RIS.2893 EVALUATIE BOMENVERORDENING 2005 Foto: J.Sibon Gemeente Emmen Dienst Gebied November 2007 1
1. Aanleiding In 2005 is een herziene Bomenverordening vastgesteld. Daarin is de diametergrens verhoogd van 10 naar 30 cm. Kapvergunningplichtig zijn bomen met een diametergrens van 30 cm of meer, gemeten op 1,3 meter boven het maaiveld. Tevens is besloten na een periode van 1 jaar een evaluatie uit te voeren. Deze notitie geeft de resultaten van deze evaluatie weer. 2. Inleiding Bomen hebben uiteenlopende functies voor de samenleving. Bomen zijn mooi en verfraaien stad, dorp en landschap. Het zijn belangrijke groene elementen die door hun vorm, kleur en geur een bijdrage leveren aan de woon- en leefomgeving. Zij bepalen in hoge mate hoe de (woon)omgeving eruit ziet en op welke manier deze beleefd wordt door de bewoners. Maar minder zichtbaar is dat bomen ook een belangrijke schakel vormen in ecologische processen die voor mens, dier en plant van groot belang zijn. Al met al genoeg reden om zuinig om te gaan met het waardevolle bomenbestand in de gemeente Emmen. In 2007 is het Groenkompas vastgesteld. Groenkompas is het beleidskader inzake het openbaar groen. Groenkompas geeft als opgave voor de gemeente aan: de rijkdom en de diversiteit van het openbaar groen geeft de eigen kernen een eigen identiteit. Dit is een kwaliteit die aan de basis staat van de vitaliteit van Emmen en waar gemeente en inwoners verantwoord mee om willen gaan. De regelgeving zoals die in de Bomenverordening is opgenomen, is een belangrijke leidraad voor het in stand houden van een kwalitatief en kwantitatief goed en waardevol bomenbestand in de gemeente Emmen. Daarbij gaat het zowel om bomen die eigendom zijn van particulieren als die van de gemeente zelf. 2. Bomenverordening 2005 De Bomenverordening fungeert als leidraad in de belangenafweging die er gemaakt moet worden tussen het algemene belang ( de waarde die de boom voor de gemeenschap heeft) en het individuele belang bij de aanvraag van een kapvergunning ( bijvoorbeeld in verband met de bouw van een woning of aanleg van een weg). De volgende motieven vormden de basis voor een aanpassing van de Bomenverordening: 1. Beperking regelgeving en meer verantwoordelijkheid en zeggenschap bij de burger. 2. Een juridische aanpassing in verband met geconstateerde hiaten in de tekst van Bomenverordening. 3. Aanpassingen in het kader van de helderheid van de tekst en leesbaarheid. 4. Budgettair aspect: de wens om de uitvoering van de verordening kostendekkend te maken. Deze 4 punten vormden de basis voor een aanpassing en het vaststellen van de Bomenverordening gemeente Emmen 2005 door de gemeenteraad op 22 december 2005. 2
3. Werkwijze evaluatie De evaluatie is uitgevoerd in eigen beheer. De werkwijze was: a. een analyse van de behandelde aanvragen b. waarneming in het buitengebied c. raadpleging van het Platform Natuurbehoud. Bij de analyse is getoetst aan de vier aspecten die het motief vormden voor een aanpassing van de Bomenverordening. 4. Resultaten van de evaluatie Per aspect is het volgende geconstateerd: 1. Beperking regelgeving en meer verantwoordelijkheid en zeggenschap bij de burger De regelgeving zoals die opgenomen is in de Bomenverordening, vormt een belangrijke leidraad voor het in stand houden van een kwalitatief en kwantitatief goed en waardevol bomenbestand. Afbakening van het begrip boom is van belang in verband met het aangeven van de ondergrens van de bescherming. Vóór invoering van de nieuwe Bomenverordening werd in dit kader een stamdiameter van 10 cm gehanteerd. In het kader van de wens de regelgeving voor de burgers te beperken en daarmee meer verantwoordelijkheid en zeggenschap bij de burger te leggen is gekozen voor een verruiming van de stamdiameter van 10 cm naar 30 cm. Door deze wijziging is het aantal aanvragen sterk gedaald. In 2005 werden er 586 aanvragen om een kapvergunning ingediend. In 2006 bedraagt het aantal aanvragen om een kapvergunning 391 aanvragen. Van deze 391 aanvragen zijn er 178 door particulieren en 213 door de gemeente Emmen gedaan. Van dit aantal zijn er 25 afgewezen, meestal om redenen van beeldbepalendheid. In 5 gevallen is tegen deze afwijzing bezwaar ingediend. In alle gevallen is het bezwaarschrift ongegrond verklaard. Het verhogen van de stamdiametergrens heeft geleid tot afname van het aantal aanvragen en minder administratieve lasten voor burgers en bedrijven. Ook voor de gemeente zijn er voordelen: a. de gemeente als aanvrager van een kapvergunning: de verhoging van de diametergrens betekent dat ook de gemeente in minder gevallen een vergunning hoefde aan te vragen, hetgeen de administratieve lasten voor de afdelingen Emmen Stad en Emmen Buiten verminderde; b. de gemeente als beslisser: ten opzichte van 2005 zijn 195 aanvragen minder behandeld door de afdeling Vergunningen. 3
