Bewegingsonderwijs voor het jonge kind

Vergelijkbare documenten
Titel Praktijk 3: 2) t/m 5)

Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.

Bijlage bij de ALPO studiegids van Instituut Theo Thijssen, studiejaar Deze bijlage bevat de cursusbeschrijvingen van de ALPO opleiding

Bijlage Cursusbeschrijvingen. Culturele en Maatschappelijke Vorming Inclusief afstudeerrichting Social Management.

1 Organisatorische gegevens

Erratum Studiegids. Bijlage Cursusbeschrijvingen Bacheloropleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (locatie Amersfoort) Deeltijd

Erratum Studiegids. Bacheloropleiding voltijd. Elektrotechniek

Bijlage cursusomschrijvingen. Management in Zorg deeltijd

1 Organisatorische gegevens

Erratum Studiegids. Bacheloropleiding voltijd. Technische Bedrijfskunde

Bijlage cursusomschrijvingen. [Civiele Techniek] [Duaal/hoofdfase]

Bijlage bij de deeltijd studiegids van Instituut Theo Thijssen, studiejaar

Erratum studiegids Bachelor opleiding Werktuigbouwkunde

1 Organisatorische gegevens

Bijlage bij de voltijd studiegids van Instituut Theo Thijssen, studiejaar

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

Opleidingsprofiel Instituut Theo Thijssen - Kerntaken- en deeltaken in de verschillende fasen van de opleiding

1 Organisatorische gegevens

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen.

1 Organisatorische gegevens

Instaptoetsen: Landelijke Cito-toetsen

1 Organisatorische gegevens

1 Organisatorische gegevens

Bijlage cursusomschrijvingen. Geodesie/Geo-informatica Voltijd Hoofdfase

1 Organisatorische gegevens

Beoordelingsformulier Verslag Vakprofilering Geschiedenis Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5

Bijlage cursusomschrijvingen. [Bouwtechnische Bedrijfskunde] [Voltijd/hoofdfase]

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Instaptoetsen: Landelijke Cito-toetsen

1 Organisatorische gegevens

Beoordelingsformulieren. Aanpassingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

1 Organisatorische gegevens

1 De kennisbasis Nederlandse taal

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool

1 Organisatorische gegevens

Vakdidactiek 2 Didactiek van de hoofdvaardigheden

1 Organisatorische gegevens

Terugblik masterclasses HAN Pabo

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Advies Operations Management

Titel Activiteit buiten curriculum VO Jaar 1

Opbouw van de educatieve minor

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

Master SEN: Auditief Gehandicapten. er is voor gekozen om de volledige cursusbeschrijving te publiceren.

Orientatie op geschiedenis A

Cultura y Civilización de España

Leerwerktaak Bouwen aan grammatica

Opbrengstgericht taalonderwijs

Kritische reflectie. 1 Organisatorische gegevens. Collegejaar

Agenda onderwijsavond bovenbouw

1 Organisatorische gegevens

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE*

Leerwerktaak Hoor je wat ik zeg?!

1 Organisatorische gegevens

Good practice Werken met leeruitkomsten in de onderwijspedagogische leerlijn FLOT

Het flexibel inzetten van de taalmethode heeft te maken met de functie van taal.

Leerwerktaak Samenwerkend lezen

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische Competentie algemeen. Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale

Titel Afstudeerberoepsproduct 1

Literatuurlijst. Berding, J., & Pols, W. (2014). Schoolpedagogiek: Opvoeding en onderwijs in de basisschool (3e ed.).

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind

Leerwerktaak Voor alles is een woord

Lesvoorbereidingsmodel

Beschrijving Basiskwalificatie onderwijs

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR KOPOPLEIDING /46. Hogeschool Utrecht, juli 2014

BOEKENLIJST Leraar Basisonderwijs VOLTIJD. VWO-instroom L2 dienen boeken L1+L2 aan te schaffen

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs

1 Organisatorische gegevens

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR NEDERLANDS /290. Hogeschool Utrecht, juli 2014

Bijlage cursusomschrijvingen. Communicatie Deeltijd

Aansluiting op kern- en deeltaken

1 Organisatorische gegevens

Opbouw van de educatieve minor

Leerwerktaak Spreken is goud!

Leerwerkstage 1. voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten. Project: informatievaardigheden (mediawijsheid)

Bijlage Cursusbeschrijvingen. Masteropleiding Forensisch Sociale Professional. Deeltijd

Informatie. vakgebieden. Groep 6

Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Bijlage cursusomschrijvingen. Communicatiemanagement Deeltijd

Nee. Aanwezigheid. Intervisie over externe orientatie verplicht 2 maal per blok 360 minuten. Tutorial - B&C verplicht 2 maal per week 2160 minuten

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR SPAANS /302. Hogeschool Utrecht, juli 2014

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing

Schriftelijke (en mondelinge) (deel)tentamens. Werkdossier

Agenda onderwijsavond middenbouw

Leerwerktaak Samenspraak

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift

CKV Festival CKV festival 2012

Bacheloropleiding Ecologische Pedagogiek

Zelfevaluatie. Inleiding:

kempelscan K1-fase Eerste semester

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR GESCHIEDENIS /306. Hogeschool Utrecht, juli 2014

Flipped classroom: hoger onderwijs op zijn kop?

Stappenplan Ontdekken van de Wereld

1 Organisatorische gegevens

BOEKENLIJST Leraar Basisonderwijs VOLTIJD

Transcriptie:

Titel Opleidingsvariant Voltijd Collegejaar 2016-2017 Bewegingsonderwijs voor het jonge kind 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HBEW1-15 1.2 Cursusnaam Bewegingsonderwijs voor het jonge kind 1.3 Cursusnaam in Engels Physical Education: Content and Pedagogical Content Knowledge 1.4 Aantal EC's 3 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) Werkvormen zijn er in Voltijd 1.6 Opleiding (varianten) Toetsen zijn er in Voltijd Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? Nee 1.8 Excellentiemogelijkheden? 1.9 Contactpersoon MP van Soest (tel. +31884817798) (marco.vansoest@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Werkcollege bewegingsonderwijs verplicht 7 maal per blok bij aanvangsblok 4: blok 4 Toelichting bij werkvorm Werkcollege bewegingsonderwijs: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Kennistoets bewegingsonderwijs Numeriek zonder 5,5 100 2 bij aanvangsblok 4: 1. blok 4 2. blok 5

