Thema 1 Hallo Elena Les 1.1

Vergelijkbare documenten
Thema 1 Hallo Elena Les 1.1

Mijn familie en ik 3. Lang zal zij leven Lang zal zij leven Lang zal zij leven in de gloria In de gloria In de gloria

Thema 2 Elena gaat naar school Les 2.1

Meine Familie und ich 1

Thema 4 Bij Elena thuis Les 4.1

Thema 7 Sportdag op school

De wereld om mij heen

Thema 5 Eet smakelijk Elena Les 5.1

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23.

Thema 5 Elena heeft nieuwe spullen nodig

Thema 7 Feest Les 7.1

TOETS A A1 vmbo-gt(h), DEEL 1, SCHRITT 1-8. Luister naar het luisterfragment Neu im Fußballverein. Beantwoord de vragen in het Nederlands.

Thema 6 De mensen om mij heen

Thema 3 Elena speelt buiten 1

Samenvatting Duits Grammatica

En action 5. Woordtrainer. Salut! Ga naar voor meer informatie.

Ik stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL. een huis (het) une maison. een meisje (het) une ville. een huisdier (het) un animal domestique A RETENIR

Werkwoorden TB 49. wissen = weten müssen = moeten fahren = rijden. Voorbereiding PW hoofdstuk 4 Duits DUK7 - werkblad 3

LEXIQUE DE BASE FRANS VOOR DE LAGERE SCHOOL

OPLOSSINGEN. Dit heb ik deze vakantie gedaan... Dit heb ik gedaan: Hier vind je alle oplossingen, maar: niet valsspelen, he?

Handleiding ELENA. Handleiding

Hotel Hallo - Thema 1 Hallo

Wie helpt? Weet je het nog? Luister en kies de juiste foto. Datum:... Klas:... Naam:... Voornaam:...

Handleiding basiswoordenschat.

Wir sind verwandt. Wir sind verwandt. Kann ich die Antworten haben. Kann ich die Antworten haben? die Cousine. die Nichte / die Cousine

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

Naamvallen Tabel Begrijpen. Klas 3/4

Elena moet naar de dokter 1

Inleiding 8 DEEL Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben.

Thema 8 Elena op de kinderboerderij Les 8.1

TASKFORCE VLUCHTELINGEN

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Elena gaat naar de dierentuin

1 TTO Gym. Ma maison de rêve / Mijn droomhuis

Kunde (vul de rol in het Duits in) 1 Guten Tag. 1 Groet terug.

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

Thema 9 Wat trek je aan Elena? Les 9.1

Thema 10 Elena op vakantie Les 10.1

Workshop Handleiding. Striptekenen deel 3. wat is jouw talent?

Inleiding instrumenten Leerdoelen, leerlijn en aanpak,

Luister naar het gesprek tussen de verkoopmedewerker (Verkäufer) en de klant (Kundin). Je kunt de tekst meelezen.

Wereldschool zomerdeal Kikker en vriendjes (groep 1 t/m 3)

die Meldung bestätigen nicht jetzt

Thema 10 Elena heeft het druk

Uiteenzetting Duits Duitse naamvallen

Bon, mon! S! 6. Au! / S! 7 V. / C'. 8 P! 9 M. 9

Lespakket. Het monsterbonsterbulderboek. Door: Maike Douglas.

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar voor meer informatie.

LESMATERIAAL ONDERBOUW. Lespakket CliniClowns Geen kinderachtig effect. Vo or Groep 1-

De Drakendokter: Gideon

Themales: met handen en voeten taalvrijwilliger/docent werkblad: Geef me de vijf. werkblad: Een handje helpen.

Logboek bij de lessenserie over. Cengiz und Locke. van Zoran Drvenkar. Groep: Leden: Fragment:

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach

Ik stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL A RETENIR. domestique. Je suis en quatrième année. Ik zit in het vierde leerjaar. un cobaye, un cochon d Inde

Naam: Klas: Van je docent krijg je met je groepje een van de volgende wijken toegewezen: Ehrenfeld Marienburg Sülz Belgisches Viertel

Muziek Singer Songwriter 1. Workshop Handleiding. Singer Songwriter 1. wat is jouw talent? 1. Singer Songwriter 1

Het enkelvoud van het bezittelijk voornaamwoord: mon/ma ton/ta son/sa

Thema Op het vliegveld. Cursus vier, week acht deel b. Josée Coenen en Ans Drubbel. d.d. oktober cursus vier, week acht

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté!

