Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleidingen Sociaal Pedagogische Hulpverlening Maatschappelijk Werk en Dienstverlening



Vergelijkbare documenten
Adviesrapport accreditatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Adviesrapport accreditatie. hbo bacheloropleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Voltijd, deeltijd Hanzehogeschool Groningen

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen. Postbus KB ENSCHEDE

OPSTELLEN EINDKWALIFICATIES OPLEIDING

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus RM GRONINGEN

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van de Haagse Hogeschool

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Adviesrapport accreditatie. hbo-bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening. Voltijd, verkort voltijd, deeltijd, duaal

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Leiden. Postbus AJ LEIDEN

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus RM GRONINGEN

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Communicatie van de NHL Hogeschool

hbo-bachelor Sociaal-Juridische Dienstverlening (240 ECTS) 22 oklober 2012 voltijd, deeltijd

{nvao. Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Technische Informatica van de Hogeschool Dirksen B.V.

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleiding Personeel & Arbeid voltijd en deeltijd. Hogeschool Utrecht

es Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Instituut voor Sociale Opleidingen

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Master of Laws De Master Legal Management (MLM) is in 2014 gestart als een door de NVAO geaccrediteerde, onbekostigde masteropleiding.

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening. Hogeschool van Amsterdam

Protocol PDG en educatieve minor

College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM. 1. Inleiding

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool Leiden

Hogeschool Windesheim Zwolle Aandacht voor jeugdzorg en jeugd- en opvoedhulp in hbo-opleidingen en onderzoek.

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

De NVAO beoordeelt het onderwerp doelstellingen opleiding derhalve voldoende.

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM

Rapport ten behoeve van accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Voltijd en deeltijd

Adviesrapport accreditatie hbo bacheloropleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening. Voltijd, deeltijd en duaal. Hogeschool Utrecht

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Ruimtelijke Ordening en Planologie voltijd en deeltijd

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Adviesrapport accreditatie. hbo bacheloropleiding Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken Voltijd, duaal Hanzehogeschool Groningen

REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie. studiejaar

Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening voltijd/deeltijd. Saxion

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Oefentherapie Cesar van de Hogeschool Utrecht

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Toetsingskaders opleidingsschool en academische kop 2013

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Utrecht Postbus AN UTRECHT

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool INHOLLAND

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hanzehogeschool Groningen

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding. hbo-bacheloropleiding Toegepaste Psychologie deeltijd ISBW

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Applied Science van de Fontys Hogescholen

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM. 1. Inleiding

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bedrijfskunde van de Hogeschool NCOi

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleiding Personeel & Arbeid voltijd/deeltijd. De Haagse Hogeschool

Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd. Hogeschool Leiden

Advies van het visitatiepanel Samenvatting bevindingen en overwegingen van het panel.

HSAO Contourennota Uitstroomprofielen & Onderwijsarrangementen. I. Vooraf

Naam/Datum/Versie document advies/verbeterpunten. Avans documenten

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd / deeltijd. Haagse Hogeschool / TH Rijswijk

Adviesrapport accreditatie. hbo bacheloropleiding Communicatie voltijd/deeltijd/duaal Hogeschool van Amsterdam

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master Engineering van de Hogeschool Utrecht

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de NHL Hogeschool

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening SPH, voltijd, deeltijd, duaal

Sociaal Pedagogische Hulpverlening. SPH voltijd de opleiding en het werkveld.... voor haar een nieuwe liefde vindt

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie (na herstel) aan de opleiding hbobachelor

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Culturele en Maatschappelijke Vorming voltijd. Hogeschool Leiden

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen Enschede. Postbus KB ENSCHEDE

Adviesrapport accreditatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bio-Informatica voltijd. Hogeschool Leiden

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Vrije Universiteit Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Bedrijfskunde deeltijd. Hogeschool NOVI

2. Bevindingen met betrekking tot het VBI-rapport

27 maart en 24 mei 2012 november besluit van 23 juli 2013, looptijd accrediatie van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management voltijd, deeltijd en duaal

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Creatieve Therapie van de Hogeschool Utrecht

Sociaal Werk. Bachelor of Social Work - Voltijd

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding Accreditatie HBO bachelor opleiding. Informatica deeltijd. Hogeschool E3

Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleiding Informatiedienstverlening en Informatie management Voltijd en deeltijd De Haagse Hogeschool

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar Regeling Externe toezichthouders bij examens

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Kunstzinnige Therapie Voltijd en deeltijd. Hogeschool Leiden Cluster Zorg en Welzijn

ArtEZ hbo-bachelor Muziektherapie (240 EC) 11 november 2016 Bachelor of Arts voltijd Enschede. 21 maart juni en 4 juli 2016 oktober 2016

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Utrecht Postbus AN UTRECHT

Adviesrapport accreditatie. hbo-bacheloropleiding Toegepaste Psychologie Voltijd en deeltijd Fontys Hogescholen

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Bijlage 2. Protocol toetsing Associatedegreeprogramma. 15 december 2009

Besluit. College van bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO Psychologie voltijd - deeltijd. Hogeschool Saxion Next

Transcriptie:

Adviesrapport accreditatie hbo-bacheloropleidingen Sociaal Pedagogische Hulpverlening Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd/deeltijd Hogeschool Leiden

Lange Voorhout 14 2514 ED Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl Adviesrapport accreditatie hbo-bacheloropleidingen Sociaal Pedagogische Hulpverlening Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd/deeltijd Hogeschool Leiden CROHO nr.: 34617 (SPH) en 34616 (MWD) Hobéon Certificering BV Datum: 3 december 2010 Auditteam: drs. G.J. Stoltenborg drs. A. Bens drs. C.J. Kleijbergen E. Klompenhouwer Secretaris: drs. G.W.M.C. Broers

INHOUDSOPGAVE DEEL 1 1 1. MANAGEMENT SAMENVATTING 1 1.1. Integraal advies 1 1.2. Samenvattende beoordeling 2 2. INLEIDING 7 2.1. Meerdere opleidingen, één audit 7 3. KARAKTERISTIEK VAN HET CLUSTER/DE OPLEIDING 9 4. VORIGE ACCREDITATIE 11 DEEL 2 13 5. ONDERWERPEN EN FACETTEN NVAO-ACCREDITATIEKADER 13 1. Doelstellingen opleiding 13 Facet 1.1. Domeinspecifieke eisen 13 Facet 1.2. Niveau: Bachelor 17 Facet 1.3. Oriëntatie HBO 18 2. Programma 19 Facet 2.1. Eisen HBO 19 Facet 2.2. Relatie tussen doelstellingen en inhoud programma 23 Facet 2.3. Samenhang programma 26 Facet 2.4. Studielast 29 Facet 2.5. Instroom 32 Facet 2.6. Duur 34 Facet 2.7. Afstemming tussen vormgeving en inhoud 35 Facet 2.8. Beoordeling en toetsing 38 3. Inzet van personeel 41 Facet 3.1. Eisen HBO 41 Facet 3.2. Kwantiteit personeel 43 Facet 3.3. Kwaliteit personeel 44 4. Voorzieningen 47 Facet 4.1. Materiële voorzieningen 47 Facet 4.2. Studiebegeleiding 49 5. Interne kwaliteitszorg 51 Facet 5.1. Evaluatie resultaten 51 Facet 5.2. Maatregelen tot verbetering 53 Facet 5.3. Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld 55 6. Resultaten 57 Facet 6.1. Gerealiseerd niveau 57 Facet 6.2. Onderwijsrendement 60 6. OORDEELSCHEMA 63 7. BIJLAGEN 67 BIJLAGE I Programma en gesprekspartners 69 BIJLAGE II Kwantitatieve gegevens van de opleiding MWD 75 BIJLAGE III Curricula Vitae en onafhankelijkheidsverklaringen auditoren 81 BIJLAGE IV Werkwijze, beoordelingsprocedure en beslisregels Hobéon 87