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel Het onderwijs in bewegen in de basisschool is gericht op een verantwoorde deelname aan bewegingsactiviteiten. Het gaat daarbij om deelname aan allerlei sportieve activiteiten en bewegingsrecreatie. Maar ook om het deelnemen aan de actuele bewegingswereld van kinderen, bijvoorbeeld op het schoolplein en in de woonomgeving. Het doel van de lichamelijke opvoeding is de leerlingen breed te introduceren in die bewegingscultuur. Bewegen is van essentieel belang voor de ontwikkeling, vooral van jonge kinderen. Het is een basiscompetentie die in onze bewegingsarmoedige samenleving steeds meer onder druk komt te staan. De leerlingen moeten daarom in staat worden gesteld om op school een breed en wendbaar bewegingsrepertoire op te bouwen. Subdoelen. De student: - beschikt over didactische kennis en vaardigheden om bewegingssituaties voor het jonge (groepen 1 en 2) en oudere kind (in brede context) in te richten voor gymnastiek, spel en bewegen op muziek in verschillende accommodaties waarin het bewegen plaatsvindt en treft de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen; - beschikt over de didactische kennis en vaardigheid om bewegingsactiviteiten genoemd in de kerndoelen basisonderwijs aan te leren en te begeleiden; - heeft bewegingsinzicht, kan spel- en bewegingsvormen analyseren, bewegingstechnische informatie hanteren, volgordes aangeven, instructie geven, organiseren en op de juiste momenten veranderingen aanbrengen; - kan ondersteuning en vanghulp geven, opstellingen inrichten en aanpassen; - heeft kennis van de verschillende spelgebieden en de vaardigheid om het spel zelfstandig te laten spelen, met aandacht voor een goede spelsfeer; - kan bij bewegen op muziek verschillende bewegingsvormen hanteren en ritmisch begeleiden of selecteren uit bestaande muziek; - heeft kennis van bewegingsvormen, ruimtelijke patronen en danspassen. 2.2 Cursus inhoud Inhoud De student kan door een eigen positieve bewegingsattitude het vaak al aanwezige enthousiasme van de kinderen voor bewegen stimuleren. De student beschikt over kennis en inzicht in voor het primair onderwijs relevant spelen bewegingsrepertoire op het terrein van gymnastiek, spel en bewegen op muziek. Hij beschikt over kennis en kan vaardigheden inzetten in onderwijssituaties voor het jongere kind en (in brede context) voor het oudere kind. Bij Bewegingsonderwijs gaat het allereerst om een veelheid aan eenvoudige bewegingsactiviteiten. Daarnaast gaat het erom dat de student ervaart dat deze activiteiten voor kinderen uit groep 1/2 betekenisvol moeten worden gepresenteerd en vooral ook georganiseerd. Het gaat daarbij om de ontdekking dat er in het bewegingsonderwijs logische volgordes bestaan die op vaktheoretische inzichten zijn gebaseerd. De leeftijd van de leerlingen en het niveau van bekwaamheid zijn belangrijke richtinggevers, maar niet doorslaggevend. Belangrijk aandachtspunt is het inzicht dat bewegende kleuters op een andere manier bewegend actief zijn dan oudere kinderen. Daarnaast is er aandacht voor het verband tussen volgorde en differentiatiemogelijkheden binnen de bewegingsthema s die bij de activiteiten aan bod komen. Je wordt je bewust van en krijgt zicht op de koppeling tussen de volgordeproblematiek en het kunnen aanbieden van activiteiten die in ieder geval op vier niveaus door de kinderen kunnen worden gedaan. De opgedane kennis kan de student toetsen aan de huidige vakconcepten Bewegingsonderwijs (BO). Werkvorm De werkcolleges zijn bijeenkomsten waarin de student overwegend zelfstandig werkt en/of opdrachten uitvoert. Je kunt dan denken aan opdrachten door de docent gegeven, zoals het voorbereiden en uitvoeren van de clusters bewegingsonderwijs. Ook praktische problemen uit de praktijk kunnen aan bod komen.

Het blijkt dat bij toepassing van onderlinge instructie de student de leerstof beter verwerkt dan wanneer alleen de docent instructie geeft. Voorbereiding op de bijeenkomsten en bijdrage aan groepswerk De deelnemers bereiden zich actief voor op alle bijeenkomsten, door het bestuderen van de opgegeven literatuur, het werken aan de opdrachten, het voorbereiden van discussies, en het voorbereiden van peerfeedback. Bijdrage aan ontwikkeling van de kern- en deeltaken en academische vaardigheden Kern en deeltaken 2.1 Beheersen van de kennis en vaardigheden in het basisschool-curriculum 2.2 Beschikken over een wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennisbasis 2.3 Beschikken over wetenschappelijke kennis en vaardigheden met betrekking tot het ontwerpen van onderwijsleersituaties 3.1 Met de kinderen een onderwijsactiviteit starten, hen motiveren en aansluiten bij hun voorkennis. 3.2 Geven van doelgerichte en gedifferentieerde instructie met gebruik van wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennis. 3.3 Kinderen aan het werk zetten en houden met taken en werkvormen passend bij de lesdoelen. 3.6 Behouden van overzicht en flexibel inspelen op de situatie, het lesverloop en verschillen tussen kinderen. Academische vaardigheden - Kritisch analyseren - Discussiëren en argumenteren - Samenwerken - Beoordelen en evalueren - Reflectie en zelfsturing Toetsing Schriftelijke toets, bestaande uit kennisvragen en waar/niet waar vragen. 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Kosten: EUR 63,77 ("Bewegingsonderwijs in het speellokaal' biedt een rijkdom aan uitdagende bewegingsactiviteiten voor de gehele kleuterperiode. Elke student of docent die met dit boek aan de slag gaat, legt een brede basis voor de bewegingsontwikk)

Materiaal: Diversen (verplicht): "Bewegingsonderwijs in het speellokaal' biedt een rijkdom aan uitdagende bewegingsactiviteiten voor de gehele kleuterperiode. Elke student of docent die met dit boek aan de slag gaat, legt een brede basis voor de bewegingsontwikk 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 84 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (3) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Inleiding didactiek van Kunst Voltijd Collegejaar 2016-2017 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HKUN1-15 1.2 Cursusnaam Inleiding didactiek van Kunst 1.3 Cursusnaam in Engels Teaching art in primary school 1.4 Aantal EC's 3 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd 1.9 Contactpersoon RTA Colpaert (tel. +31884819378) (ramona.colpaert@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands Nee 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Werkcollege Beeldend verplicht 3 maal per blok Werkcollege Drama verplicht 3 maal per blok Werkcollege Muziek verplicht 3 maal per blok blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 Toelichting bij werkvorm Werkcollege Beeldend: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Werkcollege Drama: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Werkcollege Muziek: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Theatrale presentatie (met 2 docenten) 5,5 2 1. blok 1 2. blok 2 Verslag kunsteducatiedag Numeriek zonder 5,5 100 2 1. blok 2 2. blok 3

