HBO-Rechten Titel: Blok: Voltijd/deeltijd: Studiejaar: Leerjaar: Datum: Januari 2014 ECTS: Docenten: Coördinator:



Vergelijkbare documenten
TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE PRAKTIJKGIDS JAAR 3

Maatschappelijke Stage Boekje voor leerlingen en organisaties

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE PRAKTIJKGIDS JAAR 3

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept.

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

MAATSCHAPPELIJKE STAGE, WAT IS DAT?

Stagewijzer. Stagiairs

MAATSCHAPPELIJKESTAGE

Nederlandse Stageovereenkomst DEEL I

FORMULIEREN MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

BPV GIDS ICT Opleidingen

Ik heb een stageplaats gevonden wat nu? Zie volgende pagina van de handleiding.

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

Stagehandleiding. Faculteit der Sociale Wetenschappen

Goed voorbeeld van een stageovereenkomst

Handboek maatschappelijke stage MAATSCHAPPELIJKE STAGES, BEST TE DOEN!

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW

Handleiding Assessment Startbekwaamheid

BPV Styling Design 3e jaars cohort

4 HAVO, 4 VWO EN 5 VWO

Regio Alblasserwaard/Vijfheerenlanden

Maatschappelijke stage op het Trias 1. Verschil tussen maatschappelijke stage en beroepsoriënterende stage 2. Tips voor ouders 3

Wanneer je goed voorbereid bent, zul je merken dat je tijdens het gesprek minder gespannen bent.

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Maatschappelijke Stages

GEMEENTEBLAD. Nr Regeling stages gemeente Den Helder

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

MAATSCHAPPELIJKE STAGES, BEST TE DOEN!

MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Kopie ID/paspoort: (is verplicht, wordt naar gevraagd per mail in een later stadium) De Opleiding: Hogeschool. Faculteit /studierichting

Inleiding maatschappelijke stage

maatschappij.nl

Beroeps Praktijk Vormingsplan

Opleiding Verpleegkunde Leerondersteuning Stage (LOS)

Opleiding Bestuurskunde - Universiteit Leiden. Informatiepakket stage-organisatie

Stage map. Keuzevak: Recreatieve Activiteiten Docent: Marc Hollander. Leerjaar: 3

Maatschappelijke Stages Hoogezand-Sappemeer

Handleiding Mbo-hbo doorstroomassessment jij en het hbo ..een succesvolle combinatie?

PORTFOLIO OVER JE MAATSCHAPPELIJKE STAGE

Student : Lex Krijgsman maakt voortgangsverslag zoals omschreven in het voorwoord

Stagehandleiding. bedoeld voor studenten en docenten bachelor- en masteropleiding Rechtsgeleerdheid, Ondernemingsrecht en Fiscaal Recht

Algemene informatie afstudeerfase

BACHELOR RECHTSGELEERDHEID AFSTUDEERRICHTING JURIDISCHE BESTUURSKUNDE. Bestuurskundig onderzoeksproject

Handleiding Plannen van Zorg BBL-CombiCare Gehandicaptenzorg Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg

Amsterdam School of Health Professions (ASHP) Opleiding Verpleegkunde. Stagegids Jaar 3

POP. Persoonlijk Opleidings Plan. Tim Tegelaar. Lekkerkerk De Haagse Hogeschool

Stageovereenkomst. Faculteit Bètawetenschappen. Artikel 1

Handboek maatschappelijke stage MAATSCHAPPELIJKE STAGES, BEST TE DOEN!

AANVRAAGFORMULIER VRIJSTELLING

Stagehandleiding Master Letterkunde

Handleiding examinering student eind stage

OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG

Stageboek Ilex college

LiO Contract 2 Stageovereenkomst Leraar in Opleiding (onbetaald: met en zonder vergoeding) Pabo HvA, Onderwijs en Opvoeding

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd

Stagefolder Laurentius Praktijkschool

Stappenplan om een stageplaats te vinden

Maatschappelijke stage Farel College havo 4 / vwo /2015 1

maandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING...

MAATSCHAPPELIJKESTAGE

Het Sectorwerkstuk

Stageovereenkomst. Ondergetekenden. Hogeschool Rotterdam, Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. 1. Naam school en opleiding

Stageboek Ilex college

Faculteit Geesteswetenschappen BASISGEGEVENS STAGE. onvoldoende voldoende. goed. goed. Eindoordeel (cijfer): Toelichting: ONDERTEKENING STAGEDOCENT

Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan

Stagewijzer. Stagebegeleiders en leidinggevenden

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9

Stappenplan om een stageplaats te vinden

STAGEBOEKJE 2016 / 2017

Stagereglement Masteropleiding leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Godsdienst en Levensbeschouwing Tilburg School of Catholic Theology

Stappenplan om een stageplaats te vinden

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

de Maatschappelijke Stage (MaS)

Handleiding Proeve van Bekwaamheid voor de deelnemer. Dossiers VMBO

Dit document bevat 5 delen:

Opleiding Verzorgende IG PROEVE

Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. Stage Formulieren. Stageafspraken en Stagecontract

Instructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar

Opleiding Verzorgende IG PROEVE

Amsterdam School of Health Professions (ASHP) Opleiding Verpleegkunde. Stagegids Jaar 4. Jaar 4, Blok 3 & 4 Semester II

STAGE-OVEREENKOMST. adres instelling waar stage wordt gelopen:.. naam vertegenwoordigende persoon:.. functie vertegenwoordigende persoon:.

Zwartewaterland Informatieboekje Maatschappelijke Stage

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. Beroepsvoorbereiding. Stage Formulieren. en Stagecontract.

MAATSCHAPPELIJKE STAGE, WAT IS DAT?

STARTDOCUMENT STAGE JAAR 1 Basisdocument voor student, werk-/praktijkbegeleider en instellingsdocent

Werkboek LINTSTAGE NAAM: KLAS:

Naam: Stageplek: Klas:

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE STUDENT

Kinderopvang Heyendael

Waarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2

Verslag snuffelstage week St. Aloysiuscollege. 12 t/m 16 oktober Naam: Klas 3:

Stagebeleid Stagebeleid Gastouderbureau Gideon s Kids 1 Versie: februari 2018

Praktijk oriëntatie. Maatschappelijke zorg. Niveau 3 + 4

STAGEBOEKJE NEGENDAAGSE SNUFFELSTAGE

Maatschappelijke Stage Me4You (MAS) Baudartius College Zutphen

Transcriptie:

HBO-Rechten Titel: Stage Blok: 1 en 2 Voltijd/deeltijd: Voltijd Studiejaar: 2013-2014 Leerjaar: 3 Datum: Januari 2014 ECTS: 29 Docenten: Stageteam 2013 2014 Coördinator: Mr. Catherine Dutscher Van der Togt 1

Coördinator Stage HBO-Rechten Mr. Catherine Dutscher c.dutscher@hva.nl 06-21158683 Externe Betrekkingen eb-recht@hva.nl 020-595 2825 Hogeschool van Amsterdam Maatschappij en Recht HBO-Rechten 020-548 8190 (algemeen) http://www.hva.nl/maatschappij-recht Bezoekadres: Jan Bommerhuis Wibautstraat 80-86 1091 GP Amsterdam Postadres: Postbus 1025 1000 BA Amsterdam 2

Inhoudsopgave 1. Inleiding / leeswijzer 4 2. Voorfase / instapvoorwaarden 5 3. Voorbereiding op de stage 5 4. Aanmelden en goedkeuren van de stage 8 5. Start van de stage 9 6. Begeleiding tijdens de stage 10 7. Het terugkomprogramma in het kort 11 8. De beoordeling 13 9. De bijeenkomsten van het stageterugkomprogramma 14 10. Beoordelingscriteria 18 Bijlage 1 Stageovereenkomst Bijlage 2 Competenties Bijlage 3 Starr Bijlage 4 Rapportageformat stage Bijlage 5 Inhoudsopgave stagedossier Bijlage 6 Wat is een portfolio assessment 3