Het verhogen van de kapvergunningplichtige diameter van 10 naar 30 cm heeft, zo is althans op dit moment vast te stellen, niet met zich meegebracht dat burgers minder zorgvuldig met hun bomen omgaan. Vaak hebben aanvragen betrekking op het kappen van bomen in kleine achtertuinen, waarvan een beeldbepalende werking ontbreekt. De kans dat (potentieel) waardevolle bomen uit particuliere tuinen verdwijnen is aanwezig, maar weegt niet op tegen het uitgangspunt meer verantwoordelijkheid bij de burger neer te leggen. Daarnaast is het de taak van de gemeente om in het openbaar gebied aandacht te besteden aan het behoud en versterken van de aanwezige en toekomstige (waardevolle) bomenstructuur, omdat deze in belangrijke mate de hoofdgroenstructuur van zowel stedelijk als landelijk gebied bepaalt. De aanvragen van de gemeente betroffen voornamelijk bomen die in slechte staat waren. Hoewel burgers niet minder zorgvuldig met bomen omgaan, zou een lijst met waardevolle bomen de uitvoering van de Bomenverordening vereenvoudigen. Kernvraag is of het wel noodzakelijk c.q. wenselijk is alle bomen te beschermen. Het antwoord hierop is neen. Uitgangspunt dient te zijn dat de waardevolle bomen(structuren) in beeld gebracht worden en overeenkomstig beschermd. Dat geldt zowel voor de bomen in het openbaar gebied als die in particulier eigendom. De algemene tendens is meer naar de bescherming van bepaalde boomstructuren te kijken en deze dan als waardevol aan te merken; dit naast het vrij laten kappen van minder waardevolle houtopstanden. Aan deze keuze dient een goed bomenbeleidsplan ten grondslag te liggen. 2. Juridische aanpassing Bomenverordening 2005 wegens hiaten De uitvoeringspraktijk vraagt om enkele aanpassingen. Het betreft de volgende artikelen. Artikel 4.7: het tijdstip van vervallen van de verleende vergunning is verduidelijkt. Ook als aan de kapvergunning slechts gedeeltelijk uitvoering is gegeven, komt deze na een periode van 1 jaar nadat hij onherroepelijk is geworden te vervallen. Artikel 5.2: kan vervallen, omdat de samenhang met de bouw- of aanlegvergunning in artikel 9 is geregeld. Artikel 5.4: kan vervallen, omdat de boomwaarde onder de weigeringsgronden in artikel 5.1 kan worden meegewogen. Artikel 7 : betreft de schorsing van de kapvergunning. De tekst is aangescherpt. Het nieuwe artikel 7 luidt: Van de vergunning mag pas gebruik worden gemaakt indien deze rechtens onaantastbaar is geworden. Met de nieuwe tekst wordt het moment van het gebruik mogen maken van de verleende vergunning juridisch beter afgekaderd. Artikel 9 : betreft de afstemming van vergunningen op elkaar. Door de voorgestelde aanpassing is het college niet meer gebonden om in alle gevallen de kapvergunning gelijktijdig met de bouw- of aanlegvergunning af te geven. Er zijn soms gevallen waarbij het wachten met het afgeven van de kapvergunning kan leiden tot onnodige vertraging in het uitvoeren van het vergunde in de bouw- of aanlegvergunning. Dit mede gelet op de bepalingen van de Flora- en faunawet, e.d. 4
3. Helderheid tekst en leesbaarheid. Daar waar de tekst onduidelijk is, is deze aangepast. Bijvoorbeeld artikel 4.7.Hier ligt een relatie met het hiervoor onder punt 2 gestelde. 4. Budgettair aspect: kostendekkendheid Uitgangspunt van de Bomenverordening is dat de be- en afhandeling van de kapvergunningen kostendekkend is. Volgens raming bedragen de kosten van afhandeling nu ongeveer 91 per aanvraag. De leges voor 2007 zijn vastgesteld op 44,60. Een en ander betekent, dat wil er sprake zijn van een kostendekkende afhandeling, de huidige leges met meer dan 100% verhoogd moeten worden. De jaarlijkse leges worden middels een inflatiecorrectie, via de Legesverordening, aangepast maar dit is geen verhoging in het kader van de kostendekkendheid. 4. Conclusies van de evaluatie: Op basis van de toetsing aan de aspecten komen wij tot de volgende conclusies: 1. De Bomenverordening gemeente Emmen 2005 speelt in op de wens om de regelgeving richting de burger te verminderen door het optrekken van de minimale diktemaat van een kapvergunningplichtige boom op te trekken van 10 naar 30 cm. Deze regel heeft niet met zich meegebracht dat burgers minder zorgvuldig met hun bomen omgaan. Het heeft wel geleid tot vermindering van de administratieve lasten bij zowel de burgers als de gemeente. 2. Een lijst met waardevolle bomen zou de uitvoering van de Bomenverordening vereenvoudigen en een verdergaande deregulering mogelijk maken. 3. Het in juridisch opzicht aanscherpen van de tekst van artikelen in de Bomenverordening neemt de geconstateerde onduidelijkheid weg. 4. Daar waar noodzakelijk dient de tekst in verband met de helderheid en leesbaarheid aangepast te worden. 5. Een kostendekkende afhandeling van de kapvergunning vindt op dit moment niet plaats. Om kostendekkendheid te realiseren dient te leges te stijgen naar 91,-- per aanvraag. 5