4 a naam hulp blad 1 1 Reken uit 10 3 = 10 8 = 10 5 = 10 1 = 10 6 = 10 7 = 10 2 = 10 9 = 2 Reken uit, haal af tot 10 13 3 = 10 15 = 10 17 = 10 12 = 10 14 = 10 16 = 10 18 = 10 11 = 10 3 Reken uit, haal eerst af tot 10 Denk aan de 10-vriendjes. 4 2 6 3 14 6 = 16 9 = 7 1 5 1 17 8 = 15 7 = 11 3 = 13 8 = 18 9 = 15 6 = 82
4 a naam hulp blad 2 4 Reken uit, haal eerst af tot 10 Denk aan de 10-vriendjes. 12 3 = 14 6 = 13 7 = 11 3 = 16 9 = 14 8 = 5 Van verhaal naar rekentaal Maak een tekening en schrijf in rekentaal. Jarno trakteert. Hij wil 15 kinderen een lolly geven. Hij heeft al 7 kinderen een lolly gegeven. Hoeveel kinderen moet hij nog een lolly geven? In rekentaal: Som: Antwoord: 83
blad 4 a naam hulp 3 6 Tussen welke tientallen? Maak vast. 13 4 0 en 10 10 en 20 25 5 27 43 65 20 en 30 30 en 40 48 64 37 75 51 19 40 en 50 50 en 60 55 78 89 95 83 32 60 en 70 70 en 80 47 11 92 87 36 80 en 90 90 en 100 77 39 7 Van klein naar groot Zet de getallen op volgorde van klein naar groot. a 27 76 54 89 32 4 67 99 4 b 44 65 21 49 64 12 70 8 Kleiner of groter dan 50? Zet de getallen in de juiste kolom. 54 81 69 49 78 24 33 98 1 kleiner dan 50 groter dan 50 84
4 a antwoorden naam hulp blad 1 1 Reken uit 10 3 = 7 10 8 = 2 10 5 = 5 10 1 = 9 10 6 = 4 10 7 = 3 10 2 = 8 10 9 = 1 2 Reken uit, haal af tot 10 13 3 = 10 15 5 = 10 17 7 = 10 12 2 = 10 14 4 = 10 16 6 = 10 18 8 = 10 11 1 = 10 3 Reken uit, haal eerst af tot 10 Denk aan de 10-vriendjes. 4 2 6 3 14 6 = 8 16 9 = 7 4 4 4 4 7 1 5 2 1 2 17 8 = 9 15 7 = 8 11 3 = 8 4 4 4 4 4 4 3 5 8 8 8 1 13 8 = 5 18 9 = 9 15 6 = 9 4 4 4 4 4 4 116
4 a antwoorden naam hulp blad 2 4 Reken uit, haal eerst af tot 10 Denk aan de 10-vriendjes. 12 3 = 9 14 6 = 8 13 7 = 6 2 1 4 2 3 4 11 3 = 8 16 9 = 7 14 8 = 6 1 2 6 3 4 4 5 Van verhaal naar rekentaal Maak een tekening en schrijf in rekentaal. Jarno trakteert. Hij wil 15 kinderen een lolly geven. Hij heeft al 7 kinderen een lolly gegeven. Hoeveel kinderen moet hij nog een lolly geven? In rekentaal: Som: 15 7 = 8 of 7 + 8 = 15 Antwoord: 8 kinderen 117
blad 4 a antwoorden naam hulp 3 6 Tussen welke tientallen? Maak vast. 13 4 0 en 10 10 en 20 25 5 27 43 65 20 en 30 30 en 40 48 64 37 75 51 19 40 en 50 50 en 60 55 78 89 83 95 32 60 en 70 70 en 80 47 11 92 87 36 80 en 90 90 en 100 77 39 7 Van klein naar groot Zet de getallen op volgorde van klein naar groot. a 27 76 54 89 32 4 67 99 4 27 32 54 67 76 89 99 b 44 65 21 49 64 12 70 118 12 21 44 49 64 65 70 8 Kleiner of groter dan 50? Zet de getallen in de juiste kolom. 54 81 69 49 78 24 33 98 1 kleiner dan 50 groter dan 50 49 24 33 1 54 81 69 78 98
