Ontwikkelingen in Ruimtelijke Informatie & Geo-ICT Maart 2006 jaargang 4



Vergelijkbare documenten
De complete oplossing voor uw kadastrale informatievoorziening.

Portability, Interoperability of toch maar Connectivity Portability, Interoperability of toch maar Connectivity.

Haal het beste uit uw gegevens met geïntegreerde Business Intelligence

Ligt uw uitdaging in het aansluiten op de voorzieningen en de distributie van basisgegevens?

Ticon. De volgende generatie projectmanagement

BeheerVisie ondersteunt StUF-ZKN 3.10

Smart Automation, Quality and IT Excellence Solutions - our experience, your success. Versie

Snel te implementeren. Inpasbaar in uw situatie

Open data als basis voor innovatie in de landbouw

ibridge/andk the analyst s connection

De toekomst van consultancy

Open Data bij de Vlaamse overheid. 19 juni 2015

Kwik-Fit verwerkt facturen per jaar met Microsoft Dynamics AX

CASE STUDY JOANKNECHT & VAN ZELST DENKT VOORUIT

Hoe laat IT en business- alignment jouw organisatie accelereren?

Wat is de cloud? Cloud computing Cloud

Cocon. Speer IT. Speer IT. Alles wat u wilt weten over uw glasvezelnetwerk. Cocon in het kort: glass fiber registration systems

Reactie in kader van consultatie StUF. Geachte lezer, Hierbij onze reactie op de consultatieprocedure StUF

Projectmatig werken voor de secretaresse

Samen een half uurtje delen met Roer en Overmaas. Harry Pergens

WAAROM OFFICE 365 BINNEN ZORG?

BEANTWOORDING VAN VRAGEN UIT VERGADERINGEN VAN HET DAGELIJKS BESTUUR, DE COMMISSIES EN HET ALGEMEEN BESTUUR

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen

CAD IN THE CLOUD & AUGMENTED REALITY. Gebruik de (reken)kracht van het Datacenter

BIG DATA: OPSLAG IN DE CLOUD

in verhuur van IT en multimedia.

Exact Online BUSINESS CASE MET EXACT ONLINE MEER FOCUS OP ACCOUNTMANAGEMENT EN ADVISERING. De 5 tips van Marc Vosse.

IP Services. De grenzeloze mogelijkheden van een All IP -netwerk

Hoe maak je de BGT succesvol

smartops people analytics

RAIview maakt objectieve beoordeling in de zorg mogelijk

Respons. Wie doet wat waar?

ICT-uitbestedingsdiensten en Software as a Service:

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen

ONLINE SAMENWERKEN IN HET DNA VAN ACCOUNTANTSKANTOOR JOINSON & SPICE

mmmm:?-:- B \ D O C (bibliotheek en documentatie) (2) Dienst Weg-en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 GA DELFT Tol.

15 redenen om een Vendor Management Systeem te selecteren

Verkooporganisatie van Danica maakt verkoopkansen inzichtelijk met Microsoft Dynamics CRM 3.0

Customer Case VIBA. Feiten in het kort:

Whitepaper. Outsourcing. Uitbesteden ICT: Wat, waarom, aan wie en hoe? 1/6.

Case study: Service en sales gaan samen voor beter klantcontact

ARCADIS Imagine the result E-learning bij de implementatie van een DMS

Meest mobiele organisatie van Nederland

informatiemanagement.heliview.nl

CASE STUDY MDM LEERT KLANTEN ZELF VISSEN

Referentiecase. PNO Consultants

Hoe wordt technologie een groeiversneller voor jouw bedrijf?

Ordina ICT Talent Development. Zijn uw ICT medewerkers klaar voor de toekomst?

Beleid en standaarden

Bantopa Terreinverkenning

Analyst s Workstation. the analytical collection

Factsheet BEHEER CONSULTANCY Managed Services

Projectorganisatie Marc Martojo Esther krijnen Rodger Buyvoets Danilo Meulens

Meer succes met je website

Bedrijfsinformatie 1 september 2014

Publieke waarde creëren. Daniël van Geest en Peter Teesink

Mensen en Natuur PLANNEN MET NATUUR! Inleiding

Registratie Data Verslaglegging

Onze CRM oplossing. SalesManager Online. Hoe kunnen wij uw keten optimaliseren? SALESMANAGER ONLINE INTRODUCTIE

Havelaar & van Stolk - van reactief naar proactief ITbeheer

UNO CLOUD OPLOSSINGEN Moeiteloos en veilig samenwerken & communiceren in de Cloud!

ROC ID College vergroot kracht van virtuele desktops

De belangrijkste trends voor het genereren van bedrijfskansen in 2019

Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie

Opleidingsprogramma DoenDenken

Ticon. De volgende generatie projectmanagement

Stork maakt leren toegankelijker met Springest Go

Arcadis Case Study. In tien weken, medewerkers in tien landen verbonden met nieuw intranet

Overzicht HvA > V1 > IA 2008 /2009

ONTZORG DE ZORGPROFESSIONAL DOOR VIRTUALISATIE

Reference case Atlas Copco. Atlas Copco gebruikt Vodafone M2M om wereldwijd de klantondersteuning te verbeteren. Vodafone Power to you

Score Ram Mobile Data BV

Management. Analyse Sourcing Management

Sociale media in Nederland Door: Newcom Research & Consultancy

Vooruitgang door kennis.

Vooruitgang door kennis.

Neuron Stroomlijn 7.5

Incore Solutions Learning By Doing

Hyarchis.Net MKB. Hyarchis.Net MKB voor efficiënte ondernemers. Stroomlijn al uw digitale- en papierstromen

Informatie & Coördinatie Centrum

Toonaangevend in open source collaboration

TRAININGEN. Laat kennis werken DE JUISTE RICHTING...

Het stelsel werkt, ook voor de WOZ

Click to edit Master subtitle style NOIV Congres 2011 GIS Open In Verbinding. Marcel de Rink

Kernregistratie Openbare Ruimte Overheid & ICT, Utrecht

Infrastructuur. GEO-ONDERZOEK Relevante grond(water)parameters en bodemopbouw

Gratis gebruik van GDI-Vlaanderen geodata en diensten voor onderwijs

HOE EEN BEDRIJF 180 GRADEN DRAAIT

Trainingen. Laat kennis werken. de juiste richting... trainingen

Bent u ook zoveel tijd kwijt met het zoeken naar de laatste en enig juiste! - versie van uw marktonderzoek

Trends in onderwijs. Interview met Coen Free

Big Data Feit of Fictie?

LEARNING ACCELERATOR

Utrecht Business School

Van beeldscherm tot output

Optimaliseer het gebruik van uw IT en Telecom infrastructuur

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Profiteer van veranderende technologieën

Boost uw carrière. Zo kiest u de MBAopleiding die bij u past. Deze whitepaper is mede mogelijk gemaakt door

Verbeter de upselling. marketing met de Alletha Mailingtool

Transcriptie:

2 Ontwikkelingen in Ruimtelijke Informatie & Geo-ICT Maart 2006 jaargang 4 Google Earth brengt GIS in de huiskamer Geoloketten Vrijheid in verbondenheid Vogels tellen bij Sovon: van hobby tot wetenschap Het tijdperk van organisatiebreed GIS is hier www.gismagazine.nl

