de volgende: Status van sloop uit het verleden T.a.v. herstructurering door corporaties is ter verduidelijking een tekst opgenomen die ruimte laat om de afspraken met corporaties te honoreren in het kader van de herstructurering. Deze moeten worden verankerd in de subregionale programmering, waardoor ze zijn geborgd. Versoepeling compensatieplicht voor nieuwe plannen Rijksmonumenten: voor woningbouw in rijksmonumenten is de compensatieplicht voor nieuwe plannen geschrapt. Mocht na verloop van tijd blijken dat dit tot een ongewenste ontwikkeling leidt binnen de Zuid-Limburgse woningmarkt, dan kan deze vrijstelling alsnog worden heroverwogen Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 3

en eventueel worden beperkt tot een vooraf aangewezen maximum aantal. Het gaat hierbij uitsluitend om 'beschermde rijksmonumenten': onroerende monumenten die conform de monumentenwet 1988 ingeschreven zijn in de vastgestelde registers (ook wel het monumentenregister of de objectendatabank genoemd). Woningbouwinitiatieven, die leiden tot functieverandering van leegstaand detailhandels-, kantoor-, horeca- of ander bedrijfsvastgoed in aangewezen straten in stads(deel)centra of centra van kernen, kunnen worden gecompenseerd met minimaal 2 woningen uit de harde plancapaciteit. Deze straten of straatgedeelten worden subregionaal vastgesteld en op de schaal van Zuid-Limburg bekrachtigd in het Bestuurlijk Overleg Wonen Zuid-Limburg. Vervolgens worden projecten opgenomen in de subregionale woningmarktprogrammering. Het aantal wordt voor de periode 2016-2020 vastgesteld op maximaal 20 nieuwe woningen per gemeente. De effecten voor de woningmarkt door deze functieverandering worden in 2020 geëvalueerd. Dit kan leiden tot wijziging van dit regime, bijvoorbeeld het instellen van een ander maximaal aantal. De versoepeling voor rijksmonumenten komt met name op verzoek van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed en is door Maastricht ondersteund. De versoepeling voor functieverandering in kernen en centra onder voorwaarden is oorspronkelijk een wens van de regio Parkstad Limburg en heeft na moeizaam onderhandelen geleid tot een regeling die in aantal is gelimiteerd. Voor het volledige overzicht van wijzigingen verwijzen wij naar Hoofdstuk 5 en 6 van de bijgevoegde nota reacties bij ontwerp SVWZL. Door de inhoudelijke wijzigingen n.a.v. de genoemde nota reacties bij ontwerp SVWZL zijn de beleidsafspraken nu als volgt: I. Een subregionale woningmarktprogrammering van toevoegingen en onttrekkingen op basis van de transformatieopgave per gemeente vast te stellen, conform de markttechnische en ruimtelijke uitgangspunten van hoofdstuk 4.2. II. De planvoorraad maximaal in te perken door het schrappen van onbenutte bouwmogelijkheden en plancapaciteit voor woningbouw, conform hoofdstuk 4.2. Door met name de plancapaciteit aan de randen van steden en kernen te schrappen, moet dit centra en kernen versterken en komen er meer mogelijkheden om waardevol bestaand vastgoed te behouden. Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 4

III. De transformatieopgave per gemeente tweejaarlijks vast te stellen en te hanteren als kwantitatieve koersbepalende opgave voor de ontwikkeling van de woningvoorraad. Naast het gemeentelijk niveau, kan dit ook op (stads)deelniveau. De transformatieopgave wordt minimaal op subregionaal niveau vastgesteld. Gemeenten nemen de verantwoordelijkheid om de leegstand actueler in kaart te brengen. De actualisering van de transformatieopgave kan tot gevolg hebben dat de woningmarktprogrammering zal moeten worden herijkt. Actualisering van de woningmarktprogrammering gebeurt minstens om de vier jaar. IV. De subregionale woningmarktprogrammeringen worden jaarlijks op Zuid-Limburgs niveau afgestemd door het Bestuurlijk Overleg Wonen, om zo subregio-grensoverschrijdende belangen te borgen. V. De herinvulling van waardevol bestaand vastgoed (bijvoorbeeld monumenten) te prioriteren in de regionale woningmarktprogrammering, waarbij ook keuzes gemaakt kunnen worden om bepaald leegstaand vastgoed geen nieuwe invulling te geven, conform de uitgangspunten van hoofdstuk 4.2. VI. Om het mogelijk te maken om nieuwe, kwalitatief goede, woningbouwinitiatieven aan de vastgestelde woningmarktprogrammeringen toe te voegen, is een uniforme wijze van afwegen beschreven. Deze nieuwe woningbouwinitiatieven moeten worden gecompenseerd. Hiervoor is een werkwijze afgesproken: 1. Compenseren met direct gekoppelde sloop of onttrekking. Als dit aantoonbaar niet mogelijk is, in afnemende volgorde: 2. Elke nieuw toe te voegen woning (per locatie 5 of minder woningen) wordt financieel gecompenseerd door middel van een op Zuid-Limburgs niveau uitgewerkte uniforme financiële compensatieregeling, waarvan de middelen in een subregionaal op te zetten sloopfonds vloeien; 3. De gemeente neemt de sloopverplichting over en voert deze binnen de raadstermijn uit, waarin dit besluit is genomen; Door middel van het schrappen van reeds bestaande harde plancapaciteit in de subregionale woningmarktprogrammering. Deze moet minimaal in de verhouding van 1 : 4 (toe te voegen woning : te schrappen harde plannen) ingezet worden als compensatie voor het nieuwe woningbouwinitiatief. In het geval van een woningbouwinitiatief in een monument (niet zijnde Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 5