BLOK 1 thema 1 Kennismaking

2.5!"FAMILIETREKJES. # basistaak DOEL MATERIAAL ORGANISATIE VERLOOP

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN

Instructieboek: de was doen

Aantekening Frans les pronoms personnels

écoutez, lisez, jouez

k ga naar school ch gehe zur Schule

bringen ausleihen bezahlen wären denken auschecken das Handtuch das Problem das Missverständnis das Zimmer die Rechnung die Bettwäsche

M i. deborah van de leijgraaf

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Schoolplein groep 3-4. Schoolplein

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: MIJN KAR MOOIE KAR

Talenquest Frans 2thv: Grammatica

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

basisoefeningen workshops Alphons Laudyschool, fase 1

LESBESCHRIJVING GROEP 1-2

Groep "Nog 100 nachtjes slapen" (prentenboek)

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas.

Lesplan theaterlezen. Voorlezen? Herhaald lezen?

Aantekening hs1 Cijfers Das Notensystem en lager 6

Taalklas.nl Plus Cursistenmateriaal

Algemene doelstellingen voor lessenreeks De Tijdmachine

Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren

Luister naar het lied en lees mee met de tekst. Kies telkens het juiste woord.

Voordoen (modelen, hardop denken)

Lespakket. Ssst de tijger slaapt. Door: Maike Douglas jufmaike.nl. De lessen met een * ervoor zijn alleen geschikt voor kleuters. ã jufmaike.

lesprogramma PO activerende lessen over respect voor het primair onderwijs

Met sprongen vooruit!

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop:

Start met voorlezen van het verhaal. De kinderen kunnen lekker luisteren en griezelen, of lachen.

basiszinnen spreekvaardigheid

PRAATPRET DOE EN PRAAT BOEKJE VOOR THUIS

Instructieboek: Schoonmaken. Voor de Mpower - coach

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling?

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

Les 1: Een rampenwijzer maken.

Een muziekles in aansluiting op het dagproject Een beestenboel op school.

LES: Snelle sommen. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Snelle stappen (zie p. 5) potlood, 2 verschillende kleurpotloden, gum AFBEELDING SPELLETJE

Transcriptie:

Thema 1 Hallo Elena Les 1.1 Kernwoorden: Hallo, ich, mein Name ist, die Familie, die Mutter, der Vater, die Schwester, der Bruder, der Hund, Hallo, ik, mijn naam is, de familie, de moeder, de vader, de zus, de broer, de hond, de poes, dag Salut, je m appelle, la famille, la mère, le père, la sœur, le frère, le chien, le chat, bonjour, les die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball (groet), tellen 1-10, het huis, de bal nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, Tellen, gooien, vangen, spelen, Compter,lancer, attraper, jouer, rennen, Freunde rennen, vrienden courir, les amis Doelen: De kinderen maken kennis met Elena en haar familie. De kinderen kennen de namen van de gezinsleden. De kinderen oefenen het tellen in het Nederlands. Materialen: Bal Afbeeldingen (flashcards) van Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto,de familie Introductie Leg in uw eigen taal (L1) aan de kinderen uit dat zij naar een verhaal gaan kijken en luisteren over Elena Colson. Elena is 7 jaar en zij komt uit Straatsburg. Dit ligt in Frankrijk. Elena verhuist naar Nederland samen met haar zus Sophie en haar ouders. Elena heeft een ondeugend hondje Misty. In het verhaal maakt Elena kennis met haar nieuwe buren. Houd een kort klassengesprek over verhuizen en de gevolgen daarvan. Vertel de leerlingen wat de taaldoelen zijn van de les. Verwerking Activiteit 1. Video (Geanimeerd digitaal prentenboek) Kijk en luister samen met de kinderen naar het filmpje Hallo Elena. 1

