Gemeente Den Haag. Aan de Commissie Samenleving

Vergelijkbare documenten
WGS rapportage. Haagse 5% regeling Opsteller: Pat Houkes, projectmanager 5%-regeling WGS Den Haag

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie. Onderwerp 5% Regeling / Contract Compliance

QUICKSCAN VAN LITERATUUR OVER SOCIAL RETURN

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie

Wethouder van Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie

Notitie Social Return on Investment Alphen aan den Rijn

Initiatiefvoorstel PvdA-GroenLinks

SROI Social Return On Investment. TOOLKIT SROI voor alle gemeenten in regio Noord-Holland Noord

Nota Social Return on Investment in Helmond. Helmond, april 2013

Addendum Social Return op Nota inkoopbeleid 2008 behorende bij raadbesluit van 18 juni 2012

de Aanbestedingsrichtlijn gemeente Den Haag te wijzigen conform de Europese aanbestedingsrichtlijnen.

Social Return (on Investment) Nevi PIANOo, 18 maart 2010

Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeenten Ooststellingwerf, Weststellingwerf en Opsterland. Versie 1 Juli 2016

Oostzaan Buiten gewoon

Quick scan re-integratiebeleid. Een oriënterend onderzoek door de rekenkamercommissie

Broodje Politiek Lokaal en Sociaal aanbesteden wat kan - wat mag. Gaby Hoof Senior adviseur TenderCoach

Inbesteding en Social Return Gemeente s-hertogenbosch. NVRD themadag 5 april 2012

Informatiesessie SROI regio NHN. Raadzaal Heerhugowaard

Stedelijk Projectbureau Social Return

Stedelijk Projectbureau Social Return

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie

Platform 31 Conferentie Ruimte voor Ondernemerschap Workshop Aanbesteden 28 november MKB-vriendelijk aanbesteden en Social Return

SOCIAL RETURN. 28 mei 2015, WSP Den Haag

Jaap Peelen. Business Manager Tender support. In de praktijk aanbestedingen winnen met SROI

SROI Social Return On Investment. TOOLKIT SROI voor alle gemeenten in regio Noord-Holland Noord

SROI in Veenendaal. - Het Kader

Raadsbrief social return en verdringing

Quick Scan Social Return. Gemeente Eindhoven

Zaken doen met de gemeente Oldambt

Meer concurrentie en een betere re-integratie via social return. Petra Oden Lector Juridische Aspecten van de Arbeidsmarkt Kenniscentrum Arbeid

DE PARTICIPATIEWET VOOR U ALS WERKGEVER

ONTWERP-RAADSVOORSTEL VAN BenW AAN DE RAAD VOOR

SOCIAL RETURN IN DE PRAKTIJK

Maatregelen SROI. Gemeente Veenendaal Juni 2015

Inkoop-en aanbestedingsbeleid. Raadsinformatieavond

Gemeente Den Haag. De voorzitter van Commissie Bestuur. Geachte voorzitter,

Plan van aanpak social return. Gemeente Gouda

Prestatieladder Sociale Ondernemen. Aanvang 9.45 uur. Welkom!

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

Werkt voor werkgevers. Social Return On Investment. baanbrekenddrechtsteden.nl

Social Return paragraaf Deze volgende tekst is onderdeel van de EA WMO Hulpmiddelen

Aanpak. Social Return

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie. Uw commissie heeft bij de begrotingsbehandeling verzocht om nadere informatie over:

Social Return Inclusief ondernemerschap in de arbeidsmarktregio Noordoost-Brabant. Wat hebben we bedrijven te bieden?

Gemeente Den Haag. De voorzitter van Commissie Samenleving BSW/ RIS november Verdringing en werken zonder loon

Wethouder van Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie

Social Return achtergrondinformatie

SOCIAL RETURN ROTTERDAM

Inkoopbeleid Gemeente Uden 2013

Werken naar vermogen in de Procesindustrie. Samenvatting van de Eindrapportage

SAMEN, VOOR ELKAAR. Handleiding Social Return voor zorgaanbieders

Regionaal beleid SROI Twente

Transitieplan. 12 september 2013

Inkoop- en Aanbestedingsbeleid Samenwerkingsverband Oost-Achterhoek

Van de gemeenten, die ervaring hebben met social return, heeft 70% social return, voornamelijk toegepast bij aanbestedingen van WMO/zorg.

Bijlage: Beleidsregels Social Return Den Haag 2016 Artikel 1 Begripsomschrijvingen

eindparaaf wethouder / * \ d.d. /.3/ /0 d.d. Onderwerp Wijziging Inkoop- en aanbestedingsbeleid ter invoering van de 5% regeling Social return

KENNISBIJEENKOMST SROI Lieke Knoups. 9 oktober 2014

Inkoop- en aanbestedingsbeleid Stichting Regionaal Samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs Zoetermeer 28-07

Gemeente Den Haag. De voorzitter van de Commissie Samenleving. Geachte voorzitter,

Aan : de Commissie van Veiligheid, Bestuur en Financiën en de Rekeningencommissie. Onderwerp Inhuur personeel derden

Prestatieladder Socialer Ondernemen (PSO) Stichting PSO-Nederland

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Juli What is your Social Return On Investment van de gemeente Vianen juli 2014

SOCIAL RETURN VERPLICHTING

Raadsstuk. Onderwerp: Intensivering Social Return on Investment in Haarlem Reg. Nummer: SZW/BB/2012/224482

Uitvoeringsregels Social Return bij opdrachtverlening. Provincie Noord-Brabant

3. Uitgangspunten SROI gemeente Nieuwegein

Gemeente Den Haag. De voorzitter van Commissie Samenleving. Geachte voorzitter,

Het betrekken van lokale partijen bij opdrachten. Synarchis adviesgroep Meer kansen voor lokale partijen?!

