SAMEN WERKEN AAN KWALITEIT

Vergelijkbare documenten
RUD GRONINGEN - Samen werken aan kwaliteit - Informatiebijeenkomst raadsleden Westerkwartier- en BMW-gemeenten 24 september 2012

Bijeenkomst gemeenteraden DEAL in het kader van de instelling van de RUD Groningen. 3 oktober 2012

PERSONEELSBIJEENKOMSTEN RUD GRONINGEN. Dick Bresser, projectleider RUD 26 januari, 1 en 6 februari 2012

PROJECT REGIONALE UITVOERINGSDIENST GRONINGEN TUSSENRAPPORTAGE FASEN 1 EN 2. Projectgroep RUD Groningen 29 november 2010 Groningen

REACTIES EN COMMENTAAR BESLUITEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING EN BEDRIJFSPLAN RUD. Stuurgroep/DB RUD Groningen 26 april 2013

Consequenties. Afbouw Wabo-takenpakket. Westerwolde

Inbreng formatie van de DEAL-gemeenten op basis van het basistakenpakket.

ANNOTATIE. Datum vergadering: 28 november 2014 Agendapunt: 6 Financiële spelregels bij inbreng nieuwe taken. Datum:

MEMO. Onderwerp: Analyse directeur ODG a.i. Datum: 29 oktober 2017

SAMEN WERKEN AAN KWALITEIT

Toekomst. APV en bijzondere wetten. Opsteller: projectgroep APV en bijzondere wetten

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal

A.S. Wedzinga raad00386

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Ag. nr.: Reg. nr.: Datum:

Landelijke actualiteit: wetsvoorstel VTH, Amvb VTH, Modelverordening kwaliteit Collegiale toets en Evaluatie VTH-stelsel

Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant: bedrijfsplan en GR. Raadsinformatieronde 4 oktober 2012

Eén RUD, twee uitvoeringsorganisaties CONCEPT Aanleiding en samenvatting

Bijlage D Raads- en statenvoorstel 1 en besluit GR RUD LN

Verleden, heden en toekomst FUMO. Oorsprong en basis RUD vorming in Nederland Landelijk beeld De RUD in Fryslân FUMO

Model beslissingen aanpassing GR. Toelichting

*<BARCODE>* B&W advies gemeente Westerwolde 1. Gegevens. Voorgesteld besluit. Datum: 13 februari 2018 Nummer: A2

Informatie-uitwisseling in de VTH-keten. 20 november 2012

Inbreng milieu en wabo taken

Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Groningen

Datum: 24 augustus 2012 Nummer raadsnota: BI Onderwerp: Aangaan Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant

ANNOTATIE AB1724. Algemeen: Vergadering: AB Datum vergadering: 22 september Agendapunt: 3 Onderwerp: Toekomst APV taken en bijzondere wetten

In deze memo gaan we achtereenvolgens in op de volgende onderwerpen: Berekening structureel financieel effect en terugverdientijd UHR.

Werkgelegenheidsonderzoek 2010

Werkgelegenheidsonderzoek 2011

Nieuwsbrief RUD Groningen, nummer 2. Koos van der Broek: Ondernemingsraden werken samen

Onderwerp: Informatie m.b.t. vorming RUD in de regio Brabant Noordoost. I

Bijlage E2 DVO Facultatieve taken GR RUD LN

Themaraad VTH taken. Aanleiding: Themaraad 18 mei 2016 over:

Raadsinformatiebrief inzake vorming RUD Midden- en West-Brabant.

Werkloosheid onder beroepsbevolking blijft stijgen, maar minder sterk dan voorgaande jaren

DE NIEUWE OMGEVINGSVERGUNNING OP WEG NAAR ÉÉN INTEGRALE VERGUNNING IN DE GEMEENTE BARNEVELD. Presentatie 15 oktober 2009 Raadscommissie Grondgebied

Vlugschrift verkiezingen Provinciale Staten 20 maart 2019

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Bijlage 1: Jaarplan periode tot

Doel Het voorstel voor het organisatorische deel van het bedrijfsplan voor de kostenefficiënte RUD Groningen.

gemeente Eindhoven Sinds de behandeling in het kabinet wordt de term Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) gehanteerd.

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING PUBLIEKE GEZONDHEID & ZORG GRONINGEN ALGEMEEN BESTUUR 15 december 2017

Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord

Ontwikkelingen takenpakket

Centrumregeling beschermd wonen, opvang en inloopvoorziening GGz Groningen 2017

AGENDAPUNT 5 a. Stand van zaken evenementenveiligheid

Krimp en de gevolgen voor het basisonderwijs in de provincie Groningen (update)

Berenschot. Evaluatie wet VTH. Op weg naar een volwassen stelsel BIJLAGE 4: NORMENKADER BRZO

PLAATSING. 5 e medewerkersbijeenkomst 26 maart 2013

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015

Informatie bijeenkomst raads- en statenleden 14 maart 2016

INTENTIEVERKLARING TAKENPAKKET EN ORGANISATIEVORNI RUD GRONINGEN

AB 1621 ANNOTATIE. Agendapunt: 3e Onderwerp: Begrotingswijziging 2016 inclusief reactie op zienswijze 2016.

Het verhaal van de FUMO

Bijlage bij EVC branchestandaard VTH Kwaliteitscriteria 2.1

Tweede Bestuursconferentie: taken en organisatievorm

Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving omgevingsrecht gemeente Berg en Dal

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

Ontwikkeling bijstandsuitkeringen in Groningen

Nieuwsbrief RUD Groningen, nr. 5

Voorstellen AB om te komen tot een robuuste Omgevingsdienst Groningen. AB-vergadering 5 juli 2018

Raadsstuk. Onderwerp: Omgevingsdienst IJmond. Jaarstukken 2014, Jaarverslag 2014 en ontwerpbegroting 2016 BBV nr: 2015/160435

Oplegnotitie Begroting 2013, 2014 en meerjarenbegroting RUD Zuid Limburg Registratiekenmerk Gemeenteblad nr. 61

Kennismanagement voor omgevingsrecht

AB 1619 ANNOTATIE. Van de volgende gemeenten is tot op heden geen zienswijze ontvangen: Stadskanaal, Appingedam, Loppersum, Slochteren, en Delfzijl.

KWALITEIT UITVOERING VTH IN GRONINGEN

Samenwerken maakt sterker

Nieuwsbrief RUD Groningen, nr. 9

FACT-SHEET 3 e kwartaal 2014 Feiten en cijfers (huiselijk) geweld in afhankelijkheidsrelaties in de provincie Groningen

Samenwerking Maasgouw, Echt-Susteren, Roerdalen. Presentatie commissies Maasgouw, Echt-Susteren, Roerdalen 29 augustus, 3 september 2012

INHOUDELIJKE TOELICHTING

Regionale Maandcijfers Arbeidsmarktinformatie Groningen

Beslisdocument college van Peel en Maas

Toekomstbestendige! ouderenzorg!in!groningen! Van!een!gezamenlijke!opgave!!!!!!!! naar!een!gezamenlijke!aanpak

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Groningen, september 2017

Commissie Beleidscyclus College van B&W Aanpak achterblijvende overhead

Raadsmededeling - Openbaar

INTENTIEVERKLARING TAKENPAKKET EN ORGANISATIEVORM RUD GRONINGEN

Regionale Uitvoeringsdiensten. Professionalisering Uitvoering VROM-taken

Bijlage 1. Wijzigingen centrumregeling Beschermd Wonen. in geel de wijzigingen

12.0. Koersdocument regionale omgevingsdienst Utrecht

Uitvoeringsprogramma vergunningen, toezicht en handhaving 2017 gemeente Veenendaal

1. Burgemeester en Wethouders van Leiden, ter uitvoering van het besluit van Burgemeester en Wethouders d.d. 29 april 2008 nr. 08.