4 a naam verrijking blad 1 1 Verschillende sommen, zelfde antwoord 19 25 46 99 2 Een kruisgetalraadsel Vul de getallen op de goede plek in. Elk cijfer komt in een apart vakje. Van links naar rechts: a 31 7 c 73 6 Van boven naar beneden: b 51 3 c 72 9 d a b c e f 8 g 13 9 h 53 9 d 131 8 e 152 7 g 12 8 f g h i j k 62 5 i 92 5 k l l 72 9 j 62 6 3 Reken uit V 23 = 14 32 = 25 55 = 48 64 = 56 91 = 84 87 = 78 9 = 53 8 = 75 7 = 34 6 = 86 7 = 42 5 = 79 149
4 a naam verrijking blad 2 4 Maak de sommen Bedenk zelf hoe de rijtjes verder gaan. 7 + 8 = 8 + 6 = 13 7 = 15 9 = 17 + 8 = 18 + 6 = 23 7 = 25 9 = 27 + 8 = + = 33 7 = = + = + = = = + = + = = = + = + = = = 5 Welk getal? dubbel 8 + 1 = dubbel 6 1 = dubbel 8 1 = dubbel 6 + 1 = dubbel 7 + 1 = dubbel 9 + 1 = dubbel 7 1 = dubbel 9 1 = 6 Bedenk bij elke tekening twee sommen met dubbelen a b 150 c
4 a naam verrijking blad 3 7 Hoeveel spelden zijn er nodig? Eén tekening is met 4 spelden vast gemaakt. Twee tekeningen zijn met spelden vast gemaakt. Drie tekeningen zijn met spelden vast gemaakt. Voor 4 tekeningen: spelden. Voor 8 tekeningen: spelden. Voor 5 tekeningen: spelden. Voor 10 tekeningen: spelden. Voor 6 tekeningen: spelden. Voor 20 tekeningen: spelden. 8 Welke sommen kunnen het zijn? 2 = 1 2 = 1 2 = 1 2 = 1 6 = 5 6 = 5 6 = 5 6 = 5 6 = 1 6 = 1 6 = 1 6 = 1 5 = 5 5 = 5 5 = 5 5 = 4 5 = 4 5 = 4 5 = 5 5 = 4 9 Welk getal ligt in het midden? a c e 20 50 18 48 1 99 b d f 22 52 10 90 9 91 151
4 a naam verrijking blad 4 10 Teken de figuren ook in de gewone spiegel lachspiegel gewone spiegel lachspiegel gewone spiegel lachspiegel gewone spiegel 152
4 a naam verrijking blad 5 11 Een rekenslang 9 8 + 7 14 93 78 + 4 5 68 77 84 100 + 11 + 7 12 Zoek de weg door de doolhof Begin bij start. 20 a Teken de weg naar 20. Doe dat in vier stappen. Zet een a bij elk stukje. start 15 + 6 + 8 +3 b Teken de weg naar 10. Doe dat in zes stappen. Zet een b bij elk stukje. 6 4 9 7 10 c Teken de weg naar 24. Doe dat in vier + 7 +8 + 9 +6 stappen. Zet een c bij elk stukje. 24 13 Op hoeveel manieren kan de jongen zich kleden? Dat kan op manieren. 153
blad 4 a naam verrijking 6 14 Leg het terras vol tegels 15 Samen 100 Steeds zijn vier getallen samen 100. De getallen staan op de hoeken van vierkanten. Zoek die vierkanten. Trek eerst dunne lijnen met je potlood. 13 7 93 5 5 0 25 25 16 14 0 18 28 52 25 25 12 0 65 15 10 15 75 15 10 10 21 29 5 25 55 20 30 15 15 45 9 13 17 16 40 30 15 21 Ik heb... vierkanten gevonden! 31 39 41 16 20 34 50 19 10 14 19 8 11 19 39 10 41 18 20 36 14 11 31 10 14 30 40 154
4 a antwoorden naam verrijking blad 1 1 Verschillende sommen, zelfde antwoord Controle door de leerkracht. 19 25 46 99 2 Een kruisgetalraadsel Vul de getallen op de goede plek in. Elk cijfer komt in een apart vakje. Van links naar rechts: a 31 7 c 73 6 f 8 g 13 9 h 53 9 k 62 5 l 72 9 Van boven naar beneden: b 51 3 c 72 9 d 131 8 e 152 7 g 12 8 i 92 5 j 62 6 d 1 2 7 3 a b c 2 4 8 8 5 7 4 6 7 f g h k i j l 3 1 4 4 5 5 6 3 e 3 Reken uit V 23 9 = 14 32 7 = 25 55 7 = 48 64 8 = 56 91 7 = 84 87 9 = 78 62 9 = 53 83 8 = 75 41 7 = 34 92 6 = 86 49 7 = 42 84 5 = 79 185
