Toetsingskader Toezicht op de zorg thuis

Vergelijkbare documenten
Toetsingskader Toezicht op de zorg thuis

Februari Toezicht op de Zorg Thuis 2.0 (geldig per 1 maart 2019)

Toetsingskader Toezicht op netwerken in de zorg thuis

Toetsingskader Toezicht op zorgnetwerken rond cliënten in de thuissituatie

Toetsingskader Toezicht op netwerken in de zorg thuis

AANTEKENEN Zorg+Geluk Raad van bestuur Postbus DD ZWOLLE

Rapport van het inspectiebezoek op 22 en 24 mei 2017 aan de teams Helmond Binnenstad Zuid en Mierlo Noord van Savant Zorg te Helmond

Invulling Aster Zorg van addendum bij kwaliteitskader verpleeghuiszorg voor langdurige zorg thuis met een Wlzindicatie

V Conceptrapport van het inspectiebezoek op 25 en 26 juli 2017 aan Stichting Shiva Zorg te Nieuw-Vennep

Utrecht, april 2018 V

Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Thuiszorg Het Friese Land, thuiszorgteams Harlingen op 13 en 14 december 2017

Rapport van het inspectiebezoek aan Thuiszorg Salutem in Enschede op 19 februari 2019

V Rapport van het inspectiebezoek op 21 en 23 februari 2017 aan Zorgbegrip te Castricum

V Rapport van het inspectiebezoek op 11 en 12 juli 2017 aan de teams 11 en 18/20 van Stichting KinderThuisZorg te Winterswijk

Persoonsgerichte zorg en ondersteuning. Multidisciplinaire aanpak

V Rapport van het inspectiebezoek op 31 januari en 1 februari 2017 aan team 3 en 4 van Thuiszorg Oss Centrum van Stichting BrabantZorg

V Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek op 21 en 23 maart 2017 aan team Hilversum en team Naarden-Bussum van Allerzorg B.V.

Rapport van het inspectiebezoek aan team Zwolle van Stichting Zorg+Geluk, in Zwolle op 8 november 2017

Toezicht op netwerkzorg aan kwetsbare ouderen in de wijk

V Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek op 7 en 8 maart 2017 aan Leven & Zorg te Utrecht

Rapport van het inspectiebezoek aan Olcea Nieuwe Zorglandschap B.V. in Hengelo op 23 januari 2019

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Thuizsorg B.V. in Den Haag op 18 februari 2019

Conceptrapport van het inspectiebezoek aan Lacta Fides Healthcare B.V. in Schiedam op 24 mei 2018.

Rapport van het inspectiebezoek op 21 en 22 februari 2017 aan team Centrum en team Zwijndrecht van MOB Drechtssteden (Internos) te Dordrecht

Presentatie Toezicht IGZ.

Addendum bij kwaliteitskader verpleeghuiszorg voor langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie

Toetsingskader Wmo-toezicht Gelderland-Zuid

Utrecht, juni Rapport van het inspectiebezoek aan Sterck Amsterdam B.V. te Amsterdam op 28 april 2017

Verklarende woordenlijst

Utrecht, september Rapport van het inspectiebezoek aan Thuiszorg De Zonnestraal in Hoofddorp op 28 juli 2017

Utrecht, oktober Rapport van het inspectiebezoek aan Zorgpassie Valide B.V. in Nijmegen op 14 augustus 2017

Informatiebrochure Deskundigheidsbevordering Wijkverpleegkundige Indiceren en organiseren van zorg

Utrecht, juni Rapport van het inspectiebezoek aan Centrum Zorg & Welzijn B.V. te Den Haag op 24 maart 2017

Toetsingskader. voor zorgaanbieders waar mensen wonen die langdurige zorg nodig hebben. Utrecht, oktober 2018

Verklarende woordenlijst

Rapport van het inspectiebezoek op 21 en 22 februari 2017 aan team Sittard centrum en team Sanderbout van Zuyderland Thuiszorg in Sittard

V Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek op 30 maart en 4 april 2017 aan Leven & Zorg te Amsterdam

Utrecht, februari Rapport van het inspectiebezoek aan Dailyzorg te Nijmegen op 11 januari 2017

2.2. miljoen verzekerden fte medewerkers. 5,9 miljard zorgkosten (inclusief Anderzorg) 2,7 miljard Wlz

