Wat is leercoaching? 2 zelfstandig sturen Leercoaching is een programma dat als doel heeft leren en ontwikkelen te stimuleren. Diegene die leert, wordt begeleid door een coach. De coach onderzoekt samen met de deelnemer wat deze wil, kan, doet en presteert en stemt zijn begeleiding daarop af. Uiteindelijk zal de deelnemer zelfstandig het eigen leerproces sturen en een professionele beroepsbeoefenaar worden en blijven. In figuur 1 is het programma schematisch weergegeven. Leren + coachen = leercoaching Je leert een beroep Je wordt begeleid door een coach Leercoaching is een programma dat jou helpt om te leren. Samen met je coach kijk je naar hoe je leert, wie jou kan ondersteunen en wat je verder nodig hebt om de opleiding te halen. Leercoaching is een programma waarin de coach samen met jou bekijkt wat je wilt, wat je kunt, wat je doet en wat je presteert. Deze informatie wordt verzameld in het kwadrantmodel. Jij en je coach gebruiken die informatie om naar vorderingen in jouw leerproces te kijken en deze eventueel te sturen. Kunnen Willen Presteren Doen Figuur 1 Het kwadrantmodel samen leren Leren doe je samen. Ook in je beroep zul je samen met anderen verder leren. Jij en je collega s zullen blijven leren van de dagelijkse werkzaamheden, bijvoorbeeld door te bespreken hoe je deze het beste kunt uitvoeren. Op je werk zul je altijd tegen vragen aanlopen die ervoor kunnen zorgen dat je samen leert. In je beroep en opleiding kun je niet altijd kiezen met wie je samen-
2 Wat is leercoaching? 13 werkt. Tijdens de opleiding leer je in leercoachgroepen samen te werken met andere deelnemers en binnen je beroep werk je samen met collega s. Je leert dat je niet per se vrienden van elkaar hoeft te zijn om goed samen te werken. Elke leercoachgroep heeft een eigen coach. In het begin van de opleiding worden de groepen door de coach samengesteld op basis van hoe de deelnemers leren. De coach spreekt met jou af hoe lang je in deze leercoachgroep zult samenwerken. Een groep wordt als volgt gesplitst (figuur 2). leercoachgroepen Groep Coachgroep Coachgroep Coachgroep Leercoachgroep Leercoachgroep Leercoachgroep Leercoachgroep Leercoachgroep Leercoachgroep Figuur 2 Indeling leercoachgroepen. Elke leercoachgroep bestaat uit drie of vier deelnemers De coachgroep kan gebruikt worden als er activiteiten zijn die in een groep van zes tot acht deelnemers kunnen plaatsvinden. In de leercoachgroep maak je opdrachten, geef je presentaties, verwerk je informatie, bereid je je voor op lessen, bereid je je voor op stages enzovoort. In de leercoachgroep train je jezelf in samenwerken. Samen met je coach kijk je hoe het met je gaat en wat jij nodig hebt om te leren en te werken. 2.1 Leren Om te leren doorloop je de leeractiviteiten: doelen stellen, oriënteren en plannen, uitvoeren, terugkijken en evalueren, elke keer weer opnieuw. Op deze manier kun je je werk op een gestructureerde manier aanpakken. coachgroep leeractiviteiten Doelen stellen Oriënteren en plannen Terugkijken/ evalueren Uitvoeren Figuur 3 Vier leeractiviteiten
14 Leercoaching voorbeeld leeractiviteiten Een voorbeeld Je doelstelling is: er gaaf uitzien op hét feest en daarvoor heb je zeker nieuwe kleding nodig. Je oriënteert je op hoe je dit voor elkaar krijgt en komt tot de conclusie dat je geld nodig hebt om kleren te kopen. Je denkt dat je moeder je het geld wel wil geven, als je het maar slim aanpakt, want zij wil toch ook dat je er mooi uitziet op het feest. Je plant een tijdstip waarop jij denkt dat je de meeste kans maakt dat je moeder je geld geeft en je bereidt het gesprek met je moeder voor. Je voert je plan uit door met je moeder in gesprek te gaan en gebruikt hier de zinnen die je voorbereid hebt. Je kijkt terug of je bereikt hebt wat je wilde bereiken. Als je niet bereikt hebt wat je wilde, ga je nadenken over hoe je het anders had kunnen aanpakken. Je hebt nu alle