rijksmonument) of beeldbepalend pand wordt volstaan met een compensatie van één woning uit de reeds bestaande harde plancapaciteit in de regionale woningmarktprogrammering. Woningbouwinitiatieven in rijksmonumenten zijn uitgezonderd van de compensatieplicht. De effecten voor de woningmarkt van deze beleidsafspraak inzake de rijksmonumenten worden in 2020 geëvalueerd. Dit kan leiden tot het per gemeente instellen van een maximaal aantal nieuwe woningen in rijksmonumenten. Het gaat hierbij uitsluitend om 'beschermde rijksmonumenten': onroerende monumenten die conform de monumentenwet 1988 ingeschreven zijn in de vastgestelde registers (ook wel het monumentenregister of de objectdatabank genoemd). Woningbouwinitiatieven, die leiden tot functieverandering van leegstaand detailhandels-, kantoor-, horeca- of ander bedrijfsvastgoed in aangewezen straten in stads(deel)centra of centra van kernen, kunnen worden gecompenseerd met minimaal 2 woningen uit de harde plancapaciteit. Deze straten of straatgedeelten worden subregionaal vastgesteld en op de schaal van Zuid-Limburg bekrachtigd in het Bestuurlijk Overleg Wonen Zuid-Limburg. Vervolgens worden projecten opgenomen in de subregionale woningmarktprogrammering. Het aantal wordt voor de periode 2016-2020 vastgesteld op maximaal 20 nieuwe woningen per gemeente. De effecten voor de woningmarkt door deze functieverandering worden in 2020 geëvalueerd. Dit kan leiden tot het instellen van een ander maximaal aantal. De gemeentebesturen zullen in dat geval hierover, op aangeven van het Bestuurlijk Overleg Wonen Zuid-Limburg, een besluit nemen. VII. Met name in suburbane woonmilieus te verdunnen. Dit moet tevens zorgen voor een kwaliteitsverbetering in suburbane woonmilieus. Op regionale en lokale schaal dient beter inzichtelijk te worden gemaakt waar deze suburbane woonmilieus voorkomen, en welke strategieën hierop van toepassing zijn. VIII. Een aanpak particulier woningbezit te starten, gericht op het verkleinen van de leegstand en het vergroten van de kwaliteit van de particuliere woningvoorraad, conform de uitgangspunten van hoofdstuk 4.1. IX. Te zorgen voor voldoende zorggeschikte woningen voor zorgbehoevenden met een zorgindicatie (op basis van de huidige indicatietoewijzing vanaf VV ZZP3 of VG1, LG1 of ZG1 Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 6

of GGZ1 dan wel een zorgprofiel dat hiermee overeenstemt) conform de uitgangspunten van hoofdstuk 4.4. Voor zorgwoningen vanaf VV ZZP3 of VG1, LG1 of ZG1 of GGZ1 dan wel een zorgprofiel dat hiermee overeenstemt geldt, dat de realisatie van deze woningen niet hoeft te worden gecompenseerd zoals bedoeld onder beleidsafspraak VI, mits de in hoofdstuk 4.4 genoemde voorwaarden zijn ingevuld. X. Zorg te dragen voor een voldoende aanbod betaalbare huurwoningen. Dit betekent inzet in: A. Het op peil houden c.q. vergroten van de omvang van de betaalbare huurwoningvoorraad (voor inkomensdoelgroep t/m 45.000) binnen de kaders van de structuurvisie; B. De betaalbaarheid van wonen (ook combinatie met woonlasten); C. Het vergroten van de betaalbare huurwoningvoorraad door woningcorporaties te bewegen particuliere woningen op te kopen en als huurwoning te verhuren; D. Gemeenten voeren vooraf overleg met de woningcorporaties over de complexen woningen, die verkocht mogen worden. Gemeenten zullen actief gebruik maken van de mogelijkheid een zienswijze in te dienen. XI. Inzet te leveren in het accommoderen van huisvestingsvragen van bijzondere doelgroepen en nichemarkten, conform de uitgangspunten van hoofdstuk 4.5. Voor studentenwoningen (zelfstandig of onzelfstandig) geldt, dat de realisatie van deze woningen niet hoeft te worden gecompenseerd zoals bedoeld onder beleidsafspraak VI, mits de in hoofdstuk 4.5 genoemde voorwaarden zijn ingevuld. XII. De Zuid-Limburgse woningmarkt te blijven monitoren, zodat er bijgestuurd kan worden wanneer dit nodig is. Zo wordt er ook nader uitgezocht waar de leegstand zich feitelijk manifesteert of geen courante kwaliteiten meer heeft en daarom in aanmerking komt voor transformatie. XIII. De problematiek - beschreven in de Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg - en mogelijke oplossingsrichtingen en instrumenten gezamenlijk te agenderen bij het Rijk. Ten aanzien van de verwachte leegstand in de agrarische sector en de eventueel hieruit voortvloeiende problemen geeft de voorzitter van het Bestuurlijk Overleg Wonen aan dat deze problematiek de aandacht heeft van Gedeputeerde Staten (GS). Provinciale Staten hebben GS immers opdracht verleend dit probleem te inventariseren en aan te geven hoe e.e.a. Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 7

