Tariefberekening DBC-implementatiecongres 2016
Agenda 1. Uitgangspunten tariefberekening 2. Kostprijsaanlevering 3. Beoordeling op de kostprijzen 4. Conversieberekening 5. Tariefberekening 2016 6. Max-maximumtarieven
1. Uitgangspunten tariefberekening Integrale kostprijsberekening (inclusief loonkosten) Geen nieuwe berekening van de doorlooptijdverkorting Bredere toepassing kostprijsmodel - Kindergeneeskunde - Cardio-thoracale chirurgie - Neurochirurgie - Revalidatiegeneeskunde Gewogen gemiddelde in plaats van mediaan
2. Kostprijsaanleveringen over 2013 Deadline: 1 Februari 2015 201 instellingen (waarvan 191 ZBC s) met ontheffing 154 goedgekeurde verklaringen Categorie Aantal afgekeurd Aantal goedgekeurd Algemene ziekenhuizen 6 71 UMC s 0 8 Trombosediensten 0 20 Revalidatiecentra 0 20 Huisartsenlaboratoria 2 13 Overige categorale instellingen 0 7 ZBC 6 15 Totaal 14 154
2. Kostprijsaanleveringen Geen schoning van instellingen als gevolg uitbijteranalyse - Academisch ziekenhuis en algemeen ziekenhuis manifesteren uitbijters zich in specifieke productgroep, waar zij groot marktaandeel hebben. - Trombosedienst levert slechts over beperkt aantal producten kostprijzen aan. - Revalidatiecentrum en laboratoriumcentra hebben klein marktaandeel in de producten waar zij als uitbijter zijn geclassificeerd. Wel schoning van uitbijters op productniveau - marktaandeel - relatieve afwijking DBC-zorgproducten Overige zorgproducten Geen schoning 484 producten 367 producten Schoning negatief 140 producten 199 producten Schoning positief 174 producten 284 producten Totaal producten 798 producten 850 producten
3. Beoordeling kostprijzen 2013 Beoordeling aan de hand van drietal hoofdanalyses 1. Effecten van wijzigingen in uitgangspunten: Stabiliteitsanalyse: kostprijzen boekjaar 2012 en 2013; Uitbreiding reikwijdte Nadere Regel; Aanpassing kostprijsprincipe: gewogen gemiddelde; Analyse aanlevering loonkosten medisch specialisten. 2. Productiewaardeontwikkeling Vergelijking gewogen gemiddelde kostprijs met tarief RZ14c 3. Spreiding en homogeniteit Prestatieniveau: CV-waarden; Spreiding tussen type instellingen.
3. Beoordeling kostprijzen: uitgangspunten Resultaten analyse uitgangspunten Analyse Effect Productiewaarde DBC-zorgproducten Productiewaarde OZP s Stabiliteits -analyse Volume-effect 20% -8% Prijseffect -10% -4% Uitbreiding reikwijdte Aanpassin g maatstaf Prijseffect 0% 1% Prijseffect 2% 3% Analyse loonkosten Prijseffect 14% -10% Conclusie - Uitbreiding reikwijdte kostprijsonderzoek 2013 heeft minimaal effect en aanpassing van maatstaf heeft gemiddeld een positief effect op de tarieven. - Daling loonkosten bij OZP s houdt gelijke tred met kostendelen OZP s bij kostprijsuitvraag over boekjaar 2012.
3. Beoordeling kostprijzen: productiewaarde Analyse productiewaarde Uitgevoerd voor ongewijzigde prestaties sinds 2013 in het gereguleerde segment. Vergelijking landelijke integrale kostprijzen op basis van nieuw model (gewogen gemiddelde) met integrale tarieven uit RZ14c Maatstaf Volume Productiewaarde DBCzorgproducten Δ (%) Productiewaarde OZP s ( ) Δ (%) RZ14c tarieven 2013 1.856.105.666 1.300.038.741 Nieuw kpm 2013 1.840.307.586-1 1.208.121.723-7 Prijseffect: productiewaarde van DBC-zorgproducten blijft vrijwel gelijk en daalt voor OZP s met 7%. Totaal effect gereguleerd segment is een daling van 3%.