COLOFON GIS-Magazine informeert over ontwikkelingen op het gebied van ruimtelijke informatie en Geo-ICT. GIS-Magazine verschijnt 8 maal per jaar in Nederland en België. Directie/uitgevers: Dhr. R. Groothuis Dhr. K. van der Lei rgroothuis@gismagazine.nl kvanderlei@gismagazine.nl Redactie: redactie@gismagazine.nl Tel.: (0527) 619 000 Fax: (0527) 620 989 Hoofdredacteur: Dhr. J.H.J.M. Vos hvos@gismagazine.nl Eindredacteur: Dhr. Drs. R. Takken rtakken@gismagazine.nl Redacteur: Dhr. Ing. L.J.A. Koops lkoops@gismagazine.nl Aan deze uitgave werkten mee: Harvey van Diek Egbert van Hattem Guido van den Heuvel Clasine Hoogerwaard Huibert-Jan Lekkerkerk John Renard Robin Wevers Advertentie-exploitatie: wwesterhof@gismagazine.nl Tel.: (0527) 619 000 Fax: (0527) 620 989 Dhr. W. Westerhof Abonnementenservice: services@gismagazine.nl Tel.: (0527) 619 000 Fax: (0527) 620 989 Mw. Y.B. Jonker Mw. L. Pels Mw. J Regterschot Vormgeving: A.F. van der Kolk / CMedia Productions, Emmeloord Druk: Drukkerij Giethoorn ten Brink, Meppel Geo-tic Als de eerste zondag in februari, geheel in overeenstemming met de berichten van Erwin Krol (die van Piet Paulusma vertrouw ik niet) een strakblauwe hemel aankondigt, slaan we ons bezoekje aan mijn 92-jarige schoonmoeder een keertje over. Even geen verplichtingen, maar rust op de hei en in het bos van de Veluwse Posbank. Na een korte autorit schieten we bij Rheden omhoog en parkeren we ons brikkie op de bijna hoogste top van dit unieke stukje Nederland. We verwisselen ons fatsoenlijke schoeisel voor het type aanvalluh en kiezen een van de kronkelige paden. Het steile pad leidt naar de stille heide. Ondanks het kleinschalige karakter van dit natuurlandschap komt al snel de rust over ons heen. Ik denk alleen nog aan de natuur en de historie van dit ongerepte gebied. Paadje omhoog en paadje omlaag gaat het. Stukje bos, stukje hei, een mooie grote zandvlakte. Even buiten het pad, wijzend naar de grond onder me, zeg ik tegen mijn vrouw: stel je voor, hier heeft mogelijk nog nooit eerder iemand gelopen. Tijdens het uitspreken van deze woorden struikel ik over een hard obstakel dat nét boven het zandoppervlak uitsteekt. Ik kijk nog even achterom en schraap met mijn rechtervoet het mos van het obstakel. Na enkele seconden wordt het me duidelijk dat ík hier niet als eerste mijn voet zette. Langzaam komen de letters K, A en D onder het mos tevoorschijn Hoe is het mogelijk. Loop ik in the middle of nowhere om me even helemaal te ontspannen, wordt ik weer met de neus op mijn roots gedrukt. Alle gevoelens van rust en ontspanning meteen vervlogen. Tijdens de laatste kilometers van onze wandeling zie ik tussen bos en hei alleen nog maar attributen die me vóór het rendez-vous met de KAD-steen totaal niet waren opgevallen. Grensstenen en -palen, meetspijkers in het asfalt, afrasteringen, merktekens voor ondergrondse bekabeling, geschilderde paspunten Het is een geo-tic, ik kom er denk ik nooit meer van af. Terug bij het startpunt wordt automatisch de wijdse blik over het fraaie heide- en boslandschap door mijn brein omgetoverd tot een digitaal terreinmodel met alle grenzen, ondergrondse infrastructuur en zelfs een nieuw digitaal recreatiedorp Virtual reality van de koude grond, er komt geen computer aan te pas. Met geo in het hoofd zijn de mogelijkheden onbegrensd. Na 35 jaar in het vakgebied komen alle facetten ervan te pas en te onpas naar boven. Uitgever: CMedia Productions B.V. Noordzijde 2b, 8302 GL Emmeloord Postbus 231, 8300 AA Emmeloord Tel: (0527) 619 000 Abonnementen: Uitgebreide informatie over een abonnement op GIS-Magazine vindt u in de rubriek Lezersservice. GIS-Magazine op Internet: www.gismagazine.nl Hans Vos Hoofdredacteur ISSN 1571-7194 Niets uit deze uitgave mag geheel of gedeeltelijk worden overgenomen en vermenigvuldigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Copyright 2006 CMedia Productions B.V. Maart 2006-2 3

GIS-Magazine 2006-2 Google Earth brengt GIS in de huiskamer Google Earth is een snel populair wordende zoekmachine voor geografische informatie. Met Google Earth vliegt de consument vanuit de ruimte naar een virtuele plek op aarde om daar de omgeving te verkennen. Een jaar na de introductie is het tijd om de nieuwe toepassingen van Google Earth te inventariseren en te zoeken naar de impact die GE heeft op de GIS-sector. Artikel, pagina 22. In data-inwinning en GIS bestaan geen deelgebieden meer Met de opsplitsing in Topcon Europe Medical en Topcon Europe Positioning gaat Topcon Europe sinds juli 2005 serieus de strijd aan met concurrenten als Leica en Trimble. Toegegeven, Topcon is minder bekend, maar de van oorsprong Japanse onderneming heeft goede papieren als uitvinders van het total station, de spiegelreflexcamera en de beter zichtbare groene laserstraal. Data-inwinning, pagina 42. Top10NL grote winnaar van GML Relay 2006 Ik hoop van harte dat dit een lange saaie dag zal worden, zegt Peter van Oosterom bij de opening van de vierde GML Relay, dat zou betekenen dat alle GIS-software gewoon prima functioneert en alle schema s probleemloos worden verwerkt. Maar helemaal probleemloos wordt het natuurlijk nooit, als het gaat om een wedstrijd in GIS-standaarden. Evenement, pagina 58. Voorplaat: Total E&P Nederland was één van de winnaars van de BE Awards tijdens de BE Conference van Bentley in Baltimore. De prijs voor Best Managed Environment op geospatial-gebied krijgt een bedrijf natuurlijk niet zo maar. Wat heeft Total E&P Nederland zo goed gedaan dat het een prijs verdient? Lees verder op pagina 20. 4 Maart 2006-2

GIS-Magazine 2006-2 Verder Artikel: Pagina Liever tien vogels in de lucht. Vogels tellen bij Sovon: van hobby tot wetenschap 19 Henk Pauwels Nederlander met meeste degree confluences. DCP tien jaar later. 14 Geoloketten Vrijheid in verbondenheid Geoinformatie kunnen vinden en mogen gebruiken 16 Behoud van informatie essentieel voor Total E&P Overzicht houden net zo belangrijk als het aanmaken van data 20 Google Earth brengt GIS in de huiskamer Een jaar na de lancering 22 Nieuwe toepassing maakt analyses eenvoudiger MorphGIS brengt de zeebodem in kaart 28 Nieuwe legger op basis van luchtfoto s Rivierenland vanuit de lucht 32 Beschouwing: Het tijdperk van organisatiebreed GIS is hier De betekenis voor de vooruitgang van de GIS-industrie 35 Onwetendheid en vooroordelen rond outsourcing/ offshoring Communicatie en training in plaats van angst 47 Data-inwinning: GPS Deel 2: plaatsbepaling en tijdwaarneming Satellietnavigatie in de praktijk 38 Topcon neemt integratie op in marketingplan In data-inwinning en GIS bestaan geen deelgebieden meer 42 Evenementen: Voorbeschouwing Overheid & ICT 2006 Standhouders en en deelnemende bedrijven 49 IDSW, standaarden en basisregistraties Verantwoord beheer en koppeling door eenduidigheid 54 Vooral aandacht voor mobiel werken, met of zonder kaart Mobility Event 2006: praktische tools en snelle jongens 56 Geen wereldproblemen tijdens estafette Top10NL grote winnaar van GML Relay 2006 58 Uitwisseling en nieuwtjes van Grontmij gemeente-applicatie DG Dialog Gebruikersdag groeit, net als de helpdesk 60 Hardware: HP xw4300 dicht gat tussen workstation en desktop pc 19 Interview: Nederland blijft spoorwegen bouwen met input-files BE Award voor Betuweroute 6 1,8 miljoen bevragingen per maand Europese e-government prijs voor het Kadaster 44 Zoals Altijd: Adverteerdersindex 66, Agenda 46, Data-inwinning 37, Kort nieuws 62, Lezersservice 66, Trainingswijzer 19 Maart 2006-2 5