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel Doel Vanuit je persoonlijke beginsituatie m.b.t. de kunstvakken (voor een ieder verschillend), heb je je in de lessen (periode 1) opengesteld voor nieuwe ervaringen, je ingezet in het creatieve proces en gefocust op het verwerven van nieuwe vaardigheden en inzichten. Met een groepje heb je een boeiende theatrale voorstelling vorm weten te geven en te presenteren (in de toetsweek), met muziek, beeldend materiaal, beweging, lichaamstaal, licht en geluid.tevens heb je ideeën ontwikkeld en kennis verworven over het werken met kunst en kinderen en ga je daarvan een en ander in de praktijk ten uitvoer brengen (periode 1 en 2). Specifieke doelen 1. Studenten hebben kennis van de vakspecifieke concepten en theorieën van de vakken muziek, drama en beeldende vorming. 2. Studenten hebben kennis van de vakdidacktiek van de verschillende kunstdisciplines. 2.2 Cursus inhoud Inleiding In het eerste semester van je nieuwe opleiding gaan we aan de slag met het ontwerpen en uitvoeren een kunsteducatiedag. Hierin krijgen de vakken beeldende vorming, muziek en dans/drama een plek. Van elk vak krijg je 6 lessen en daarin ga je werken aan het ontwikkelen van je eigen creatieve en expressieve vermogens en vaardigheden, je eigen kunnen. Je eigen ervaringen koppel je aan de theorie en de vakdidactiek van de verschillende vakken. Vervolgens maak je de koppeling met de praktijk door een kunsteducatie dag voor te bereiden/ verzorgen voor kinderen. Deze voer je uit aan het einde van de tweede periode. Inhoud Je krijgt les in elk van de drie kunstvakken: Bij Muziek ga je zingen, spelen op instrumenten, bewegen op muziek, luisteren naar muziek en lezen van muziek. Voor ieder van deze domeinen leer je de bijbehorende vakdidactiek. Bij Beeldende vorming ga je werken vanuit je waarneming, en vanuit je voorstellingsvermogen. Hierbij werk je met de verschillende beeldende materialen, waarbij de vakdidactiek centraal staat. Bij Drama/Dans onderzoek je verschillende theatrale werkvormen. Door samen te spelen, te bewegen, vorm te geven, te presenteren en na te bespreken verken je je eigen mogelijkheden en grenzen op het gebied van drama en dans. Vanuit de eigen ervaring maken we de koppeling naar de vakdidactiek. De boeken die je voor deze module moet aanschaffen blijven gedurende de gehele opleiding het materiaal waar je uit put voor je lessen en toetsen Kunst. Werkvorm. Daarna volgen 6 vakspecifieke bijeenkomsten van 90 minuten per vak. Voorbereiding op de bijeenkomsten en bijdrage aan groepswerk Ieder bereidt zich verder actief voor op de bijeenkomsten, individueel en in groepsverband. Indicatieve verdeling van beschikbare studietijd Voor deze cursus staan 3 EC s, dat betekent 84 uur, waarvan er 27 uur lesbijeenkomsten zijn, 55 uur voorbereiding voor de lessen en zelfstudie, 2 uur verkennen van mogelijkheden van licht en geluid in het lokaal voor de theatrale presentatie. Aanwezigheidseis Van een ieder wordt verwacht 80 % aanwezig te zijn. Bij missen van 2 lessen door overmacht zijn er vervangende aanvullende opdrachten mogelijk. Als er meer wordt gemist zullen de lessen ingehaald moeten worden op een ander tijdstip. Toetsing Aan het eind van periode 1 toon je met jouw groepje het geleerde in een theatrale voorstelling, deze toets is voorwaardelijk voor het verslag. De cursus wordt afgerond met een verslag (weging 100%)

2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht): Havenkort, F., Van der Lei, R., Noordam, L. (2009). Eigen-wijs Liedbundel voor kinderen van 4-12. ISBN 9789080497160 Boek (verplicht): De Nooij.H.(2012) Kijk op spel.drama voor de Pabo. Groningen:Noordhoff Uitgevers Boek (verplicht): Van Onna, J., Jacobse, A. (2013). Laat maar zien. ISBN-978-90-01-80928-7 Boek (aanbevolen): Heijdanus-de Boer, E., Nunen, A., Valenkamp, M., Hueskens, R., & Verhallen, P. (2014). DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs. Bussum: Coutinho Boek (aanbevolen): Evelein, F. (2007). Coöperatief leren in muziek. ISBN 978 90 5574 571 4 Boek (aanbevolen): Dijksterhuis, A. (2007). Het slimme onbewuste. ISBN 9789035129689 Boek (aanbevolen): Janssens, L. (1993). De kunst van het spelen ISBN 90 280 3899 X Boek (aanbevolen): Robinson,K.( 2011). Out of our minds ISBN 978-1-31247-2 Boek (aanbevolen): Van den Braembussche, A.A. (2007). Denken over Kunst, Een inleiding in de kunstfilosofie.isbn9062831982 Boek (verplicht): Vrolijk, R. (2013). Nieuw geluid. ISBN 978-90-01-81543-1 ( vooral de hoofdstukken 3 en 7.1.1) 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 84 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (3) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Voltijd Collegejaar 2016-2017 Taal & Rekenen; ontwikkeling jonge kind 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HNNR1-15 1.2 Cursusnaam Taal, Rekenen en lesgeven aan het jonge kind 1.3 Cursusnaam in Engels Dutch, arithmetic and teaching the young child 1.4 Aantal EC's 5 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? 1.9 Contactpersoon Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd Nee 1.10 Voertaal Nederlands FTE Overtoom (tel. +31884817520) (lisette.overtoom@hu.nl) 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Werkcollege Nederlands niet verplicht 6 maal per blok Werkcollege O&P niet verplicht 6 maal per blok Werkcollege Rekenen niet verplicht 2 maal per blok bij aanvangsblok 3: blok 3 bij aanvangsblok 3: blok 3 bij aanvangsblok 3: blok 3 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Kennistoets Numeriek zonder 5,5 50 2 bij aanvangsblok 3: 1. blok 3 2. blok 4 Opdracht Numeriek zonder 5,5 50 2 bij aanvangsblok 3: 1. blok 3 2. blok 4