TABEL 1: Benodigde capaciteit vergunningverlening (algemeen). weigering van een vergunning) Aantallen Uren Totaal uren

Business case. Samenwerking afvalwaterketen. Informatiebijeenkomst gemeenteraden 26 juni

Voortgezet onderwijs in de provincie Groningen

Minder regels, betere dienstverlening

GGD Drenthe} College van burgemeester en wethouders van de Drentse gemeenten/ Leden van de Drentse gemeenteraden

Datum: 3 september Status: Memo

1 e bestuursrapportage Bestuursrapportage over het 1 e kwartaal van het boekjaar 2015

Rol mantelzorger en eigen bijdrage aandachtspunten bij uitvoering Wmo

CENTRUMREGELING BESCHERMD WONEN EN OPVANG GRONINGEN

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Uitgangspunten Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) binnen de MARN-regio

Informatie bijeenkomst raads- en statenleden 14 maart 2016

FACT-SHEET Veilig Thuis Groningen jaar 2015

Gemeenteraad College van B&W Management Regionale Uitvoeringsdienst (RUD)

Actualisatie van de berekening van de gemeentelijke budgetten Jeugdhulp 2015 versie augustus 2015

*Z00B600384E* documentnr.: INT/C/15/13089 zaaknr.: Z/C/14/12675

MODERN BURGERSCHAP BIJLAGE. Onderzoeksbureau CMO Groningen - Sociaal Rapport provincie Groningen 2006

Transcriptie:

SAMEN WERKEN AAN KWALITEIT Eindrapport fasen 1 en 2 BIJLAGEN Eindconcept Projectgroep RUD Groningen Groningen 15 februari 2011

Projectnaam : RUD Groningen Deelproduct : Eindrapportage fasen 1 en 2 Opdrachtgever : bestuurlijk: gedeputeerde Rudi Slager; ambtelijk: Henk Jan Bolding, provinciesecretaris Projectleider : Dick Bresser Afdeling : Omgevingsbeleid / Projectbureau (OMB/PB) Datum : 15 februari 2011 Versie : 1 Status : concept

Inhoud Ten geleide 3 Bijlage 1 Gegevens per partij 1 Bijlage 2 Overzicht fte's milieutaken 24 Bijlage 3 Basistakenpakket totaal milieutaken 25 Bijlage 4 Beschrijving modellen 27 Bijlage 5 Afwegingsmatrix samenwerkingsmodellen 36 Bijlage 6 Financiële doorrekening 41 Bijlage 7 Basistakenpakket Regionale uitvoeringsdiensten 46

Ten geleide In dit bijlagenboek van het rapport 'Samenwerken aan kwaliteit. Eindrapport fasen 1 en2 ' zijn cijfers over de formatie en de financiën opgenomen. Deze cijfers zijn in het voorjaar en najaar van 2010 verzameld bij alle gemeenten en de provincie. Zij zijn één op één gebruikt en daarnaast zijn er berekeningen mee uitgevoerd. Dit is gedaan om de discussie over taken van de RUD en de discussie over de samenwerkingsmodellen te kunnen voeren. De cijfers over formatie en financiën zijn echter een momentopname. Nu wij verder in het proces zitten en gemeenten nadenken over welke taken zij willen onderbrengen in een RUD worden de cijfers specifieker en genuanceerder. Daarnaast blijkt dat in een enkel geval de cijfers niet helemaal kloppen. Voor de discussie over het takenpakket en de samenwerkingsmodellen maakt dit echter geen verschil. Bij het opstellen van het eindrapport is er daarom voor gekozen om de gegevens zoals ze in 2010 zijn aangeleverd in stand te laten. Daarnaast heeft in de bijlagen 2 en 3 een berekening plaatsgevonden: welk deel van de huidige formatie is toe te kennen aan het basistakenpakket en welk deel blijft achter bij de latende organisatie. Dit is in bijlage 2 met een vast percentage voor elke organisatie gedaan om de versnippering in beeld te krijgen. Uiteraard pakt dit in de praktijk per organisatie anders uit. De cijfers moeten met die nuance worden gelezen. Met andere woorden: de cijfers geven het beeld, maar moeten niet als absoluut worden geïnterpreteerd. In de vervolgfase zullen de gegevens in overleg met de gemeenten en de provincie verder worden gedetailleerd. Pagina 3

Bijlage 1 Gegevens per partij Toelichting Hierna volgt per gemeente het overzicht van huidige formatie, benodigde formatie voor het basistakenpakket, het totale milieutakenpakket en de Groningse maat. Dit is voor zowel vergunningverlening als toezicht en handhaving in kaart gebracht. Daarbij is als volgt te werk gegaan: - Huidige capaciteit: de door gemeenten aangegeven capaciteit voor vergunningverlening milieu - Basistakenpakket (BTP): uit de door de gemeente ingevulde lijsten met aantallen inrichtingen zijn de inrichtingen die behoren tot het BTP gedestilleerd. Vervolgens is - conform de package deal - voor de type B-inrichtingen 20% van het totaal aantal type B-inrichtingen genomen. De aantallen zijn vermenigvuldigd met de kengetallen voor vergunningverlening alsmede de actualiseringsfrequentie, zoals hieronder gedefinieerd. Dit aantal uren is gedeeld door 1.350 (= direct productieve uren) en daaruit volgt het aantal benodigde fte's voor de uitvoering van het BTP. - Milieubreed: eenzelfde berekening als bij het BTP met dit verschil dat nu alle milieuinrichtingen (type B, type C en zwaarder) zijn meegenomen. - Voor toezicht en handhaving is eveneens gebruik gemaakt van de inrichtingsaantallen. Deze zijn vermenigvuldigd met de controlefrequentie en de kengetallen, zoals hieronder vermeld en tenslotte gedeeld door 1.350 uur. Bij wijze van illustratie volgt hier een (fictief) voorbeeld van een uitwerking van vergunningverlening voor het BTP: gemeente X telt 100 type B-inrichtingen en 50 type C-inrichtingen, 4 IPPC-inrichtingen, waarvan twee agrarisch. De berekening is als volgt: BTP in formule 20% van 100 = 20 x 10,4 uur x 0,1 = 21 uur 50 x 69,5uur x 0,2 = 695 uur 2 x 140uur x 0,2 = 56 uur 2 x 140uur x 0,2 = 56 uur Totaal uren vergunningverlening: 828uur : 1.350 uur = 0,66 fte's Het basistakenpakket, onderdeel vergunningverlening, bestaat globaal gesproken uit: - 20% van het aantal type B-inrichtingen; - Een deel van de type C-inrichtingen: BRZO-bedrijven, vergunningplichtige melkveehouderijbedrijven, vergunningplichtige overige agrarische bedrijven, overige vergunningplichtige bedrijven type C. Inrichtingen die onder het landbouwbesluit vallen, of onder het vuurwerkbesluit, en niet vergunningplichtig zijn, worden niet meegenomen in het basistakenpakket; - IPPC-bedrijven; - Het basistakenpakket, onderdeel toezicht en handhaving, bestaat globaal gesproken uit: - Toezicht op de hiervoor bij het onderdeel vergunningverlening genoemde inrichtingen; Pagina 1

- Controles winning natuurlijke hulpbronnen; - Controles beheren van werken en infrastructurele voorzieningen; - Controles op de activiteiten uit het Besluit Bodemkwaliteit; - Controles op bodemsaneringen, inclusief lozingen van grondwater en proefbronneringen; - Ketentoezicht. Pagina 2