DEEL 1 1. MANAGEMENT SAMENVATTING 1.1. Integraal advies Hobéon Certificering adviseert de NVAO de hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, verzorgd door Hogeschool Leiden, Croho nummers: 34617 (SPH) en 34616 (MWD) te accrediteren. Dit advies wordt in onderhavig rapport gefundeerd. Algemene gegevens Naam van de instelling: Naam van de opleiding: Varianten van de opleiding: Locatie van de opleidingen: Hogeschool Leiden. Sociaal Pedagogische Hulpverlening en Maatschappelijk Werk Dienstverlening. Voltijd en deeltijd. Leiden. Naam VBI: Hobéon Certificering b.v. Datum visitatie: 2, 3, 4 juni 2010. Datum adviesrapport: 3 december 2010 Beoordelingskader Het bij het onderzoek gehanteerde beoordelingskader is het Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs Nederland (14 februari 2003). Samenstelling auditteam Het auditteam dat de opleidingen SPH en MWD heeft beoordeeld bestond uit de volgende personen: De heer drs. G.J. Stoltenborg De heer Stoltenborg is senior adviseur bij Hobéon Certificering en heeft met name als voorzitter van auditteams sedert 2004 deelgenomen aan een groot aantal audits. Mevrouw drs. A. Bens Mevrouw Bens is werkzaam aan de Hogeschool Gent. Zij is hier hoofddocent op het terrein van Social Work en is tevens lid van het bestuur van de Faculteit Social Work en Welzijnsstudies. Zij is voorzitter geweest van de visitatiecommissie die bacheloropleidingen op het terrein van Social Work heeft beoordeeld in Wallonië. De heer drs. C.J. Kleijbergen De heer Kleijbergen was tot voor kort werkzaam als algemeen directeur/bestuurder binnen de jeugdzorginstelling De Rading. Daarvoor was hij directeur van het experimenteel weekinternaat in Oostvoorne. Mevrouw E. Klompenhouwer Mevrouw Klompenhouwer volgt de opleiding SPH aan Saxion Hogeschool en de eenjarige kopopleiding Pedagogiek De heer drs. G.W.M.C. Broers De heer Broers is onderwijskundige en heeft aan de audit deelgenomen als secretaris. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 1

1.2. Samenvattende beoordeling Hobéon Certificering baseert het advies tot accreditatie van de opleidingen Sociaal Pedagogische Hulpverlening (hierna: SPH) en Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (hierna: MWD) op de volgende overwegingen. Bij enkele onderwerpen vatten wij het oordeel voor beide opleidingen onder één noemer samen. Het betreft met name onderwerpen waarvoor gemeenschappelijk beleid is geformuleerd zoals: Voorzieningen en Interne kwaliteitszorg. Algemeen beeld De beide opleidingen maken deel uit van een cluster van opleidingen binnen het sociaal agogisch werkveld. De opleidingen gaven voorafgaand aan de audit aan dat zij veel gezamenlijk hebben op organisatorisch, onderwijskundig en vakinhoudelijk terrein, een beeld dat tijdens de audit bevestigd werd. Uit de gesprekken die het auditteam heeft gevoerd met representanten van de beide opleidingen, waaronder docenten, studenten en management, is gebleken dat zij een duidelijk beeld hebben van de beroepen waarvoor zij opleiden. Als positief waardeert het auditteam de lectoraten die binnen het cluster opgezet zijn. Onderwerp 1 Doelstellingen opleiding: voldoende MWD Bij het opstellen van het nieuwe opleidingsprofiel is gebruik gemaakt van verschillende documenten die als relevant worden beschouwd door het auditteam voor MWD opleidingen. In 2009 zijn de doelstellingen en het programma van de opleiding MWD aan het werkveld voorgelegd. In dit overleg sprak de werkveldcommissie haar instemming uit over de doelstellingen en het programma van de MWD opleiding. De opleiding zorgt ervoor dat het programma aansluit bij de behoeften in de samenleving en het beroepsveld. De opleiding werkt samen met het werkveld en de beroepsvereniging. Het eindniveau van de bachelor MWD wordt bepaald door de Dublin Descriptoren, de hbokwalificaties en de eindkwalificaties uit het landelijk vastgestelde opleidingsprofiel MWD. De relatie tussen deze drie is door de opleiding helder beschreven. SPH De opleiding heeft op landelijk niveau de eindkwalificaties recent opnieuw bepaald en uitgewerkt. In oktober 2009 is het hernieuwde opleidingsprofiel voor de SPH De creatieve professional- met afstand het meest nabij verschenen en binnen het SPH team besproken. De opleiding SPH heeft het voortouw genomen om een aantal sectoren te betrekken bij het onderwijs: Jeugdzorg, Gehandicaptenzorg, Werken in Gedwongen Kader, Justitieel Gesloten Jeugdzorg en Verslavingszorg. Het eindniveau van de bachelor wordt bepaald door de Dublin Descriptoren, de hbokwalificaties en de eindkwalificaties uit het landelijk vastgestelde opleidingsprofiel SPH. De opleidingskwalificaties zijn in competentietermen opgesteld en worden door de opleiding gebruikt voor de inrichting van het onderwijs zowel op het niveau van de onderwijsonderdelen, met afgeleide leerdoelen, als op het niveau van het raamleerplan SPH. Twee facetten van onderwerp 1 Doelstellingen opleiding worden als goed beoordeeld voor beide opleidingen, wat een kwalificatie goed voor dit onderwerp rechtvaardigt. Dit wordt als extra aantekening bij het oordeel toegevoegd. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 2

