De Bloedsomloop. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.



Vergelijkbare documenten
Hart en bloedsomloop vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

BASISSTOF 1 HET BLOED OM TE ONTHOUDEN

Hart en bloedsomloop hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Naam: BLOEDSOMLOOP. Vraag 1. Waaruit bestaat bloed?

6.9. Werkstuk door E woorden 25 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou. Inhoudsopgave

Transport door het lichaam. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

SO Biologie T3: De bloedsomloop

Thema: Transport HAVO. HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Docent: A. Sewsahai

7,9. Samenvatting door een scholier 2305 woorden 16 juni keer beoordeeld. Biologie thema 3. Basistof 2

halvemaanvormige kleppen) Doordat de hartkamers het bloed met kracht wegpompen.

5,2. Antwoorden door een scholier 1376 woorden 19 februari keer beoordeeld. Basisstof 1; samenstelling van bloed

6.5. Opdracht 1. Opdracht 2. Opdracht 4. Boekverslag door K woorden 10 mei keer beoordeeld. Basisstof 1

Samenvatting Biologie Transport

Samenvatting Biologie Transport

Oefen Repetitie KGT thema Bloedsomloop

Samenvatting. Functie: zuurstof en voedingsstoffen afgeven aan de cellen, en koolstofdioxide en andere afvalstoffen opnemen in het bloed.

Hart en vaatziekten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bloed en lymfe vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bloed - CCG AH2. Dianne Gijsbertsen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting Biologie Thema 5 Transport

BLOEDSOMLOOP. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting Biologie Bloedsomloop

Bloedsomloop. Hans heijkoop; Petra Buist. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spieren vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bloed vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bij eencellige dieren transport via diffusie (over kleine afstand). Het transporteren van zuurstof en afvalstoffen (traag proces).

1) Wat is het verschil tussen de grote en kleine bloedsomloop? 2) Tot welke bloedsomloop behoren je hersenen?

Van cel tot organisme hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

VWO HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA

Bloed vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Het hart. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Van cel tot organisme vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

4,3. Samenvatting door een scholier 1547 woorden 28 februari keer beoordeeld

Spieren vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting NaSk Verbranding en ademhaling

Uitscheiding vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Het hart. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Werkstuk Biologie Bloed

Ademhalingsstelsel vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

slagaders haarvaten aders uitzonderingen Bevat kleppen - - X Aorta, longslagader Gespierde dikke wand

Opstel Biologie De Bloedsomloop (verhaal)

HANDBOEK BIOLOGIE VOOR JOU BIOLOGIE VOOR DE ONDERBOUW HAVO.VWO

Werkstuk Biologie Lichaamstelsels

Rebus maken. Marjolijn Feddema. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Uitscheiding vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Prezi les 1: Website:

Eenheden lengtematen. Miranda de Haan. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Ademhalingsstelsel vmbo-b34

Examen Voorbereiding Transport

1. We ademen om te leven

2 Patiëntspecifieke informatie Partiële Cavo Pulmonale Connectie (PCPC)

LEERWERKBOEK BIOLOGIE VOOR JOU BIOLOGIE VOOR DE ONDERBOUW VMBO-BK

Thema Ademhaling vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Hart anatomie en fysiologie

Extra: Broodje gezond hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bouw van een cel vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Afdrukken pagina 2-19 dubbelzijdig formaat A4 naar behoefte kunnen lege A4-pagina s worden tussengevoegd

HANDBOEK BIOLOGIE VOOR JOU BIOLOGIE VOOR DE ONDERBOUW VMBO-T.HAVO.VWO

Samenvatting Biologie, 8.1 t/m 8.5

Voetafdruk hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Eenheden lengtematen. Miranda de Haan. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Lijn, lijnstuk en punt vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Levenscyclus dieren vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Heel veel mensen hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Taaltaak: uitje met de ouderen (opzet)

Bloedtransfusies vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bloedtransfusie hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Menselijk Lichaam. Teslime Temur. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Thema: Dieren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Voelen: de huid hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Feedback hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9

Extra: Brandwonden hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting Biologie Biologie Hoofdstuk 9: vertering, ademhaling, verbranding, bloedsomloop

Lichaamshouding hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Kruip onder je eigen huid.

