Werkblad Voortgezet Onderwijs Gemengd-Theoretisch



Vergelijkbare documenten
STADSBOERDERIJ DE KEUKEN

Ondernemerschap leerjaar 3 ISP kbl/bbl

Doel Leerlingen kunnen in eigen woorden formuleren waarvoor en wanneer de berekeningen nodig zijn en deze op een correcte manier uitrekenen.

Opening van het thema op vrijdag 5 november.

rekentrainer jaargroep 8 Hoeveel kilometer na 10 minuten? Kleur. Zwijsen naam: na 1 minuut: 0,200 km na 1 minuut: 0,040 km na 1 minuut: 0,008 km

Preview. What will. you do. to change. the world. today? Primair onderwijs

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam:

rekentrainer jaargroep 8 Hoeveel kilometer na 10 minuten? Kleur. Zwijsen naam: na 1 minuut: 0,200 km na 1 minuut: 0,040 km na 1 minuut: 0,008 km

BLAD 16: HAM EN KAAS. b. Bij de maatbeker horen verschillende inhoudsmaten. Hiernaast staan ze op een rij. Schrijf op de stippeltjes wat het betekent.

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam:

T O E L I C H T I N G R E K E N E N M E T V E R H O U D I N G E N

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN

Vaste verhoudingen. Voorbeeld 1 Je gaat pannenkoeken maken. Het recept is voor 4 kinderen. Je wilt weten hoeveel je nodig hebt voor 12 kinderen.

opdrachtenboek groep 5

SPEL VAN DE GOUDEN EEUW - LESMATERIAAL

BLAD 6: KARWEITJES EN KOZIJNEN

De moord op ons Neroke

Breuken met letters WISNET-HBO. update juli 2013

Kun jij slim shoppen?

w e r k b o e k a n t w o o r d e n blok Teken de versiering op de taart.

Pannenkoeken (4 personen) Ingrediënten: 500 gram Leemansmolen tarwebloem 1 liter melk 4 à 5 eieren een beetje zout boter om te bakken

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

REKENMODULE PROCENTEN VERHOUDINGEN

Procenten 75% 33% 10% 50% 40% 25% 50% 100%

Studiekeuzedag CMD voorbereidingswerkboek

Speel-ontdekboek bij De Molenmuis

TASKFORCE VLUCHTELINGEN

BOER IN DE BUURT DIT IS HET WERKBOEK VAN:...

VERSCHILLENDE TARIEVEN VOOR MEER WINST

Examen VMBO-KB versie rood

antwoorden jaargroep 4 reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs blok werkboek Bedenk zelf maar sommen met poffertjes!

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

Zuivel is belangrijk. Melk is goed voor... ELK!

Handleiding BreakEven Calculator Door Thomas Vulsma

Weekmenu om Gezond te Genieten incl. boodschappenlijstje.

Winkels in het dorp. Nodig: 1 poster winkels in het dorp, A3-formaat, fotoblad 1, schaar en lijm, stift

Breuken in de breuk. 1 Breuken vermenigvuldigen en delen (breuken in de breuk)

Bij delen met getallen en bedragen is het volgende van belang: Gebruik een rekenmachine Controleer het antwoord door te schatten

STADSBOERDERIJ HET LOKET

Toetsmodule Hoofdstuk 10: Probleemoplossend denken - Oplossingen

Een haar in de soep. Thema 3 Smakelijk eten. Prentenboek. concept Marlou Bijlhout Janneke Nieborg Kim van der Zouw. eindredactie Dorine de Kruyf

Ruitjes vertellen de waarheid

kun je op verschillende manieren opschrijven of uitspreken: XX Daarnaast kun je een breuk ook opschrijven als een decimaal getal.

Inhoud. Voorwoord 5. Een collage maken 6

a n t w o o r d e n reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs blok w e r k b o e k Maak het patroon af.

De wereld in getallen 3 Lessuggestie groep 8 Werkbladen

Rekenen verhoudingen. Procenten voor 1F

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Gastles: Hoe word ik rijk?

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

Paddenstoelen kweken in de klas

Zwijsen. a n t w o o r d e n. reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. blok. o e f e n b o e k

WINSTCALCULATOR. Gebruik van de tool Voorbeeld

Winkelen inkoopprijs verkoopprijs winst verlies fabrikant winkelier

Reflectie Bespreek het werkblad. Laat de kinderen vertellen welke fouten ze hebben opgespoord. Klopt hun verbetering?

