Raadsvoorstel *Z0345EB2B4F* Aan de raad Documentnummer : INT-16-30918 Afdeling : Samenleving Onderwerp : Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen Inleiding Volgens de huidige plannen van het kabinet worden per 1 januari 2018 peuterspeelzaalwerk en kinderopvang gelijkgeschakeld. Dit wordt harmonisatie van de voorschoolse voorzieningen genoemd. Peuterspeelzaalwerk moet dan voldoen aan de wettelijke vereisten voor kinderopvang. Ouders kunnen hier dan kinderopvangtoeslag voor aanvragen. Deze vorm van kinderopvang wordt ook wel peuteropvang genoemd. Peuteropvang is kortdurende, intentionele, brede ontwikkelingsstimulering voor peuters van 2,5 tot 4 jaar als goede voorbereiding op de basisschool. Het huidige peuterspeelzaalaanbod wordt geregistreerd als kinderopvang waardoor het verschil in wet- en regelgeving, financiering en kwaliteit van beide voorschoolse voorzieningen verdwijnt. Per 1 januari 2018 treedt de Wet harmonisatie voorschoolse voorzieningen in werking. In de Kadernota onderwijsachterstandenbeleid 2016-2019 (vastgesteld in de raad van 29 september 2016) is aangegeven dat er een specifieke Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen zal worden opgesteld. De Uitvoeringsnotitie heeft als doel een realistisch scenario neer te zetten welke per 2018 in Beverwijk de harmonisatie van de voorschoolse voorzieningen kan bewerkstelligen. Daarnaast geeft de Uitvoeringsnotitie inzage in de veranderingen in wet-, regelgeving en financiering van voorschoolse voorzieningen en de gevolgen voor Beverwijk, waarbij de huidige situatie als uitgangspunt wordt genomen. Relatie met collegeprogramma Het opstellen van een Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen past binnen het collegeprogramma 2014-2018, waarin o.a. staat dat het onderwijsachterstandenbeleid wordt vormgegeven. De harmonisatie van voorschoolse voorzieningen past binnen het beleidsuitgangspunt om kinderen gelijke kansen in het onderwijs te kunnen geven. Relatie met gemeentebegroting / budgetregels De middelen voor peuterspeelzaalwerk en voor- en vroegschoolse educatie (als onderdeel van onderwijsachterstandenbeleid) zijn begroot in programma Onderwijs (4), taakveld Onderwijsbeleid en leerlingzaken (4.3). Tot de begroting 2016 was dit opgenomen in programma Jeugd (13). Uitgangspunt bij de harmonisatie is dat de harmonisatie binnen het huidige budget voor 2017 (afgerond 840.000) wordt gerealiseerd. In het eerste half jaar van 2017 zal door enerzijds de invoering van de inkomensafhankelijke tarieventabel in het peuterspeelzaalwerk en een onderzoek naar de ouderpopulatie (Q1) en anderzijds door het creëren van heterogene groepen in de peuterspeelzalen (Q2), meer inzicht komen in de werkelijke kosten en inkomsten van voorschoolse voorzieningen in 2017. Bij de voorjaarsnota 2017 wordt bekeken of de financiële consequenties reeds inzichtelijk zijn.