Kengetallen vergunningverlening en toezicht Definitie Kengetal Bouw Enkelvoudig bouw het van definitieve aanvraag tot beschikking afhandelen van een bouwvergunning, inclusief één keer vooroverleg (aan de balie), technische toets, welstand, brandveiligheidsadvies, legestoedeling, publicatie en invoer in de eigen applicatie maar exclusief constructieve toets en eventuele bezwaarafhandeling Enkelvoudig sloop idem enkelvoudig bouw 4 Enkelvoudig sloop idem bouw, exclusief behandeling in Monumentencommissie. 18 Bouwcontrole (gemiddeld) Eén object heeft doorgaans te maken met meerdere controles. Hier wordt gedoeld op 1 enkele controle (en niet op de totale tijd die aan controles is besteed voor één object). De controle is inclusief voorbereiding en administratieve afhandeling maar exclusief hercontrole en exclusief handhaving 2,1 Bodemadvies bij bouwaanvragen Dossiers activiteit bouwen worden getoetst door bodemspecialist; hier wordt bedoeld de check inclusief binnenhalen rapport en controle daarvan 11,1 4,5 RO binnenplanse ontheffingen tijdelijke ontheffingen buitenplanse ontheffingen Het formuleren van een RO-advies in verband met een aanvraag voor een activiteit bouwen, aanleg en/of gebruik Het formuleren van een RO-advies in verband met een aanvraag voor een activiteit bouwen, aanleg en/of gebruik Het formuleren van een RO-advies in verband met een aanvraag op grond van de lijst afwijkingen van het bestemmingsplan of beheersverordening (vm kruimelgevallen) 5 6 16 Milieu milieumelding type B Het afhandelen van een melding vanaf de indiening tot en met de acceptatie 10,4 type C Landbouwbesluit type C overig agrarisch type C BRZO type C overig (incl. Vuurwerkbesluit) Het afhandelen van een melding die valt onder het Landbouwbesluit vanaf de indiening tot het besluit Het afhandelen van een aanvraag die valt onder type C inclusief 2 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, overleg met andere partijen, opstellen beschikking, bespreken concept met aanvrager, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingen maar exclusief bezwaarafhandeling Het afhandelen van een aanvraag die valt onder type C inclusief 2 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, overleg met andere partijen, opstellen beschikking, bespreken concept met aanvrager, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingen maar exclusief bezwaarafhandeling Het afhandelen van een aanvraag die valt onder type C inclusief 2 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, overleg met andere partijen, opstellen beschikking, bespreken concept met aanvrager, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingen maar exclusief bezwaarafhandeling 11 100 116 69,5 IPPC agrarisch Het afhandelen van een IPPC-aanvraag voor een agrarisch bedrijf, inclusief 2 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, opstellen beschikking, bespreken concept met aanvrager, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingen maar exclusief bezwaarafhandeling 140 IPPC overig Milieucontrole type B Milieucontrole BRZO Milieucontrole agrarisch type C Milieucontrole overig type C Milieucontrole IPPC agrarisch Milieucontrole IPPC industrieel Controle uitvoering bodemsanering Controle activiteiten Besluit bodemkwaliteit Het afhandelen van een IPPC-aanvraag, inclusief 2 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, opstellen beschikking, bespreken concept met aanvrager, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingenmaar exclusief bezwaarafhandeling Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving (gemiddeld) Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving Controlefrequenties milieu type B één keer per 3 jaar een integrale controle per 4 jaar Controlefrequenties milieu type C agrarisch één keer per 2 jaar een integrale controle per 4 jaar Controlefrequenties milieu type C overig jaarlijks een integrale controle per 2 jaar 140 12 31,3 8 14,7 18 24 18 4 APV APV vergunning (Wabo) APV vergunning (niet Wabo) Controle APV Het afhandelen van een aanvraag omgevingsvergunning voor aanleg van een uitweg of vellen houtopstand met 1 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, overleg met adviseurs, opstellen advies en beschikking, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingen maar exclusief bezwaarafhandeling Het afhandelen van een aanvraag apv-vergunning niet vallende onder de Wabo met 1 keer vooroverleg, inhoudelijke toets, overleg met adviseurs, opstellen advies en beschikking, registratie, publicatie en behandeling van inkomende bedenkingen maar exclusief bezwaarafhandeling Het voorbereiden, afleggen en afhandelen van een eerste controlebezoek inclusief brief; exclusief hercontrole en handhaving 2 2 2 Casemanagement Eenvoudig Complex De tijd die nodig is om een vergunningproces te coördineren van meervoudig eenvoudige aanvragen: + 15% De tijd die nodig is om een vergunningproces te coördineren van enkelvoudig en meervoudig complexe aanvragen: + 25% 4% 15% Pagina 3

Bedum Vergunningverlening Voor Bedum geldt dat zij bevoegd gezag is van 1 provinciale inrichting. Voor toezicht en handhaving is het beeld als volgt: Toezicht en handhaving Ten slotte de milieuspecialismen. Bedum telt in totaal 1,1 fte milieuspecialisme, verdeeld over zeven specialisaties (juridische capaciteit niet meegerekend). Er is sprake van een versnipperd beeld en als we in vergelijking met de kwaliteitscriteria bovendien ook van forse ondercapaciteit. Het minimum aantal fte's per specialisme is immers bepaald op 2 per specialisme. Pagina 4

Bellingwedde Vergunningverlening Voor Bellingwedde geldt dat zij bevoegd gezag is van 1 provinciale inrichting. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Bellingwedde telt in totaal 0,3 fte milieuspecialisme, verdeeld over drie van de zeven onderscheiden specialisaties. Vergeleken met hetgeen de kwaliteitscriteria eisen een forse ondercapaciteit. Het minimum aantal fte's per specialisme is immers bepaald op 2 per specialisme. Pagina 5

De Marne Vergunningverlening 7 6 5 4 3 2 1 0 0,6 0,7 De Marne 1,1 Huidige capaciteit Nodig voor BTP Nodig voor alle milieutaken 6 Kwaliteitscriteria Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht 7 6 5 4 3 De Marne 6 2 1 0 1 1,2 0,3 Huidige capaciteit Nodig voor BTP Nodig milieubreed Kwaliteitscriteria De Marne heeft in totaal 0,6 fte milieuspecialisme, verdeeld over vijf van de zeven specialismen. Pagina 6

DEAL-gemeenten Vergunningverlening Voor de DEAL geldt dat zij bevoegd gezag is van 35 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. De DEAL-gemeenten beschikken in totaal over 4 fte milieuspecialisme, verdeeld over drie van de zeven onderscheiden specialismen. Vergeleken met hetgeen de kwaliteitscriteria eisen een aanzienlijke ondercapaciteit. Het minimum aantal fte's per specialisme is immers bepaald op 2 per specialisme. Pagina 7

Groningen en Ten Boer Vergunningverlening Voor Groningen en Ten Boer geldt echter dat zij bevoegd gezag zijn van 28 provinciale inrichtingen.voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Groningen en Ten Boer beschikken in totaal over 17,1 fte milieuspecialisme, verdeeld over zes van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee lijkt Groningen-Ten Boer te voldoen aan de kwaliteitscriteria. Pagina 8

Grootegast Nog geen gegevens binnen. Pagina 9

Haren Vergunningverlening Voor Haren geldt dat zij bevoegd gezag is van 1 provinciale inrichting; dat zou zij met de huidige capaciteit moeten kunnen opvangen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Haren beschikt over 6 fte milieuspecialisme, verdeeld over zes van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee lijkt Haren in grote lijnen te voldeen aan de kwaliteitscriteria. Pagina 10

Hoogezand-Sappemeer Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 28 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Hoogezand beschikt over 3,1 fte milieuspecialisme, verdeeld over drie van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet Hoogezand niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 11

Leek Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van vijf provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Leek beschikt over 4,0 fte milieuspecialisme, verdeeld over vier van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet Leek niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 12

Marum Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van twee provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Marum beschikt over 1,0 fte milieuspecialisme, verdeeld over zes van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet Marum niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 13

Menterwolde Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 9 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Menterwolde beschikt over 1,05 fte milieuspecialisme, verdeeld over twee van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 14

Oldambt Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 13 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Oldambt beschikt over 2,2 fte milieuspecialisme, verdeeld over vijf van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 15

Pekela Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 4 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Pekela beschikt over 1,3 fte milieuspecialisme, verdeeld over alle zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 16

Slochteren Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 1 provinciale inrichting. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Slochteren beschikt over 2,2 fte milieuspecialisme, verdeeld over drie van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 17

Stadskanaal Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 11 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Stadskanaal beschikt over 1,35 fte milieuspecialisme, verdeeld over vier van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 18

Veendam Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 16 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Veendam beschikt over 3,2 fte milieuspecialisme, verdeeld over drie van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 19

Vlagtwedde Vergunningverlening Voor de gemeente geldt bovendien dat zij bevoegd gezag is van 4 provinciale inrichtingen, waarmee het tekort aan capaciteit nog verder toeneemt. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Vlagtwedde beschikt over 0,09 fte milieuspecialisme, verdeeld over drie van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 20

Winsum Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van 7 provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Winsum beschikt over 1 fte milieuspecialisme, verdeeld over vijf van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 21

