PROEVE VAN BEKWAAMHEID

PROEVE VAN BEKWAAMHEID CE 1:ONDERSTEUNEN BIJ verpleegkundige basiszorg Handleiding voor deelnemer en beoordelaar Afdeling Gezondheidszorg Opleiding verpleegkundige, BOL jaar 2 Cohort 2010-2014 Versie November 2011 1

Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Algemene gegevens... 4 Instructie voor de student... 5 Instructie voor de beoordelaar... 9 Beoordelingsformulier... 10 Bijlage: De START-methode... 14 Bijlage: werkprocessen en competenties... 15 2

Voorwoord In het tweede leerjaar van de opleiding verpleegkunde sluit de student de certificeerbare eenheid 1 af met een deelproeve van Bekwaamheid, ook wel proeve genoemd. De proeve is een examenonderdeel en telt mee voor het diploma. In deze proeve toont de student aan dat zij de werkzaamheden kan verrichten die horen bij een verpleegkundige als het gaat om: ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg. De proeve voert de student uit op de werkplek. Om zich voor te bereiden op de proeve maakt de student een schriftelijke opdracht die nabesproken en beoordeeld wordt door school en de praktijk. Tijdens de uitvoering van de proeve laat de student zien dat zij de gevraagde kerntaken, werkprocessen met betrekking tot verpleegkundige basiszorg en bijbehorende competenties beheerst op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. Ten slotte legt de student in een afrondend gesprek zijn/ haar gevolgde handelwijze uit. De student is zelf verantwoordelijk voor het verzamelen en bewaren van de gemaakte producten en de ingevulde beoordelingsformulieren. Deze proeve sluit aan bij het kwalificatiedossier 2009-2010 van Calibris We wensen de deelnemer veel succes met de proeve! Docententeam Zorg 3

Algemene gegevens Toetsvorm Proeve van bekwaamheid Titel Ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg Link met kwalificatiedossier Certificeerbare Eenheid 1 niveau 4 Kerntaak 1: bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan. werkprocessen: 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op Competenties: D,H,J,K,,M 1.2 Ondersteunt bij de persoonlijke basiszorg. Competenties: F,K,R Kerntaak 2: begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan. Werkproces: 2.1: begeleidt een zorgvrager bij de zelfredzaamheid. Competenties; C,D Kerntaak 3: uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Werkproces: 3.5: evalueert de zorgverlening. Competenties; D,J, M. Extra bij de CE 1 ondersteunen verpleegkundige basiszorg voor verpleegkundige niveau 4 MBO college Hilversum, gezondheidszorg werkproces 1.4: voert( beperkt aantal) verpleegtechnische handelingen uit: voert onderstaande verpleegtechnische handelingen uit - medicatie: checkt, registreert medicijnen. Dient medicatie toe: oraal, rectaal, vaginaal, via de huid, de slijmvliezen en de luchtwegen - verzorgt rode en gele wonden - bewaakt vitale functies: pols, temperatuur, ademhaling en bloeddruk Tijdsduur Voorbereiding: de schriftelijke opdracht is gemaakt, besproken en beoordeeld Uitvoering : 6 uur in totaal, verdeeld in 3 blokken van 2 uur, over maximaal vijf dagen Evaluatie : 45 min Afnameperiode Jaar 2, gedurende de eerste stageperiode Beoordelaar De beoordelaar van de proeve is een werkbegeleider/praktijkopleider die de deelnemer niet heeft begeleid. Resultaat Onvoldoende, voldoende 4