Hart = pomp --> spier --> trainen --> krans(slag)aders vertakken verder --> hart krijgt meer voedingsstoffen

Wonen - Eerste steden Middeleeuwen. VO-content StudioVO. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spijsverteringsstelsel vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Roken en longziekten vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Antwoorden Biologie Thema 2 en 3

HOEK 1: RODE BLOEDLICHAAMPJES

Afstanden vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

13 H11 Logische schakelingen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Werkstuk Biologie Roken

Bouw van zaadplanten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bouw van een cel vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Jij bent mijn ster HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Ordening - Vmbo GTL derde Klas

Kijk, zo klopt het! EEN KIJKJE IN JE HART INHOUD. Je hart? Hard nodig!

Trade not aid hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9: Hart en bloedsomloop

Microscoop vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Lichaamstaal vmbo-kgt34

Digitale kaarten vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Roken en longziekten vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Dichtheid. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Microscoop hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

VSD (Ventrikel Septum Defect)

Breuken. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

Auteur Bea Fricova Laatst gewijzigd 16 May 2015 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/58608 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.

Inhoudsopgave Introductie de Bloedsomloop Thema 1: Bloed 1.1. Samenstelling Bloed 1.2. Bloedplasma 1.3. Rode bloedcellen 1.4. Witte bloedcellen 1.5. Bloedplaatjes? Begrippen Thema 2: 2.1. De kleine en grote bloedsomloop? Begrippen Thema 3: Het Hart 3.1. De bouw van het hart? Animatie - De bouw van het hart 3.2. De werking van het hart? Begrippen Thema 4: De Bloedvaten 4.1. Het Bloedvatenstelsel 4.2. Slagaders 4.3. Haarvaten 4.4. Aders? Begrippen Opdrachten Opdracht 1: Bloed? Stap 1? Stap 2 Opdracht 2: Het Hart? Stap 1? Stap 2 Digitale oefenstof Lesstofplanner (voorbeeld) Olympiades Over dit lesmateriaal Pagina 1

Introductie de Bloedsomloop In je lichaam stroomt bloed door bloedvaten. Je hart pompt het bloed rond. De weg die het bloed door je lichaam aflegt heet de bloedsomloop. Het bloed vervoert zuurstof en koolstofdioxide. Bloed vervoert nog vele andere stoffen, onder andere voedingsstoffen en afvalstoffen. Het vervoer van stoffen heet ook wel transport. https://youtu.be/rw00kvutvwq Pagina 2

Thema 1: Bloed Bij de studie van de verschillende stelsels bij mens en dier hebben jullie je waarschijnlijk de vraag gesteld hoe bepaalde stoffen tussen organen en weefsels vervoerd worden. Hoe geraken bijvoorbeeld voedingsstoffen van het darmkanaal in alle levende cellen van het lichaam? Hoe kan iedere cel haar afvalstoffen afvoeren naar de uitscheidingsorganen? Wanneer je bijvoorbeeld bij een valpartijtje ooit de huid op je knieën of ellebogen geschaafd hebt, heb je gemerkt dat een rode vloeistof, bloed, naar buiten vloeide. Hopelijk moest er geen dokter bij te pas komen en stopte het bloeden vanzelf na verloop van tijd. https://youtu.be/2trh96ipue4 1.1. Samenstelling Bloed Bloed is een vloeistof die door het lichaam stroomt. Een volwassen mens heeft ongeveer 56 liter bloed. Dit is ongeveer 7.5% van het van het gewicht van het lichaam. Ongeveer de helft van het bloed bestaat uit een lichtgele vloeistof: het bloedplasma. Hierin zitten de voedingsstoffen, afvalstoffen en koolstofdioxide opgelost. De andere helft van het bloed bestaat uit bloedcellen en bloedplaatjes. Er zijn 2 typen bloedcellen. - Rode bloedcellen vervoeren de zuurstof. - Witte bloedcellen vernietigen bacteriën en andere ziekteverwekkers die je lichaam binnengedrongen zijn. Wondjes gaan dicht omdat de bloedplaatjes aan de wond vastplakken. Er ontstaat een netwerk van draden. Dit vormt een korstje en na een tijdje is de wond genezen. Pagina 3

1.2. Bloedplasma Bloedplasma bestaat voor 7% uit eiwitten (plasma-eiwitten) en voor 91% uit water. De rest van het bloedplasma bestaat uit stoffen die in het water zijn opgelost (onder andere zouten ). Een van plasma-eiwitten is fibrinogeen. Fibrinogeen vervult een functie bij de bloedstolling. Bloedplasma vervoert vele stoffen, zoals zuurstof (een klein beetje), voedingsstoffen, koolstofdioxide en andere afvalstoffen. 1.3. Rode bloedcellen Rode bloedcellen (zie afbeelding 1) hebben de vorm van kleine ronde schijfjes. Ze zijn in het midden iets dunner dan aan de rand (zie afbeelding 2). Rode bloedcellen hebben geen celkern. Rode bloedcellen vervoeren zuurstof. Ze bevatten een rode kleurstof: hemoglobine. Door hemoglobine kunnen de rode bloedcellen gemakkelijk zuurstof opnemen en afgeven. In de longen nemen rode bloedcellen zuurstof op. In andere organen geven de rode bloedcellen zuurstof af. Per mm3 bloed komen gemiddeld 5 000 000 rode bloedcellen voor. Afb.1 Pagina 4 Afb.2