Zuidhorn Vergunningverlening Voor de gemeente geldt dat zij bevoegd gezag is van vijf provinciale inrichtingen. Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. Zuidhorn beschikt over 0,8 fte milieuspecialisme, verdeeld over vier van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 22

Provincie Vergunningverlening Voor toezicht is het beeld als volgt: Toezicht Ten slotte de milieuspecialismen. De provincie beschikt over 11,9 fte milieuspecialisme, verdeeld over vijf van de zeven onderscheiden specialismen. Daarmee voldoet zij niet aan de kwaliteitscriteria. Pagina 23

Bijlage 2 Overzicht fte's milieutaken 50% 50% (Cluster van) gemeente(n)/prov. Huidige capaciteit milieu Specialisten Specialisten Totaal Milieu Totaal partij Basistakenpakket Vergunningverlening Toezicht en hh Technisch Juridisch fte % Vergunningverlening Toezicht en hh Technisch Juridisch Bedum 0,4 0,9 1,1 0,3 2,7 0,3 0,2 0,6 0,2 De Marne 0,6 1,0 0,6 0,5 2,7 0,7 0,3 0,3 0,3 Winsum 0,5 1,0 1,0 0,7 3,2 85 4% 0,2 0,1 0,5 0,4 subtotaal 1,5 2,9 2,7 1,5 8,6 1,2 0,6 1,4 0,8 Grootegast 1,2 1,2 2,0 0,0 4,4 n.b n.b 1,0 0,0 Leek 1,2 1,4 4,0 0,8 7,4 132 6% 0,1 0,6 2,0 0,4 Marum 0,7 0,7 0,9 0,1 2,4 56 4% 0,6 0,2 0,5 0,1 Zuidhorn 0,5 2,0 0,8 0,2 3,5 133 3% 0,5 0,2 0,4 0,1 subtotaal 3,6 5,3 7,7 1,1 17,7 1,2 1,0 2,9 0,6 Groningen/Ten Boer 3,6 9,5 17,1 11,6 41,8 379 11% 2,0 2,2 8,6 5,8 subtotaal 3,6 9,5 17,1 11,6 41,8 2,0 2,2 8,6 5,8 Haren 1,0 1,0 6,0 1,0 9,0 155 6% 0,3 0,2 3,0 0,5 subtotaal 1,0 1,0 6,0 1,0 9,0 0,3 0,2 3,0 0,5 DEAL 3,5 7,0 4,0 4,0 18,5 500 4% 3,6 2,3 2,0 2,0 subtotaal 3,5 7,0 4,0 4,0 18,5 3,6 2,3 2,0 2,0 Menterw olde 0,9 1,0 0,2 0,0 2,1 82 3% 0,2 0,3 0,1 0,0 subtotaal 0,9 1,0 0,2 0,0 2,1 0,2 0,3 0,1 0,0 Pekela 0,3 0,3 1,3 0,2 2,1 63 3% 0,1 0,2 0,7 0,1 Veendam 1,0 2,5 3,2 6,0 12,7 1,1 0,7 1,6 3,0 subtotaal 1,3 2,8 4,5 6,2 14,8 1,2 0,9 2,3 3,1 Hoogezand 1,6 2,8 3,1 0,9 8,4 365 2% 1,3 1,0 1,6 0,5 Slochteren 1,4 1,0 2,2 0,4 5,0 146 3% 1,1 0,3 1,1 0,2 subtotaal 3,0 3,8 5,3 1,3 13,4 2,4 1,3 2,7 0,7 Oldambt 2,5 5,6 2,2 1,6 11,9 353 3% 1,5 0,8 1,1 0,8 subtotaal 2,5 5,6 2,2 1,6 11,9 1,5 0,8 1,1 0,8 Bellingw edde 0,6 0,7 0,3 0,2 1,8 0,6 0,3 0,2 0,1 Stadskanaal 1,2 2,7 1,3 0,4 5,7 231 2% 1,5 0,7 0,7 0,2 Vlagtw edde 0,6 1,3 0,1 0,8 2,8 132 2% 1,4 0,4 0,0 0,4 subtotaal 2,4 4,7 1,7 1,4 10,2 3,5 1,4 0,9 0,7 Provincie* 10,1 14,4 11,3 16,2 52,0 10,1 14,4 11,3 16,2 totaal 33 58 63 46 200 27 25 36 31 120 Kw aliteitscriteria 4/6 4/6 4/6 4/6 *) opgave provincie exclusief 7 fte's front office, deze ondersteunen de procedures en horen wel bij het basistakenpakket n.b. = niet beschikbaar Pagina 24

Bijlage 3 Basistakenpakket totaal milieutaken Versnippering in beeld Verg T&H Jur. Verg. Jur. Haha Gemeente BTP Alle milieu Wat blijft achter? BTP Alle milieu Wat blijft achter? BTP Alle milieu Wat blijft achter? BTP Alle milieu Wat blijft achter? Bedum 0,3 0,4 0,1 0,2 0,9 0,7 0,09 0,2 0,11 0,05 0,1 0,05 De Marne 0,7 0,6-0,1 0,3 1 0,7 0,14 0,3 0,16 0,09 0,2 0,11 Winsum 0,2 0,5 0,3 0,1 1 0,9 0,23 0,5 0,27 0,09 0,2 0,11 Grootegast nb 1,2 nb nb 1,2 nb 0,00 0 0,00 0,00 0,0 0,00 Leek 0,1 1,2 1,1 0,6 1,4 0,8 0,23 0,5 0,27 0,14 0,3 0,16 Marum 0,6 0,7 0,1 0,2 0,7 0,5 0,05 0,1 0,05 0,00 0,0 0,00 Zuidhorn 0,5 0,5 0 0,2 2 1,8 0,05 0,1 0,05 0,09 0,2 0,11 Groningen/Ten Boer 2 3,6 1,6 2,2 9,5 7,3 2,67 5,8 3,13 2,67 5,8 3,13 Haren 0,3 1 0,7 0,2 1 0,8 0,46 1 0,54 0,00 0,0 0,00 DEAL 3,6 3,5-0,1 2,3 7 4,7 1,84 4 2,16 0,00 0,0 0,00 Oldambt 1,5 2,5 1 0,8 5,6 4,8 0,37 0,8 0,43 0,37 0,8 0,43 Menterwolde 0,2 0,9 0,7 0,3 1 0,7 0,00 0 0,00 0,00 0,0 0,00 Pekela 0,1 0,3 0,2 0,2 0,3 0,1 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 Veendam 1,2 1-0,2 0,7 2,5 1,8 2,76 6 3,24 0,00 0,0 0,00 Hoogezand 1,3 1,6 0,3 1 2,8 1,8 0,18 0,4 0,22 0,23 0,5 0,27 Slochteren 1,1 1,4 0,3 0,3 1 0,7 0,00 0 0,00 0,18 0,4 0,22 Bellingwedde 0,6 0,6 0 0,3 0,7 0,4 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 Stadskanaal 1,5 1,2-0,3 0,7 2,7 2 0,10 0,22 0,12 0,07 0,2 0,09 Vlagtwedde 1,4 0,6-0,8 0,4 1,3 0,9 0,28 0,6 0,32 0,09 0,2 0,11 Provincie 10,1 10,1 0 14,4 14,4 0 6,16 13,4 7,24 1,28 2,8 1,51 Pagina 25

