Thema 10 Elena op vakantie Les 10.1

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Thema 10 Elena op vakantie Les 10.1"

Transcriptie

1 Thema 10 Elena op vakantie Les 10.1 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Doelen: De kinderen maken kennis met de woorden behorend bij het thema Elena op vakantie. Materialen: De uitgeprinte flashcards: de koffer, de oma, de opa, de bikini, de emmer en schep, de boot, blij, verdrietig, boos Een koffertje met daarin de flashcards Introductie Vertel ( in L1) aan de kinderen dat het weer tijd is voor de Nederlandse les en dat ze gaan kijken en luisteren naar Elena. De titel van het nieuwe thema is Elena op vakantie. Elena gaat samen met Sophie en Misty op vakantie bij opa en oma in Duitsland. Vader en moeder Colson kunnen niet mee, want in de vakantie is het heel erg druk in het restaurant. Wie van de kinderen gaan er ook wel eens op vakantie? Waar gaan de leerlingen dan naar toe? Welk vervoersmiddel wordt er dan gebruikt? Wie logeert er ook wel eens bij opa en oma? Zeg dan wat de taaldoelen zijn van de les. Verwerking Activiteit 1. Video (Geanimeerd digitaal prentenboek) Kijk en luister samen met de kinderen naar het filmpje Elena op vakantie. Elena, kommst du? Opa und Oma warten auf dich. Sophie und Misty sind schon im Auto. Elena nimmt ihren Koffer und Elena, kom je? Opa en oma wachten op je. Sophie en Misty zitten al in de auto. Elena pakt haar koffer en holt Elena, tu viens? Grand-père et grand-mère t attendent. Sophie et Misty sont déjà dans la voiture. 1

2 rennt nach unten. Tschüss Elena, tschüss Sophie, tschüss Misty. Schöne Ferien! Das Auto fährt hupend davon. Sollen wir ein Spiel spielen? Da haben Sophie und Elena Lust drauf. Sollen wir zählen, wie viele rote Autos vorbei fahren? Und wie viele schwarze Lastwagen? Die Zeit fliegt vorbei. Die Sonne scheint und es ist herrlich warm. Sollen wir schwimmen Opa? fragt Elena. Opa lacht. Wir werden jetzt essen, trinken und die Koffer auspacken. Danach gehen wir nochmal zum See. Beim See ist sehr viel los. Elena und Sophie tragen einen Bikini. Sophie spielt mit ihrem Eimer und ihrer Schaufel. Elena liegt auf ihrem Handtuch. Was tut Opa da? Opa pumpt. Es ist ein Gummiboot! Glücklich klettert Elena in das Boot. Misty will auch mit. Nein, Misty. Oh, oh! Platsch! Schon liegen Misty und Elena im Wasser. Lachend klettert Elena wieder ins Boot. Was für ein toller Anfang des Urlaubs! naar beneden. Dag Elena, dag Sophie, dag Misty. Fijne vakantie! De auto rijdt luid toeterend weg. Zullen we een spelletje doen? Dat willen Sophie en Elena wel. Laten we tellen hoeveel rode auto s we zien? En hoeveel zwarte vrachtwagens? De tijd vliegt voorbij. De zon schijnt en het is lekker warm. Gaan we zwemmen opa? vraagt Elena. Opa lacht. We gaan eten, drinken en koffers uitpakken. Daarna gaan we naar het meer. Bij het meer is het heel druk. Elena en Sophie hebben hun bikini aan. Sophie speelt met haar emmer en schep. Elena ligt op haar handdoek. Wat is opa aan het doen? Opa is aan het pompen. Het is een opblaasbare boot! Blij klimt Elena in de boot. Ook Misty wil mee. Niet doen Misty. Oh, oh! Plons! Daar liggen Misty en Elena in het water. Lachend klimt Elena weer in de boot. Wat een fijn begin van de vakantie! Elena prend sa valise et descend en courant. Au revoir Elena, au revoir Sophie, au revoir Misty. Bonnes vacances! La voiture démarre en klaxonnant. On joue? Sophie et Elena ont envie. On compte les voitures rouges? Et les camions noirs? Le temps passe. Le soleil brille et il fait vraiment chaud. On va nager grand-père? Demande Elena. Grand-père rit. Maintenant, nous allons manger, boire et défaire la valise. Puis nous retournons à la mer. Il s'en passe des choses à la plage. Elena et Sophie portent un maillot de bain. Sophie joue avec un seau et une pelle. Elena est allongée sur sa serviette. Mais que fait grand-père? Grand-père pompe. C'est un bateau gonflable! Elena a de la chance. Elle monte dans le bateau Misty veut monter aussi Non Misty Oh! Oh! Plouf! Elena et Misty sont déjà dans l eau Elena remonte dans le bateau en riant Quel super début de vacances! 2

3 Klik dan op het onderdeel prentenboek. Nu wordt het verhaal weer voorgelezen, maar kunt u zelf de bladzijden omslaan. Luister met de kinderen naar het verhaal en wijs ondertussen de volgende afbeeldingen aan: de opa, de oma, de koffer, de zon, het meer, de bikini, de emmer en schep, de handdoek, de boot. Beeld de volgende activiteiten uit: zwemmen, eten, drinken, koffer uitpakken, pompen, in de boot klimmen. Instructietaal10.1a: Schaut euch die Geschichte an und hört gut zu. Elena, Sophie Kijk en luister goed naar het verhaal. Elena, Sophie en Misty Regardez l'histoire et écoutez attentivement. Elena, Sophie et und Misty fahren in den Urlaub. gaan op vakantie. Zij logeren bij Misty partent en vacances. Ils Sie bleiben bei ihren Opa und ihrer Oma in Deutschland. Zusammen mit Opa gehen sie zum Meer. opa en oma in Duitsland. Samen met opa gaan ze naar het meer. restent avec leur grand-père et leur grand-mère en Allemagne. Ils vont ensemble à la mer avec grand-père. Activiteit 2. Wat zit er in de koffer? Activiteit 2 bestaat uit twee delen. Voor het eerste deel heeft u het digitale bord nodig. Voor het tweede deel de uitgeprinte afbeeldingen. Ga naar Voor de leerkracht. Daar vindt u de flashcards. Zet op het digitale bord de volgende flashcards klaar: de koffer, de oma, de opa, de bikini, de emmer en schep, de boot, blij, verdrietig, boos Klik op de geluidsknop. De kinderen horen de woorden. Vraag de kinderen goed te luisteren en het woord na te zeggen. Beeld de woorden blij, verdrietig en boos uit. Herhaal dit nog een keer Instructietaal 10.1b: Hört gut zu. Könnt ihr die Wörter wiederholen? Sehr gut! Luister goed naar de zin. Kunnen jullie dat herhalen? Goed zo! Écoutez attentivement. Pouvezvous répéter les mots? Très bien! Speel dan het volgende spel: Laat de kinderen het koffertje zien en haal één voor één de flashcards eruit. Benoem de afbeeldingen en leg de kaarten op een goede zichtbare plek. Wijs de flashcards één voor één aan en herhaal nogmaals de woorden. Vraag dan een kind een kaart te pakken en in de koffer te stoppen. Herhaal weer het woord en laat de klas het woord nazeggen. Stop op die manier alle flashcards terug. Wie in de klas kan er nu zeggen wat er allemaal in het koffertje zit? Controleer dit samen met de klas. Afsluiting. Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Geef de kinderen de volgende twee opdrachten mee: 1. Maak samen met je ouders een stamboom van de familie waarin (beide) opa s, oma s, vader, moeder, jij en eventuele broers en zussen een plekje krijgen. Neem de stamboom mee naar school voor de volgende les. 2. Oefen de nieuwe woorden met behulp van het onderdeel Oefenen met woorden. Tip: Geef de flashcards een duidelijk zichtbare plaats in de klas en creëer op deze manier een Hollandse, Duitse of Franse hoek. Deze hoek kunt u verder aankleden met werk van de kinderen rondom dit thema. 3

