Levensvaardigheden is bedoeld voor leerlingen van 14 tot en met 17 jaar in alle typen voortgezet onderwijs.



Vergelijkbare documenten
Leerlingen in verleiding en in conflict

Mentale Weerbaarheid activiteiten voor het voortgezet onderwijs

Interventie. Levensvaardigheden

Evidence-based interventies voor agressieregulatie en woedebeheersing

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad. Werkblad, versie mei 2015

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad. Werkblad, versie mei 2015

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

6 Psychische problemen

1 Het sociale ontwikkelingstraject

Psycho-educatieve gezinsinterventie KOPP

Stress Less Project. Verbinding Onderwijs & Jeugdzorg

De stand van zaken. Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad. Voor meer informatie en contact

Pesten is nooit gezond en los je op in de groep. Routeschema. Oorsprong KiVa. Waarom KiVa zo goed is. Doelstellingen van KiVa

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad

STA STERK TRAINING 1. sta sterk training.

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes

Krachtig ouderschap. Lieneke Jooren Expertisecentrum Jeugd, Lectoraat Ouderschap en Ouderbegeleiding Hogeschool Leiden

Beleid Kanjertraining op De Meeander

Onderzoek TNO en Movisie Kikid lesprogramma Benzies & Batchies

Leef je in! Een sociaal cognitieve vaardigheidstraining voor jongeren met een licht verstandelijke beperking en gedragsproblemen

samenvatting Opzet van het onderzoek

Omgaan met pestgedrag voor leerlingen

Een Positief. leer en leefklimaat. op uw school

Doelstellingen van PAD

Anti-pestbeleid OBS De Schakel Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma

LIEVERWIJS. kindercoaching & training. kindercoaching basisschool trainingen kindercoach op bestelling. Een rups kan altijd nog een vlinder worden

COMMUNICATIE training. effectief communiceren met iedereen

Jes! Het Zwolsche Brugproject

SAMENVATTING. Samenvatting

Erkenning van interventies. Criteria voor gezamenlijke kwaliteitsbeoordeling

SAMENVATTING onderzoek. Playing for Success

Methodiek EQUIP Kòrsou

MANTELZORG, GOED GEVOEL

Bijlage Stoere Schildpadden

Lessenserie over Taal & Respect. Klas 1 - VMBO

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Samenvatting (Summary in Dutch) Het Belang van Leeftijdsgenoten: Sociale Problemen in de Kleuterklas en de Ontwikkeling van Psychische Problemen

B&B + Ik hou van mij Jongens Be A Man! Kennisoverdracht Jongeren weten wanneer seksueel gedrag V V V V grensoverschrijdend is en wanneer niet.

Cursusgids 2016 Den Helder & Schagen

Effectevaluatie van Discussiëren Kun Je Leren (DKJL)

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS

Alcohol(voorlichting): een ander verhaal!

SOVA /AR op Maat Presentatie

Prevention of cognitive decline

218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongen

Nederlandse Samenvatting

Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Tabel 2: Overzicht programma in middelen, doelen en leerstijlen in fase 2

Groepsverslag Stress Reductie Effect Meting na HeartMath coachtraject maart 2016

Van werkdruk naar werkplezier

Brochure. Primair onderwijs. Brochure. Primair onderwijs

GIDS VOOR OUDERS. Zippy s Vrienden. Sociaal-emotioneel leren

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

Preventie van pesten op basisscholen volgens de PRIMA antipestmethode

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Samenvatting (Dutch summary)

Expertisecentrum Begeleid Leren. Succesvol studeren met steun voor (jong)volwassenen met een psychiatrische aandoening

Nederlandse samenvatting

Collectief aanbod Jeugd Houten

Dit PESTPROTOCOL heeft als doel:

Interventie Grip op Agressie

Voor wie zijn de kind-jongere trainingen bedoeld? Hulpaanbod

Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM

Algemene informatie Kinderopvang 0-4. November 2014

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen.

Brochure. Kindcentrum

Je Lijf, Je Lief! Lesprogramma voor het praktijkonderwijs over wensen en grenzen in relaties en seks. Rutgers: Iris Coehoorn & Sanne Veldhuis-Nikkelen

BIJLAGE 3 DE LEERPLANNEN EN RELATIONELE EN

Bewezen effectief werken. Korte introductie

Dialectische Gedrags Therapie Bij volwassenen met een lichte verstandelijke beperkingen

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?