Versnippering in beeld Bodem Lucht Geluid Wat Wat Alle blijft Alle blijft Gemeente BTP milieu achter? BTP milieu achter? BTP Alle Milieu Bedum 0,09 0,2 0,11 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 De Marne 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,09 0,2 0,11 Winsum 0,14 0,3 0,16 0,00 0 0,00 0,05 0,1 0,05 0,09 0,2 0,11 0,00 0 0,00 0,09 0,2 0,11 Grootegast 0,14 0,3 0,16 0,05 0,1 0,05 0,14 0,3 0,16 0,09 0,2 0,11 0,46 1 0,54 0,05 0,1 0,05 Leek 0,46 1 0,54 0,00 0 0,00 0,23 0,5 0,27 0,23 0,5 0,27 0,00 0 0,00 0,92 2 1,08 Marum 0,14 0,3 0,16 0,00 0 0,00 0,14 0,3 0,16 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,05 0,1 0,05 Zuidhorn 0,18 0,4 0,22 0,00 0 0,00 0,09 0,2 0,11 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,05 0,1 0,05 Groningen/Ten Boer 4,14 9 4,86 0,46 1 0,54 1,38 3,0 1,62 0,92 2 1,08 0,00 0 0,00 0,05 0,1 0,05 Haren 0,46 1 0,54 0,46 1 0,54 0,46 1,0 0,54 0,46 1 0,54 0,00 0 0,00 0,46 1 0,54 DEAL 0,92 2 1,08 0,00 0 0,00 0,46 1,0 0,54 0,46 1 0,54 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Oldambt 0,41 0,9 0,49 0,05 0,1 0,05 0,23 0,5 0,27 0,23 0,5 0,27 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Menterwolde 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,02 0,1 0,03 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Pekela 0,23 0,5 0,27 0,05 0,1 0,05 0,14 0,3 0,16 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 Veendam 1,15 2,5 1,35 0,00 0 0,00 0,23 0,5 0,27 0,09 0,2 0,11 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Hoogezand 0,83 1,8 0,97 0,00 0 0,00 0,41 0,9 0,49 0,18 0,4 0,22 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Slochteren 0,37 0,8 0,43 0,00 0 0,00 0,46 1,0 0,54 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Bellingwedde 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,05 0,1 0,05 0,05 0,1 0,05 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Stadskanaal 0,32 0,69 0,37 0,00 0 0,00 0,14 0,3 0,16 0,07 0,15 0,08 0,09 0,2 0,11 0,00 0 0,00 Vlagtwedde 0,02 0,05 0,03 0,00 0 0,00 0,01 0,0 0,01 0,01 0,02 0,01 0,00 0 0,00 0,00 0 0,00 Provincie 0,61 1,32 0,71 1,24 2,7 1,46 1,38 3,0 1,62 1,84 4 2,16 0,00 0 0,00 0,12 0,25 0,14 Wat blijft achter? Ext. Veil. BTP Alle milieu Wat blijft achter? Keten aanpak BTP Alle milieu Wat blijft achter? Afval water BTP Alle milieu Wat blijft achter? Pagina 26

Bijlage 4 Beschrijving modellen 4.1 Referentiemodel Essentie: geen samenwerking anders dan de bestaande vormen. Wel extra formatie per organisatie om aan de kwaliteitscriteria te kunnen voldoen. Gemeente 1 Provincie Gemeente 2. etc. Organisatie De bestaande organisaties voeren de VTH-taken zelfstandig uit. Vertrekpunt is de huidige situatie met 15 gemeenten, de samenwerkingsverbanden Groningen - Ten Boer, DEAL en De Kompajnie en de provincie. Op de interne organisatie wordt verder niet ingegaan. Deze kan per partij verschillen. De organisaties moeten worden aangevuld om aan de kwaliteitseisen te voldoen. Taken De bestaande organisaties voeren zelfstandig of binnen bestaande samenwerkingsverbanden de VTH-taken, inclusief het basistakenpakket uit. Processen Elke partij heeft zijn eigen 'Wabo-processen' met KCC en back office. De afstemming onderling geschiedt ad hoc, afhankelijk van nut en noodzaak. Sturing, bestuurlijk en operationeel Loopt per organisatie volgens de bestaande lijnen. Voor afstemming onderling en met externe partners (bijvoorbeeld Openbaar Ministerie, politie) moeten alle (18-24) partijen worden geraadpleegd. Sturing op programmaniveau: op basis van afspraken tussen partijen. Sturing op dossierniveau: binnen elke partij afzonderlijk. Personeel Extra personeel is nodig om aan kwaliteitseisen te voldoen. Niet alleen aantallen fte's maar ook het opdoen van werkervaring (voldoende werkomvang) is een aandachtspunt. Verder overeenkomstig huidige situatie. Kwaliteit Om aan de Groningse kwaliteitscriteria te voldoen moeten er, verspreid over de partijen, ca. 80 fte's vergunningverlening en toezicht en handhaving worden toegevoegd. Pagina 27

Financiën Kosten per partij inzichtelijk, volgens regels van bestaande organisaties. Forse investering in extra capaciteit (ca 80 fte's) nodig. ICT Partijen hanteren eigen systemen. Afstemming is een belangrijk aandachtspunt. Duiding risico's In dit geval zijn er geen latende organisaties, maar er zijn wel consequenties voor alle partijen. De beoogde kwaliteitsslag moet worden gemaakt binnen de huidige organisaties. Partijen moeten zelf investeren om aan de kwaliteitscriteria te voldoen. Personele kosten nemen structureel toe. Een belangrijk risico van deze situatie is dat de gewenste afstemming, bijvoorbeeld ten behoeve van ketentoezicht, erg veel afstemming en overleg vergt. Dat geldt meer specifiek ook voor de informatie-uitwisseling. Opmerking: Het referentiemodel 'individueel' is niet reëel. Dit model voldoet niet aan landelijke afspraken over de vorming van RUD s (package deal). 4.2 Model 1: Eén RUD Essentie: vorming van één RUD op de Groningse schaal. Varianten: één centrale vestiging (model 1a), drie vestigingen (model 1b). RUD =+ +== Organisatie Er wordt één centrale organisatie gevormd die alle partijen in de provincie bedient. Deze organisatie bestaat uit bestuur, management, uitvoering en ondersteuning. De organisatie heeft één of drie eigen werklocaties, eigen materieel, etc. Invulling Organisatievorm: openbaar lichaam op basis Wgr. Hoofdverdeling in teams: 1. Vergunningverlening 2. Toezicht en handhaving 3. Specialismen Daarnaast thema's als duurzaam ondernemen, etc. Ondersteuning en management. Pagina 28

Vergunningverlening Toezicht en handhaving Taakomvang in fte's Technisch Juridisch specialisten specialisten Totaal direct Overhead Totaal Eén RUD 33 58 63 46 200 75 275 Taken De RUD richt zich op de milieutaken met eventueel aanvullende taken. De aanvullende taken kunnen verschillen per partij. Processen KCC bij afzonderlijke gemeenten/provincie, RUD als partij in de back office. De relatie tussen partijen en de RUD wordt vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst per partij. Ondersteuning door centrale ICT-systemen. Sturing, bestuurlijk Gemeente/provincie heeft een eigen relatie met de RUD. De sturing van de RUD loopt via twee lijnen: 1. De dienstverleningsovereenkomst tussen RUD en gemeente/provincie. 2. Het bestuur van de RUD. Sturing op programmaniveau: vanuit de RUD, via afspraken met partijen. Sturing op dossierniveau: vanuit de RUD. Sturing, operationeel De afzonderlijke gemeenten/provincie zijn opdrachtgever voor de RUD. De relatie tussen gemeenten/provincie en RUD wordt vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst. De RUD kan functioneren als 'shared service centre'. Personeel Personeel wordt samengebracht in één centrale organisatie, eventueel op drie locaties. De medewerkers zijn in dienst van de RUD. Kwaliteit Voldoet aan eisen van capaciteit en robuustheid. Door concentratie van personeel is specialisatie (eenvoudig) mogelijk. ICT RUD heeft eigen ICT-systemen. Afstemming met deelnemende partijen is minder noodzakelijk, wel een aandachtspunt. Financiën Partijen betalen voor de diensten met een vaste bijdrage op basis van het minimumtakenpakket. Duiding risico's De RUD vormt op basis van expertise en omvang een 'zelfstandige eenheid' ten opzichte van de latende organisaties. Personeel risico: is werken in de centrale organisatie, op de beoogde locatie(s), aantrekkelijk genoeg voor de (huidige) medewerkers? Pagina 29