4 Les 10.2 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Herhaling: die (lila) Hose, der (rote) Rock, das (orangene) Kleid, das (gelbe) T-Shirt, die (weißen) De (paarse) broek, de (rode) rok, de (oranje) jurk, het (gele) T-shirt, de (witte) sokken, de le pantalon (violet), la jupe (rouge), la robe (orange), le t- shirt, (jaune), les chaussettes Socken, die (blauen) Schuhe, die (blauwe) schoenen, de (bruine) (blanches), les chaussures (braune) Jacke, der (schwarze) jas, de (zwarte) trui, de (roze) (bleues), le manteau (marron), Pulli, der (rosa) Schlafanzug, die pyjama, de (groene) laarzen, le pull (noir), le pyjama (rose), (grünen) Stiefel, eine (grüne) Kappe, Vater, Mutter, Bruder, Schwester een (groene) pet, vader, moeder, broer, zus. les bottes (vertes), un bouchon (vert),le père, la mère, le frère, la sœur Doelen: De kinderen oefenen de kernwoorden. De kinderen herhalen de namen van de kledingstukken uit thema 9. De kinderen herhalen de namen van de familieleden. Materialen: De geprinte versie van het prentenboek De flashcards de bikini, de zwembroek, de handdoek en de (kleding) flashcards van thema 9: de (paarse) broek, de (rode) rok, de (oranje) jurk, het (gele) T-shirt, de (witte) sokken, de (blauwe) schoenen, de (bruine) jas, de (zwarte) trui, de (roze) pyjama, de (groene) laarzen, een (groene) pet Een koffertje Zelfgemaakte stamboom 4

5 Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Hebben de kinderen thuis een stamboom gemaakt. Vraag aan een aantal kinderen hun stamboom aan de klas te laten zien en de namen van de familieleden in het Nederlands te benoemen. Ga dan naar Oefenen met woorden en herhaal de woorden. Vraag de kinderen om blij, boos en verdrietig te kijken. Verwerking Activiteit 1. Video (Geanimeerd digitaal prentenboek) De leerlingen kijken en luisteren naar het filmpje Elena op vakantie. Klik dan op het onderdeel prentenboek. Luister bladzijde voor bladzijde naar het verhaal en vraag de kinderen het verhaal uit te beelden. Activiteit 2. Maak een verhaal Klik op de activiteit. De leerlingen zien plaatjes uit het prentenboek en het verhaal wordt verteld. Daarna moeten de leerlingen de plaatjes in de goede volgorde zetten. Als het in de goede volgorde staat, wordt het verhaal nog een keer verteld. Geef dan een leerling de geprinte versie van het prentenboek. Kan hij/zij het prentenboek in de goede volgorde in de klas ophangen? Instructietaal 10.2: Écoutez attentivement. Mettez les images dans le bon ordre. 5 Luister goed naar het verhaal. Zet daarna de plaatjes in de goede volgorde. Écoutez attentivement. Mettez les images dans le bon ordre. Activiteit 3. Spel: Ik ga op vakantie en ik neem mee. Voor dit spel heeft u een koffertje nodig en alle bovengenoemde ( kleding) flashcards. De kinderen zitten in een kring. In het midden van de kring ligt een koffer met daarin alle flashcards. Haal de afbeeldingen er één voor één uit en zeg steeds: Ich fahre in Urlaub und nehme Ik ga op vakantie en ik neem je pars en vacances et je prends mit. mee, een. avec moi... Hou de flitskaart daarbij omhoog en vraag de kinderen om te antwoorden. Geef daarna de afbeelding aan een van de kinderen. Ga zo door totdat de hele koffer leeg is. Laat de kinderen de kaart zo vasthouden dat de afbeelding goed zichtbaar is voor de anderen. Vraag dan de leerlingen om met u mee te doen. Zeg: Ik ga op vakantie en ik neem mee, een.en ga de hele kring langs. Herhaal dit nogmaals en maak dan het spel moeilijker. Alle kinderen met een kaart, draaien nu de afbeelding om, zodat het niet zichtbaar is voor de anderen. Kunnen de kinderen het rijtje nu ook opnoemen? Laat bij een goed antwoord de kaart weer terug in de koffer doen. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Vraag de kinderen voor de volgende les iets mee te nemen ( bijvoorbeeld een kledingstuk) dat zeker mee moet in de koffer als zij op vakantie gaan. Laat ze (samen met hun ouders of een ander gezinslid) de Nederlandse betekenis van het artikel opzoeken als zij deze niet weten.

6 Les 10.3 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Doelen: De kinderen oefenen de kernwoorden. De kinderen leren een lied. Materialen: Verschillende door de kinderen meegenomen voorwerpen of kledingstukken Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? De kinderen hebben verschillende voorwerpen/kledingstukken meegenomen, dat zeker niet in hun koffer mag ontbreken. Laat de kinderen in L1 hierover vertellen. Kennen ze ook het Nederlandse woord van het artikel? Geef de meegebrachte spullen een plek in de Hollandse hoek. Verwerking Activiteit 1. Praatplaat Activeer de praatplaat. De kinderen zien een afbeelding met verschillende hotspots. Kunnen de kinderen de verschillende afbeeldingen benoemen? Klik op de hotspots ter controle en laat de kinderen de woorden nazeggen. 6

7 Activiteit 2. Themalied Elk hoofdstuk heeft een thema lied. Activeer het lied en luister met de kinderen naar het lied. S-O-NN-Eich fahr in Ferien und das ist ok. Immer am Strand spielen, den ganzen Tag, oder nur faulenzen, ist was ich mag. Advocaatje ging op reis, tiereliereliere Advocaatje ging op reis, tierelierelom Met een koffer in zijn hand, tiereliereliere Met een koffer in zijn hand, tierelierelom Bij een herberg bleef hij staan, tiereliereliere Bij een herberg bleef hij staan, tierelierelom Elke morgen brood met ei, tiereliereliere Elke morgen brood met ei, tierelierelom Daarna zwemmen in een meer, tiereliereliere Daarna zwemmen in een meer. tierelierelom Elke avond moe naar bed, tiereliereliere. Elke avond moe naar bed, tierelierelom. Lundi matin le roi, la reine et le p'tit prince Sont venus chez moi pour me serrer la pince Comme j'étais parti le p'tit prince a dit Puisque c'est ainsi nous reviendrons mardi Mardi matin le roi, la reine et le p'tit prince Sont venus chez moi pour me serrer la pince Comme j'étais parti le p'tit prince a dit Puisque c'est ainsi nous reviendrons mercredi Mercredi matin le roi, la reine et le p'tit prince Sont venus chez moi pour me serrer la pince Comme j'étais parti le p'tit prince a dit Puisque c'est ainsi nous reviendrons jeudi Jeudi matin le roi, la reine et le p'tit prince Sont venus chez moi pour me serrer la pince Comme j'étais parti le p'tit prince a dit Puisque c'est ainsi nous reviendrons vendredi Vendredi matin le roi, la reine et le p'tit prince Sont venus chez moi pour me serrer la pince Comme j'étais parti le p'tit prince a dit Puisque c'est ainsi nous reviendrons Samedi 7 Samedi matin le roi, la reine et le p'tit prince Sont venus chez moi pour me

8 serrer la pince Comme j'étais parti le p'tit prince a dit Puisque c'est ainsi nous ne reviendrons pas. Luister nogmaals naar het lied en wijs ter ondersteuning van de tekst naar de afbeelding en beeld het lied uit. Leer het lied regel voor regel aan en zing het daarna samen met de kinderen. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Vraag de kinderen ook thuis een paar keer naar het lied te luisteren en te oefenen en het lied voor hun ouders te zingen. 8