1 ũ FEB Gemeente r Bergen op Zoom. Aan de leden en duoburgerleden van de gemeenteraad. Geachte leden en duoburgerleden,

Gemeente Den Haag. De voorzitter van de Commissie Samenleving. Geachte voorzitter,

Beleidsnotitie social return bij inkoop. Zaanstreek-Waterland. Een integraal beleidsdocument van de gemeenten in de regio Zaanstreek Waterland

Social Return Inclusief ondernemerschap in de arbeidsmarktregio Noordoost-Brabant

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Eindevaluatie IRO (Individuele Re-integratie Overeenkomst)

Nieuwe kansen voor intermediairs

Beleidsregels Social Return Den Haag 2015

Sociaal rendement Zaanstreek-Waterland. 24 september 2013

Stappenplan Social Return

Bureau Social Return Groningen ontzorgt Stadswerk 25 maart 2015

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV

Voorwaarden social return

Overheidsbemoeienis versus maatschappelijk verantwoord ondernemen. Wat betekent deze wet voor u als werkgever?

Convenant. College van Burgemeester en Wethouders. Dagelijkse Besturen:

Gemeente Den Haag. De voorzitter van de Commissie Samenleving. Geachte voorzitter,

Convenant Gesubsidieerde Arbeid 2003

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende Uitvoeringsregeling re-integratiesubsidies gemeente Waterland 2015.

Actieplan Maatschappelijk Verantwoord Inkopen MVI

Bijlage 8: Social Return On Investment (SROI)

BIJLAGE 7 Nadere toelichting en begrippenlijst Social Return

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie. Onderwerp collectieve ziektekostenverzekering 2008

Onderwerp Vragen naar aanleiding van de evaluatie afbouw ID-banen

Datum 9 april 2013 Betreft Reactie op zwartboek FNV en uitzending van Nieuwsuur over werken in de bijstand

Social return bij Gemeente Zaanstad

Beleidsnotitie social return bij inkoopzaanstreek-waterland. Een integraal beleidsdocument van de gemeenten in de regio Zaanstreek Waterland

B&W Vergadering. 3. Aanpak Social Return 3.0. voor de bouwsector per 1 november 2016 toe te passen bij alle

B&W Vergadering. 2. Het college gaat akkoord de opdracht volgens de Nationaal Openbare procedure in de markt te zetten.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

4. Gunningcriteria. Pagina 11

Transcriptie:

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie Henk Kool Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Aan de Commissie Samenleving Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk BSW/2012.119 RIS 255196 Doorkiesnummer 070-353 2651 E-mailadres Onderwerp Informatiebrief Haagse 5% regeling Aantal bijlagen 2 Datum 11 december 2012 Inleiding Bij aanbestedingen van Werken en Diensten wordt sinds december 2007 door de gemeente Den Haag Social Return toegepast in de vorm van de 5% regeling. Deze 5% regeling geldt voor nationale en Europese openbare aanbestedingen. Op 14 juli 2008 en 30 juni 2009 heb ik u per brief geïnformeerd over de resultaten van deze regeling. In die laatste brief heb ik toegezegd om begin 2012, wanneer deze regeling vier jaar in uitvoering is, een brede evaluatie te laten uitvoeren. Het onderwerp Social Return blijft actueel door onder andere de bezuinigingen en ontwikkelingen rond het Werkbedrijf en de bijzondere positie van het SW-bedrijf hierin. Maar ook door de ruil met mijn Rotterdamse collega wethouder Florijn begin maart van dit jaar; de inzichten die ik daar verkreeg versterkten mijn ideeën over uitbreiding van de toepassingsmogelijkheden van de Haagse 5% regeling. Deze informatiebrief bevat de hoofdpunten uit de evaluatie van de Haagse 5% regeling over de periode 2007 tot en met 2011. Op basis van de bevindingen en resultaten van de regeling heeft het college een aantal besluiten genomen en worden beleidswijzigingen doorgevoerd om de Haagse 5% regeling te verruimen tot een regeling 5 50% Social Return. Het doel is om hiermee het aantal plaatsingen van uitkeringsgerechtigden, werkzoekenden en stagiaires te verhogen. Deze brief is gebaseerd op de Quickscan van literatuur over Social Return (bijlage 1) en de uitgebreide evaluatie van de Haagse 5% regeling: WGS rapportage Haagse 5% regeling 2007 2011 (bijlage 2). De quickscan, uitgevoerd door SZW beleidsonderzoek, bevat een beknopt overzicht van publicaties en bronvermeldingen over Social Return, de toepassing ervan, effecten en succesfactoren. Uit de quickscan blijkt ook dat er naar Social Return nog relatief weinig onderzoek is gedaan. De rapportage van het Werkgevers Servicepunt omvat de volledige evaluatie van de Haagse 5% regeling over 2007 2011. Inlichtingen bij Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Telefoon: 070-353 2651 Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax: 070-353 2479 Internetadres: www.denhaag.nl