aangepakt kan worden. Aangezien dit portefeuille-overstijgend is dient dit integraal aangepakt te worden. De voorzitter deelt mee dat alle gemeenten namens GS een brief hierover ontvangen, waarin o.a. de integrale aanpak zal worden toegelicht, vanuit welke beleidskaders hiervoor aandacht is, op welke wijze dit wordt aangepakt en welke termijnen daarbij gehanteerd worden. 4. Effect op duurzaamheid en/of gezondheid De SVWZL is kader voor woningbouwprogrammeringen, waarin wordt uitgegaan van dynamisch voorraadbeheer en de ladder voor duurzame verstedelijking. Deze beleidsprincipes verleggen de focus van uitbreidingslocaties naar "hergebruik" van bestaand vastgoed of tenminste naar (vervangend) bouwen in bestaand stedelijk gebied, met de bijbehorende positieve effecten voor duurzaamheid. 5. Effect op de openbare ruimte Niet van toepassing. 6. Personeel en organisatie Niet van toepassing 7. Informatiemanagement en automatisering Niet van toepassing 8. Financiën De SVWZL heeft geen directe financiële gevolgen voor Maastricht. In de Woonprogrammering Maastricht zijn de financiële consequenties van de uitvoering van de SVWZL grotendeels inzichtelijk gemaakt. 9. Aanbestedingen Niet van toepassing 10. Participatie tot heden Tijdens het proces is de participatie van de betrokken gemeenten als volgt vormgegeven:: een gemeenschappelijke, Zuid-Limburgse raadsinformatiebijeenkomst in april 2015 (in GaiaZoo te Kerkrade); Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 8

een informatiebijeenkomst voor de belangrijkste stakeholders in april 2015, onclusief inloopavond. diverse ambtelijke bijeenkomsten op Zuid-Limburgs niveau, waaronder zogenaamde "schrijfsessies"; diverse bestuurlijke overleggen (Bestuurlijk Overleg wonen Zuid-Limburg); een bijeenkomst voor raadsleden in de subregio Maastricht-Heuvelland in januari 2015, waarbij de SVWZL aan de orde is geweest; De input uit deze consultatierondes en de nota reacties op de SVWZL zijn verwerkt in de ontwerp SVWZL. 11. Voorstel 1. De nota reacties bij ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg vast te stellen. 2. De ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg inclusief de nota reacties bij ontwerp Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg ter vaststelling voor te leggen aan de raad conform bijgevoegd raadsvoorstel. 3. Akkoord te gaan met het rondebriefje voor de behandeling van het raadsvoorstel op 13 september 2016 (Raadsronde). 12. Uitvoering, evaluatie en vervolg De SVWZL dient uiterlijk 1 oktober 2016 te zijn vastgesteld door alle gemeenteraden in Zuid- Limburg, conform de POL afspraken. In Maastricht vindt raadsbehandeling parallel aan de reeds door het college vastgestelde Woonprogrammering Maastricht plaats op 26 september 2016. Daarna wordt de concept SVWZL aangepast op basis van de vastgestelde nota van reacties en gezamenlijk gepubliceerd. Vervolgens moet uitvoering gaan worden gegeven aan de beleidsafspraken. Collegevoorstel Gemeenteraden die het stuk niet, te laat of geamendeerd vaststellen krijgen te maken met een aangepaste provinciale ruimtelijke verordening (naar verwachting vanaf oktober 2016). Deze bepaalt, dat een bestemmingplan niet mag voorzien in toevoeging van woningen, tenzij de desbetreffende gemeente de SVWZL heeft vastgesteld, zoals deze in deze nota is toegelicht. Concreet betekent dit, dat gemeenten geen woningen meer kunnen toevoegen en te maken kunnen krijgen met ingrepen door de provincie in lopende plannen in die gemeenten, tenzij zij de SVWZL, die de uitzonderingen op die bepaling regelt, vaststellen en toepassen. De SVWZL laat meer ruimte voor "goede" plannen dan de huidige beleidsregel bij de provinciale woonverordening toelaat, aangezien deze laatste enkel stuurt op hardheid van plannen. Het is niet mogelijk om op gemeenteniveau ruimhartiger te zijn dan Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 9

de Structuurvisie, wel is het mogelijk om (op onderdelen) strenger te zijn, afhankelijk van de behoefte binnen de gemeente of subregio. Vaststelling nota van reacties bij concept Structuurvisie wonen Zuid-Limburg 10