vier de stappen, de zogenaamde leeractiviteiten, doorlopen. Het kan zijn dat je de stappen opnieuw moet doorlopen omdat je je doelstelling niet bereikt hebt. Als je moeder je geld heeft gegeven voor nieuwe kleding, weet je dat je het goed aangepakt hebt. Je bent blij dat je er straks op het feest goed zult uitzien. Als je geen geld gekregen hebt, zul je je waarschijnlijk afvragen waarom niet. Had jij zelf iets anders kunnen doen, of ligt het ergens anders aan? Als jij iets anders had kunnen doen, wat had je dan kunnen doen om toch geld te krijgen? doelen stellen Duidelijk stilstaan bij wat je wilt bereiken (doelen stellen), hoe je je oriënteert en plannen maakt, hoe je die vervolgens uitvoert en ten slotte terugkijkt of en hoe je je doelen bereikt hebt, noemen we hier leren. Leren betekent hier dus dat je vooraf weet wat je met informatie gaat doen en hoe je die vervolgens ook in de praktijk kunt gebruiken. Een andere manier van leren Stel je voor dat je op hét feest bent met de kleding waarvan jij zeker weet dat het de kleren zijn om goed voor de dag te komen. Je danst en je voelt je goed, totdat je op een gegeven moment wat beter om je heen kijkt. Je ziet dat anderen er anders uitzien dan jij. Je kijkt naar je kleding en komt tot de ontdekking dat die eigenlijk niet bij het feest past. Wat nu? Wat is er fout gegaan? Welke belangrijke informatie heb je gemist? Hoe kom je erachter welke informatie je gemist hebt? Je stapt op een vriendin af en vraagt het haar. Zij antwoordt: Vorige week hebben ze toch gezegd dat we in de kleding uit de jaren vijftig moesten komen!
2 Wat is leercoaching? 15 Je stemming zakt gelijk naar een dieptepunt en je besluit naar huis te gaan. Thuis ga je nog eens na hoe je wel had kunnen weten wat van je verwacht werd voor het feest. Je bedenkt je dat je vorige week een dag ziek bent geweest en dat je daarna niet meer met je vriendin gesproken hebt over het feest. Dat verklaart waarom je die belangrijke informatie hebt gemist. Je weet nu dat er twee belangrijke oorzaken zijn waardoor het feest niet geworden is wat je ervan verwacht had. Je besluit de volgende keer voor zo n feest zeker met je vriendinnen te bespreken welke kleding jullie zullen dragen. Dit zal je niet meer gebeuren. Je hebt nu geleerd dat je door na te denken over wat er feitelijk is voorgevallen, helder kunt krijgen welke belangrijke informatie je gemist hebt. Weten wat er precies misgegaan is, maakt het mogelijk andere keuzen te maken. Dus een duidelijke andere manier van dingen aanpakken. Dit is een simpel voorbeeld van leren door reflecteren. reflecteren Reflecteren is een belangrijke leervaardigheid om leren vorm te geven. Door reflecteren breng je diepgang in het leren. Je kijkt door te reflecteren kritisch terug op wat er gebeurd is en door welke oorzaken. Andere leervaardigheden zijn: samenwerken, plannen, jezelf motiveren, aantekeningen maken, bepalen welke doelen jij belangrijk vindt, informatie onthouden enzovoort. Binnen leercoaching zal de coach jou begeleiden in het aanleren of ontwikkelen van deze leervaardigheden. Je krijgt uitleg over de verschillende leervaardigheden en je krijgt opdrachten waarmee je de leervaardigheden kunt leren en oefenen. 2.2 Coachen Coachen is een manier van begeleiden om jou te helpen je leervaardigheden te ontwikkelen, zodat jij zelfstandig je beroep kunt uitoefenen; zelfstandig kunt bepalen wanneer je hulp nodig hebt; zelfstandig kunt bepalen waar en van wie je hulp kunt krijgen enzovoort. Coachen houdt in dat jij samen met je coach actief op zoek gaat naar de begeleiding die je wilt hebben en naar hoe je je leren vorm kunt geven. actief op zoek In het begin van de opleiding zal de coach zo nodig veel sturing geven. De coach zal duidelijke opdrachten geven en aangeven welke stappen je kunt zetten om leervaardigheden te leren die van belang zijn voor het beroep waarvoor je gekozen hebt.