THEMA SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING Kern Subkern 0-4 groep 1-2 groep 3-6 groep 7-8 Onderbouw vo Bovenbouw vmbo Bovenbouw havo-vwo

Ouderschap in Ontwikkeling

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

Daphne Petterson & Lilian Delarue Onderzoekers lectoraat Ouderschap & Ouderbegeleiding Expertisecentrum Jeugd, Hogeschool Leiden

Gedragsexpert. Doelgroep

PIEP zei de muis. Martha de Jonge (Trimbos-instituut) Yteke Braaksma (Stichting Welzijn Amersfoort) Petra Havinga (Trimbos-instituut) KOPP-KVO Quizzz

Samenvatting, conclusies en discussie

Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College

Samenvatting. Summary in Dutch

Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen. Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland)

Cursus werkbegeleiding

TOPs! Positief denken, doen en leren van elkaar

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

2 Training of therapie/hulpverlening?

ASSERTIVITEIT. beter communiceren vanuit jezelf

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

1 e BAG conferentie. Wim Claasen Pedagogisch handelen: voorkomen en ondervangen

Workshop: Sociale vaardigheden Sociaal emotionele ontwikkeling Oplossingsgericht werken

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

ABC - Ambulant Behandelcentrum

De Kanjertraining Wat moet je weten over de kanjertraining? Doelen Aanpak

Training Omgaan met Agressie en Geweld

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

BELEIDSPLAN SOCIAAL EMOTIONELE ONTWIKKELING EN SOCIALE VEILIGHEID

Theoretische verantwoording

Morele vorming in het voortgezet onderwijs Een peiling onder leidinggevenden en ouders

Transcriptie:

Interventie Levensvaardigheden Samenvatting Doel Levensvaardigheden wil de ontwikkeling van sociale en emotionele vaardigheden van adolescenten stimuleren, om gevoelens van spanning in moeilijke situaties te verminderen en om een positieve manier van denken aan te leren. Doelgroep Levensvaardigheden is bedoeld voor leerlingen van 14 tot en met 17 jaar in alle typen voortgezet onderwijs. Aanpak Levensvaardigheden is een sociaal-emotioneel vaardigheidsprogramma voor leerlingen van het voortgezet onderwijs. Het lesprogramma bestaat uit veertien lessen van vijftig minuten en drie extra modules. Het programma wordt gegeven door docenten van de school. Materiaal Er is een docentenhandleiding, een video en leerlingenmateriaal beschikbaar. Onderzoek effectiviteit Er is quasi-experimenteel onderzoek in de praktijk met follow-up uitgevoerd naar de effecten van Levensvaardigheden. Zowel bij de nameting als zes maanden na afloop van de interventie zijn positieve effecten gevonden op geloof in persoonlijke effectiviteit, zelfwaardering, ervaren spanning bij het adequaat uiten van negatieve emoties, de intenties om sociale en emotionele vaardigheden te gebruiken en de relatie met klasgenoten. Op de korte termijn geven jongeren aan minder suïcidale gedachten te hebben na het volgen van de lessen. Er zijn geen effecten gevonden op de mate waarin leerlingen hun negatieve emoties adequaat uiten en de relatie tussen leerlingen en leerkrachten. Erkenning Erkend door Panel Jeugdgezondheidszorg en Preventie d.d 07-07-2007 Oordeel: Goed onderbouwd* * Deze interventie is door een panel van onafhankelijke deskundigen beoordeeld als 'deels effectief'. Aangescherpte criteria voor bewezen effectiviteit maken een herbeoordeling door de Erkenningscommissie (Jeugd)Interventies noodzakelijk. In afwachting daarvan is het paneloordeel 'deels effectief' hier vervangen door 'goed onderbouwd'. De referentie naar dit document is: Deniz Ince (april 2005). Databank effectieve jeugdinterventies: beschrijving 'Levensvaardigheden'.Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut. Gedownload van www.nji.nl/jeugdinterventies Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 1 / 9

1. Toelichting naam van de interventie Het initiatief en de naam zijn afgeleid van de Skills for Life programma's van de Wereld Gezondheidsorganisatie. 2. Doel van de interventie Het algemene doel van Skills for Life (WHO) en daarmee ook van Levensvaardigheden is het aanleren en/of vergroten van vaardigheden die jongeren in staat stellen om effectief om te gaan met de sociale en morele eisen en uitdagingen in het leven van alledag. Specifiek heeft Levensvaardigheden tot doel de ontwikkeling van sociale en emotionele vaardigheden van adolescenten te stimuleren om gevoelens van spanning in moeilijke situaties te verminderen en een positieve manier van denken aan te leren. Na het volgen van het programma zouden jongeren (beter) in staat moeten zijn om: hun eigen gevoelens, opvattingen en gedragingen waar te nemen evenals de invloed hiervan op anderen; de gevoelens, opvattingen en gedragingen van anderen waar te nemen evenals de invloed hiervan op zichzelf; over hun gevoelens, gedachten en gedragingen effectief te communiceren; emotionele en sociale problemen op te lossen. 3. Doelgroep van de interventie Voor wie en wat is de interventie bedoeld? Levensvaardigheden is bedoeld voor alle leerlingen van 14 tot en met 17 jaar in alle typen voortgezet onderwijs (vmbo, havo en vwo). Prevalentie en spreiding De documentatie over de interventie bevat geen informatie over het vóórkomen van het probleem of verwijst niet naar een bron waar die informatie is te vinden. Indicatie- en contra-indicatiecriteria In de documentatie over de interventie zijn geen specifieke indicatie- of contra-indicatiecriteria aangegeven. Toepassing bij etnische groepen De interventie is niet speciaal ontwikkeld voor jeugdigen of gezinnen met een allochtone achtergrond. Het programma is wel samen met jongeren tot stand gekomen waarbij een groot deel van deze jongeren allochtoon was.het programma heeft geen speciale faciliteiten die bedoeld zijn allochtone groepen in het bijzonder te kunnen bedienen. 4. Omschrijving van de interventie Methodiek Levensvaardigheden is een lesprogramma voor alle leerlingen in de klas. Het lesprogramma bestaat uit 14 lessen van 50 minuten en drie additionele modules De modules hebben elk betrekking op een specifiek thema en bestaan ieder uit 3 lessen. Levensvaardigheden wordt gegeven door docenten van de school. De docenten nemen deel aan een driedaagse training alvorens ze het programma uitvoeren. De inhoud van Levensvaardigheden ziet er als volg uit: Onderwerpen Vaardigheden 1 Introductie Levensvaardigheden 2 Gedrag: leren waarnemen van gebeurtenis & hoe je doet Adequaat leren waarnemen van gedrag van jezelf en de ander. 3 Gevoel: leren waarnemen en benoemen van gevoelens Adequaat leren herkennen, benoemen en hanteren van gevoelens 4 Gedachten:leren herkennen van wat je tegen jezelf zegt Leren kritisch denken 5 Genotmiddelen en gokken Leren kritisch denken 6 Genotmiddelen/gokken en nee leren zeggen Leren kritisch denken en effectief communiceren 7 Conflict tussen leerling,leraar en medeleerling Adequaat leren herkennen, benoemen en Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 2 / 9