Utrecht, december Rapport van het inspectiebezoek aan Precious We Care in Almere op 20 oktober 2017

Toetsingskader. voor instellingen waar mensen verblijven die niet thuis kunnen wonen. Utrecht, oktober 2017

Geen zorgen over zorgplannen

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Zorgboerderij De Borkeld te Rijssen op 26 november Utrecht, februari 2017

Utrecht, februari Rapport van het inspectiebezoek aan Het Houvast B.V. te Tilburg op 22 december 2016

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Nova Zorggroep in Den Haag op 28 januari 2019

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Zorgbureau De Tulp te Rotterdam op 26 april Utrecht, augustus 2017

Utrecht, februari Rapport van het inspectiebezoek aan Ideaal Zorg te Delft op 7 december 2016

Utrecht, april Rapport van het inspectiebezoek aan De Eemhorst v.o.f. te Soest op 13 maart 2017

Utrecht, mei Rapport van het inspectiebezoek aan Teamzorg BV te Nijmegen op 8 maart 2017

Betrokken mantelzorger(s) en/of sociaal netwerk

Rapport van het hertoetsbezoek op 27 mei 2015 aan Rinette Zorg te Best

ontwikkelingen wijkverpleging

Inkoopbeleid Verpleging & Verzorging 2019

Utrecht, februari Rapport van het inspectiebezoek aan Arja Zorg & Welzijn B.V. in Rotterdam op 11 december 2017

Utrecht, december Rapport van het inspectiebezoek aan Curae Zorg B.V. in Almere op 12 oktober 2017

Juni Erkende afspraken, specificaties of criteria over een product, een dienst of een methode (bron: Thesaurus Zorg en Welzijn).

Utrecht, Mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Acare Thuiszorg te Arnhem op 5 december 2016

Utrecht, juli Rapport van het inspectiebezoek aan Thuiszorg Soesa BV te Den Haag op 24 mei 2017

Utrecht, juli Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Bewust4Beter Care Services v.o.f. te Baarn op 9 maart 2017

We lichten de onderwerpen uit de kwaliteitsagenda hieronder verder toe.

Titel: kwaliteitsverslag - publieksversie

Utrecht, november Rapport van het inspectiebezoek aan Thuiszorg Diamond in Den Haag op 27 september 2017

PrivaZorg thuiszorg persoonlijk en klantgericht!

Utrecht, mei Rapport van het inspectiebezoek aan HerZorg BV te Arnhem op 13 april 2017

Functiebeschrijving verzorgende IG (FWG 35) A. Plaats in de organisatie

Utrecht, juni Rapport van het inspectiebezoek aan Polder Zorg te Emmen op 10 april 2017

zorgplan Jaarplan elders, nl: opmerkingen

Kwaliteitseisen vaak niet bekend bij nieuwe of nog onbekende zorgaanbieders

Rapport van het inspectiebezoek op 23 en 24 januari 2018 aan team Tiel-Centrum en team Tiel-Passewaaij

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan De Waagschaal in Nieuweroord op 13 december 2018

Utrecht, mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Uzo Zorg B.V. te Rotterdam op 12 januari 2017

Addendum bij kwaliteitskader verpleeghuiszorg voor langdurige zorg thuis met een WLZ indicatie.

Kwaliteitskader Wijkverpleging en Waarde gedreven zorg. Betekenis voor de beroepsgroep wijkverpleegkundigen, staf en beleidsmedewerkers

Utrecht, juni Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Hart voor Zorg en Welzijn Limburg te Maastricht op 29 maart 2017

Utrecht, december Rapport van het inspectiebezoek aan Amada Thuiszorg B.V. in Rotterdam op 15 oktober 2018

Rapport van het inspectiebezoek aan Rinaldo en Esther Koppen t.h.o.d.n. Home Instead Midden-Limburg te Weert op 30 november 2016

Utrecht, februari Rapport van het inspectiebezoek aan MinT Thuiszorg in Rotterdam op 9 januari 2019

Utrecht, juli Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Nostram in Wageningen op 14 juni 2017

Tijd Doel Werkvorm Benodigdheden

Rapport van het inspectiebezoek aan Freya Zorg & Welzijn Friesland B.V. te Leeuwarden op 18 juni Utrecht Oktober 2015

Netwerkbijeenkomst. Wijkverpleging, heringevoerd en nu?