1.4. Witte bloedcellen Witte bloedcellen hebben een celkern ( zie afbeelding). De witte bloedcellen hebben geen vaste vorm en daardoor kleine openingen in de wand van de kleinste bloedvaten heen kunnen. Witten bloedcellen maken ziekteverwekkers (bijvoorbeeld bacteriën) onschadelijk door ze in te sluiten of door antistoffen te maken. Per mm3 bloed komen gemiddeld 7000 witte bloedcellen voor. 1.5. Bloedplaatjes Bloedplaatjes (zie afbeelding) zijn geen cellen, maar delen van uiteengevallen cellen. Ze hebben geen celkern. Bloedplaatjes spelen een rol bij de bloedstolling. Ze bevatten stoffen die ervoor zorgen dat het buiten de bloedvaten stolt. Bij deze stolling spelt ook het bloedplasma een rol. Soms kan het bloed ook binnen de bloedvaten stollen. Er ontstaat dan een bloedprop in een bloedvat. Dit heet trombose. Soms kan zo n bloedprop een bloedvat sluiten, waardoor het bloed niet verder kan stromen. Per mm3 bloed komen gemiddeld 300 000 bloedplaatjes voor.? Begrippen Rode bloedcellen bloedcellen die een rol spelen bij het vervoer van zuurstof en kooldioxide Witte bloedcellen bloedcellen die een rol spelen bij de afweer tegen ziekteverwerkkers Bloedplasma Pagina 5 deel van het bloed dat bestaat uit water met opgeloste voedingsstoffen en afvalstoffen

Bloedplaatjes onderdeel van bloed dat een rol speelt bij de stolling van bloed Zuurstofarm weinig zuurstof Zuurstofrijk veel zuurstof Hemoglobine rode kleurstof (eiwit) in rode bloedcellen Haarvaten klienste bloedvaten Fibrinedraden draden die gevormd worden door bloedplaatjes voor het opvangen van rode bloedcellen, samen vormt het een korstje Pagina 6

Thema 2: Het hart pompt het bloed rond via de bloedvaten. De bloedvaten vormen een soort buizensysteem, door het hele lichaam heen. Dit systeem wordt de bloedsomloop genoemd. De bloedsomloop bestaat uit twee delen: de kleine bloedsomloop en de grote bloedsomloop. https://youtu.be/pulytfpp5dc 2.1. De kleine en grote bloedsomloop De kleine bloedsomloop De kleine bloedsomloop zorgt ervoor dat zuurstof in het bloed wordt opgenomen en koolzuur wordt afgegeven. De kleine bloedsomloop begint in de rechterhelft van het hart, loopt via de rechterlong en de linkerlong en eindigt ook weer in het hart. In de longen wordt zuurstof en koolzuur uitgewisseld. De grote bloedsomloop Via de grote bloedsomloop wordt zuurstof en voedingstoffen naar alle delen van het lichaam gebracht. De grote bloedsomloop begint in de linkerhelft van het hart, en eindigt daar. Via de aorta (grote lichaamsslagader) pompt het hart bloed het lichaam in. De organen nemen zuurstof en voedingsstoffen uit het bloed op. Afvalstoffen, waaronder koolzuur, worden gelijktijdig aan het bloed afgegeven. Deze afvalstoffen worden naar de organen toegebracht die ze verder kunnen afbreken, zo verlaten ze het lichaam via de urine en ontlasting. Per omloop stroomt het bloed twee keer door het hart. De bloedsomloop bij de mens noemen we dan ook een dubbele bloedsomloop. Pagina 7

? Begrippen Kleine bloedsomloop bloedsomloop van het hart richting de longen en terug naar het hart Grote bloedsomloop bloedsomloop van het hart richting de organen en terug naar het hart Dubbele bloedsomloop kleine en grote bloedsomloop samen Pagina 8