3. Beoordeling kostprijzen: spreiding en homogeniteit Uitgevoerd voor ongewijzigde prestaties sinds 2013 in het gereguleerde segment. Spreiding op prestatieniveau: CV-waarde Type prestatie CV-waarde <0,5 0,5 < CV-waarde < 1 CV-waarde> 1 Totaal DBCzorgproducten 474 114 55 643 Overige zorgproducten 353 248 104 705 Totaal 827 362 159 1348 Verbetering kostenhomogeniteit: 91% van de DBC-zorgproducten en 85% van de overige zorgproducten kent een CV-waarde die lager ligt dan 1. In het kostprijsonderzoek over 2012 gold dit voor 89% van de DBC-zorgproducten en 68% van de overige zorgproducten.
3. Beoordeling kostprijzen: spreiding en homogeniteit Spreiding naar type instelling: clusteranalyse alle type instellingen in bandbreedte 5% rondom landelijk gewogen gemiddelde.
Beoordeling kostprijzen: conclusie Uitgevoerd voor ongewijzigde prestaties sinds 2013 in het gereguleerde segment. Verbeterde kostenhomogeniteit: gemiddelde lagere CV-waarden Spreiding gemiddelde kostprijzen van verschillende type instellingen in beperkte bandbreedte rondom landelijk gemiddelde kostprijzen. Productiewaarde daling ten opzichte van RZ14c beperkt (DBC s) en verklaarbaar (OZP).
4. Conversiemethode (1) Gewijzigde producten per 2016. Uitgangspunt is kostprijzen 2013. Geïntegreerde conversietabel 2013 naar 2016. Productiedataset DIS en NFU geopend en gesloten 2012 en 2013. Kostprijzen zorgactiviteiten 2010. Zorgproductgroep DBC-zorgproducten Aantal producten conversie Expertproducten Totale productiewaarde WBMV - Klinische genetica 4 4 47.156.514 Infertiliteit (incl. WBMV) 3 1 7.636.963 Hart/long/hartlongtransplantatie/stamceltherapie 1 1 Nier-/lever-/darm-/eilandjes-/pancreastransplatie (incl WBMV) 89 45 62.356.814 Stamceltransplantatie (autoloog en allogeen) (incl WBMV) 1 0 13.334.922 Gespecialiseerde brandwondenzorg 1 0 1.037.996 Kindergeneeskunde overige pediatrie 5 4 9.859.193 Kinderneurologie (excl. epilepsie/ slaapstoornissen) 59 5 39.033.295 Totaal 163 60 180.415.697
4. Conversiemethode (2) Hoe bereken je met de RZ13-RZ16a tarieven voor DBC-zorgproducten die gewijzigd zijn na 2013? Vereenvoudigd voorbeeld van de RZ13-RZ16 conversietabel Zorgproduct 2013 Zorgproduct 2016 Integrale productiewaarde fragmentatie Productievolume fragmentatie ZP1 ZP1 ZP1 ZP2 0,750 0,250 0,800 0,500 ZP2 ZP2 ZP2 ZP3 0,850 0,150 1,000 0,400 * De RZ13-RZ16 conversietabel betreft een integrale conversietabel (kosten en honoraria) * Betreft fragmentatie van productiewaarde en fragmentatie productievolume * Conversietabel is omzetneutraal
4. Conversiemethode kostprijsbeoordeling (1) Stabiliteitsanalyse: kostprijzen boekjaar 2012 en 2013 Uitgevoerd voor drie grootste belangrijkste productgroepen in conversiemethode Zorgproductgroep Productiewaarde kostprijzen 2012 ( ) Productiewaarde kostprijzen 2013 ( ) Δ (%) 990916 Kindergeneeskunde neurologie 5.848.010 6.281.076 7% 990030 Kinderneurologie (excl. epilepsie/slaapstoornis) 15.241.996 16.360.460 7% 979002 Nier-/lever-/darm-/pancreastransplantatie (incl. WBMV) 33.275.525 33.495.515 1% Prijseffect: gemiddeld genomen hogere kostprijzen aangeleverd voor ongewijzigde DBC-zorgproducten in de drie productgroepen.