Onderwerp 2 Programma: voldoende MWD Samenwerking met de beroepspraktijk vertaalt zich in diverse vormen van participatie van het werkveld. Bijna alle opdrachten in de voltijdvariant hebben een opdrachtgever uit het werkveld die betrokken is bij de voorbereiding, uitvoering en de beoordeling van de activiteiten van de studenten. Wat betreft de literatuur is er sprake van actuele en op hbo-niveau gepositioneerde literatuur. Samenwerking met de beroepspraktijk vertaalt zich in diverse vormen van participatie van het werkveld. Management en docenten hebben goed zicht op de kwalificaties waarover de instromende groepen voltijd- en deeltijdstudenten beschikken. In de propedeuse voeren voltijdstudenten vier projecten uit: Dak- en Thuislozen, Kinderen, Ouderen, en Jongeren. In alle projecten worden beroepsbeoefenaren door de studenten geïnterviewd. Hiermee vormen studenten zich een eerste beeld van het werkveld en de taken die MWD'ers hierin verrichten. De opdrachten zijn vanaf de eerste periode van het eerste studiejaar ontleend aan de beroepspraktijk. De samenhang in het studieprogramma is voldoende geborgd. Onder andere door enerzijds de toenemende complexiteit van de opleiding en anderzijds door gebruik te maken van verschillende leerlijnen. De opleiding MWD hanteert een goed uitgewerkt beleid rond de instroom van studenten. De studievoortgang wordt bewaakt in de studie- en praktijkbegeleiding, de supervisie en de onderzoeksbegeleiding. De werkvormen beoordeelt het auditteam als adequaat. Om de kwaliteit van toetsing verder te borgen, is de opleiding een traject gestart om de deskundigheid van docenten op het terrein van toetsing verder te verbeteren. SPH De opleiding biedt een curriculum aan dat voldoende aandacht besteedt aan recente ontwikkelingen in het vakgebied. Er is sprake van studiemateriaal dat de studenten de gelegenheid biedt tot voldoende interactie met de beroepspraktijk waarbij het auditteam opmerkt dat het multidisciplinaire karakter van het vakgebied meer nadruk verdient binnen de opleiding. De door de opleiding gehanteerde set eindkwalificaties/competenties zijn terug te vinden in uitgewerkte vorm in het curriculum. De samenhang in het programma, zowel verticaal als horizontaal, is voldoende geborgd. Onder andere door enerzijds de toenemende complexiteit van de opleiding en anderzijds door gebruik te maken van verschillende leerlijnen. In het eerste jaar is de ontwikkeling van de SPH competenties voor iedere student identiek opgezet. Vanaf het tweede jaar maakt de student zelf keuzes binnen welk onderdeel hij deze competenties wil ontwikkelen. De boekenlijst bevat een aantal recent uitgebrachte uitgaven, o.a. op het terrein van rehabilitatie, huiselijk geweld en kindermishandeling. Ten aanzien van de samenhang in het SPH programma is gebleken dat het in de propedeuse vooral gaat om een eerste verkenning van de beroepspraktijk en relevante theorieën. In het tweede jaar van de opleiding staat de praktijk centraal van respectievelijk de zorg en hulpverlening voor verstandelijk gehandicapten, jeugdzorg en de geestelijke gezondheidszorg. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 3

De opleiding kenmerkt zich door een goed uitgewerkt beleid rond de instroom van studenten. Management en docenten hebben goed zicht op de kwalificaties waarover de instromende groepen voltijd- en deeltijdstudenten beschikken. De studievoortgang wordt bewaakt in de studie- en praktijkbegeleiding, de supervisie en de onderzoeksbegeleiding. De werkvormen beoordeelt het auditteam als adequaat. De opleiding biedt een palet aan toetsvormen aan. De hiervoor vermelde verzwaring van de kenniscomponent van de opleiding leidt ertoe dat het aantal kennistoetsen verder toeneemt. Om de kwaliteit van toetsing verder te borgen, is de opleiding een traject gestart om de deskundigheid van docenten op het terrein van toetsing verder te verbeteren. De door het auditteam bestudeerde toetsen zijn wat breedte en diepgang betreft van voldoende niveau. Onderwerp 3 Inzet van Personeel: voldoende MWD en SPH De kwaliteit van het personeel beoordeelt het auditteam voor beide opleidingen als goed. Ongeveer de helft van het docententeam heeft een wo-opleiding en beschikt over relevante recente werkervaring, hetgeen het leggen van verbanden vergemakkelijkt tussen hetgeen in de opleiding behandeld wordt en ontwikkelingen in het werkveld. Docenten en stagebegeleiders hebben ieder een eigen relatienetwerk. Deze netwerken worden bijvoorbeeld ingezet om eigen professionaliteit te bevorderen, voor programma-uitvoering, beoordeling van studenten, verwerven van stageplaatsen en vacaturestellingen. Een ruime meerderheid van de docenten van beide opleidingen is stagebegeleider en heeft hierdoor structureel contact met het werkveld. De docent student ratio is 1 op 23 voor beide opleidingen. Met de continue stijging van het aantal studenten wordt de formatie stapsgewijs uitgebreid: nieuwe docenten worden geworven en aangesteld. Uit de gesprekken met docenten van beide opleidingen is het beeld ontstaan dat zij toegerust zijn wat kennis en praktijkervaring betreft om het aan hen toevertrouwde studieonderdeel of studieonderdelen te verzorgen. Daar waar docenten (nog) niet beschikken over een master opleiding, wordt dit gecompenseerd door een Voortgezette Opleiding (VO) en door expertise in het beroepenveld. Alle drie facetten van onderwerp 3 Inzet van Personeel worden als goed beoordeeld voor beide opleidingen, wat een kwalificatie goed voor dit onderwerp rechtvaardigt. Dit wordt als extra aantekening bij het oordeel toegevoegd. Onderwerp 4 Voorzieningen: voldoende MWD en SPH De opleidingen zijn ondergebracht in een gebouw dat zeer recent is uitgebreid. De voorzieningen zijn goed, zowel de uitrusting van het gebouw als de toegankelijkheid van de ICT-voorzieningen. De begeleiding is zowel individueel als groepsgewijs. Binnen beide opleidingen is de begeleiding gericht op een toenemende verantwoordelijkheid van de student voor zowel het leerproces als de studieresultaten. De studieloopbaanbegeleiding bestaat uit een aantal elementen: studievoortganggesprekken, begeleidingsgesprekken met individuele studenten, preadvies voor de studievoortgang en de vaststelling van het studieadvies door de Examencommissie. Beide facetten van onderwerp 4 Voorzieningen worden als goed beoordeeld voor beide opleidingen, wat een kwalificatie goed voor dit onderwerp rechtvaardigt. Dit wordt als extra aantekening bij het oordeel toegevoegd. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 4

Onderwerp 5 Interne Kwaliteitszorg: voldoende MWD en SPH Beide opleidingen worden periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van meetbare doelen. De beleidscyclus van het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie vormt de basis van de kwaliteitscyclus binnen het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie. De streefdoelen van het cluster zijn het uitgangspunt voor de streefdoelen van de opleidingen. Per onderwijsonderdeel vindt evaluatie plaats, georganiseerd door de onderwijsonderdeel coördinator. De betrokken docenten bepalen met elkaar wat verbeterpunten zijn en hoe die doorgevoerd worden. Het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie heeft vastgelegd wie verantwoordelijk is voor een bepaald kwaliteitsgebied en wie ervoor zorgt dat evaluatieresultaten worden geanalyseerd, verbeteringen worden uitgevoerd en de uitvoering van de maatregelen worden gevolgd. Uit onderwijsevaluaties blijkt dat studenten en docenten voldoende mogelijkheden hebben om problemen aan de orde te stellen. Alle drie facetten van onderwerp 5 Interne Kwaliteitszorg worden als goed beoordeeld voor beide opleidingen, wat een kwalificatie goed voor dit onderwerp rechtvaardigt. Dit wordt als extra aantekening bij het oordeel toegevoegd. Onderwerp 6 Resultaten: voldoende MWD en SPH De studentproducten, in het bijzonder de afstudeeropdrachten van studenten, zijn van een voldoende niveau: zij zijn op hbo-niveau, praktijkgericht en bruikbaar in de praktijk. De hogeschool heeft binnen de kaders van de kwaliteitszorg streefcijfers geformuleerd waarlangs de rendementen per opleiding gelegd worden. Het auditteam constateert, de rendementen bestuderend, dat deze niet altijd overeenkomen met de streefcijfers. Dit geldt voor beide opleidingen in hun voltijd- en deeltijd variant. De beide opleidingen nemen een aantal maatregelen om de rendementen meer in overeenstemming te brengen met de streefcijfers. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 5

Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 6

2. INLEIDING Het voorliggende rapport bevat het advies aan de NVAO dat door Hobéon Certificering als Visiterende en Beoordelende Instantie is opgesteld ten behoeve van de accreditatie van de hbo-bacheloropleidingen: Sociaal Pedagogische Hulpverlening én Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. Beide opleiding worden verzorgd door de Hogeschool Leiden. Croho nummers:34616 (MWD) en 34617 (SPH). Beide opleidingen worden aangeboden in de varianten voltijd en deeltijd. De basis voor het onderzoek van Hobéon Certificering werd gevormd door de Management Review en de daarbij behorende onderliggende documenten. Het bij het onderzoek gehanteerde beoordelingskader is geweest het Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs Nederland (14 februari 2003). De audit heeft plaatsgevonden op 2, 3 en 4 juni 2010. Het programma van de audit is opgenomen in Bijlage I. Het auditteam dat de opleidingen binnen het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie heeft beoordeeld werd gevormd door de heer Stoltenborg, mevrouw Bens, de heer Kleijbergen, mevrouw Kloppenhouwer en de heer Broers. De in dit team aanwezige expertise is in onderstaand schema zichtbaar gemaakt. Drs. G.J. Stoltenborg, Voorzitter auditteam, senior adviseur Hobéon Certificering Drs. C.J. Kleijbergen, werkvelddeskundige. Alg. directeur jeugdzorginstelling Drs. A. Bens. Vakdeskundige. docent Social Work E. Kloppenhouwer, Student SPH Saxion Hogeschool Drs. G.W.M.C. Broers, secretaris auditteam, adviseur Hobéon Certificering werkveld vak / discipline x x x onderwijs x x kwaliteitszorg /audit x x studentperspectief x 2.1. Meerdere opleidingen, één audit De Hogeschool Leiden is organisatorisch ingedeeld in vijf onderwijsclusters en twee centraal georganiseerde ondersteunende diensten. De opleidingen die onderwerp zijn van dit rapport, SPH en MWD, behoren tot het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie. Er is voor gekozen om de opleidingen SPH, MWD en Toegepaste Psychologie (TP) in één audit te beoordelen omdat de drie opleidingen op onderdelen overeenkomsten laten zien (zie hierna). Dit geldt met name voor de opleidingen SPH en MWD die, naast de opleiding Culturele Maatschappelijke Vorming (geen onderwerp van de beoordeling/audit, de voorliggende rapportage), deel uitmaken van het Instituut voor Social Work. Daarom is er voor gekozen om SPH en MWD te beschrijven in één rapport. De bevindingen van het auditteam van de opleiding TP zijn in een aparte rapportage beschreven. We merken op dat bij de opleiding TP een additionele vakdeskundige is toegevoegd, naast de auditoren die hebben deelgenomen aan de beoordeling van de SPH en MWD opleiding. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 7

Hobéon Certificering beoordeelt zoveel mogelijk facetten en onderwerpen uit het NVAObeoordelingskader, op een zo hoog mogelijk aggregatieniveau. Specifieke aspecten die per cluster, opleiding en/of opleidingsvariant afzonderlijk en zelfstandig zijn beschreven, worden telkens op dat niveau beoordeeld. Door de gemeenschappelijke aspecten slechts eenmaal te beoordelen, op het niveau waarop ze worden aangestuurd en geborgd, wordt de accreditatielast voor de daaronder liggende niveaus beperkt. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 8

3. KARAKTERISTIEK VAN HET CLUSTER/DE OPLEIDING Inleiding Zoals hiervoor aangegeven is het onderwijscluster Social Work & Toegepaste Psychologie onder te verdelen in vier opleidingen die worden geleid door onderwijsmanagers (hiërarchisch) en programmaleiders (functioneel). Veel activiteiten zijn de afgelopen jaren met name geïnitieerd op clusterniveau, reden om hier een karakteristiek te geven op cluster- en op opleidingsniveau. Een belangrijk instrument voor het cluster op het terrein van kwaliteitszorg wordt gevormd door de Management Review. Het auditteam heeft voorafgaand aan de audit in totaal vier Management Reviews ontvangen: voor de opleidingen SPH, MWD en TP alsmede één Management Review van het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie dat als een eigenstandig document bestudeerd is en dat de stand van zaken van het cluster weergeeft. In dit kader is het van belang op te merken dat de opleidingen binnen het cluster voldoende inhoudelijke overeenkomsten hebben om van elkaar te kunnen profiteren. Het cluster omvat vier bacheloropleidingen (naast SPH, MWD en TP ook CMV) waarvan drie een voltijdse- en deeltijdse variant kennen en één opleiding (CMV) alleen een voltijdse variant. De opleidingen uit het cluster zijn door de NVAO geaccrediteerd: 1. SPH: besluit 5 juli 2005, geaccrediteerd van 1 januari 2006 tot 1 januari 2012. 2. MWD: besluit 15 juli 2008, geaccrediteerd van 1 januari 2009 tot 1 januari 2015. 3. TP: positief besluit 7 maart 2006 ten behoeve van de toets nieuwe opleiding, accreditatie tot 7 maart 2012. Missie Social Work opleidingen De missie van het cluster waartoe de opleidingen SPH, MWD en TP behoren is een vertaling van de missie van de hogeschool en wordt als volgt verwoord: De samenleving is in hoge mate gebaat bij kwantitatief voldoende en kwalitatief goede en gemotiveerde beroepsbeoefenaren. Ten behoeve van het sociaal (ped)agogisch en psychologisch domein biedt het cluster aan toekomstige en uitvoerende beroepskrachten een energieke leeromgeving: door voortdurende wisselwerking met werkveldinstellingen ontstaat een situatie van wederzijdse uitwisseling van kennis wat innovaties bij de opleiding en het werkveld mogelijk maakt. De doordachte didactische vormgeving, een coachende en inhoudelijk deskundige begeleiding door de docenten inspireren en motiveren de studenten zich te bekwamen tot lerende, ondernemende, samenwerkende professionals van hoog niveau. Eigentijdse voorzieningen in een persoonlijke en professionele omgeving maken het beeld van een cluster dat met beide benen in de samenleving staat compleet. Ontwikkelingen/trends binnen Social Work Vanaf de vorming van het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie per 1 september 2008 is gewerkt aan een organisatiestructuur die het mogelijk maakt om de opleidingsdoelstellingen te bereiken. De vorming van een clustermanagementteam, afdelingsmanagementteams, het aanstellen van een onderwijsmanager en programmaleider per opleiding en het aanstellen van staffunctionarissen voor onderwijsondersteuning moeten bijdragen aan de realisatie van onderwijs en onderzoek waar mogelijk in samenwerking met de beroepspraktijk en kennisinstellingen. Binnen het cluster is in de periode 2008-2010 onder andere aandacht besteed aan: de ontwikkeling van de studiejaren 2, 3 en 4 voltijd en 1, 2 en 3 deeltijd bij TP; de profielen Jeugdzorgwerker, Agoog GGZ en Medewerker Gehandicaptenzorg bij SW; Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 9

een per studiejaar uitgewerkte degelijke studentbegeleiding. een convenant met Universiteit Leiden, schakelprogramma TP doorstroom naar WO van 60 EC voor acht studenten TP; op een landelijk convenant gebaseerd onderwijs Werken In Gedwongen Kader (WIGK) voor MWD vt en SPH vt; installatie van examencommissies SW en TP: scheiding management en examencommissie en koppeling aan beleid van de hogeschool; installatie van een toetscommissie SW&TP : koppeling toetsbeleid SW en TP aan toetsbeleid van de Hogeschool Leiden; professionalisering van docenten, scholingsplan Werken is leren inclusief twee promotieplaatsen. Ontwikkelingsmogelijkheden medewerkers Het cluster waartoe SPH en MWD behoren, geeft medewerkers de mogelijkheid om op de hoogte te blijven van relevante ontwikkelingen in het werkveld én zich verder te professionaliseren door betrokken te worden bij onderzoekslijnen. Voor studenten biedt het de kans hun (onderzoeks)competenties én praktijkkennis van het werkveld te vergroten via deelname aan voor het werkveld relevante onderzoekstrajecten. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 10