Max and Otto spielen mit dem Ball. Eins, zwei, drei. Pass auf Max! Achtung Otto! Wer ist das? Das ist Elena. Hallo Elena. Das ist Elena s Schwester Sophie. Hallo Sophie. Das ist Elena s Vater. Hallo Vater Das ist Elena s Mutter. Hallo Mutter. Was hören da Max und Otto? (Lautes Bellen) Was ist das? Das ist der Hund. Er heißt Misty. Der Hund ist so froh! Er rennt die Straße hinunter. Misty, komm hierher, sagt die Mutter. Misty, komm hierher, sagt der Vater. Misty, komm hierher, sagt die Schwester Sophie. Misty, komm hierher, sagt Elena, Max und Otto Wo ist Misty? Schau! Er spielt mit der Katze! Toll! Da sieht Elena Max and Otto. Hallo, ich heiße Elena. Das ist mein Hund, Misty. Hallo, ich bin Max. Das ist mein Bruder Otto. Hallo, ich heiße Otto. Hallo Misty! Ab jetzt wohne ich hier, sagt Elena. Sollen wir etwas spielen? Alle haben einen neue Freunde! Toll! Max en Otto spelen met de bal. Een, twee, drie. Kijk uit Max! Pas op Otto! Wie is dat? Het is Elena. Dag Elena. Dit is Elena s zus Sophie. Dag Sophie. Dit is Elena s vader. Dag vader Dit is Elena s moeder. Dag moeder. Wat horen Max en Otto daar? (luid geblaf) Wie is dat? Het is de hond. Zijn naam is Misty. Wat is de hond blij! Heel hard rent hij door de straat. Misty, hier komen, zegt moeder. Misty, hier komen, zegt vader. Misty, hier komen, zegt zus Sophie. Misty, hier komen, zeggen Elena, Max en Otto Waar is Misty? Kijk! Hij speelt met de poes! Wat lief! Waar is Misty? Kijk! Hij speelt met de poes! Wat lief! Dan ziet Elena Max en Otto. Hallo, ik ben Elena. Dit is mijn hond, Misty. Hallo, ik ben Max. Dit is mijn broer Otto. Hallo, ik ben Otto. Hallo Misty! Ik kom naast jullie wonen. Zullen we samen spelen? Wat fijn! We hebben allemaal nieuwe vriendjes. Max et Otto jouent au ballon 1, 2, 3 Attention Max! Attention Otto! "Qui est-ce? Voici Elena. Bonjour Elena. Voici Sophie, la sœur d Elena. Bonjour Sophie. Voici le père d Elena. Bonjour Monsieur Colson. Voici la mère d Elena. Bonjour Madame Colson " "Max et Otto entendent quelque chose, qu est-ce que c est?aboiements Mais qui est-ce? C est le chien. Il s appelle Misty. Le chien est tout content! Il descend la rue en courant. Misty, viens ici, dit Madame Colson. Misty, viens ici, dit Monsieur Colson. Misty, viens ici, dit Sophie, la soeur. Misty, viens ici, disent Elena, Max et Otto." "Où est Misty? Regardez! Il joue avec le chat! C est mignon! Ensuite Elena voit Max et Otto. Bonjour, je m appelle Elena. Voici mon chien, Misty. Bonjour je m appelle Max. Voici mon frère. Bonjour je m appelle Otto. Bonjour Misty! Je viens habiter ici, dit Elena." "On joue? Nous avons tous de nouveaux amis! C est génial!" Klik dan op het onderdeel prentenboek. Nu wordt het verhaal weer voorgelezen, maar kunt u zelf de bladzijden omslaan. Luister met de kinderen naar het verhaal en wijs ondertussen de volgende afbeeldingen aan: Elena, de moeder, de vader, Sophie (de zus), de hond, de poes, huis, bal, Max, Otto (de broer) Beeld de werkwoorden gooien, vangen en rennen uit. Vraag de kinderen om mee te doen. Instructietaal: Seht euch die Geschichte an und Kijk en luister goed naar het Regardez l histoire et faites lernt Elena kennen. verhaal en maak kennis met Elena. connaissance avec Elena. 2