Interview Nederland blijft spoorwegen ontwerpen met inputfiles BE Award voor Betuweroute Door: Egbert van Hattem Bij het ontwerpen van de Betuweroute werd begin jaren negentig meteen gekozen voor ontwerpen in 3D volgens Bentley MX. Een vooruitziende blik, zegt Biem Troost van Grontmij. We schrijven nog steeds inputfiles, maar de toepassingen zijn ondertussen flink toegenomen. De Betuweroute ter hoogte van knooppunt Deil. Eén van de Bentley BE Awards 2005, die voor Rail Design, werd vorig jaar in Baltimore uitgereikt aan Grontmij-De Weger voor hun innovatieve inzet van deze ontwerp- en analysetools bij de aanleg van de Betuweroute. Vijftien jaar terug werd al gekozen voor het volledig ontwerpen in 3D van dit 160 kilometer lange goederentransporttracé per rail. Het MOSS-modelleersysteem, van Engelse origine, kreeg destijds de voorkeur boven het meer Amerikaans georiënteerde Inroads. De Betuweroute bestaat uit twee hoofddelen. Beginnend aan zee betreffen de eerste 48 kilometer de Verlegde Havenspoorlijn en Kortsluitroute. Dan volgen 112 kilometer compleet nieuwe spoorweg: vanaf rangeerterrein Kijfhoek tot Valburg. Het ontwerp is inclusief de verbindingsbogen met andere spoorlijnen en de bestekvoorbereidingen hiervan. Ook horen alle noodzakelijke aanpassingen aan wegen erbij die de spoorbaan kruisen en de benodigde verkeersfaseringen tijdens de uitvoering van het project. Behalve de omvang van het project is de aanpak bijzonder. De Betuweroute geldt als het eerste grote infrastructurele project in Nederland dat grotendeels door particuliere ingenieursbureaus is uitgewerkt. Tijdperk Ingenieur Biem Troost is Projectleider Infrastructuur & Milieu van de afdeling Wegen bij Grontmij, alsook kennismanager 3D-wegontwerp. Hij vertelt dat de eerste ontwerpen van de Betuweroute, die in 1991 leidden tot de Tracénota en bijbehorende MER zijn begonnen in het MOSS-tijdperk. Dit modelleersysteem is de voorloper van de huidige Bentley MX-producten en sinds 1976 in gebruik in Nederland. Troost: Later is het systeem door alle regionale directies van Rijkswaterstaat ingezet bij wegontwerpprojecten. Het is moeilijk een recente autosnelweg of verkeersknooppunt in Nederland te vinden dat niet is ontworpen met MOSS/MX. De manier van werken was in 1991 dus ruimschoots bekend. Er was veel kennis aanwezig en ervaring mee opgedaan. Het Amerikaanse pakket Inroads gold als enige serieuze alternatief. Dit pakket was vooral dwarsprofiel-georiënteerd. Dat paste goed bij de Amerikaanse situatie waar iedere doorsnede mijlenver lang ongewijzigd gekopieerd kon worden. In Nederland is de situatie heel anders. Zo zijn in het nieuw aangelegde spoortracé van de Betuweroute een kleine tweehonderd kruisingen met andere wegen, wateren spoorwegen opgenomen. Troost: MX was daarvoor beter geschikt. Dat is meer langsprofiel-georiënteerd. Je begint met het ontwerpen van het alignement, ofwel een basis-as van het tracé. Vanuit dit alignement definieer je alle andere kenmerkende langslijnen zoals verharding, bermen en taluds. Door een standaard manier van werken in Nederland is een afsprakenstelsel tot stand gekomen. Daardoor is een uniforme taal bewerkstelligd in de naamgeving van de 3D-modellen en de daarin opgenomen langslijnen (strings). De basis is nu overal hetzelfde, moeilijker gaan we het niet maken. Herontwerpen De benadering vanuit MX geeft de mogelijkheid tot het uitdetailleren van 6 Maart 2006-2

Interview De Betuweroute bestaat uit twee hoofddelen. Beginnend aan zee betreffen de eerste 48 kilometer de Verlegde Havenspoorlijn en Kortsluitroute. Dan volgen 112 kilometer compleet nieuwe spoorweg: vanaf rangeerterrein Kijfhoek tot Valburg. kruisingen. Juist op deze plaatsen komt een dwarsprofiel-georiënteerde oplossing niet tot zijn recht. Door de opzet met inputfiles kunnen ontwerpers binnen enkele uren een complete aansluiting of kruising herontwerpen na mogelijke aanpassingen van het alignement. Dit is dan inclusief het genereren van de benodigde ontwerptekeningen. Ingenieur Jaap de Boer is projectmanager bij Bentley Professional Services, Civil & Transportation. Met het 3D modelleersysteem kon men al snel en relatief eenvoudig nauwkeurige volumehoeveelheden berekenen. Dit was een van de belangrijke aspecten, naast flexibiliteit, bij de keuze van het systeem voor het ontwerpen van de Betuweroute. De eerste versies werkten onder Unix. Later volgde de ondersteuning van Microsoft Windows en integratie met diverse CAD-systemen. De data waren en zijn nog steeds zonder conversies te benaderen door meerdere ontwerpers. Ook werkvoorbereiders en landmeters kunnen eenvoudig met elkaar communiceren en data delen. De Boer: Na de ervaringen met MOSS bij de Regionale Directie (RD) Zuid- Holland van Rijkswaterstaat adopteerden andere RD s het systeem. Omdat Rijkswaterstaat steeds vaker ingenieursbureaus en andere partijen inhuurde, werd ook daar de standaardmanier van werken overgenomen. Die is als het ware natuurlijk gegroeid, heel anders dan bijvoorbeeld in de automobielbranche waar afspraken van bovenaf zijn opgelegd aan samenwerkende partners. Country Kits Het werken met landspecifieke richtlijnen en afsprakenstelsels wordt vastgelegd in zogenaamde Country Kits. De Bentley MX gebruikers in Nederland werken samen in de Dutch Country Kit (DCK) waar afspraken over ondermeer modelbenamingen en stringcoderingen zijn vastgelegd. Ook nu nog zorgen gebruikers en leverancier er samen voor dat een nieuwe MX-versie volgens de laatste richtlijnen en standaarden werkt. Biem Troost van Grontmij zegt: Het is moeilijk een recente autosnelweg of verkeersknooppunt in Nederland te vinden dat niet is ontworpen met MOSS/MX. De Boer: Omdat Grontmij een belangrijke gebruiker is van onze ontwerpprogrammatuur zijn wij altijd benieuwd hoe zij over onze nieuwe producten en toepassingen denken. Voor grote projecten zijn nog weinig alternatieven voor MX beschikbaar. Biem Troost noemt AutoDesk Civil 3D (AutoDesk) als een goed pakket dat iets dichterbij AutoCAD staat en waar de conversie van 2D naar 3D meer laagdrempelig verloopt. Troost: Nederland is een van de weinige landen die volhardt in het schrijven van inputfiles. Dat is meteen ook de grootste kracht van Bentley MX. Nieuwe ontwerpen kunnen snel worden gegenereerd en gewijzigd aan de basis. Met wat ervaring zijn verschillende inputfiles gemakkelijk te combineren. Een ervaren ontwerper kan in zijn slaap de files lezen en de weg of spoorlijn voor zich zien. Een snelwegaansluiting kan soms binnen enkele uren geheel herontworpen zijn. Bij het project van de Betuweroute konden de inputfiles soms wel 18 pagina s groot worden! Het mooie hierbij is dat de codes die men nu gebruikt al in de eerste versie van MOSS zijn ingebracht. Licenties Continuïteit staat binnen het langlopende project hoog aangeschreven, maar ook een nieuw Bentleyproduct als Arenium heeft zijn intrede gedaan bij Grontmij, dat inmiddels meer dan twintig MX-licenties heeft. Met het gebruik van Arenium was Grontmij de eerste in Europa. Hierbij worden 3D-data op een centrale plaats opgeslagen en kunnen meerdere gebruikers de data tegelijk benaderen en Maart 2006-2 7

Interview De aanleg van de Betuweroute ter hoogte van Giessen. samen aan een model werken, onafhankelijk van locatie en tijdstip. Datagebruikers worden automatisch op de hoogte gehouden van de laatste ontwerpwijzigingen. De Boer: De producten zijn geëvolueerd. Het gebruik op grote projecten, zoals de Betuweroute, leidt vaak tot nieuwe productontwikkelingen. Een voorbeeld hiervan is de DTM Controle-tool (DCT), ontwikkeld in opdracht van Rijkswaterstaat Meetkundige Dienst, tegenwoordig Adviesdienst Geo-Informatie en ICT. Het hele tracé van de Betuweroute moest opnieuw worden ingemeten. Met DCT als hulpmiddel is Rijkswaterstaat in staat de metingen op nauwkeurigheid te analyseren en te controleren alvorens het digitale terreinmodel vrij te geven voor productie. Spoor of weg Bentley biedt diverse vakdisciplineafhankelijke programma s. MXRail bijvoorbeeld heeft railspecifieke reken- en analyse-tools, en de Country Kit voorziet onder meer in een bibliotheek met wissels. Troost: Het klinkt misschien gek, maar heel wat railtools hebben we onbenut gelaten. In de kern van de zaak maakt het niet veel uit of je een autoweg of een spoorlijn ontwerpt wanneer je de basis inputfiles goed gebruikt en je daar veel ervaring mee hebt. Afhankelijk van de fase waarin het project verkeert, is het mogelijk om vergelijkbare deeltracé s te gebruiken maar in andere gevallen is het beter om het ontwerp zo snel mogelijk specifiek in te vullen. Ook dat is een kwestie van ervaring. Een grote innovatie, volgens Troost, zijn de visualisatiemogelijkheden die erbij zijn gekomen. Zo kunnen we direct op basis van de 3D-data een film genereren om al in een vroeg stadium te beoordelen of het geheel voor de gebruikers logisch in elkaar zit. Ook in de publieksvoorlichting spelen visualisaties een steeds grotere rol. Machineaansturing Biem Troost merkt op dat de logistieke afhandeling steeds meer vanuit het ontwerp, zonder handmatige of papieren tussenkomst, rechtstreeks vanuit de data, verloopt. De werkzaamheden aan boord van bijvoorbeeld een bulldozer worden met GPS-gegevens rechtstreeks aangestuurd. Toch blijft ook daar veel ervaringskennis nodig, zegt Troost. Alleen de meest ervaren machinisten kunnen effectief met de aanwijzingen omgaan. Toen het werk met de Betuweroute begon waren dit soort technieken nog lang niet voorhanden, maar de data die eraan ten grondslag liggen zijn wel dezelfde gebleven. Daardoor waren aannemers, toen de technieken er eenmaal waren, in staat deze data te gebruiken voor het afwerken van de zandbaan en het aanbrengen van de ballastafdekkingen. Innoveren De Boer geeft aan dat de BE Award voor Grontmij een beloning is, zowel voor de grootte van het project waarin de programmatuur is ingezet, als voor de verfijning die men daarmee heeft weten te bereiken. Grontmij heeft aangetoond dat het grensverleggend bezig is en telkens blijft innoveren. Biem Troost verwacht dat die innovatie doorgaat. Vanuit de aannemers voelen we als ingenieursbureau de druk toenemen. Er zijn meer eisen om aan te voldoen zowel qua engineering maar ook uitvoering en onderhoud. We zoeken naar een groter detailniveau in onze uitwerkingen en we stellen ons flexibel op naar de eisen van de aannemer om gedurende het project wijzigingen te kunnen doorvoeren. Steeds meer snelheid is geboden, want stilstand van machines is soms duurder dan twee keer engineeren. Aan de andere kant zullen de engineeringkosten globaal zeven à tien procent blijven van de uitvoering van een project in zijn totaliteit. We moeten de balans tussen deze uitersten telkens opzoeken en beoordelen hoe we de tools het best kunnen toepassen. Egbert van Hattem (evhattem@dds.nl) is freelance schrijver van ICT-artikelen. Voor meer informatie over de in dit onderwerp besproken onderwerpen surft u naar www.bentley.nl en www.grontmij.nl. 8 Maart 2006-2