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Het Zorgteam Plus B.V. te Arnhem op 8 februari 2017

Utrecht, november Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Good4Life in Utrecht op 18 september 2017

follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Maison-Thuiszorg B.V. te Zaandam op 9 november 2016 Utrecht, maart 2017

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Thuiszorg Urmuc te s Gravenhage op 7 juli Utrecht, Januari 2017

Rapport van het inspectiebezoek aan Noorderlicht GGZ B.V. te Groningen op 28 april Utrecht, September 2016

Oktober Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Masterzorg te Zeist op 21 november Utrecht, maart 2017

Utrecht, januari Rapport van het inspectiebezoek aan Mery s Tederhuis VOF in Enschede op 18 oktober 2017

V Rapport van het inspectiebezoek op 31 januari en1 februari 2017 aan team Centrum en team Heeze van Stichting Vérian te Apeldoorn

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Care4another B.V. te Rotterdam op 20 januari 2017

Rapport van het inspectiebezoek aan Infinitum curae B.V. te Den Haag op 30 juni Utrecht, Oktober 2016

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Coöperatieve ZorgOrganisatie Twente Thuis U.A. te Almelo op 19 januari 2017

Rapport van het inspectiebezoek aan BFM Thuiszorg B.V. te Echt op 12 oktober Utrecht, November 2016

Utrecht, oktober Rapport van het inspectiebezoek aan Ouderinitiatief 't Buske in Udenhout op 9 augustus 2017

Kwaliteitsplan Verpleeghuiszorg

Utrecht, februari Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Acare Thuiszorg te Arnhem op 5 december 2016

Rapport van het inspectiebezoek aan Particuliere Thuiszorg Cristal Care v.o.f. te Rotterdam op 13 januari Utrecht maart 2016

Utrecht, mei Rapport van het inspectiebezoek aan Home instead Thuisservice Breda & Etten-Leur te Breda op 13 april 2017

Transcriptie:

Toetsingskader Toezicht op de zorg thuis Inleiding Dit toetsingskader is een kader voor het toezichthouden op de zorg thuis. Zorg thuis is zorg die in de thuissituatie van de cliënt wordt geleverd. In dit kader ligt de focus op verpleging en verzorging thuis. Dit kan kortdurende (intensieve) zorg zijn, zoals ziekenhuisverplaatste zorg, maar ook langdurige zorg. De zorg kan worden gefinancierd vanuit de Zvw (Zorgverzekeringswet) of de Wlz (Wet langdurige zorg) in de vorm van volledig pakket thuis of modulair pakket thuis. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) wil met dit toetsingskader nadrukkelijk aansluiten bij de ontwikkelingen in het veld. Uitgangspunten bij het ontwikkelen van dit toetsingskader De behoefte en ervaringen van de cliënt met de zorg thuis vormen het belangrijkste uitgangspunt voor dit toetsingskader. Vanuit het huidige beleid en de ontwikkelingen is de specifieke rol en taak van de wijkverpleegkundige een tweede belangrijk uitgangspunt. Vanzelfsprekend kijkt de inspectie in de toets naar de uitvoering van zorg. Daarnaast kijkt de inspectie hoe de zorgaanbieder ruimte geeft aan de genoemde uitgangspunten. De inspectie wil met haar toezicht de goede zorg thuis bevorderen, een bijdrage leveren aan het vormgeven van het beleid en aan het versterken van de positie van de wijkverpleegkundige in de zorg thuis. Thema s Het toetsingskader is opgebouwd uit de volgende thema s: cliënt centraal integrale zorg veiligheid professionele autonomie van de wijkverpleegkundige sturen op kwaliteit Per thema is een aantal normen beschreven. Per norm zijn toetsingscriteria weergegeven. De onderbouwing vanuit de wetgeving, de veld- en beroepsnormen en aanvullende bronnen staat per norm aangegeven. Het toetsingskader geeft aan wat de inspectie toetst. Aan de hand van dit toetsingskader is een toezichtinstrument en een toezichtvorm ontwikkeld. Bij de totstandkoming van dit toetsingskader, het instrument en de wijze van toetsen is gebruik gemaakt van de expertise van branche- en beroepsorganisaties en van tien thuiszorgorganisaties die gedurende het hele proces hebben meegedacht. Voor de leesbaarheid is de mannelijke vorm gebruikt; waar hij staat bedoelt de IGZ ook zij. 1