1 Inleiding / leeswijzer Voor je ligt de handleiding Stage van het derde studiejaar van de opleiding HBO- Rechten van studiejaar 2013-2014. Hoe je deze handleiding moet gebruiken en waar je welke informatie terug kan vinden lees je in deze inleiding. Voorbereiding op je stage In hoofdstuk 3 van deze handleiding vind je informatie over de voorbereiding op je stage, in het bijzonder de vereisten die de opleiding stelt aan een goede stageplaats. Het aanmelden en goedkeuren van de stage vind je in hoofdstuk 4, tevens vind je hier meer informatie over de stageovereenkomst en het moment van tekenen van de overeenkomst. In hoofdstuk 5 wordt gesproken over de begeleiding tijdens de stage door zowel de stagedocent als je praktijkbegeleider en in hoofdstuk 6 wordt het terugkomprogramma in het kort behandeld. Stage en terugkomdagen Het programma Stageterugkomdagen is een element van het studieonderdeel Stage. Tijdens de stageperiode van twintig weken volg je, in beginsel om de week op vrijdag, het programma van de terugkomdagen. Je loopt 19 weken stage bij een stageorganisatie en week 20 is bedoeld voor het afronden van je stage en het afleggen van je stageasssessment. Je stage start op maandag 3 februari 2014. Je laatste stagewerkdag is donderdag 19 juni 2014 en de laatste dag van je stageperiode valt op vrijdag 27 juni 2014. Het programma van de terugkomdagen staat uitgebreid beschreven in hoofdstuk 10 van de handleiding. Tip: Kijk goed in de kalender wat er per bijeenkomst van je wordt verwacht. Kijk vooruit, sommige opdrachten kosten aanmerkelijk meer tijd dan anderen. In deze handleiding vind je in de bijlagen ook de stageovereenkomst, de nieuwe competentieset,het rapportageformulier en Starr formulier. In hoofdstuk 11 vind je informatie over de beoordelingscriteria van de verschillende stageproducten die je moet maken. Je stagedocent zal functioneren als je slb er bij wie je met al je grote en kleine (stage)vraagstukken en/of (privé)problemen terecht kan (zie ook 5.3!). Hij of zij zal je daarnaast ook stimuleren om een zo hoog mogelijk niveau te bereiken op je stageplaats en bovendien zal hij/zij je stage(producten) beoordelen. Tijdens je stageperiode schrijf je als onderdeel van het terugkomprogramma onder andere een viertal logboeken en een plan van aanpak. Het beschrijven van je verwachtingen en het plannen van je stagewerkzaamheden, maar ook de reflectie op je werkzaamheden, jezelf en de begeleiding, maken dat je bewuster met je stage bezig bent. Je sluit je stage af door middel van een stageassessment, dit assessment wordt door je stagedocent beoordeeld en moet met een voldoende worden afgesloten om de stage te behalen. Uiteindelijk is het doel dat de stage voor jezelf, de stageplaats en de opleiding een prettige en zeer leerzame ervaring zal zijn (geweest). We wensen je veel succes en plezier tijdens je stage! 4

2 Voorfase / instapvoorwaarden Februariperiode 2014 De stage vindt plaats in blok drie en vier van het derde studiejaar, startdatum 3 februari 2014. Voordat je echter kunt beginnen met stage lopen moet je aan bepaalde instapvoorwaarden voldoen: Je dient uiterlijk na de herkansingen van blok 1 minimaal 100 punten te hebben behaald om daadwerkelijk op stage te mogen (zie het Onderwijs Examen Reglement). Om stage te kunnen lopen heb je ook een stageplaats nodig. De stageplaats dient aan de voorwaarden te voldoen zoals beschreven in het volgende hoofdstuk. 3 Voorbereiding op de stage februariperiode 3.1 Zoeken naar een stageplaats Het zoeken van een stage is niet eenvoudig. Op tijd starten met het zoeken naar een stage is dan ook erg belangrijk. Het is zeker niet overdreven om een half jaar uit te trekken voor het vinden van een stageplaats. De gewilde stageplaatsen zijn zelfs al een jaar van te voren besproken, wacht dus niet langer en start met je zoektocht. Bij de aftrap van jaar 3 wordt een voorlichting gegeven over de stageperiode door de stagecoördinator. Deze bijeenkomst en de verstrekte informatie is belangrijk voor een goede voorbereiding op je stage. Tijdens de voorlichting wordt een film getoond en tevens komen de eisen aan bod die de opleiding stelt aan jou en de stageplaats. De stagecoördinator geeft je tips en vertelt je alles wat je weten moet om te starten met je zoektocht. Tips: - Start op tijd met zoeken, dan heb je nog de tijd om kieskeurig te zijn; - Maak persoonlijk contact (bellen, langs gaan, etc.) in plaats van lukraak brieven te versturen; - Maak gebruik van je netwerk, via via kom je meestal aan de beste stageplekken; - Gebruik de zoekmachine van de opleiding (zie 3.1.1); - Verdiep je in de organisatie waar je stage wilt lopen; - Laat je sollicitatiebrieven controleren door je slb er; - Probeer in contact te komen met (oud)stagiaires van de opleiding; - Zoek naar een stage die je LEUK lijkt; - en tot slot: zorg dat je goed bent voorbereid op je sollicitatiegesprek, dat je er netjes uitziet en dat je op tijd bent. 5

3.1.1 Externe Betrekkingen (EB) Externe betrekkingen onderhoudt in samenwerking met de Coördinator Stage contact met de overheid, het bedrijfsleven en overige organisaties in de regio. Wat kan EB voor jou betekenen? Op de intranetsite van EB vind je veel nuttige informatie over stages. Om te beginnen een vacaturebank waar diverse stagevacatures te vinden zijn. Je vindt zowel oude als recente vacatures. Deze oude vacatures kunnen je ook helpen in je zoektocht naar de ideale stage, ze geven namelijk goed weer welke werkzaamheden door de stagiaires kunnen worden verricht en welke bedrijven in het verleden ook stagiaires van HBO- Rechten hebben aangenomen, wellicht doen ze dat bij een open sollicitatie dit jaar weer. Let op: de vacaturebank wordt door onze medewerkers continue up to date gehouden, wij zijn echter ook afhankelijk van bedrijven of ze informatie aan ons doorgeven, bel dus altijd even van te voren om te informeren of de vacature nog vacant is. Welke informatie kan je vinden op de dlwo pagina bij EB (via de index onder stage): brochure met uitleg over HBO-Rechten voor stagorganisaties, afstudeerbegeleiders of potentiele werkgevers Stagevoorlichtingsfilm en de stagevoorlichtingspowerpoint Formulieren en handleidingen: o.a. het aanmeldingsformulier, deze stagehandleiding, de verkorte handleiding Stageovereenkomst 3.1.2 Inspanningsverplichting De opleiding verwacht dat je een inspanningsverplichting levert ten aanzien van jouw zoektocht naar een stage. Dit betekent dat wij verwachten dat je serieuze pogingen onderneemt om een stageplek te vinden. Denk hierbij aan het versturen van ten minste 40! sollicitatiebrieven, geschreven in correct Nederlands en toegespitst op de desbetreffende vacature/organisatie (dus geen standaardbrieven). Wanneer je wordt uitgenodigd voor een gesprek kom je op tijd, ben je netjes gekleed en heb je je goed voorbereid, zowel op persoonlijke vragen als eventuele juridische vragen. Bovendien heb je de site van de organisatie bestudeerd. 3.2 De stageplaats Waar moet je op letten bij het zoeken naar een geschikte stageplaats? De opleiding keurt een stageplaats goed indien deze voldoet aan de volgende voorwaarden: Omvang van de organisatie: aanwezigheid van minimaal 1 jurist. Let op: hierop zijn geen uitzonderingen mogelijk, een organisatie zonder jurist wordt niet goedgekeurd! 6