Financiële situatie nog niet inzichtelijk Zoals hierboven gesteld, zullen de werkelijke kosten en inkomsten voor voorschoolse voorzieningen in het eerste halfjaar van 2017 inzichtelijk worden. De werkelijke kosten en inkomsten zijn mede afhankelijk van onderstaande kanttekeningen: - Rijksbeleid nog in ontwikkeling: Door mogelijke wijzigingen van enerzijds de verdeelsleutel van het rijksbudget en anderzijds de gewichtenregeling, zal het te ontvangen rijksbudget voor het onderwijsachterstandenbeleid mogelijk wijzigen. - Inkomensafhankelijke ouderbijdrage: De huidige ouderbijdrage voor peuterspeelzaalwerk is inkomensonafhankelijk en goed voorspelbaar. De ouderbijdrage-inkomsten na invoering van het tarieventabel zijn minder inzichtelijk. Dit heeft te maken met het feit dat de inkomenssituatie van de ouderpopulatie nog in beeld gebracht wordt. Hiermee wordt in het eerste kwartaal van 2017 gestart. - Toeslagouders: Het percentage ouders dat recht heeft op kinderopvangtoeslag is eveneens nog niet inzichtelijk. Ouders die in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag (toeslagouders) zullen de volledige uurprijs gaan vergoeden. Voor deze groep is geen financiële bijdrage vanuit de gemeente meer, dit zorgt mogelijk voor een kostenbesparing voor de gemeente Beverwijk. - Vraag naar peuteropvang: de werkelijke vraag naar gesubsidieerde peuteropvang is eveneens, door verandering in de kosten voor ouders (zie bovenstaand), nog niet inzichtelijk. - Mogelijk extra kosten VVE-coördinatie bij nieuwe aanbieders: hierbij kan gedacht worden aan een betere toeleiding van ouders van doelgroepkinderen van de JGZ naar de VVE-peuteropvang, het monitoren van resultaten e.d. Dit zou kunnen leiden tot extra kosten die ten laste worden gebracht van het onderwijsachterstandenbudget. Concluderend kan worden gesteld dat het weliswaar het uitgangspunt s dat de harmonisatie binnen het huidige budget voor 2017 (afgerond 840.000) kan worden gerealiseerd, maar dat er op dit moment nog te veel onzekerheden zijn om gedegen financieel overzicht in beeld te brengen. Bij de voorjaarsnota 2017 wordt bekeken of de financiële consequenties reeds inzichtelijk zijn. Relatie met regionale samenwerking / MRA Elke gemeente dient het voorschoolse veld gereed te maken voor de invoering van harmonisatie per 2018, zo ook de gemeenten in onze regio IJmond. De gemeenten kunnen echter zelf een voorkeursscenario kiezen per 2018. De keuze voor een scenario is mede afhankelijk van de lokale omstandigheden en voorkeuren van de lokale partners. Er is bij de opstelling van de Uitvoeringsnotitie afstemming gezocht met de regiogemeenten en ook de implementatie zal nader worden afgestemd, zoals bijvoorbeeld met de gemeente Heemskerk in verband met de voorschoolse situatie in Broekpolder. Eerdere besluiten / bestaand beleid / nieuw beleid Kadernota onderwijsachterstandenbeleid 2016-2019 (INT-16-27464). Motivering voorgesteld besluit Scenario 4 het meest gewenste scenario Gelet op de uitgangspunten (beschreven in paragraaf 4.2 van de Uitvoeringsnotitie) en na afweging van de vier scenario s (beschreven in paragraaf 5.1) en hun gevolgen/kanttekeningen, wordt geadviseerd om voor de uitwerking van de harmonisatie van voorschoolse voorzieningen te kiezen voor scenario 4. Dit advies wordt eveneens gesteund door het LEA. Een keuze voor scenario 4 betekent dat er sprake zal zijn van een gefaseerde invoering van harmonisatie waarbij gestart wordt met de huidige aanbieders van voorschoolse voorzieningen in Beverwijk. Om in INT-16-30918 pagina 2
aanmerking te komen voor een bijdrage van de gemeente voor peuteropvang zullen aanbieders moeten voldoen aan de eisen die aan VVE worden gesteld. Door de omvorming naar een VVE-peuteropvang wordt een flexibele basisvoorziening gerealiseerd, waar alle peuters terecht kunnen. Invoeren inkomensafhankelijke tarieventabel per 2017 Een uitgangspunt bij de harmonisatie van voorschoolse voorzieningen in Beverwijk is de harmonisering van de ouderbijdrage voor alle ouders van peuters in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar, waarbij wordt aangesloten op de regeling voor kinderopvangtoeslag. Hierdoor zal de (eigen) ouderbijdrage voor alle ouders inkomensafhankelijk zijn. Voor de bepaling van de ouderbijdrage voor niettoeslagouders wordt gebruik gemaakt van de Adviestabel ouderbijdrage peuterwerk van de VNG. Die is afgeleid van de tabel voor kinderopvangtoeslag. De buurgemeenten in de