9 Les 10.4 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Herhaling: die (lila) Hose, der (rote) Rock, das (orangene) Kleid, das (gelbe) T-Shirt, die (weiβen) De (paarse) broek, de (rode) rok, de (oranje) jurk, het (gele) T-shirt, de (witte) sokken, de le pantalon (violet), la jupe (rouge), la robe (orange), le t- shirt, (jaune), les chaussettes Socken, die (blauen) Schuhe, die (blauwe) schoenen, de (bruine) (blanches), les chaussures (braune) Jacke, der (schwarze) jas, de (zwarte) trui, de (roze) (bleues), le manteau (marron), Pulli, der (rosa) Schlafanzug, die pyjama, de (groene) laarzen, le pull (noir), le pyjama (rose), (grünen) Stiefel, eine (grüne) Kappe een (groene) pet. les bottes (vertes), un bouchon (vert),le père, la mère, le frère, la sœur Doelen: De kinderen kunnen de afbeeldingen op de flashcards benoemen. De kinderen kunnen een kort verhaal uitbeelden. De kinderen kunnen het lied zonder ondersteuning zingen. Materialen: Een koffertje De flashcards de bikini, de zwembroek, de handdoek en de (kleding) flashcards van thema 9: de (paarse) broek, de (rode) rok, de (oranje) jurk, het (gele) T-shirt, de (witte) sokken, de (blauwe) schoenen, de (bruine) jas, de (zwarte) trui, de (roze) pyjama, de (groene) laarzen, een (groene) pet Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? 9

10 Verwerking Activiteit 1. Themalied Activeer het lied en zing samen met de kinderen. Beeld ondertussen ook het lied uit. Klik dan op de karaoke versie. Kunnen zij het lied zingen ook zonder hulp van de zangers zingen? Activiteit 2. Een kort gesprek 10.4 Ga naar Voor de leerkracht en klik op de activiteit. Luister samen met de kinderen naar het volgende gesprekje. A. Hallo. Wo geht es hin? B. Ich fahre in den Urlaub. A. Was nimmst du mit? B. Einen Bikini und ein Handtuch. A. Dag Elena. Waar ga jij naar toe? B. Ik ga op vakantie. A. Wat neem je mee? B. Een bikini en een handdoek. A. Salut Elena! Tu vas où? B. Je vais en vacances A. Qu est-ce que tu prends avec toi? B. Un maillot de bain et une serviette. Laat het gesprek nog een keer horen, maar nu zin voor zin. Vraag de kinderen de zinnen te herhalen. Oefen dan het gesprekje in tweetallen, waarbij de leerlingen hun eigen naam gebruiken en zelf mogen bedenken wat ze meenemen. Activiteit 3. Spel: Ik ga op vakantie en ik neem mee. Herinner de kinderen aan het spel in les 10.2 en speel het opnieuw met ze. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 10

11 Les 10.5 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Doelen: De kinderen oefenen de kernwoorden. De kinderen kunnen een kort gesprekje met elkaar voeren. Materialen: - Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Verwerking Activiteit 1. Een kort gesprek Herinner de kinderen aan het korte gesprekje van de vorige les. Klik op de activiteit en luister er samen met de leerlingen naar. Oefen het voorstellen dan nogmaals met behulp van de coöperatieve structuur Mixtweetal-gesprek : De kinderen lopen door elkaar in de ruimte. De leerkracht zegt Stop. De kinderen vormen een tweetal met degene die het dichtst bij ze staat. Het kind met het kortste haar mag beginnen. De leerkracht roept Mix en de kinderen gaan weer op zoek naar een nieuwe partner. Activiteit 2. Tijd voor een spelletje! In het programma zitten verschillende spelletjes, zoals Memorie of Maak de match. Speel samen met de kinderen de verschillende spelletjes. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Vraag de kinderen om voor de volgende les de verschillende spelletjes op de computer te spelen. 11

12 Les 10.6 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Doelen: De kinderen kennen de kernwoorden. De kinderen leren een chant en oefenen daarmee de dagen van de week. De kinderen oefenen de begrippen vandaag, morgen, gisteren. Materialen: Werkblad 10.6.A Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Verwerking Activiteit 1. Chant Klik op de activiteit en luister naar de chant. Wijs ondertussen de genoemde afbeeldingen aan en beeld de genoemde acties uit. Oefen de chant zin voor zin. Am Montag geh ich Op maandag ga ik zwemmen, Bonjour lundi, schwimmen, Dinsdag klim ik in een boom, Comment va mardi? Dienstag klettere ich in einen Op woensdag ren ik heen en Pas mal mercredi Baum, weer, Et toi jeudi? Am Mittwoch renne ich hin und Van links naar rechts keer op Tu diras à vendredi her. keer. Que je pars samedi Von links nach rechts, von Op donderdag spring ik Pour arriver dimanche. rechts nach links. touwtje, Am Donnerstag springe ich Seil. Vrijdag doe ik niets. Am Freitag mach ich nichts. Maar op zaterdag en zondag, Aber Samstag und Sonntag, Haal ik boodschappen op de da fahre ich auf meinem fiets. Fahrrad einkaufen. Maandag, maandag (klap, klap, Montag, Montag klatsch, klap) 12

13 klatsch, klatsch Dienstag, Dienstag stampf, stampf, stampf Mittwoch, Mittwoch klatsch, klatsch, klatsch Donnerstag, Donnerstag stampf, stampf, stampf Freitag, Freitag klatsch, klatsch, klatsch Samstag und Sonntag, Samstag und Sonntag. Das sind die Wochentage. Das sind die Wochentage. Dinsdag, dinsdag (stamp, stamp, stamp) Woensdag, woensdag (klap, klap, klap) Donderdag, donderdag (stamp, stamp, stamp) Vrijdag, vrijdag (klap, klap, klap) Zaterdag en zondag, zaterdag en zondag. Dit zijn de dagen van de week. Dit zijn de dagen van de week. Activiteit 2. Werkblad: Vandaag, morgen, gisteren Voor deze activiteit heeft u werkblad 10.6.A nodig. De werkbladen vindt u onder het kopje Voor de leerkracht. De leerlingen zien hierop dezelfde afbeelding als bij de chant. Ga naar Voor de leerkracht en klik op de bijbehorende instructietaal. Help de kinderen door zelf ook mee te wijzen. Instructietaal 10.6: Hört gut und zeigt an. Luister goed en wijs mee. Heute ist Mittwoch. Gestern war Dienstag. Morgen ist es Donnerstag. Heute ist es Freitag. Gestern war es Donnerstag. Morgen ist es Samstag. Was machst du am Samstag? Und am Sonntag? Zeichne in das leere Fach. Vandaag is het woensdag. Gisteren was het dinsdag. Morgen is het donderdag. Vandaag is het vrijdag. Gisteren was het donderdag. Morgen is het zaterdag. Wat doe jij op zaterdag? En op zondag? Teken het in het lege vak. Écoutez bien et montrez les images Aujourd hui, c est mercredi Hier, c'était mardi. Demain, c'est jeudi. Aujourd'hui, c'est vendredi. Hier c'était jeudi. Demain, c'est samedi Que faites-vous le samedi? Et le dimanche? Dessiner dans la case vide Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? Thuiswerk Vraag de kinderen de dagen van de week samen met hun ouders (of andere gezinsleden) te oefenen. 13

14 Les 10.7 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Doelen: De kinderen kennen de kernwoorden. De kinderen kennen de dagen van de week. De kinderen oefenen de begrippen vandaag, morgen, gisteren Materialen: Werkblad 10.7.A Introductie Start de les met het noemen van de taaldoelen. Wat gaan we vandaag leren? Verwerking Activiteit 1. Chant Klik op de activiteit en luister naar de chant. Wijs ondertussen de genoemde afbeeldingen aan en beeld de genoemde acties uit. Chant daarna De dagen van de week samen met de kinderen. Herhaal dan nogmaals de dagen van de week en vraag aan de kinderen, welke dag het vandaag is, welke dag het morgen is en welke dag het gisteren was. Activiteit 2. Het werkblad De werkbladen vindt u onder het kopje Voor de leerkracht. Op het werkblad staan twee opdrachten. Klik voor opdracht 1 op de bijbehorende instructietaal: 1. Hört gut zu und zeichnet. Elena ist glücklich. Elena ist sauer. Elena ist sauer. 1. Luister goed en teken. Elena is blij. Elena is boos. Elena is verdrietig. 1. Ecoutez bien et dessinez. Elena est heureuse. Elena est en colère. Elena est triste. 14

15 Opdracht 2. Wat neem je mee op vakantie? Teken het in de koffer. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 15