tenminste 5 medewerkers op minimaal hbo-niveau werkzaam. Op deze regel zijn gemotiveerde uitzonderingen denkbaar (neem hierover contact op met de Coördinator Stage). Niveau van de stageplaats: juridische omgeving, zie aanwezigheid jurist; je dient met groeiende zelfstandigheid te kunnen werken; de stagewerkzaamheden moeten van tevoren duidelijk en vastgelegd zijn, de stage heeft eventueel een specifieke stageopdracht maar in eerste instantie heeft de stage een nadrukkelijk meeloop karakter ; je besteedt maximaal één dagdeel per week (4 uur) aan administratieve werkzaamheden als kopiëren voor anderen, post ronddelen, bemannen van de receptie en/of telefooncentrale e.d. Dit wordt uiteindelijk beoordeeld door de stagedocent en/of de Coördinator Stage en is van invloed op het al dan niet behalen van de stage. Begeleiding van de stagiair: de praktijkbegeleider is bereid en in staat tot het geven van constructieve feedback; de praktijkbegeleider is bereid en in staat tot het bieden van inhoudelijke begeleiding gedurende minimaal één uur per week; de praktijkbegeleider is goed te bereiken; de praktijkbegeleider is bereid de stagedocent te ontvangen (2x); de praktijkbegeleider is bereid en in staat een bijdrage te leveren aan jouw competentieontwikkeling; je wordt minimaal één week in staat gesteld kennis te maken met de organisatie en de werkzaamheden die van jou verwacht worden. Overig: je beschikt over een eigen werkplek die voldoet aan de ARBO-wetgeving; de stagebiedende organisatie is bereid de bepalingen uit onze standaard stageovereenkomst in de uiteindelijke stageovereenkomst op te nemen; de stagebiedende organisatie bevindt zich binnen Groot-Amsterdam (binnen een straal van 50 km). 1 4 Aanmelden en goedkeuren van de stage 4.1 Stageaanmeldingsformulier Als je een stageplaats hebt gevonden, vul je het stageaanmeldingsformulier in (zie dlwo). Dit formulier bevat onder andere een precieze omschrijving van de werkzaamheden en/of de stageopdracht. Als de praktijkbegeleider akkoord gaat met 1 Dit is anders indien een stageaanbiedende organisatie of sector zich niet bevindt in Groot Amsterdam maar gevestigd is op een unieke locatie buiten Groot Amsterdam, zoals de Raad van State in Den Haag. 7

de omschrijving van de werkzaamheden en/of stageopdracht en het aanmeldingsformulier heeft ondertekend, dan wel anderszins zijn/haar schriftelijk akkoord heeft gegeven, moet de stage nog worden goedgekeurd door de Coördinator Stage. Het formulier met de omschrijving van de stagewerkzaamheden lever je digitaal in bij Externe Betrekkingen (ebrecht@hva.nl). Pas na inlevering van het formulier zal de Coördinator Stage de stage beoordelen en goedkeuren. Deadline inleveren aanmeldingsformulier Indien je in februari 2014 stage gaat lopen dien je voor 6 januari 2014 een stageplaats te vinden en het formulier in te leveren bij EB. Let op dit is een strikte deadline hierop worden geen uitzonderingen gemaakt! Wanneer je formulier is ingeleverd ontvangt jouw stageorganisatie een bericht met de bevestiging dat jij stage komt lopen vanaf 3 februari 2014 (week 1 blok 3), mits je voldoet aan de instapvoorwaarden. 4.2 Goedkeuring stageplaats Binnen twee weken na ontvangst van het stageaanmeldingsformulier ontvang je van Externe Betrekkingen per e-mail bericht over de goedkeuring van de stageplaats. De goedkeuring om stage te lopen wordt - zoals hierboven beschreven - gegeven door de Coördinator Stage. Zij neemt bij de beoordeling van de stage de toetsingscriteria in acht zoals geformuleerd in hoofdstuk 3.2, tevens wordt gekeken naar de werkzaamheden die je gaat verrichten. Het is van belang dat je zo uitgebreid mogelijk je werkzaamheden omschrijft, de goedkeuring zal hiervan afhangen. De goedkeuring wordt onder voorbehoud gegeven indien je nog niet voldoende studiepunten hebt gehaald om toegelaten te worden tot de stage. De Coördinator Stage wijst vervolgens vlak voor het begin van de stageperiode een stagedocent toe. De groepsindeling verschijnt voorafgaand aan de stageperiode op het intranet onder mededelingen jaar 3 voltijd en onder stage in het leerplanschema jaar 3 voltijd intern. 5 Start van de stage 5.1 Kennismakingsgesprek Als de stage is goedgekeurd en je bent gestart met je stage dan bezoekt de stagedocent jouw werkplek tijdens het kennismakingsgesprek. Dit bezoek vindt plaats binnen vier weken na je eerste werkdag en wordt door jou georganiseerd. Tijdens dit bezoek maken de praktijkbegeleider, de stagedocent en de stagiair kennis met elkaar en beoordeelt de stagedocent de stageplek. Tevens worden de afspraken vastgelegd in een stageovereenkomst. 8

5.2 Stageovereenkomst en verlof/vakantiedagen Als de stagedocent ook de werkplek heeft goedgekeurd, ondertekenen de praktijkbegeleider, de stagedocent en de stagiair gezamenlijk de stageovereenkomst tijdens dit kennismakingsgesprek. Bij de bespreking van de stageovereenkomst worden ook afspraken gemaakt over eventuele vrije dagen ten behoeve van het afleggen van hertentamens. Let op: er geldt een maximum van 4 verlofdagen per stageperiode. Indien je door omstandigheden, bijvoorbeeld ziekte, meer dan 4 dagen afwezig bent op je stageplaats dan ben je verplicht deze dagen te compenseren. Het is in beginsel niet toegestaan om vakantie op te nemen tijdens je stageperiode. In het geval van bijzondere (familie)omstandigheden dien je vooraf contact op te nemen met de Coördinator Stage. De stagiair en de praktijkbegeleider houden elk één exemplaar van de stageovereenkomst voor zichzelf. Jij voegt je exemplaar toe aan je stagedossier. In de bijlage van deze handleiding vind je de standaard stageovereenkomst van de opleiding, deze overeenkomst geldt voor de opleiding als uitgangspunt. Als de stagebiedende organisatie een voorkeur heeft voor een eigen schriftelijke stageovereenkomst, is daar tegen in beginsel geen bezwaar, mits de overeenkomst niet ten nadele van de stagiair of de opleiding afwijkt. De opleiding vereist echter bij alle stageovereenkomsten dat drie handtekeningen onder de stageovereenkomst worden geplaatst: van de praktijkbegeleider, de stagedocent en de stagiair. De opleiding is genoodzaakt een extra bijlage te hanteren in geval van studenten met een niet-eu paspoort. Deze extra bijlage is aangehecht aan de standaardovereenkomst. Op de stageovereenkomst tussen de stagebiedende organisatie, de student/stagiair en de opleiding is de stagecode van toepassing (zie: www.hbo-raad.nl). Voorafgaand aan de stage is het mogelijk dat je met de stageorganisatie een overeenkomst sluit waarbij de opleiding geen partij is. In deze overeenkomst worden afspraken vastgelegd tussen stagebiedende organisatie en stagiair over bijvoorbeeld de stagevergoeding, geheimhoudingsplicht en dergelijke. Deze overeenkomst kan worden bijgevoegd bij de overeenkomst waarbij stageorganisatie, stagiair en de stagedocent partij zijn. Deze overeenkomst mag géén arbeidsovereenkomst behelzen! 5.3 Onvoldoende functioneren of een onwerkbare situatie Tijdens de stageperiode is het mogelijk dat de stage niet naar behoren verloopt. Het is mogelijk dat er een onwerkbare situatie is ontstaan door een conflict tussen stagiair en praktijkbegeleider, of een stagiair voelt zich geïntimideerd of onheus bejegend, dan wel de stageorganisatie kan of is niet bereid voldoende werkzaamheden op HBO niveau II te verstrekken. Het is eveneens mogelijk dat vanwege ziekte, familieomstandigheden, onvoldoende kennis en/of vaardigheden of ongewenst gedrag 9