Activiteit 2. Een eerste kennismaking Activiteit 2 bestaat uit twee delen. Voor het eerste deel heeft u het digitale bord nodig. Voor het tweede deel de uitgeprinte afbeeldingen. Ga naar Voor de leerkracht. Daar vindt u de flashcards. Zet op het digitale bord de volgende flashcards klaar: Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto Stel één voor één de hoofdrolspelers van het boek voor. Klik op de geluidsknop. De kinderen horen de woorden. Vraag de kinderen goed te luisteren en het woord na te zeggen. Herhaal dit nog een keer. Instructietaal: Dies ist Elena. Könnt ihr das Dit is Elena. Kunnen jullie dat C est Elena. Pouvez-vous répéter? wiederholen? Elena,gut! herhalen? Elena, goed zo! Elena, bien! Speel dan het volgende kimspel: Laat de uitgeprinte afbeeldingen nogmaals één voor één aan de kinderen zien, herhaal de namen en zet ze in een rij voor in de klas. Wijs de afbeeldingen aan en vraag de kinderen hardop de namen te noemen. Draai daarna een kaart om. Ga nogmaals het rijtje langs. Draai weer een kaart om en ga weer het rijtje langs. Doe dit net zolang totdat alle kaarten omgedraaid zijn. Kunnen de kinderen de afbeeldingen benoemen, zonder dat zij de plaatjes zien? Activiteit 3. Een balspel (tellen) Klik op Oefenen met tellen. Klik op de geluidsknop en oefen de getallen. Speel daarna het volgende spel: De kinderen staan in de kring. Herinneren ze zich het spel dat Max, Otto en Elena speelden? Kunnen zij de bal ook 10 keer vangen, zonder het te laten vallen? Laat de kinderen hardop meetellen in het Nederlands. Afsluiting. Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Vertel de kinderen dat alle oefeningen in het programma van Elena ook thuis door de kinderen opnieuw te beluisteren, zien en spelen zijn. Geef de kinderen de volgende opdracht mee: Oefen thuis (samen met je ouders of je oudere broer of zus) de namen van de familieleden en het tellen. Weten zij wat bijvoorbeeld 6 of 7 is in het Nederlands? Tip: Geef de flashcards een duidelijk zichtbare plaats in de klas en creëer op deze manier een Hollandse, Duitse of Franse hoek. Deze hoek kunt u verder aankleden met werk van de kinderen rondom dit thema. 3

Les 1.2 Kernwoorden: Hallo, ich, mein Name ist, die Familie, die Mutter, der Vater, die Schwester, der Bruder, der Hund, Hallo, ik, mijn naam is, de familie, de moeder, de vader, de zus, de broer, de hond, de poes, dag Salut, je m appelle, la famille, la mère, le père, la sœur, le frère, le chien, le chat, bonjour, les die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball (groet), tellen 1-10, het huis, de bal nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, Tellen, gooien, vangen, spelen, Compter, lancer, attraper, jouer, rennen, Freunde rennen, vrienden courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de namen van de gezinsleden. De kinderen oefenen het tellen in het Nederlands. Materialen: Afbeeldingen (flashcards) van Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto, de familie, de bal, het huis De geprinte versie van het prentenboek Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Zet op het digitale bord de volgende flashcards klaar: Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto, de familie, de bal, het huis. Weten de kinderen de namen nog? Klik op de geluidsknop. De kinderen horen de woorden. Vraag de kinderen goed te luisteren en het woord na te zeggen. Laat de flashcards nog een keer zien. Kunnen de leerlingen de namen nu noemen, zonder dat zij hulp van de geluidsknop krijgen? Instructietaal: Hört euch die Wörter genau an Luister goed naar de woorden en Écoutez attentivement les mots et und sprecht sie nach. zeg het maar na. répétez. 4

Verwerking Activiteit 1. Video (Geanimeerd digitaal prentenboek) De leerlingen kijken en luisteren naar het filmpje Hallo Elena. Vertel ze goed op te letten, want daarna gaan ze er een activiteit mee doen. Activiteit 2. Maak een verhaal Klik op de activiteit. De leerlingen zien plaatjes uit het prentenboek en het verhaal wordt verteld. Daarna moeten de leerlingen de plaatjes in de goede volgorde zetten. Als het in de goede volgorde staat, wordt het verhaal nog een keer verteld. Geef dan een leerling de geprinte versie van het prentenboek. Kan hij/zij het prentenboek in de goede volgorde in de klas ophangen? Instructietaal: Hört gut zu. Bringt die Bilder in die richtige Reihenfolge. Luister goed naar het verhaal. Zet daarna de plaatjes in de goede volgorde. Écoutez bien. Mettez les images dans l ordre correct Activiteit 3. Tennissen met getallen (tellen) Klik op Oefenen met getallen en oefen de cijfers 1 tot 10. Speel daarna het volgende spel: Doe alsof u een tennisspeler bent en sla denkbeeldig tegen een bal. Roep hard één. Een kind in de klas slaat denkbeeldig de bal terug en roept twee. U slaat de bal weer terug naar een ander kind in de klas en roept drie, enz. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 5