16 Les 10.8 en 10.9 Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Herhaling: Alle kernwoorden uit de voorafgaande thema s. Doelen: De kinderen ontwerpen een bordspel. De kinderen kennen alle kernwoorden uit de voorafgaande thema s. Materialen: Werkblad 10.8 A (uitprinten per 3 leerlingen op A3 formaat) (Gekleurd) karton op A3 formaat Lijm Kleurpotloden of viltstiften Dobbelsteen Gekleurde fiches (of ander materiaal dat als pion kan dienen) Introductie Elena op vakantie is het laatste thema. Om zoveel mogelijk kernwoorden van voorafgaande thema s te herhalen, maken de leerlingen in drietallen bordspelen. Daarna gaan ze in groepjes van drie de verschillende bordspelen spelen. 16

17 Verwerking Activiteit 1. Het Bordspel Werkwijze: 1. Verdeel de klas in groepen van drie en geef iedere groep werkblad 10.8.A hierop zien de kinderen een leeg bordspel. Iedere groep kiest een set van zes woorden die bij elkaar horen en in de voorafgaande thema s aan de orde zijn gekomen. Denk bijvoorbeeld aan - Familie: de vader, de moeder, de zus, de broer, de oma, de opa - Kleding: het T-shirt, de broek, de rok, de trui, de pet, de jurk - Vervoer: de auto, de bus, de boot, de vrachtwagen, de fiets, de trein - Lichaam: het hoofd, de buik, de ogen, de oren, de neus, de mond - Enzovoort Zorg ervoor dat elke groep een andere set met woorden heeft. 2. De gekozen woorden worden in een leeg vakje getekend en mooi ingekleurd met viltstift of kleurpotlood. 3. Op het bordspel zien de kinderen ook in vijf vakken een cirkel. Deze cirkels mogen ze een kleur geven. Let erop dat zij wel de kleuren gebruiken die zij in het Nederlands hebben geleerd. 4. Ter versteviging wordt het bordspel op een karton geplakt en indien gewenst geplastificeerd. Activiteit 2. Speel het spel Voordat de kinderen het spel mogen spelen, legt u eerst in L1 de spelregels uit. 1. Het spel wordt in drietallen gespeeld. 2. Degene met de grootste schoenmaat mag beginnen. 3. De speler gooit met de dobbelsteen en telt hardop in het Nederlands het aantal stappen. 4. Als de speler op een plaatje terecht komt, moet hij het plaatje benoemen. Als de speler het woord niet weet, gaat hij terug naar start. 5. Als de speler op een gekleurde cirkel terecht komt, moet hij de kleur benoemen. Als hij de kleur niet weet, moet hij terug naar start. 6. Als een speler op de 1 terecht komt, mag hij een plekje opschuiven. 7. Als een speler op de 2 terechtkomt, mag hij twee plekjes opschuiven. 8. Als een speler op de 3 terechtkomt, moet hij een beurt overslaan. Wie is er als eerste bij de finish? Geef daarna elk drietal een bordspel, een dobbelsteen en ieder kind een fiche. Het spel kan beginnen! Laat na 8-10 minuten de verschillende bordspelen rouleren. Afsluiting Herhaal kort de doelen van de les. Zijn deze bereikt? 17

18 Les Evaluatie Kernwoorden: Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag, die Woche, froh, traurig, böse, die Oma, der Opa, der Koffer, das Bikini, die Badehose, das Handtuch, der Eimer, die Schaufel, das Boot Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, de week, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de koffer, de bikini, de Lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche, une semaine, heureux, triste, en la valise, le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, les bottes Uitbreidingswoorden: Heute, morgen, gestern, die Ferien, einpacken, auspacken, schwimmen, der Abend, der Morgen Vandaag, morgen, gisteren, de vakantie, inpakken, uitpakken, zwemmen, de avond, de morgen. Aujourd'hui, demain, hier, la fête, faire, défaire, la natation, la nuit, le matin Doelen: De kinderen kennen de kernwoorden. De kinderen kennen de kernwoorden uit de voorafgaande thema s. De kinderen kunnen de themaliederen zingen. Materialen: Prop papier, die als bal dient of een tennisbal Introductie Klik op de praatplaat en controleer of de kinderen de kernwoorden kennen. Verwerking Activiteit 1. Chant Klik op de activiteit en herhaal de chant. Ondersteun de chant met beweging. Vraag daarna aan de kinderen welke dag het vandaag is, welke dag het morgen is en welke dag het gisteren was. Activiteit 2. Spel: Geef de bal door De leerlingen zitten in een kring. Kies een categorie. Zet de muziek aan en geef de bal door. Elke leerling die de bal krijgt, moet een woord in de genoemde categorie zeggen. Stop de muziek. De leerling die de bal vastheeft als de muziek stopt, is af. Activiteit 3. Zing een lied De kinderen hebben 10 themaliederen geleerd. Welk lied is favoriet? Laat de kinderen kiezen welke liedjes ze nog een keer willen zingen. Afsluiting Samen met de kinderen kijkt u terug op het project Elena. Hoe hebben de kinderen de lessen ervaren? Vonden zij het leuk om op deze manier Nederlands te leren? Wat waren de leerdoelen? Hebben zij veel woorden geleerd? Kunnen de kinderen de woorden actief gebruiken? 18

19 Ten slotte: Als u als leerkracht ook graag wil weten of een kind vooruitgang boekt en of een kind de aangeboden lesstof tot zich heeft genomen, kunt u naast uw observaties er ook voor kiezen de kinderen een korte woordentoets op de computer af te nemen. De woordentoets test of de kinderen de volgende woorden (receptief) kennen: der Koffer, glücklich, traurig, sauer, die Oma, der Opa, der Bikini, die Schwimmhose, das Handtuch, der Eimer und die Schaufel, das Boot De koffer, blij, verdrietig, boos, de oma, de opa, de bikini, de La valise, heureux, triste, en le bikini, le maillot de bain, la serviette, le seau et la pelle, le bateau. 19

Thema 1 Hallo Elena Les 1.1

Thema 1 Hallo Elena Les 1.1 Thema 1 Hallo Elena Les 1.1 Kernwoorden: Hallo, ich, mein Name ist, die Familie, die Mutter, der Vater, die Schwester, der Bruder, der Hund, die Katze, Guten Tag, Zahlen 1-10, das Haus, der Ball Hallo,

Nadere informatie

Thema 1 Hallo Elena Les 1.1

Thema 1 Hallo Elena Les 1.1 Thema 1 Hallo Elena Les 1.1 Kernwoorden: Hallo, ich, mein Name ist, die Familie, die Mutter, der Vater, die Schwester, der Bruder, der Hund, Hallo, ik, mijn naam is, de familie, de moeder, de vader, de

Nadere informatie

Thema 9 Wat trek je aan Elena? Les 9.1

Thema 9 Wat trek je aan Elena? Les 9.1 Thema 9 Wat trek je aan Elena? Les 9.1 Kernwoorden: Orange, lila, pink, die Hose, der Oranje, paars, roze, de (paarse) Orange, violet, rose, le Rock, das Kleid, das T-Shirt, die broek, de (rode) rok, de

Nadere informatie

Mijn familie en ik 3. Lang zal zij leven Lang zal zij leven Lang zal zij leven in de gloria In de gloria In de gloria

Mijn familie en ik 3. Lang zal zij leven Lang zal zij leven Lang zal zij leven in de gloria In de gloria In de gloria 1 Doelen De leerlingen kunnen iets over verjaardagen en familieleden te vertellen; spullen die met verjaardag te maken hebben voor uw introductie zoals slingers, kaarsjes voor op een taart, een ballon

Nadere informatie

Thema 5 Elena heeft nieuwe spullen nodig

Thema 5 Elena heeft nieuwe spullen nodig Les 5.1 Materialen (selectie) flitskaarten de spijkerbroek, de broek, de bloes flitskaarten (thema 9, onderbouw): de broek, de jurk, het t-shirt,, de schoenen, de jas, de trui, de laarzen, de pet, de sjaal,

Nadere informatie

Thema 2 Elena gaat naar school Les 2.1

Thema 2 Elena gaat naar school Les 2.1 Thema 2 Elena gaat naar school Les 2.1 Kernwoorden: Die Schule, die Lehrerin, der Lehrer, die Klasse, der Kreis, der De school, de juf, de meester, de klas, de kring, de jongen, het L école, la maîtresse,

Nadere informatie

Thema 7 Sportdag op school

Thema 7 Sportdag op school 1 7.1 Materialen (selectie) sportspullen zoals een voetbal, een tennisbal, een tennisracket, een zak (voor zaklopen), een bikini/zwembroek flitskaarten: voetballen, handballen, volleyballen, tennissen,

Nadere informatie

Wie helpt? Weet je het nog? Luister en kies de juiste foto. Datum:... Klas:... Naam:... Voornaam:...