4 a antwoorden naam verrijking blad 2 4 Maak de sommen Bedenk zelf hoe de rijtjes verder gaan. 7 + 8 = 15 8 + 6 = 14 13 7 = 6 15 9 = 6 17 + 8 = 25 18 + 6 = 24 23 7 = 16 25 9 = 16 27 + 8 = 28 + 6 = 34 33 7 = 26 9 = 26 37 + 8 = 45 38 + 6 = 44 43 7 = 36 45 9 = 36 47 + 8 = 55 48 + 6 = 54 53 7 = 46 55 9 = 46 57 + 8 = 65 58 + 6 = 64 63 7 = 56 65 9 = 56 5 Welk getal? dubbel 8 + 1 = 17 dubbel 6 1 = 11 dubbel 8 1 = 15 dubbel 6 + 1 = 13 dubbel 7 + 1 = 15 dubbel 9 + 1 = 19 dubbel 7 1 = 13 dubbel 9 1 = 17 6 Bedenk bij elke tekening twee sommen met dubbelen Controle door de leerkracht. a b 186 c
4 a antwoorden naam verrijking blad 3 7 Hoeveel spelden zijn er nodig? Eén tekening is met 4 spelden vast gemaakt. Twee tekeningen zijn met 6 spelden vast gemaakt. Drie tekeningen zijn met 8 spelden vast gemaakt. Voor 4 tekeningen: 10 spelden. Voor 5 tekeningen: 12 spelden. Voor 6 tekeningen: 14 spelden. Voor 8 tekeningen: 18 spelden. Voor 10 tekeningen: 22 spelden. Voor 20 tekeningen: 42 spelden. 8 Welke sommen kunnen het zijn? Controle door de leerkracht. 2 = 1 2 = 1 2 = 1 2 = 1 6 = 5 6 = 5 6 = 5 6 = 5 6 = 1 6 = 1 6 = 1 6 = 1 5 = 5 5 = 5 5 = 5 5 = 4 5 = 4 5 = 4 5 = 5 5 = 4 9 Welk getal ligt in het midden? a c e 20 50 18 33 48 1 50 99 b d f 22 37 52 10 50 90 9 50 91 187
4 a antwoorden naam verrijking blad 4 10 Teken de figuren ook in de gewone spiegel lachspiegel gewone spiegel lachspiegel gewone spiegel lachspiegel gewone spiegel 188
4 a antwoorden naam verrijking blad 5 11 Een rekenslang 93 8 85 + 7 92 9 83 14 +9 69 78 + 4 82 5 77 68 9 7 16 +5 + 11 77 100 84 95 84 + 7 12 Zoek de weg door de doolhof Begin bij start. a Teken de weg naar 20. Doe dat in vier stappen. Zet een a bij elk stukje. b Teken de weg naar 10. Doe dat in zes stappen. Zet een b bij elk stukje. 20 start a 15 a + 6 + 8 +3 c b a a 6 4 b 9 7 c b b b 10 c Teken de weg naar 24. Doe dat in vier stappen. Zet een c bij elk stukje. + 7 c +8 + 9 b +6 c 24 13 Op hoeveel manieren kan de jongen zich kleden? Dat kan op 8 manieren. 189
blad 4 a antwoorden naam verrijking 6 14 Leg het terras vol tegels Controle door de leerkracht. 15 Samen 100 Steeds zijn vier getallen samen 100. De getallen staan op de hoeken van vierkanten. Zoek die vierkanten. Trek eerst dunne lijnen met je potlood. 13 7 93 5 5 0 25 25 16 14 0 18 28 52 25 25 12 0 65 15 10 15 75 15 10 10 21 29 5 25 55 20 30 15 15 45 9 13 17 16 40 30 15 21 Ik heb 12... vierkanten gevonden! 31 39 41 16 20 34 50 19 10 14 19 8 11 19 39 10 41 18 20 36 14 11 31 10 14 30 40 190