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel In deze cursus focust de student op de ontwikkeling van het jonge kind. De ontwikkelingspsychologie is daarvoor de theoretische basis naast de theorie over hoe je lesgeeft aan jonge kinderen. Deze kennis wordt in de praktijk toegepast. De student voert activiteiten uit om de brede ontwikkeling van jonge kinderen te stimuleren. Omdat spel en een rijke leeromgeving in de onderbouw essentiële voorwaarden zijn om de ontwikkeling van jonge kinderen te stimuleren, analyseert de student een onderdeel van de leeromgeving van zijn/haar stageklas en brengt hij hierover een onderbouwd advies uit. Daarnaast ontwikkelt de student de pedagogische, onderwijskundige en organisatorische basisvaardigheden die in de onderbouw noodzakelijk zijn. 2.2 Cursus inhoud Learning outcomes: Kern- en deeltaken uit opleidingsprofiel, 1.2 Aandacht en zorg hebben voor kinderen en daarbij tegemoet komen aan hun basisbehoeften 1.3 Een velig leef- en leerklimaat creëren door duidelijk te zijn over gedragsregels en afspraken 2.3 Beschikken over wetenschappelijke kennis van het ontwerpen van leersituaties 2.5 In kaart brengen van en aansluiten bij de beginsituatie van de groep en de verschillen tussen kinderen en daarbij lesdoelen formuleren met passende inhouden, werkvormen en taken. 2.7 Methoden, materialen en hulpmiddelen, beoordelen, ontwerpen en functioneel inzetten tvb de inrichting van een betekenisvolle, stimulerende en effectieve leeromgeving op basis van wetenschappelijk onderbouwde kennis 2.8 plannen en organiseren van leeractiviteiten 2.9 systematisch analyseren en interpreteren van evaluaties bij het voorbereiden van onderwijsactiviteiten en in te zetten voor schoolontwikkeling 3.1 met de kinderen een onderwijsactiviteit starten, hen motiveren en aansluiten bij hun voorkennis. 3.2 geven van doelgerichte en gedifferentieerde instructie met gebruik van wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennis 3.3 kinderen aan het werk zetten en houden met taken en werkvormen passend bij de lesdoelen 3.4 volgen en begeleiden van kinderen bij hun leerproces met gebruik van wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennis 3.5 afronden en evalueren van de onderwijsactiviteit met kinderen 3.6behouden van overzicht en flexibel inspelen op situatie, het lesverloop en verschillen tussen de kinderen 5.4 leren van feedback, reflectie en wetenschappelijk onderbouwde kennis, zowel individueel als gezamenlijk Doelen De student heeft kennis van en inzicht in: 1. de kenmerken van jonge kinderen en van spel als activiteit voor jonge kinderen om zich te ontwikkelen 2. de rollen van de leraar en de leerkrachtvaardigheden die nodig zijn om het kind bij zijn (spel) ontwikkeling te stimuleren 3. de kenmerken van ontwikkelingsactiviteiten in de onderbouw die gezamenlijk een afgestemd onderwijsaanbod vormen 4. de theoretische kaders waarop verschillende onderwijsvisies over het onderwijs aan jonge kinderen zijn gebaseerd De student kan: 5. aan de hand van literatuur een analyse maken van een onderdeel van de leeromgeving van de stageklas. 6. pedagogisch en didactisch handelen als leerkracht in de onderbouw toepassen. 7. De student reproduceert en begrijpt de leerinhoud en wetenschappelijk fundament van de kennisbasisdomeinen mondelinge taalvaardigheid, woordenschat en beginnende geletterdheid 8. De student past de (domein)didactiek toe van de mondelinge taalvaardigheid, woordenschat en beginnende geletterdheid Kennisbases vakken (uit Meijerink) Generiek Domeinen Subdomeinen Theorieën en concepten Methoden en strategieën A. Het lerende en zich ontwikkelende kind A.1 Elk kind is uniek A.1.1 Theorieën en concepten 9. Spelontwikkeling

A.1.2 Methoden en strategieën 2. Theorieën over: individuele leer- en ontwikkelingsbehoeften 3. Spelmethodiek en spelbegeleiding B. Onderwijzen en opvoeden B.1 Theorieën en concepten 1. Onderwijsleertheorieën a. ontwerptheorieën b. instructietheorieën 3. onderwijs- en b. traditionele vernieuwingsstromingen c. moderne vernieuwingsstromingen B.2 Methoden en strategieën 1. Onderwijsmethoden en strategieën a. ontwerpen van rijke en uitdagende onderwijsarrangementen b. aanbieden van onderwijs c. begeleiden van onderwijs d. evalueren van onderwijs 2. Opvoedingsmethoden en strategieën a. motiveren b. gedragsbeïnvloeding c. pedagogisch klimaat Kennisbasis Nederlands Kennisbasisdomeinen mondelinge taalvaardigheid, woordenschat en beginnende geletterdheid 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht): Brouwers, H. (2010). Kiezen voor het jonge kind. Bussum: Coutinho. (of nieuwe druk als die inmiddels is gepubliceerd!) Boek (verplicht): Paus, H. (red.) (2014). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs. Bussum: Coutinho Diversen (aanbevolen): zie voor overige materialen de studiehandleiding op Blackboard. 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 140 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Praktijk 1 (Groep 5 t/m 8) Opleidingsvariant Voltijd Collegejaar 2016-2017 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HPRK1-15 1.2 Cursusnaam Praktijk 1 (Groep 5 t/m 8) 1.3 Cursusnaam in Engels Internship 1 1.4 Aantal EC's 5 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd 1.9 Contactpersoon P Maasen (tel. +31884817175) (paul.maasen@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands Nee 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Bijeenkomst S&W/SLB verplicht 3 maal per blok Bijeenkomst S&W/SLB verplicht 1 maal per blok Bijeenkomsten S&W/SLB verplicht 2 maal per blok Stage verplicht 0 maal per blok blok 1 blok 1 blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 Toelichting bij werkvorm Bijeenkomst S&W/SLB: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Bijeenkomst S&W/SLB: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Bijeenkomsten S&W/SLB: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Stage: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Beoordeling door Instituutsopleider (IO) Numeriek zonder 5,5 100 2 1. blok 2 2. blok 3 POP Beperkte Alfa NA, NVD, VD 5,5 2 1. blok 2 2. blok 3