4. VORIGE ACCREDITATIE Hierna vatten wij kort de bevindingen samen van de auditteams die de opleidingen SPH en MWD in 2004 resp. 2007 hebben beoordeeld. SPH De opleiding beschikte over voldoende relaties met het werkveld. De eindkwalificaties waren op landelijk niveau door de gezamenlijke opleidingen SPH vastgesteld. Het bachelorniveau van alle studieonderdelen was beschreven en werd jaarlijks gecheckt en leidde zo nodig tot bijstelling van een programmaonderdeel. Een aandachtspunt was internationalisering. Het door de opleiding gehanteerde curriculum was van voldoende niveau. De doelstellingen waren afgeleid van de eindkwalificaties en er was sprake van voldoende samenhang binnen het curriculum. De opleiding had zicht op het instroomniveau van de studenten en men hanteerde een didactisch concept dat gekenmerkt werd door het werken met aan de praktijk ontleende opdrachten, projecten en casuïstiek. In een aanvullende vraag heeft de NVAO de inzichtelijkheid van de beoordeling van de bijdrage van de werksituatie van de deeltijdstudenten bestudeerd. Ook dit is als voldoende beoordeeld. Bij de beoordeling van docenten werd gelet op zowel de vakinhoudelijke als de didactische kwaliteiten. Het panel beoordeelde deze aspecten als voldoende. Ook stelde men vast dat de docenten over voldoende relaties met het werkveld beschikten om de praktijk in voldoende mate te betrekken bij het onderwijs. Met docenten voerde men jaarlijks functioneringsgesprekken en zij werden jaarlijks beoordeeld. De kwaliteit van de voorzieningen was voldoende, evenals de begeleiding van studenten. De kwaliteitszorg binnen de opleiding werd gekenmerkt door de PDCA-cyclus die naar de mening van het auditteam werd doorlopen. Daardoor kon de opleiding tijdig verbetermaatregelen nemen die afgezet werden tegen de streefdoelen. Tenslotte werd het onderwerp Resultaten door het panel als voldoende beoordeeld, een oordeel dat door de NVAO is overgenomen nadat het panel in een aanvullende rapportage zich explicieter uitsprak over de beoordeling van de afstudeeropdrachten. MWD Op het moment van het bezoek van het auditteam was het in 2000 opgestelde opleidingsprofiel geldend en richtinggevend voor de opleiding. De programmaonderdelen en de bijbehorende eindkwalificaties waren gespiegeld aan de Dublin Descriptoren en dekten deze in ruime mate af. In de verschillende onderdelen van het curriculum kwam de relatie met het werkveld en de beroepspraktijk aantoonbaar en meervoudig aan bod. De opleiding beschikte over een netwerk in het werkveld. De opleiding hanteerde een didactische concept dat als traditioneel en als competentiegericht gekarakteriseerd werd. Toetsvormen sloten aan bij de gehanteerde werkvormen en er werd op een adequate wijze getoetst. De docenten beschikten over relevante werkervaring en/of waren nog actief in de beroepspraktijk. De opleiding beschikte over voldoende docenten en op instellingsniveau werden voldoende faciliteiten beschikbaar gesteld om de kwaliteit van het personeel te borgen. De voorzieningen werden als adequaat beoordeeld. Binnen de opleiding was een docent benoemd die verantwoordelijk was voor de coördinatie van de studiebegeleiding. Studenten beoordeelden de begeleiding als voldoende. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 11

De kwaliteitszorg binnen de opleiding werd gekenmerkt door de PDCA-cyclus die naar de mening van het auditteam werd doorlopen. De verbeteringen naar aanleiding van evaluaties werden op een consequente wijze doorgevoerd. De opleiding had een goed beeld van het oordeel van het werkveld over de kwaliteit van de opleiding en haar afgestudeerden. Het niveau van de opleiding was, gemeten aan de kwaliteit van de eindwerkstukken, van voldoende niveau. De opleiding had voldoende zicht op de rendementen en wilde deze, waar mogelijk, verder verbeteren. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 12

DEEL 2 OORDEEL OP FACETNIVEAU 5. ONDERWERPEN EN FACETTEN NVAO-ACCREDITATIEKADER 1. Doelstellingen opleiding Facet 1.1. Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk) Oordeel: goed Het oordeel van het auditteam is gebaseerd op onderstaande overwegingen. Overwegingen Beroepsprofiel en eindkwalificaties Het cluster waartoe de beide opleiding behoren, besteedt in de Management Review uitgebreid aandacht aan de domeinspecifieke eisen, i.c. ontwikkelingen in de omgeving van het cluster en de gevolgen hiervan voor de opleiding SPH en MWD. Als specifieke groepen waar de opleidingen zich op richten worden genoemd: jongeren, ouderen, mensen met verstandelijke en/of lichamelijke beperkingen en grote groepen met complexe vragen naar zorg- en dienstverlening. Voor de beroepsuitoefening, beroepstructuur en opleidingen betekenen de ontwikkelingen in het werkveld dat er sprake is van meer breedte in het sociaal agogische veld, een grotere differentiatie en tussen individu en collectief. Binnen de opleidingen die onder het cluster Social Work & Toegepaste Psychologie vallen is sprake van domein overstijgend samenwerken omdat beroepsbeoefenaren op meer gebieden competenties moeten verwerven dan waaraan opleidingen traditioneel aandacht besteden. In toenemende mate wordt van afgestudeerden van sociaal agogische opleidingen gevraagd om ondernemend, concurrerend en effectief te werken. Bij het formuleren van eindkwalificaties en doelstellingen en de uitwerking hiervan in een curriculum laten de beide Social Work opleidingen zich leiden door ontwikkelingen in het werkveld en recent onderzoek op het brede terrein van sociale agogiek (en psychologie). Hierbij wordt gebruik gemaakt van de resultaten van onderzoek verricht door het Verwey- Jonker Instituut en van het onderzoek Profilering Agogisch Domein naar de gezamenlijkheid en het onderscheid van door de student bij verschillende sociaal agogische opleidingen te verwerven competenties. Vanaf 2005 zijn er verschillende onderzoeken verschenen rond opleidingen uit het sociaal agogisch terrein die aanleiding geven tot verschillende uitstroomprofielen. Als voorbeeld wordt het Actieplan Jeugdzorg in 2009 genoemd waaruit het beroepsprofiel en aansluitend het landelijk stroomprofiel Jeugdzorgwerker is ontstaan. Een werkgroep bestaande uit deskundigen van hogescholen heeft op basis van het beroepsprofiel een landelijk uitstroomprofiel Jeugdzorgwerker opgesteld. De opleidingen verwachten dat ook de sectoren GGZ (in- of exclusief verslavingszorg en forensische psychiatrie), Gehandicaptenzorg en de Zorg in een Justitieel Kader ook in de nabije toekomst een eigen uitstroomprofiel nastreven. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 13