16 Leercoaching opdrachten maken Binnen leercoaching leer je om samen te werken en met mededeelnemers opdrachten te maken. Dit is een voorbereiding op je beroep, want ook dan zul je moeten samenwerken. Door samen te werken zul je ervaren dat je van elkaar kunt leren. Naarmate je verder bent in je opleiding, zul je jezelf steeds meer sturen en zul je steeds meer zelf bepalen wat voor jou belangrijk is om te leren voor je beroep. Je zult ook ontdekken dat je heel veel van elkaar kunt leren. Jij en je mededeelnemers zijn immers geïnteresseerd in dezelfde onderwerpen. Coachen is een middel om tot ontwikkeling te komen, bijvoorbeeld om zelf te kunnen bepalen wat je wel en niet wilt leren. De coach heeft dan als belangrijkste taak jou te begeleiden in het maken van keuzes en het aanleren van de benodigde leervaardigheden. De begeleiding bestaat dan uit ondersteuning om leerdoelen te formuleren, leeractiviteiten te plannen en feedback te verzamelen en te verwerken. Coaching is gericht op jouw leren en ontwikkelen. De toepassing van de leercyclus (figuur 4) zal hierin een belangrijke plaats innemen. De vier leeractiviteiten samen vormen de leercyclus. Steeds staat de vraag centraal wat jij nodig hebt om de leeractiviteiten uit te voeren zodat jij je kunt ontwikkelen. Doelen stellen Oriënteren en plannen Terugkijken/ evalueren Uitvoeren Figuur 4 Leercyclus met vier leeractiviteiten leercoachgroep Leren zal plaatsvinden door de cyclus vele keren te doorlopen. Elke keer opnieuw vraag je je af of je bereikt hebt wat je wilde bereiken en of de manier waarop, voor jou de goede manier is. De coach zal je hierover vragen stellen en je feedback geven in de leercoachgroep. In een later stadium zullen de leden van de leercoachgroep elkaar ook onderling coachen. Uiteindelijk moet je deze leeractiviteiten geheel zelfstandig kunnen uitvoeren.
2 Wat is leercoaching? 17 Coachgesprekken De coachgesprekken die jij met je coach voert zullen bestaan uit vijf gespreksfasen. gespreksfasen 1 Doel van de coaching vaststellen Wat wil je bereiken? Je formuleert de vraag die je hebt en je gaat na welke redenen je hebt om deze doelstelling te willen bereiken. 2 Oriënteren op de realiteit Is het reëel wat je wilt bereiken? Je gaat na hoe de situatie nu is en of het realistisch is dat je je doelstelling in de toekomst zult bereiken. 3 Plannen Welke manieren zijn er om het doel te bereiken en wat is de beste manier? Je bedenkt zoveel mogelijk manieren waarop je je doel zou kunnen bereiken. Je bedenkt welke middelen je daarbij zou kunnen inzetten, zoals boeken, gesprekken met anderen, kijken bij anderen, samenwerken, websites bekijken, een deskundige raadplegen. Je kijkt welke middelen bij je doel passen. Hoe helderder je je doel voor ogen hebt, hoe beter je de middelen daarop kunt afstemmen. Je kunt ook aan mededeelnemers vragen wat zij zouden doen om de doelstelling te bereiken. 4 Een uitvoering kiezen en vormgeven Uit alle mogelijkheden die je bij fase drie bedacht hebt, kies je de manier die het beste bij jou past. Je geeft nu precies aan wat je gaat doen en hoe en wanneer je dat gaat doen. Ook stel je vast welke ondersteuning je nodig hebt en hoe je de benodigde steun gaat verkrijgen. 5 Terugkijken/evalueren Je spreekt af op welke manier je zult terugkijken op wat je gaat doen. Je hebt bij fase vier vastgesteld welke ondersteuning je nodig hebt. Bij de evaluatie ga je kijken of je je doel bereikt hebt en of de ondersteuning voldoende is geweest. Ook ga je in deze fase na wat wel en niet goed is gegaan en wat jij er eventueel aan had kunnen veranderen.