THEMA 1 CLIËNT CENTRAAL De cliënt ervaart dat de zorg thuis aansluit bij zijn behoefte en bijdraagt aan de kwaliteit van leven. 1.1 De cliënt krijgt zorg die aansluit bij zijn zorgbehoeften. 1 1.1.1 De wijkverpleging heeft de zorgbehoefte van de cliënt voortdurend in beeld, ook preventief en als de omstandigheden en/of mogelijkheden van de cliënt veranderen. 1.1.2 De wijkverpleging levert zorg die aansluit bij de zorgbehoefte van de cliënt. 1.2 De cliënt krijgt zorg die bijdraagt aan kwaliteit van leven. 2 1.2.1 Kwaliteit van leven van de cliënt is bij het organiseren en leveren van de zorg voor de wijkverpleging het uitgangspunt. 1.2.2 De wijkverpleging bevordert en sluit aan op de zelfredzaamheid van de cliënt en/of levert een actieve bijdrage aan het zo lang mogelijk in stand houden van de zelfredzaamheid. 1 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; Zvw artikel 11, 2005 en Wijzigingsbesluit Zorgverzekering 2015; Wlz Artikel 3.2.1, 2014; KNMG Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg, aandachtspunt 10-11, 2010; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 4, 2014. V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p10, 2015. Aanvulling: Alzheimer Nederland/ Vilans Zorgstandaard Dementie, p52, 2013. Kiwa Vraag en aanbod van wijkverpleegkundigen 2015-2019, CAOP, p9, 2015. Stuurgroep Bachelor of Nursing Bachelor-Nursing 2020, een toekomstbestendig opleidingsprofiel 4.0, rol 2 De Communicator, 2015. V&VN Individuele professionaliteit, p8, 2012. 2 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 4, 2014. Aanvulling: Actiz, Ruimte scheppen voor welbevinden, p3, 2015. 2

THEMA 1 CLIËNT CENTRAAL De cliënt ervaart dat de zorg thuis aansluit bij zijn behoefte en bijdraagt aan de kwaliteit van leven. 1.3 De cliënt krijgt de hulp en gelegenheid om zo veel mogelijk zelf de regie te voeren over de zorg thuis, de zorg sluit daar op aan. 3 1.3.1 De wijkverpleging bevordert de eigen regie van de cliënt en/of levert (middels de zorg) een actieve bijdrage aan het zo lang mogelijk in stand houden van de eigen regie. 1.3.2 De wijkverpleging geeft de cliënt begrijpelijke, actuele informatie die hem in de gelegenheid stelt om zelf de regie over de zorg thuis te voeren. 1.3.3 De cliënt heeft toegang tot een actueel zorgdossier. 3 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; Wlz Artikel 3.2.1, 2014; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 3 en 5, 2014; V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p10, 2015; KNMG Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg, aandachtspunt 2 en 11, 2010. Aanvulling: Actiz Vakbekwaam mensenwerk, anders werken in de langdurige zorg, nieuwe professionaliteit, p5, 2011. Actiz Eigen regie een sociaal begrip, p2, 2014. Nivel De wijkverpleegkundige van vandaag en morgen, kennissynthese, rollen, samenwerking en deskundigheid van wijkverpleegkundigen, p26, 2014. Vilans Zelfredzaamheid, handreiking voor wijkverpleegkundigen, p20+24, 2013. ZonMw Toekomstige ouderenzorg; kernwaarden, opbrengsten en perspectief, de visie van CSO, NFU en ZonMw, p7-8, 2012. 3

