De nieuwe zorgmedewerker

Transcriptie

1 Werkblad De nieuwe zorgmedewerker De zorg verandert in snel tempo. Ook jouw rol als verzorgende of helpende verandert: meer aandacht voor individuele cliënten en hun netwerk. Werken met een zorg-leefplan of een elektronisch dossier. Meer samenwerken met mantelzorgers, vrijwilligers en met collega s en andere disciplines. Deze veranderingen vragen nogal wat van jou als helpende en verzorgende. Met filmpjes en ideeën om daarmee aan de slag te gaan ondersteunt Vilans je in de groei naar je nieuwe rol. Zodat je weet voor wie je er bent. Zorgen is zorgen dat je ook zelf plezier in je werk hebt Werken in de zorg vraagt veel van je zelf, ook omdat de zorg voortdurend verandert. Je bent steeds bezig om het werk zo aantrekkelijk mogelijk te maken en te houden. Voor jezelf en voor je collega s. Hoe zorg je ervoor dat jij zelf en je team met plezier en inspiratie werken? Hoe blijf je op de hoogte van alle veranderingen? Hoe kun je de kwaliteit van de zorg verbeteren? Want verzorgen is een vak en niet zo maar een baantje: je bent verantwoordelijk voor je eigen vakbekwaamheid en werkplezier. Zo zorg je nog beter voor cliënten. Film De film Zorgen is ook zelf zorgen dat je plezier in je werk hebt laat in 60 seconden zien hoe jíj je werk leuk kunt houden: met vakbekwaamheid en plezier. Voor jezelf en samen met je collega s. Bekijk de film op Zelf aan de slag

2 Je kunt deze film met collega s bekijken en bespreken hoe de samenwerking met vrijwilligers bij jullie verloopt. Hieronder staan drie werkvormen die je daarbij kunt gebruiken. Deze werkvormen zijn afkomstig uit Samen sterk voor welzijn. Lesbrief voor beroepskrachten in de zorg over samenwerking met vrijwilligers. Verzorgen is een vak Je hebt ideeën over hoe je op de hoogte blijft van veranderingen in de zorg en ontwikkelingen in je vak. Flapover en stiften Post-it briefjes en pennen Schrijf voor jezelf op post-its op welke manieren jij op de hoogte blijft van veranderingen in de zorg en ontwikkelingen in de vak? Denk bijvoorbeeld aan tijdschriften, sites, congressen, opleidingen? Schrijf op elke post-it een manier. Plak alle post-its op een flapover (of deur/raam) en bespreek met elkaar de resultaten. Wat valt op? Zit er een manier bij die nieuw is voor je? Zitten er veel dubbelingen tussen? Bespreek met elkaar hoe je elkaar op de hoogte kunt houden van veranderingen en ontwikkelingen. Organiseer regelmatig een werklunch of koffie-uurtje om elkaar bij te praten hierover.

3 Een warme douche Je weet waarom en waarin je collega s je waarderen Post-its en pennen Het geven van een compliment kan wonderen doen. Je benoemt een kwaliteit of het positieve gedrag van de ander en laat merken dat je betrokken bent bij wat hij of zij doet. Het uitspreken van waardering in de vorm van een compliment of positieve feedback zorgt ervoor dat iemand meer vanuit zijn sterkte en kwaliteiten gaat werken. Een compliment is goed voor het (werk)plezier en het zelfvertrouwen en leidt ertoe dat je meer bereid bent het beste uit jezelf te halen. Bovendien: wie complimenten krijgt, geeft ook sneller complimenten aan een ander. Schrijf voor elkaar één compliment op een post-it. Denk daar eerst even over na. Dat mag over alles gaan, als het maar een echt compliment is (bewaak dat). Ga dan om de beurt je collega s langs: deel één voor één complimenten uit door de post-its op je collega s te plakken. Geef er vervolgens uitleg bij. Als je klaar bent, neemt een collega de beurt over door ook een complimenten-uitdeelrondje te maken. Complimenten kunnen veel teweeg brengen bij degene die ze ontvangt. Daarom is het goed om even na te bespreken aan de hand van de volgende vragen: Hoe voelt het om een compliment te krijgen? Vind je het moeilijk om een compliment in ontvangst te nemen? Hoe zorg je ervoor dat je vaker een compliment geeft én krijgt? Schrijf de complimenten die je kreeg op in je agenda of zet ze in je telefoon. Kijk er zo af en toe nog eens naar.