BSW/2012.119 2 In deze informatiebrief zijn de volgende vragen, gebaseerd op de bevindingen uit het literatuuronderzoek en de Haagse evaluatie, beantwoord: 1. Wat is Social Return en welke invullingen bestaan er? 2. Hoe wordt Social Return toegepast door gemeenten? 3. Wat zijn de effecten, kosten en baten van Social Return? 4. Wat zijn succesfactoren bij de uitvoering van Social Return? 1. Wat is Social Return en welke invullingen bestaan er? Social Return is het maken van (al dan niet dwingende) afspraken met opdrachtnemers van aanbestedingen van Diensten, Werken en Leveringen over het inrichten van (nieuwe of bestaande) arbeidsplaatsen, leerwerk- en stageplekken voor doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt. In de praktijk worden hiervoor veel termen gehanteerd: contract compliance, Social Return on investment, sociaal aanbesteden, sociale criteria, sociale paragraaf of (zoals in Den Haag) de 5%-regeling. In deze brief wordt het begrip Social Return als verzamelterm in de breedste zin gehanteerd. Uit de quickscan blijkt dat Social Return op verschillende manieren kan worden meegenomen bij de inkoop, namelijk: - als bijzondere uitvoeringsvoorwaarde (zoals contracteisen); - als gunningcriterium; - als geschiktheideis; - door opdrachten (of percelen daarvan) voor te behouden aan SW bedrijven; - door percelen via de percelenregeling uit de aanbesteding te houden. Andere invullingen zijn eveneens denkbaar, zoals inschrijvers te vragen sociale projecten te sponsoren, gratis diensten te verstrekken aan instellingen met een maatschappelijk nut of vrijwilligerswerk te verrichten voor goede doelen. Deze zijn vooral geschikt voor inkopen onder de Europese aanbestedingsdrempel. 2. Hoe wordt Social Return toegepast door gemeenten? Algemeen in (grote) gemeenten Steeds meer en vooral grotere gemeenten zetten Social Return in, bij Europese aanbestedingen van Diensten en Werken. Gemeenten doen dit niet of in mindere mate bij het inkopen van Leveringen, bij subsidieverstrekkingen en bij inkopen onder de drempelwaarde van Europese aanbestedingen. De contracteis (bijzondere uitvoeringsvoorwaarde) wordt het vaakst toegepast. Een deel van de gemeenten past verschillende vormen van Social Return toe. In Rotterdam Door mijn functie uitwisseling met Rotterdam weet ik dat het Rotterdamse gemeentebestuur in 2011 heeft besloten de 5% regeling op te rekken tot de Social Return regeling. Juridisch kan dit maximaal tot en met 49%. Waar in Rotterdam de vroegere 5% regeling van toepassing was op investeringsopdrachten vanaf 225.000, is dat nu bij de Social Return regeling vanaf 15.000. Bij de oude 5% regeling werd het percentage aangewend voor de lonen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bij Social Return laat Rotterdam het percentage ten goede komen aan dezelfde groep, echter breder dan alleen in loon. Bijvoorbeeld in geld voor een opleiding om werkzoekenden aantrekkelijker te maken voor een volgende werkgever. De Rotterdamse regeling houdt alle opties voor de invulling open. Verder is de Social Return regeling in Rotterdam, waar mogelijk, een onderdeel van het gunningcriterium geworden, waar inschrijvers zich kunnen onderscheiden: hoe hoger het percentage of hoe creatiever en effectiever de invulling is, des te groter de kans dat de opdracht gegund wordt. Per aanbesteding moet worden getoetst of het opnemen als gunningscriterium juridisch haalbaar is. Net als Rotterdam vindt Den Haag het wenselijk om meer te werken met sociale gunningcriteria. Gezien de strenge Europese aanbestedingsregels is dit echter niet altijd mogelijk. Dat komt omdat gunningcriteria een direct verband met de opdracht moeten hebben. Het is dus afhankelijk van het onderwerp van de aanbesteding of en welke sociale gunningcriteria gesteld mogen worden. Die regel beperkt gemeenten onnodig. Daarom is Den Haag druk bezig met het voeren van een lobby in Europa om deze werkwijze vaker te kunnen toepassen in de aanbestedingen, omdat het resultaat van plaatsingen daarmee nog verder kan toenemen.