THEMA 2 INTEGRALE ZORG De cliënt krijgt op elkaar afgestemde zorg thuis. 2.1 De wijkverpleging werkt samen/stemt af met de informele zorgverleners van de cliënt. 4 2.1.1 De wijkverpleging houdt bij de organisatie en uitvoering van de zorg rekening met de wensen en mogelijkheden van de mantelzorger / vrijwilliger. 2.1.2 De wijkverpleging signaleert overbelasting van de mantelzorger / vrijwilliger vroegtijdig, bespreekt dit en onderneemt indien gewenst (preventief) actie. 2.1.3 De wijkverpleging sluit bij de uitvoering van de zorg aan bij de veranderende omstandigheden van mantelzorgers en vrijwilligers. 2.2 De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de wijkverpleging samenwerkt in de zorg. 5 2.2.1 De wijkverpleging werkt samen, de zorg van de wijkverpleging bij de cliënt is onderling afgestemd en vormt een samenhangend geheel. 2.2.2 De wijkverpleging gebruikt een actueel zorgdossier. 4 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; Mezzo Model samenwerken voor de informele zorg, 2014; Alzheimer Nederland Zorgstandaard Dementie, p21 en 53, 2013. V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p10, 2015. Aanvulling: Actiz, Juridische aspecten van informele zorg, 2012. CSO Visie Toekomstige ouderenzorg; kernwaarden, opbrengsten en perspectief, p9, 2012. Mezzo Direct aan de slag met mantelzorgers! 8 praktische tips, www.mezzo.nl. Vilans Samenwerken met mantelzorgers: zo werkt het! Toolkit voor thuiszorgmedewerkers, Expertisecentrum Mantelzorg, www.expertisecentrummantelzorg.nl. Vilans Grenzen verkennen, 2016. V&VN Samenhangende zorg in de eerste lijn, De as huisartsen - wijkverpleegkundigen, een handreiking, p23, 2007. Wieringen, M. et al. Samen zorgen met mantelzorgers en andere professionals. Tips en bespreekpunten voor de thuiszorgsector Vu/VUmc, 2015. 5 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; BW Artikel 7:457 (Wgbo), 1994; V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p12, 2015. V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 3, p20, 2014; Alzheimer Nederland Zorgstandaard Dementie p46, 2013; KNMG Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg, aandachtspunt 4 en 9, 2010. Aanvulling: V&VN Expertisegebied wijkverpleegkundige, p24. Aanvulling op het beroepsprofiel verpleegkundige. Laatst gewijzigd juli 2014. V&VN Richtlijn verpleegkundige en verzorgende verslaglegging, Utrecht, 2011. 4

THEMA 2 INTEGRALE ZORG De cliënt krijgt op elkaar afgestemde zorg thuis. 2.3 De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de wijkverpleging samenwerkt met zorgverleners van andere zorgorganisaties. 6 2.3.1 De wijkverpleegkundige coördineert de zorg en stemt indien nodig af met externe zorgverleners. 2.3.2 De wijkverpleging zorgt voor continuïteit van zorg door samen te werken met externe zorgverleners. 6 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; KNMG Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg, aandachtspunt 1, 2010; Alzheimer Nederland Zorgstandaard Dementie, p46, 2013. Aanvulling: NHG Landelijke Eerstelijns Samenwerkingsafspraken Dementie, 2005 NPCF Informatieoverdracht in de keten voor (kwetsbare) ouderen, kwaliteitscriteria vanuit het perspectief van de (kwetsbare) ouderen, december, p23, 2014. V&VN Samenhangende zorg in de eerste lijn, De as huisartsen - wijkverpleegkundigen, een handreiking, V&VN NHG LHV,2007, p47 Stuurgroep Bachelor of Nursing Bachelor-Nursing 2020, een toekomstbestendig opleidingsprofiel 4.0, rol 3 De Samenwerkingspartner, 2015. Handreiking casemanagers palliatieve zorg in de eerste lijn, VUmc, Expertisecentrum Palliatieve Zorg, p7+24+30, 2015. 5

