Kern- en hoofdcompetenties Beleid en Advies met bandbreedte D Kerncompetenties: - professionaliteit en ontwikkeling, niveau 3 - klantgerichtheid en omgevingssensitiviteit, niveau 3 Hoofdcompetenties: - sociaal- en adviesvaardig, niveau 3 - initiatief nemen, niveau 3 - resultaatgericht handelen, niveau 2 De competentieniveaus zijn cumulatief, dat wil zeggen dat een indicatie van competentieniveau 3 veronderstelt dat de medewerker ook beschikt over de competenties genoemd in niveaus 1 en 2. COMPETENTIE: SOCIAAL EN ADVIESVAARDIG Definitie: Werken vanuit een interesse en begrip voor mensen. Door middel van een gezamenlijk en wederzijdse respect streven naar het behalen van gezamenlijke doelen. Door middel van een persoonlijke benadering mensen bewegen tot het overnemen van nieuwe ideeën, werkwijzen of methodes. Oog voor een ander Inleven Actief reageren Niveau 1 - Toont belangstelling voor anderen en vertelt over zichzelf - Is gevoelig voor de uitgangspunten en belevingswereld van een ander; toont respect - Vangt non-verbale signalen op en reageert hierop - Besteedt aandacht aan de relatie met collega s en relaties buiten de organisatie; gebruikt het netwerk voor de toetsing van eigen werk - Is behulpzaam; zet het groepsbelang voor het individuele belang - Toont inlevingsvermogen, kan zich in de ander verplaatsen - Houdt rekening met de invloed van zijn/ haar gedrag op anderen - Legt contacten en onderhoudt ze; bouwt aan relaties met interne en externe relaties - Maakt gebruik van contacten om benodigde informatie te verkrijgen; overlegt - Is in staat om in een team te werken - Trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie en weet oplossingen duidelijk naar anderen te communiceren - Toont interesse in ontwikkelingen in de organisatie
Benoemen Meedenken Netwerken Adviseren Inspireren Coachen - Weet om te gaan met mensen van verschillende niveaus - Benoemt interne en externe belemmeringen voor samenwerken - Motiveert; weet betrokkenheid bij zaken te creëren - Neemt het initiatief in het leggen van contacten; onderhoudt contacten zelfstandig - Geeft blijk van betrokkenheid bij een gezamenlijk belang - Legt makkelijk nieuwe contacten, is bedreven in het netwerken - Weet in diverse omstandigheden / situaties met diverse gesprekspartners een goede en gemotiveerde indruk te maken; stelt mensen op hun gemak - Investeert tijd en energie in het onderhouden van contacten en relaties; neemt daarin vaak het initiatief - Weet in diverse omstandigheden / situaties met diverse gesprekspartners een goede en betrouwbare indruk te maken - Neemt een bepaalde rol in in een team; weet deze rol te benoemen; is in staat andere teamrollen te herkennen en via eigen gedrag te ondersteunen / aan te vullen - Structureert gesprekken; luistert; weet benodigde informatie uit de gesprekspartner te halen; koppelt terug; vraagt door - Is in staat de sfeer van een gesprek te beïnvloeden / bepalen Niveau 4 - Weet visie over te brengen; is zowel in woord als in daad een voorbeeldfiguur - Toont coachend leiderschap: maakt de potentiële kwaliteiten van medewerkers vrij, zodat zij optimaal individueel en in teamverband kunnen functioneren; geeft anderen de ruimte om te leren - Inspireert en creëert draagvlak - Stuurt het besluitvormingsproces; maakt weerstanden bespreekbaar - Neemt verschillende rollen in in teams, al naar gelang de behoefte die er binnen een groep bestaat - Komt beheerst en rustig over en straalt dit uit naar de gesprekspartner; zorgt ervoor de leiding over het gesprek te houden; straalt vertrouwen uit naar de gesprekspartner - Werkt aan het bouwen en uitbreiden van een breed en invloedrijk netwerk - Vormt coalities om tot gewenste resultaten te komen - Herkent nieuwe samenwerkingsmogelijkheden voor de organisatie