een stagiair niet op het gewenste niveau functioneert. In zo n geval wordt de onderstaande procedure gevolgd. Wanneer een student van mening is dat de stagorganisatie tekort schiet meldt hij/zij dit direct aan de stagedocent. De stagedocent zal voorstellen dat de student in eerste instantie een gesprek aan gaat met de praktijkbegeleider. Wanneer een dergelijk gesprek geen verbetering oplevert binnen een tot twee weken, dan zal de stagedocent contact opnemen met de praktijkbegeleider. Indien na dit gesprek de student nog steeds van mening is dat hij niet voldoende kan functioneren of dat er een onwerkbare situatie is ontstaan, dan neemt de stagecoördinator contact op met de stageorganisatie. Het vroegtijdig beëindigen van de stageperiode kan op zo n moment een gevolg zijn. Wanneer een stageorganisatie van mening is dat de student niet voldoende functioneert, neemt de praktijkbegeleider zo spoedig mogelijk contact op met de stagedocent. De stagedocent zal samen met de student en eventueel ook met de praktijkbegeleider bespreken wat de oorzaak is van het onvoldoende functioneren. De student laat binnen twee weken aanzienlijke verbeteringen zien, zo niet dan wordt in samenspraak met de stagecoördinator de stage vroegtijdig beëindigt en dient de stagiair opnieuw stage te lopen bij een andere organisatie in de daaropvolgende stageperiode. In geval van onheuse bejegening of anderszins staat het de opleiding vrij de student per direct van de stageplaats te verwijderen. 6 Begeleiding tijdens de stage De begeleiding tijdens de stageperiode vindt door verschillende personen en op verschillende wijzen plaats. In dit hoofdstuk staat de beschrijving van deze begeleiding centraal. 6.1 Praktijkbegeleider De praktijkbegeleider begeleidt je tijdens de stagewerkzaamheden op de stageplaats. De begeleiding is met name op de inhoud gericht. De praktijkbegeleider beoordeelt jouw functioneren tijdens het (tussentijdse) functioneringsgesprek en tijdens het eindgesprek en neemt contact op met de stagedocent bij een meer dan gemiddeld ziekteverzuim. Uiteraard vindt er regelmatig overleg plaats met je praktijkbegeleider om sturing en richting te geven bij de stagewerkzaamheden. 6.2 De stagedocent De stagedocent begeleidt je in het leerproces tijdens de stageperiode. De stagedocent is tevens je slb'er. Je hebt contact met de stagedocent op de terugkomdagen en bij zijn of haar bezoeken aan de organisatie waar je stage loopt. Aan het eind van de stageperiode word je tijdens een stageassessment beoordeeld door je stagedocent. 10

7 Het terugkomprogramma in het kort 7.1 Het programma In dit hoofdstuk van de handleiding wordt een korte beschrijving van het stageterugkomprogramma gegeven. De diverse onderdelen worden kort besproken. Hierdoor ontstaat een helder beeld van de inhoud en het doel van het terugkomprogramma. Het volledige programma met de opdrachten vind je terug in hoofdstuk Bijeenkomsten van het stageterugkomprogramma. Het terugkomprogramma kent een verplicht karakter, bij onvoldoende aanwezigheid (max 1 x afwezig) of onvoldoende functioneren kan dit van invloed zijn op je professionele functioneren en dus op het slagen van je stage. Het programma terugkomdagen omvat de volgende onderdelen: Collegiale advisering Individuele begeleiding Stageassessment Je wordt ingedeeld in een groep van ongeveer 7-10 stagestudenten. De bekendmaking (via dlwo) van je groep zal ongeveer een week voorafgaand aan de start van de stageperiode geschieden. Op dat moment hoor je ook wie je stagedocent is die je gaat begeleiden gedurende deze periode. Zoals reeds besproken in de inleiding zal je ėėn keer in de twee weken op vrijdag een dagdeel op school besteden aan het stageterugkomprogramma. Een plenaire bijeenkomst duurt maximaal 3 lesuren. Uit het rooster van je docent blijkt op welke data jouw stageterugkomdagen plaatsvinden en op welk tijdstip: in de ochtend of in de middag. Bij het maken van je planning dien je er altijd vanuit te gaan dat de plenaire terugkomdag drie lesuren duurt. Op terugkomdagen dat je een individueel gesprek met je stagedocent voert, zal echter jouw aanwezigheid niet gedurende deze drie uur worden verwacht. 7.2 Collegiale advisering Tijdens een aantal terugkomdagen houd je met je eigen stagegroep collegiale advisering. Dit houdt in dat je met elkaar een onderwerp kiest waarover je in die bijeenkomst wilt spreken. Het onderwerp moet te maken hebben met de stageplek of de stagewerkzaamheden 7.3 Individuele begeleiding Ten behoeve van een aantal bijeenkomsten maak je een afspraak met jouw stagedocent. Deze afspraak heb je gemaakt tijdens de vorige bijeenkomst of per e- mail. In dit tweegesprek (bilateraal) komen diverse onderwerpen aan bod: het plan van aanpak, de logboeken, persoonlijke zaken, het stageverslag en dergelijke. De individuele gesprekken zullen ongeveer 15-30 minuten in beslag nemen. 11

7.4 Stageassessment Aan het einde van je stageperiode wordt door een stagedocent een stageassessment afgenomen. Tijdens het assessment laat je aan de hand van je portfolio zien dat jij op HBO niveau II 2 werkzaamheden hebt verricht. Gedurende de stageperiode plaats je producten of verslagen in je portfolio, aan de hand van de STARR/T methode leg je uit wat jouw werkzaamheden en taken zijn geweest. Je geeft een toelichting op jouw keuze voor bepaalde competenties en je toont aan dat je feedback van je praktijkbegeleider kan omzetten in een beter resultaat. Gedurende de stageterugkomdagen wordt uitgebreid stil gestaan bij het stage assessment en hoe je je dient voor te bereiden. Dit begint al met een eerste tussentijdse beoordeling rond week 10. Jouw stagedocent beoordeelt of je op de goeie weg zit en of je op deze manier een voldoende kunt halen. Gedurende de terugkomdagen bereid je docent je tevens voor op het assessment en worden vragen als: wat mag ik als student verwachten van een assessment, wat is het doel van het assessment en hoe bereid ik me zo goed mogelijk voor op het assessment, beantwoord. 2 Zie bijlage II voor competenties en niveau omschrijvingen. Niveau II: Het begrip juridische analyse houdt in dat je zelfstandig de juridische positie van betrokkenen weet te bepalen, betrokken belangen weet te wegen en je eigen analyse in concepten en adviezen weet verwerken. Op dit niveau ben je vooral bezig met verrichten, vertalen en beleid maken. 12

8 De beoordeling Onderdeel Oordeel studiepunten Stage 1 (Assessment) cijfer 14 punten Stage 2 (Assessment) cijfer 15 punten 13