BSW/2012.119 3 In Den Haag Het aanbestedingsbeleid van Den Haag valt onder verantwoording van de afdeling Juridische Zaken van de Bestuursdienst. Voor het sociaal beleid en de uitvoering van de 5% regeling is de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten verantwoordelijk. In Den Haag wordt de 5% regeling 1 als bijzonder aanvullende uitvoeringsvoorwaarde met de minimumeis deze te accepteren, opgevoerd bij aanbestedingen, en dus niet als gunningscriterium. De Haagse regeling houdt in dat werkgevers bij aanbestedingen 5% van de aanneemsom werkgelegenheid moeten creëren ten behoeve van de doelgroep werklozen, stagiaires/ leerlingen, en uitkeringsgerechtigden met WWB/WIA/Wajong en WSW-ers. Bij een aantal specifieke aanbestedingen in de bouw hanteert Den Haag niet sec de 5% regeling, maar tevens de mogelijkheid om dit in te vullen met een leerlingenbouwplaatsen. De regeling wordt niet toegepast op subsidies. Een subsidie is een wezenlijk ander (juridisch) instrument dan een opdracht. Normaal gesproken hangt het doel van de subsidie al rechtstreeks samen met (een onderdeel van) het algemeen belang, bijvoorbeeld om bepaalde doelgroepen (betaalbare) computerles te geven om hen zo op de arbeidsmarkt te positioneren. Gesubsidieerde organisaties werken veelal met vrijwilligers, al dan niet in samenspraak met de diensten OCW en /of SZW. De 5%-eis daarnaast te plaatsen, zal in het beste geval een soort dubbeling met administratieve lasten opleveren, maar zal in zeer veel gevallen niet uitvoerbaar zijn. De 5%-regeling is momenteel van toepassing op de nationale en Europese openbare aanbestedingen. Den Haag heeft een MKB-vriendelijk aanbestedingsbeleid. Om de mogelijkheid voor het MKB te vergroten is in 2011 het Haagse drempelbedrag voor nationale aanbestedingen voor Werken verhoogd van 200.000 naar 500.000. 2 Echter, door deze verhoging was op Werken tussen de 200.000 en 500.000 euro de 5%- regeling niet meer van toepassing. Dat is niet wenselijk. Gezien het sociaal beleid van de gemeente Den Haag heeft het college daarom nu besloten om de 5% regeling per 1 januari 2013 weer van toepassing te verklaren voor onderhandse aanbestedingen voor Werken tussen de 200.000 en 500.000. Dit is bovendien goed uitvoerbaar en organisatorisch te realiseren omdat het grootste deel van de onderhandse Werken via een centraal punt lopen, namelijk het Inkoopbureau Werken van DSB. 3. Wat zijn de effecten, kosten en baten van Social Return? Kwalitatief en kwantitatief onderzoek Op basis van onderzoek naar ervaringen van gemeenten met Social Return, is in kwalitatieve zin aan te geven wat de meerwaarde is. Het draagt nu vooral bij tot de activering van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Re-integratie in de betekenis van duurzame uitstroom naar regulier werk is meestal niet opgenomen in de doelstellingen van Social Return. Social Return biedt extra plaatsingsmogelijkheden: Er worden werkervaringsplaatsen gecreëerd bij werkgevers Soms ontstaat additionele werkgelegenheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt Social Return kan werkgevers helpen koudwatervrees weg te nemen voor personen uit de doelgroep Deelnemers kunnen zich ontwikkelen. Door werkervaring op deze plaatsen wordt de activering en (latere) re-integratie van mensen uit de doelgroep vergemakkelijkt. Naast bovenstaande punten, biedt Social Return volgens gemeenten mogelijkheden om nieuwe doelgroepen te bedienen. De bestaande publicaties en onderzoeken geven momenteel nog weinig kwantitatief inzicht in de inzet van Social Return, de resultaten hiervan en de meerwaarde ervan ten opzichte van bestaande re-integratieinstrumenten. Het is dus moeilijk het bestaand onderzoek kwantitatief af te zetten tegen de cijfers van de Haagse uitvoering. Dit neemt niet weg dat in deze evaluatie zoveel mogelijk inzicht wordt geboden in de cijfers van de Haagse 5% regeling. Onderzoek naar kosten & baten Onderzoek leert dat een kosten/batenverhouding niet per saldo is aan te geven. Dit hangt sterk af van de lokale invulling. De meeste kosten ontstaan tijdens de uitvoering en zijn voor rekening van de opdrachtnemer. Het gaat naast de kosten voor inregelen en verantwoording van Social Return om de werving en selectie van deelnemers, overleg, monitoring, loon- en begeleidingskosten. Een groot deel van de kosten wordt ook gemaakt zonder de inzet van Social Return en betreft dus geen meerkosten. De productiviteit van de deelnemers weegt echter niet altijd op tegen gemaakte kosten. 1 zie bijlage: Quickscan van literatuur naar Social Return, bijlage 1 2 In uitzonderingsgevallen mag een directeur toestemming geven niet-openbaar aan te besteden tot een bedrag van 1,5 miljoen euro.