COMPETENTIE : PROFESSIONALITEIT EN ONTWIKKELING Definitie: Vanuit opgedane kennis in het eigen vakgebied werken en zorg dragen dat deze kennis actueel gehouden wordt om zo accuraat op de omgeving te reageren. Kwaliteit leveren; niet alleen inhoudelijk maar ook procesmatig. Door middel van een kritische blik streven naar persoonlijke ontwikkeling. Gedegen toepassen van vakkennis Deskundig handelen en adviseren Niveau 1 - Past actuele vakkennis gedegen toe binnen de werkzaamheden - Heeft voldoende kennis om een eigen mening/visie te vormen - Beschikt over voldoende kennis om veel voorkomende vragen op het werkterrein af te handelen; benut opgedane ervaring bij het oplossen van problemen - Is gemotiveerd nieuwe leerstof te verwerken en nieuwe methodes aan te leren - Deelt kennis met collega s - Onderneemt op basis van de verkregen inzichten actief stappen om aan de eigen ontwikkeling te werken; reflecteert op eigen gedrag - Gaat nauwkeurig en zorgvuldig te werk; past kennis op een correcte wijze toe - Is op tijd; komt afspraken na - Is in staat de eigen vakkennis nader te specificeren en aan anderen over te dragen / uit te leggen - Adviseert doeltreffend over vakinhoudelijke oplossingsrichtingen - Past nieuwe inhoudelijke kennis, informatie en inzichten toe in de praktijk - Gebruikt vuistregels en ervaring bij het oplossen van problemen en vraagstukken - Voert beleid uit; komt tot praktische oplossingen voor problemen in de organisatie - Is zich bewust van bevorderende en belemmerende factoren die zich voordoen bij het werken aan eigen of organisatiedoelen, weet hiermee om te gaan - Heeft visie over eigen ontwikkeling en neemt hierbij zelf initiatief; vraagt feedback over zijn / haar gedrag en werkzaamheden; staat open voor kritiek - Stelt zichzelf doelen en neemt hierin actie ter verbetering en verdieping van kennis, vaardigheden en competenties; monitort de voortgang en evalueert
Professional Complete, samenhangende adviezen aanreiken - Vergaart pro-actief kennis om accuraat te kunnen antwoorden op toekomstige probleemstellingen; is op de hoogte van trends en ontwikkelingen op het eigen vakgebied - Kan moeilijke vraagstukken op eigen vakgebied oplossen - Heeft een integrale kijk op zijn vakgebied; houdt rekening met financiële, sociale, organisatorische en personele gevolgen van zijn adviezen - Is breed georiënteerd; heeft interesse voor ander vakgebieden; kijkt over de grenzen van zijn eigen werkgebied - Ontwikkelt kennis op eigen vakgebied door te leren van eigen fouten en door goede methoden van anderen over te nemen - Verspreidt nieuwe kennis en inzichten in de organisatie en daarbuiten; helpt anderen met eigen expertise en het oplossen van inhoudelijke problemen - Heeft kennis van eigen (on)bekwaamheden en neemt acties om die (on)- bekwaamheden te verbeteren c.q. te ontwikkelen; stuurt de eigen ontwikkeling - Geeft feedback aan anderen ter ondersteuning van hun eigen ontwikkeling - Geeft betrouwbare, gefundeerde adviezen - Is integer - Benut energie zodat het voor een hele klus toereikend is - Is een voorbeeldfiguur m.b.t. punctualiteit en correct taalgebruik en gedrag Gezagsfiguur Niveau 4 - Volgt ontwikkelingen op het vakgebied en direct daaraan gerelateerde velden en vertaalt deze naar toepassing binnen het eigen werk - Heeft ideeën en meningen waarnaar geluisterd wordt op basis van bewezen kennis, kunde en ervaring - Heeft gezag; dwingt respect af; is een voorbeeldfiguur - Stimuleert en voedt vakmanschap in de organisatie; delegeert - Stimuleert en ondersteunt een lerende organisatie; prikkelt; stelt vragen - Ontwikkelt een eigen mening over (on)mogelijkheden en onderneemt op basis hiervan actie - Laat blijken eigen gedrag, standpunten en methoden kritisch te evalueren en open te staan voor evaluatie door anderen