hanteren van gevoelens. Leren kritisch denken en effectief communiceren. 8. Roddelen Zie les 7 en empathie9. Gepest worden: hoe ga je ermee om? Zie les 8 10. Pesten: waarom doe je dat? Zie les 8 11. Seksualiteit Zie les 8 12. Conflict tussen leerling en ouders Zie les 8 13. Conflict tussen leerling en leraar Zie les 8 14. Afronding en afscheid Zie les 8 De drie additionele modules gaan over: omgaan met ernstige emotionele problemen, omgaan met agressief gedrag en jezelf presenteren. Om de gedachten, gevoelens en het gedrag van jongeren te beïnvloeden is het programma opgebouwd langs de lijnen van het '4G-Model', afkomstig van Knaus (In: Gravesteijn e.a. 2004a): Gebeurtenis (G1) + Gedachte (G2)= Gevoel (G3) + Gedrag (G4). In de eerste vier lessen worden leerlingen vertrouwd gemaakt met het 4G-model. Er wordt uitgebreid aandacht besteedt aan het gedifferentieerd leren waarnemen van gebeurtenissen (G1) en van gedrag (G4), het leren herkennen, benoemen en hanteren van gevoelens (G3)en het beïnvloeden van denkprocessen (G2). De daarop volgende lessen behandelen thematische vaardigheden, zoals vaardigheden ten aanzien van het gebruik van genotmiddelen, het tegengaan van en leren omgaan met pesten van leeftijdgenoten en het leren stellen en respecteren van grenzen met betrekking tot seksualiteit. Methoden die in het lesprogramma gebruikt worden zijn video (leren door observeren) en oefeningen. De oefeningen bestaan uit discussies, gesprekken (leren door overreding) en rollenspelen (leren door imiteren en oefenen). De lessen Levensvaardigheden hebben een vaste opbouw om de herkenbaarheid van de lessen en daarmee ook het gevoel van veiligheid binnen de groep te vergroten. De opbouw is als volgt. Na een korte inleiding wordt eerst de cognitieve mediatie van gevoels- en gedragsreacties inzichtelijk gemaakt met behulp van een videofragment. Daarin worden voorbeelden getoond van (in)adequate gedachten, gevoelens en gedragingen. Acteurs, die in leeftijd en etniciteit overeenkomen met de leerlingen, spelen op de video gebeurtenissen na die dicht bij de beleving van de jongeren staan en die betrekking hebben op het thema van die les. Zij laten zien dat positieve en negatieve gedachten kunnen leiden tot respectievelijk positieve en negatieve gevoelens en gedragingen en dat voor het vertonen van positief gedrag sociale en emotionele vaardigheden nodig zijn. De videofragmenten die de leerlingen voorbeelden van wenselijke gedragingen laten zien, tonen ook welke vaardigheden je kunt gebruiken. Vervolgens wordt het geleerde in de vorm van oefeningen in praktijk gebracht. Het gaat er in de oefeningen om dat jongeren conflictsituaties leren oplossen door op een weloverwogen manier om te gaan met de gevoelens van zichzelf en deze leren te sturen (interne regulatie). Een adequate interne regulatie betekent adequaat reageren op de gevoelens van anderen, zich bewust zijn van wat er zich in hun hoofd afspeelt en dit indien nodig veranderen, alsmede de benodigde sociale en emotionele vaardigheden gebruiken. In de oefeningen spelen leerlingen stressvolle situaties na waarin zij het mediatieproces articuleren (hun gedachten hardop uitspreken) en de benodigde sociale en emotionele vaardigheden imiteren en oefenen. Er wordt zo goed mogelijk aangesloten bij de belevingswereld van de leerlingen door hen situaties te laten nabootsen die overeen komen met hun eigen ervaringen. Vervolgens worden de rollenspelen voorzien van feedback (zijn de vaardigheden op een goede manier gebruikt? waren de gedachten effectief?) door zowel de leerkracht als de medeleerlingen, waarna zij nogmaals gespeeld worden. Aangezien het doen van rollenspelen soms gepaard gaat met weerstand bij de leerlingen zijn in de lessen een aantal zogenaamde energizers verwerkt. Dit zijn oefeningen die leerlingen op een ongedwongen manier bekend maken met rollenspelen. Aan het einde van iedere les maken de leerlingen met elkaar en de docent een of meer gedragsafspraken. Deze hebben betrekking op het onderwerp van die les en hebben als doel om de geleerde inzichten en vaardigheden ook buiten de lessen Levensvaardigheden toe te passen. Het is belangrijk dat de leerlingen actief betrokken worden bij het helpen vinden en formuleren van de gedragsafspraken. Voorbeelden van Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 3 / 9