Thema 3: Het Hart Het hart is in een grote spier en ligt in de borstholte, tussen de longen. Het hart ligt meer aan de linkerkant dan aan de rechterkant van het borstbeen. Het steekt slechts ongeveer 2 cm uit aan de rechterkant. Het rust als het ware op het middenrif en hangt enigszins aan de grote bloedvaten die uit het hart komen. Het hart is omgeven door een vlies, het hartzakje. Een hart van een volwassene weegt ongeveer 300 gram en is zo groot als een vuist. https://youtu.be/jo-kshcircq 3.1. De bouw van het hart In de afbeelding 1.1 is het hart schematisch getekend. Het hart is een sier die van binnen hol is. Die spier verbruikt zuurstof en voedingsstoffen (zoals glucose) bij de verbranding. Daarbij komen koolstofdioxide en andere afvalstoffen vrij. Over het hart lopen bloedvaten (zie afbeelding 1.1). Dat zijn kransslagaders en kransaders. Door de kransslagaders stroomt bloed dat rijk is aan zuurstof en voedingsstoffen, naar de hartspier. De kransslagaders zijn aftakkingen van de aorta ( zie afbeelding 1.1 ). Door de kransaders stroomt bloed dat rijk is aan koolstofdioxide en andere afvalstoffen, weg van de hartspier. De kransaders monden rechtstreek uit in de rechterboezem ( zie afbeelding 1.1 ). De bloedvaatjes die de kransslagaders met de kransaders verbinden zijn in afbeelding 1.1 niet getekend. Pagina 9

Afb. 1.1 Afb. 1.2 In afbeelding 2 is een lengtedoorsnede van het hart schematisch getekend. Iedere harthelft bestaat uit twee delen: een boezem en een kamer. De boezems zitten als een soort zakje op de kamers. De harttussenwand vormt de scheiding tussen de linkerhelft en de rechterhelft van het hart. Het bloed dat van de organen in het lichaam wegstroomt, is zuurstofarm. Het bloed dat van de organen in het hoofd en de armen afkomt, stroomt het hart binnen via de bovenste holle ader. Het bloed dat van de organen in de romp en de benen afkomt, stroomt het hart binnen via de onderste holle ader. Beide holle aders monden uit in de rechterboezem. Van de rechterboezem stroomt het bloed naar de rechterkamer. De rechterkamer pompt het bloed in de longslagader. De longslagader splitst zich in twee bloedvaten: één naar elke long. In de longen wordt het bloed zuurstofrijk. Dit bloed stroomt via de longaders terug naar het hart. De longaders monden uit in de linkerboezem. Van de linkerboezem stroomt het bloed naar de linkerkamer. De linkerkamer pompt het bloed in de aorta. Via aftakkingen van de aorta stroomt het bloed naar de organen van het lichaam. Daar wordt van het bloed zuurstofarm. Door de onderste en bovenste holle aders stroomt het bloed weer terug naar het hart. Afb. 2 Boezems en kamers zijn van elkaar gescheiden door Pagina 10

hartkleppen. Deze verhinderen dat het bloed terugstroomt van de kamers naar de boezems ( zie afbeelding 2 ). Aan het begin van de longslagaders en aorta bevinden zich halvemaanvormige kleppen. Zij verhinderen dat het bloed terugstroomt in de kamers ( zie afbeelding 2 ).? Animatie - De bouw van het hart Het virtuele hart laat je de bouw en de werking van het hart zelf ontdekken. Klik op het hartje om de animatie te bekijken. 3.2. De werking van het hart De hartspier van een volwassene trekt zich gemiddeld 70 keer per minuut samen. We noemen dat een hartslag van 70. Bij de werking van het hart zijn drie fasen te onderscheiden die elkaar steeds opvolgen. In afbeelding 3 zijn deze fasen schematisch weergegeven. Let op de stand van de hartkleppen en van de halvemaanvormige kleppen. De hartslag begint als de boezems zijn volgestroomd met bloed uit de holle aders en longaders. Het samentrekken van de boezems vindt in beide harthelften gelijktijdig plaats. Het bloed stroomt hierdoor de kamers in ( zie fase 1 ). De kamers zijn ontspannen. Als de kamers zijn volgestroomd met bloed, vindt het samentrekken van de kamers plaats ( zie fase 2 ). De hartkleppen slaan dicht en verhinderen dat het bloed terugstroomt in de boezem. De druk in de kamers stijgt. Als de druk in de kamers hoger is geworden dan de druk in de aorta en in de longslagaders, worden de halvemaanvormige kleppen opengeduwd. Het bloed wordt tegelijkertijd in de aorta en in de longslagader gepompt. ( zie fase 2 ). Tijdens het samentrekken van de kamers zijn boezem ontspannen. Hierna vindt hartpauze plaats. Zowel boezems als kamers zijn ontspannen. Het bloed stroomt uit de holle aders en longaders in de boezems en gedeeltelijk al door in de kamers ( zie fase 3 ). De halvemaanvormige kleppen zijn gesloten. Daardoor kan het bloed uit de longslagaders en de aorta niet terugstromen naar de kamers. Hierna volgt weer het samentrekken van de boezems. Pagina 11