Gemeente informatie op maat. Uw bestelling? Stelt u zich voor: u wilt een drankje op een terras. Dan vraagt u zich niet af waar de wijn staat en waar de glazen? Nee, u roept een ober en doet uw bestelling. Binnen twee minuten staat uw bestelling op tafel en dat vindt u vanzelfsprekend. Wij ook. U kunt Vicrea's oplossingen voor uw gemeentelijke informatie vergelijken met een ober, of sterker nog, met een butler. U bestelt informatie, al dan niet via een webservice. Stroomlijn zoekt ze op en presenteert ze zoals u erom gevraagd heeft. In de keuken heeft Vicrea's Geo Vastgoed Registratie een aantal belangrijke vastgoedgegevens geregistreerd. Hoe dat allemaal gebeurt, interesseert u vast niet. Als het maar goed gebeurt, u er snel over kunt beschikken en de kosten binnen de perken blijven.toch? En voor wie het wel precies wil weten: Vicrea Solutions is specialist in ruimtelijke informatietechnologie. Vicrea biedt locale overheden geïntegreerde totaaloplossingen om authentieke gegevens te registreren (Geo Vastgoed Registratie) en op maat te presenteren (Stroomlijn). Onze producten worden in ruim dertig gemeenten gebruikt. Ze zijn bijzonder gebruiksvriendelijk, gebaseerd op industriële standaarden en landelijke wet- en regelgeving en geënt op authentieke registraties van gebouwen, adressen en percelen. Ze zijn backoffice- en GIS-onafhankelijk, snel te implementeren, modulair opgezet en gebaseerd op uitstekende materiekennis. Vicrea Solutions b.v. postbus 1489 3800 BL Amersfoort info@vicrea.nl www.vicrea.nl geeft informatie de ruimte.

Artikel Liever tien vogels in de lucht. Vogels tellen: van hobby tot wete Door: Robin Wevers Betrouwbare gegevens over het voorkomen van vogels, zowel in aantallen als verspreiding, zijn van belang om te waken over de vogelstand. Sovon houdt zich al dertig jaar bezig met het verzamelen en verwerken van gegevens over vogels in Nederland. Onder de geïnteresseerden vinden we niet alleen vogelaars. Ook enkele ministeries en de luchtmacht willen graag weten waar en wanneer de kans op wolken vogels groot kan zijn. Afbeelding 1: Alle blokken waar één of meer buizerds zijn waargenomen zijn met groen aangegeven. Niet zonder zelfspot heet het jubileumboek van Sovon Boeiende vogels of saaie pieten. Sovon is een vereniging die zich bezig houdt met vogelonderzoek in Nederland. Je verwacht er mensen aan te treffen met geitenwollen sokken, die in een andere wereld leven. De andere wereld lijkt te kloppen: bij de vrijstaande villa in Beek-Ubbergen op een besneeuwde berghelling waan je je in het buitenland. Henk Sierdsema en Willy-Bas Loos, respectievelijk onderzoeker en GISmedewerker van Sovon, hebben geen geitenwollen sokken, maar wel de gedrevenheid van mensen, die van hun hobby hun werk hebben kunnen maken. Sovon is opgericht in 1973 en telt op dit moment vijftig medewerkers. Daarnaast is er een netwerk van circa 7.000 vrijwilligers door het hele land, die in hun vrije tijd vogels tellen. Sovon is daarmee haast een datafabriek waar grote hoeveelheden gegevens worden verwerkt en omgezet naar zinvolle informatie. Het betreft veel meer dan een tabelletje van de hoeveelheid wilde ganzen in Nederland. De kaarten en cijfers van Sovon zijn de basis voor vogel- en natuurbescherming en voor terreinen milieubeheer. De eerste vogelatlassen In de jaren zeventig bestonden er nog geen overzichten van de verspreiding van broedvogels in Nederland. Dat was aanleiding een project te starten om een atlas voor broedvogels samen te stellen. Enkel met vrijwilligers zijn talloze gegevens verzameld. De waarnemingen zijn in kaart gezet: 100.000 stippen zijn daarbij met de hand in kaarten weergegeven. Het in 1973 gestarte project leidde zeven jaar later tot de uitgave van de eerste broedvogelatlas. Het is een indrukwekkend boek, maar het kent ook zijn beperkingen: het toont een momentopname in het broedseizoen van de verspreiding van de broedvogels. Het zegt niets over aantallen vogels of over de andere seizoenen. Eventuele trends zijn hier niet te vinden. Ondertussen was besloten ook een jaaratlas te maken met een kaart voor elke maand. In 1987 zag de Atlas van de Nederlandse Vogels het daglicht. Hierin zijn ook de vogels opgenomen, die niet in Nederland broeden en de atlas vertelt iets over alle seizoenen. Beide atlassen gebruiken gridcellen van 5x5 kilometer. Methodes De atlassen vielen goed en voorzagen in een behoefte. Er bleven echter vragen over waarop de atlassen geen antwoord gaven, met name waar het gaat om het detailniveau, de aantallen vogels en eventuele trends. Voor de tweede broedvogelatlas, die is verschenen in 2002, is daarom aan de waarnemers gevraagd van een groot aantal soorten een schatting te maken van de aantallen per gridcel van 5x5 kilometer. Voor het vergroten van het detailniveau is gekozen voor een steekproefbenadering. In elke gridcel zijn acht kleinere cellen van één vierkante kilometer aangewezen, waarin gedurende twee maal een uur is waargenomen welke vogelsoorten zich daar bevonden. In afbeelding 1 zijn de gridcellen te zien waar buizerds zijn waargenomen. Met behulp van ruimtelijke interpolatie op basis van kriging ontstaat een kaart met de relatieve dichtheid van de buizerd in Nederland (afbeelding 2). Van alle 10 Maart 2006-2