Instructie voor de student Situatiebeschrijving Je loopt stage op een afdeling in een zorginstelling waar zorgvragers voor langere tijd wonen. In de zorg houd jij je onder andere bezig met ondersteunen bij het leven van alledag. Je begeleidt waar mogelijk de zelfredzaamheid van de zorgvragers. Er wordt van jou verwacht dat je oog hebt in hoeverre de bewoners ondersteuning nodig hebben bij de verpleegkundige basiszorg. Je hebt aandacht voor een goed evenwicht tussen stimuleren van activiteit en aanbrengen van rust. Wat regel je vooraf? Bespreek met de werkbegeleider/praktijkopleider de proeve. De praktijkbegeleider zal in overleg met de stage afdeling een beoordelaar afspreken. Deze beoordelaar is niet jouw vaste werkbegeleider. Maak vervolgens een afspraak met de verantwoordelijke van zorg over: Het vastleggen van een datum voor de afname van de proeve Wie de proeve zal beoordelen Bespreek met de werkbegeleider/praktijkopleider mogelijke aanpassingen in de werkplanning Voorbereiding Uitvoering Afronding A. Het maken van een schriftelijke opdracht. Deze is gelezen op waarheid door de werkbegeleider en wordt besproken en beoordeeld door school. Na beoordeling en goedkeuring van de opdracht kan de student de proeve uitvoeren in de praktijk. Inleveren van de schriftelijke opdracht: minimaal twee weken voor de uiteindelijke uitvoering van de proeve. B. uitvoeren van de proeve 6 uur in totaal, verdeeld over maximaal 5 dagen in 3 blokken van 2 uur C. Afrondend gesprek binnen veertien dagen na afnemen van de proeve 5

Voorbereiding A (tijd: 15 minuten als voorbereiding van de uiteindelijke proeve. De proeve opdracht A is eerder afgerond en beoordeeld) Organisatie voorbereiding De proeve wordt afgenomen op jouw initiatief. In overleg met de werkbegeleider worden drie zorgvragers uitgekozen. Aan de zorgvragers of diens wettelijke vertegenwoordiger is toestemming gevraagd. Je voert de werkzaamheden zelfstandig en zonder te overleggen met de werkbegeleider uit terwijl je wordt geobserveerd door de beoordelaar. Voordat je met de opdracht A begint, lees je de zorgplannen van de zorgvragers en bespreek je dit met je werkbegeleiders. Opdracht A In overleg met je werkbegeleider en de zorgvragers heb je drie zorgvragers uitgezocht. Van deze drie zorgvragers heb je een schriftelijke opdracht gemaakt waarin onderstaande punten uitgebreid beschreven worden. Je hebt je verdiept: - in het ziektebeeld van de gekozen zorgvragers: geef een beschrijving van de oorzaak, de verschijnselen, de mogelijke complicaties en de mogelijke handicaps. - in de wensen en mogelijkheden van deze drie zorgvragers. Je hebt een beeld gekregen hoe het leven van deze zorgvragers veranderd is in de afgelopen tijd. Bij deze drie zorgvragers ga je ook ondersteuning bieden bij de dagelijkse activiteiten. Zoek uit en beschrijf hoe de zorg is met betrekking tot: - wensen van de zorgvrager zowel individueel als in groepsverband met betrekking tot de woon en leefomgeving. Geef aan welke disciplines hierbij een rol spelen. - ondersteunen bij de lichamelijke en uiterlijke verzorging - ondersteunen bij de maaltijd en het geven van voedings- en vochtadviezen - ondersteunen bij beperkt aantal verpleegtechnische handelingen. - het geven van ondersteuning bij het vinden van een evenwichtig dagnachtritme en een zinvolle invulling van de dag. - formuleer in overleg met de zorgvrager en werkbegeleider twee zorgvragen. Geef daar passende verpleegkundige interventies ( RUMBA of SMART geformuleerd) en activiteiten aan. Verder laat je in de uitgewerkte opdracht A zien: - in de gegeven zorg de voorschriften toe te kunnen passen door hygiënisch, veilig, ergonomisch verantwoord, milieu- en kostenbewust te werken. - van welke bestaande protocollen je gebruik hebt gemaakt - welke visie de instelling hanteert - privacy van de zorgvragers te respecteren Resultaat voorbereiding - de schriftelijke opdracht A is op waarheid beoordeeld, besproken en voorzien van schriftelijke feedback van de werkbegeleider - de schriftelijke opdracht wordt beoordeeld op school - mogelijke afspraken met de zorgvragers en de beoordelaar zijn vastgelegd. 6