Afb. 3? Begrippen Kleine bloedsomloop bloedsomloop van het hart richting de longen en terug naar het hart Grote bloedsomloop bloedsomloop van het hart richting de organen en terug naar het hart Hartslag pompbeweging van het hart Kransslagader twee slagaders die zuurstofrijk bloed naar het hart zelf vervoeren Kransader ader sie zuurstofarm bloed van het hart zelf afvoert Linkerkamer ruimte van het hart waarmee het hart bloed de aorta in pompt Rechterkamer ruimte van het hart waarmee het hart bloed de longslagader in pompt Linkerboezem ruimte van het hart waarmee het hart bloed de linkerkamer in pompt Rechterboezem ruimte van het hart waarmee het hart bloed de rechterkamer in pompt Dubbele bloedsomloop kleine en grote bloedsomloop samen Pagina 12

Thema 4: De Bloedvaten Het bloedvatstelsel bestaat uit twee soorten aders: slagaders en aders. Slagaders vervoeren zuurstofrijk bloed van het hart naar alle delen van het lichaam. De aders brengen zuurstofarm bloed vanuit het lichaam naar het hart. Alleen in het geval van de longader en de longslagader geldt dit niet. De longslagader loopt van het hart naar de longen en vervoert zuurstofarm bloed. De longader brengt zuurstofrijk bloed van de longen naar het hart. Net als het hart bevatten ook de aders en de slagaders kleppen die ervoor zorgen dat het bloed maar een kant opstroomt. 4.1. Het Bloedvatenstelsel Pagina 13

Om bloed bij de cellen van spieren en organen te krijgen, is het hart aangesloten op 100.000 kilometer bloedvaten. De bloedvaten takken bij het hart in een aantal hoofdstromen af en lopen vervolgens verder door het hele lichaam. Hoe verder ze van het lichaam afkomen, hoe fijnmaziger het netwerk van vaten wordt en hoe dunner de buizen worden. Uiteindelijk loopt het stelsel uit in een zeer fijn netwerk van haarvaten dat het hele lichaam omspant. 4.2. Slagaders De slagaders komen (via de aorta) bijna direct uit het hart. De aorta zelf is de grootste slagader in ons lichaam. De druk in deze bloedvaten is erg hoog (bloeddruk), omdat het bloed direct vanuit het hart de slagaders instroomt. Daarom zijn slagaders erg stevig en gespierd. Ze krijgen steeds stootsgewijs (door de hartslagen) bloed aangeleverd. Om deze afwisselende hoeveelheden aan te kunnen moeten ze ook erg elastisch zijn. De hoge druk in een slagader wordt ook wel systolische druk genoemd en de lage druk diasystolische druk. De hoge druk in de slagaders betekent ook dat er veel bloed verloren wordt als een slagader beschadigd is. Om beschadiging te voorkomen liggen slagaders dieper verscholen dan aders. Plaatsen waar dit niet het geval is (hals, pols) zijn dan ook zwakke plekken bij mens en dier. Je kunt het uitzetten en terugveren van een slagader voelen aan je pols (de Pagina 14

polsslag). 4.3. Haarvaten De wand van de haarvaten is maar één cellaag dik, het endotheel. Dit is de plaats waar de uitwisseling van stoffen tussen het bloed en de weefselvloeistof plaatsvindt. Aangezien er in organen meestal een overschot is aan koolstofdioxide en afvalstoffen en een tekort aan voedingsstoffen en zuurstof vindt de meeste uitwisseling van stoffen automatisch plaats. Dit gebeurt door middel van diffusie. 4.4. Aders Pagina 15

De aders zijn de vaten die het bloed terugbrengen naar het hart. Ze zijn groter dan slagaders, maar bevatten veel minder glad spierweefsel. Dit komt doordat de druk (en het drukverschil) in de aders veel kleiner is dan in de slagaders. Het bloed stroomt hierdoor trager, om toch dezelfde hoeveelheid te kunnen vervoeren is er dus een groter vat nodig. De aders liggen meestal minder diep in het lichaam. Pagina 16