gedragsafspraken zijn: ' Ik denk na voordat ik reageer' 'Als ik over een klasgenoot geroddeld heb, bied ik mijn excuses aan. Als er over mij geroddeld wordt reageer ik rustig. Ik tel eerst tot 10 en vertel vervolgens aan de roddelaar dat ik ervan baal dat hij over mij roddelt'. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld hun voornemens op een post it schrijven en deze voor iedereen zichtbaar ophangen. Of leerlingen kunnen hardop benoemen wat zij van plan zijn. Protocol / handleiding Er is een docentenhandleiding en een boek 'Waardig en vaardig in het leven' waarin het programma staat beschreven en de lessen zijn uitgewerkt. Daarnaast is een video en leerlingmateriaal beschikbaar. Locatie van uitvoering Het programma wordt op school uitgevoerd. 4.2 Onderbouwing: probleem- of risico-analyse De ontwikkelingsperiode van adolescent naar jong volwassene is een belangrijke periode voor het aanleren, ontwikkelen en behouden van sociale vaardigheden (Furnham, 1986 In: GGD Rotterdam, 2003). In hun ontwikkeling naar zelfstandigheid zijn goede sociale en emotionele vaardigheden onontbeerlijk. Jongeren worden voor het eerst aangesproken op hun persoonlijke verantwoordelijkheid en zij komen in allerlei nieuwe interpersoonlijke conflictsituaties terecht die zij adequaat moet zien te hanteren (Gibson-Cline, 1996 In: GGD Rotterdam, 2003). Er wordt van hen verwacht dat zij, in veel sterkere mate dan in de kinderjaren, in staat zijn om op adequate wijze leeftijdgenoten te ondersteunen en tijdens conflicten hun meningen en ongenoegen eerlijk ten opzichte van leeftijdsgenoten te uiten (Bigelow & LaGaipa, 1980; Shantz, 2987 In: GGD Rotterdam, 2003). De meest gangbare gedachte is dat kinderen en jeugdigen de sociale vaardigheden die hiervoor nodig zijn automatisch verkrijgen als een deel van hun ontwikkelingsproces en door hun opvoeding. Kinderen en jeugdigen laten echter zien dat dit niet altijd het geval is; zij ervaren veel problemen in de omgang met leeftijdgenoten, volwassenen en moeilijke situaties. Adolescenten die de sociaal-emotionele vaardigheden om effectief om te gaan met de sociale en morele eisen en uitdagingen van het leven van alledag onvoldoende beheersen, hebben een grote kans om problemen te ervaren met het aangaan van intieme relaties (Buhrmester, 1990 In: GGD Rotterdam, 2003). Ook hebben adolescenten die onvoldoende adequate sociale vaardigheden in huis hebben een vergrote kans op het krijgen van psychosociale problemen (Furnham, 1986 In: Gravesteijn en Diekstra, 2000a). Volgens de ontwikkelaars van Levensvaardigheden wordt nog steeds binnen het onderwijs sterk de nadruk gelegd op het aanleren van intellectuele vaardigheden en wordt beduidend minder aandacht besteed aan het bevorderen van sociale en emotionele vaardigheden. De interventies in Nederland die zich hier wel op richten zijn vooral bestemd voor jonge kinderen (Collot d'escury-koenigs, 1990; Greenberg, e.a. 1987; Dekkers, e.a. 1994; Diekstra, e.a., 1982 In: GGD Rotterdam, 2003) en voor kinderen en jongeren met probleemgedrag (Bartels, 1986; Van der Molen en Van der Zee, 1989 In: GGD Rotterdam, 2003). Er zijn relatief weinig interventies voor leerlingen in de adolescentiefase die (nog) geen probleemgedrag vertonen. Van de interventies die er zijn, zoals een sociale vaardigheidsprogramma van Bijlstra, zijn alleen de korte termijn effecten onderzocht voor hogere schoolniveaus (Bijlstra & Jackson, 1998 In: Gravesteijn e.a., 2004a). Een ander programma: 'Leefstijl', is onder meer op scholen voor voortgezet onderwijs geïmplementeerd, maar niet experimenteel onderzocht. 4.3 Onderbouwing: verantwoording doelen en aanpak Koppeling risico/probleem - doelen - aanpak Om de ontwikkeling van sociale en emotionele vaardigheden te bevorderen kan worden uitgegaan van twee redeneringen. De eerst redenering is dat het bevorderen van een positieve en realistische manier van denken een gunstige invloed heeft op de gevoelens en de sociale en emotionele vaardigheden van mensen. Naarmate mensen denken meer controle te hebben over zichzelf en hun omgeving (geloof in persoonlijke effectiviteit) en op een meer positieve manier over zichzelf nadenken (zelfwaardering) nemen hun gevoelens van angst in moeilijke sociale situaties af en het gebruik van hun sociale en emotionele vaardigheden toe (Bandura, 1997; Kok, 1991; Andrews, 1998, in: Gravesteijn e.a., 2004a). De andere redenering is dat het bevorderen van sociale en emotionele vaardigheden een positief effect heeft op de gevoelens van mensen en hoe zij over zichzelf nadenken. Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 4 / 9