Artikel nschap vogelsoorten kan zo een dichtheidskaart worden gemaakt. Het betreft de relatieve dichtheid, omdat bij deze methode niet wordt gekeken naar absolute aantallen, maar alleen naar het al dan niet vóórkomen van een vogelsoort tijdens de twee bezoeken van een uur. Naast de informatie over verspreiding ontstond in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw tevens een behoefte aan informatie over trends.daarom trad een verschuiving op in de waarnemingen: steeds vaker werden tellingen verricht. Onder andere de zogenaamde punt-transect tellingen: op vaste punten worden jaarlijks op een vast moment gedurende vijf minuten alle vogels geteld. Dit levert schattingen van aantallen en na verloop van jaren worden ook trends zichtbaar. Door nu gegevens van tellingen in proefvlakken te combineren met de relatieve dichtheid kan een schatting worden gemaakt hoeveel vogels van een bepaalde soort op elke plek in Nederland voorkomen. Daarbij wordt ook rekening gehouden met een groot aantal landschapsvariabelen, zoals de bodemsoort, de openheid van het landschap, het percentage grasland, en nog vele andere. Door het gemaakte model weer te vergelijken met de waarnemingen ontstaat een residuenkaart, die informatie geeft over lokale factoren of over variabelen, die nog geen deel uitmaken van het model. De toekomst De werkzaamheden van Sovon zijn uitgegroeid van eenvoudige waarnemingen tot complexe statistische ruimtelijke analyses. Daarmee zijn grote hoeveelheden gegevens gemoeid en er is veel rekenkracht voor nodig. Sovon neemt deel aan een project van het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED) van de Universiteit van Amsterdam waarin onderzoek gedaan wordt naar mogelijke toekomstige toepassingen van internet. De buizerd (foto: Harvey van Diek, Ooij) Afbeelding 2: Het combineren van gegevens uit diverse bronnen leidt tot de relatieve dichtheidskaart van de buizerd in Nederland (wit: weinig buizerds; rood: veel buizerds). Binnen dit project wordt een aantal deelprojecten onderscheiden waarvan Ecogrid er één is. Ecogrid tracht een grid van computers te realiseren, die gezamenlijk kunnen functioneren. Op deze wijze zijn gegevens gedistribueerd op te slaan en, misschien nog belangrijker, kan voor de statistische analyses gebruik worden gemaakt van de rekenkracht van een groot aantal computers. Belanghebbenden Eén van de partijen die geïnteresseerd is in de gegevens van Sovon is het CBS. De genoemde monitoringprojecten vinden plaats in het kader van het Netwerk Ecologische Monitoring waarin ook het CBS participeert. De genoemde punt-transect tellingen worden bekostigd door het CBS en Sovon zelf. Verder maken onder meer het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en Rijkswaterstaat bij hun werkzaamheden gebruik van informatie van Sovon. Naast deze structurele afnemers is er een aantal organisaties die op incidentele basis meer informatie willen hebben over het voorkomen van vogels in bepaalde gebieden, zoals bijvoorbeeld Staatsbosbeheer. Een derde pijler onder de werkzaamheden van Sovon zijn onderzoeks opdrachten, bijvoorbeeld voor meer gedetailleerde onderzoeken naar de toename of afname van bepaalde vogelsoorten, bijvoorbeeld de grutto. De grutto Zeventig procent van de wereldpopulatie van de grutto bevindt zich in Nederland. Daarmee heeft Nederland een grote verantwoordelijkheid voor het voortbestaan van deze vogelsoort. De grutto draagt in hoge mate bij aan het gezicht van het Nederlandse weidelandschap. Dat het aantal paren grutto s in Nederland is teruggelopen van 100.000 naar 62.000 is dan ook verontrustend. Gelukkig groeit het besef dat het anders kan. In opdracht van de Vogelbescherming Nederland heeft Sovon een gedetailleerd onderzoek verricht naar de grutto. Op basis Maart 2006-2 11

Artikel De grutto (foto: Harvey van Diek, Ooij) Afbeelding 3: De gruttokaart van Nederland laat de gebieden zien die geschikt zijn voor de grutto (in rood weergegeven). van territoriumkarteringen, nestvondsten, grootschalige kartering en een turfmethode is de gruttokaart van Nederland voor 2004 samengesteld (afbeelding 3). Luchtmacht Op 15 juli 1996 vond in Eindhoven de ramp met het Hercules-vliegtuig plaats. Die ramp trok veel aandacht, vooral door een tekortschietende communicatie tussen hulpverleners en autoriteiten: de hulpverleners wisten niet, dat er een militair fanfarekorps aan boord was. Velen is daardoor waarschijnlijk de oorzaak van de ramp ontgaan: een wolk van spreeuwen en kieviten. De ramp illustreert het belang van goede informatie over vogels voor de luchtmacht. Vliegtuigen van de luchtmacht vliegen vaak op vrij lage hoogte en lopen daardoor het risico op aanvaringen met vogels. Omdat het hier gaat om éénmotorige vliegtuigen kunnen de gevolgen van een aanvaring al snel fataal zijn, niet alleen voor de vogel. Omdat vooral wolken vogels gevaar opleveren, zijn vooral die vogelsoorten van belang die in groepen leven. Sovon heeft samen met de Universiteit van Amsterdam voor 65 vogelsoorten elk 24 verspreidingskaarten gemaakt, voor iedere maand twee, waarop de verspreiding van deze vogels te zien is. Deze kaarten zijn opgenomen in het Bird Avoidance Model, het product van de samenwerking van de Uva, Sovon en de Luchtmacht. De luchtmacht kan zo risico-gebieden mijden. Ook de burgerluchtvaart heeft belang bij goede informatie over het voorkomen van grote hoeveelheden vogels. Burgervliegtuigen vliegen op grotere hoogte, zodat risico s zich alleen rond luchthavens voordoen. Bovendien gaat het hier om toestellen met meer motoren, waardoor de gevolgen minder ernstig zijn. De kosten, die gepaard gaan met aanvaringen kunnen echter toch groot zijn: bij uitvallende motoren wordt omgedraaid of een tussenlanding gemaakt. Brussel Vanuit de overheid wordt steeds meer het belang onderkend van het behoud van een aantal natuurwaarden. Dit belang heeft zijn weerslag gevonden in een aantal regels, zowel vanuit Brussel als vanuit Den Haag. Op landelijk niveau hebben we de Flora- en Faunawet, die op 1 april 2002 in werking is getreden. Deze wet regelt de bescherming van soorten. Hieronder vallen bijvoorbeeld een aantal inheemse plantensoorten, de meeste van nature in Nederland voorkomende zoogdieren en reptielen, maar ook alle vogelsoorten, die van nature op het Europese grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie voorkomen. Vanuit Brussel komt de vogelrichtlijn, de EG-richtlijn inzake het behoud van de vogelstand (79/409/EEG, 2 april 1979), die al op 6 april 1981 in werking is getreden. Het is een Europese richtlijn die betrekking heeft op de instandhouding van alle natuurlijk in het wild levende vogelsoorten op het Europese grondgebied van de Lidstaten van de Europese Unie. Het betreft de bescherming, het beheer en de regulering van deze soorten en stelt regels voor de exploitatie daarvan. De richtlijn is van toepassing op vogels, hun eieren, hun nesten en hun leefgebieden. De Lidstaten zijn verplicht alle nodige maatregelen te nemen om de bedoelde vogelsoorten een voldoende gevarieerdheid van leefgebieden en een voldoende omvang ervan te beschermen, in stand te houden of te herstellen. Op basis van de vogelrichtlijn worden gebieden aangewezen waar een speciaal regime geldt. Onderzoeken zoals die naar het voorkomen van de grutto zijn onmisbaar voor het aanwijzen van gebieden die van belang zijn voor het voortbestaan van kwetsbare soorten. Robin Wevers (r.r.wevers@freeler.nl) is freelance schrijver van geo-ict-artikelen.voor meer informatie over de in dit artikel besproken onderwerpen kijkt u op www.sovon.nl. 12 Maart 2006-2

EEN KLEURENPRINTER VAN FORMAAT. 14.100,- excl. BTW HP DESIGNJET 4500 Resolutie tot 2400 x 1200 dpi Lijnaccuratesse met zwart pigment tot 0,1% Printsnelheid tot 100 A1/u Automatische papiersnijder Optionele uitvoereenheid Optionele automatische inlinevouwmachine Bestelnr.: Q1271A Met de nieuwe HP DesignJet 4500 haalt u niet zomaar een printer in huis. Want hiermee print u moeiteloos in elke kleur, op elk formaat. Zelfs tot A0. Door de twee automatisch wisselende papierrollen kan er continu geprint worden. En met de Embedded Webserver is op elk tijdstip het exacte verbruik per opdracht zichtbaar. Bovendien blijven de operationele kosten door de extra zuinige high-capacity kleureninktcartridges bijzonder laag. Zo print de HP DesignJet 4500 zelfs goedkoper dan de meeste zwart-witprinters. Wilt u de HP DesignJet 4500 in het groot zien? Bel dan voor een livepresentatie met 0172-474 808. Of kijk op www.hp.com/go/designjet. HP DESIGNJET 4500 PS 17.300,- (excl. BTW) Bestelnr.: Q1272A HP DESIGNJET 4500 mfp 37.500,- (excl. BTW) Bestelnr.: Q1276A Bel 0172-474 808 Kijk op www.hp.com/go/designjet Raadpleeg uw HP Business Partner Copyright 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. HP behoudt zich het recht voor om zonder vooraankondiging wijzigingen aan te brengen in materialen, specificaties of accessoires.