18 Leercoaching plan om je doel te bereiken steun en vertrouwen terugkoppelen analyseren samenwerken Wat mag je van je coach verwachten? Voordat je uitvoerend aan de slag gaat, maak je een plan waarin je aangeeft wat nodig is om je doel te bereiken. Om dit plan te maken kun je het werkblad gebruiken dat op de cd-rom staat onder coachen. Van je coach mag je vervolgens verwachten dat hij je duidelijk ondersteunt, zodat jij je doel kunt bereiken. De coach zal de volgende activiteiten ondernemen. Steun en vertrouwen geven Een vertrouwensbasis tussen de coach, coachgroep en deelnemer is belangrijk. Je moet elkaar vertrouwen om samen na te kunnen denken over wat jou bezighoudt, om problemen te kunnen bespreken en om over elkaars inzichten na te denken. Zonder wederzijds vertrouwen is het veel moeilijker om over dit soort dingen te praten. Bekijk wat jij kunt doen om een vertrouwensband op te bouwen. Inhoudelijke terugkoppeling geven De terugkoppeling richt zich op de wijze waarop jij leervaardigheden toepast in de groep en in de leercoachgroep. De coach zal vragen stellen, feedback geven en naar jouw standpunten luisteren. Jij zult je best doen om je aanpak te verhelderen en na te denken over jouw mogelijkheden en beperkingen. Helpen analyseren hoe jij leervaardigheden toepast Jij gaat zelf onderzoeken op welke manier je het beste leert, welke leervaardigheden jij bij voorkeur toepast. Een manier van leren is bijvoorbeeld dat je alles leest, nog een keer leest en daarna probeert de kern van het verhaal na te vertellen. Als je veel moet lezen en weten, is het niet handig om al die informatie te leren zonder er structuur in aan te brengen. De coach kan je in zo n geval vragen hoe je de te leren informatie indeelt, wat voor jou de hoofd- en bijzaken zijn, hoe je de informatie in stukken verdeelt die voor jou behapbaar zijn. Met je coach kun je bespreken welke leervaardigheden je wanneer kunt toepassen en je kunt ingaan op de vraag hoe je bepaalde leervaardigheden het beste kunt toepassen. De samenwerking van de deelnemers in de leercoachgroep ondersteunen Vooral tijdens het eerste leerjaar zal de coach jou observeren. Hoe leer je in je leercoachgroep? Op welke manier reageren jullie op elkaar in de leercoachgroep? De coach zal zijn observaties met de deelnemers bespreken, zodat jullie samen kunnen kijken wat van belang is. Het draait daarbij
2 Wat is leercoaching? 19 steeds om de vraag wanneer ondersteuning door de coach nodig is en wanneer ondersteuning door de leercoachgroep gewenst is. Het is de verantwoordelijkheid van de leercoachgroep en de coach om de samenwerking tussen de deelnemers plezierig te laten verlopen. Aanmoedigen dat je leervaardigheden aanleert Voordat je een nieuwe leervaardigheid goed kunt toepassen, moet je die een paar keer oefenen. De eerste pogingen zullen niet altijd vlekkeloos verlopen. De coach zal je juist in deze fase blijven aanmoedigen. In de coachgesprekken kun je aangeven door welke houding van de coach jij je aangemoedigd voelt. Door dit te bespreken kun je samen vormgeven aan een goede coaching. coachgesprekken Opdracht coachen Opdracht 1 Coachen Gebruik het werkblad Coachen. Toelichting Zie de eerdere informatie. Op de cd-rom staat bij Coachen een werkblad om jou te ondersteunen je coachproces vorm te geven. 2.3 Het kwadrantmodel Het kwadrantmodel wordt gebruikt om te kunnen volgen wat je kunt, wilt, doet en presteert (zie figuur 5). Je hebt een vooropleiding gedaan met de prestaties die daarbij horen. Je coach wil ook weten wat je wilt en hoe je dit doet. Hij wil weten of je op de goede plaats zit binnen deze beroepsopleiding. Als je je thuis voelt op school, is dat te zien aan je gedrag. Dit geeft de coach informatie over hoe het met je gaat. Het kan zijn dat je ondersteuning nodig hebt op een bepaald gebied om de opleiding op een prettige manier te volgen. Het is aan jou om aan te geven waarom je begeleiding wenst, niet alleen vanuit wat je kunt en wat je presteert, maar ook vanuit wat je wilt en hoe je dit wilt doen. De coach zal ondersteuning bieden door de juiste vragen te stellen en samen met jou vanuit alle kwadranten naar jou te kijken. zit je op de goede plaats?