THEMA 3 - VEILIGHEID De cliënt krijgt veilige zorg thuis. 3.1 Risico s in de woonomgeving van de cliënt worden tijdig gesignaleerd door de wijkverpleging en besproken met de cliënt. 7 3.2 De uitvoering van voorbehouden en risicovolle handelingen en de toepassing van medische technologie gebeurt veilig. 8 3.3 De medicatieveiligheid van de cliënt is geborgd. 9 3.1.1 De wijkverpleging signaleert vanuit hun professionaliteit risico s voor de cliënt in zijn woonomgeving. 3.1.2 De wijkverpleging bespreekt met de cliënt de grootste risico s in de woonomgeving. Ze helpt de cliënt een weloverwogen keuze te maken hoe om te gaan met de risico s. De uiteindelijke keuze ligt bij de cliënt. 3.2.1 De wijkverpleging is bekwaam en bevoegd voor de uitvoering van voorbehouden en risicovolle handelingen en voert deze veilig uit. 3.2.2 De wijkverpleging past medische technologie veilig toe, de keuze voor de toepassing van de technologie is in overleg met de cliënt zorgvuldig genomen. 3.3.1 Als de wijkverpleging de zorg voor de medicatie van de cliënt overneemt is er altijd een actueel medicatieoverzicht en een toedienlijst aanwezig en de wijkverpleging gebruikt deze toedienlijst. 7 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 4, 2014; Alzheimer Nederland Zorgstandaard Dementie, p66, 2013. Aanvulling: Actiz Ruimte scheppen voor welbevinden, p4, 2015. CSO Ouderen over ondersteuning en zorg, p27-33, 2013. Waardigheid en trots, Liefdevolle zorg. Voor onze ouderen. Plan van aanpak kwaliteit verpleeghuizen, p9, 2015. Zorgverzekeraars Nederland Toetsingskader doelmatige en verantwoorde zorg thuis, p4, 2015. VWS Richtinggevend kader vrijheidsbeperkingen, p3, 2008. www. Zorgvoorbeter.nl thema vrijheidsbeperking, geraadpleegd 13-7-2016. 8 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; Uitvoeringsbesluit Wkkgz Artikel 4.1, 2016; Wlz Artikel 3.2.1, 2014; wet BIG Artikel 35, Besluit functionele zelfstandigheid, Artikel 2, 1997; 1993. Wet op de medische hulpmiddelen, 1970. Besluit Medische hulpmiddelen, 1995; Europese richtlijn MEDDEV 2.12-1 rev.8; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 4, 2014; V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p8, 2015. Aanvulling: Actiz Technologie in de zorg, 2013. Convenant Veilige toepassing medische technologie in het ziekenhuis, 2011. 9 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; Wlz Artikel 3.2.1, 2014; wet BIG Artikel 35, 1993; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 4, 2014; V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p8, 2015; Actiz Veilige principes in de medicatieketen verpleging, verzorging en thuiszorg, stap 1, 2 en 6, 2012; Addendum Veilige principes in de medicatieketen, 2014. NHG Multidisciplinaire Richtlijn Polyfarmacie bij ouderen, 2012. NHG Landelijke Eerstelijns Samenwerkings Afspraak Actueel medicatieoverzicht in de eerste lijn, 2010. Aanvulling: KNMG Risicovolle medicatie in verband met dubbele controle, 2013. 6

THEMA 3 - VEILIGHEID De cliënt krijgt veilige zorg thuis. 3.4 De cliënt heeft een veilige zorgrelatie met zijn formele of informele zorgverleners. 10 3.3.2 De wijkverpleging voert de dubbele controle daar waar nodig uit. 3.4.1 De wijkverpleging werkt op basis van de principes van de Leidraad veilige zorgrelaties. 3.4.2 De wijkverpleging past geen vrijheidsbeperking toe. 3.4.3 De wijkverpleging werkt op basis van de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. 10 Wkkgz Artikel 8 en 11, 2016; VWS Leidraad Veilige zorgrelatie, 2016. VWS V&VN Beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, Leidraad voor je handelen als professional, p13, 2015; VWS Basismodel Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, 2013. KNMG Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg, aandachtspunt 13, 2010 Aanvulling: Stuurgroep Bachelor of Nursing Bachelor-Nursing 2020, De Zorgverlener, 2015. 7