In Levensvaardigheden wordt van beide uitgegaan. Om de doelstellingen, zoals geformuleerd bij vraag 2, te bereiken wordt in het lesprogramma gebruik gemaakt van zowel cognitieve technieken als gedragstechnieken. Deze technieken zijn afkomstig uit de sociaal-cognitieve leertheorie van Bandura en de Rationeel Emotieve Theorie van Ellis. Uitgangspunt van de sociaal-cognitieve leertheorie is dat gedragsveranderingen in belangrijke mate kunnen worden bewerkstelligd door beïnvloeding van denkprocessen. Hiervoor kunnen verschillende technieken gebruikt worden: leren door te oefenen, leren door te observeren, leren door interne regulatie en leren door overreding. Verwacht wordt dat beïnvloeding van denkprocessen door middel van deze technieken van positieve invloed is op het geloof in zelfredzaamheid. Dit geloof in zelfredzaamheid is een belangrijke determinant voor gedrag en gedragsverandering. Levensvaardigheden is er dan ook op gericht om voor het aanleren van sociale en emotionele vaardigheden de denkprocessen aan te spreken. Verwacht wordt dat adolescenten door middel van het gebruik van cognitieve technieken zoals het waarnemen en benoemen van gedachten, het corrigeren van denkfouten en het aanbieden van alternatieve gedachten in toenemende mate gaan geloven dat zij controle kunnen uitoefenen over zichzelf en hun omgeving (geloof in persoonlijke effectiviteit) en dat zij op een positieve manier over zichzelf leren nadenken (zelfwaardering). Als gevolg hiervan zullen gevoelens van angst in moeilijke sociale situaties afnemen en het gebruik van sociale en emotionele vaardigheden toenemen (Andrews, 1998; Bandura,1997; Kok, de Vries, Mudde & Strecher, 1991 In: Gravesteijn, e.a., 2004a). Door het gebruiken van gedragstechnieken, zoals het observeren van anderen en oefenen van adequaat gedrag, wordt een toename van sociale en emotionele vaardigheden verwacht, hetgeen weer een positief effect heeft op de gevoelens van adolescenten en hoe zij over zichzelf denken. Gravesteijn e.a. (2004a) verwijzen naar onderzoeken van onder andere Riggio, Throkmorton en de Paola (1990) waarin wordt aangetoond dat sociale vaardigheden gerelateerd zijn aan de manier waarop iemand over zichzelf denkt. Verondersteld wordt dat een interventie die zowel cognitieve als gedragstechnieken gebruikt een grotere kans heeft op lange termijn effecten dan een interventie die één van deze technieken als uitgangspunt neemt. De Rationeel-Emotieve Theorie, die verwant is aan de sociaal-cognitieve leertheorie, heeft voor het aanspreken van gedachten, gevoelens en gedragingen het 4G schema geconstrueerd: Gebeurtenis (G1) + Gedachten (G2) = Gevoelens (G3) + Gedrag (G4). Dit schema wordt in de lessen gebruikt om leerlingen te helpen om: hun gedachten, gevoelens en gedragingen evenals de relatie daartussen waar te nemen; hun gedachten, gevoelens en gedragingen te benoemen; hun (on)verstandige gedachten, (in)adequate gevoelens en (in)adequate gedragingen en de verschillen daartussen waar te nemen; verstandige gedachten, adequate gevoelens en adequate gedragingen te benoemen en te oefenen; te ervaren hoe veranderingen in gedrag weer van invloed zijn op gedachten en gevoelens. (Gravesteijn e.a., 2004b).Voor het veranderen van de gedachten, de gevoelens en het gedrag van leerlingen om zo sociale en emotionele vaardigheden aan te leren wordt gebruik gemaakt van video (leren door observeren) en worden oefeningen gedaan. De oefeningen bestaan uit discussies en gesprekken (leren door overreding) en rollenspelen (leren door interne regulatie en leren door oefenen). De lessen worden afgesloten door middel van gedragsafspraken. Het 4G schema loopt als een rode draad door de lessen heen. Samenvatting werkzame ingrediënten Combinatie van gedragstechnieken en cognitieve technieken 4.4 Eisen begeleiding, uitvoering en kwaliteitsbewaking Eisen ten aanzien van uitvoering en begeleiding Docenten die Levensvaardigheden willen geven worden drie dagen getraind. Tijdens de training leren zij de uitgangspunten van Levensvaardigheden kennen en hoe de lessen moeten worden voorbereid. Kort voordat de leerkrachten het programma geven vindt er een opfrisbijeenkomst plaats van een halve dag. Tenslotte worden halverwege het programma 'boostersessies' georganiseerd, waarin de verschillende technieken opnieuw worden geoefend en de nog resterende lessen worden voorbesproken. Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 5 / 9