BSW/2012.119 4 Uit onderzoeken blijkt tevens dat in het geval dat Social Return als gunningcriterium wordt gebruikt de kosten voor de opdrachtgever en opdrachtnemer vaak hoger zijn. De kosten-baten analyse zou voor opdrachtnemers negatief kunnen uitpakken. Een belangrijke reden om toch in te schrijven op de aanbesteding is de te behalen omzet. Het vergt van beide partijen al voor de inschrijving extra voorbereidingen. Ook moet bij het opstellen van de bestekken de gemeente zodanig zijn voorbereid dat er juridisch gezien geen financiële risico s worden gelopen. Mede om die redenen is in 2007 door Den Haag de 5% regeling niet als gunningcriterium ingevoerd, maar wel als aanvullende voorwaarde bij aanbestedingen. Verschillende onderzoeken wijzen uit dat bij inzet van Social Return als aanvullende voorwaarde er géén signalen zijn dat dit een prijsopdrijvende invloed heeft op aanneemsommen. Aantallen en resultaten van Haagse aanbestedingen Aantal aanbestedingen met 5% regeling In Den Haag zijn gedurende de periode december 2007 t/m 2011 totaal 259 aanbestedingen met een verwachte aanneemsom van boven de 200.000 gepubliceerd. Dit aantal aanbestedingen bestaat uit 41 Diensten en 218 Werken. Van 38 aanbestedingen is al direct na gunning gebleken dat de 5%-regeling niet van toepassing kon zijn. Uiteindelijk is bij 221 gegunde aanbestedingen de 5% regeling van toepassing. Figuur 1 Totaal aantal aanbestedingen met of zonder 5% regeling 2007 t/m 2011 Totaal aanbestedingen Waarvan Diensten Waarvan Werken Toepassing 5% regeling niet mogelijk 5% Regeling opgenomen Aantal 259 41 218 38 221 Aantal aanbestedingen afgerond en nog lopend Tot en met 31 december 2011 zijn in totaal 145 van deze aanbestedingen afgerond, waarvan bij 111 volledig aan de verplichting is voldaan. Van 23 aanbestedingen is er nog geen eindrapportage ontvangen. Bij 11 afgesloten aanbestedingen bleek de regeling uiteindelijk toch niet toepasbaar. De opdrachtnemer blijkt hier niet verwijtbaar te zijn. Van de 76 nog niet afgeronde aanbestedingen dateert een deel nog uit 2009 of later. Daaronder bevindt zich ook een aantal langdurige raamcontracten. Figuur 2 Aantal aanbestedingen met 5% afgerond en nog lopend Totaal aantal 2007 t/m Afgeronde Afgerond, aanbestedingen Aanbestedingen nog geen 2011 met 5% regeling eindrapportage Afgerond, 5% toch niet toegepast Nog lopende aanbestedingen Aantal 221 145 23 11 76 Resultaten Haagse aanbestedingen met 5% regeling in aantallen De 221 aanbestedingen met 5%-regeling zijn definitief gegund voor 371.359.239. Zowel bij de aanbesteding van Werken als Diensten blijkt dat de praktische toepassing een nuancering nodig had: In de praktijk bleek dat het niet reëel was om bij Werken de volledige aanneemsom te hanteren: dit wordt verminderd met kosten voor materiaal, materieel exclusief arbeid en onderaanneming excl. arbeid. Bij Diensten speelt het feit dat geoffreerd wordt voor een bepaald bedrag, maar dat de werkelijke omzet pas gedurende de looptijd van het contract wordt gerealiseerd. Na deze definitieve vaststelling van het gerealiseerde bedrag kan pas het uiteindelijke 5%-bedrag bepaald worden. Het bedrag kan dan zowel hoger als lager uitvallen. Raamcontracten vragen daarnaast een specifieke rapportagevorm. A. Aantal plaatsingen Op alle aanbestedingen met toepassing van de 5%-regeling uit de periode 2007 t/m 2011 zijn tot en met maart 2012 totaal 2.272 personen uit de doelgroep geplaatst op een arbeidsplaats, leerwerk- of stageplek. Hiervan waren 1.544 Hagenaar en 726 niet Hagenaar. Slechts een klein deel van de opdrachtnemers is uit Den Haag afkomstig en sommige opdrachten worden ook deels buiten Haags grondgebied uitgevoerd.

BSW/2012.119 5 Figuur 3 Kerngetallen 5% regeling Aant. aanbestedingen met kostprijs boven Gegund 200.000 en bedrag in toepassing 5%-reg. euro s na periode 2007 t/m 31-12- correctie 2011 221 waarvan afgerond: 145 nog niet afgrond: 76 5%- Verplichting in euro s Werkelijk besteed door opdrachtn. t/m maart 2012 Behaald percentage Aantal geplaatste personen t/m maart 2012 188.472.304 10.420.430 18.435.208 9,78 2.272 waarvan: Hagenaar 1.544 niet-hagenaar 726 B. Gemiddeld percentage Na de toepassing van de correctie op Werken (verrekenbare posten) en de vastgestelde realisatie bij Diensten en/of raamcontracten is het definitief gegunde bedrag van de 5% regeling uiteindelijk vastgesteld op totaal 188.472.304,84 over de periode 2007 t/m 2011. De hiervan afgeleide 5% verplichting bedraagt dan totaal 10.420.430,11. Het totaalbedrag dat door de opdrachtnemers werkelijk is besteed aan de invulling van de 5% regeling ligt hoger dan de afgeleide verplichting en bedraagt 18.435.208, ofwel gemiddeld geen 5 maar 9,78%! Vooral in de WMO Thuiszorg worden met de 5% regeling hoge aantallen en percentages plaatsingen gerealiseerd. De aanbestedingen met een langere looptijd, zoals die in de Thuiszorg, leiden bovendien regelmatig tot duurzame plaatsing van WWB-ers in betaald werk. In Den Haag zijn in de Thuiszorg in totaal 1.205 mensen geplaatst (stand 13-08-2012). Het gemiddelde percentage bij de elf Thuiszorg organisaties ligt op 25, met uitschieters naar ruim 50 procent. Daarbij heeft het Werkgevers Servicepunt een belangrijke rol gespeeld. In Rotterdam is onlangs veel publiciteit geweest rond de toepassing van Social Return in de Thuiszorg, met het oog op mogelijke verdringing. In de zorg zijn echter vanwege de toenemende vergrijzing veel mensen nodig. Bovendien wordt in veel gevallen scholing ingezet, waardoor de kwaliteit van de medewerkers wordt gewaarborgd en daarmee worden tevens doorstroommogelijkheden gecreëerd. 4. Wat zijn succesfactoren bij de uitvoering van Social Return? Onderzoek naar succesfactoren Uit het literatuur onderzoek blijkt dat de inzet van Social Return succesvol kan zijn mits wordt voldaan aan een groot aantal voorwaarden. De Haagse praktijkervaringen zijn al vanaf 2007 belangrijke input voor de ontwikkeling van de 5% regeling. Hieronder worden verschillende uitgangspunten uit onderzoeken vermeld welke zouden bijdragen aan een succesvolle inzet van Social Return. Per succesfactor wordt een vergelijking getrokken met de Haagse uitvoering van de regeling: a) Een brede inzet van Social Return Bij inkopen onder de aanbestedingsdrempel is weliswaar minder financiële ruimte om werkplekken te creëren, maar meer vrijheid voor de gemeente om Social Return anders in te vullen. Er zitten meer juridische haken en ogen aan. Dit vraagt meer juridische toetsing en meer inzet van inkopers. Den Haag maakt nog geen gebruik van deze mogelijkheid. In gezamenlijk overleg met het inkopers platform en BSD/Juridische zaken is het mogelijk om, waar mogelijk, meer specifieke richtlijnen op te stellen. b) Maatwerk leveren Maatwerk hanteren bij de inzet van Social Return door rekening te houden met lokale omstandigheden zoals de regionale arbeidsmarkt, beschikbare doelgroepen, type sector, opdrachtnemer en werk en door Social Return gedifferentieerd toe te passen. Maatwerk kan ook voorkomen dat in economisch slechte tijden verdringing optreedt: namelijk dat zittend personeel wordt ontslagen en vervangen door Social Return kandidaten. Uit de WGS rapportage Haagse 5% regeling blijkt dat Den Haag ook maatwerk levert (zie voorbeeld Thuiszorg). Maatwerk betekent echter ook dat de reguliere bedrijfsvoering niet in de knel mag komen.