Uitvoering B (tijd: drie blokken van 2 uur, verdeeld over maximaal 5 dagen) Organisatie uitvoering. Je voert de werkzaamheden zelfstandig en zonder te overleggen met de werkbegeleider uit terwijl je wordt geobserveerd door de beoordelaar. De beoordelaar grijpt in als de situatie rond de zorgvrager en jou dit noodzakelijk maakt. De proeve kan op dat moment niet beoordeeld en afgerond worden Opdracht In overleg met je werkbegeleider heb je drie zorgvragers uitgezocht. Je hebt je voorbereid en verdiept in de reden waarom deze drie zorgvragers wonen in je stage instelling. Bij deze drie zorgvragers bied je ondersteuning bij verpleegkundige basiszorg. Je laat zien dat je: - rekening houdt met de wensen van de zorgvrager zowel individueel als in groepsverband met betrekking tot de woon en leefomgeving - bezig bent met de lichamelijke en uiterlijke verzorging - aandacht hebt voor voeding en vocht - rekening houdt met de uitscheiding - zo nodig een beperkt aantal verpleegtechnische handelingen uitvoert - ondersteuning geeft bij het vinden van een evenwichtig dagnachtritme en een zinvolle invulling van de dag. Ook toon je dat je: - de maaltijd afstemt op de wensen en behoeften van de zorgvrager(s). De maaltijd maak je indien van toepassing samen met de zorgvrager(s) klaar en ondersteunt de zorgvrager(s) zo nodig bij het eten. - hulp aanbiedt bij wensen ten aanzien van activiteiten op de woon-leefplek. - voorschriften toe kunt passen door hygiënisch, veilig, ergonomisch verantwoord, milieu- en kostenbewust te werken. Je laat ook zien dat je: - het zorgplan van deze zorgvragers hebt gelezen - gebruik gemaakt hebt van bestaande protocollen en voorschriften. - je bevindingen rapporteert en nabespreekt. - privacy en leefstijl van de zorgvragers respecteert. Resultaat uitvoering - de zorgvragers zijn tevreden over de uitgevoerde zorg - de zorg is volgens de richtlijnen en protocollen van de instelling uitgevoerd - de werkbegeleider/ beoordelaar heeft niet ingegrepen in de gegeven zorg. 7

Afronding C (tijd: 30 minuten) Organisatie afronding Bij voorkeur zal de afronding gelijk na de uitvoering van de werkzaamheden plaatsvinden. Indien mogelijk zijn hier bij aanwezig: de beoordelaar van de instelling en de docent van de school. Zo niet dan zal binnen veertien dagen na afname van de proeve het afrondend gesprek zijn met jou, de beoordelaar en de docent of contactpersoon van de instelling. Bij de afronding is het observatieformulier uitgangspunt van het gesprek. Opdracht Als je 6 uur in de zorg hebt besteed aan het ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg kan de proeve afgerond gaan worden. Het laatste onderdeel van je proeve is een afrondend gesprek. In dit gesprek zal de beoordelaar jou vragen stellen over wat jij hebt laten zien tijdens de proeve. De beoordelaar gebruikt daarvoor de STARR(T)-methode (deze ken je al). Resultaat afronding - de proeve van bekwaamheid is met een voldoende afgesloten - je kunt de gemaakte keuzes voldoende verantwoorden in een afrondend gesprek Beoordeling (tijd: 10 minuten beoordelen + 10 minuten toelichten aan deelnemer) Na de voorbereiding, uitvoering en de afronding zit je proeve erop! Je kunt beoordeeld worden. Je beoordelaar vult ( indien aanwezig met een tweede beoordelaar) het beoordelingsformulier in, dit doen zij direct na het afrondend gesprek. De beoordelaar beoordeelt je tijdens de uitvoering van de proeve en zal ook je producten bekijken. Hij gebruikt hierbij het beoordelingsformulier zoals het opgenomen is in de proeve vanaf pagina 12 Alle beoordelingscriteria moeten met een voldoende beoordeeld worden. Als een beoordelingscriterium onvoldoende is, geeft de beoordelaar een toelichting in de kolom opmerkingen. De proeve is dan niet behaald. Uiteindelijk krijg je voor de hele proeve een voldoende of een onvoldoende beoordeling. Nadat de beoordelaar en docent/ contactpersoon overlegd hebben, krijg jij de uitslag te horen die wordt besproken aan de hand van het beoordelingsformulier. Na de bespreking wordt het formulier door jou, de beoordelaar en de docent ondertekend. Jij maakt een kopie, het originele exemplaar ontvang jij. Je levert een kopie in bij je loopbaanbegeleider en bewaart het origineel voor je eigen portfolio. De uitslag ontvang je direct na het gesprek. Herkansing Als je een onvoldoende eindbeoordeling hebt kan de proeve herkanst worden. Het herkansingsmoment vindt in het 2 e leerjaar plaats vóór de meivakantie Het herkansingsmoment wordt gepland in overleg met werkbegeleider/praktijkopleider. Zie voor verdere afspraken en meerdere herkansingsmomenten het examenregelement. Calamiteiten Indien zich onvoorziene situaties voordoen, bepaalt de beoordelaar de voortgang van de proeve. 8

