met vouwblaadjes: schuine en vouwpatroon dat zestien vierkantjes oplevert. basisvormen zoals vierkant, rechthoek, cirkel) voorwerpen na.

Transcriptie

1 14. Minishirtjes Tijdens deze activiteit: maken de kinderen een papieren voetbalshirt. Rekenen Meetkunde Groep 1 Groep 2 Construeren Construeert door (na)vouwen Sorteert voorwerpen op met vouwblaadjes: schuine minimaal twee kenmerken. vouw, recht kruis, schuin kruis Vouwt een vouwwerk na dat en vouwpatroon dat zestien vierkantjes oplevert. wordt aangegeven met een vouwreeks van enkele stappen. Maakt bij het vouwen (van Maakt bij het vouwen passief basisvormen zoals vierkant, rechthoek, cirkel) voorwerpen na. gebruik van meetkundige begrippen: recht, schuin, dubbel, lijn, hoek, punt. Motoriek Kleine motoriek Groep 1 Groep 2 Knipt een blad door. Knipt een blad door. Toont aanzet tot Heeft een voorkeurshand bij voorkeurshand. Maakt soepele bewegingen met de vingers (kleine kralen rijgen, verschillende handelingen (gooien, tekenen, haarkammen). knippen, knopen open/dicht Maakt soepele bewegingen met doen). de vingers (kleine kralen rijgen, knippen, knopen open/dicht doen). Sociaal emotionele ontwikkeling Sociaal gedrag/ontwikkeling van sociale vaardigheid Groep 1 Groep 2 Zegt dankjewel als reactie op Merkt of en wanneer een ander pagina 1 van 5

2 het woord alsjeblieft. kind hulp nodig heeft. Biedt hulp aan/helpt anderen. Werkhouding en taakgedrag Groep 1 Groep 2 Gaat zorgvuldig met materialen om. Pakt en ruimt zijn materialen op. Kijkt hoe de leerkracht een taak aanpakt en neemt deze aanpak over. Zet door wanneer iets niet direct lukt. Is in staat om een taak af te maken. Voert zelfstandig opdrachten uit. de vouw het vouwblad vouwen de rechthoek schuin vouwblaadjes (oranje) steviger (gekleurd) papier zwart en wit crêpepapier letterstempels en/of stiften een schrijfpotlood scharen en lijm spiegel Leg alle materialen overzichtelijk neer op de tafel waaraan de kinderen gaan werken. Maak een voorbeeld van de verschillende stappen van het vouw- en knipproces (zie ook de beschrijving onderaan deze activiteit): - Blad 1: een vouwblaadje waarin 16 gevouwen vakjes zichtbaar zijn. pagina 2 van 5

3 - Blad 2: een blad met 16 vakjes en een afgetekend T-shirt. - Blad 3: een uitgeknipt shirt met daarop uw naam en een cijfer. Zoek op internet naar afbeeldingen van voetbalshirts. Gebruik bijvoorbeeld de zoekterm voetbalshirt achterkant en zoek in afbeeldingen. Sil staat voor de spiegel. Hij wil graag meedoen met voetballen, maar hij heeft nog geen voetbalshirt. In zijn gewone kleren kan hij toch niet meedoen aan de wedstrijden? Sil zoekt op internet naar plaatjes van voetbalshirts. Wat zien die er allemaal mooi uit! Sil vraagt aan de kinderen wat zij zien op zo n shirt (bijvoorbeeld de naam van de persoon en een rugnummer). Waarom zou dat op het shirt staan? Vertel de kinderen dat zij een voetbalshirt gaan maken. Daarvoor vouwen ze eerst het vouwblad. Zien de kinderen de vouw in het papier? Daarna tekenen ze een grote rechthoek. Dit is het lijf van het shirt. Ook tekenen ze twee vierkanten voor de mouwen. De kraag maken ze schuin. Vervolgens knippen ze het shirt uit (zie ook de beschrijving onderaan deze activiteit). Laat de kinderen vertellen welke vormen ze vouwen en tekenen. De kinderen maken gebruik van de voorbeelden die u heeft gemaakt. Vervolgens stempelen of schrijven de kinderen hun naam op het shirt. Daaronder schrijven de kinderen met potlood een getal op het shirt. De kinderen kunnen hun eigen getal kiezen, maar u kunt hen ook een getal geven zodat op elk shirt een ander getal komt te staan. Zorg ervoor dat de cijfers breed genoeg zijn, zodat de kinderen ze kunnen opvullen met propjes crêpepapier. Kinderen kunnen waar nodig elkaar helpen of elkaar om hulp vragen. Ruim met elkaar de materialen op. Laat de kinderen hun voetbalshirt plakken op een steviger vel. Hang samen met de kinderen de shirts op en laat Sil de shirts bewonderen. Welke namen staan op de shirts en welke getallen? Verdiept arrangement Laat de kinderen zoveel mogelijk zelf hun shirt vouwen en tekenen door te kijken naar het voorbeeld dat u gemaakt heeft. Stel hen vragen, zodat ze onder het werken vertellen wat ze doen. pagina 3 van 5

4 Intensief arrangement Vouw en teken tegelijkertijd met de kinderen uw eigen shirt, en begeleidt de kinderen zo stap voor stap door het proces. Benoem de verschillende vormen die te zien zijn, en laat de kinderen dit nazeggen. Teken eventueel zelf het shirt, zodat de kinderen alleen hoeven te vouwen en te knippen. Laat de kinderen op dezelfde manier maar met een andere kleur vouwblad een broek maken. De broek kunnen ze plakken onder het shirt. Hang de shirts op in het stadion. Hang de kinderen die een team vormen (zie activiteit 11) bij elkaar. Herkennen de kinderen hun eigen naam en die van hun teamgenoten? Herkennen ze ook de cijfers? pagina 4 van 5

5 Een voetbalshirt maken 1. Vouw een vouwblaadje in 16 vakjes: 2. Teken een voetbalshirt: 3. Knip het shirt uit. 4. Schijf of stempel bovenaan het shirt je naam. 5. Schrijf daaronder met potlood een cijfer (dik). 6. Vul het cijfer op met propjes crêpepapier. 7. Plak het shirt op steviger (gekleurd) papier. pagina 5 van 5