COMPETENTIE: KLANTGERICHTHEID EN OMGEVINGSSENSITIVITEIT DEFINITIE: Laten blijken geïnformeerd te zijn over maatschappelijke en politieke ontwikkelingen of andere omgevingsfactoren alsmede voldoende zicht te hebben op normen en waarden, belangen en posities van mensen waarmee hij/zij contact heeft. Deze kennis vertalen en effectief benutten om te anticiperen op de wensen, behoeften en belangen van zowel interne als externe klanten om oplossingen aan te dragen of om te zetten in activiteiten in de organisatie. Dienstverlenend Inleven Herkennen Relativeren Monitoren en alternatieven bieden Niveau 1 - Toont tact, correctheid en begrip voor de andere partij - Accepteert normen en waarden van anderen en is zich bewust van eigen normen en waarden; laat de andere partij in zijn waarde - Benadert de juiste persoon op het juiste moment - Toont zich servicegericht en flexibel naar de klant, luistert naar hun wensen; formuleert helder en eenduidig de klantvraag; vraagt naar hun tevredenheid; behandelt klachten op de juiste wijze - Maakt duidelijke afspraken, geeft informatie en zorgt voor een goede voortzetting van de dienstverlening aan klanten; is goed bereikbaar en reageert snel - Is een vertegenwoordiger van de organisatie; heeft een representatief uiterlijk en vertoont representatief gedrag in situaties waarbij externen betrokken zijn - Leeft zich in in de andere partij; herkent de communicatie, de behoeften en belangen van de ander en verandert, indien nodig, van manier om invloed uit te oefenen - Is zich bewust van eigen normen en waarden en weet deze te relativeren - Schat belangen en posities van anderen in; houdt rekening met de onderlinge verhoudingen binnen de organisatie - Verleent service, is pro-actief, speelt flexibel in op wensen van de klant en toetst de klanttevredenheid - Signaleert en herkent uitgesproken klantwensen uit de directe omgeving en vertaalt deze naar activiteiten binnen de organisatie; signaleert ingewikkelde vraagstellingen en weet hierbij door te verwijzen - Herkent de situatie van de ander; schat in waarmee respect en vertrouwen wordt verkregen - Gaat bewust om met andere normen, waarden, gedragscodes van partijen binnen en buiten de organisatie; past eigen gedrag daar op aan - Houdt rekening met verhoudingen tussen partijen buiten de organisatie en benadert daarbinnen de juiste persoon of partij; signaleert trends - Leeft zich in in de algehele problematiek van de klant; herkent (on)uitgesproken wensen en klachten en ontwikkelt oplossingen - Monitort de klanttevredenheid en verbetert de kwaliteit van de dienstverlening aan specifieke klanten binnen het eigen werkveld - Weet klantenbelangen en organisatiebelangen op elkaar af te stemmen; heeft een relativerende en praktische houding t.a.v. dienstverlening en problemen oplossen - Is gevoelig voor politieke relaties en verstandhoudingen binnen en buiten de organisatie; houdt hier rekening mee in de inhoud en uitvoering van zijn werkzaamheden
Normbewust handelen en anticiperen op klantwens Niveau 4 - Handelt op basis van scherp inzicht in culturen, maatschappelijke, politieke en ambtelijke ontwikkelingen - Schat complexe situaties in; doorziet welke belangen en personen een rol spelen; speelt daar op het juiste moment op in - Gaat om met verschillende normen en waarden van diverse partijen; hanteert daarbij de juiste rol; weet hierin makkelijk te schakelen - Vertaalt complexe uitgesproken en onuitgesproken wensen van diverse klanten naar nieuw te ontwikkelen concepten, diensten of producten en overlegt hierover met de klant - Verbetert de interne afstemming en samenwerking over de grenzen van de afdelingen om de klant beter te kunnen bedienen - Is een actor in het politieke spel, informeert en communiceert om draagvlak te creëren voor plannen vanuit de organisatie, weet andere actoren te betrekken, beïnvloeden en of overtuigen