De culturen van de bestaande organisaties worden samengebracht in een nieuwe RUD. Alhoewel bundeling van een deel van de Wabo-taken in een aparte entiteit de beoogde integratie op het fysieke domein per definitie geweld aan doet, is bundeling in één organisatie een voordeel in verband met de dienstverlening: het aantal afstemmings- en coördinatiemechanismen blijft zo beperkt mogelijk. 4.3 Model 2: Drie RUD's Essentie: er worden drie RUD's gevormd. RUD 1 RUD 2 RUD 3 Organisatie Er worden drie regionale uitvoeringsorganisaties gevormd die ieder zelfstandig opereren en de partijen in hun eigen werkgebied bedienen. Elke organisatie bestaat uit bestuur, management, uitvoering, ondersteuning en heeft een eigen plek, materieel, et cetera. Wat betreft ICT, financiële ondersteuning, inkoop, e.d. kunnen de drie organisaties onderling samenwerken. De provinciale inrichtingen worden ondergebracht bij de drie RUD's. Invulling Organisatievorm: openbaar lichaam op basis Wgr. Hoofdverdeling in teams: 1. Vergunningverlening. 2. Toezicht en handhaving. 3. Specialismen. Daarnaast thema's als duurzaam ondernemen, etc. Ondersteuning en management. Vergunningverlening Toezicht en handhaving Taakomvang in fte's Technisch Juridisch specialisten specialisten Totaal direct Overhead Totaal RUD1 11 19 21 15 66 25 91 RUD2 11 20 21 16 68 25 93 RUD3 11 19 21 15 66 25 91 Totaal 33 58 63 46 200 75 275 Pagina 30

Mogelijke regio's: 1. West- en Centraal-Groningen. 2. Noord-Groningen. 3. Oost-Groningen. Taken De RUD's richten zich op het basistakenpakket met eventueel aanvullende taken. De aanvullende taken kunnen verschillen per partij. Processen KCC bij afzonderlijke gemeenten/provincie, RUD's als partij in de back office. De relatie tussen partijen en de RUD's wordt vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst per partij. Sturing, bestuurlijk Gemeente/provincie heeft een eigen relatie met de RUD. De provincie heeft te maken met drie RUD's. De sturing van de RUD loopt via twee lijnen: 1. De dienstverleningsovereenkomst tussen RUD en gemeente/provincie. 2. Het bestuur van de RUD. Sturing op programmaniveau: vanuit de RUD's, via afspraken met partijen. Sturing op dossierniveau: vanuit de RUD's. Sturing, operationeel De gemeenten/provincie zijn opdrachtgever voor de RUD's. De relatie tussen gemeenten/provincie en RUD wordt vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst. De RUD's kunnen functioneren als 'shared service centre'. Personeel Personeel wordt samengebracht in drie organisaties met elk een eigen locatie. De medewerkers zijn in dienst van de RUD's. Kwaliteit Elke RUD voldoet aan eisen van capaciteit en robuustheid. Door de spreiding van personeel over drie organisaties is specialisatie minder eenvoudig te realiseren. ICT Elke RUD heeft een eigen ICT-systeem. Onderlinge samenwerking is een belangrijk aandachtspunt. Afstemming met deelnemende partijen per RUD is minder noodzakelijk, wel een aandachtspunt. Financiën Partijen betalen voor de diensten met een vaste bijdrage op basis van het minimumtakenpakket. Pagina 31

Duiding risico's Eén aanspreekpunt op Groningse schaal ontbreekt. Structurele samenwerking tussen de RUD's blijft nodig. Dat vraagt overleg en afstemming. Ook operationeel overleg' tussen de RUD's kost extra inspanning, bijvoorbeeld de afstemming van ICT systemen. Er is een personeel risico: is werken in de centrale organisatie, op de beoogde centrale locatie, aantrekkelijk genoeg voor de (huidige) medewerkers? De culturen van de bestaande organisaties worden samengebracht in drie nieuwe RUD's. 4.4 Model 3: Verbindingsmodel Essentie: verbinden van bestaande organisaties Varianten: compacte centrale organisatie (model 3a), RUD met verbonden partijen (model 3b). RUO RUO RUD RUD Organisatie Bij variant 3a bestaat de organisatie uit een compacte dienst op provinciaal niveau, die verbonden is met een aantal partijen in de regio. Het geheel vormt de regionale uitvoeringsorganisatie (RUO). Centraal: management; bestuursondersteuning, planning & control, financiën, ICT, ingeleend van één van de verbonden partijen. Onderdelen: Zes verbonden partijen volgens organisatiestructuur van de betreffende partij. Met het oog op de beoogde kwaliteitsverbetering ligt het voor de hand om specialisten te 'bundelen'. Verbonden partijen krijgen dan niet alleen een geografische specialisatie, maar ook een thematische. Dit is eveneens nodig om er voor te zorgen dat elke verbonden partij voor de taken die worden uitgevoerd aan de kwaliteitscriteria voldoet. Variant 3b bestaat uit een centrale RUD met verbonden partijen als filiaal: Centrale RUD: complexe taken / inrichtingen in het basistakenpakket (voorbeeld: industrie); specialisten (voorbeeld: lucht, specialist specialisten). Filialen / verbonden partijen: Pagina 32

Minder complexe taken / inrichtingen in het basistakenpakket (voorbeeld: agrarische bedrijven); Overige milieutaken; Generieke specialisten (voorbeeld: bodem, juridisch administratief). Raming personele verdeling (primair proces): RUD centraal 50%, verbonden partijen 50%. RUD organisatievorm: openbaar lichaam op basis van de Wgr. Insteek is dat het geheel (RUO), RUD en verbonden partijen, aan de kwaliteitscriteria voldoet. Samenwerkingsmodel Vergunningverlening Toezicht en handhaving Taakomvang in fte's Technisch Juridisch specialisten specialisten Totaal direct Overhead Totaal Centrale RUD organisatie 5 5 Vp 1, provincie** 10 14 11 16 51 29 80 Vp 2, centraal west 5 11 23 13 52 26 78 Vp 3, centraal oost 5 8 10 8 31 16 47 Vp 4, oost 5 10 4 3 22 11 33 Vp 5, noord 4 7 4 4 19 10 29 Vp 6, west 5 8 10 3 26 13 39 Totaal 33 58 63 46 200 110 311 Taken Variant 3a: de centrale organisatie richt zich op de werkverdeling, het management en de bestuursondersteuning. De verbonden partijen nemen de uitvoering voor hun rekening. De RUO levert diensten aan de bevoegde gezagen. Variant 3b: zie onder organisatie. Processen De front office bij gemeenten/provincie doet de intake en verwijst zo nodig door naar de back office of de RUD (Wabo-aanpak). Complexe vergunningaanvragen worden door casemanagers van de RUO afgehandeld. De RUO voert de toezichts- en handhavingsprogramma's van de partners uit, de RUD is hiervoor het aanspreekpunt. Voor informatie en afstemming met externe partijen op Gronings niveau is de RUD het aanspreekpunt. Sturing, bestuurlijk kritisch naar kijken Gemeente/provincie heeft een eigen relatie met de verbonden partij. De sturing van de RUD loopt via twee lijnen: 1. De dienstverleningsovereenkomst tussen RUD en gemeente/provincie. 2. Het bestuur van de RUD. Sturing op programmaniveau: vanuit de RUD, via afspraken met partijen. Sturing op dossierniveau: vanuit de RUD en de verbonden partijen. Pagina 33