20 Leercoaching Je hebt een vooropleiding gedaan, of een andere opleiding die toelating biedt tot het beroepsonderwijs. Welke leerstijl heb je? Welke ondersteuning heb je nodig om je beroep succesvol te kunnen uitoefenen? Denk bijvoorbeeld aan specifieke kennis die je nodig hebt voor je beroep, taalondersteuning om kennis op te kunnen nemen, bepaalde leervaardigheden. Wat wil je? Hoe wil je het? Voel je je goed op school? Hoe voel je je in de praktijk? Het willen is belangrijk om van de opleiding een succes te maken. Kunnen Willen Presteren Doen Welke prestaties/cijfers haal je? Heb je herkansingen nodig? Sluit de manier van leren aan op wat je zelf verwacht en wat van jou verwacht wordt? Door na te gaan hoe jouw prestaties zijn en ze te bespreken met je coach weet je of je op de goede weg bent. Wat laat je zien? Hoe gedraag je je op school en in de praktijk? Doe je actief mee met de werkzaamheden die van jou verwacht worden? Deze punten geven inzicht in wat van jou als toekomstig beroepsbeoefenaar verwacht wordt en in wat jij van de opleiding verwacht. Figuur 5 Het kwadrantmodel Het kwadrantmodel helpt om de juiste vragen te stellen. De coach zal jou bijvoorbeeld vragen stellen die in tabel 1 staan. De vragen met dezelfde nummers horen bij elkaar. Alle vragen 1 gaan bijvoorbeeld over welke kennis je al hebt van het beroep (kunnen), op welke manier je deze kennis wil vergroten (willen), op welke manier je je kennis echt vergroot (doen), en uiteindelijk welke prestaties dit met zich meebrengt (presteren). Op deze manier kun je altijd vanuit deze vier kwadranten naar je leerproces kijken. Je kunt de kennis wel hebben en het beroep ook wel willen leren, maar als je gedrag iets anders laat zien zullen de prestaties tegenvallen. De vier kwadranten horen bij elkaar, je kunt ze niet los van elkaar beoordelen.