De ontwikkeling van een hbo Sociaal Pedagogische Hulpverlening voor de Zorg naast één voor de Jeugdzorg wordt door Hogeschool Leiden thans onderzocht. Uiteindelijk heeft dit ertoe geleid dat in 2009 de hsao-sectorraad (Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs-raad) met brancheorganisaties zoals de MO-groep en GGZ Nederland het door de HBO-raad geaccordeerde basisdocument Vele Takken, Eén Stam heeft gepubliceerd. Alle huidige sociaal agogische opleidingen, waaronder SPH en MWD, zijn hier in relatie tot elkaar beschreven. Vele takken één stam geeft een brede oriëntatie op ontwikkelingen in het sociaal agogisch werkveld en een heldere beschrijving van het eigene, het typerende van het sociaalagogisch handelen. De opleidingen binnen SW&TP houden vast aan het aanbieden van brede opleidingen waardoor afgestudeerden inzetbaar zijn in een breed scala van functies binnen de verschillende sociaal agogische sectoren. Kenmerkend voor de SW & TP opleidingen van de Hogeschool Leiden is een brede basiskennis van waar uit de student een gefundeerde keuze kan maken welke richting hij/zij kiest binnen het beroepenveld. Ter illustratie geven wij het volgende voorbeeld: de opleiding biedt studenten de mogelijkheid zich verder te verdiepen in de verslavingszorg nadat deze zich basiskennis heeft eigen gemaakt op dit terrein. Pas daarna zal de student een gemotiveerde keuze kunnen maken om zich verder te bekwamen op dit terrein en er voor te kiezen om het werkveld te verkennen op dit terrein door middel van een stage. De opleidingen SPH en MWD zijn door een manager of programmaleider vertegenwoordigd in een landelijk opleidingsoverleg. Dit overleg stelde recent de opleidingskwalificaties en daarmee de opleidingsprofielen in onderlinge afstemming bij. De bijstelling van de opleidingprofielen kwam met betrokkenheid en instemming van onder andere de brancheorganisaties VGN, MOgroep en GGZ Nederland tot stand. Naast een vertegenwoordiging op opleidingsniveau is Hogeschool Leiden in het Sectoraal Advies College HSAO vertegenwoordigd door de directeur van SW&TP. De Social Work opleidingen hebben op lokaal, regionaal en landelijk niveau op verschillende terreinen het voortouw genomen om de beroepspraktijk nadrukkelijker te betrekken bij de opleiding. Gekozen werd voor de volgende thema s: verslaving, criminaliteit en verwaarlozing, belangrijke thema s voor de samenleving waarop de studenten Social Work voorbereid moeten worden. Bijdrage beroepenveld Het auditteam heeft gesproken met werkveldvertegenwoordigers van beide opleidingen. Zij wezen er op dat zij het belangrijk vinden om met de opleidingen samen te werken om er voor te zorgen dat ontwikkelingen in de praktijk toegang krijgen tot de opleiding. Het werkveld is betrokken bij de borging van de relevantie en het niveau van de sociaal agogische opleidingen door regelmatig overleg. Zij geven verder aan dat spelling, grammatica en schriftelijk rapporteren een aandachtspunt is (wij merken hier op dat binnen de studieloopbaanbegeleiding correcte schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden een onderdeel vormt bij het al dan niet toekennen van studiepunten). Ook de praktijkervaring is bij beide opleidingen vervroegd: al bij de aanvang (eerste en tweede studiejaar) van de MWD- en SPH studie krijgen studenten de gelegenheid kennis te maken met het werkveld door vrijwilligerswerk. Er zijn binnen Social Work werkveldcommissies actief en de individuele opleidingen zijn zelf actief in verschillende werkgroepen. In de werkveldcommissie (voorheen: opleidingsadviescommissie zijn tien instellingen uit het werkveld vertegenwoordigd op (merendeels) managementniveau. Het betreft onder andere concreet: Bureau Jeugdzorg Haaglanden Zuid Holland; Stichting Kwadraad (maatschappelijke dienstverlening); Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 14

Stichting Valent RDB (maatschappelijk dienstverlening); Cardea (jeugdhulpverlening); LUMC (ziekenhuismaatschappelijk werk); Raad van de Kinderbescherming. De werkveldcommissie vergadert minstens viermaal per jaar. Aan deze vergaderingen nemen deel de programmaleider en de onderwijsmanager. Regelmatig worden docenten rond een specifiek thema voor een presentatie uitgenodigd. Dit overleg draagt tevens bij aan de actualisering en afstemming van het curriculum op de ontwikkelingen in het werkveld. Internationalisering De afdeling Social Work heeft een beleidsplan Internationalisering geformuleerd voor de periode 2008-2012 en jaarlijks een daarvan afgeleid activiteitenplan. Het activiteitenplan wordt uitgevoerd door het team Internationalisering, dat bestaat uit vier docenten van de opleidingen SPH en MWD. De algemene doelstelling is dat internationalisering een herkenbare plaats heeft in het curriculum. Ten aanzien van het onderwerp internationalisering kunnen de volgende activiteiten van het cluster genoemd worden: met hogescholen en deskundigen in het buitenland worden samenwerkingsovereenkomsten gesloten, waardoor studenten lessen kunnen volgen en begeleiding en supervisie kunnen krijgen als zij in het buitenland stagelopen; studentuitwisseling heeft tot 2007 plaatsgevonden met studenten van de Fachhochschule Osnabrück rondom het thema methodiekuitwisseling in Europees perspectief; in het kader van het keuzevak Internationalisering wordt jaarlijks door een aantal tweedejaars studenten Social Work een meerdaags bezoek gebracht aan Antwerpen en hogeschoolstudenten uit Brussel worden gedurende een midweek door de afdeling SW ontvangen. Vanaf studiejaar 2005-2006 wordt in het tweede jaar het keuzeblok Internationale oriëntatie gegeven. In het kader van deskundigheidsbevordering hebben vijf docenten certificaten behaald voor de cursus Engels voor Docenten in het Hoger Onderwijs. MWD Toekomstverkenning, profiel en kwalificaties van de opleiding zijn in verschillende bijeenkomsten ter toetsing voorgelegd aan en gevalideerd door een forum van vertegenwoordigers van het werkveld. Bij het opstellen van het nieuwe opleidingsprofiel is gebruik gemaakt van verschillende documenten die als relevant worden beschouwd door het auditteam voor MWD opleidingen. In 2009 zijn de doelstellingen en het programma van de opleiding MWD aan het werkveld voorgelegd. In dit overleg sprak de werkveldcommissie haar instemming uit over de doelstellingen en het programma van de opleiding. Het nieuwe, recentelijk vastgestelde landelijke opleidingsprofiel Herkenbaar en toekomstgericht II, 2010 zal meer specifieke sturing geven aan het actualiseren van het leerplan in de nabije toekomst. Het benadrukt dat het maatschappelijk werk streeft naar maatschappelijke veranderingen die de positie van de doelgroep verbeteren. De opleiding MWD Leiden heeft als opdracht hieraan zodanig aandacht te besteden dat de beginnende beroepsbeoefenaar een herkenbare en effectieve bijdrage levert aan het verhogen van de zelfredzaamheid en het bevorderen van psychosociaal welzijn. De drie taakgebieden en de kerntaken van de maatschappelijk werker zijn volgens het opleidingsprofiel: directe en indirecte hulp- en dienstverlening; werken in en vanuit een arbeidsomgeving; werken aan professionaliteit en professionalisering. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 15