De docenten worden geacht 14 lessen te besteden aan Levensvaardigheden. Afhankelijk van de situatie in de school worden de lessen ofwel in speciale Levensvaardighedenuren, ofwel in mentoruren aangeboden. De docenten krijgen een docentenmap, een video en materiaal voor leerlingen. De wijze van kwaliteitsbewaking wordt (verder) bepaald door de uitvoerder. 5. Overige voorwaarden voor toepassing Indicatiestelling Voor de toepassing van de interventie is geen speciale indicatie vereist, die afwijkt van de voor de sector of aanbieder wettelijk gebruikelijke indicatie. 6. Samenvatting onderzoek en beoordeling effectiviteit 6.1 Directe aanwijzingen voor de effectiviteit In een eerste pilotstudie in voorlopige vorm zijn de effecten van Levensvaardigheden onderzocht (Gravesteijn en Diekstra, 1998). Uit deze studie kwam naar voren dat leerlingen na het volgen van het lesprogramma aangaven wat minder spanning te ervaren in sociale situaties, maar dat in het gebruik van hun sociale en emotionele vaardigheden in conflictsituaties nog geen opvallende vooruitgang te ontdekken was. Met name leerlingen die vooraf op dit terrein minder begaafd waren bleken te profiteren van het lesprogramma. Er bleek een aanzienlijk verschil te zijn in effectiviteit tussen klassen leerlingen. De pilot gaf aanleiding tot een vervolgstudie waarbij verbeteringen werden aangebracht in het onderzoeksdesign en de methoden en implementatie van het programma (Gravesteijn e.a., 2004a). Onderzoekspopulatie De onderzoekspopulatie bestond uit een experimentele en controlegroep. De experimentele groep bestond uit 412 (I)VBO, MAVO, HAVO en VWO leerlingen, in de leeftijd van 14-17 jaar afkomstig uit de derde klas van zes scholen voor voortgezet onderwijs in Rotterdam. De controlegroep bestond uit 546 leerlingen, geselecteerd, afkomstig van vijf Rotterdamse scholen voor voortgezet onderwijs, die de lessen niet aangeboden kregen. De toewijzing van de experimentele en de controlegroep vond plaats via de 'wachtlijstmethode': de scholen die direct konden meedoen aan het programma vormden de experimentele groep, de scholen die nog geen tijd hiervoor hadden maar wel belangstelling werden in de controlegroep geplaatst. Meetinstrumenten De leerlingen in de controlegroep en de experimentele groep vulden, voordat zij met de lessen begonnen, gedurende een lesuur een aantal vragenlijsten in. Na de laatste les, 14 weken later en een jaar na de eerste meting vulden zij dezelfde vragenlijsten nogmaals in. * Geloof in persoonlijke effectiviteit The Generalized Self-Efficacy Scale (Bandura, 1977 en Jeruzalem en Schwarzer, 1992 In: Gravesteijn e.a., 2004a) is ten behoeve van het onderzoek vertaald. Deze lijst meet de persoonlijke effectiviteit, dat wil zeggen de mate waarin leerlingen geloven dat zij in staat zijn succesvol gedrag uit te voeren teneinde hun gewenste doelen te bereiken. Op de vertaalde vragenlijst is een factoranalyse gepleegd op één dimensie, waarna een betrouwbaarheidsanalyse verricht werd. Cronbach alpha kwam op.78. Gravesteijn e.a. (2004a) verwijzen naar onderzoek van Schwarzer (1993) waaruit blijkt dat de validiteit van de GSE Scale bevredigend is. " Zelfwaardering Zelfwaardering is gemeten met een vertaling van de The Rosenberg Self-esteem Scale (RSE). De Cronbach alpha bedraagt op de voormeting en de twee latere metingen respectievelijk 0,80, 0,82 en 0,79. De validiteit van de RSE is bevredigend. " Ervaren spanning bij het uiten van negatieve emoties De mate waarin de adolescenten spanning ervaren bij het uiten van negatieve emoties is gemeten met behulp van een subschaal van de Schaal voor Interpersoonlijke Gedrag voor Adolescenten (SIG-A), de spanningsdimensie. Gemeten wordt in hoeverre leerlingen na de interventie minder spanning ervaren in Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 6 / 9