9 De bijeenkomsten Woord vooraf De handleiding is geschreven voor alle stagestudenten die in de periode februari 2014 juni/juli 2014 stage lopen, hierbij is geen rekening gehouden met de verschillende startdata van de terugkomdagen. In deze periode zijn er veel verplichte vrije dagen, het kan daardoor voorkomen dat het terugkomprogramma niet aansluit op het rooster. Het staat de docent dan ook vrij om in overleg met de studenten de inlevermomenten van producten aan te passen, danwel een individuele bijeenkomst te wijzigen in groepsbijeenkomst of andersom, om een goed werkbaar terugkomprogramma te garanderen. Het terugkomprogramma kent een verplicht karakter, bij onvoldoende aanwezigheid (max 1 x afwezig) of onvoldoende functioneren kan dit van invloed zijn op je professionele functioneren en dus op het slagen van je stage. Terugkomprogramma Bijeenkomst 1 Kennis maken Bijeenkomst 2 Organisaties leren kennen Bijeenkomst 3 Individueel voorgangsgesprek met docent Bijeenkomst 4 Hoe doe ik het op mijn stage na 1,5 maand Bijeenkomst 5 Tussentijdse beoordeling docent Bijeenkomst 6 Verdieping dmv STARR Bijeenkomst 7 Hoe gaat het met je? Bijeenkomst 8 Lezen handleiding, hfdst 5 10 Rondje kennismaken met de organisaties van medestudenten, inleveren plan van aanpak bij stagedocent. Voorbereiden minorkeuze. Inleveren logboek 1 (minimaal 5 dagen voor terugkomdag) Onderwerp collegiale advisering, voorbereiden functioneringsgesprek adhv STARR- methode en voorbereiden portfolio check (let op: grote opdracht) Logboek 2, portfolio, inleveren functioneringsverslag (minimaal 5 dagen voor terugkomdag), invullen rapportageformulier, tussentijds assessment/beoordeling. Voorbereiden stage assessment, meenemen voorbeeldstukken en STARR formulieren logboek 3 Voorbereiden stage assessment 14

Toewerken naar het einde en het stage assessment Bijeenkomst 9 Assessment tijd Bijeenkomst 10 Assessment tijd Inleveren logboek 4 en stagedossier Stage assessment 9.1 Bijeenkomst 1: plenair Doel bijeenkomst: Kennismaken met je stagegroep en met je stagedocent. Samen bekijken wat de opleiding van je verwacht in het terugkomprogramma en wat mag jij verwachten van je stagedocent en van de opleiding. Tip: maak een groep app, hier kun je vragen stellen aan elkaar en je hebt snel en makkelijk contact, ondanks dat je elkaar maar 1x per 2 weken ziet. Opdracht - Lezen: handleiding stage hoofdstuk 5 tot en met 10. Bestuderen rapportageformat. 9.2 Bijeenkomst 2: plenair Doel bijeenkomst: Meer te weten komen van de organisatie waar je medestudenten stage lopen, wellicht is een van de organisaties iets voor jou om bij af te studeren?! Opdracht 1: Mini- presentatie Bij deze presentatie spreek je vijf minuten over jouw stagebiedende organisatie en de werkzaamheden die je verricht. Je medestudenten stellen vragen. De invulling van de presentatie bepaal je zelf, dit kan van een ppt, prezi of een andere manier van presenteren zijn. Opdracht 2: Voorbereiden kennismakingsgesprek Het goed verlopen van het kennismakingsgesprek is jouw verantwoordelijkheid, met andere woorden jij bent de voorzitter van deze vergadering en zorgt dat het gesprek naar tevredenheid van alle partijen verloopt. Denk goed na wat je tijdens het gesprek wil bespreken. Voorafgaand aan het gesprek zend je per e-mail de agenda naar je docent en begeleider. Na afloop van het gesprek leg je afspraken, gemaakt tijdens het kennismakingsgesprek vast en stuur je dit verslag binnen 5 werkdagen naar de praktijkbegeleider en de stagedocent. Opdracht 3: Plan van Aanpak (PvA) In het kader van de invulling van je stage en de mogelijke werkzaamheden die je gaat verrichten bij de organisatie en de leerdoelen die je jezelf stelt, schrijf je een PvA. 15

Het PvA bevat in ieder geval de volgende vijf onderdelen: 1. totstandkoming en inhoud stageopdracht/ meeloopstage; 2. jouw persoonlijke doelen (per logboekperiode) tijdens de stage; 3. competenties waar jij verwacht met name aan te werken; 4. taken, werkzaamheden en gewenste resultaten; 5. planning van je toekomstige taken en werkzaamheden. Neem in het plan van aanpak ook mee hoe jij van plan bent op niveau II 3 te functioneren voor 5 competenties (zie rapportageformulier). Opdracht 4: Minor voorbereiding Kijk op dlwo naar de minoren waarvoor je je kunt inschrijven, bespreek met elkaar de keuzen mogelijkheden. https://dlwo.dmr.hva.nl/nl/onderwijs/hborechten/paginas/minoren Let op: DE INSCHRIJFPERIODE VOOR MINOREN VAN SEMESTER 1 VAN STUDIEJAAR 2014-2015 LOOPT VAN MAANDAG 7 APRIL OM 9.00 UUR TOT EN MET ZONDAG 20 APRIL 2014. 9.3 Bijeenkomst 3: individueel Doel bijeenkomst: samen met je stagedocent terug kijken op de eerste periode van je stage, hoe is het verlopen, wat viel mee, wat viel tegen, ben je inmiddels ingeburgerd of merk je dat er nog onduidelijkheden zijn. Heb je al een beter beeld over je ontwikkeling de aankomende tijd, heb je je eerste doel (oriënteren) bereikt? Opdracht 1: Logboek nr. 1 Tijdens de derde bijeenkomst bespreek je je eerste logboek met je stagedocent. Je logboekperiode beslaat in de meeste gevallen ongeveer 4 weken. Je levert je logboek 5 werkdagen voorafgaand aan de bijeenkomst in. 9.4 Bijeenkomst 4: plenair Doel bijeenkomst: Bespreken van ervaringen met elkaar, waar loop je in je stage tegenaan? Als groep kies je uit de groep 1 of 2 onderwerpen welke je volgens het intervisiemodel bespreekt. De docent legt uit hoe het intervisie model werkt. Tevens blik je tijdens deze bijeenkomst vooruit naar je tussentijds functioneringsgesprek. Een belangrijk moment want het is je eerste beoordelingsmoment dat je goed moet voorbereiden. 3 Zie bijlage II voor competenties en niveau omschrijvingen. Niveau II: Het begrip juridische analyse houdt in dat je zelfstandig de juridische positie van betrokkenen weet te bepalen, betrokken belangen weet te wegen en je eigen analyse in concepten en adviezen weet verwerken. Op dit niveau ben je vooral bezig met verrichten, vertalen en beleid maken. 16

Opdracht 1: Collegiale advisering Bespreek een concrete situatie tijdens de collegiale advisering waar jij tijdens je stage tegenaan bent gelopen. Opdracht 2: Drie producten meenemen naar de terugkombijeenkomst Neem ten minste 3 producten mee van je stageadres, vergelijk met je medestudenten de producten en beoordeel het niveau en beargumenteer met de STARR/T methode (bijlage III). Opdracht 3: Functioneringsgesprek en voorbereiding tussentijds stage assessment Na ongeveer acht tot tien weken voer je samen met jouw praktijkbegeleider een functioneringsgesprek. Ten behoeve van dit functioneringsgesprek vullen de praktijkbegeleider en jij afzonderlijk de scorelijst beroepscompetenties in (zie bijlage III). Let op je stagedocent is hier niet bij aanwezig, je schrijft een verslag over je functioneringsgesprek zodat je stagedocent toch goed op de hoogte is van hetgeen besproken. Als voorbereiding op het gesprek met je docent vul je het rapportageformulier in, zie bijlage IV. Lees de instructies van het formulier. Let op: je praktijkbegeleider en jij gebruiken alleen het competentieformulier, niet het rapportageformulier. Samengevat: - plan een afspraak met jouw praktijkbegeleider en vraag ook hem de scorelijst beroepscompetentie in te vullen; - schrijf een kort verslag van het functioneringsgesprek en lever dit samen met de ingevulde competentieformulieren en je STARR A4tjes in bij je stagedocent voorafgaand aan bijeenkomst 5! - Vul het rapportageformulier in en vul je portfolio, lever in voorafgaand aan bijeenkomst 5. 9.5 Bijeenkomst 5: individueel; tussentijds stage assessment Doel bijeenkomst: je stagedocent beoordeelt hoe je tot op heden functioneert op je stage. Het tussentijdsfunctioneringsgesprek met je praktijkbegeleider wordt besproken en je portfolio wordt bekeken door je stagedocent. Je ontvangt een cijfer als beoordeling van je functioneren na 10 weken stage lopen. Opdracht 1: Logboek 2 Inmiddels heb je je tweede logboek geschreven en ingeleverd. In het tweede logboek dien je met betrekking tot reflectie de nadruk te leggen op de functioneringsdoelstelling. Dit sluit mooi aan bij je functioneringsgesprek. Je levert wederom je logboek 5 dagen voorafgaand aan het individuele gesprek in. 17