Instructie voor de beoordelaar Informatie over de opdrachten en verloop van de proeve kun je vinden bij de instructie van de student binnen deze handleiding. Tijdens de uitvoering Je maakt gebruik van de beoordelingsformulieren opgenomen in deze handleiding. Je beoordeelt de student aan de hand van de beoordelingscriteria. Je bent als beoordelaar bekend met: o protocollen van de zorginstelling o het door de deelnemer aan te tonen niveau zoals dat terug te vinden is in het kwalificatiedossier Als er bijzondere omstandigheden zijn waardoor de beoordelingscriteria niet gescoord kunnen worden (door afwijkende situatie), vermeld dat dan onder opmerkingen/bijzondere omstandigheden. Er kan dan geen eindoordeel plaatsvinden Om de student de proeve met goed gevolg te laten afleggen, moeten alle beoordelingscriteria met een voldoende beoordeeld te worden. Als een beoordelingscriterium onvoldoende scoort, dien je in de kolom opmerkingen toe te lichten op basis waarvan je de onvoldoende hebt gegeven, dit is feedback voor de student en onderbouwt de beoordeling. Wees zo concreet mogelijk. Omdat het afrondend gesprek onderdeel is van de proeve legt de beoordelaar het eindoordeel vast na afloop van het afrondingsgesprek met de student. Als de uitvoering van de proeve met een onvoldoende wordt beoordeeld moet de hele proeve herkanst worden. Instructie voor het beoordelingsgesprek (20 minuten): Ter inleiding: vraag de student wat hij er van vond, wat waren positieve/negatieve ervaringen tijdens de voorbereiding en uitvoering? Hoe denkt zij het zelf gedaan te hebben? Vertel de student welke beoordeling hij heeft gekregen en licht dit toe aan de hand van het beoordelingsformulier. Indien er geen eindoordeel kan plaatsvinden vanwege bijzondere omstandigheden wordt dit toetsmoment ongeldig verklaard. Je dient dit de student te melden. De student heeft dan nog een toetsmoment. Indien een student een onvoldoende heeft, kan je haar vertellen dat zij de proeve éénmaal kan herkansen. Het herkansingsmoment wordt in overleg met betrokkenen afgesproken, uiterlijk voor de meivakantie in het 2e leerjaar. Dit zou kunnen betekenen dat deze herkansing op een nieuwe (stage-) afdeling/ instelling afgenomen wordt. De student, beoordelaar en de docent ondertekenen het beoordelingsformulier De student maakt een kopie van het beoordelingsformulier en geeft dit aan de beoordelaar en de werk- of praktijkbegeleider van de student. Deze bewaart de beoordeling tot de stageperiode van de student is afgelopen. De student bewaart het originele beoordelingsformulier voor zijn eigen portfolio en levert een kopie in bij de loopbaanbegeleider van de school. 9

Beoordelingsformulier Proeve van bekwaamheid CE 1: ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg Opleiding Verpleegkunde niveau 4 Naam deelnemer BPV-instelling Naam en functie beoordelaar van de instelling Naam begeleider school (aanwezig bij afrondend gesprek) Datum/data uitvoering proeve van bekwaamheid 10