sociale situaties waarin zij negatieve gevoelens moeten uiten. De Cronbachs alfa bedraagt op de voormeting en twee nametingen respectievelijk 0,73, 0,84 en 0,86. De validiteit is alleen gebaseerd op een kleine onderzoeksgroep van havo- en vwo-leerlingen. Gravesteijn e.a. (2004a) verwijzen hierbij naar onderzoek van Bijlstra & Jackson (1998). * De intentie om sociale en emotionele vaardigheden in conflictsituaties te gebruiken Om de intentie bij het gebruiken van sociale en emotionele vaardigheden in conflictsituaties te meten is er speciaal voor dit onderzoek een lijst ontwikkeld, de levensvaardighedenvragenlijst. De Cronbach's alfa op de voormeting en de twee nametingen bedraagt in dit onderzoek respectievelijk 0,65, 0,67 en 0,67. Over de validiteit is nog weinig bekend. * De mate waarin negatieve emoties worden geuit De mate waarin negatieve emoties worden geuit is gemeten met de subschaal 'uiten van negatieve emoties' van de SIG-A. De subschaal heeft in dit onderzoek een Cronbachs alfa van respectievelijk 0,91, 0,93 en 0,94 op de voormeting en twee nametingen. * Relaties met klasgenoten en leerkrachten De vragenlijst die de relatie tussen klasgenoten onderling en tussen klasgenoot en leerkracht meet is gebaseerd op de School Ervarings Vragenlijst van Stoel (1980). Uit de schaal schoolbeleving zijn de subschalen 'de beleving van de relatie met klasgenoten' en 'de beleving van de relatie met de leraar als persoon' opgenomen. De Cronbachs alpha voor wat betreft de vragen over de relatie tussen leerlingen bedraagt voor de voormeting en de twee nametingen resp. 0,68, 0,71 en 0,77. Voor de vragen over de relatie met leerkrachten zijn de Cronbach's alfa's respectievelijk 0,62, 0,74 en 0,73. Over de validiteit is weinig bekend. Statistische toetsing van resultaten Om na te gaan wat de effecten van 'Levensvaardigheden' zijn, zijn de voor- en nametingen van de experimentele en de controlegroep onderworpen aan een variantie-analyse met herhaalde metingen. De afhankelijke variabelen waren: 'geloof in persoonlijke effectiviteit', 'zelfwaardering', 'ervaren spanning bij het adequaat uiten van negatieve emoties', 'de intentie om sociale en emotionele vaardigheden te gebruiken in conflictsituaties', 'de mate waarin negatieve emoties adequaat worden geuit' en 'relaties met klasgenoten en leerkrachten'. Als onafhankelijke variabelen waren gedefinieerd: het meetmoment, de conditie, schoolniveau en geslacht. Vanwege de ongelijke verdeling van geslacht en schoolniveau bij aanvang zijn beide variabelen meegenomen als onafhankelijke variabelen. Resultaten Uit de variantie-analyse met herhaalde metingen kwam naar voren dat leerlingen die Levensvaardigheden hebben gevolgd een significant sterker geloof in hun persoonlijke effectiviteit hebben dan leerlingen die de lessen niet hebben gevolgd. Dit gold zowel direct na het volgen van de lessen als een jaar na de eerste meting. Bovendien was er op de korte termijn een significant interactie-effect tussen het meetmoment, de conditie en het schoolniveau (F=3.597, p=.01). Uit de groepsgemiddelden bleek dat op de korte termijn binnen de experimentele groep vooral de lagere schoolniveau's vooruitgaan, terwijl deze binnen de controlegroep licht vooruit of achteruit gaan. Verder gaven leerlingen uit de experimentele groep aan dat zij na het volgen van Levensvaardigheden een duidelijke toename ervaren in hun zelfwaardering, minder spanning ervaren bij het uiten van hun negatieve emoties en een duidelijke toename ervaren in de intentie om hun sociale en emotionele vaardigheden te gebruiken dan de leerlingen uit de controlegroep. Deze verschillen waren zowel op de korte als op de lange termijn significant. Alle significante resultaten lieten een effect size zien van groter dan.50. Levensvaardigheden heeft tenslotte ook een significant effect op de relatie tussen klasgenoten: leerlingen die de lessen hadden gevolgd gaven, in vergelijking met de leerlingen die de lessen niet hadden gevolgd, aan na het lesprogramma een betere relatie te hebben met hun klasgenoten. Dit verschil was significant en gold zowel op de korte als op de lange termijn. Op de korte termijn gaven leerlingen als gevolg van Levensvaardigheden aan minder (vaak) gedachten aan Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 7 / 9