Wie helpt? Weet je het nog? Luister en kies de juiste foto. Datum:... Klas:... Naam:... Voornaam:... Naam:... Voornaam:... Datum:... 65 Luister en kies de juiste foto. Éditions VAN IN Onderweg! 3 Reproduction autorisée. Weet je het nog? Wie helpt? Klas:... 142 Onderweg3 GUIDE PROF.indd 142 1/12/14 20:56

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in de vorige module flink gewerkt. Nu kan je zelfstandig verder werken aan module 12. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet

Nadere informatie

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en

Nadere informatie

Thema 5 Eet smakelijk Elena Les 5.1

Thema 5 Eet smakelijk Elena Les 5.1 Thema 5 Eet smakelijk Elena Les 5.1 Kernwoorden: Das Butterbrot, der Käse, das Ei, die Milch, das Wasser, der Pfannkuchen, die Butter, der Teller, das Messer, die Gabel, die Pfanne, das Glas, der Apfel,

Nadere informatie

Luister naar het gesprek tussen de verkoopmedewerker (Verkäufer) en de klant (Kundin). Je kunt de tekst meelezen.

Luister naar het gesprek tussen de verkoopmedewerker (Verkäufer) en de klant (Kundin). Je kunt de tekst meelezen. Print het Word-document uit. Afrekenen met de klant Opdracht 1 Luister naar luisterfragment 6 Luister naar het gesprek tussen de verkoopmedewerker (Verkäufer) en de klant (Kundin). Je kunt de tekst meelezen.

Nadere informatie

écoutez, lisez, jouez

écoutez, lisez, jouez Je hebt de vorige module knap gewerkt, dus mag je nu alleen verder werken met module 7. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet beluisteren,

Nadere informatie

Thema 4 Bij Elena thuis Les 4.1

Thema 4 Bij Elena thuis Les 4.1 Thema 4 Bij Elena thuis Les 4.1 Kernwoorden: Das Wohnzimmer, das De woonkamer, de slaapkamer, Le salon, la chambre, la cuisine, Schlafzimmer, die Küche, der de keuken, de tuin, de deur, het le jardin,

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt het in de vorige module goed gedaan. Je mag daarom zelfstandig verder werken aan module 11. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet

Nadere informatie

Vormen van een raket Raketten

Vormen van een raket Raketten Vormen van een raket Raketten Vgroep 1-2 17 tijdsduur 65 minuten kerndoelen 1, 23, 32, 44, 45 en 54 lesdoelen De leerling: herkent een aantal wiskundige vormen: een cirkel, een driehoek, een rechthoek

Nadere informatie

De agenda 2013-2014. Leren kun je leren. 1. Waarom heb je een agenda nodig? 2. De CitrusPers-agenda. 3. Waarom is de CitrusPers-agenda gemaakt?

De agenda 2013-2014. Leren kun je leren. 1. Waarom heb je een agenda nodig? 2. De CitrusPers-agenda. 3. Waarom is de CitrusPers-agenda gemaakt? Deel I Leren kun je leren De agenda 2013-2014 1. Waarom heb je een agenda nodig? 2. De CitrusPers-agenda 3. Waarom is de CitrusPers-agenda gemaakt? 4. Huiswerk 5. Plannen 6. Hoe gebruik je de CitrusPers-agenda?

Nadere informatie

Vormen van een raket Raketten

Vormen van een raket Raketten Vormen van een raket Raketten Vgroep 1-2 17 tijdsduur 65 minuten kerndoelen 1, 23, 32, 44, 45 en 54 lesdoelen De leerling: herkent een aantal wiskundige vormen: een cirkel, een driehoek, een rechthoek

Nadere informatie

U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon.

U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. Je m appelle Ric. / Mon nom est Verdonk. Quel est ton

Nadere informatie

M i. deborah van de leijgraaf

M i. deborah van de leijgraaf M i deborah van de leijgraaf Ik ga logeren! Thema : Familie Leeftijd : 2+ 3+ 2-4 jaar Ontwikkelingsgebied : Sociaal emotioneel Soort activiteit : Rollenspel Samen Emoties Duur :

Nadere informatie

Grüß Gott! Guten Morgen! Guten Tag! Guten Abend! Ich heiße Wie heißt du? Das ist Max. Das finde ich auch. Kommst du auch aus Duisburg.

Grüß Gott! Guten Morgen! Guten Tag! Guten Abend! Ich heiße Wie heißt du? Das ist Max. Das finde ich auch. Kommst du auch aus Duisburg. Ich heiße Anna. Ich bin neunzehn Jahre alt und komme aus Deutschland. Ich wohne in Duisburg und gehe dort zur Berufsschule. Das ist mein Freund Max. sich kennenlernen Hallo! Hi! Servus! Grüß Gott! Guten

Nadere informatie

Hotel Hallo - Thema 1 Hallo

Hotel Hallo - Thema 1 Hallo Hotel Hallo - Thema 1 Hallo opdrachten VISITE 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en leg

Nadere informatie

Samenvatting Duits Grammatica Duits

Samenvatting Duits Grammatica Duits Samenvatting Duits Grammatica Duits Samenvatting door S. 836 woorden 20 februari 2013 5,8 61 keer beoordeeld Vak Duits Naamvallen. Nederlands: 2e naamval 4e naamval (bijvoegelijke bepaling, is 3e naamval

Nadere informatie

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté!

UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté! UNITE 26 : On a joué, on a nagé, on a chanté! Oefening 1: Cherchez les phrases dans le texte. Ecrivez les phrases sans fautes. Zoek volgende zinnen in de tekst. Schrijf ze correct over. - In de namiddag,

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 2 bij 1.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. Klaar? Dan leest cursist B de vragen. Cursist A Cursist

Nadere informatie

Een ideale school. Tijd voor een toets! Luister en vul aan of teken Naam:... Voornaam:... Klas:... Datum:...

Een ideale school. Tijd voor een toets! Luister en vul aan of teken Naam:... Voornaam:... Klas:... Datum:... Luister en vul aan of teken. Hoeveel leerlingen zitten er in de klas? Een ideale school Emma, Ruben et Shun imaginent leur école idéale! Emma Ruben Shun 31-36......... Welk uniform dragen ze? Hoe gaan

Nadere informatie

TOETS A A1 vmbo-gt(h), DEEL 1, SCHRITT 1-8. Luister naar het luisterfragment Neu im Fußballverein. Beantwoord de vragen in het Nederlands.

TOETS A A1 vmbo-gt(h), DEEL 1, SCHRITT 1-8. Luister naar het luisterfragment Neu im Fußballverein. Beantwoord de vragen in het Nederlands. Naam: Klas: Datum: HÖREN Luister naar het luisterfragment Neu im Fußballverein. Beantwoord de vragen in het Nederlands. (8 punten) 1. Welk compliment geeft Igor (de jongen) aan Linda (het meisje)? 2. In

Nadere informatie

Ich lese ein Buch. Ich lese ein Buch. Siehst du viel fern. Siehst du viel fern? Am Sonntag besuche ich meine Oma. Am Sonntag besuche ich meine Oma.