Beoordelingsformulier Proeve jaar 2 ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg In de bijlage staat een beschrijving van de werkprocessen en de bijbehorende competenties. Dit kun je gebruiken om een beeld te vormen van wat er van de deelnemer verwacht wordt. De criteria zijn op deze werkprocessen en competenties gebaseerd, zoals je kunt zien in de kolom link met kd (kd= kwalificatiedossier) Beoordelingscriteria Link met kd 0/ V opmerkingen Voorbereiding wp comp Bespreekt de planning en de uitvoering van de zorg met de zorgvrager/ werkbegeleider/praktijkopleider Neemt tijdig contact met de afdelingen 3.5 J,L Stelt zich op de hoogte van de situatie van de zorgvrager door na te gaan: - welk gezondheidsprobleem de zorgvrager heeft - welke mogelijkheden de zorgvrager heeft om een actieve rol te hebben bij de verpleegkundige verzorging - wat de wensen van de zorgvrager zijn Uitvoering van de zorg Brengt de zorgbehoefte en ondersteuning bij verpleegkundige basiszorg in beeld Gaat uit van de persoonlijke wensen van de zorgvrager. 1.1 D H J K M 1.2 K R 2.1 D E Werkt volgens een planning gebruik makend van de afspraken binnen de afdeling en de instelling 1.1 H J K Voert de handelingen en/of werkzaamheden zorgvuldig uit en stelt prioriteiten bij de uitvoering 1.1 1.2 H K Gebruikt de hulpmiddelen op de juiste manier en hanteert de juiste volgorde Past de voorschriften toe door: hygiënisch, veilig, ergonomisch verantwoord, milieu- en kostenbewust te werken Geeft de gewenste verpleegkundige ondersteuning bij de basiszorg volgens richtlijnen van de instelling Overlegt en werkt samen met de zorgvrager, mantelzorger en diens naasten Voert beperkt aantal verpleegtechnische handelingen uit ( zie vaardighedenlijst) volgens voorgeschreven procedures en volgens wettelijke richtlijnen Toont respect voor de zorgvrager, de mantelzorger en diens 1.2 F K 1.2 K 1.1 K 3.5 D 1.4 K 2.1 C D 11

naasten Licht handelingen toe als daar naar gevraagd wordt 2.1 C D Uitvoering van de zorg Link met kd 0/ V opmerkingen 1.2 J Biedt op een verantwoorde manier, volgens de richtlijnen van het zorgplan, hulp bij de verpleegkundige verzorging Oriënteert zich zorgvuldig en volledig op mogelijke oorzaken en gevolgen van problemen bij voeding en vochtopname 1.1 1.2 D J Biedt op verantwoorde wijze hulp bij het geven van ondersteuning bij eten en drinken 1.1 1.2 D H K Biedt op een correcte manier, volgens de richtlijnen van het zorgplan, hulp bij de uitscheiding Houdt rekening met levensfase, privacy, beleving, rechten en plichten van de zorgvrager Luistert door vragen te stellen actief naar de zorgvrager en creëert een open gesprekssituatie Werkt samen en stemt werk af met zorgvrager, collega s en andere disciplines Rapporteert regelmatig over de voortgang van de verleende zorg Schakelt collega s, andere disciplines of leidinggevende in als de situatie daar om vraagt 1.1 1.2 1.2 2.1 D H M R F J K F, R,C D 3.5 D J M 3.5 D 3.5 D 3.5 D Afronding van de proeve Beantwoordt de (kennis)vragen die na afloop van de proeve gesteld worden 12

Algemene opmerkingen/bijzondere omstandigheden: Eindoordeel* : Naam en handtekening: O onvoldoende O voldoende alle onderdelen zijn met voldaan beoordeeld. Beoordelaar Functie: naam en plaats instelling: Deelnemer: * aankruisen Docent of contactpersoon school: Plaats en datum: 13