2 Wat is leercoaching? 21 Tabel 1 Voorbeeldvragen vanuit het kwadrantmodel gekoppeld aan leeractiviteiten Kunnen, doelen stellen Willen, oriënteren en plannen 1 Welke kennis heb je over je beroep? 1 Hoe wil je je kennis vergroten? 2 Wat weet je over leerstijlen? 2 Hoe wil je je leerstijl inzetten? 3 Hoe weet je welke leerstijl handig is om te gebruiken? 3 Op welke manier wil je onderzoeken welke leerstijl handig is om te gebruiken? 4 Hoe weet je welke begeleiding nodig is? 4 Welk soort begeleiding past bij jou? 5 Welke materialen kun je raadplegen om meer kennis 5 Welke materialen wil je gebruiken? te verzamelen? 6 Kun je zelf doelen bepalen? 6 Op welke manier wil je zelf doelen bepalen en welke planning is van belang? Presteren, terugkijken en evalueren Doen, uitvoeren 1 Waaruit blijkt dat je voldoende kennis hebt? 1 Wat doe je om je kennis te vergroten? 2 Welke leerstijl heb je? 2 Heb je je leerstijl bepaald? 3 Welke leerstijlen laat je zien? 3 Wat doe je om erachter te komen welke leerstijl het handigst is? 4 Vraag je op tijd begeleiding? 4 Wat doe je om erachter te komen welke begeleiding bij je past? 5 Wat laat je zien door de materialen te gebruiken? Wat levert het jou op? 6 Wat is het resultaat van wat gepland is en ben je hier tevreden mee? 5 Welke materialen gebruik je? 6 Doe je wat je plant? Op de cd-rom staan testen waarmee je kunt bepalen wat voor jou de inhoud is van de kwadranten kunnen, willen, doen en presteren. Aan de hand van die informatie wordt de inhoud van de coaching bepaald. Op deze manier is het mogelijk diepgang te geven aan wat jij wilt en laat zien. De coach zal aangeven wanneer je het beste deze testen kunt maken. Wil je meer informatie over deze testen, kijk dan op de cd-rom. 2.4 Testen vanuit het kwadrantmodel De volgende testen staan op de cd-rom onder Kwadrant. Ga bij elke test na of je jezelf in de uitslag herkent. Gebruik de uitslag van de testen als praatpapier en als hulpmiddel om je te ontwikkelen. 2.4.1 testen bij het kwadrant kunnen Kunnen Willen Presteren Doen
22 Leercoaching Test 1 Leerstijlentest volgens Kolb Deze test is bedoeld om in het begin van de opleiding af te nemen. De test geeft inzicht in de manier waarop je gewend bent te leren. De uitslag wordt gebruikt om leercoachgroepen te vormen. Als je weet welke leerstijl je hebt, kun je daarna bepalen welke leerstijl je verder gaat ontwikkelen. In hoofdstuk 4 vind je meer informatie over leerstijlen. Test 2 Leerstijlentest volgens Vermunt Deze leerstijlentest kun je het best maken als je al enige tijd de beroepsopleiding volgt. De test geeft inzicht in de manier waarop je richting geeft aan je leren. Leer je bijvoorbeeld alleen om je diploma te halen, of leer je om een beroep onder de knie te krijgen. De uitslag wordt gebruikt om te bespreken hoe gemotiveerd jij bent om deze beroepsopleiding te volgen. 2.4.2 testen bij het kwadrant willen Kunnen Willen Presteren Doen Test 3 Theorievragenlijst Deze test zegt iets over jouw motivatie, welbevinden en zelfconcept in relatie tot de beroepsopleiding op school. Motivatie: Hierbij gaat het over de manier waarop jij je concentreert op je werk voor school; over hoe jij je voorbereidt voor de activiteiten die de school van jou verwacht; over hoe jij je concentreert op de activiteiten in de groep. Welbevinden: De test vraagt of jij het naar je zin hebt op school; of je opgenomen wordt in de groep en hoe je je voelt tegenover je begeleiders. Zelfconcept: Onderzocht wordt hoe jij je schriftelijk en mondeling kunt uiten; of je zelfvertrouwen hebt als je prestaties moet leveren; of je contacten kunt maken met anderen. school Deze vragenlijst kun je gedurende je beroepsopleiding meer dan eens invullen. Van belang is dat je de vragen beantwoordt met de school in gedachte. Het gaat erom hoe jij je voelt op school. Om deze reden kun je de vragenlijst het beste invullen als je een tijdje op school gewerkt hebt. De uitslag wordt gebruikt om samen met jou te kijken naar hoe jij