Ich lese ein Buch. Ich lese ein Buch. Siehst du viel fern. Siehst du viel fern? Am Sonntag besuche ich meine Oma. Am Sonntag besuche ich meine Oma. Hausaufgaben machen Ich lese ein Buch Ich lese ein Buch. das Buch das Buch Bücher Gitarre spielen Siehst du viel fern Siehst du viel fern? ausschlafen mit dem Hund Gassi gehen Computerspiele spielen ins

Nadere informatie

Aantekening Frans les pronoms personnels

Aantekening Frans les pronoms personnels Aantekening Frans pronoms personnels Aantekening door een scholier 648 woorden 16 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Frans Pronoms personnels Plaats in de zin: Voor alle persoonlijke voornaamwoorden die

Nadere informatie

Leesboekje de kleding

Leesboekje de kleding Leesboekje de kleding Leesboekje De Kleding Pagina 1 Dit is de broek. Dit is de trui. Dit is de rok. Dit is de jurk. Dit is de bh. Dit is de onderbroek. Dit is het T-shirt. Dit is de panty. Dit is het

Nadere informatie

Thema 3 Elena speelt buiten 1

Thema 3 Elena speelt buiten 1 Thema 3 Elena speelt buiten 1 3.1 De kinderen leren woorden en zinnen over buitenspelen. de flitskaarten de schommel, de glijbaan, de draaimolen, het skateboard, verstoppertje Introductie Zeg wat de taaldoelen

Nadere informatie

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?

Nadere informatie

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Linda Willemsen www.klasvanjuflinda.nl www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Spelenderwijs rijmen Tekst & vormgeving: Linda Willemsen 2014 www.klasvanjuflinda.nl Linda Willemsen

Nadere informatie

Taalklas.nl Plus Cursistenmateriaal

Taalklas.nl Plus Cursistenmateriaal Opdracht 1 Nieuwe woorden Lees het woord Bedek het woord Schrijf het woord in de zin Klopt het? de computer Bart speelt vaak spelletjes op de In de leer ik hoe internet en e-mail werken de computerles

Nadere informatie

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23.

J' à Amersfoort, Lindenlaan 23. Unité Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist,

Nadere informatie

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop:

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop: Pak de jas! Spel Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes De leerkracht gooit met de dobbelsteen. De leerlingen nemen om ter snelste dezelfde kleur jas als de kleur van de dobbelsteen. De leerlingen verwoorden

Nadere informatie

Thema 6 De mensen om mij heen

Thema 6 De mensen om mij heen 1 6.1 De leerlingen leren in het kader van een verhaal zeggen wat ze later willen worden De leerlingen leren aangeven waar schoolspullen zich bevinden De leerlingen oefenen de desbetreffende woorden en

Nadere informatie

Naamvallen Tabel Begrijpen. Klas 3/4

Naamvallen Tabel Begrijpen. Klas 3/4 Naamvallen Tabel Begrijpen Klas 3/4 Wil je weten hoe de Naamvallen Tabel in elkaar zit, dan is dit de juiste workshop voor jou. A) Naamvaltabel (overzicht) B) Tools om met de Naamvaltabel aan de slag te

Nadere informatie

2 Kann ich dir helfen? 2 Ik voel me ziek. 3 Bist du hier im Urlaub? 3 Ja, je bent hier op vakantie.

2 Kann ich dir helfen? 2 Ik voel me ziek. 3 Bist du hier im Urlaub? 3 Ja, je bent hier op vakantie. Arzt Arzt Dialog 1 - Grippe Dialog 1 - Grippe 1 Guten Tag. 1 Je groet terug. 2 Kann ich dir helfen? 2 Ik voel me ziek. 3 Bist du hier im Urlaub? 3 Ja, je bent hier op vakantie. 4 Dann brauche ich zuerst

Nadere informatie

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar voor meer informatie.

En action 6. Woordtrainer. Salut! Ga naar  voor meer informatie. Salut! Voor het tweede jaar op rij leer je Frans. Misschien heb je intussen ook al Frans kunnen spreken met Franstaligen. Lukte dat al? Of vond je het nog moeilijk? Bedenk dan dat je vorig jaar nog helemaal

Nadere informatie

k ga naar school ch gehe zur Schule

k ga naar school ch gehe zur Schule Nederlandstalig onderwijs k ga naar school ch gehe zur Schule Nederlands Deutsch k ga naar school ch gehe zur Schule Wat heb ik goed geslapen. Mama helpt me bij het wassen en aankleden. Ze vertelt me dat

Nadere informatie

SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden

SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden SECTION 7. LES PRONOMS PERSONNELS de persoonlijke voornaamwoorden INTRODUCTION Alle persoonlijke voornaamwoorden vormen tezamen een groot en essentieel deel van de Franse taal en dan met name op het gebied

Nadere informatie

die Meldung bestätigen nicht jetzt

die Meldung bestätigen nicht jetzt am Computer sitzen im Internet surfen Informationen suchen mit einem Freund chatten eine E-Mail schreiben Nachrichten lesen Freunde finden ein Foto hochladen eine Datei herunterladen einen Film gucken

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt de vorige modules knap gewerkt, dus mag je nu alleen verder werken met module 8. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet Wanneer je een dialoog of een oefening moet beluisteren, beluister

Nadere informatie

Mijn vriendenboek. Voornaam: Gewicht:

Mijn vriendenboek. Voornaam: Gewicht: Mijn vriendenboek Voornaam: Naam: Woonplaats: Leeftijd: Verjaardag: Broers of zussen: Kleur van het haar: Kleur van de ogen: Lengte: Gewicht: Klas: Hobby s: Favoriete sport: Lievelingsvak op school: Lievelingseten:

Nadere informatie

compliment geven. De les Inhoud Doelen Materiaal Tip GROEP 1 & 2

compliment geven. De les Inhoud Doelen Materiaal Tip GROEP 1 & 2 Les 4 Complimenten geven Inhoud In deze les staan complimenten centraal. Complimenten geven en krijgen is een belangrijk onderdeel van de PAD-lessen. Het is belangrijk voor iedereen om zo nu en dan een

Nadere informatie

s Speelbrief ZO LEES IK PIPPO PIPPO-thema prentenboeken JULI 2017 Speelbrief - Juli p1

s Speelbrief ZO LEES IK PIPPO PIPPO-thema prentenboeken JULI 2017 Speelbrief - Juli p1 THEMA: OP VAKANTIE MET DE ALLERKLEINSTEN! s Speelbrief JULI 2017 Aapje Pippo gaat met de trein op reis. Bruintje Beer en peuter Max spelen aan de waterkant en nijntje logeert bij haar opa en oma. Allemaal

Nadere informatie

Veilig leren lezen Aftelkalender Sinterklaas: hoeveel nachtjes slapen nog? - Versie 2013

Veilig leren lezen Aftelkalender Sinterklaas: hoeveel nachtjes slapen nog? - Versie 2013 veilig leren lezen Aftelkalender Sinterklaas Hoeveel? Versie 2013 Auteur: Josée Warnaar Kinderen verheugen zich enorm op het sinterklaasfeest. De tijd tot Sinterklaas is vol van spanning en leuke gebeurtenissen.

Nadere informatie

Thema 7 Feest Les 7.1

Thema 7 Feest Les 7.1 Thema 7 Feest Les 7.1 Kernwoorden: De ballon, het cadeau, de verjaardag, de kaarsen, de slingers, de taart, de clown, de fluit, de trommel, de gitaar, de limonade, de koffie, de thee, chips, de feesthoed.

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Stammtisch an der Küste 22.05.2014 25.05.2014

Stammtisch an der Küste 22.05.2014 25.05.2014 Stammtisch an der Küste 22.05.2014 25.05.2014 23 campers Deze keer in het Nederlands. Dit leek ons nu wel eens tijd worden Joke en ik hopen dat jullie het kunnen vertalen. Woensdag 21 mei waren er al veel

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Nederland

Spreekopdrachten thema 1 Nederland Spreekopdrachten thema 1 Nederland Opdracht 1 bij 1.3 ** Speel het spel met de groep. Uitleg voor de docent: De docent begint. Hij zegt wat hij kan. Bijvoorbeeld: Ik kan koken. Laat de eerste cursist herhalen

Nadere informatie

Kunde (vul de rol in het Duits in) 1 Guten Tag. 1 Groet terug.