Veel aders bevatten kleppen, vooral de aders in armen en benen. De aderkleppen laten het bloed slechts in een richting door. Hierdoor helpen de kleppen mee het bloed terug te voeren naar het hart. Ze voorkomen sat het bloed terugstroomt naar de organen. In de slagaders komen geen kleppen voor, behalve dan het halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en aorta.? Begrippen Bloedvatenstelsel Orgaanstelsel bestaat uit hart, aders, slagaders en haarvaten Zuurstofrijk bloed Bloed met veel zuurstof Zuurstofarm bloed Bloed met weinig of geen zuurstof Zuurstofarm bloed Haarvaten Bloed met weinig of geen zuurstof Vervoert bloed richting longen en andere organen in het lichaam, dikke gespierde wand Bloedvaten met dunne wand waardoor zuurstof bij de cellen komt en afvalstoffen afgevoerd worden Aorta Grote lichaamsslagader van het hart naar de organen Krans(slag)aders Twee slagaders die zuurstofrijk bloed naar het hart zelf vervoeren Holle aders Twee aders die zuurstofarm bloed van de organen richting het hart vervoeren Poortader Ader die zuurstofarm bloed vervoert van de darmen naar de lever Slagader Pagina 17

Pagina 18

Opdrachten Opdracht 1: Bloed Groepsgrootte Stap 1 doe je alleen. Het practicum microscopie (stap 2) doe je in tweetallen, maar de tekeningen maak je alleen. Benodigdheden Microscoop Kant en klaar preparaat bloed (gesteriliseerd) Werkblad Bloed kn.nu/ww.ccfeb63 (doc, maken.wikiwijs.nl) Practicum Bloedcellen kn.nu/ww.6f718d9 (doc, maken.wikiwijs.nl) Tijd 2 lesuren? Stap 1 Bloed kn.nu/8f3sw Samenstelling bloed 8. Wat is de functie van de witte bloedcellen? a. Zuurstof en koolstofdioxide vervoeren. b. Wondjes dichten. c. Bacteriën en virussen bestrijden. 5. Het bloedplasma bestaat voor het grootste deel uit: Pagina 19

a. rode bloedcellen b. witte bloedcellen c. eiwitten d. water 6. Bloed met veel koolstofdioxide is: a. Lichtrood gekleurd b. Donkerrood gekleurd 3. Hoeveel bloed stroomt er ongeveer door je lichaam? a. 1 liter b. 3 liter c. 5 liter d. 7 liter 4. Als je bloed 10 minuten laat staan, ziet het er zo uit als op de afbeelding hiernaast. Maak van de namen de juiste volgorde. Pagina 20

a. bloedplasma b. bloedplaatjes c. witte bloedcellen d. rode bloedcellen 2. Bij zo'n wond komt er dus bloed uit het lichaam. Ken je de belangrijkste onderdelen van het bloed eigenlijk al? Kies de juiste volgorde van de afbeeldingen. a. witte bloedcellen, rode bloedcellen, bloedplaatjes b. witte bloedcellen, bloedplaatjes, rode bloedcellen c. rode bloedcellen, bloedplaatjes, witte bloedcellen d. rode bloedcellen, witte bloedcellen, bloedplaatjes e. bloedplaatjes, witte bloedcellen, rode bloedcellen f. bloedplaatjes, rode bloedcellen, witte bloedcellen 9. Welke delen uit het bloed zorgen voor het korstje op de wond? a. Bloedplaatjes. b. Witte bloedcellen. c. Rode bloedcellen. 1. Beamtwoord de volgende vragen: 1. Lara snijdt in haar vinger en de wond begint te bloeden. Welk bloed deeltje zorgt voor de rode kleur van bloed? a. De rode bloedcellen b. Het bloedplasma c. De witte bloedcellen 11. Joan snijdt zichzelf aan een mesje. Bloed stroomt uit het bloedvat. proberen de wond binnen te dringen. Pagina 21

bloedcellen vernietigen bacteriën. De maken een netwerk van. Het netwerk vangt bloedcellen op die naar buiten stromen. Samen vormt dit het op de wond. 10. Na een tijdje ontstaat op een wond een korstje. Hier zie je zo'n korstje 1000x afgebeeld: Maak van de zinnen de juiste volgorde. a. De rode bloedcellen barricaderen de uitgang, zodat je bloed er niet langs kan. b. De witte bloedcellen vernietigen de bacterien. c. De bloedplaatjes en het plasma zorgen dat het bloed bij de wond draadjes maakt. 7. De stof die de kleur van de rode bloedcellen veroorzaakt is: a. Hemoglobine b. Ijzer c. Koper? Stap 2 Pagina 22