Rekenen met procenten: leerlingenblad

opdrachtenboek groep 7

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 11 In de winkel

Werkblad: Vind me dan

Werkblad bij lesvoorbereiding Breuken. 1. Vereenvoudig de volgende breuken: 2. Maak de volgende sommen: Schrijf de berekening erbij!

BLAD 11: CD-ROMMEN EN SOEPKOMMEN

De markt. Gebruik je liniaal. 1 hokje = 1 m 2

TOELICHTING BETEKENIS GEVEN AAN BREUKEN

profielvak horeca, bakkerij en recreatie CSPE GL onderdeel A Bij dit examen horen een bijlage, een uitwerkbijlage en digitale bestanden.

a a Leg 3 getallen van 2 cijfers en tel ze op. b d Bedenk sommen waar 180 uitkomt. Meer antwoorden. b Uit welke som komt 103?

Rekenen 2. De volgende bedragen zijn exclusief 17,5% BTW. Reken ze om tot bedragen inclusief BTW. a. 150,- b. 300,- c. 250,- d.

WERKBLADEN VOOR DE LEERLINGEN

Examen VMBO-GL en TL - COMPEX

Preview. What will. you do. to change. the world. today? VMBO

Kijk na! Buiten spelen

Speklappen en rookworsten

Getekende woorden. 1 Bekijk de bladzijde. Welke woorden vallen meteen op?

Praat-plaat. eten. aad/thema/eten werkblad 1

Herkansingscursus. wiskunde B. Voorbereidende opgaven HAVO. Procenten, verhoudingen en eenheden

DE MOORD OP LOS DE MOORD OP VOOR ER NOG MEER SLACHTOFFERS VALLEN!

BLAD 1: PLEINTJES, ZAKKEN DROP EN WORST

Startrekenen 1F. Leerwerkboek rekenen deel A SANDER HEEBELS IRENE LUGTEN JELTE FOLKERTSMA JASPER VAN ABSWOUDE

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

DE MOORD OP LOS DE MOORD OP VOOR ER NOG MEER SLACHTOFFERS VALLEN!

Ontwikkel je eigen ijsje!

Hoeveel water verbruik ik?

Massa (1) Je kunt de massa van deze ingrediënten met een weegschaal bepalen. Het symbool van massa is: m.

Herhalingsles 2 Getallenkennis en bewerkingen 2 Weeroefeningen

Schrijven - Instructie HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grafieken veranderen met Excel 2007

Kijk na! Zomerkriebels

Wortel en Machten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

bijlagen groep 7 en 8

Om nu te berekenen hoeveel koelwater er per uur door een leiding stroomt, heb je een vergelijking of formule nodig. Je gebruikt de volgende formule:

Museum Sloten. Weegspel

Examen VMBO-KB versie blauw

Les 7 EENHEIDSPRIJS EN KOSTPRIJS & Saucijzenbroodjes

Meetactiviteit derde leerjaar

Reflectie Bespreek de werkbladen. Laat de kinderen vertellen welke fouten ze hebben opgespoord. Klopt hun verbetering?

Werkbladen Wereldoriëntatie

Preview. What will. you do. to change. the world. today? Havo/VWO

Examen Rekenen/ Wiskunde

Correctievoorschrift HAVO. Management & Organisatie. Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak 2

Teken de schaduwen. Maak de staafgrafieken bij de berichten. Aantal leden scouting. Aantal leden hockeyclub. Aantal bezoekers museum

Richting geven aan het onderwijs in meten en meetkunde TAL bovenbouw

Transcriptie:

Werkblad 4 Bedrijfsmiddelen Werkblad Voortgezet Onderwijs Gemengd-Theoretisch

Via Day for Change heeft jullie klas een microkrediet gekregen. Hier gaan jullie je eigen bedrijf mee beginnen. Dit bedrag kun je natuurlijk maar één keer uitgeven. Daarom moet je goed nadenken voordat je inkopen doet. Voordat jullie je bedrijfsmiddelen gaan opschrijven, zie je hieronder nog twee oefeningen. Deze oefeningen helpen je eerst na te denken over hoe je het beste kunt inkopen. Succes! 1 De Pannenkoekenkraam Stel jullie beginnen een pannenkoekenkraam. a Jullie hebben 48 mensen uitgenodigd om een pannenkoek te komen kopen. Jullie hebben een recept waarmee je 8 pannenkoeken kunt bakken. Met hoeveel moeten jullie de hoeveelheden uit het recept vermenigvuldigen? Schrijf hieronder de som en de uitkomst op. b Reken uit hoeveel jullie van alles nodig hebben. Vul de tabel hieronder in. Recept voor 8 pannenkoeken 200 gram tarwebloem X gram tarwebloem 1 mespunt zout X mespunten zout 2 eieren X eieren 1/2 liter melk X liter melk 50 gram boter X gram boter c Nu gaan jullie boodschappen doen. Jullie kopen: 2 pakken tarwebloem voor 0,98 1 potje zout voor 0,34 2 pakken eieren voor 2,50 2 pakken melk voor 2,79 1 pak boter voor 1,06 1 fles stroop voor 1,24 1 pot poedersuiker voor 0,59 Hoeveel kosten jullie boodschappen in totaal?...