Artikel Henk Pauwels Nederlander met meeste degree confluences. Degree Confluence Project (DCP): Door Herman Tjesse de Haan Wie op zoek is naar een alternatieve gezonde verslaving kan het Degree Confluence Project (DCP) eens overwegen. De wereld over, op zoek naar mooie coördinatensnijpunten. Het enige wat je nodig hebt is een GPS-ontvanger en een flinke dosis padvindersmentaliteit. Het project bestaat nu tien jaar. Is er reden voor een feestje? Het paaltje naast mevrouw Pouwels geeft het punt 45 00'00"N 0 00'00"E weer in Frankrijk. Een mooie vangst voor een confluence hunter. Zoek GPS op Internet en je krijgt bijna tweehonderd miljoen hits. Met het woord padvindersmentaliteit is het meer dan zestig keer raak. De combinatie van beide lemma s levert twee resultaten op, maar geen van de twee is gerelateerd aan het DCP, het Degree Confluence Project. Gebruik je echter het woord Confluence, dan is het meteen raak. Het DCP is een project waarvan iedereen in de wereld projectmedewerker kan zijn, mits je je eigen onkosten betaalt. Deadlines zijn er niet en je mag zelf bepalen wanneer je voor het DCP werkt. Dat verklaart misschien de grote animo om mee te doen. Wat is de taak van de vrijwilliger? Ga naar buiten met een GPS-ontvanger en zoek een plek op waar een gehele lengte- en breedte graad elkaar snijden. Maak vervolgens foto s van die plek en omgeving. Het snijpunt wordt een degree confluence genoemd. Natuurlijk zijn niet alle locaties altijd even gemakkelijk te bereiken. Verder wordt verwacht dat je een korte omschrijving levert van de natuur en cultuur op die plek, beschrijft hoe je er gekomen bent en welke ontberingen je hebt doorstaan. Specifieke voorwaarden en tips zijn op de DCPwebsite te vinden. Bergen, woestijn, water en oerwoud zijn in dit project de grootste risicofactoren. De projectleider van het DCP is een Amerikaanse IT-er, Alex Jarrett. Op de DCP-website staat dat het hem intrigeert om plaatsen op aarde te bezoeken, die op een mooi rond geografisch coördinaat liggen, zoals bij 14 Maart 2006-2

tien jaar later Geografische coördinaten zijn coördinaten die met behulp van breedtegraden en lengtegraden een exacte locatie op aarde weergeven. Breedtegraden worden ook wel parallellen genoemd en lengtegraden meridianen. De langste breedtegraad is de evenaar. De breedtegraden worden opgedeeld in noorder- en zuiderbreedte met de evenaar als nulpunt. De lengtegraden worden opgedeeld in ooster- en westerlengte met de nulmeridiaan of greenwichlijn als nulpunt. voorbeeld 43 00'00"N 72 00'00"W. Wat zou daar te doen zijn? Jarrett vraagt zich af of ook andere mensen dit als een unieke plaats herkennen. Jarrett hoopt zo mensen aan te moedigen om naar buiten te gaan, rond te struinen in gebieden waar ze normaal nooit zouden komen en er foto s te maken. Zelf heeft hij een aantal degree confluences bezocht en de foto s op zijn eigen website geplaatst. Niet lang daarna ontdekken anderen zijn website en ook zij bezoeken degree confluences. Het veroorzaakt een kettingreactie. Jarrett hoefde niets te doen om anderen te enthousiasmeren. In 2006 bestaat het project tien jaar. Er zijn inmiddels bijna achtduizend mensen geweest die erop uit gingen om plaatsen in de wereld te bezoeken, waar normaal gesproken geen hond komt. Wat drijft deze mensen om mee te doen aan dit onalledaagse project? Padvindersmentaliteit In Nederland zijn maar zeven degree confluences en ze zijn allemaal bezocht. Eén van de bezoekers is Henk Pouwels, een remote-sensingspecialist. Hij heeft achttien degree confluences op zijn naam staan en is daarmee de fanatiekste Nederlander op dit gebied. Wat drijft hem? Fotograferen is één van mijn hobby s en dat kan ik mooi combineren met het DCP, aldus Pouwels. Hij houdt van navigeren en vertelt dat hij door het DCP onverwacht in erg mooie gebieden is geweest. Henk Pouwels is naar eigen zeggen beslist niet verslaafd aan het DCP. Hij ziet het als leuk tijdverdrijf tijdens de vakantie. De meeste mensen gaan overigens niet alleen op pad. De echte DCP-er neemt vaak andere op sleeptouw. Zo ontstond ooit de kettingreactie van snijpuntzoekers. Anderen doen mee om een land op een andere manier te bekijken en in contact komen met de lokale bevolking. Targ Parsons, een Amerikaanse IT-er in Hongkong doet dit bijvoorbeeld. Hij bezoekt China niet met een reisgids om uit te komen op de geijkte toeristische plaatsen, maar aan de hand van het DCP. Inmiddels heeft hij meer dan honderd degree confluences in China bezocht, afgelopen zomer twee dozijn in een maand tijd. Zijn gedetailleerde reisverslagen zijn te lezen op de DCPwebsite. Greg Michaels bezoekt vooral hooggelegen degree confluences. De beschrijving van zijn ontberingen om het punt 30 00'00"N 90 00'00"E in Tibet te bereiken is het lezen meer dan waard. De Duitse Familie Liska heeft heel Duitsland gedaan en gaat nu over op Frankrijk. Het project is een succes. Vorig jaar is 25 procent van de te bezoeken degree confluences bezocht en bijna elke dag worden nieuwe of opnieuw bezochte degree confluences aan het DCP toegevoegd. Wat Alex Jarret hoopte gebeurde, talloze mensen trekken erop uit om naar gebieden te gaan waar ze waarschijnlijk nooit zouden komen en leggen de wereld op een unieke manier vast met foto s. Het tienjarig bestaan van het DCP is daarom zeker een feestje waard. Herman Tjesse de Haan (hdehaan@gismagazine.nl) is freelance schrijver van geo-ict-artikelen. Voor meer informatie over de in dit nummer besproken onderwerpen surft u naar www.confluence.org. Wat hebben Smallworld ESRI en Oracle Gemeenschappelijk? De Geo-consultants van Realworld Realworld OO Systems Venusstraat 17 4105 JH Culemborg 0345 614406 www.realworldwide.com Geografische systemen Maart 2006-2 15

Artikel Geoloketten Vrijheid in verbondenheid Geoinformatie kunnen vinden en Door: Robin Wevers De mogelijkheden van het werken met geografische gegevens worden groter en groter; het aantal toepassingen stijgt. De hoeveelheid gegevens en aanbieders houdt daarmee gelijke tred. Het project Geoloketten beoogt een raamwerk te ontwikkelen dat een laagdrempelige toegang garandeert voor deelname en gebruik van geo-informatie. 1 Beschikbaar Kenbaar Tegenwoordig kun je een scala aan kaartgerelateerde informatie vinden op internet. Maar hoe kan de gebruiker in deze berg gegevens nu de informatie vinden die hij zoekt? Bij een gerichte vraag is het niet altijd duidelijk hoe deze vraag gesteld kan worden, laat staan dat het juiste antwoord gevonden wordt. Het is evenmin altijd duidelijk bij welke organisatie je de gewenste informatie moet zoeken. In het kader van Ruimte voor Geoinformatie wordt het project Geoloketten - Vrijheid in verbondenheid uitgevoerd, waarin getracht wordt hierin verandering te brengen. Het project beoogt een raamwerk te ontwikkelen dat een laagdrempelige toegang garandeert voor deelname aan en gebruik van het netwerk van geoloketten. Bekend Bereikbaar Bruikbaar Duidelijk Hanteerbaar Betrouwbaar Betaalbaar Vindbaar 2 2003 Merijn Backx Het project Geoloketten concentreert zich op de buitenste twee schillen van het toegankelijkheidsmodel van Backx (bekendheid en de bereikbaarheid). De bruikbaarheid (de binnenste schil uit het model) is de verantwoordelijkheid van de individuele aanbieders. 3 Vraag en aanbod Voor het aanpakken van actuele vraagstukken op het gebied van ruimtegebruik, mobiliteit, economische ontwikkeling, waterbeheer en milieukwaliteit is geografische kennis van cruciaal belang. De toenemende complexiteit van de vraagstukken vereist een geïntegreerde benadering; horizontaal geïntegreerd in de zin van interdisciplinaire samenwerking, verticaal geïntegreerd door interbestuurlijke samenwerking. Deze integratie vraagt om een soepele informatie-uitwisseling. Aan deze uitwisseling van kennis hapert het vaak. De reden hiervan is niet zozeer de beschikbaarheid van informatie. Overheden, kennisinstituten en commerciële bedrijven beschikken tegenwoordig over een schat aan geografische informatie van hoge kwaliteit. Oorzaak van het probleem is vooral dat het werkveld van geografische informatie er niet in slaagt om vanuit de vraagstelling gebruikers en aanbieders bij elkaar te brengen. Maatschappelijk en economisch heeft deze situatie negatieve gevolgen. Het kost veel geld om aan de juiste informatie te komen, processen worden vertraagd, de burger is niet goed geïnformeerd, plannen zijn soms onevenwichtig en urgente problemen komen moeizaam tot een oplossing. Veel gegevensverzamelingen worden aangelegd en onderhouden voor het uitvoeren van wettelijke taken van de overheid. Vanuit die primaire toepassing is ook in de bekostiging voorzien. Er bestaat een behoefte om deze bestaande gegevensverzamelingen voor aanvullende toepassingen in te zetten. De beperkte toegankelijkheid bemoeilijkt dit, waardoor kansen voor het terugverdienen van investeringen in opgebouwde gegevensverzamelingen onbenut blijven. Om hier verandering in te brengen moet de mismatch tussen vraag en aanbod worden opgeheven. Daarvoor moet helder worden hoe maatschappelijke vragen op basis van het aanwezige aanbod aan geoinformatie optimaal kunnen worden beantwoord. Ook moeten de soms latent aanwezige vragen en behoeften concreet worden gemaakt. Eventuele barrières, organisatorisch, financieel, juridisch en technisch, moeten worden weggenomen. Raamwerk In het verleden is middels het Clearinghouse Geoinformatie getracht een soort paraplu te creëren over de in Nederland aanwezige geoinformatie. De benadering was top-down, onder andere doordat de toenmalige technologie nog relatief beperkte mogelijkheden bood. Inmiddels zijn de destijds gebruikte technologie en standaarden achterhaald. Bij het RGI is een proposal ingediend voor het inrichten van een nieuw centraal toegangspunt voor geoinformatie op basis open 16 Maart 2006-2