Opdracht 2: stageportfolio en ingevuld rapportageformulier Je hebt je portfolio voor ten minste 5 competenties gevuld met juridisch relevante Producten, tenminste 5 producten in je portfolio niet per se verdeeld over 5 competenties. Je hebt nu tevens voldoende informatie om je rapportageformulier bij te werken voor de eerste helft van je stage. Op deze manier kan je aan je stagedocent aantonen dat je de afgelopen tijd op voldoende niveau werkzaamheden hebt verricht. Jouw stagedocent kijkt of je straks een goede kans maakt om je stageassessment te halen en beoordeelt je tussentijds functioneren door middel van een tussentijds assessment. 9.6 Bijeenkomst 6: plenair Doel bijeenkomst: Leren van elkaar. Welke producten maak jij op je stage of wat voor werkzaamheden verricht jij op je stage, van welk niveau zijn deze taken, hoe heb jij dat in een starr/t verwoord? Opdracht 1: Drie producten meenemen naar de terugkombijeenkomst Neem ten minste 3 producten mee van je stageadres, vergelijk met je medestudenten de producten en beoordeel het niveau en beargumenteer met de STARR/T methode. Opdracht 2: Het stage assessment Tijdens deze terugkomdag wordt het stageassessment nader besproken. De stagedocent geeft aan wat je mag verwachten tijdens het assessment, tevens krijg je door middel van diverse oefeningen met je medestudenten een goed beeld hoe je je optimaal voorbereid op jouw grote moment aan het einde van de stageperiode. Het moment waarop je kan laten zien dat je een stage hebt gelopen op HBO niveau II. Algemene informatie over assessments kun je vinden in bijlage VI of op www.score.hva.nl 9.7 Bijeenkomst 7: individueel Doel bijeenkomst:dit is je laatste individuele bijeenkomst met je stagedocent. Naast je derde logboek bespreek je individuele vragen die je nog hebt over je stage, jouw portfolio, het stage assessment of eventuele andere vragen. Opdracht 1: Logboek nr. 3 Tijdens de zevende bijeenkomst wordt het derde logboek besproken met de stagedocent. Ook dit logboek staat in het teken van de functioneringsdoelstelling. Opdracht 2: Voorbereiden eindgesprek Het eindgesprek vindt plaats vlak voor het einde van je stage. Dit is het moment voor je praktijkbegeleider om jou te beoordelen over de gelopen stage. In tegenstelling tot het functioneringsgesprek zal dit gesprek plaatsvinden in het bijzijn van de stagedocent. Op deze manier krijgt je stagedocent een goed beeld van de wijze waarop jij hebt gefunctioneerd tijdens de stage. Ter voorbereiding op het eindgesprek 18

(beoordelingsgesprek) vullen jij en je praktijkbegeleider nogmaals het competentieformulier in. Jij maakt ter voorbereiding op dit gesprek wederom gebruik van de STARR- of STARRT-methode. Plan een datum voor deze afspraak met jouw stagedocent en praktijkbegeleider. Let op je praktijkbegeleider hoeft niet het rapportageformulier in te vullen, dit is iets tussen jou en je stagedocent. 9.8 Bijeenkomst 8: plenair (afsluiting met de groep) Doel bijeenkomst: laatste puntjes op de i. Stel je vragen omtrent het stage assessment en vergelijk met je groepsgenoten hoe zij zich voorbereiden. 9.9 Bijeenkomsten 9 en 10 (kunnen samenvallen met je eindgesprek) Doel bijeenkomst: stage assessment houden Opdracht 1: Logboek 4 Logboek 4 staat in het teken van reflectie, dit betekent dat het vierde logboek zal afwijken van de eerste drie logboeken. Je zult in de laatste periode niet meer dagelijks je werkzaamheden beschrijven. In plaats daarvan kijk je terug op de afgelopen 16-20 weken en reflecteer je op je doelstellingen en je werkzaamheden, je kijkt terug naar de begeleiding en hoe jij hebt gefunctioneerd bij jouw organisatie. Kortom dit logboek betreft een afsluiting van de stage. Opdracht 2: Stagedossier Aan het einde van de stageperiode lever je diverse documenten in bij je stagedocent. Jouw stagedossier bestaat uit zowel een digitaal dossier in je portfolio als een hard copy dossier dat je bij je docent inlevert. Het dossier bestaat uit alle producten die je voor de terugkomdagen hebt moeten invullen of moeten maken, bijvoorbeeld het stageaanmeldingsformulier, de stageovereenkomst, de vier logboeken, het verslag van de voorbereiding op en verslag van het functioneringsgesprek met ingevulde scorelijst beroepscompetenties enzovoort, tevens voeg je voor 5 competenties minimaal 2 juridische producten toe waar je tijdens je stage aan hebt gewerkt (zie rapportageformulier) + voor elk juridisch product een Starr verantwoording. Wanneer het vanwege geheimhouding niet mogelijk is om de juridische producten in je portfolio te plaatsten, schrijf je van een aantal opdrachten een A4tje waarin je het product en je werkzaamheden omschrijft. Dit A4tje plaats je in je portfolio. 10 Beoordelingscriteria 10.1 Algemeen De verschillende producten (te weten: het logboek, het plan van aanpak en het stageassessment) worden beoordeeld op grond van onderstaande criteria. Voor een voldoende dienen alle genoemde aspecten minimaal met een 6 beoordeeld te zijn. 19

Voor alle stageproducten geldt dat aan onderstaande criteria moet zijn voldaan voor een voldoende. Daarnaast is de beoordeling afhankelijk van correct schrijf en taalgebruik, de mate van het gebruik van professioneel schrijf en taalgebruik, de stijl en opbouw. De criteria zijn te vinden in het document Standaardbeoordelingscriteria schriftelijke opdrachten dat je op dlwo kunt vinden. Tot slot word je ook beoordeeld op de mate van reflectie op jezelf en op de stageorganisatie. Extra inzet, een proactieve houding en eigen initiatief dragen bij aan een hogere beoordeling en vice versa. 10.2 Beoordelingscriteria Plan van Aanpak Het PvA bevat in ieder geval de volgende vijf onderdelen: 1. totstandkoming en inhoud stageopdracht/ meeloopstage; 2. jouw persoonlijke doelen (per logboekperiode) tijdens de stage; 3. competenties waar jij verwacht met name aan te werken; 4. taken, werkzaamheden en gewenste resultaten; 5. planning. 10.3 Beoordelingscriteria Logboek In het werkveld is het gebruikelijk dat een nieuwe medewerker voor zichzelf en zijn begeleiders een logboek bijhoudt. Het logboek is bedoeld om de belangrijkste gebeurtenissen, momenten en afspraken vast te leggen en geeft inzicht in het niveau en de diversiteit van de werkzaamheden. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan: het krijgen van een nieuwe opdracht; het veranderen van een bestaande opdracht; een belangrijke bespreking; de goedkeuring van producten; de samenwerking; de voortgang van de planning zoals opgenomen in het plan van aanpak; de persoonlijke leerdoelen; de begeleiding. 10.4 Beoordelingsformulier stageassessment Wat mag je als student verwachten van een assessment, wat is het doel van het assessment en hoe bereid ik me zo goed mogelijk voor op het assessment? 4 Het doel van het stageassessment is kort gezegd om vast te stellen of je op niveau II stage hebt gelopen en of je in staat bent dit aan te tonen in een assessment. Gedurende de terugkomdagen heb je onder begeleiding van je stagedocent en praktijkbegeleider gewerkt aan je portfolio. Je portfolio ziet er als volgt uit. 4 Zie bijlage VI of www.score.hva.nl 20