BSW/2012.119 6 Dit blijkt onder andere bij de Nieuwbouw van het Stadskantoor Leyweg. De 31 geplaatste personen is lager dan de norm, maar 5% van de aanneemsom besteden aan de doelgroep zou niet in verhouding staan tot de hoeveelheid regulier personeel. Het aanbestedingsbeleid valt onder verantwoording van de afdeling Juridische Zaken van de Bestuursdienst. Voor het sociaal beleid en de uitvoering van de 5% regeling is de dienst Sociale zaken verantwoordelijk. De inkoopbureaus attenderen de inkopende partijen op de toepassing van de Haage regeling Social return. De afstemming en invulling geschiedt vervolgens in samenspraak tussen de projectmanager Social return van WGS, de dienstverantwoordelijke inkoper en uiteindelijk de opdrachtnemer. Een bredere inzet van Social Return is maatwerk en vraagt, naast goede inzichten en ruime inkoopexpertise, ook om zorgvuldige juridische toetsing. Dit kan mede aan de hand van de praktijkervaringen binnen het huidige Haagse aanbestedingsbeleid gezamenlijk verder worden uitgewerkt. c) Focus op de inzet van WWB-ers en in mindere mate SW-ers Uit onderzoek blijkt dat gemeenten in het algemeen de focus richten op de inzet van WWB-ers en in mindere mate op SW-ers. Werkgevers willen personen die de grootste toegevoegde waarde voor hen opleveren en geven vaak de voorkeur aan leerlingen. Sommige gemeenten hebben daarom als aanvullende bepaling dat maximaal de helft van de plekken mag worden ingevuld via leerlingen en de andere helft voornamelijk door WWB-ers. Een ander aspect is het laten uitvoeren van opdrachten door het SW-bedrijf. Gemeenten mogen steeds afwegen of zij de opdrachten onder de Europese aanbestedingsgrenzen zelf uitvoeren, of dat zij tot aanbesteding overgaan. In de Gemeentelijke aanbestedingsrichtlijn 2009 Gemeente Den Haag is opgenomen dat wanneer de gemeente besluit tot het zelf uitvoeren, de opdracht tot Leveringen en Diensten wordt verstrekt aan Haeghe Groep (artikel 15). Momenteel vindt overleg plaats tussen verschillende gemeentelijke diensten en Haeghe Groep, zodat het inbesteden op grond van artikel 15 beter wordt geëffectueerd en inzichtelijk gemaakt. Daar waar inbesteden niet plaats kan vinden, kan bij gunning aan derden ook worden bezien in welke mate de Haeghe Groep als subcontractor/ toeleverancier haar diensten kan inzetten bij deze gegunde opdrachtnemer. Social Return van medewerkers in SW-verband kan ook breder worden ingezet in de Haagse aanpak. De Haeghe Groep kan hiervoor een actieve bijdrage leveren in het gemeentelijke inkoopplatform. Ten aanzien van de overige aanbestedingen heeft Den Haag niet specifiek de focus gelegd op inzet van medewerkers sociale werkvoorziening (SW-ers). Toch blijkt uit de voorbeelden in de rapportage Haagse 5% regeling dat Social Return wel is toegepast via het SW bedrijf de Haeghe Groep. Deze zet naast eigen medewerkers SW, ook Haagse WWB-ers in ten behoeve van het re-integratietraject naar (betaald) werk. d) Beperking tot laaggeschoolde banen Social Return wordt vaak beperkt tot laaggeschoolde banen. Maar ook in sectoren waar veel hoogopgeleiden werken of waar sprake is van specialistisch werk zijn er mogelijkheden. Bijvoorbeeld door de methode job carving ; Dit is het creëren van passende banen door gekwalificeerde mensen te ontlasten van eenvoudige taken zoals voorraadbeheer kantoorartikelen, koffiezetapparaten bijvullen, kopiëren, opruimen, vegen etc. In Den Haag is veel hooggeschoold werk, maar in het aanbod van langdurig werklozen is het aantal hooggeschoolden zeer gering. Den Haag zou juist hier job carving als specifiek instrument van de 5% regeling meer kunnen toepassen. Het komt nu slechts sporadisch voor in de sector bouw & techniek, bijvoorbeeld door de inzet van bouwplaatsmedewerkers of assistenten grondwerk. e) Monitoring van de realisatie van de afspraken Volgens onderzoeken is monitoring van de realisatie van gemaakte afspraken noodzakelijk. Het is zinvol afspraken over op te leveren managementinformatie vast te leggen in een contract, evenals afspraken over wanneer deze informatie wordt opgeleverd. Sanctiebepalingen vormen eveneens een stok achter de deur, maar moeten binnen de grenzen van redelijkheid geformuleerd worden. Binnen het Haags inkopers platform, maar ook tijdens bijeenkomsten met werkgevers is ontzorging een terugkerend onderwerp van gesprek. Werkgevers zijn nu vrij de vorm van rapporteren te kiezen. Op het Werkgevers Servicepunt worden deze gegevens verwerkt. De huidige Haagse werkgeversrapportage van de 5% regeling zou op punten scherper aangezet mogen worden.