Bijlage: De STARR(T)-methode Bij veel onderwerpen die in het afrondend gesprek aan bod komen, zullen de beoordelaars de zogenaamde STARR(T)-methode volgen. Dat betekent dat ze beginnen met een concrete situatie die voorgevallen is tijdens het praktijkdeel van de proeve van bekwaamheid. Die situatie nemen ze als vertrekpunt voor vervolgvragen. Het schema geeft toelichting op de STARR(T)-methode. STARR(T) Mogelijke vragen 1. Situatie Benoem een concrete situatie uit het praktijkdeel van de proeve. De beoordelaars kunnen tijdens de uitvoering van het praktijkdeel zelf zo n concrete situatie gezien hebben. Ze kunnen jou ook vragen zo n situatie te benoemen, bijvoorbeeld door je te vragen: Wanneer vond je het spannend worden? Wanneer liep het anders dan je had verwacht? Maar ook: Wanneer liep het juist beter dan je had verwacht? 2. Taak Wat was jouw taak in deze situatie? Andere vragen die de beoordelaars hierbij kunnen stellen: Waarom was het belangrijk om deze taak uit te voeren? Was er (g)een reden om je taak te wijzigen? Wat was de taak van andere betrokkenen (collega s)? 3. Actie Welke actie heb je in deze situatie ondernomen om je taak uit te voeren? Andere vragen die de beoordelaars hierbij kunnen stellen: 4. Resultaat en Reflectie Waarom heb je die acties uitgevoerd? En waarom in die volgorde? Hoe heb je onverwachte zaken aangepakt en waarom op die manier? Hoe reageerden anderen op jouw actie? En hoe ben je hiermee omgegaan? Wat was het resultaat van jouw acties in deze situatie? Andere vragen die de beoordelaars hierbij kunnen stellen: Waarom was dit het resultaat? Op welke wijze had het resultaat verbeterd kunnen worden? Hoe kijk je terug op wat er in deze situatie is voorgevallen? Op welke andere manier had je de situatie kunnen aanpakken? Wat vond je van de rol van je collega s in deze situatie? 5. Transfer Transfervragen zijn er om te achterhalen of je met nieuwe, onverwachte situaties kunt omgaan. Bij die vragen wordt vaak de volgorde van STAR gevolgd (nieuwe situatie, jouw taak, welke acties, wat is dan het resultaat) Stel je voor (de alternatieve situatie) Wat zou je dan doen? En waarom? Waarin verschilt (alternatieve situatie) van de situatie zoals die in je proeve voorkwam? 14

Bijlage: kerntaken, werkprocessen en competenties bij de proeve ondersteunen bij de verpleegkundige basiszorg De volgende kerntaken maken deel uit van kwalificatiedossier ( 2009-2010): Kerntaken voor niveau 4 verpleegkundige: 1. bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan 2. begeleiden van zorgvrager( s) op basis van het verpleegplan 3. uitvoeren van organisatie-en professiegebonden taken De volgende werkprocessen worden in deze proeve getoetst: Werkprocessen voor niveau 4: 1.1 stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op ( Nota bene: voor deze proeve vooral met betrekking tot ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg) 1.2. ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.4. voert een beperkt aantal verpleegtechnische handelingen uit 2.1 begeleidt een zorgvrager bij de zelfredzaamheid 3.5 evalueert de zorgverlening In deze proeve CE 1 worden de volgende competenties getoetst: Competenties voor niveau 4 verpleegkundige: C. begeleiden D. aandacht en begrip tonen E. samenwerken en overleggen F. ethisch en integer handelen H. overtuigen en beïnvloeden J. formuleren en rapporteren K. vakdeskundigheid toepassen L. materialen en middelen inzetten M. analyseren R. op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Zie voor verdere uitwerking van de kerntaken, de werkprocessen en de competenties: www.calibris.nl kwalificatiedossier 2009-2010 15

Opdracht bij de CE 1 proeve ondersteunen bij de verpleegkundige basiszorg. Groep : 3ZA0P Datum : november 2011 Beoordelingsformulier voor school; praktijkopdracht bij de proeve CE verpleegkundige basiszorg Voldaan/ niet voldaan geeft beschrijving van de oorzaak, de verschijnselen, de mogelijke complicaties en de mogelijke handicaps ten gevolge van dit ziektebeeld maakt wensen en mogelijkheden zorgvrager duidelijk geeft beschrijving hoe het leven van de twee beschreven zorgvragers in hun beleving veranderd is in de afgelopen tijd. maakt duidelijk protocollen of voorschriften gebruikt te hebben formuleert van één zorgvrager twee zorgwensen SMART geformuleerd en de nodige acties heeft deze activiteiten ook uitgevoerd en schrijft over deze uitvoering van de zorg twee reflectieverslagen feedback aanwezig over uitgevoerde zorg geeft beschrijving van andere disciplines die betrokken zijn bij de zorg voor de zorgvrager. Geeft ook beschrijving van andere disciplines in de BPV instelling Docent: Datum: Opmerkingen 16