Artikel mogen gebruiken standaarden en webservices. In dit project wordt de toegang het geoloketten-netwerk en diverse portalen geregeld. Daarop aansluitend beoogt het project Geoloketten vervolgens een raamwerk te bieden van regels en afspraken om de verschillende bestaande geoloketten te verbinden tot één samenhangend netwerk. Er is hier nadrukkelijk gekozen voor een betrokkenheid van een flink aantal aanbieders en beheerders van informatie. Deelnemers in het project zijn onder andere Alterra, TNO (DINO), DLG en Rijkswaterstaat. Hierbij wordt de verwachte vraag van de eindgebruiker als uitgangspunt gehanteerd. Het project Geoloketten richt zich niet op het ontwikkelen van standaarden, maar op het maken van afspraken voor het toepassen van bestaande standaarden en het signaleren van hiaten in deze standaarden. Het project zal uitsluitend gebruik maken en voortbouwen op bestaande ICT en OpenGIS standaarden. Het project Geoloketten concentreert zich op de buitenste twee schillen van het toegankelijkheidsmodel van Backx (bekendheid en de bereikbaarheid). De bruikbaarheid (de binnenste schil uit het model) is de verantwoordelijkheid van de individuele aanbieders. De geoloketten Niet alleen wordt gewerkt aan het raamwerk voor de geoloketten, er wordt tevens getracht bestaande loketten te verbinden en nieuwe loketten te ontwikkelen. Dit netwerk is tevens de proeftuin voor wetenschappelijk onderzoek, dat eveneens deel uit maakt van dit project. Via een geoloketten-portaal krijgen externe gebruikers toegang tot een aantal geoloketten, die omwille van de overzichtelijkheid in een vijftal groepen zijn verdeeld. Het groene loket richt zich op milieu en natuur (RIVM, DLG, Alterra, RWS-AGI), het bruine loket is voor de ondergrond (ISRIC, TNO-NITG, Alterra), het rode loket betreft gebouwgegevens (DataLand, IOG-Geo, ESRI), het witte loket richt zich op aardobservatie (NLR en ESRI) Het project zorgt voor een raamwerk van geoloketten en het zwarte loket gaat over de infrastructuur (RWS-AGI,Grontmij). In dit laatste loket wordt tevens een case uitgewerkt, waarbij een webservice van een commerciële aanbieder gebruikt wordt om gegevens aangeboden door een overheidsinstantie (RWS-AGI) te ontsluiten voor individuele gemeenten bij het beheer van wegen. De case laat ook zien hoe, gebruikmakend van het netwerk van geoloketten, vragers ook weer aanbieders kunnen worden bij het realiseren van een landelijke database met wegkenmerken. Het project heet voluit Geoloketten vrijheid in verbondenheid. De verschillende loketten blijven volledig de zeggenschap houden over hun eigen gegevens en de organisatie van die gegevens. Anderzijds worden er wel afspraken gemaakt om de toegankelijkheid en de vindbaarheid van de gegevens te optimaliseren. Hiervoor wordt een aantal spelregels vastgelegd aangaande de inhoud en de kwaliteit van geoinformatie, over de wijze waarop de geoinformatie gepresenteerd wordt en over de techniek. De set van afspraken levert een raamwerk. Marc Hoogerwerf, namens Alterra projectleider van het project filosofeert: Ook leveranciers van geoinformatie die niet in het project participeren kunnen makkelijk aanhaken. Ook de basisregistraties kunnen eventueel met hetzelfde mechanisme worden ontsloten. Vraagsturing Het centrale thema van het project Geoloketten is: geo-informatie kunnen vinden en mogen gebruiken. Daarom is in het project een manifest opgesteld om dit nader vast te leggen in een aantal aspecten. De eerste daarvan is de verheldering van de vraag: het netwerk moet de gebruiker helpen bij het formuleren van de vraag. In een dialoog met de gebruiker moet deze ondersteund worden bij het vinden van een passend antwoord. Dat gaat veel verder dan het bieden van een zoekfunctie op trefwoorden. Het netwerk moet als het ware begrijpen wat de gebruiker zoekt, zelfs als deze niet de juiste vraag stelt: Bedoelt u misschien? De gebruiker moet worden geholpen de juiste vraag te stellen. Het systeem zal daarvoor enige intelligentie moeten hebben en moeten kunnen leren van eerdere bezoekers. Het netwerk moet verder keuzevrijheid bieden aan de gebruiker bij het vinden van een oplossing die maximaal voldoet aan zijn eigen criteria. Als er meerdere aanbieders van vergelijkbare gegevens zijn, is de gebruiker de enige die bepaalt wat hij wil en wat goed voor hem is. Het netwerk moet het bovendien mogelijk maken om bronnen van verschillende aanbieders op prijs, kwaliteit en gebruiksvoorwaarden te vergelijken. Dit laatste klinkt eenvoudig, maar de praktijk valt tegen: er zijn Maart 2006-2 17

Artikel Vrijheid in verbondenheid vele verschillende aanbieders van gegevens zijn, die elk hun eigen gebruiksvoorwaarden hebben. Het project Geoloketten gaat niet trachten dit op elkaar af te stemmen, maar wel om de belangrijkste punten inzichtelijk te maken voor de afnemer. Wetenschappelijk onderzoek Het project Geoloketten wordt onderbouwd met wetenschappelijk onderzoek, uit te voeren door de Technische Universiteit Delft en de Universiteit Wageningen. Er wordt nader onderzoek gedaan naar de toegankelijkheid van informatie, onder andere naar het genoemde schillenmodel van Backs. Ook economische en juridische aspecten worden onder de loep genomen. Aansprekend is het onderzoek naar succes- en faalfactoren bij loketten en netwerkvorming. De individuele loketten in het netwerk van geoloketten vormen hierbij de studieobjecten. Er moet geleerd worden van behaalde successen, maar ook van zaken, die niet naar wens lopen. Een onderzoeker gaat meedraaien in de ontwikkeling van de loketten en analyseren welke factoren bijdragen in het al dan niet succesvol zijn van deze loketten. Toekomst Iedere GIS er zal het aanspreken: een project om geo-informatie beter vindbaar te maken. Wat gebeurt er als het project afgelopen is? Jan Kooijman, namens TNO betrokken bij het project, stelt: Dadelijk hebben we een netwerk waar iedereen aan zit, maar wie zorgt er dat het in de lucht blijft? De gebruikte technieken, standaarden en afspraken moeten ook worden beheerd. Vanuit het project zal daarom ook aan de continuïteit nadrukkelijk aandacht worden besteed. Robin Wevers (r.r.wevers@freeler.nl) is freelance schrijver van geo-ict-artikelen. Voor meer informatie over de in dit artikel besproken onderwerpen kijkt u op www.geoloketten.nl en www.gebouwde-omgeving.nl. 18 Maart 2006-2