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel De student toont zijn algemene ontwikkeling en bekwaamheid in de praktijk aan (kwaliteit van zijn handelen), op grond van de vijf kerntaken uit het opleidingsprofiel. 2.2 Cursus inhoud In het eerste jaar oriënteert de student zich op de rol van de leraar en op onderwijskundige achtergronden. De student leert lesgeven, ontwikkelt een goede pedagogische relatie met kinderen, observeert in de eigen groep en de school en analyseert, gebruikt en ontwerpt leermiddelen en leeromgevingen en voert in alle vak- en vormingsgebieden praktijkactiviteiten uit. De student wordt vanuit de cursussen gestimuleerd de opgedane kennis en vaardigheden te combineren en effectief in te zetten in de eigen praktijksituatie. Voor een deel wordt de student hierbij door de opleiding gestuurd. Daarnaast wordt de student begeleid door de begeleiders Studie & Werk en praktijkbegeleiders. Op deze manier zal de student de praktijk zien als een betekenisvolle oefensituatie. Om hieraan richting te geven stelt de student aan het begin van ieder semester een plan op. Specifieke (vak)didactische principes en onderliggende (leer)theorieën worden in de praktijk geoefend tot studenten deze in de vingers hebben. Representatieve bewijsvoering (in de vorm van beroepsproducten zoals lessen, projecten, thema s specifieke beroepsproducten of onderzoeken) van deze bekwaamheid legt de student vast in zijn didactisch dossier. In het eerste jaar zal de nadruk meer liggen op de sturing vanuit de opleiding in de vorm van praktijkopdrachten en verplichte beroepsproducten. Aan het eind van het eerste semester wordt de stand zaken vastgesteld. Hiertoe verantwoordt de student met behulp van onderwijskundige theorieën en systematische analyse in hoeverre en op welke manier hij zich in de verschillende kerntaken en deeltaken heeft ontwikkeld en stelt hij een persoonlijk ontwikkelplan op. 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Kosten: EUR 0 Materiaal: Diversen (aanbevolen): Handleidingen en materialen van de gevolgde cursussen. 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 140 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Voltijd Collegejaar 2016-2017 Praktijk 2 (Groep 1-2) en Instaptoetsen 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HPRK2-16 1.2 Cursusnaam Praktijk 2 (Groep 1-2) en Instaptoetsen (Cito) 1.3 Cursusnaam in Engels Internship 2 1.4 Aantal EC's 5 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd 1.9 Contactpersoon P Maasen (tel. +31884817175) (paul.maasen@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands Nee 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Bijeenkomst S&W/SLB verplicht 2 maal per blok Stage verplicht 0 maal per blok blok 3, blok 4 blok 3, blok 4 Toelichting bij werkvorm Bijeenkomst S&W/SLB: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Stage: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Beoordeling door IO Numeriek zonder 5,5 75 2 1. blok 4 2. blok 5 instaptoets Rekenen (Cito) Numeriek zonder 5,5 3 1. blok 1 2. blok 2 3. blok 4 Reflectieverslag Numeriek zonder 5,5 25 2 1. blok 4 2. blok 5 Vakdidactisch Dossier Beperkte Alfa NA, NVD, VD 5,5 2 1. blok 4 2. blok 5

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel De student toont zijn algemene ontwikkeling en bekwaamheid in de praktijk aan (kwaliteit van zijn handelen), op grond van de vijf kerntaken uit het opleidingsprofiel. 2.2 Cursus inhoud In het eerste jaar oriënteert de student zich op de rol van de leraar en op onderwijskundige achtergronden. De student leert lesgeven, ontwikkelt een goede pedagogische relatie met kinderen, observeert in de eigen groep en de school en analyseert, gebruikt en ontwerpt leermiddelen en leeromgevingen en voert in alle vaken vormingsgebieden praktijkactiviteiten uit. De student wordt vanuit de cursussen gestimuleerd de opgedane kennis en vaardigheden te combineren en effectief in te zetten in de eigen praktijksituatie. Voor een deel wordt de student hierbij door de opleiding gestuurd. Daarnaast wordt de student begeleid door de begeleiders Studie & Werk en praktijkbegeleiders. Op deze manier zal de student de praktijk zien als een betekenisvolle oefensituatie. Om hieraan richting te geven stelt de student aan het begin van ieder semester een plan op. Specifieke (vak)didactische principes en onderliggende (leer)theorieën worden in de praktijk geoefend tot studenten deze in de vingers hebben. Representatieve bewijsvoering (in de vorm van beroepsproducten zoals lessen, projecten, thema s specifieke beroepsproducten of onderzoeken) van deze bekwaamheid legt de student vast in zijn didactisch dossier. In het eerste jaar zal de nadruk meer liggen op de sturing vanuit de opleiding in de vorm van praktijkopdrachten en verplichte beroepsproducten. Aan het eind van het eerste semester wordt de stand zaken vastgesteld. Hiertoe verantwoordt de student zich met behulp van onderwijskundige theorieën en systematische analyse in hoeverre en op welke manier hij zich in de verschillende kerntaken en deeltaken heeft ontwikkeld. Dit gebeurt aan de hand van de bewijsvoering die is opgenomen in het didactisch dossier. Ook schrijft de student een reflectieverslag waarin hij zijn ontwikkeling en bekwaamheid systematische en met behulp van literatuur verklaart 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Kosten: EUR 0 Materiaal: Diversen (aanbevolen): handleidingen en materialen van de gevolgde cursussen 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 140 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Rekenen in de bovenbouw Voltijd Collegejaar 2016-2017 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HREK1-15 1.2 Cursusnaam Rekenen in de bovenbouw 1.3 Cursusnaam in Engels Arithmetic in the senior years 1.4 Aantal EC's 2 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd 1.9 Contactpersoon KM Boonstra (tel. +31884817157) (karel.boonstra@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands Nee 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Werkcollege rekenen verplicht 7 maal per blok bij aanvangsblok 2: blok 2 Toelichting bij werkvorm Werkcollege rekenen: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Schriftelijke toets didactiek rekenen Numeriek zonder 5,5 100 2 bij aanvangsblok 2: 1. blok 2 2. blok 3