De opleiding zorgt ervoor dat het programma aansluit bij de behoeften in de samenleving en het beroepenveld. De opleiding werkt op allerlei manieren samen met het werkveld en de beroepsvereniging. Zij speelt in op nationale- en internationale ontwikkelingen op het gebied van het onderwijs en de methoden van maatschappelijke hulp- en dienstverlening door het volgen van congressen in binnen- en buitenland, cursussen en het bijhouden van de vakliteratuur. SPH Het beroep van de Sociaal Pedagogisch Hulpverlener wordt uitgeoefend binnen het brede domein van Social Work; in jeugdzorg, gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg en gedwongen kader zijn SPH ers werkzaam. (gedwongen kader is bijvoorbeeld: reclassering, tbs, het gevangeniswezen). In oktober 2009 is het hernieuwde opleidingsprofiel voor de SPH De creatieve professional- met afstand het meest nabij verschenen en binnen het SPH team besproken. Vooruitlopend op deze publicatie is aan het eind van studiejaar 2008-2009 een begin gemaakt met de implementatie van de 15 opleidingskwalificaties van het nieuwe opleidingsprofiel in het onderwijs door deze op te nemen in de studiehandleidingen. Voor de Leidse SPH er geldt dat de opleiding het belangrijk vindt dat afgestudeerden kunnen samenwerken met andere beroepsbeoefenaren. Binnen het curriculum heeft dat geleid tot de ontwikkeling van de tweedejaars keuzeblokken Ondernemerschap en Zorghandelingen, Muzisch Agogisch Werken en in het vierde jaar de hogeschoolbrede minor Preventie en vroeg signalering. Daarnaast worden aangeboden: Internationale oriëntatie, Diversiteit en Verslaving/Forensische Zorg. Voorts besteedt de opleiding aandacht aan de doelstellingen die te maken hebben met de wijze waarop zorg en welzijn zijn georganiseerd. De SPH er weet bovendien wat hij moet kunnen en kennen om beroepsmatig goed te kunnen functioneren. De opleiding SPH heeft het voortouw genomen om een aantal sectoren te betrekken bij het onderwijs: Jeugdzorg, Gehandicaptenzorg, Werken in Gedwongen Kader, Justitieel Gesloten Jeugdzorg en Verslavingszorg. Dit heeft voor de opleiding geleid tot betrokkenheid van die sectoren bij de ontwikkeling van de major, tot realisatie van minoren en tot de keuze voor lectoraten en kenniskringen. De opleidingen hebben de verdiepende minoren in voldoende mate uitgewerkt. Het auditteam constateert dat deze goed aansluiten bij de MWD- en SPH opleiding. In de SPH werkveldcommissie zijn diverse instellingen uit het werkveld vertegenwoordigd op (merendeels) managementniveau waaronder het Bureau Jeugdzorg Rijnland/ Haaglanden, Centrum 45, Curium, LUMC, de Jeugdinrichting Teylingereind en Reclassering Nederland. Daarnaast zijn er samenwerkingsovereenkomsten gesloten met verschillende instellingen op het terrein van jeugdzorg en geestelijke gezondheidszorg. Een aantal malen per jaar vergadert een deel van de SPH werkveldcommissie rondom een bepaald thema. Er zijn bijeenkomsten geweest in het kader van de kennisgroepen Licht Verstandelijk Beperkten, Jeugdzorg/jeugdhulpverlening, Agoog GGZ en Werken in gedwongen kader. Aan deze bijeenkomsten nemen afwisselend de programmaleider SPH, de onderwijsmanager SPH, de aan het werkveld gekoppelde lector en verschillende SPH docenten deel. Er is hierbij gekozen voor bijeenkomsten die gericht zijn op de aandachtsgebieden van lectoraat en minorkeuze. Zo kan meer inhoudelijke uitwisseling plaatsvinden en feedback geleverd worden op de ontwikkeling van het curriculum vanuit die verschillende werkvelden. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 16

Facet 1.2. Niveau: Bachelor De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor Oordeel: voldoende Het oordeel van het auditteam is gebaseerd op onderstaande overwegingen. Overwegingen Opleidingskwalificaties en Dublin Descriptoren De landelijk vastgestelde opleidingskwalificaties van de Social Work opleidingen schetsen een beeld van het niveau van functioneren, de startkwalificaties van de hbo er. Bij de beschrijvingen is gebruik gemaakt van de Dublin Descriptoren en de generieke hbokwalificaties. De opleidingskwalificaties zijn in competentietermen opgesteld en worden door de opleiding gebruikt voor de inrichting van het onderwijs zowel op het niveau van de onderwijsonderdelen, met afgeleide leerdoelen, als op het niveau van de zgn. opleidings(raam)leerplannen. MWD Het eindniveau van de bachelor MWD wordt bepaald door de Dublin Descriptoren, de hbokwalificaties en de eindkwalificaties uit het landelijk vastgestelde opleidingsprofiel MWD. De relatie tussen deze drie is door de opleiding helder beschreven. De opleidingskwalificaties zijn in competentietermen opgesteld en worden gebruikt voor de inrichting van het onderwijs. Op welke wijze de opleidingskwalificaties en hbo-kwalificaties per curriculumonderdeel aan de orde komen, is door de opleiding verantwoord in een digitaal bestand en verder uitgewerkt in een overzicht dat de dekking van de opleidingskwalificaties laat zien. Door de programmaleider wordt de afstemming tussen opleidingskwalificaties en het opleidingsprogramma gestuurd. SPH Het eindniveau van de bachelor wordt bepaald door de Dublin Descriptoren, de hbokwalificaties en de eindkwalificaties uit het landelijk vastgestelde opleidingsprofiel SPH. De opleidingskwalificaties zijn in competentietermen opgesteld en worden door de opleiding gebruikt voor de inrichting van het onderwijs zowel op het niveau van de onderwijsonderdelen, met afgeleide leerdoelen, als op het niveau van het raamleerplan SPH. De mate waarin de eindkwalificaties en hbo-kwalificaties per curriculumonderdeel aan de orde komen, is verantwoord in een digitaal bestand dat door de programmaleider gebruikt wordt deze om te zorgen voor spreiding van de opleidingskwalificaties over het programma en toenemende complexiteit van opdrachten en zelfstandigheid van studenten. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 17

Facet 1.3. Oriëntatie HBO De eindkwalificaties van de opleiding zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties o Een HBO-bachelor heeft de kwalificaties voor het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een HBO-opleiding vereist is of dienstig is Oordeel: goed Het oordeel van het auditteam is gebaseerd op de overweging, dat de in facet 1.3 benoemde aspecten volledig in facet 1.1 aan de orde zijn geweest en het oordeel derhalve identiek is. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 18