2 Wat is leercoaching? 23 je voelt op school en wat jij nodig hebt om je beroepsopleiding op een prettige manier te volgen. Naar aanleiding van de test kun je bespreken op welke manier jij je kunt ontwikkelen en wat jij kunt doen om je goed te voelen op school. Test 4 Praktijkvragenlijst Deze test zegt iets over jouw motivatie, welbevinden en zelfconcept in relatie tot de beroepsopleiding in de praktijk. Motivatie: Hierbij gaat het over de manier waarop je je kunt concentreren op je werk; over hoe jij je voorbereidt voor de activiteiten die de werksituatie van jou verwacht; over hoe jij je kunt concentreren op de activiteiten samen met je collega s. Welbevinden: De test vraagt of jij het naar je zin hebt op je werk; of je opgenomen wordt door je collega s; hoe je je voelt tegenover je begeleiders. Zelfconcept: Onderzocht wordt hoe jij je schriftelijk en mondeling kunt uiten; of je zelfvertrouwen hebt als je moet presteren; of je contacten kunt maken met anderen. Deze vragenlijst kun je gedurende je beroepsopleiding meer dan eens invullen. Van belang is dat je de vragenlijst invult met je werk in gedachte. Het gaat erom hoe jij je voelt op je werk. Om deze reden kun je de vragenlijst het beste invullen als je een tijdje in de praktijk gewerkt hebt. De uitslag wordt gebruikt om samen met jou te kijken naar hoe jij je voelt op je werk en wat jij nodig hebt om je beroepsopleiding op een prettige manier te volgen. Naar aanleiding van de test kun je bespreken op welke manier jij je kunt ontwikkelen en wat jij kunt doen om je goed te voelen op je werk. werk 2.4.3 testen bij het kwadrant doen Kunnen Willen Presteren Doen Test 5 Attitudebeoordeling Deze test gaat over het zichtbare gedrag in de groep. Bijvoorbeeld: op welke manier volg je de lessen, workshops, presentaties en dergelijke en hoe ga je om met regels? De test geeft informatie over de richting waarin jij je kunt ontwikkelen.
24 Leercoaching Test 6 360 -feedback, gedrag deelnemer Deze test wordt gebruikt om met jouw leercoachgroep te bepalen hoe jullie (deelnemers) samenwerkend leren vormgeven. Het gedrag van de deelnemer wordt beoordeeld door mededeelnemers en de coach. Je wordt beoordeeld op de volgende punten: de anderen motiveren, samenwerken, zelfstandigheid, initiatief nemen, inleven en luisteren, assertiviteit en feedback geven. Jij maakt de test eerst zelf en laat hem daarna door twee mededeelnemers en twee begeleiders invullen. Hoe je de uitslag van de test verwerkt, staat in de toelichting op de cd-rom. De uitslag kun je gebruiken om met elkaar en in overleg met de coach afspraken te maken. Deze afspraken kun je vastleggen in het samenwerkingscontract. Test 7 360 -feedback, gedrag begeleider Deze test kun je gebruiken om je begeleider feedback te geven. Zowel op school als in de praktijk word je begeleid. Als je een tijd met je begeleider gewerkt hebt, kun je met deze test nagaan op welke manier je de begeleiding en het gedrag van de begeleider ervaart. Nadat je de test hebt gemaakt, kijk je of je je in de uitslag kunt vinden en of je die wilt gebruiken in een bespreking met je begeleider. Ook kan je begeleider je vragen de vragenlijst in te vullen. De informatie die dat oplevert, kan hij gebruiken om zichzelf te ontwikkelen. 2.4.4 testen bij het kwadrant presteren Kunnen Willen Presteren Doen Test 8 Prestaties deelnemer Van jou als toekomstig beroepsbeoefenaar worden prestaties verwacht. Je moet immers het door jou gekozen beroep goed kunnen uitoefenen en je moet laten zien hoe je werkt in je beroep. De beroepsopleiding die je volgt, bepaalt welke prestaties je moet kunnen leveren om op een competente manier je beroep uit te oefenen. Omdat de gevraagde prestaties per opleiding verschillen, staat deze test niet op de cd-rom. Wel staat er per beroepsopleiding een verwijzing naar een website waar de belangrijke onderdelen staan. De testen die hierbij horen, worden door de school en de praktijk verstrekt.