BSW/2012.119 7 Er zijn bijvoorbeeld geen deadlines verbonden aan het insturen van (eind)rapportages. Ook wordt geen duidelijk onderscheid gemaakt in de soort aangeboden dienstverband of werkervaringsplaats. Door te gaan werken met een verbeterd, minder vrijblijvend, maar waar mogelijk vereenvoudigd format, is betere sturing mogelijk op de verantwoording. f) Goede communicatie Goede communicatie over kansen en positieve ervaringen met Social Return wordt als essentieel gezien voor het creëren van draagvlak. Behalve dit te delen moet er tegelijkertijd ook ruimte zijn om knelpunten te uiten als deze zich voordoen. Als eerste ingang heeft Den Haag de bekroonde webportal www.denhaag.nl. Hierop worden de openbare Haagse aanbestedingen gepubliceerd. Maar ook WGS heeft een positieve rol. De projectmanager 5%-regeling geeft voorlichting over deze regeling, voert waar nodig overleg met de inkopers en maakt met de opdrachtnemers de afspraken over invulling hiervan. Zij is belast met het monitoren van de gemaakte afspraken en bewaakt de voortgang van de 5% regeling. De accountmanagers van WGS dragen ook bij aan het creëren van draagvlak en het geven van voorlichting. Bovendien verzorgen zij in heel veel gevallen de werving en selectie van de doelgroep voor de 5%- regeling. Deze dienstverlening wordt kosteloos geboden. 5. Den Haag en Social Return vanaf 2013 De Haagse regeling wordt per 2013 uitgebreid naar 5 50%. Bij de voorbereiding van de inkoop van Leveringen, Diensten of Werken vanaf 200.000 wordt bezien op welke wijze Social Return toepasbaar is. Eerst wordt getoetst op mogelijkheden voor de Haeghe Groep als opdrachtnemer of als Sub-contractor. Het Inkoopbureau attendeert de inkopende diensten op de inzet van Social Return. De betrokken inkoper beziet aan de hand van de soort inkoop en het begrote bedrag de mogelijkheden op Social Return en stelt een percentage voor. Er vindt vooroverleg plaats met de projectmanager Social Return van het Werkgeversservicepunt (dszw) over de mogelijkheden van Social Return en de daadwerkelijke beschikbaarheid van de doelgroep. Of in het geval van aanbestedingen in de bouw: de mogelijkheden voor de inzet van een leerlingenbouwplaats. Bij de definitieve start van het inkoopproces is er dus overleg geweest door de inkopende dienst met de projectmanager Social Return van de sociale dienst en is besloten of Social Return van toepassing is en zo ja, voor welk percentage. Hetzelfde geldt voor een voorgenomen onderhandse gunning. Mogelijke opdrachtnemers kunnen aan de hand van de publicatie contact opnemen met de projectmanager Social Return voor informatie. Indien Social Return een beletsel is waardoor inschrijving uitblijft, kan de (mate van) inzet van Social Return in overleg met inkopers worden heroverwogen. Na de definitieve gunning maakt de opdrachtnemer binnen 7 dagen een afspraak met de projectmanager Social Return van het Werkgeverservicepunt. Afhankelijk van het inkoopbedrag en de mogelijkheden wordt gezamenlijk bepaald hoe Social Return wordt ingevuld. Dit kan variëren: soms is het minder dan 5% en in andere gevallen 45%. Strikte toepassing van Social Return mag niet de (mede)oorzaak zijn dat de (bedrijfsvoering van de) opdrachtnemer in de problemen raakt, of dat de kwaliteit of het vereiste resultaat van de gegunde opdracht niet wordt behaald. Gedurende de uitvoeringsfase controleert de projectmanager Social Return de resultaten en kwaliteit nauwlettend aan de hand van de ingediende rapportages en pleegt waar nodig overleg. Samenvattend betekent dit dat de invulling van Social Return aan de hand van onder meer de volgende overwegingen plaatsheeft: - Vooraf wordt duidelijk benoemd dat Social Return van toepassing is; - Nagegaan wordt of er vanuit de doelgroep (voldoende) gekwalificeerd personeel beschikbaar is; - Er vindt overleg plaats over de wijze van invulling (binnen het aanbestede werk of in de toelevering); - Hoe meer laag- en ongeschoold werk een opdracht biedt, des te meer personen uit de doelgroep kunnen worden ingezet. - Het percentage wordt alleen bepaald over de factor arbeid en niet over de kosten voor materiaal; - De bedrijfsvoering van de inschrijver mag niet in de problemen komen door de inzet van Social Return; - De kwaliteit van het werk mag niet lijden onder de inzet van Social Return.