Kunde (vul de rol in het Duits in) 1 Guten Tag. 1 Groet terug. Polizei Polizei Dialog 1- Handy Dialog 1 - Handy Kunde (vul de rol in het Duits in) 1 Guten Tag. 1 Groet terug. 2 Wie kann ich Ihnen helfen? 2 Vertel, dat je zaktelefoon is gestolen. 3 Können Sie mir erzählen,

Nadere informatie

Unité 6 Diagnose Kopieerblad 1

Unité 6 Diagnose Kopieerblad 1 Unité 6 Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet

Nadere informatie

Antwoorden Duits Hoofdstuk 1

Antwoorden Duits Hoofdstuk 1 Antwoorden Duits Hoofdstuk 1 Antwoorden door T. 668 woorden 25 september 2008 4,9 81 keer beoordeeld Vak Methode Duits Na Klar! Duits Antwoorden, Havo 4, Na Klar, Hoofdstuk 1. 2. Uitspraken die goed zijn:

Nadere informatie

Elena gaat naar de dierentuin

Elena gaat naar de dierentuin 1.1 Flitskaarten de pinguïn, de slang, de aap, de olifant, de giraf, de krokodil, de leeuw, de tijger (de vogel) Tekst met prentenboek/video Opwarmen Begin het thema met een gesprek over de dierentuin

Nadere informatie

Tip. In de herfst en winter is de maan vroeg in de ochtend goed te zien.

Tip. In de herfst en winter is de maan vroeg in de ochtend goed te zien. Reis naar de maan GROEP 3-4 22 20 & 50 minuten, verdeeld over twee lessen 1, 23, 46 en 54 De leerling: leert samenwerken leert bewegen op muziek leert luisteren naar ritme en muziek herkent vier fasen

Nadere informatie

15 et qui paie le loyer?

15 et qui paie le loyer? g r a m m at i c a 15 et qui paie le loyer? Maak de zinnen af met de juiste vorm van payer en het voorwerp op de foto* 1 2 3 4 5 6 1 Paul le 2 Moi, je la 3 Mon frère et moi, nous 4 Les cousins la le 5

Nadere informatie

Werkwoorden TB 49. wissen = weten müssen = moeten fahren = rijden. Voorbereiding PW hoofdstuk 4 Duits DUK7 - werkblad 3

Werkwoorden TB 49. wissen = weten müssen = moeten fahren = rijden. Voorbereiding PW hoofdstuk 4 Duits DUK7 - werkblad 3 Voorbereiding PW hoofdstuk 4 Duits DUK7 - werkblad 3 Neue Kontakte 5 e, VMBO KGT 1-2 Werkwoorden TB 49 3 e naamval TB 54 Rangtelwoorden (overzicht) Kloktijden (overzicht) Werkwoorden TB 49 wissen = weten

Nadere informatie

Groen rood geel blauw. Bruin roze oranje paars

Groen rood geel blauw. Bruin roze oranje paars 1 Groen rood geel blauw Bruin roze oranje paars 2 Bovenstaande kaartjes functioneren als dobbelsteen Knip ze langs de lijnen uit, voor iedere speler een stel. Facultatief: Kleur eventueel deze voetstappen

Nadere informatie

partners. jaren waaronder ook Nederlands.

partners. jaren waaronder ook Nederlands. Uitwisseling Emmen Köln 2014 Kijk eens over de grens. Het Esdal Vakcollege kent een lange traditie van uitwisselingen mett scholen uit Duitsland. Sinds 14 jaar zijn de Europa Schule Köln en de d KGS Norderney

Nadere informatie

Ich möchte eine Fahrkarte nach Schwerin / bitte. Vormittags also.

Ich möchte eine Fahrkarte nach Schwerin / bitte. Vormittags also. eine Zugfahrkarte kaufen Ich möchte eine Fahrkarte nach Schwerin / bitte. Wann möchten Sie fahren? Am Donnerstag / den 17. Oktober am Vormittag / bitte. Vormittags also. Mal sehen. Es fährt ein Zug um

Nadere informatie

Talenquest Frans 2thv: Grammatica

Talenquest Frans 2thv: Grammatica Talenquest Frans 2thv: Grammatica Épisode 1: Onregelmatige werkwoorden Er zijn in het Frans naast regelmatige werkwoorden ook onregelmatige werkwoorden. Het is lastig om van onregelmatige werkwoorden de

Nadere informatie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

In je kracht. Werkboek voor deelnemers In je kracht Werkboek voor deelnemers Uitleg Mijn toekomst! Benodigdheden: Werkblad Mijn toekomst! (je kunt het Werkblad meegeven om thuis na te lezen, maar dit is niet noodzakelijk) Voor iedere deelnemers

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

De wereld om mij heen

De wereld om mij heen 8.1 De leerlingen oefenen de desbetreffende woorden apart en in eenvoudige zinnen. Materialen (selectie) allerlei spullen om geluiden mee te maken zoals schoolspullen (papier, een pen, potlood met puntenslijper)

Nadere informatie

Meine Familie und ich 1

Meine Familie und ich 1 1 1.1 Kernwoorden der Junge, das Mädchen, der Mann, die Frau, der Freund, die Freundin, der Onkel, die Tante, der Cousin, die Cousine, klatschen, die Hand geben, einen Kuss geben Uitbreidingswoorden gratulieren,

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

obs De Garven cbs De Vore Schakelklassen 9932 CR Delfzijl

obs De Garven cbs De Vore Schakelklassen 9932 CR Delfzijl obs De Garven cbs De Vore Schakelklassen 9932 CR Delfzijl Schakelklassen Obs De Garven cbs De Vore Hallehuis 2 9932 CR Delfzijl Telefoonnummer 0596-654560 E-mailadres: azsdegarven@hotmail.com Algemeen:

Nadere informatie

Woordenlijst Nederlands Duits

Woordenlijst Nederlands Duits Taaltalent deel 1 Methode Nederlands voor midden- en hoogopgeleide anderstaligen Woordenlijst Nederlands Duits Hoofdstuk 2 Het feest Henny Taks Katja Verbruggen u i t g e v e r ij coutinho c bussum 2014

Nadere informatie

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke Spinners Een nieuwe rage: spinners! Heb jij ze al gespot in jouw klas? Vervelend, al dat speelgoed op school, of handig! spinners in de klas, daar kun je leuke, leerzame activiteiten mee doen! Wij bedachten

Nadere informatie

Jongens en meisjes. Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Jongens, meisjes, lichaam, piemel, vagina, seksestereotiep

Jongens en meisjes. Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Jongens, meisjes, lichaam, piemel, vagina, seksestereotiep Kriebels in je buik Jongens en meisjes 1 Jongens en meisjes Groep 2 55 min Begrippen Jongens, meisjes, lichaam, piemel, vagina, seksestereotiep gedrag Benodigheden Digibord Schaar Knutselspullen Werkbladen

Nadere informatie

OPLOSSINGEN. Dit heb ik deze vakantie gedaan... Dit heb ik gedaan: Hier vind je alle oplossingen, maar: niet valsspelen, he?

OPLOSSINGEN. Dit heb ik deze vakantie gedaan... Dit heb ik gedaan: Hier vind je alle oplossingen, maar: niet valsspelen, he? Vakantiedoeboek Ook voor de papa's en de mama's hebben we handige tips en informatie voor (op) vakantie. Maar ook over opvoeden, opgroeien en gezondheid. Kijk op onze website of volg ons op Facebook. Wij

Nadere informatie

SPROET DE BRUID DE BRUILOFT

SPROET DE BRUID DE BRUILOFT opdrachten Nog meer Hotel Hallo - Thema 6 Wat een feest! SPROET DE BRUID 1 Knip de strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken

Nadere informatie

B I N G O. Autobingo. zomer. 2. Gele auto. Slapend iemand. Rivier Brommer Rode auto Trein Zee. Zelfde auto als die van jullie

B I N G O. Autobingo. zomer.  2. Gele auto. Slapend iemand. Rivier Brommer Rode auto Trein Zee. Zelfde auto als die van jullie Vakantie doeboek Kijk goed uit de auto. Kruis weg wat je ziet. Wie heeft de bingokaart als eerste vol? Autobingo zomer B I N G O Gele auto Elektrische auto Brandweerauto Vrachtwagen Slapend iemand Rivier

Nadere informatie

LES CHIFFRES DE 1 À 40 (1STE GRAAD BSO)

LES CHIFFRES DE 1 À 40 (1STE GRAAD BSO) LES CHIFFRES DE 1 À 40 (1STE GRAAD BSO) De zéro à quarante Van nul tot veertig 0 zéro 1 un 11 onze 21 vingt et un 31 trente et un 2 deux 12 douze 22 vingt-deux 32 trente-deux 3 trois 13 treize 23 vingt-trois

Nadere informatie

Auditieve analyse: één of twee lettergrepen drie of meer lettergrepen

Auditieve analyse: één of twee lettergrepen drie of meer lettergrepen Auditieve analyse: één of twee lettergrepen drie of meer lettergrepen reis vliegtuig trein koffer zon reizen tent zwemmen zee duikbril zwemband zwembroek badpak zand emmer logeren vakantie kamperen hotelkamer

Nadere informatie

ZO LEES IK PIPPO. Speelbrief. PIPPO-thema prentenboeken JULI Speelbrief - Juli p1

ZO LEES IK PIPPO. Speelbrief. PIPPO-thema prentenboeken JULI Speelbrief - Juli p1 P VAKANTIE MET DE ALLERKLEINSTE O : A M E H T N! s JULI 2017 Speelbrief Aapje Pippo gaat met de trein op reis. Bruintje Beer en peuter Max spelen aan de waterkant en nijntje logeert bij haar opa en oma.