d Als jullie 50 pannenkoeken bakken, hoeveel moeten de pannenkoeken kosten om alle kosten terug te verdienen? TIP: Antwoord bij vraag 2c : 50 pannenkoeken prijs per pannenkoek. per pannenkoek e Jullie vragen 0,50 per pannenkoek. Vul in de tabel hieronder de opbrengsten in. Aantal pannenkoeken 5 10 15 20 25 30 35 40 Opbrengsten Voorbeeld met prijs pannenkoek 0,25: Aantal pannenkoeken 5 10 15 20 25 30 35 40 Opbrengsten 1,25 2,50 3,75 5,00 6,25 7,50 8,75 10,00 X 0,25 f Bekijk het voorbeeld van de grafiek hieronder. Dit gaat over een kraam met 0,25 opbrengst per pannenkoek en 7,50 kosten. Je ziet dat de kostenlijn in een grafiek recht is. Dit is omdat de kosten hetzelfde blijven, hoeveel pannenkoeken je ook verkoopt. De opbrengstenlijn is schuin omdat de opbrengsten meer worden als je meer pannenkoeken verkoopt. Op de plek waar de opbrengsten- en de kostenlijn elkaar kruisen, zijn de opbrengsten en de kosten gelijk. Lees in deze grafiek af bij hoeveel verkochte pannenkoeken de opbrengsten en de kosten gelijk zijn. Bij pannenkoeken. bedrag in Kosten - Opbrengsten 14,- Opbrengsten 12,- 10,- 8,- Kosten 6,- 4,- 2,- 0,- 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 aantal pannenkoeken

g h Je gaat nu de grafiek op de volgende pagina invullen. - Teken eerst jullie kostenlijn in de grafiek (antwoord vraag 2c). - Teken daarna de opbrengsten in de grafiek (antwoord vraag 2e). Bij hoeveel verkochte pannenkoeken zijn de opbrengsten en de kosten van jullie pannenkoekenkraam gelijk? Bij pannenkoeken i Als jullie minder dan het aantal pannenkoeken bij vraag 2h verkopen, lijdt jullie pannenkoekenkraam VERLIES. Verkopen jullie meer, dan maakt jullie pannenkoekenkraam WINST. Stel jullie hebben aan het einde van de dag 35 pannenkoeken verkocht. Maken jullie dan winst of verlies? En hoeveel? De pannenkoekenkraam maakt winst/ verlies (streep het FOUTE woord door). Kosten - Opbrengsten bedrag in 25,- 24,- 23,- 22,- 21,- 20,- 19,- 18,- 17,- 16,- 15,- 14,- 13,- 12,- 11,- 10,- 9,- 8,- 7,- 6,- 5,- 4,- 3,- 2,- 1,- 0,- 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 aantal pannenkoeken Opbrengsten Kosten

2a Maak een lijst met dingen die je nodig hebt voor je onderneming: de bedrijfsmiddelen. Schrijf erachter wat je denkt dat het kost. Tel de bedragen op. Heb je genoeg aan 20,-? Bedrijfsmiddelen Schatting prijs Echte prijs Totaal: b Ga met je lijstje naar het winkelcentrum en kijk waar de bedrijfsmiddelen het voordeligst zijn. Je kunt ook kijken op www.koopjespakker.nl of er toevallig bedrijfsmiddelen in de aanbieding zijn. c Misschien zijn er bedrijven die jullie bedrijf willen sponsoren. Ze geven jullie dan korting op de artikelen of geven de artikelen gratis. In ruil daarvoor noemen jullie de naam van dat bedrijf in je reclame. Welke bedrijven kun je hiervoor vragen?

d Een speciaalzaak is vaak duurder dan een warenhuis of supermarkt. Waarom kopen mensen er dan toch? e Een merkartikel is vaak duurder dan een niet-merkartikel. Waarom kopen mensen het dan toch? f Kies waar jullie je bedrijfsmiddelen gaan kopen. Vul de echte prijzen in bij de tabel. Tel de bedragen op. Wat is het verschil tussen het totale bedrag van de geschatte prijzen en het totale bedrag van de echte prijzen?