Spieren vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie

1 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 05 April 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.

2 Inhoudsopgave Theorie Kennisbank Toepassingen Spieren van een kip Spierpijn Spieren in het grote geheel Verwerken Examenopgave Antwoorden Toepassingen Over dit lesmateriaal Pagina 1

3 Theorie Kennisbank Het spierstelsel zorgt samen met het beenderenstelsel (geraamte) ervoor dat je kunt bewegen. Je kunt je spieren trainen om groter en sterker te worden. Wanneer je je spieren een tijdje niet gebruikt, worden ze slap. Denk maar aan iemand die een tijdje zijn been in het gips heeft gehad. Bekijk het filmpje: Bestudeer uit de Kennisbank biologie het onderdeel 'Spieren'. KB: Spieren Test je kennis Beantwoord de volgende vragen over de theorie in de Kennisbank. Spieren kn.nu/5w4b6 1 van 11 Je lichaam telt meer dan 600 spieren. Welke spieren vind je in je arm? Pagina 2

4 a. biceps b. triceps c. quadriceps d. hamstrings 2 van 11 Welke woorden passen op de lege plaatsen? Als de armbuigspier samentrekt, wordt de onderarm..1.. getrokken. De arm wordt dan..2.. a. 1 = omlaag, 2 = gebogen b. 1 = omlaag, 2 = gestrekt c. 1 = omhoog, 2 = gebogen d. 1 = omhoog, 2 = gestrekt 3 van 11 Spieren waarvan de werking een tegensteld effect heeft noem je... a. actieve spieren. b. antagonisten. c. biceps en triceps. d. tegengestelde pezen. 4 van 11 Een ander woord van armbuigspier is ook wel... a. monoceps. b. biceps. c. triceps. d. quadriceps. 5 van 11 Juist of onjuist? Spieren kunnen samentrekken, pezen niet. a. juist b. onjuist 6 van 11 Juist of onjuist? Door spieren te trainen worden ze langer. a. juist b. onjuist Pagina 3

5 7 van 11 Welk type zenuwstelsel kan een spier laten bewegen? a. schakelcel b. gevoelszenuwcel c. bewegingszenuwcel 8 van 11 Bij welke letter is een pees aangegeven a. a b. b c. c d. d 9 van 11 Bij welke letter is een enkele spiervezel aangegeven? a. a b. b c. c d. d Pagina 4

6 10 van 11 De spieren a, b en c trekken samen. Welke hand geeft de beweging goed aan? a. 1 b. 2 c van 11 Bekijk de afbeelding. Wat gebeurt er als spier d zich samentrekt? Pagina 5

7 a. Het heupgewicht buigt zich. b. Het heupgewicht strekt zich. c. Het kniegewicht buigt zich. d. Het kniegewicht strekt zich. Pagina 6

8 Toepassingen Spieren van een kip Het spierstelsel van kippen lijkt op dat van mensen. Je onderzoekt in dit practicum de spieren in de vleugel van een kip. Je bekijkt aan welke botten die spieren vastzitten en op welke manier. Succes. Download nu het practicum spieren van een kip. Lees het practicum een keer helemaal door. Zoek de benodigdheden bij elkaar. Voer het practicum uit zoals beschreven onder de werkwijze. Beoordeel eerst zelf (eventueel samen met een klasgenoot) de schematische tekeningen. Laat de tekening vervolgens beoordelen door je docent. Spierpijn Pagina 7

9 Bekijk het filmpje: Hoe voorkom je spierpijn? In tweetallen. a. Verklaar waarom het doen van een warming-up en cooling-down, volgens het filmpje, goed is om spierpijn tegen te gaan. Toch is hier in de wetenschap geen bewijs voor gevonden. Wat een warming-up wel doet, is je lichaam klaar maken voor lichamelijke inspanning. En bij een cooling-down wordt je lichaam weer rustig. b. Op welke manieren wordt je lichaam klaar gemaakt voor bij het doen van een warming-up? c. Bedenk (of zoek op) drie warming-up en drie cooling-down oefeningen. Doe de oefeningen met een andere tweetal en wissel de rollen daarna om. Spieren in het grote geheel Je hebt voor deze opdracht de onderdelen uit de onderstaande Kennisbank nodig. KB: Verteren a. Wat merk je aan je lichaam als je lichamelijk gaat inspannen? Maak eens 20 kniebuigingen en merk op wat er gebeurt. b. Bekijk het filmpje: Om lichamelijke inspanning te leveren is energie nodig. Bij de verbranding van brandstof in de cellen ontstaat energie. Een deel hiervan is warmte. Je hebt gezien dat bij lichamelijke inspanning de lichaamstemperatuur toeneemt. Een ander deel van de energie wordt omgezet in bewegingsenergie in je spieren. Brandstof en zuurstof worden door de bloedvaten naar de spiercellen vervoerd. Het ademhalingsstelsel, spijsverteringsstelsel en bloedvatenstelsel werken dus goed samen bij lichamelijke inspanning. c. Zet de orgaanstelsels in een overzichtelijk schema onder elkaar. Noteer achter elk orgaanstelsel de organen die hierbij een belangrijke rol spelen. d. Zet dan bij elk genoemd orgaan wat er gebeurt bij lichamelijke inspanning. Pagina 8

10 Verwerken Examenopgave Beantwoord ter afsluiting van dit onderdeel de volgende examenvragen. VMBO BB Vraag 8 VMBO BB Vraag 35 VMBO BB Vraag 38 VMBO KB Vraag 18 VMBO KB Vraag 19 Pagina 9

11 Antwoorden Toepassingen Toepassing: Spieren in het grote geheel a. Je gaat sneller ademhalen, je wordt rood, je wordt warmer en gaat misschien zweten. d. Het antwoord kan er zo uitzien: Orgaanstelsel Organen Bij lichamelijke inspanning Ademhalingsstelsel longen Sneller ademhalen, zuurstof bloed in, koolstofdioxide bloed uit. Spijsverteringsstelsel Dunne darm Opname van glucose in bloed. Bloedvatenstelsel Hart gaat sneller kloppen, bloed gaat sneller Hart, slagaders, stromen, haarvaten worden wijder. aders en haarvaten Het bloed vervoert zuurstof en glucose naar de spiercellen, en voert weer afvalstoffen en koolstofdioxide af van de spiercellen. Pagina 10

12 Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 05 April 2016 om 11:50 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3; Leerinhoud en Biologie; Instandhouding en ontwikkeling; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 1 uur en 30 minuten Pagina 11