COMPETENTIE: INITIATIEF NEMEN Definitie: Kansen zien en er naar handelen; zelf zaken oppakken. Verbeteren Niveau 1 - Is alert; kaart uit zichzelf zaken aan - Ziet werkzaamheden die binnen het werkpakket vallen en pakt deze vanzelfsprekend op - Staat open voor verbetering en vernieuwing; geeft suggesties voor verbetering van het eigen werkproces Signaleren Voorstellen doen Aangaan van risico s Initiëren Kansen creëren en positie versterken - Handelt op basis van goed inzicht in wat wel en wat niet opgepakt kan worden - Signaleert werkzaamheden die buiten het werkpakket vallen en benoemt deze - Doet binnen de gestelde grenzen voorstellen om kansen in acties en oplossingen om te zetten; neemt actie en wacht niet af - Levert ongevraagd bijdragen; gaat risico s aan - Heeft een actieve initiërende rol in groepen/samenwerkingsverbanden - Zet zich in voor organisatiebrede belangen door het afstappen op situaties; gebruikt kansen Niveau 4 - Versterkt de positie van de eigen organisatie door het afstappen op complexe en gevoelige situaties; zoekt voor de organisatie kansrijke ontwikkelingen en pakt deze op - Gaat risico s aan met mogelijke persoonlijke consequenties - Zorgt voor sfeer/werkverhoudingen waarbinnen initiatieven genomen kunnen worden - Ziet en creëert kansen in complexe situaties en benut deze
COMPETENTIE: RESULTAATGERICHT HANDELEN Definitie: Meetbare doelen stellen, resultaten behalen en daarbij systematisch te werk gaan. Monitoren van voortgang. Doelen stellen en realiseren Plannen en toetsen Doelgericht sturen Strategische doelen stellen en monitoren Niveau 1 - Stelt meetbare, haalbare, zakelijke en duidelijke doelen binnen het eigen taakgebied - Plant eigen werkzaamheden en komt afspraken na - Stelt juiste prioriteiten en behaalt deadlines - Werkt doelgericht naar een eindresultaat; hakt knopen door en maakt af wat af moet - Stelt meetbare doelstellingen en legt deze vast in een (werk) plan; plant activiteiten in de tijd en stelt plan waar nodig bij - Is gericht op het oplossen van problemen; is vasthoudend bij het realiseren van doelen en zorgt ervoor dat het resultaat wordt bereikt; spreekt anderen aan op het nakomen van afspraken - Toetst activiteiten op klanttevredenheid en budgettaire aspecten; ziet in wanneer werkzaamheden niet (meer) bijdragen aan de doelen/resultaten en gaat de discussie aan deze werkzaamheden te wijzigen of stop te zetten - Is daadkrachtig, neemt beslissingen wanneer zij nodig zijn, stelt niet uit - Beschikt over onderhandelingsvaardigheden; weet welke doelen behaald moeten worden en welke concessies gedaan kunnen worden; kent eigen argumenten; kan de argumenten van een ander inzien; beschikt over diplomatie, tact en overtuigingskracht - Stelt ook voor anderen meetbare doelen en prioriteiten en expliciteert resultaten en gedrag - Toetst de voortgang van activiteiten, bewaakt het budget en stuurt waar nodig bij - Weet tijdig een andere weg in te slaan; is bereid werkzaamheden stop te zetten of bij te sturen indien zij niet (meer) bijdragen tot het behalen van doelen / resultaten - Geeft anderen ruimte en middelen om gestelde doelen te behalen, stelt hierbij normen en deadlines en spreekt anderen hierop aan - Is vasthoudend en weet doelen te realiseren ondanks tegenslag of kritiek Niveau 4 - Stelt meetbare (strategische) doelen, geeft grote lijnen aan en monitort de uitvoering door anderen - Vertaalt organisatie-/beleidsdoelstellingen naar concrete acties - Smeedt de juiste coalities om resultaat te bereiken; overziet de gevolgen van eigen en andermans besluiten, ook op lange termijn en/of voor derden - Spreekt zichzelf en anderen tijdig en regelmatig aan op het nakomen van afspraken en het behalen van doelen; achterhaalt de achterliggende oorzaak bij het niet nakomen van afspraken