Tijdens het practicum bekijk je zelf bloed onder de microscoop. Lees het Practicum bloedcellen door voordat je begint. Maak op de juiste plekken in het werkblad 2 tekeningen van 2 rode bloedcellen die je onder de microscoop ziet (een van opzij en een van bovenaf). Maak ook 2 tekeningen van 2 verschillende witte bloedcellen. Benoem de onderdelen (celmembraan, celplasma en celkern als die er is). Beantwoord de vragen. Beoordeel je tekening zelf met de criteria. Lever het werkblad Bloed in. Opdracht 2: Het Hart Groepsgrootte Stap 1 doe je alleen. Het practicum in stap 2 doe je in tweetallen. Benodigdheden Closetrol Bloeddrukmeter Werkblad Tijd Voor deze opdracht heb je 2 lesuren de tijd.? Stap 1 Pagina 23

Het hart van iemand is ongeveer even groot als zijn vuist. Waar zit je hart en hoe groot is het? Opdracht Bal je hand tot een vuist en meet hoe vaak hij past in de breedte van je lichaam. Houd de vuist voor je eigen lichaam op de plek waar jij denk dat je hart zit. Vergelijk met de torso. Klopt dat? Opdracht Teken of zoek een afbeelding van het hart op het werkblad. Denk aan de juiste grootte. Plak het op de juiste plek in het lichaam.? Stap 2 Voel je hart Het hart maakt geluid. Een arts luistert naar de geluid die het hart maakt met een stethoscoop. Je kunt het geluid ook horen als je oor op iemand borst legt. Als schakel er tussen gebruik je een closetrolkokertje. Hoe klinkt het har? Luister naar het geluid en vergelijk dit geluid met het geluidsfragment. Hoor je hetzelfde? Als het goed is hoor je: 2 tikjes een pauze 2 tikjes een pauze enz. http://maken.wikiwijs.nl/userfiles/fafd5eefbc23c4ce917b7055b5cd5ca27f4da1a4.mp3 Pagina 24

Hartslag voelen Test Voel bij jezelf een in de hals of op de pols. Houd je vingers in het kuiltje aan duimkant van de pols. Voel je daar je eigen hartslag? Practicum Wat gebeurt er met de hartslag wanneer je vanuit rust sneller gaat bewegen? Lees op het werkblad de werkwijze. Noteer de resultaten en conclusie. Bespreek het na met de docent. Pagina 25

Digitale oefenstof Oefentoets: Bloedsomloop kn.nu/ww.d45f741 (biologiepagina.nl) Oefentoets: Werking van het hart kn.nu/ww.3577635 (biodesk.nl) Interactieve proeftoets voor hele klas (Kahoot): Bloed en Hart kn.nu/ww.dfa088c (play.kahoot.it) Interactieve toets voor hele klas. (via www.kahoot.it) Pagina 26

Lesstofplanner (voorbeeld) Hier kunnen de leerlingen hun lesplanner per klas downloaden: (het is een voorbeeld van een lesplanner) Downloads: klas 2HA (lessen donderdag en vrijdag) : Lesstofplanner klas 2HA kn.nu/ww.4005801 (xlsx, maken.wikiwijs.nl) Pagina 27

Olympiades De olympiades zijn jaarlijkse wedstrijden in exacte vakken waar alle scholieren in de bovenbouw van havo en vwo aan mee kunnen doen. Het gaat om de volgende olympiades: International Junior Science Olympiad (IJSO) European Union Science Olympiad (EUSO) Aardrijkskunde Olympiade Biologie Olympiade Informatica Olympiade Natuurkunde Olympiade Scheikunde Olympiade Wiskunde Olympiade Hoe gaat het in zijn werk? Door de olympiades wordt in oktober één pakket gezamenlijk folder- en postermateriaal naar scholen verzonden. Leerlingen kunnen zich dan (via hun docent) aanmelden voor een nationale olympiade. Alle olympiades starten met een eerste ronde waar een toets op school wordt afgenomen. Over het algemeen vindt er daarna een tweede ronde plaats en vervolgens een eindronde (bij aardrijkskunde alleen een eindronde). Bij de meeste olympiades plaatsen de winnaars van de eindronde zich voor de internationale olympiade en volgen zij hiervoor nog een korte training. Bij wiskunde is er na de eindronde eerst nog een uitgebreid trainingsprogramma van zeven maanden en worden daarna pas de teamleden voor de internationale olympiade geselecteerd. Downloads: Beschrijving van de olympiade (421 KB) Links: Biologie Olympiade Pagina 28