BSW/2012.119 8 Conclusies en besluiten Op basis van de onderstaande conclusies is het college tot de volgende besluiten gekomen: De wens bestaat al langer om het percentage van de 5% regeling te verhogen. Een nuancering is echter op zijn plaats, want uit de evaluatie blijkt dat de reële besteding aan de doelgroep al varieert van 1,5 % tot hoge uitschieters van meer dan 50%. In feite is hiermee al voldaan aan een verruimde 5 50% regeling. 1. Het college heeft besloten de Haagse regeling te verruimen naar 5 50% Social Return. Er wordt aan de hand van bestaande én nieuwe praktijkervaringen gewerkt aan een intern kader waarmee inzicht wordt gegeven wanneer 5% en wanneer het maximum van 49% als uitvoeringsvoorwaarde is gesteld. Dit geschiedt in overleg met BSD-JZ, de inkoopbureaus en betrokken inkopers. De aanbestedingsdrempel voor aanbesteding van Werken is in juni 2011 verhoogd naar 500.000 3. Deze verhoogde aanbestedingen vallen onder de werking van de 5% regeling. Door het uitblijven van de publicatie en/of het (verplicht) voorleggen aan de projectmanager van de regeling van aanbestedingen tussen 200.000 en 500.000 euro is het nu niet altijd mogelijk om Social Return in de volle breedte te bezien. 2. Het college heeft besloten de 5 50% regeling ook van toepassing te verklaren op de onderhandse aanbestedingen Werken met een waarde tussen de 200.000 en de 500.000. Uit de evaluatie blijkt dat er op veel vlakken al min of meer maatwerk wordt geleverd door het inzetten van mensen uit de doelgroep Social return. Dit, maar ook ander creatief maatwerk kan binnen het bestaande Haagse aanbestedingsbeleid nog verder worden uitgewerkt, inclusief de juridische kaders en toetsing. Het betreft verbeterd maatwerk Social Return waar ook bedrijven en organisaties uit de Haagse regio baat bij hebben. Bijvoorbeeld dat indien geen mensen kunnen worden ingezet, het dan ook mogelijk wordt dat maatschappelijk verantwoordelijke ondernemers een financiële bijdrage leveren aan een Haags reintegratiefonds. 3. Het college heeft besloten de 5 50% regeling zodanig aan te passen dat met ingang van 2013 meer maatwerk kan worden geleverd, zodat een hoger percentage Social Return wordt gerealiseerd. In de gemeente Den Haag wordt al wel gebruik gemaakt van arbeidskrachten van de Haeghe Groep. Social Return van medewerkers met een SW-dienstverband kan breder worden ingebed in de nieuwe Haagse regeling, in relatie tot het stringenter uitvoeren van artikel 15 van de gemeentelijke aanbestedingsrichtlijn. Hierbij is een actieve bijdrage noodzakelijk in de gezamenlijke uitwerking van zowel Haeghe Groep als de andere gemeentelijke diensten. 4. Het college heeft besloten om Social Return nadrukkelijker in te zetten voor het SW bedrijf, in relatie tot het stringenter uitvoeren van artikel 15 van de gemeentelijke aanbestedingsrichtlijn. Volgens onderzoeken is monitoring van de realisatie van gemaakte afspraken noodzakelijk. Dit gebeurt nu met beperkte middelen. 5. Het college heeft besloten om aan opdrachtnemers een binnen de grenzen van het redelijke meer sluitend en waar mogelijk vereenvoudigd format met verantwoordingsverplichtingen op te leggen. 3 Zie voetnoot 2

BSW/2012.119 9 Afstemming over gemeentelijke inkoop vindt in de regel al plaats met de projectmanager Social return. Een deel van bovengenoemde besluiten wordt aan de hand van de bestaande en nieuwe praktijkervaringen nader uitgewerkt in afstemming met de twee inkoopbureau's, BSD-JZ en betrokken inkopers en besproken in het inkopersplatform. Ik besef dat de huidige economische crisis werkgevers nog steeds belast, maar ook dat de inzet van de verruimde 5 50 % regeling Social Return juist een hulpmiddel kan zijn om de economie voor te bereiden op betere tijden. In onze communicatie naar werkgevers zullen de positieve effecten van Social Return extra worden benadrukt. Ik ga ervan uit u met deze brief voldoende te hebben geïnformeerd. De wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie, H.P.M. Kool