4 Ontdek je talenten en kwaliteiten Je kent, waardeert en benut de talenten en kwaliteiten van jezelf en van je collega s meer. Werkblad Activiteiten (zie bij opdracht Vele handen maken licht werk ) Pennen Iedereen heeft talenten en kwaliteiten. Als je de talenten en kwaliteiten van jezelf en van je collega s beter kent, kun je die (meer) gebruiken in je werk. En zo werk je met meer plezier. Verdeel een paar flapovers in kolommen en zet boven elke kolom de naam van een teamlid. Elk teamlid omcirkelt op het werkblad Activiteiten die activiteiten waarin zij goed is of die zij leuk vindt om te doen. Dan kunnen zowel activiteiten zijn die je op je werk al doet, als activiteiten in je privé-leven (bijvoorbeeld tuinieren, reizen of een volleybalteam coachen). Schrijf de top 3 (of 5) van de activiteiten die je het leukst vindt of waar je goed in bent op de flapover in de kolom met je naam erboven. Bekijk alle flapovers en vul eventueel kwaliteiten aan bij andere collega s. Bespreek met elkaar welke talenten en kwaliteiten je nog niet van jezelf of van elkaar kent Bespreek met elkaar hoe elkaars talenten en kwaliteiten meer kunt inzetten. Deze werkvorm is te gebruiken voordat je de opdracht Vele handen maken licht werk doet.

5 Vele handen maken licht werk Je kunt talenten en kwaliteiten beter laten aansluiten bij taken en werkzaamheden. Flapover en stiften In je team of op je afdeling moeten veel verschillende taken uitgevoerd worden. Maar niet iedereen is even goed in elke taak of vindt elke taak even interessant. Als je die taken uitvoert die je leuk vindt of waar je goed in bent, werk je met meer plezier. Verdeel een paar flapovers in kolommen en zet boven elke kolom de naam van een teamlid. Schrijf op post-its de taken die jij goed kunt of waar je plezier in hebt. Op elke post-it een taak. Plak de post-it bij je naam Bespreek met elkaar welke taken en werkzaamheden er zijn en wie die het liefste uitvoert. En maak daar afspraken over. Om de talenten van jezelf en van je collega s in kaart te brengen kun je de opdracht Ontdek je talenten gebruiken.

6 Werkblad Activiteiten Ik ben graag bezig met 1. Anderen iets leren 2. Aanraken of knuffelen 3. Analyseren 4. Anderen amuseren 5. Begeleiden of coachen 6. Bemiddelen 7. Beoordelen 8. Berekeningen maken 9. Beter maken 10. Bewegen of sporten 11. Bezinnen of mediteren 12. Bouwen of produceren 13. Experimenteren 14. Fantaseren 15. Gesprekken voeren 16. Grenzen verleggen 17. Helpen 18. Improviseren 19. Informatie geven 20. Informatie vastleggen 21. Informatie verwerken 22. Invloed uitoefenen of verandering teweeg brengen 23. Koken 24. Leiding geven 25. Leren of studeren 26. Lezen 27. Machines bedienen of besturen 28. Met mijn handen werken 29. Mezelf op creatieve wijze uiten 30. Motiveren of inspireren 31. Muziek maken of zingen 32. Observeren 33. Onderhandelen 34. Ondernemen 35. Onderzoeken 36. Ontwerpen of vormgeven 37. Opvoeden 38. Ordenen 39. Plannen of organiseren 40. Precisiewerk verrichten 41. Problemen oplossen 42. Raad geven of adviseren 43. Reizen 44. Repareren 45. Schrijven of met taal bezig zijn 46. Spelen 47. Toezicht houden of controleren 48. Tot bloei of ontwikkeling laten komen 49. Transporteren 50. Tuinieren 51. Uitvinden 52. Verkopen 53. Verzamelen 54. Verzorgen 55. Visie ontwikkelen 56. Vooruitzien 57 58