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel De student neemt kennis van een interactieve didactische opbouw van rekenwiskundeonderwijs. Hierbij wordt uitgegaan van de didactische opbouw in drie niveaus: het concreet contextuele, het modelmatige en het abstracte niveau. Subdoelen. De student: - kan de redeneervaardigheid en rekenvaardigheid in het kolomsgewijs en cijferend optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen bij kinderen ontwikkelen; - kan de redeneervaardigheid en de rekenvaardigheid op de gebieden breuken, kommagetallen, % en verhoudingen bij kinderen ontwikkelen; - kan de rekenvaardigheid en redeneervaardigheid bij kinderen op het gebied meten stimuleren; - kan de verschillende oplossingsstrategieën herkennen die kinderen hanteren; - kan door middel van observeren en analyseren, herkennen in welke fase van de rekenontwikkeling het kind zich bevindt; - kan de waarde van de interactie voor het leren van kinderen inschatten en kan interactie in de klas vorm geven; - neemt kennis van de actuele ontwikkelingen aangaande rekenonderwijs en kan zich daar een mening over vormen; - verwerft inzicht in het eigen reken/wiskundig niveau. 2.2 Cursus inhoud Kolomsgewijs optellen en aftrekken vergt van het kind getalbegrip, vaardigheid in hoofdrekenen en inzicht in de inwisselprocedure. Daarom zal aandacht worden besteed aan passende concretisering en modellering van deze rekenhandelingen. Breuken en kommagetallen zijn voor kinderen op de basisschool vaak lastig te begrijpen. Betekenis geven aan een breuk is daarom de eerste stap. Daarna volgt modellering. Het abstract rekenen met deze grootheden is de laatste stap. Voor procenten geldt dat in nog grotere mate. Ze zijn het meest abstracte onderwerp dat op de basisschool aan de orde komt. Verhoudingen komen op beide bovengenoemde gebieden vaak impliciet aan de orde. Maar ook het meer expliciet redeneren met verhoudingen is onderdeel van deze cursus. Rekenen in de bovenbouw besteedt aandacht aan het inzichtelijk ontwikkelen van de begrippen oppervlakte en inhoud en het rekenen daarmee. Inzicht in het eigen reken/wiskundig niveau zal de student mede verwerven door aan het begin van de cursus een signaleringstoets te maken. Deze zal worden besproken. Voorbereiding op de bijeenkomsten en bijdrage aan groepswerk Studenten bereiden zich voor door het lezen van de opgegeven literatuur en het uitvoeren van opdrachten, zoals beschreven in de cursushandleiding. Van de student wordt een actieve studiehouding verwacht. Tijdens de bijeenkomsten zal er van worden uitgegaan dat de literatuur gelezen is. Mede op basis hiervan zullen opdrachten moeten worden uitgevoerd. Bijdrage aan ontwikkeling kern- en deeltaken en academische vaardigheden Kern- en deeltaken

2.1 Beheersen van de kennis en vaardigheden in het basisschool-curriculum (K) 2.2 Beschikken over een wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennisbasis 2.4 Wetenschappelijk onderbouwde kennis hebben over toetsen en beoordelen van leerresultaten en diagnosticeren van leerproblemen. 3.1 Met de kinderen een onderwijsactiviteit starten, hen motiveren en aansluiten bij hun voorkennis. 3.2 Geven van doelgerichte en gedifferentieerde instructie met gebruik van wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennis. 3.4 Volgen en begeleiden van kinderen bij hun leerproces met gebruik van wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennis. Academische vaardigheden - kritisch analyseren - discussiëren en argumenteren - reflectie en zelfsturing Toetsing In het tentamen wordt aan de hand van open vragen beoordeeld of de student op kindniveau kan redeneren en zo blijk geeft van zicht op de handelingsniveaus die zich bij kinderen ontwikkelen. Ook zal de algemeen theoretische kennis van zaken van de student getoetst worden. Dit op basis van de opgegeven literatuur en colleges en opdrachten. 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht): Zanten, M. van, Bergh, J. van den,(2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen 2e editie. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. EAN: 9789006955378 Boek (verplicht): Brom-Snijders, P. van den, Bergh, J. van den(2014). Hele getallen 2e editie. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. EAN: 9789006955361 Boek (verplicht): Hutten, O. Bergh, J. van den(2014). Meten en meetkunde 2e editie. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff EAN: 9789006955385 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 56 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (2) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Voltijd Collegejaar 2016-2017 Inleiding schrijfvaardigheid bord/papier 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HSCH1-15 1.2 Cursusnaam Inleiding schrijfvaardigheid bord/papier 1.3 Cursusnaam in Engels Writing: Handwriting Development 1.4 Aantal EC's 1 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd M van Buuren (tel. +31884817990) 1.9 Contactpersoon (marjolein.vanbuuren@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands Nee 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Practicum bord en papier schrijven verplicht 6 maal per blok Werkcollege taalbeschouwing niet verplicht 2 maal per blok blok 1 blok 1 Toelichting bij werkvorm Practicum bord en papier schrijven: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Vaardigheidstoets Numeriek zonder 5,5 100 2 1. blok 1 2. blok 2

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel Kerntaak 2.1 Beheersen van de kennis en vaardigheden in het basisschoolcurriculum 1. De student kan het methodisch schrift (groep 3 en 4) nauwkeurig imiteren, zowel op (krijt/digitaal) bord als op papier. 2. De student kan op (krijt/digitaal) bord en op papier een verantwoord lerarenhandschrift schrijven, waarbij wordt voldaan aan de handschriftcriteria voor een goede lettervormgeving en lay-out. 3. De student kan op (krijt/digitaal) bord en op papier een verantwoord blokschrift schrijven, waarbij wordt voldaan aan de handschriftcriteria voor een goede lettervormgeving en lay-out. 2.2 Cursus inhoud Inhoud Op de basisschool schrijven kinderen 30% tot 60% van de tijd. Goed handschriftonderwijs leidt tot goed schrijvende kinderen. Om goed handschriftonderwijs te kunnen geven, moet de student in staat zijn om de leerlingen te kunnen voorzien van een goed voorbeeld, duidelijke instructie en functionele feedback. In groep 3 en 4 leren kinderen schrijven volgens een schrijfmethode. Dit is ook voor de student het schrift waarmee gestart wordt. De schrijfmethode Schrift is hierbij het uitgangspunt. Daaruit volgt het lerarenhandschrift, dat de student in kan zetten om zijn lessen te ondersteunen met bordschrift en om leerlingwerk te corrigeren. Tot slot wordt het blokschrift geleerd. De werkcolleges zijn gericht op het vergroten van de grafo-cognitie: letterkennis. In zes werkcolleges wordt een groot deel van de tijd besteed aan het oefenen van de schriftsoorten op het bord. Het schrijven op papier (werkschrift Schriftvaardig) oefent de student voornamelijk in zelfstudietijd. In de les wordt hierop geregeld feedback gegeven. Tijdens één college worden kinderhandschriften geanalyseerd. De student voert een praktijkopdracht uit, waarbij het analyseren van kinderhandschriften centraal staat. Voorbereiding op de bijeenkomsten De deelnemers bereiden zich actief voor op alle bijeenkomsten door te oefenen in het werkschrift Schriftvaardig. Bijdrage aan ontwikkeling kern- en deeltaken en academische vaardigheden Vanuit opleidingsprofiel 2.1 Kennismaken met de stof en vaardigheden van het basisschoolcurriculum. Academische vaardigheden - Kritisch analyseren - Reflectie en zelfsturing Toetsing De student toont zijn vaardigheid aan op zowel het bord als op papier. Het gemiddelde cijfer moet minimaal een 5,5 zijn. Alle schrijfopdrachten uit het werkschrift Schriftvaardig worden tijdens het tentamen ingeleverd. Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Werkboek (verplicht): Scholten, A., & Hamerling, B. (2012). Werkschrift Schriftvaardig. ISBN: 978-94-6107-155-2 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 28 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (1) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Inleiding didactiek van Wereld Voltijd Collegejaar 2016-2017 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-HWER1-15 1.2 Cursusnaam Inleiding didactiek van Wereldvakken 1.3 Cursusnaam in Engels Introduction to global oriented professional feelds 1.4 Aantal EC's 3 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd GAF Sommerdijk (tel. +31884813051) 1.9 Contactpersoon (guy.sommerdijk@hu.nl) 1.10 Voertaal Nederlands Nee 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? Werkcollege 1 aardrijkskunde niet verplicht 3 maal per blok Werkcollege 2 geschiedenis verplicht 3 maal per blok Werkcollege 3 naturonderwijs & techniek verplicht 3 maal per blok blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 Toelichting bij werkvorm Werkcollege 2 geschiedenis: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. Toelichting bij werkvorm Werkcollege 3 naturonderwijs & techniek: De ALPO kent een beperkte aanwezigheidsplicht, dat wil zeggen dat voor een deel van het curriculum de student verplicht aanwezig moet zijn. Dit betreft alle praktijk en enkele vaardigheid cursussen zoals de kunstvakken en handschriftontwikkeling. 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? Schriftelijke toets aar/ges/nat&tec Numeriek zonder 5,5 100 2 1. blok 2 2. blok 3