Les 1.3 Kernwoorden: Hallo, ich, mein Name ist, die Familie, die Mutter, der Vater, die Schwester, der Bruder, der Hund, Hallo, ik, mijn naam is, de familie, de moeder, de vader, de zus, de broer, de hond, de poes, dag Salut, je m appelle, la famille, la mère, le père, la sœur, le frère, le chien, le chat, bonjour, les die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball (groet), tellen 1-10, het huis, de bal nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, Tellen, gooien, vangen, spelen, Compter, lancer, attraper, jouer, rennen, Freunde rennen, vrienden courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de namen van de gezinsleden. De kinderen oefenen het tellen in het Nederlands. De kinderen leren een lied. Materialen: - Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Zet op het bord de flashcards van de getallen 1-10 klaar. Klik op de geluidsknop en oefen de getallen. Doe dan een paar teloefeningen. Laat de kinderen hardop in het Nederlands tellen. Hoeveel meisjes hebben we in de klas? En hoeveel jongens? Elena heeft een hond als huisdier. Hoeveel kinderen hebben er een hond als huisdier? En hoeveel kinderen een kat? Verwerking Activiteit 1. Praatplaat Activeer de praatplaat. De kinderen zien een afbeelding met verschillende hotspots. Kunnen de kinderen de verschillende namen van de familieleden noemen? Klik op de hotspots ter controle en laat de kinderen de woorden nazeggen. Oefen ook de woorden huis en bal. 6

Activiteit 2. Themalied Elk hoofdstuk heeft een thema lied waar een aantal kernwoorden nog een keer voorbij komen. Activeer het lied en luister met de kinderen naar het lied. Luister nog een keer, gebruik de afbeelding om de genoemde woorden aan te wijzen en ondersteun het lied met gebaren. Luister nogmaals en vraag de kinderen om mee te wijzen. Zing daarna samen met de kinderen het lied. Hallo, guten Tag, ich heiße Elena Hallo, guten Tag, ich heiße Elena. Ich heiße Elena und wie heißt du? Das ist Mama, das ist Papa, Sophie, meine Schwester und Misty, der Hund. Hallo, guten Tag, ich heiße Elena. Ich heiße Elena und wie heißt du? In Holland staat een huis In Holland staat een huis In Holland staat een huis ja ja Van je tingele tingela hop sa sa In Holland staat een huis In Holland staat een huis Elena woont in dat huis. Samen met haar zus Sophie. Elena woont in dat huis ja ja Van je tingele tingela hop sa sa Elena woont in dat huis Elena woont in dat huis. Jamais on a vu, Jamais on ne verra, La famille Tortue Courir après les rats, Le papa Tortue Et la maman Tortue Et les enfants Tortue Iront toujours au pas. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Vraag de kinderen ook thuis een paar keer naar het lied te luisteren en het lied voor hun ouders te zingen. 7

Les 1.4 Kernwoorden: Hallo, ich, mein Name ist, die Familie, die Mutter, der Vater, die Schwester, der Bruder, der Hund, Hallo, ik, mijn naam is, de familie, de moeder, de vader, de zus, de broer, de hond, de poes, dag Salut, je m appelle, la famille, la mère, le père, la sœur, le frère, le chien, le chat, bonjour, les die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball (groet), tellen 1-10, het huis, de bal nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, Tellen, gooien, vangen, spelen, Compter, lancer, attraper, jouer, rennen, Freunde rennen, vrienden courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de namen van de gezinsleden. De kinderen oefenen het tellen in het Nederlands. De kinderen leren zich voor te stellen in het Nederlands. De kinderen kunnen het lied zonder ondersteuning zingen. Materialen: Afbeeldingen (Flashcards) van Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto, de familie, de bal, het huis. Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Herhaal met behulp van de flashcards de kernwoorden en tel samen met de kinderen hardop tot 10. Laat hierbij telkens het juiste aantal vingers zien. Activiteit 1. Themalied Activeer het lied en luister samen met de kinderen naar het lied. Laat het lied nogmaals horen en wijs ondertussen naar de afbeeldingen. Zing daarna samen met de kinderen het lied. Klik dan op de karaoke versie. Kunnen de kinderen het lied ook meezingen zonder steun van de zangers? 8