2. Programma Facet 2.1. Eisen HBO Kennisontwikkeling van studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk Oordeel: goed Het oordeel van het auditteam is gebaseerd op onderstaande overwegingen. Overwegingen De opleidingen SPH en MWD geven in studiehandleidingen voor de verschillende varianten aan welke competenties op welk eindniveau moeten zijn verworven. De te realiseren competenties voor het afstudeerprogramma zijn geoperationaliseerd in concrete prestatiecriteria. Voor beide opleidingen geldt dat de beroepsgerichtheid van het curriculum het uitgangspunt is voor de inrichting van het onderwijs. Deze beroepsgerichtheid wordt in het programma op verschillende manieren bereikt: de student ontwikkelt zijn kennis verder via interactie met de beroepspraktijk. Dat varieert van de inzet docenten uit de praktijk, excursies en vrijwilligerswerk tot het uitvoeren van praktijkopdrachten in projecten, tijdens de stage en het werken aan een onderzoeksopdracht in het vierde jaar van de opleiding; in de colleges van de conceptuele leerlijn vervullen praktijkvoorbeelden (door de opleiding kritische beroepssituaties genoemd) een belangrijke rol, namelijk bij het leren toepassen van theoretische concepten op vragen, problemen en opdrachten in de praktijk; gast- en zgn. buitendocenten uit de beroepspraktijk verlenen regelmatig hun medewerking aan het programma, zowel in de propedeuse als in de hoofdfase; de student ontwikkelt zijn kennis onder andere via vakliteratuur. In de beschrijving van ieder onderwijsonderdeel (module) die samen onderwijseenheden vormen is aangegeven van welke recente literatuur gebruik wordt gemaakt. Daarnaast leren studenten in de projecten zelfstandig recente vakliteratuur te bestuderen en te betrekken op de probleemstelling die in het project centraal staat. Studiemateriaal en interactie met de beroepspraktijk De samenwerkingsverbanden van (onderdelen van) het cluster met andere organisaties en instellingen zijn talrijk en divers. Op clusterniveau zijn er veertien convenanten met praktijkinstellingen. Er zijn onder andere overeenkomsten met de Universiteit Leiden, Werken in Gedwongen Kader (landelijk), Justitiële en gesloten jeugdinrichtingen (regionaal) en Leren en Werken GHZ, eveneens op regionaal niveau. Het cluster waarvan beide opleiding deel uit maken neemt via de directeur en/of onderwijsmanagers daarnaast deel aan relevante overleggen voor het cluster waaronder op het terrein van verslavingszorg, het Platform Kwalificatiebeleid, en de Begeleidingscommissie deelproject Opleiden van het Actieplan Jeugdzorg. Curriculum De studieprogramma s zijn beroepsgericht, te beginnen bij de eindkwalificaties die zijn geformuleerd in termen van competenties. De programma s zijn afgestemd op het verwerven van deze competenties. In de verschillende leerlijnen werken studenten aan realistische beroepsproducten en worden hierop beoordeeld. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 19

De ontwikkeling van beroepsvaardigheden staat centraal. Het cluster vat de term vaardigheden breed op, namelijk als verwijzend naar integrale beroepshandelingen, inclusief de reflectie hierop en de verantwoording van gemaakte keuzes. Verder wordt het programma ontwikkeld en uitgevoerd door docenten die een nauwe relatie onderhouden met de beroepspraktijk. De programma s van beide opleidingen staan op verschillende manieren in directe verbinding met de beroepspraktijk. Allereerst zijn de eindkwalificaties geformuleerd in termen van competenties, die ontleend zijn aan de eisen van de beroepspraktijk. De competenties zijn vervolgens vertaald in (raam)leerplannen, leerdoelen en leeractiviteiten. Op deze wijze vormt de beroepspraktijk het richtsnoer voor de onderwijsprogramma s van de opleidingen SPH en MWD. Het werkveld is op een aantal manieren betrokken bij de beide opleidingen. Dit uit zich in het verzorgen van start- of gastcolleges bij projectonderwijs, cursussen, trainingen, het verrichten van vrijwilligerswerk en het lopen van stage, het geven van feedback op eindproducten en de bereidheid om studenten rond te leiden in de instelling of door het geven van interviews. Ook docenten kunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om stage te lopen in het werkveld. Toegepast onderzoek/onderzoekscomponent/lectoraten Het auditteam is gebleken dat de opleidingen MWD en SPH veel aandacht besteden aan onderzoek. Concreet: het cluster waar beide opleidingen deel van uit maken geeft sinds 2007 door zes lectoraten vorm aan co-creatie, de onderzoeksopdracht en mede langs die weg actueel theoretisch en praktisch onderwijs. Ieder lectoraat heeft een vierdelige taak met eigen accenten: bijdragen aan de bachelor- en masteropleidingen in de major en in minor(en); verwerven en uitvoeren van onderzoeksopdrachten en begeleiding van studenten; verwerven (en uitvoeren) van contractactiviteiten op het gebied van opleiden en onderzoek; bijdragen aan de onderzoeksdeskundigheid van docenten. Het eerste lectoraat van SW&TP Jeugdzorg en Jeugdbeleid vervult een spilfunctie. Dit lectoraat is verantwoordelijk voor de masteropleiding Jeugdzorg, minor(en) op het terrein van jeugdzorg en voor de Werkplaats Praktijkonderzoek Jeugd. In 2009 en 2010 zijn verschillende lectoraten gestart: Ouderschap en Ouderbegeleiding, Gehandicaptenzorg en Jeugdzorg, GGZ en Verslavingszorg, Talentmanagement. Recent, vanaf april 2010, is er een lector benoemd op het terrein van Veiligheid en Criminaliteit. Het cluster geeft aan dat nog twee lectoraten in voorbereiding zijn. Het cluster heeft de opzet en de inhoud van de verschillende lectoraten voldoende helder uitgewerkt. Zo worden de doelstellingen van de lectoraten beschreven, de werkzaamheden en plannen van de lector, de projecten, de wijze waarop de kenniskring is georganiseerd die gekoppeld is aan het lectoraat en recente publicaties die geschreven zijn naar aanleiding van onderzoek dat heeft plaatsgevonden binnen het lectoraat. Studenten MWD en SPH worden ondersteund in het opzetten, uitvoeren en rapporteren van onderzoek. In het studieonderdeel Onderzoeksmethodologie I leert de student onderzoeksterminologie, oefent analytische vaardigheden en zoekt literatuur in digitale databases. In Onderzoeksmethodologie II oefent de student met het afnemen van open interviews, analyseert deze teksten en uitgeschreven interviews en leert opzet, uitvoering en resultaten van onderzoek systematisch te verwerken in een onderzoeksrapport. Afsluitend maakt de student bij Onderzoeksmethodologie III een onderzoeksvoorstel dat de basis vormt voor de uitvoering voor de onderzoeksopdracht in jaar vier. Uitgangspunt is de opdracht van een externe opdrachtgever uit het werkveld. Belangrijke aandachtspunten zijn de relevantie van het onderzoek, het theoretisch kader en de methodologische onderbouwing. Hobéon Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo-bacheloropleidingen SPH en MWD, Hogeschool Leiden, 1.0 20