THEMA 4 PROFESSIONELE AUTONOMIE VAN DE WIJKVERPLEEGKUNDIGE De wijkverpleegkundige handelt professioneel en autonoom. 4.1 De wijkverpleegkundige stelt zorgvuldig de (her-)indicatie. 11 4.1.1 De wijkverpleegkundige indiceert, herindiceert en organiseert de zorg aan de cliënt. 4.1.2 De indicatiestelling wordt uitgevoerd door een master of bachelor opgeleide verpleegkundige. 4.1.3 De wijkverpleegkundige vertaalt de indicatie naar een individueel zorgplan. 4.2 De wijkverpleegkundige functioneert als kwaliteitsbevorderaar. 12 4.2.1 De wijkverpleegkundige is een ambassadeur van haar vak binnen het team en de eigen organisatie. 4.2.2 De wijkverpleegkundige denkt mee met het beleid van de organisatie en levert voorstellen aan. 4.2.3 De wijkverpleegkundige doet aan reflectie en/of intervisie. 11 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; Zvw Artikel 11, 2005 en Wijzigingsbesluit Zorgverzekering 2015; wet BIG Artikel 3 en 14, 1993; V&VN voor indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving, norm 1 t/m 4, 2014. Aanvulling: ZN. Inkoopgids wijkverpleging 2015, p21, 2014. Stuurgroep Bachelor of Nursing Bachelor-Nursing 2020, een toekomstbestendig opleidingsprofiel 4.0, rol 1 De Zorgverlener, 2015. 12 Wkkgz Artikel 2 en 3, 2016; wet BIG Artikel 3 en 14, 1993. Aanvulling: Stuurgroep Bachelor of Nursing Bachelor-Nursing 2020, een toekomstbestendig opleidingsprofiel 4.0, rol 4 De reflectieve EBP-Professional, 2015. V&VN Expertisegebied wijkverpleegkundige, p16 Aanvulling op het beroepsprofiel verpleegkundige. Laatst gewijzigd juli 2014. 8

THEMA 5 - STUREN OP KWALITEIT De organisatie stuurt op kwalitatief goede zorg. 5.1 De zorgaanbieder organiseert zorg zo, dat dit leidt tot goede zorg. 13 5.1.1. De zorgaanbieder volgt landelijke ontwikkelingen en maakt keuzes voor de eigen organisatie. 5.1.2 De zorgaanbieder schept randvoorwaarden voor wijkverpleegkundigen om bij te dragen aan de ontwikkeling van vakmanschap in de organisatie. 5.1.3 De zorgaanbieder creëert mogelijkheden voor de wijkverpleging om te reflecteren op het eigen functioneren. 5.1.4 De zorgaanbieder ondersteunt de wijkverpleging in de communicatie/afstemming met externe partijen en zorgverleners van andere organisaties. 5.2 De zorgaanbieder draagt zorg voor borging van kwalitatief en kwantitatief voldoende personeel en materieel met toedeling van verantwoordelijkheden en bevoegdheden voor het verlenen van goede zorg. 14 5.2.1 De zorgaanbieder stemt de opbouw en omvang van de personele bezetting af op het aantal cliënten en hun zorgvraag. 5.2.2 De zorgaanbieder zorgt ervoor dat op basis van de indicatie zorgverleners met de juiste competenties de zorg leveren. 5.2.3 De zorgaanbieder zorgt ervoor dat specifieke taken (zoals indiceren, uitvoeren van voorbehouden en risicovolle handelingen en medicatie toedienen) worden uitgevoerd door zorgverleners met het juiste deskundigheidsniveau. 5.2.4 De zorgaanbieder heeft inzicht in verloop, ziekteverzuim, overwerken en werkdruk en neemt zo nodig passende maatregelen. 5.2.5 De zorgaanbieder zorgt voor voldoende faciliteiten ter ondersteuning van de communicatie (zoals telefonische bereikbaarheid, ICT). 13 Wkkgz Artikel 3 en 7, 2016. Aanvulling: Brancheorganisaties Zorg (BoZ) Zorgbrede Governancecode Maatschappelijk doel p9, versie 2016 (invoering 2017). 14 Wkkgz Artikel 3, 2016. Aanvulling: Brancheorganisaties Zorg (BoZ) Zorgbrede Governancecode Professionele ruimte p9, versie 2016 (invoering 2017). V&VN Individuele professionaliteit, Handreiking voor verpleegkundigen en verzorgenden, p16, 2012. 9

THEMA 5 - STUREN OP KWALITEIT De organisatie stuurt op kwalitatief goede zorg. 5.3 De zorgaanbieder draagt zorg voor het bewaken, beheersen en verbeteren van de kwaliteit van zorg. 15 5.3.1 De zorgaanbieder zorgt ervoor dat zijn organisatie voortdurend leert. 5.3.2 De zorgaanbieder is voortdurend in dialoog met de interne toezichthouder, de cliëntenraad, de ondernemingsraad en de wijkverpleging. 15 Wkkgz Artikel 3 en 7, 2016. Aanvulling: IGZ en NZa Toezicht op goed bestuur. Voor bestuurders en toezichthouders in de zorg, p8, 2016. Brancheorganisaties Zorg (BoZ) Zorgbrede Governancecode Leren p12, versie 2016 (invoering 2017). 10