zelfdoding te hebben en minder pogingen te doen. Op de langere termijn werd dat effect niet teruggevonden. Er waren geen significante resultaten voor wat betreft de mate waarin leerlingen aangaven hun negatieve emoties te uiten. Noch gaven leerlingen die het lesprogramma hadden gevolgd, aan dat hun relatie met de leerkrachten sterker verbeterde in vergelijking met de leerlingen die Levensvaardigheden niet hadden gevolgd. Kosten-effectiviteit Er zijn geen gegevens beschikbaar over de kosten-effectiviteit. Samenvatting directe aanwijzingen effectiviteit (C.Gravesteijn e.a. 2004a) Belangrijkste resultaten: zowel bij de nameting als de follow-up meting ervaren jongeren een groter gevoel van persoonlijke effectiviteit in conflictsituaties; jongeren hebben op de korte en langere termijn een groter gevoel van zelfwaardering; jongeren gaan vooruit wat betreft hun intenties om sociale en emotionele vaardigheden te gebruiken; bij de mate waarin jongeren hun negatieve emoties uiten was geen verschil tussen de experimentele en controlegroep; de onderlinge verhouding tussen jongeren verbetert na het volgen van levensvaardigheden, zowel op de korte als op de lange termijn; op de korte termijn geven jongeren aan minder (vaak) gedachten aan zelfdoding te hebben en minder pogingen te doen; er waren geen verschillen van betekenis tussen de groepen bij de relatie tussen leerlingen en docenten. Samenvatting Nederlandse effectstudies De ontwikkelaars geven aan dat er in Nederland weinig soortgelijke interventies zijn. De interventies in Nederland die zich wel richten op het bevorderen van sociale en emotionele vaardigheden zijn vooral bestemd voor jonge kinderen en jongeren met probleemgedrag.een sociale vaardigheidsprogramma van Bijlstra is volgens de onderzoekers alleen op korte-termijneffecten onderzocht voor hogere schoolniveaus (Gravesteijn e.a., 2004a). Buitenlandse studies De makers en uitvoerders voeren geen effectstudies aan naar buitenlandse versies van de interventie. Nederlandse studies soortgelijke interventies De ontwikkelaars geven aan dat er in Nederland weinig soortgelijke interventies zijn. De interventies in Nederland die zich wel richten op het bevorderen van sociale en emotionele vaardigheden zijn vooral bestemd voor jonge kinderen en jongeren met probleemgedrag.een sociale vaardigheidsprogramma van Bijlstra is volgens de onderzoekers alleen op korte-termijneffecten onderzocht voor hogere schoolniveaus (Gravesteijn e.a., 2004a). 7. Toepassing (uitvoerende organisaties) Scholen voor voortgezet onderwijs 8. Overeenkomsten met andere interventies Niet bekend 9. Overige informatie Ontwikkeld door GGD Rotterdam en omgeving Cluster Jeugd Schiedamsedijk 95 Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 8 / 9

Rotterdam Tel. (010) 433 97 18 (M. Eldering) Haagse Hogeschool Lectoraat Jeugd en Opvoeding Lector Rene Diekstra (Ontwikkelaar en Licentiehouder) Johanna Westerdijkplein 65 2521 EN Den Haag Tel. (070) 445 88 62 Haagse Hogeschool Lectoraat jeugd en Opvoeding Kenniskring lid en onderzoeker Carolien Gravesteijn (Ontwikkelaar) Johanna Westerdijkplein 65 2521 EN Den Haag Tel. (070) 445 81 95 Materialen Docentenmateriaal: Training levensvaardigheden (C.Gravesteijn & R.Diekstra, GGD Rotterdam, 2000). Video Levensvaardigheden Leerlingmateriaal Levensvaardigheden (C.Gravesteijn & R.Diekstra, GGD Rotterdam, 2000)Waardig en Vaardig in het leven: Hoe jongeren sociaal en emotioneel uit te rusten voor de volwassenheid (J.C. Gravesteijn & R.F.W. Diekstra, 2004). 10. Lijst met aangehaalde literatuur GGD Rotterdam e.o. (2003). Factsheet Levensvaardigheden. Rotterdam: GGD. GGD Rotterdam en omstreken (2002). Levensvaardigheden 3e Jaarbericht. Rotterdam: GGD Rotterdam en omstreken Gravesteijn J.C. & Diekstra, R.F.W. (1998). Levensvaardigheden: een vak apart (interne publicatie). Rotterdam: GGD Rotterdam e.o. Gravesteijn, C. & Diekstra, R.F.W. (2000a). Evaluatie rapport 2. Levensvaardigheden. Rotterdam: GGD Rotterdam sector Jeugd. Gravesteijn,C. & Diekstra, R.F.W. (2000b). Levensvaardigheden. Docentenmateriaal. Rotterdam: GGD Rotterdam. Gravesteijn,C. & Diekstra, R.F.W. (2000c). Leerlingmateriaal Levensvaardigheden. Rotterdam: GGD Rotterdam. Gravesteijn, C., Diekstra, R.F.W, Wilde, E.J. de, & Koren, E. (2004a). Effecten van 'Levensvaardigheden'. Een vaardigheidsprogramma voor adolescenten. In: Kind en adolescent, 25, 227-290.Gravesteijn, J.C. & Diekstra, R.F.W. (2004b). Waardig en vaardig in het leven. Hoe jongeren sociaal en emotioneel uit te rusten voor de volwassenheid. Lisse: Harcourt Assessment BV. Gedownload op woensdag 28 mei 2014 10:15:39 van www.nji.nl (Nederlands Jeugdinstituut) Page 9 / 9