Bedrijf/trainingsinstituut: Trainingswijzer Bedrijf/trainingsinstituut: NedGraphics CAD/GIS Ir. D.S. Tuynmanweg 10 4131 PN Vianen www.nedgraphics.nl www.infotech-europe.nl of.be cursusinfo@geometius.nl GIS Trainingen: Autodesk MAP MapInfo Professional NedView-applicaties en -koppelingen Telefoon cursussen 0347-329 625 Telefoon algemeen 0347-329 600 E-mail cursussen-gis@nedgraphics.nl contactpersoon: mevrouw K. van t Reve INFOTECH GIS-TRAININGEN Gecertificeerde AGI GIS Trainingen op Esri/MapInfo platform nu ook in de Benelux. Trainingen op ESRI/MapInfo platform: - Toepasbaarheid GIS (outsourcing) voor uw organisatie; - MapInfo/ArcGIS foundation en Advanced - GIS Criminaliteit & Veiligheid (>250 crime analysts getraind! www.crime-mapping.com) - GIS en (weg)netwerkberekeningen voor o.a. bereikbaarheidsstudies & logistiek (Gratis Netwerkmodule RouteViewPro) Locaties o.a. Utrecht, Breda, Brussel en op locatie INFOTECH ON- EN OFFSHORE (INDIA) GIS, ENGINEERING & IT DIENSTVERLENING? +31-765733114 of benelux@infotech-europe.com GeoMETIUS bv geeft op reguliere basis diverse trainingen en workshops in het trainingscentrum in Alphen a/d Rijn. NedGeodataManager NedGeodataWarehouse NedBrowser De trainingen die ondermeer gegeven worden zijn: GPS-training RTK meten GPS-training Post Processed meten GPS-training ESRI-Arcpad GPS-introductiecursus (Geodesie & GIS) Diverse opfriscursussen Al onze trainingen kunnen volledig op maat en behoefte worden samengesteld zodat een ieder zijn doelstelling(en) hierin zal kunnen behalen. Voor meer info bel naar 0172-469610 of mail naar cursusinfo@geometius.nl Master of Science GIMA In de masteropleiding GIMA worden aangeboden: kennis van en vaardigheden in geo-informatiemanagement: hoe geo-informatie projecten of organisaties te managen kennis van en vaardigheden in geo-informatietoepassingen: waar kan geo-informatie worden toegepast technologische en methodologische geo-informatievaardigheden: hoe geo-informatie toepassen Specifieke kenmerken Voor studenten èn werkenden uit binnen- en buitenland Voltijds en deeltijd programma Blended learning = contactonderwijs + afstandsonderwijs Modules + stage + thesis Opleiding tot geo-informatie-manager en specialist Geïnteresseerd? www.msc-gima.nl Intergraph Security, Government & Infrastructure Leren, Bereiken en Groeien Intergraph biedt verschillende cursussen en workshops voor Geospatial toepassingen. Het doel van onze opleidingen is een succesvolle en effectieve implementatie en toepassing van onze producten. Deze omvatten praktisch cursusmateriaal en begrijpelijke documentatie. Onze opleidingen: GeoMedia-GeoMedia Professional-GeoMedia WebMap-GeoMedia voor Developers-GeoMedia Grid-Oracle Spatial-IntelliWhere OnDemand-Plotten met GeoMedia-G/Technologie. Voor meer informatie: Intergraph Benelux B.V., Siriusdreef 2, 2132 WT Hoofddorp Tel: 023-5666616 of e-mail: marion.van.der.bent@intergraph.com. Educating GIS Professionals Worldwide Postgraduate Certificate, Diploma and MSc Programme by distance learning providing students with the knowledge and skills necessary to translate management and scientific problems into GIS. Please visit our website: www.unigis.nl For more information please contact us: UNIGIS Amsterdam - Vrije Universiteit 020-598 6099 or info@unigis.nl www.deco.nl www.intergraph.com www.unigis.nl HP xw4300 dicht gat tussen workstation en desktop pc HP biedt veeleisende gebruikers het HP xw4300 High Performance Desktop Workstation. Dit workstation combineert grafische technologie van Intel en technologie van grafische leveranciers met de betrouwbaarheid en ondersteuning van HP. De xw4300 biedt een maximale geheugenbandbreedte 667 MHz en geïntegreerde Serial ATA (SATA) 3.0 Gigabyte per seconde RAID-functionaliteit. HP levert de xw4300 met non-ecc geheugen. Dit is een prijstechnisch gunstig alternatief voor gebruikers die vooral op zoek zijn naar hogere prestaties en flexibiliteit, maar geen strikte behoefte hebben aan real-time single-bit geheugenfoutcorrectie. Dit workstation kent ondersteuning van Windows XP Professional 64-bit Edition en de Intel 955X Express chipset en dual-core processortechnologie. Intel s dual-core Pentium D processor is geschikt voor het draaien van multithreaded applicaties of binnen multitasking omgevingen. Met de xw4300 geeft HP gebruikers die werken met grootschalige modellen de mogelijkheid om tegelijkertijd en in realtime meerdere beelden te bewegen en te bewerken, dankzij 8 gigabyte aan systeemgeheugen. CAD-gebruikers in het middensegment van de markt profiteren van hogere prestaties in 2D en 3D CADsoftware en meer opslagcapaciteit voor omvangrijke modellen. Daarnaast hebben zij de keuze uit single- of dualcore processors en 32- of 64-bit besturingssystemen. De xw4300 biedt een ultra-stil chassis dat zonder gereedschap geopend en uitgebreid kan worden, PCI Express graphics en HP s Performance Tuning Framework. Dit laatste helpt gebruikers bij het configureren van het systeem, waarbij een maatwerkconfiguratie wordt opgesteld die ervoor zorgt dat het workstation optimaal wordt afgestemd op de behoeften van de gebruiker. www.hp.nl. Maart 2006-2 19

Artikel Behoud van informatie essentieel voor Total E&P Overzicht houden net zo belang Door: Lambert-Jan Koops Total E&P Nederland was één van de winnaars van de BE Awards tijdens de BE Conference van Bentley in Baltimore. De prijs voor Best Managed Environment op geospatial-gebied krijgt een bedrijf natuurlijk niet zo maar. Wat heeft Total E&P Nederland zo goed gedaan dat het een prijs verdient? Total is in Nederland bekend van de benzinepompen die in vaste regelmaat langs de snelweg opduiken. Minder bekend is dat het bedrijf ook enkele zusterondernemingen heeft. Een daarvan is Total E&P Nederland. Deze tak houdt zich sinds 1964 bezig met de opsporing en winning van aardgas in Nederland en op het Nederlandse deel van de Noordzee. Het bedrijf heeft meer dan twintig productieplatformen in gebruik. Deze voor het merendeel onbemand functionerende platformen zijn met pijpleidingen via vier gasbehandelingscentra verbonden met het vaste land waar het behandelde gas wordt afgeleverd aan de Nederlandse Gasunie. Per jaar produceert Total E & P Nederland zo'n zeven miljard kubieke meter aardgas. Het bedrijf is de op één na grootste producent van aardgas in Nederland. Geoscience-divisie Het hoofdkantoor van Total E&P Nederland staat in Den Haag. Vanuit Den Helder worden alle operationele activiteiten gecoördineerd. Er werken in totaal ongeveer 270 mensen. Een aantal doet dat op de geoscience-divisie van het bedrijf. Deze afdeling voert studies uit naar alles wat zich onder het aardoppervlak bevindt. Met deze informatie worden vervolgens nieuwe boorlocaties aangewezen of wordt in bestaande gasvelden de productie geoptimaliseerd. Huub Streng, verantwoordelijk voor kartografie en geospatial datamanagement, is werkzaam op de geoscience-divisie en legt uit dat de workflow op zijn afdeling ingewikkeld is. We gebruiken veel verschillende applicaties en grijpen bij een onderzoek vaak terug op de resultaten van een groot aantal eerdere studies en surveys. En in het algemeen geldt: hoe meer informatiebronnen we gebruiken, hoe moeilijker het is om het overzicht te bewaren. Een voordeel is dat al onze data locatiegebonden zijn. Dat maakt het mogelijk om een duidelijk en eenduidig eindresultaat te creëren, bijvoorbeeld in de vorm van een kaart van de ondergrond of een dwarsdoorsnede van de bodem. Dertig jaar gegevens De studies die Streng en zijn collega s uitvoeren zijn over het algemeen van lange duur en daardoor zijn de beschikbare gegevens kwetsbaar. Voor sommige locaties geldt dat er al dertig jaar optimaliseringsonderzoek wordt uitgevoerd. In de olie- en gasindustrie wordt echter veel gewerkt met expats, mensen die tijdelijk meewerken binnen het bedrijf. De informatie die in de hoofden van die mensen zit, mag niet zo maar 20 Maart 2006-2