Je plaatst voor 5 competenties 2 stukken in je reeds bestaande studieportfolio. De stukken tonen jouw ervaringen en kwaliteiten aan in relatie tot het competentieprofiel van de opleiding HBO-Rechten. Het portfolio bevat bewijzen ter onderbouwing van de beheersing van vijf competenties op niveau II. Je schrijf per product een A4tje waarin je het volgende uitwerkt: 1.Via de Starr methode laat je zien wat jouw aandeel is geweest in het opstellen/uitvoeren van het product. 2. Je legt uit waarom het product onder de specifieke competentie valt en de werkzaamheden die je hebt verricht van niveau II zijn. Naast de producten in je portfolio met bijbehorende STARR vul je het stagerapportage formulier in. In de rapportage wordt voor elke door jou aangetoonde competentie een oordeel gegeven, je wordt beoordeeld op basis van de beoordelingscriteria die in het stageassessment formulier per competentie zijn opgenomen. Deze criteria zijn: Vakkundig: analytisch, onderzoekend, maakt gebruik van relevante modellen/literatuur en jurisprudentie/technieken/protocollen etc en komt tot zo tot een oordeelvorming. Effectief communiceren: toegankelijk, sensitief, overtuigend Methodisch/planmatig werken Reflecteert op eigen werkwijze, je bent in staat je sterktes&zwaktes te benoemen en kunt als professional hiernaar handelen (=ontwikkel- en leervermogen). Je kunt omgaan met feedback. Aan het einde van het stageassessment stelt de docent vast of: - Alle 5 competenties volledig zijn aangetoond: je ontvangt een cijfer voor het onderdeel stage, of dat - niet alle vijf competenties volledig zijn aangetoond: je ontvangt geen cijfer voor het onderdeel Stage, je dient dit onderdeel te herkansen. 21

Bijlage I Stageovereenkomst De ondergetekenden*, organisatie gevestigd te. vertegenwoordigd door.. hierna te noemen de organisatie, Hogeschool van Amsterdam, gevestigd te Amsterdam, Stadhouderskade 55, 1072 AB, in stand houdende de opleiding HBO-Rechten te Amsterdam, Wibautstraat 80-86, 1091 GP, vertegenwoordigd door.. hierna te noemen de onderwijsorganisatie, en.. (naam en studentnummer).. (adres) hierna te noemen de stagiair, komen overeen dat de stagiair, die de opleiding HBO-Rechten volgt aan de onderwijsorganisatie, een stageopdracht uitvoert in opdracht van de organisatie van - -. tot - -. (periode) gedurende vier dagen per week, onder de condities genoemd in deze overeenkomst. Verzuim tijdens deze periode moet een geldige reden hebben en mag niet meer bedragen dan 20% van het maximum aantal werkbare dagen. * Toelichting Naam en adres van de rechtspersoon die de organisatie in stand houdt. Naam en adres van de rechtspersoon die de onderwijsorganisatie in stand houdt (de stagedocent). Naam en adres van de stagiair. Artikel 1 De genoemde stageperiode maakt deel uit van het derde leerjaar van het leerplan van de opleiding aan de onderwijsorganisatie en heeft een beroepsopleidend karakter. Artikel 2 De werkzaamheden van de stagiair in de organisatie hebben een leerfunctie. Deze overeenkomst is derhalve geen arbeidsovereenkomst. 22

Artikel 3 Lid 1 De stagiair wordt op de stageplaats begeleid door een voldoende juridisch gekwalificeerde begeleider: de praktijkbegeleider. De praktijkbegeleider dient tenminste te beschikken over hbo werk- en denkniveau en is afgestudeerd (hbo-)jurist. Lid 2 De stagewerkzaamheden moeten het mogelijk maken dat de student een 5 tal competenties van de opleiding HBO-Rechten op niveau II kan verwerven (zie bijlage II van de verkorte stagehandleiding 2013-2014). Artikel 4 De precieze invulling van de werkzaamheden van de stagiair in de organisatie zal in overleg tussen partijen uiterlijk vier weken na aanvang van de stageperiode vastgelegd worden. De omschrijving van de werkzaamheden in de vorm van een stageopdracht maakt dan deel uit van deze overeenkomst. Artikel 5 De stagiair ontvangt een vergoeding voor de werkzaamheden in het kader van de stageopdracht, ten bedrage van. bruto/netto* per maand. Artikel 6 De stagiair is verplicht de binnen de organisatie in het belang van orde, veiligheid, gezondheid en vertrouwelijkheid gegeven regels, voorschriften en aanwijzingen in acht te nemen. Dit geldt, voor zover van toepassing, ook voor schriftelijke opdrachten en stageverslagen. De regels en voorschriften zijn aan de stagiair bij het sluiten van deze overeenkomsten bekendgemaakt. Het stageverslag wordt, voordat het naar de onderwijsorganisatie gaat, onderworpen aan de goedkeuring van de organisatie. Indien het rapport vertrouwelijk is, wordt dit duidelijk aangegeven. Artikel 7 Voor de stagiair gelden de in de organisatie gebruikelijke regels voor werktijden, vrije en (studie)verlofdagen (met een door de opleiding opgelegd maximum van vier verlofdagen), afwezigheid door ziekte en ziekmeldingen. Deze zijn aan de stagiair bij het sluiten van de overeenkomst bekendgemaakt. De stagiair stelt bovendien de stagedocent in kennis van ziekte en van terugkomst na ziekte. Artikel 8 De organisatie wijst dhr./mw. aan als praktijkbegeleider, belast met de begeleiding van de stagiair op de werkplek. De stagiair en de praktijkbegeleider bespreken regelmatig de voortgang van de stagewerkzaamheden. De stagiair rapporteert de voortgang met regelmaat aan de praktijkbegeleider. Artikel 9 De stagiair krijgt één dag per week (vrijdag) de gelegenheid voor een bezoek aan de onderwijsorganisatie. 23

Artikel 10 De onderwijsorganisatie wijst als docent dhr./mw. aan, belast met het begeleiden van de stagiair. Behoudens uitzonderingssituaties zal de stagedocent de stagiair tijdens de stage twee keer bezoeken, waaronder begrepen het eindgesprek. De stagiair rapporteert de voortgang met regelmaat aan de stagedocent. Artikel 11 De onderwijsorganisatie heeft de stagiair van tevoren voorbereid op het doel van de stageperiode, op de positie van een stagiair in een organisatie en op de afspraken zoals in deze overeenkomst vervat. Artikel 12 In één van de laatste weken van de stageperiode vindt het eindgesprek plaats. In het eindgesprek geeft de praktijkbegeleider een beoordeling van het functioneren van de stagiair aan de hand van de scorelijst beroepscompetenties. De eindverantwoordelijkheid voor de stagebeoordeling ligt bij de opleiding. Artikel 13 Bij problemen tijdens de stageperiode richt de stagiair zich in de eerste plaats tot de praktijkbegeleider. Is deze niet in staat het probleem op te lossen, dan kan het probleem vervolgens door de stagiair en/of door de praktijkbegeleider aan de stagedocent worden voorgelegd. Indien zij gezamenlijk niet tot een oplossing kunnen komen, zal het probleem aan de Coördinator stage worden voorgelegd. Artikel 14 Wijzigingen van hetgeen is overeengekomen vinden plaats in een gesprek tussen stagiair, praktijkbegeleider en stagedocent. Indien men gezamenlijk niet tot een oplossing komt geldt dezelfde procedure als in artikel 13. Artikel 15 De overeenkomst eindigt: Aan het eind van de afgesproken periode; Indien de stagiair de onderwijsorganisatie verlaat; Indien partijen dat wensen; en Indien een van partijen dat wenst, mits de procedure volgens artikel 13 is doorlopen en in overleg tussen de aangewezenen uit de organisatie en uit de onderwijsorganisatie geen voorwaarden zijn gecreëerd waaronder de stageperiode voortgang kan vinden. Artikel 16 Op deze overeenkomst is de stagecode HBO van toepassing. 24