Antwoorden Antwoorden: Bloed 8. Wat is de functie van de witte bloedcellen? 1. Zuurstof en koolstofdioxide vervoeren. 2. Wondjes dichten. 3. Bacteriën en virussen bestrijden. Aantal punten juist antwoord: 1 5. Het bloedplasma bestaat voor het grootste deel uit: 1. rode bloedcellen 2. witte bloedcellen 3. eiwitten 4. water Aantal punten juist antwoord: 1 6. Bloed met veel koolstofdioxide is: 1. Lichtrood gekleurd 2. Donkerrood gekleurd Aantal punten juist antwoord: 1 3. Hoeveel bloed stroomt er ongeveer door je lichaam? 1. 1 liter 2. 3 liter 3. 5 liter 4. 7 liter Pagina 29

Aantal punten juist antwoord: 1 4. Als je bloed 10 minuten laat staan, ziet het er zo uit als op de afbeelding hiernaast. Maak van de namen de juiste volgorde. 1. a: bloedplasma 2. b: bloedplaatjes 3. c: witte bloedcellen 4. d: rode bloedcellen Aantal punten juist antwoord: 1 2. Bij zo'n wond komt er dus bloed uit het lichaam. Ken je de belangrijkste onderdelen van het bloed eigenlijk al? Kies de juiste volgorde van de afbeeldingen. 1. witte bloedcellen, rode bloedcellen, bloedplaatjes 2. witte bloedcellen, bloedplaatjes, rode bloedcellen 3. rode bloedcellen, bloedplaatjes, witte bloedcellen 4. rode bloedcellen, witte bloedcellen, bloedplaatjes 5. bloedplaatjes, witte bloedcellen, rode bloedcellen 6. bloedplaatjes, rode bloedcellen, witte bloedcellen Aantal punten juist antwoord: 1 9. Welke delen uit het bloed zorgen voor het korstje op de wond? Pagina 30

1. Bloedplaatjes. 2. Witte bloedcellen. 3. Rode bloedcellen. Aantal punten juist antwoord: 1 1. Beamtwoord de volgende vragen: 1. Lara snijdt in haar vinger en de wond begint te bloeden. Welk bloed deeltje zorgt voor de rode kleur van bloed? 1. De rode bloedcellen 2. Het bloedplasma 3. De witte bloedcellen Aantal punten juist antwoord: 1 11. Joan snijdt zichzelf aan een mesje. Bloed stroomt uit het bloedvat. proberen de wond binnen te dringen. bloedcellen vernietigen bacteriën. De maken een netwerk van. Het netwerk vangt bloedcellen op die naar buiten stromen. Samen vormt dit het op de wond. Juist antwoord: 11. Joan snijdt zichzelf aan een mesje. Bloed stroomt uit het bloedvat. Bacteriën (alternatieven: Bacterien) proberen de wond binnen te dringen. Witte bloedcellen vernietigen bacteriën. De bloedplaatjes maken een netwerk van fibrinedraden. Het netwerk vangt rode bloedcellen op die naar buiten stromen. Samen vormt dit het korstje op de wond. Pagina 31

Aantal punten juist antwoord: 5 10. Na een tijdje ontstaat op een wond een korstje. Hier zie je zo'n korstje 1000x afgebeeld: Maak van de zinnen de juiste volgorde. 1. c: De bloedplaatjes en het plasma zorgen dat het bloed bij de wond draadjes maakt. 2. a: De rode bloedcellen barricaderen de uitgang, zodat je bloed er niet langs kan. 3. b: De witte bloedcellen vernietigen de bacterien. Aantal punten juist antwoord: 1 7. De stof die de kleur van de rode bloedcellen veroorzaakt is: 1. Hemoglobine 2. Ijzer 3. Koper Aantal punten juist antwoord: 1 Pagina 32

Over dit lesmateriaal Colofon Auteur Bea Fricova Laatst gewijzigd 16 May 2015 om 21:31 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau HAVO 2; Leerinhoud en doelen Biologie; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Bronnen Bron Type Oefentoets: Bloedsomloop http://www.biologiepagina.nl/2en3/bloedsomloop/oefentoets/oefentoetsbloedsomloop.htm Link Oefentoets: Werking van het hart http://biodesk.nl/bloed/puzzel-hart.swf Link Interactieve proeftoets v... (Kahoot): Bloed en Hart https://play.kahoot.it/#/lobby?quizid=28e86a39-03b7-419b-bc0a-a99ff36a935b Link Pagina 33