Activiteit 2. Een kort gesprekje. Ga naar Voor de leerkracht en klik op de activiteit. De kinderen luisteren naar het volgende gesprekje: A: Hallo, mein Name ist Elena B: Hallo Elena. B: Mein Name ist Max. A: Hallo Max. A: Hallo, mijn naam is Elena. B: Dag Elena. B: Mijn naam is Max. A: Dag Max. A: Salut, je m appelle Elena. B: Salut Elena. B: Je m appelle Max. A: Salut Max. Laat het gesprek nog een keer horen, maar nu zin voor zin. Vraag de kinderen de zinnen te herhalen. Oefen dan het gesprekje in tweetallen, waarbij de leerlingen hun eigen naam gebruiken. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 9

Les 1.5 Kernwoordenschat: Hallo, ich, mein Name ist, die Hallo, ik, mijn naam is, de familie, Salut, je m appelle, la famille, la Familie, die Mutter, der Vater, die de moeder, de vader, de zus, de mère, le père, la sœur, le frère, le Schwester, der Bruder, der Hund, die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball broer, de hond, de poes, dag (groet), tellen 1-10, het huis, de bal chien, le chat, bonjour, les nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, rennen, Freunde Tellen, gooien, vangen, spelen, rennen, vrienden Compter, lancer, attraper, jouer, courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de namen van de gezinsleden. De kinderen kunnen tot 10 tellen. De kinderen kunnen zich voorstellen. Materialen: Afbeeldingen (flashcards) van Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto, de familie, het huis, de bal Flashcards van de getallen 1-10 Een leeg A4 blad met een uitgeknipt vierkant in het midden. Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Speel dan het spel Raad welke kaart het is. Hiervoor heeft u de flashcards nodig en een leeg A4 blad met een uitgeknipt vierkant in het midden. Houd het A4 blad voor de flitskaart, zodat de kinderen maar een klein stukje van de flitskaart te zien krijgen. Kunnen de kinderen raden welke afbeelding het is? Verwerking Activiteit 1. Een kort gesprekje Herinner de kinderen aan het korte gesprekje van de vorige les. Klik op de activiteit en luister er samen met de leerlingen naar. Oefen het voorstellen dan nogmaals met behulp van de coöperatieve structuur Mix-tweetal-gesprek : De kinderen lopen door elkaar in de ruimte. De leerkracht zegt Stop. de kinderen vormen een tweetal met degene die het dichtst bij ze staat. De kinderen geven elkaar en hand en stellen zich aan elkaar voor. De leerkracht roept Mix en de kinderen gaan weer op zoek naar een nieuwe partner. 10

Activiteit 2. Tijd voor een spelletje! In het programma zitten verschillende spelletjes, zoals Memorie of Maak de match. Speel samen met de kinderen de verschillende spelletjes. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Huiswerk Vraag de kinderen om voor de volgende les een foto van hun familie mee te nemen en de verschillende spelletjes op de computer te spelen. 11

Les 1.6 Kernwoordenschat: Hallo, ich, mein Name ist, die Hallo, ik, mijn naam is, de familie, Salut, je m appelle, la famille, la Familie, die Mutter, der Vater, die de moeder, de vader, de zus, de mère, le père, la sœur, le frère, le Schwester, der Bruder, der Hund, die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball broer, de hond, de poes, dag (groet), tellen 1-10, het huis, de bal chien, le chat, bonjour, les nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, rennen, Freunde Tellen, gooien, vangen, spelen, rennen, vrienden Compter, lancer, attraper, jouer, courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de namen van de gezinsleden. De kinderen kunnen het lied zingen. Materialen: Werkblad De kinderen hebben een foto bij zich van hun familie Potlood en kleurpotloden Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Laat de kinderen de foto van Elena en haar familie zien. Wijs de familieleden aan. Kunnen de kinderen de afbeeldingen benoemen? Kijk dan samen met de kinderen naar de foto s die zij hebben meegenomen. Stimuleer de kinderen de familieleden in het Nederlands te noemen. Verwerking Activiteit 1. Het werkblad De werkbladen vindt u onder het kopje Voor de leerkracht. Op het werkblad ( 1.6.A) staan twee opdrachten: 1. Zoek de verschillen 2. Teken je eigen familie. Opdracht 1 kunnen de leerlingen in tweetallen maken. Voor opdracht 2 kunnen de kinderen de foto gebruiken, die ze hebben meegenomen. Activiteit 2. Lied: In Holland staat een huis Zing samen met de kinderen het themalied. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 12