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel Algemeen doel Binnen deze cursus bouwt de student vakinhoudelijke en didactische kennis op over de wereldvakken binnen het basisonderwijs. Binnen het eerste studiejaar wordt op verschillende manieren en momenten deze kennis getoetst. 2.2 Cursus inhoud Na afloop van de cursussen HWER1 in het eerste jaar en de cursus in het tweede jaar heeft de student een duidelijk beeld van de wereld-oriënterende vakgebieden aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs & techniek en levensbeschouwelijk onderwijs, zoals die in het primair onderwijs worden gegeven. Ook is de student in staat om in alle deze vakgebieden lessen op groepsniveau binnen het primair onderwijs te geven. Daartoe bezit de student de hieronder/hierboven genoemde kennis en vaardigheden. Deze betreffen bij elk vakgebied de vak inhoud, de vakdidactiek, belangrijke basisprincipes (zoals beeldvormers bij geschiedenis, geografisch zienswijze bij aardrijkskunde en ontdekkend leren bij natuuronderwijs & techniek) en het leren en de ontwikkeling van kinderen. Voor het overzicht De cursus HWER1 uit het eerste jaar wordt in twee periodes aangeboden Periode A - Aardrijkskunde: 3 werkcolleges - Geschiedenis: 3 werkcolleges - Natuuronderwijs & techniek: 3 werkcolleges Periode B - Aardrijkskunde: 3 werkcolleges - Geschiedenis: 3 werkcolleges - Natuuronderwijs & techniek: 3 werkcolleges Binnen de cursus Ontwerpen van leersituaties en ICT wordt een koppeling gemaakt naar een van de wereldvakken. Kern- en deeltaken (uit opleidingsprofiel ALPO) 2.1 Beheersen van de kennis en vaardigheden in het basisschool-curriculum (K) Kennismaken met de stof en vaardigheden van het basisschoolcurriculum. 2.2 Beschikken over een wetenschappelijk onderbouwde vakdidactische kennisbasis Ontwikkelen van basiskennis over vakspecifieke leerstofopbouw. Kennen van vakspecifieke instructie en werkvormen. 2.5 In kaart brengen van en aansluiten bij de beginsituatie van de groep en de verschillen tussen kinderen, en daarbij lesdoelen formuleren met passende inhouden, werkvormen en taken. Overleggen met de praktijk-opleider over kinderen, programma, methode en activiteiten. Kiezen en ontwerpen van passende instructie, werkvormen en taken, ook individueel. 2.7 Methoden, materialen en hulpmiddelen, beoordelen, ontwerpen en functioneel inzetten tbv de inrichting van een betekenisvolle, stimulerende en effectieve leeromgeving op basis van wetenschappelijk onderbouwde kennis. Beoordelen, kiezen en ontwerpen van leermiddelen en materialen die aansluiten bij het doel van de activiteit (en de beginsituatie). 2.8 Plannen en organiseren van leeractiviteiten Maken van een lesplanning met het lesvoorbereidings-formulier en overleggen met de praktijkopleider. 2.9 Systematisch analyseren en interpreteren van evaluaties en toetsgegevens bij het voorbereiden van onderwijsactiviteiten en in te zetten voor schoolontwikkeling. Analyseren van het verloop van de eigen lessen en activiteiten, feedback vragen en lering trekken. 3.1 Met de kinderen een onderwijsactiviteit starten, hen motiveren en aansluiten bij hun voorkennis Ophalen van voorkennis en lesdoelen expliciteren aan kinderen. Gebruik maken van de belevingswereld, de leefomgeving en de actualiteit bij de keuze van de leerstof. 3.3 Kinderen aan het werk zetten en houden met taken en werkvormen passend bij de lesdoelen. Uitleggen van taken en werkvormen en benutten van leermiddelen om de betrokkenheid te verhogen Signaleren en benoemen van taakgericht gedrag van kinderen.

3.5 Afronden en evalueren van de onderwijsactiviteit met de kinderen. Het lesverloop en de behaalde lesdoelen met kinderen bespreken. 3.6 Behouden van overzicht en flexibel inspelen op de situatie, het lesverloop en verschillen tussen kinderen. De hele groep en de individuele kinderen overzien en reageren op gebeurtenissen. 5.4 Leren van feedback, reflectie en wetenschappelijk onderbouwde kennis, zowel individueel als gezamenlijk. Reflecteren op de praktijk in de klas, relevante kennis, eigen keuzen en handelen. Diverse vormen van reflectie gebruiken, en daarbij ook beschikbare kennis betrekken. Feedback vragen over eigen handelen en deze feedback bespreken. 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht): Geschiedenis Bruin, R. de en Bosua, M, Geschiedenis geven. Assen: Koninklijke Van Gorcum. Zie externe boekenlijst voor juiste uitgave / druk. Boek (verplicht): Aardrijkskunde Peters, A., Westerveen, F. Geowijzer, Kennisbasis inhoud en didactiek. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Zie externe boekenlijst voor juiste uitgave / druk Boek (verplicht): Vaan, E. de, en Marell, J. Praktische didactiek voor natuuronderwijs. Bussum: Uitgeverij Coutinho. Zie externe boekenlijst voor juiste uitgave / druk Diversen (verplicht): Waar nodig wordt verdere cursusliteratuur (zoals artikelen) via Blackboard verspreid. Boek (verplicht): Kersbergen, C. en Haarhuis. A. Natuuronderwijs inzichtelijk. Bussum: Uitgeverij Coutinho. Zie externe boekenlijst voor juiste uitgave / druk 2.5 Workload De totale studielast van deze cursus is gelijk aan 84 uren. Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (3) maal 28 uur. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd

Titel Opleidingsvariant Voltijd Collegejaar 2016-2017 Inleiding onderwijswetensch. en lesgeven 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode OTA1-OIOL1-15 1.2 Cursusnaam Inleiding onderwijswetensch. en lesgeven 1.3 Cursusnaam in Engels Introduction to educational sciences and teaching 1.4 Aantal EC's 8,5 European Credits 1.5 Studiefase/niveau D (propedeuse) 1.6 Opleiding (varianten) 1.7 Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Werkvormen zijn er in Voltijd Toetsen zijn er in Voltijd 1.8 Excellentiemogelijkheden? 1.9 Contactpersoon JJH Janssen (jeroen.janssen@hu.nl) Nee 1.10 Voertaal Nederlands 1.11 Werkvormen: Werkvorm Aanwezigheid verplicht? Frequentie In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? HU Werkcollege niet verplicht 6 maal per blok UU werkcollege niet verplicht 8 maal per blok blok 1 blok 1 1.12 Toetsen: Toetsvorm Resultaatschaal Minimum cijfer Weging (afgerond op hele procenten) Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar In welke blokken wordt de toets aangeboden? HU lesvoorbereiding Numeriek zonder 5,5 10 2 1. blok 1 2. blok 2 UU kennistoets Numeriek 1 5,5 60 2 UU opdracht Numeriek 1 5,5 30 2 1. blok 1 2. blok 2 1. blok 1 2. blok 2

2 Inhoudelijke gegevens 2.1 Cursus doel Algemene doelen Doel van deze cursus is dat de student kennis krijgt van en inzicht verwerft in de verschillende actoren die betrokken zijn bij het onderwijs op micro-, meso- en macro-niveau van het wetenschappelijk referentiekader (Valcke, 2010), wetenschappelijke onderwijskundige theorieën, leertheorieën, theorieën over onderwijsorganisatie, leren en instructie in verschillende contexten, onderwijzen en opleiden van docenten, toetsing en onderwijswetenschappelijk onderzoek. Daarnaast ontwikkelt de student vaardigheden om bovenstaande kennis en inzicht in te zetten in de praktijk, vaardigheden voor het vinden van relevante literatuur en het schrijven en kritisch analyseren van wetenschappelijke teksten. Tot slot leert de student een kunstles voor zijn stagegroep volledig en correct voor te bereiden en uit te voeren en op dit geheel te evalueren. Hij maakt daarbij gebruik van het lesvoorbereidingsformulier van de ALPO en vult dit volgens de criteria van het opleidingsinstituut in waarbij het cyclisch proces van onderwijs geven wordt doorlopen door bij de beginsituatie van de stagegroep passende leerdoelen te formuleren en daar met leerinhoud, didactische werkvormen en toetsing bij aan te sluiten. Specifieke doelen 1. De student heeft kennis van en inzicht in: verschillende actoren (leerling, docent, schoolleiding, beleidsmakers, etc.) die betrokken zijn in het onderwijs; verschillende niveaus (micro, meso, macro) uit het onderwijskundig referentiekader; onderwijsleertheorieën en implicaties van deze theorieën voor ontwerp van instructie en onderwijs; theorieën over organisatie van onderwijs op school-, organisatie- en beleidsniveau; theorieën over onderwijzen en opleiding van docenten; theorieën over toetsing en beoordelen van onderwijsprestaties; de rol en functie van onderwijskundig onderzoek. 2. De student heeft vaardigheid in: inzetten van verkregen onderwijskundige kennis in de praktijk vinden van relevante wetenschappelijke literatuur; kritisch analyseren van wetenschappelijke en populaire teksten; schrijven van een wetenschappelijke tekst. 3. De student heeft vaardigheid in het invullen van en gebruiken in de lespraktijk van lesvoorbereidingsformulier van de ALPO volgens de criteria van het opleidingsinstituut. 4. De student heeft vaardigheid in het doorlopen van het cyclische proces van onderwijs geven door bij de beginsituatie van de praktijkgroep passende specifieke leerdoelen te formuleren en daar met leerinhoud, didactische werkvormen en toetsing bij aan te sluiten. 2.2 Cursus inhoud Er wordt wel eens gezegd dat Nederland 16 miljoen bondscoaches heeft. Soms krijg je ook wel eens het idee dat Nederland ook 16 miljoen onderwijsexperts heeft. Iedereen heeft immers op school gezeten, heeft onderwijs gevolgd en is daarmee staat een zinnige opvatting over onderwijs en leren te formuleren. Of toch niet? In deze inleidende cursus staan we stil bij een aantal onderwijskundige vraagstukken die ook relevant zijn voor actuele onderwijsdiscussies. We bestuderen wetenschappelijke onderwijskundige theorieën die relevant zijn voor deze vraagstukken. Hierdoor zal je leren om op gefundeerde wijze een bijdrage te leveren aan onderwijsdiscussies. Onderwijskunde is de wetenschap die zich bezig houdt met het bestuderen van onderwijs, leren en instructie in verschillende contexten. Hierbij moet je denken aan onderwijs dat wordt georganiseerd in reguliere onderwijsinstellingen zoals basisscholen en universiteiten. Onderwijskunde richt zich echter ook op onderwijsprocessen in bedrijven en organisaties. Tenslotte richt onderwijskunde zich ook op onderwijs dat geen systematisch, gestructureerd karakter heeft. Hierbij kun je denken aan educatieve programma s ontwikkeld door musea en online leeromgevingen die gratis cursussen aanbieden. Naast het bestuderen van wetenschappelijke onderwijskundige theorieën zul je je ook in de onderwijskundige rol van onderwijsontwerper gaan ontwikkelen als je lessen gaat ontwerpen voor je eigen stagegroep. Er komt heel wat kijken bij het lesgeven: lessen voorbereiden, kinderen leren leren, overzicht en overwicht houden, kennis overdragen, feedback geven, het onderwijs aanpassen aan de mogelijkheden van de kinderen, als expert en model optreden, zorgen dat kinderen actief bij de les zijn betrokken, zorgen dat er duidelijke verwachtingen zijn, etc. Het kenmerkende van het beroep van leraar is dat de leraar binnen complexe situaties moet opereren. Om de lessen goed te laten verlopen is het belangrijk het lesgeven grondig voor te bereiden. Daarbij gebruiken we een lesvoorbereidingsformulier dat is gebaseerd op het model didactische analyse van Van Gelder (1972). Dit model