4. Conversiemethode kostprijsbeoordeling (2) Aanpassing kostprijsprincipe: gewogen gemiddelde Vergelijking landelijke integrale kostprijzen op basis oud model (mediaan en deels gewogen gemiddelde) respectievelijk nieuw model (gewogen gemiddelde) Zorgproductgroep Productiewaarde oud model ( ) Productiewaarde nieuw model ( ) Δ (%) 990916 Kindergeneeskunde neurologie 990030 Kinderneurologie (excl. epilepsie/slaapstoornis) 979002 Nier-/lever-/darm- /pancreastransplantatie (incl. WBMV) 12.082.022 13.238.635 10% 22.802.600 26.027.620 14% 51.034.422 62.452.089 22% Prijseffect: productiewaarde voor DBC-zorgproducten op integraal niveau stijgt voor alle drie productgroepen. Hieruit volgt een positief effect op de tarieven.
4. Conversiemethode kostprijsbeoordeling (3) Analyse productiewaarde Vergelijking landelijke integrale kostprijzen op basis van nieuw model (gewogen gemiddelde) met integrale tarieven uit RZ14c. Zorgproductgroep Productiewaarde RZ14c ( ) Productiewaarde nieuw model ( ) Δ (%) 990916 Kindergeneeskunde neurologie 11.358.909 13.238.635 17% 990030 Kinderneurologie (excl. epilepsie/slaapstoornis) 20.810.967 26.027.620 25% 979002 Nier-/lever-/darm- /pancreastransplantatie (incl. WBMV) 56.894.143 62.452.089 10% Prijseffect: productiewaarde van DBC-zorgproducten stijgt gemiddeld genomen ten opzichte van RZ14c.
5. Tariefberekening 2016 (1) Indexatie productstructuurwijzigingen 2014, 2015 Conversiemethode productstructuurwijzigingen 2016
5. Tariefberekening 2016 (2) Tarieftoeslagen - Kosten MSZ die tot en met 2013 uit andere bronnen werden gefinancierd. - Fertiliteitshormonen a.g.v. overheveling vanuit het Geneesmiddelen Vergoedingssysteem (GVS). - Voedingssupplementen - Interventieradiologie Segment Verdeling in RZ16a A-segment 1,17% B-segment 990062 Overige zorgproductgroepen 50,28% 48,57% Totaal 100%
5. Tariefberekening 2016 (3) Beoordeling aan de hand van drietal hoofdanalyses 1. Productiewaardeontwikkeling Vergelijking verwachte omzet 2016 met verwachte omzet 2015. 2. Tariefmutaties ten opzichte van 2015 Vergelijking tarieven 2016 met tarieven 2015 3. Logische volgordelijkheid Vergelijking rangorde prestaties binnen productgroep op basis van tarief 2015 en tarief 2016.
5. Beoordeling tarieven DBC-zorgproducten (1) Productiewaarde De verwachte integrale productiewaarde 2016 ligt voor de DBC-zorgproducten 1% hoger dan de integrale productiewaarde 2015 Er zijn zes zorgproductgroepen die een verwachte productiewaarde 2016 kennen die meer dan 10% afwijkt van de productiewaarde over 2015. vijf zorgproducten 10% hogere verwachte productiewaarde 2016 eén zorgproductgroep 10% lagere productiewaarde 2016 Huidige tarieven 2015 zijn voor al deze groepen gebaseerd op terugvaloptie of expertbenadering. Om die reden verschillen verklaarbaar.
5. Beoordeling tarieven DBC-zorgproducten (2) Tariefmutaties Zeer groot deel van de prestaties kent een beperkte prijsmutatie tussen 2015 en 2016. De prijsmutaties zijn normaal verdeeld. 77 prestaties kennen prijsmutatie van 50% of meer. Deze 77 producten beslaan 5,8 miljoen (0,3% van totale omvang)
5. Beoordeling tarieven 2016: DBC-zorgproducten (3) Logische volgordelijkheid Per zorgproductgroep is voor 2015 en 2016 op basis van het tarief van ieder DBC-zorgproduct gekeken wat de positie van het betreffende DBCzorgproduct binnen het hoofdstuk. Per ICD-10 hoofdstuk zijn de tarieven 2015 en 2016 van de DBCzorgproducten geplot en voorzien van een lineaire trendlijn. Indien de rangorde binnen een ICD-10 hoofdstuk in 2015 gelijk is aan 2016 moeten alle DBCzorgproducten op een rechte lijn liggen. R-kwadraat =1 (geen variatie in opbouw tussen de jaren). In dit onderzoek is de grenswaarde voor de R-kwadraat 0,80. Vrijwel alle zorgproductgroepen voldoen aan deze grenswaarde.