Sturing operationeel kritisch naar kijken De gemeenten/provincie zijn opdrachtgever voor de RUO, voor de RUD en verbonden partijen. De relatie tussen gemeenten/provincie en RUD wordt vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst. De relatie tussen RUD en verbonden partijen, de werkwijze binnen de RUO, wordt vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst. Binnen de RUO wordt gestuurd op basis van deze afspraken. Daarvoor zijn meerdere vormen mogelijk. Wij gaan uit van een vorm waarbij het zwaartepunt van de sturing bij de RUD ligt (de werkverdeling, tevens vluchtleiding'), omdat vanuit kwaliteitsoogpunt een strakke beheersing van de capaciteit (waaronder dossierstromen) en de kwaliteit gewenst is. De overeenkomsten zijn juridisch afdwingbaar en bevatten resultaatverplichtingen. Personeel Variant 3a: De gevolgen zijn sterk afhankelijk van de uitwerking. De medewerkers concentreren zich bij de verbonden partijen en komen bij deze partijen in dienst. Ook tussen deze partijen zullen medewerkers worden uitgewisseld om specialismen te bundelen. Naar verwachting betekent dit dat in elk geval meer dan de helft van de medewerkers (raming tussen 25% en 75%) een nieuwe werklocatie krijgt. Variant 3b: circa de helft van de werknemers komt in dienst van de RUD. de andere helft komt of blijft in dienst van de verbonden partijen. Zie verder variant 3a. Kwaliteit De RUO voldoet aan eisen van capaciteit en robuustheid. Door de spreiding van personeel over RUD en verbonden partijen is specialisatie minder eenvoudig te realiseren. ICT Er wordt één ICT-systeem (stelsel) geïntroduceerd. Onderlinge samenwerking van RUD en verbonden partijen is een belangrijk aandachtspunt. Financiën De financiering van de RUD bestaat globaal uit drie delen: 1. Gekoppeld aan diensten die worden geleverd. 2. Een deel voor de algemene taakinvulling. 3. Overhead vanuit de verbonden partijen. Voor inschakeling van de RUD en verbonden partijen (binnen de RUO) worden verrekenbedragen afgesproken. Duiding risico's Er is sprake van robuustheid door verbondenheid' in de plaats van robuustheid binnen één organisatie. Bij variant 3a zit er wel robuustheid in de centrale RUD. Afstemming tussen RUD en verbonden partijen en met externe partners kost tijd en geld. Er liggen substantiële risico's op het vlak van de sturing binnen de RUO. Deze krijgt een hybride karakter: inhoudelijke sturing vanuit het samenwerkingsverband, hiërarchische sturing door de verbonden partijen. Dit is een extra uitdaging voor management en medewerkers. Dit risico is bij variant 3b minder dan bij variant 3a. Pagina 34

In aanvulling op het vorige punt bestaat het risico dat medewerkers de verbonden partijen rechtstreeks gaan benaderen en dat daarmee de centrale sturing op capaciteit wordt omzeild. Het bijbehorende financieringssysteem wordt naar verwachting ingewikkeld, zeker als het sterk wordt afgestemd op de specifieke kenmerken van de verbonden partijen. Dit effect is bij variant 3b minder dan bij variant 3a. Pagina 35

Bijlage 5 Afwegingsmatrix samenwerkingsmodellen Afwegingscriterium Kwaliteit 1. Gezamenlijke beleidscyclus op Gronings niveau. 2. Kennis- en vaardighedenniveau complexe gevallen 3. Capaciteit, robuustheid inzet gekwalificeerd personeel Financiën 4. Exploitatiekosten RUD, volledige milieutaken Referentie 1a) Eén RUD 1b) Eén RUD, 3 vestigingen Niet aanwezig, elke partij heeft zijn eigen cyclus. Niet overal op peil of beschikbaar. Personeelsbestand moet met ca. 80 fte's worden aangevuld om aan Groninger kwaliteitscriteria te voldoen. 5. Kosten latende organisaties Groot. Er is een grote Makkelijk te organiseren. Klimaat meest aanwezig voor complexe taken. Klankbord aanwezig, meer specialisatie mogelijk, mate waarin je met inrichting / taak bezig bent groter. Capaciteit / robuustheid grootst. Inzet: makkelijk te regelen. Makkelijk te organiseren. Synergie-effect van Eén RUD beperkt minder door spreiding over meerdere vestigingen. Modellen 2) Drie RUD's 3a) Verbindingsmodel 3b) RUD met verbonden partijen Heel moeilijk, geen verbinding tussen 3 RUD's, drie beleidscycli. Minder formatie / kritieke massa: moeilijker te realiseren. Vergelijkbaar met 1a. Capaciteit: voldoende. Inzet: moeilijker. Moeilijk. Er is wel een gemeenschappelijke sturing vanuit centrale RUD. Tussen modellen Drie RUD's en Eén RUD in. Capaciteit: voldoende. Inzet:makkelijker, mits goede afspraken tussen RUD en verbonden partijen. Moeilijk. Er is wel een gemeenschappelijke sturing vanuit centrale RUD. Wordt gerealiseerd in de RUD. Situatie vergelijkbaar met model 1b. Capaciteit: voldoende.. Inzet:makkelijker, mits goede afspraken tussen RUD en verbonden partijen. 25 miljoen 20 miljoen 21 miljoen 21 miljoen 24 miljoen 22 miljoen investering nodig om VTH-taken in Groot effect (door veel verplaatsingen, knippen in taken, lege bureaus). Groot effect (door veel verplaatsingen, knippen in taken, Groot effect. Provincie maakt structureel extra Heeft invloed, verschilt per gemeente. Naarmate gemeente Heeft invloed, verschilt per gemeente (zie toelichting 3a) Pagina 36

Afwegingscriterium Eenmalige kosten latende organisaties 6. Terugverdientijd, gerekend over alle partijen Referentie 1a) Eén RUD 1b) Eén RUD, 3 organisaties aan kwaliteitscriteria te laten voldoen. Dit betreft structurele uitgaven. N.v.t. 19 miljoen 3,4 jaar vestigingen lege bureaus). 19 miljoen 4,0 jaar Modellen 2) Drie RUD's 3a) Verbindingsmodel 3b) RUD met kosten voor afstemming met 3 RUD's. 21 miljoen 4,4 jaar meer taken buiten eigen organisatie heeft geplaatst wordt effect minder, bijvoorbeeld DEAL, Ten Boer en Kompajnie. Die gemeenten hebben al een slag hebben gemaakt in samenwerking 6 miljoen 4,4 jaar verbonden partijen 10 miljoen 2,9 jaar Variatie per partij 7. Kostenbesparing (theoretisch) na 5 jaar (besparing op jaarlijkse kosten in percentages) Bestuur 8. Bestuurlijke invloed op programmaniveau Criterium is niet onderscheidend tussen de modellen 2 5 jaar 2,5 5,5 jaar 3 6 jaar 3 6 jaar 0 22% 18% 18% 4% 14% Groot, vaststelling door college. Groot, vaststelling door college, wellicht beperking in capaciteit en wensen en door competitie tussen opdrachtgevers. Groot, vaststelling door college, wellicht beperking in capaciteit en wensen en door competitie tussen verschillende Groot, vaststelling door college, wellicht beperking in capaciteit en wensen en door competitie tussenopdrachtgevers. Groot, vaststelling door college, wellicht beperking in capaciteit en wensen en door competitie tussen opdrachtgevers. 1,5 tot 4,5 jaar Groot, vaststelling door college, wellicht beperking in capaciteit en wensen en door competitie tussen opdrachtgevers, maar Pagina 37

Afwegingscriterium 9. Bestuurlijke invloed op dossierniveau Criterium is niet onderscheidend tussen de modellen 10. Nabijheid ambtelijk apparaat Criterium is niet onderscheidend tussen de modellen Medewerkers 1 11. Eigen ontplooiingsmogelijkheden Referentie 1a) Eén RUD 1b) Eén RUD, 3 Groot, korte lijnen. Is er, groot In de breedte wel, verticaal niet. Bestuurlijke invloed aanwezig via aanspreekpunt RUD in opdrachtgevende organisatie (bijv. een beleidsregisseur). Dit vereist vertrouwen in RUD Meer op afstand. Contact met RUD loopt via beleidsregisseur. Vereist een andere houding van bestuur en een andere input. Waan van de dag gaat weg, bestuurder moet niet alleen nadenken maar ook vóórdenken. Van reactief naar proactief In de breedte niet (taakveld RUD smaller dan van gemeente/ provincie), verticaal wel. vestigingen opdrachtgevers. Modellen 2) Drie RUD's 3a) Verbindingsmodel 3b) RUD met Zie model 1a. Zie model 1a. Groot, korte lijnen (op enkele onderdelen via beleidsregisseur). Zie model 1a. Zie model 1a. Is er, groot maar In de breedte niet (taakveld RUD smaller dan van gemeente/ Als model 1a, maar op kleinere schaal. eigen ambtenaren werken ook voor andere gemeenten en krijgen ander takenpakket en deels andere werkgever. In de breedte wel, in de diepte ook, maar smaller. verbonden partijen iets minder dan bij modellen Eén RUD en Drie RUD's. Groot, korte lijnen (op enkele onderdelen via beleidsregisseur). Combinatie van effecten modellen 1a en 3a. Centrale RUD: wel diepte, minder breed. Verbonden partijen: in de breedte wel en in de 1 Cultuur toevoegen Pagina 38