Aldus overeengekomen en in drievoud opgemaakt, te op namens de organisatie: stagedocent namens de onderwijsorganisatie: de stagiair: 25

Bijlage: van toepassing indien student niet EU paspoort bezit Een kopie van het paspoort van de studentstagiair moet aan dit formulier worden gehecht. Dit formulier moet aanwezig zijn op het adres waar de stage wordt vervuld. Persoonlijke informatie student - Familienaam : - Voornaam : - Geboortedatum : - Geboorteplaats : - Nationaliteit : - Is verblijfsvergunning vereist? : Ja/Nee - Nummer Nederlandse verblijfsvergunning : - Is kopie paspoort aangehecht? : Ja/Nee - Telefoonnummer : - E-mail : - Huisadres tijdens stage : - Telefoonnummer huisadres : Informatie Nederlandse onderwijsinstelling - Naam onderwijsinstelling : Hogeschool van Amsterdam - Adres : Wibautstraat 80-86, 1091 GP Amsterdam - Telefoonnummer : 020 595 2825 - E-mail : eb-recht@hva.nl - Onderwijseenheid (faculteit) : Domein Maatschappij en Recht, HBO- Rechten - Naam stagedocent : - Telefoonnummer : - Fax : - E-mail : Informatie stagebiedende organisatie - Naam organisatie : - Stageadres studentstagiair tijdens stage : - Telefoonnummer : - E-mail : - Naam stagebegeleider : - Telefoonnummer : - Fax : - E-mail : 26

Bijlage II Scorelijst beroepscompetenties Competenties 1-10 of n.v.t. Competentie 1: Juridisch analyseren Formuleren en oplossen van rechtsvragen op basis van analyse van juridisch relevante feiten en juridische bronnen. Toelichting cijfer: Competentie 2: Adviseren Geven van advies op basis van een juridische analyse. Toelichting cijfer: Competentie 3: Vertegenwoordigen Behartigen van juridische belangen van anderen door rechtsbijstand te verlenen, te onderhandelen en te bemiddelen. Toelichting cijfer: Competentie 4: Beslissen Vaststellen van de rechtspositie van een of enkele personen binnen juridische kaders met meeweging van juridische argumenten en maatschappelijke factoren. Toelichting cijfer: Competentie 5: Reguleren Opstellen en wijzigen van regelgeving. Toelichting cijfer: Competentie 6: Dossier managen Aanleggen en beheren van juridische dossiers, bewaken van de doorloop en de samenhang, afsluiten en overdragen ervan. 27

Toelichting cijfer: Competentie 7: Organiseren Efficiënt en effectief uitvoeren en regisseren van organisatieprocessen in een juridische context met aandacht voor proces- en kwaliteitsmanagement, kennis- en informatiemanagement en innovatie. Toelichting cijfer: Competentie 8: Reflectieve professional Ontwikkelen van de eigen professionaliteit. Toelichting cijfer: Eindcijfer (opmerkingen) Competentieniveaus Niveau 1: hoofdfasebekwaam/juridische kwalificatie Dit is het niveau dat je aan het eind van de propedeuse dient te beheersen en waarmee je aantoont dat je geschikt bent om te starten in de hoofdfase van je studie. Het begrip juridische kwalificatie houdt in dat je in staat bent om op basis van een ruwe casus relevante rechtsgebieden te bepalen. Daarnaast kun je ook overige relevante informatie, zoals wet- en regelgeving en jurisprudentie vinden en feiten benoemen en selecteren op basis van juridische relevantie. Bij deze vaardigheden pas je op systematische wijze juridische werkmodellen toe; het niveau van handelen is voornamelijk uitvoerend. Niveau 2: profielkeuzebekwaam/juridische analyse stageniveau In de hoofdfase start je met de ontwikkeling van je individuele competentieprofiel. Aan het eind van niveau 2 (meestal zal dat in jaar 3 van je studie zijn) zul je dan ook in staat zijn om belangrijke keuzes te maken met betrekking tot je studieloopbaan en 28

profilering op de arbeidsmarkt. Denk hierbij aan het maken van eigen keuzes binnen het studieprogramma, maar ook binnen mogelijkheden om door te studeren en op stage te gaan. Het begrip juridische analyse houdt in dat je zelfstandig de juridische positie van betrokkenen weet te bepalen, betrokken belangen weet te wegen en je eigen analyse in concepten en adviezen weet verwerken. Op dit niveau ben je vooral bezig met verrichten, vertalen en beleid maken. Niveau 3: beroepsbekwaam/juridische compositie Als je niveau 3 van de studie hebt bereikt, heb je het recht om jezelf een Bachelor of Laws te noemen en ben je geschikt om de arbeidsmarkt op te stromen. Door specifieke keuzes in het binnen- en buitenschoolse programma te maken, kun je je richten op een bepaalde beroepsrol, een rechtsgebied en/of een beroepscontext. Het begrip juridische compositie houdt in dat je in staat bent om op basis van een ruwe casus te bepalen welke procedure(s) van behandeling en verwerking van rechtsvragen aan de orde zijn binnen een bepaalde tijdlijn. Daarnaast kun je de rechtsvraag definiëren, bepalen wie welke bevoegdheden heeft en het proces van behandeling en besluitvorming organiseren. Op dit niveau ben je dus in staat om zelfstandig beroepsproblemen te onderzoeken en op te lossen, beroepsproducten en praktijkrelevante oplossingen te evalueren en beroepsrelevante ontwikkelingen te vertalen naar een specifieke arbeidsorganisatie. 29

Bijlage III STARR Het bewijs betreft: een beroepsproduct dat ik zelf gemaakt heb, namelijk:. een beroepsproduct dat ik samen met anderen heb gemaakt namelijk: een beschrijving van een concrete ervaring. Geef een toelichting op het bewijs door alle onderstaande vragen te beantwoorden. Voeg het ingevulde blad bij het bewijs in uw portfolio. Situatie: beschrijf de aanleiding en het doel van de opdracht/taak die aan het bewijs ten grondslag ligt. Geef tevens aan wie de opdrachtgever was en wie eventueel andere betrokken waren. Taak: Beschrijf de exacte taak/opdracht die je hebt gekregen en je rol/functie daarin. Activiteiten/Actie: beschrijf de aanpak die je hebt gehanteerd: welke activiteiten, in welke volgorde, welke voorbereiding was er nodig? Welke juridische modellen/literatuur/wet- en regelgeving, databanken, jurisprudentie etc. heb je toegepast? Maak, in geval van teamwork, duidelijk welke activiteiten voor jouw rekening kwamen en hoe zelfstandig je die uitvoerde. Resultaat: beschrijf het resultaat van de opdracht en jouw aanpak. Hoe is het resultaat beoordeeld, door wie en waarop? Wat is er vervolgens met het resultaat gebeurd? 30