IJmond maken reeds gebruik van een tarieventabel. De tarieventabel is als bijlage bij dit voorstel gevoegd. Overgangsregeling 2017 De gemeente Beverwijk heeft met de SWB en Welschap een structurele subsidierelatie. De SWB en Welschap zijn op deze basis verplichtingen aangegaan met ouders, leidsters, verhuurders van gebouwen etc. Het jaar 2017 is mede bedoeld om de omvorming van het peuterspeelzaalwerk in 2017 naar peuteropvang zorgvuldig te begeleiden en om een (eventuele financiële) overgangsregeling te treffen, zodat beide stichtingen voldoende tijd krijgen om zich aan te kunnen passen aan de invoering van de Wet harmonisatie per 2018. Er zal hierbij eveneens in gesprek worden gegaan met de SWB en Welschap om te kijken hoe zij kunnen komen tot een kostenbesparing en daarmee tot een realistische uurprijs voor peuteropvang, zodat deze in de loop van 2017 van start kan gaan. Heterogene groepen in reguliere peuterspeelzalen in 2017 Uw raad heeft bij de behandeling van de Kadernota onderwijsachterstandenbeleid 2016-2019 uitgesproken heterogene groepen in de peuterspeelzalen te willen herinvoeren. Om de huidige peuterspeelzalen te kunnen harmoniseren naar peuteropvang, is het van belang deze herinvoering van heterogene groepen in 2017 te realiseren. Voorgesteld wordt om deze herinvoering gefaseerd te laten plaatsvinden, waarbij het eerste halfjaar van 2017 benut kan worden om de noodzakelijke en zorgvuldige voorbereidingen te treffen om in het tweede halfjaar daadwerkelijk heterogene groepen in de peuterspeelzalen te realiseren. Noodzakelijke voorbereidingen bestaan uit voorlichting aan de ouders, het werven van personeel en het inzichtelijk krijgen van de werkelijke kosten van herinvoering, waarbij de huidige budgettaire kaders als uitgangspunt dienen. Consequenties voorgesteld besluit Met het vaststellen van de Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen kan met het implementeren van de harmonisatie conform scenario 4 worden gestart. De gemeente financiert in dit scenario peuteropvang door de huidige Beverwijkse aanbieders, en later door alle geïnteresseerde aanbieders, van voorschoolse voorzieningen, indien een aanbieder van peuteropvang ook voor- en vroegschoolse educatie aanbiedt. Met het instemmen met de invoering van de inkomensafhankelijke tarieventabel kan per januari 2018 gelijkheid voor alle ouders die gebruik maken van voorschoolse voorzieningen worden gerealiseerd. Tevens biedt de invoering per 1 januari 2017 de mogelijkheid om inzicht te krijgen in de ouderpopulatie. INT-16-30918 pagina 3
Verdere procedure De verandering van het huidige (van gesubsidieerd, aanbodgestuurd peuterspeelzaalwerk, gesloten markt ) naar het nieuwe peuterstelsel (vraaggestuurde peuteropvang, peutergebonden financiering, open markt, keuzevrijheid ouders) vraagt om een zorgvuldig implementatietraject. Daarom zal het jaar 2017 dienen als overgangsjaar. In het laatste kwartaal van 2016 zal er voor en met de organisaties die peuteropvang (regulier en vve) willen aanbieden een gezamenlijk implementatietraject worden ingericht. Dit implementatietraject wordt omschreven in een implementatieplan. De werkgroep harmonisatie, onder voorzitterschap van de gemeente, bespreekt de acties, voortgang, knelpunten en oplossingen die in het implementatieproces aan de orde komen en deelt die met de betrokkenen. Voorgesteld besluit en commissieadvies Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerpbesluit. Het advies van de commissie treft u aan in de beknopte besluitenlijst van de Raadscommissie. Beverwijk, 11 oktober 2016 burgemeester en wethouders van Beverwijk, de gemeentesecretaris, de burgemeester, mw. mr. A.L. Schölvinck F. Ossel INT-16-30918 pagina 4
Raadsbesluit Documentnummer : INT-16-30918 Afdeling : Samenleving Onderwerp : Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen De raad van de gemeente Beverwijk; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 oktober 2016, nummer INT-16-30918; gehoord de Raadscommissie; gelet op artikel 147 lid 2 van de Gemeentewet; b e s l u i t : 1. de uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen (INT-16-30915) vast te stellen en daarmee in te stemmen met voorkeursscenario 4; 2. in te stemmen met de invoering van de VNG Adviestabel ouderbijdrage peuterwerk 2017 (INT-16-30917) als inkomensafhankelijke tarieventabel voor voorschoolse voorzieningen per 1 januari 2017. Beverwijk, de raad voornoemd, de griffier, de voorzitter,