Afwegingscriterium 12. Beïnvloedingsmogelijkheden taakuitvoering Referentie 1a) Eén RUD 1b) Eén RUD, 3 vestigingen provincie), verticaal wel. Groot, veel vrijheid. Binnen eigen taakveld. Op kleinere schaal, per vestiging. Modellen 2) Drie RUD's 3a) Verbindingsmodel 3b) RUD met Op kleinere schaal, per vestiging. Binnen verbonden partijen wel, daarbuiten niet. verbonden partijen diepte ook. Binnen centrale RUD en verbonden partijen wel. Hangt af van cultuur in organisatie 13. Aansluiting bij huidige situatie, (Groot aantal) 100%, alle basistaken 100%, alle 100%, alle basistaken Raming: 50% 75%. Raming: 50% 75%. aantal opnieuw te plaatsen vacatures om te worden in RUD belegd. basistaken worden in worden in drie RUD s medewerkers kunnen voldoen aan RUD belegd. belegd. kwaliteitscriteria. Taakuitvoering 14. Professionaliteit, waarmaken van de (complexe) taken Te kort op: - ketentoezicht; - informatieoverdracht. Grootste winst voor milieutaken. Niet voor sociaal-economisch domein (vestiging bedrijven) en Iets minder grote winst voor milieutaken: tussen referentiemodel en model Eén RUD in. Zelfde als model 3 RUD's, maar beter op ketentoezicht door centrale RUD. Zelfde als Verbindingsmodel, maar betere afspraken en sturing. -integraliteit milieu bouwen en RO, omdat die taken bij de latende organisaties blijven. 15. Kennis van locale situatie Speelt vooral in begintijd Grootst. Kleinst, inwerktijd nodig. Daarna is er ook kennis van de locale situatie. Wat meer regionale spreiding en kennis van locale situatie. Wat meer regionale spreiding en kennis van locale situatie. Meeste regionale spreiding en kennis van locale situatie (anders dan Vergelijkbaar met model 3a. referentiemodel). 16. Integraliteit binnen werkveld Moeilijke Goed. Goed, wat minder Goed, wat minder dan Kan wel maar lastig te Goed, omdat milieu (ketentoezicht) ketenaanpak dan bij model 1a. bij model 1a. organiseren, omdat specialisten werken in Pagina 39

Afwegingscriterium Referentie 1a) Eén RUD 1b) Eén RUD, 3 vestigingen - zit op specialisten Korte lijnen (in één huis). Modellen 2) Drie RUD's 3a) Verbindingsmodel 3b) RUD met verbonden partijen specialisten niet in één centrale RUD, wat organisatie werken. minder dan bij model 1a. 17. Integraliteit met andere werkvelden (bijv. drank en horeca en duurzaam ondernemen) Goed. Slechtst / kleinst. Slechtst / kleinst. Tussen referentiemodel en model Eén RUD. Klein. Meer taken satelliet. Criterium is niet onderscheidend tussen de modellen 18. Managementsturing, coördinatie-inspanningen Goed. Goed. Goed. Goed. Moeilijk(er) te organiseren. Ook de onderlinge informatievoorziening is lastiger. Bijna goed. Pagina 40

Bijlage 6 Financiële doorrekening Bij de financiële doorrekening van de modellen is ervan uitgegaan dat alle milieutaken inclusief de specialismen in een regionale uitvoeringsorganisatie worden belegd (optie 3). 1. Effecten algemeen Te verwachten financiële effecten van een samenwerkingsorganisatie zijn: Eenmalig 1. Oprichtingskosten van de samenwerkingsorganisatie. 2. Sociaal plan voor medewerkers in de nieuwe organisatie. 3. Frictiekosten achterblijvend personeel. 4. Desintegratiekosten overhead latende organisaties. Structureel 5. Efficiencyvoordeel. 6. Wijziging in werkomvang. 7. Wijziging in overhead. De eenmalige kosten in de Groningse situatie komen verderop aan de orde. Hier wordt kortheidshalve naar verwezen. Hieronder volgt een korte beschouwing over te verwachten wijziging van de structurele kosten. Efficiencyvoordeel De VTH-taakuitvoering is op dit moment fragmentarisch: er zijn veel partijen met een geringe taakomvang (gemeten in fte's). Bundeling maakt het mogelijk om gerichter te werken, te specialiseren, etc. Efficiencyvoordelen uit andere cases variëren globaal van 10 tot 25%. Het efficiencyvoordeel moet worden gecorrigeerd voor afstemmingsverliezen. Op dit moment kan er 'in huis' worden afgestemd, soms zelfs 'in de persoon' als deze meerdere taken heeft. In de nieuwe situatie is dit anders. Het past overigens wel in de nieuwe werkwijze van front office en back office. Wijziging in werkomvang Uitbestedingscases bij de overheid laten zien dat de omvang van het werk ook kan wijzigen. Het kan bijvoorbeeld afnemen omdat de dienst 'geprijsd' wordt. Voorheen waren kosten niet zichtbaar, nu wel en dat maakt dat er een andere afweging wordt gemaakt. Andersom kan de beschikbaarheid van een specialisme dat er voorheen niet was leiden tot extra 'vraag'. Op het VTH-milieu werkveld zal dit effect naar verwachting niet groot zijn. Wijziging in overhead Uitvoeringsorganisaties hebben een lagere overhead. Ze kunnen zich focussen op één of enkele werkvelden terwijl gemeenten en provincie met een groot aantal werkvelden te maken hebben. Ook de bestuurlijke invloed speelt daarbij een rol. Plat uitgedrukt: hoe minder bestuurlijke invloed, hoe efficiënter (ook) de overhead. Pagina 41

2. Invulling rekenmodel RUD's Berenschot voor Groningse situatie Na overleg met financiële specialisten van gemeenten en provincie is een Groninger versie van het landelijke Berenschot-rekenmodel voor de RUD's beschikbaar. Hiermee worden alle kosten per partij globaal geraamd. De financiële uitgangspunten zijn in de navolgende paragrafen beschreven. Algemeen We brengen de financiële gevolgen in beeld door met het rekenmodel RUD's van Berenschot: de eenmalige kosten te berekenen; de structurele kosten te berekenen voor het jaar 2012, met en zonder RUD. Aan de hand van de vergelijking 2012 met en zonder RUD is de terugverdientijd bepaald. In dit rapport zijn opgenomen: 1. De eenmalige kosten. 2. De structurele kosten van de RUD. 3. De terugverdientijd. Eenmalige kosten Oprichtingskosten van de samenwerkingsorganisatie zijn geraamd vanaf het moment van besluitvorming tot oprichting. Variabelen oprichtingskosten Projectleider / procesmanager (= kwartiermaker): half jaar vanaf fase 5 2 dagen/week 2 1800 / dag Projectcoördinator: half jaar vanaf fase 5 3 dagen/week 1200 / dag Oprichten van nieuwe GR (conform projectplan) 40.000 Externe inhuur vrijspelen sleutelpersonen 10 fte's bij 2 dagen/week voor 6 maanden 1.000 / dag Vergaderkosten 5.000 Ondersteuning P&O 50.000 Kosten BOR 2500 Vertrouwenspersoon vakbond 15.000 Functiewaardering 12.470 Opleidingskosten 3% van de salarislasten Automatisering 300.000 (eenmalige transitiekosten) Communicatie: nieuwsbrieven, medewerkersdagen, ontwikkelen huisstijl, opzetten internetsite / intranet 50.000 Facilitaire aanloopkosten 150 / medewerker Verhuizing archief 25.000 Certificering 25.000 Inrichtingskosten P+C-cyclus 30.000 Onvoorzien 10% Er wordt voor medewerkers, die in de nieuwe organisatie worden geplaatst, een sociaal plan gemaakt. Hierin zitten ook onderwerpen die financiële gevolgen hebben. Dit zijn: 1. Arbeidsvoorwaarden, verschillen tussen CAO provincies en CAO gemeenten. 2 Bij model Eén RUD. Pagina 42