5. Beoordeling tarieven DBC-zorgproducten (4) Opvallende productgroepen Van de vijf productgroepen die zowel een significante afwijking van de productiewaardeontwikkeling en een significante afwijking van de gemiddelde prijsmutatie kenden, hebben vier productgroepen een R-kwadraat tussen de 0,9 en de 1: - gespecialiseerde brandwondenzorg; - psychiatrie; - palliatieve zorg; - kindergeneeskunde reumatologie. Conclusie: stijging in de productiewaarde en hogere prijsmutatie leveren geen significante afwijkingen op in de opbouw van de productstructuur; complex chronisch longfalen en kindergeneeskunde oncologie nader onderzocht.
5. Beoordeling tarieven DBC-zorgproducten (5) Complex chronisch longfalen 21 producten niet gewijzigd sinds 2013 (kostprijsmodel); 16 producten gewijzigd in 2014 (indexatie); gemiddelde prijsmutaties van 21 producten significant hoger; gemiddelde kostprijzen op basis van laag volume (<10 trajecten); indexeren van 21 producten vergroot logische volgordelijkheid. Conclusie: Tarieven productgroep complex chronisch longfalen geïndexeerd. Kindergeneeskunde oncologie (13 SKION-producten) opvallende productiewaarde ontwikkeling, prijsmutatie en logische volgordelijkheid; gemiddelde kostprijzen op basis van laag volume (<10 trajecten); kostprijzen drie aanbieders niet zijnde Prinses Maxima Ziekenhuis; indexeren van 13 producten vergroot logische volgordelijkheid. Conclusie: Tarieven 13 SKION-producten worden geïndexeerd.
5. Beoordeling tarieven overige zorgproducten (1) Productiewaarde De verwachte productiewaarde van de overige zorgproducten daalt met 126,7 miljoen tot 1.345.1 miljoen (-8,6%). Eerstelijns diagnostiek: productiewaarde gevolg van aanlevering werkelijke loonkosten. Aanleveringen zijn homogeen (verbeterde CV-waarden). Add-on IC: PEDIATRISCHE IC (190151) en NEONATALE IC (190150) Huidige tarieven 2015 zijn voor deze prestaties gebaseerd op terugvaloptie of expertbenadering. Aanleveringen zijn homogeen (CV-waarden gelijk aan 0,09 en 0,13).
5. Beoordeling tarieven overige zorgproducten (2) Tariefmutaties Zeer groot deel van de prestaties kent een beperkte prijsmutatie tussen 2015 en 2016. De prijsmutaties zijn normaal verdeeld. 158 prestaties kennen prijsmutatie van 50% of meer. Deze 158 producten beslaan 4,0 miljoen (0,48% van totale omvang)
5. Tarieven 2016 - Conclusie Aangeleverde kostprijzen via verschillende invalshoeken beoordeeld. Keuze voor gewogen gemiddelde en uitbreiding reikwijdte heeft positief effect. Macro-effect is een daling van productiewaarde met 115,1 miljoen. Deze tariefdaling (3,29%) slaat hoofdzakelijk neer bij de OZP s. De DBC-zorgproducten stijgen gemiddeld met 0,1%.
6. Max-maximumtarieven Duale tariefstructuur per 2016 Kruissubsidieringen tussen gereguleerde en vrije segment,. Innovatie Specifieke kwaliteitsafspraken Schriftelijke overeenkomst met de zorgverzekeraar Maximumtarieven met 10% opwaarderen
6. Max-maximumtarieven 2016: analyses (1) Categorale instellingen, academische centra en revalidatiecentra kennen een hogere gemiddelde kostprijs dan landelijk gemiddelde Een max-maxpercentage van 10% is voldoende om de totale productie-waarde van het gereguleerde segment op categorieniveau te dekken.
6. Max-maximumtarieven 2016: analyses (2) Op instellingsniveau ligt in enkele gevallen de aangeleverde productiewaarde hoger dan 110% van de landelijk gemiddelde productiewaarde. In het algemeen vooral instellingen met relatief kleine productiewaarde in het gereguleerde segment. Op basis van de aangeleverde informatie van deze instellingen valt geen uitspraak te doen of dit komt door een afwijkende patiëntenpopulatie of door vervuiling in de kostprijsaanlevering. Conclusie: op basis van deze bovenstaand beschreven analyses achten we het max-maxprincipe van 10% op categorie aanbieder en instellingsniveau voldoende uitlegbaar.
31