Ter verduidelijking van het toetsingskader wordt een aantal begrippen toegelicht. Cliënt: is de persoon die persoonlijke verzorging of verpleging ontvangt in de thuissituatie. Soms wordt met cliënt tevens de cliënt samen met de mantelzorger of vertegenwoordiger bedoeld. Competentie: is een vaardigheid of bekwaamheid die je bezit en bestaat uit de volgende elementen: 1) Vakinhoudelijk handelen: de verpleegkundige als zorgverlener. 2) Communicatie: de verpleegkundige als communicator.3) Samenwerking: de verpleegkundige als samenwerkingspartner.4) Kennis en wetenschap: de verpleegkundige als reflectieve professional die handelt naar de laatste stand van de wetenschap.5) Maatschappelijk handelen: de verpleegkundige als gezondheidsbevorderaar.6) Organisatie: de verpleegkundige als organisator. 7) Professionaliteit en kwaliteit: de verpleegkundige als professional en kwaliteitsbevorderaar. Formele zorgverlener: is een zorgverlener die beroepsmatig in de zorg werkzaam is. Informele zorgverlener: biedt zorg als mantelzorger of (zorg)vrijwilliger. Mantelzorger: biedt langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende persoon uit diens directe omgeving. Hierbij vloeit de zorgverlening rechtstreeks voort uit de sociale relatie en overstijgt de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar. Medische technologie: de toepassing van georganiseerde kennis en vaardigheden in de vorm van apparaten, medicijnen, vaccins, procedures en systemen die ontwikkeld zijn om gezondheidsproblemen op te lossen en de kwaliteit van leven te verbeteren; daaronder vallen ook medische hulpmiddelen. Regie (ook genoemd zelfregie, of eigen regie): is het vermogen van iemand om zelfstandig te bepalen hoe zijn leven op verschillende levensgebieden zoals wonen, werken, sociale contacten, eruit moet zien; ook de mogelijkheid om iemand zo veel mogelijk regie te laten houden over zijn leven wanneer hij zorg en/of begeleiding nodig heeft. Team: groep samenwerkende collega s. Wijkverpleging: de wijkverpleegkundige en het team. Vrijheidsbeperking 16 : lichamelijke vrijheidsbeperking, bijvoorbeeld een band, verpleegdeken, gesloten deuren, gesloten volledige bedhekken, vaste stoelplank, of rolstoel op de rem zetten; gedragsbeïnvloedende medicatie buiten de geldende professionele richtlijnen; elektronisch toezicht tegen de wil van de cliënt(vertegenwoordiger); leefregels, tegen de wil van de cliënt(vertegenwoordiger); gedwongen vocht, voeding en medicatie toediening. Vrijwilliger: verricht werk ten behoeve van anderen die zorg en ondersteuning nodig hebben; mensen die - bij aanvang van hun werkzaamheden - geen persoonlijke betrekking hebben met de cliënt. Daarbij maken zij geen aanspraak op betaling van loon. Wijkverpleegkundige: heeft een HBO opleiding afgerond en biedt zorg aan cliënten in thuissituatie. Zorgaanbieder: een rechtspersoon die bedrijfsmatig zorg verleent, een organisatorisch verband van natuurlijke personen die bedrijfsmatig zorg verlenen of doen verlenen, alsmede een natuurlijke persoon die bedrijfsmatig zorg doet verlenen. Zelfredzaamheid: is het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. Zorgbehoefte: is behoefte aan zorg, hulp en/of ondersteuning. Zorgdossier: op schriftelijke en elektronische wijze vastgelegde gegevens met betrekking tot de verlening van zorg aan een cliënt. In het dossier staan ook zaken als het zorgplan. Zorg thuis: is zorg die in de thuissituatie van de cliënt wordt geleverd. Deze zorg kent de volgende vormen: begeleiding, persoonlijke verzorging, verpleging en huishoudelijke verzorging. 16 Vrijheidsbeperking wordt in de Wet Zorg en dwang onvrijwillige zorg genoemd. De Wet Zorg en dwang is nog niet in werking getreden. 11