Les 1.7 Kernwoordenschat: Hallo, ich, mein Name ist, die Hallo, ik, mijn naam is, de familie, Salut, je m appelle, la famille, la Familie, die Mutter, der Vater, die de moeder, de vader, de zus, de mère, le père, la sœur, le frère, le Schwester, der Bruder, der Hund, die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball broer, de hond, de poes, dag (groet), tellen 1-10, het huis, de bal chien, le chat, bonjour, les nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, rennen, Freunde Tellen, gooien, vangen, spelen, rennen, vrienden Compter, lancer, attraper, jouer, courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de kernwoorden. De kinderen kunnen tot 10 tellen. De kinderen leren een chant waarin de getallen voorbij komen. De kinderen kunnen zich voorstellen. Materialen: Afbeeldingen (flashcards) van Elena, de moeder, de vader, zus Sophie, de hond, de poes, Max, broer Otto, het huis, de bal, de familie Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Stel u zelf voor aan een paar leerlingen: Leerkracht: Hallo, mijn naam is.. Vraag dan een paar leerlingen zich aan elkaar voor te stellen. Verwerking Activiteit 1. Chant Klik op de activiteit en luister naar de chant. Wijs ondertussen de goede cijfers aan. Luister nogmaals naar de chant en vraag de kinderen om mee te doen. Herhaal dit nog een keer. 13

Eins, eins! Zwei, zwei! Zählst du mit? Drei, drei! Vier, vier! (klatsch, klatsch, klatsch) Fünf, fünf! Sechs, sechs! (klatsch, klatsch, klatsch) Sieben, sieben! Acht,acht! (klatsch, klatsch, klatsch) Neun, zehn! "Een, een! twee,twee! Tel je mee? Drie, drie! Vier, vier! klap, klap, klap Vijf,vijf! zes,zes! klap,klap,klap Zeven, zeven! acht,acht! klap,klap,klap Negen, tien Wie niet weg is, is gezien!" "1,2,3 C est mon papa, le voilà 4,5,6 c est ma maman, la voici 1,2,3 C est mon frère, le voilà 4,5,6 c est ma sœur, la voici Et le chien c est le mien Et le chat c est pour toi" Activiteit 2. Spel: Welke kaart ontbreekt? Zet de geprinte flashcards in een rij voor in de klas. Herhaal hardop de namen. Vraag de kinderen hun ogen dicht te doen en haal een kaart weg. Welke kaart is er weg? Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Geef de kinderen als huiswerk mee samen met hun ouders of een ander familielid de chant te oefenen. 14

Les 1.8 en 1.9 Kernwoordenschat: Hallo, ich, mein Name ist, die Hallo, ik, mijn naam is, de familie, Salut, je m appelle, la famille, la Familie, die Mutter, der Vater, die de moeder, de vader, de zus, de mère, le père, la sœur, le frère, le Schwester, der Bruder, der Hund, die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball broer, de hond, de poes, dag (groet), tellen 1-10, het huis, de bal chien, le chat, bonjour, les nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, rennen, Freunde Tellen, gooien, vangen, spelen, rennen, vrienden Compter, lancer, attraper, jouer, courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de kernwoorden. De kinderen maken een verteltheatertje en vingerpoppetjes De kinderen oefenen (in tweetallen) een stukje tekst en spelen dit na. Materialen: Voor het verteltheater en de vingerpoppetjes heeft u nodig: Werkblad verteltheater (1.8.A) Werkblad vingerpoppetjes (1.8.B) Kleurpotloden of viltstiften Schaar Lijm Introductie Vertel de kinderen dat zij een verteltheatertje en vingerpoppetjes gaan maken. Daarna oefenen zij in tweetallen een kort gesprekje. Voor deze opdrachten hebben zij 2 x 30 minuten de tijd. Verwerking Activiteit 1. Het verteltheatertje Werkwijze: De leerlingen kleuren en versieren het verteltheatertje en knippen het uit. De leerlingen kleuren de vingerpoppetjes, knippen het uit en plakken met lijm de stukken aan elkaar, zodat het als een ring om hun vinger past. 15