Nadere informatie

INHOUD Zo gebruikt u dit boek 4 Lees eerst dit! 5 Vorderingstabel 6 Week 1: dagplanning 7 Week 2: dagplanning 17 Week 3: dagplanning 25

INHOUD Zo gebruikt u dit boek 4 Lees eerst dit! 5 Vorderingstabel 6 Week 1: dagplanning 7 Week 2: dagplanning 17 Week 3: dagplanning 25 INHOUD Zo gebruikt u dit boek 4 Lees eerst dit! 5 Vorderingstabel 6 Week 1: dagplanning 7 Im Flugzeug: Nieuwe woorden Uitspraak Grammatica? Goed nieuws! Leer uit het hoofd Duits spreken Test uw kennis

Nadere informatie

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze.

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Parlez français à la pause-café. Utilisez 3 phrases en français pendant une réunion. Spreek Nederlands

Nadere informatie

haben / hatten / hätten können / konnten / könnten dürfen / durften / dürften werden / wurden / würden

haben / hatten / hätten können / konnten / könnten dürfen / durften / dürften werden / wurden / würden ein Missverständnis an der Rezeption haben / hatten / hätten bin / war / wäre können / konnten / könnten dürfen / durften / dürften werden / wurden / würden sich entschuldigen Es tut mir leid! Das wollte

Nadere informatie

Kleuren. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Kleuren. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas. Groep: 1/2 3/4 Thema: Kleuren Inhoud: Lied in 2 versies over kleuren. De toonladder, ritmes en spelen met instrumenten. Reageren op kleuren en vormen. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie

Nadere informatie

AAN DE SLAG DIT BEN IK

AAN DE SLAG DIT BEN IK Peuters AAN DE SLAG DIT BEN IK Hoelahoep: Mijn lijf (liedje) Op Schooltv vind je het liedje Mijn Lijf van Hoelahoep. Dit liedje gaat over het uiterlijk en de functies van verschillende lichaamsdelen. De

Nadere informatie

Sprechmittel Endlich Ferien!

Sprechmittel Endlich Ferien! Sprechmittel Endlich Ferien! Je zegt dat je zin in de vakantie hebt. Je geeft aan dat je zin hebt op reis te gaan. Je vertelt het liefste thuis te blijven. Je wilt naar het buitenland. Eindelijk eens van

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt - Belangrijkste benodigdheden Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Parlez-vous _[langue]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt

Nadere informatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie - Belangrijkste benodigdheden Können Sie mir bitte helfen? Vous pouvez m'aider, s'il vous plaît? Om hulp vragen Sprechen Sie Englisch? Parlez-vous anglais? Vragen of iemand Engels spreekt Sprechen Sie

Nadere informatie

En action 5. Woordtrainer. Salut! Ga naar www.vanin.be/apps voor meer informatie.

En action 5. Woordtrainer. Salut! Ga naar www.vanin.be/apps voor meer informatie. Salut! Voor het eerst leer je een nieuwe taal, Frans. Dat is best spannend. Misschien denk je ook dat het moeilijk is, maar dat valt best mee. En dit groeiboek maakt Frans leren niet alleen makkelijker,

Nadere informatie

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN Dit thema is opgesplitst in drie delen; gevoelens, ruilen en familie. De kinderen gaan eerst aan de slag met gevoelens. Ze leren omgaan met de gevoelens van anderen. Daarna

Nadere informatie

Schule: Schreiben B 2. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/52653

Schule: Schreiben B 2. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/52653 Schule: Schreiben B 2 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 15 July 2015 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/52653 Dit lesmateriaal is gemaakt

Nadere informatie

Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling

Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Inhoudsopgave Inleiding 2 Toetsing 3 Aanbieden 4 Gebaren Algemeen 5 Familie 16 Eten en drinken 20 Binnen en buiten spelen 33 Verzorging en kleding 44 Het weer

Nadere informatie

naam :.. nr. : klas :.. computer :..

naam :.. nr. : klas :.. computer :.. Je hebt de vorige modules knap gewerkt, dus mag je nu alleen starten met de leerstof Frans zelfstandig te verwerken. We beginnen te werken met module 6. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 1 bij 4.1 ** Uitleg voor de docent: Op de volgende pagina vind je een blad met plaatjes. Knip de plaatjes uit en doe ze in een envelop. Geef elk tweetal een envelop.

Nadere informatie

Wie ben ik? Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam

Wie ben ik? Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam Kriebels in je buik Wie ben ik? 1 Wie ben ik? Groep 1 80 min Begrippen Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam Benodigheden Grote spiegel en/of handspiegeltjes

Nadere informatie

SPREKEN EN GESPREKSVAARDIGHEID

SPREKEN EN GESPREKSVAARDIGHEID PTA SPREKEN EN GESPREKSVAARDIGHEID Algemene informatie Taal Duits Duur 10 minuten Weging 20 % (4 x) Herkansbaar Ja Hulpmiddelen Geen Datum Vrijdag 2 februari (indeling volgt nog) Opbouw Het mondeling bestaat

Nadere informatie

Logboek bij de lessenserie over. Cengiz und Locke. van Zoran Drvenkar. Groep: Leden: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Fragment:

Logboek bij de lessenserie over. Cengiz und Locke. van Zoran Drvenkar. Groep: Leden: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Fragment: Logboek bij de lessenserie over Cengiz und Locke van Zoran Drvenkar Groep: Leden: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Fragment: ANWEISUNGEN Dit is een serie van drie lessen. Jullie gaan in zes groepen van vier of vijf leerlingen

Nadere informatie

januari 2015 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Ik huppel - BVP Hint Music 2015

januari 2015 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Ik huppel  - BVP Hint Music 2015 januari 2015 vanaf 4 jaar Ik huppel tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof - Ik huppel 1 Ik huppel, ik huppel, ik huppel vandaag. Ik huppel naar boven, en ook weer omlaag. Mijn benen die willen niet

Nadere informatie

bringen ausleihen bezahlen wären denken auschecken das Handtuch das Problem das Missverständnis das Zimmer die Rechnung die Bettwäsche

bringen ausleihen bezahlen wären denken auschecken das Handtuch das Problem das Missverständnis das Zimmer die Rechnung die Bettwäsche An der Rezeption Ich habe eine Frage. Ich habe meine Handtücher vergessen / weil ich dachte / es sind welche auf dem Zimmer. Aber für zwei Euro können Sie sich Das war dann wohl ein hier welche leihen

Nadere informatie

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas.

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas. flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas. Beste ouders, Van de leerkracht van uw kind heeft u een setje flitsletters ontvangen. Flitsen is het kort (enkele seconden) laten

Nadere informatie

De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan gebeuren vooraan in de klas. Iedereen moet dat goed kunnen zien.

De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan gebeuren vooraan in de klas. Iedereen moet dat goed kunnen zien. Foto s uitbeelden 1 Doel: de leerlingen kunnen een eenvoudige handeling uitbeelden in houding en mimiek Benodigdheden: een fototoestel De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan

Nadere informatie