Activiteit 2. Een kort gesprek Klik op de activiteit. De kinderen luisteren naar het volgende gesprekje: Elena: Hallo Max, Hallo Otto. Misty: Wuff, wuff Max en Otto: Hallo Elena Max en Otto: Sollen wir spielen? Misty: Wuff, wuff Elena: Hallo Max, Hallo Otto. Misty: Woef, woef. Max en Otto: Dag Elena. Max en Otto: Zullen we spelen? Misty: Woef, woef. Elena: Salut Max, Salut Otto. Misty: Ouaf, ouaf Max et Otto: Salut Elena Max et Otto: On joue ensemble? Misty: Ouaf, ouaf Laat het gesprek nog een keer horen, maar nu zin voor zin. Vraag de kinderen de zin te herhalen. Oefen dan het gesprekje in tweetallen, met behulp van de vingerpoppetjes en het verteltheater. In les 10 mogen zij aan de klas het poppenspel laten zien. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 16

Les 1.10 Kernwoordenschat: Hallo, ich, mein Name ist, die Hallo, ik, mijn naam is, de familie, Salut, je m appelle, la famille, la Familie, die Mutter, der Vater, die de moeder, de vader, de zus, de mère, le père, la sœur, le frère, le Schwester, der Bruder, der Hund, die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball broer, de hond, de poes, dag (groet), tellen 1-10, het huis, de bal chien, le chat, bonjour, les nombres de 1 à 10, la maison, le ballon. Uitbreidingswoorden: Zählen, werfen, fangen, spielen, rennen, Freunde Tellen, gooien, vangen, spelen, rennen, vrienden Compter, lancer, attraper, jouer, courir, les amis Doelen: De kinderen kennen de kernwoorden. De kinderen kunnen tot 10 tellen. De kinderen kunnen het korte gesprekje met behulp van het verteltheater en de vingerpoppetjes goed uitvoeren. Materialen: Verteltheatertjes en vingerpoppetjes Kleurplaat Kleurpotloden of viltstiften Introductie Luister als opwarmertje naar de chant een, twee,drie en vraag de kinderen om mee te doen. Tel daarna hardop tot 10 samen met de kinderen en gebruik daarbij uw vingers. Verwerking Activiteit 1. Presentatie De vorige twee lessen hebben de kinderen in tweetallen een kort poppenspel geoefend met behulp van het verteltheatertje en de vingerpoppetjes. De kinderen presenteren aan elkaar het poppenspel. Activiteit 2. Maak je eigen kleurplaat Klik op Maak je eigen kleurplaat. Hier hebben de kinderen de mogelijkheid hun eigen kleurplaat te maken met de afbeeldingen van de kernwoorden. Print de kleurplaat uit en vraag de kinderen de tekening mooi in te kleuren. Loop ondertussen rond en controleer of de kinderen de woorden kennen. Afsluiting Samen met de kinderen kijkt u terug op de afgelopen weken. Wat hebben de kinderen allemaal gedaan en geleerd? Ten slotte: 17

Als u als leerkracht ook graag wil weten of een kind vooruitgang boekt en of een kind de aangeboden lesstof tot zich heeft genomen, kunt u naast uw observaties er ook voor kiezen de kinderen een korte woordentoets op de computer af te nemen. De woordentoets test of de kinderen de volgende woorden (receptief) kennen: die Familie, die Mutter, der Vater, de familie, de moeder, de vader, la famille, la mère, le père, la die Schwester, der Bruder, der de zus, de broer, de hond, de poes, sœur, le frère, le chien, le chat, la Hund, die Katze, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball, Elena het huis, de bal, Elena maison, le ballon, Elena 18