Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Paul Wagemakers 29 March 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/73734 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.
Inhoudsopgave Inleiding Opdrachten Songteksten /Lyrics Melodie Begeleiding hulpmiddelen Over dit lesmateriaal Pagina 1
Inleiding In deze wiki leer je om je eigen lied te schrijven. Of het echt een hit wordt zullen we wel zien. Eigenlijk is dat nog niet zo heel belangrijk. Des te belangrijker is het creatieve proces leren op gang te brengen. Hoe kom je aan een idee, en hoe werk je je idee uit tot een volwaardig lied. Veel plezier met deze cursus Pagina 2
Opdrachten Songteksten /Lyrics Popvorm. Veel liedjes in de megatop 50 zijn vergelijkbaar qua vorm. Natuurlijk is de tekst anders, en hebben ze een ander ritme, melodie en begeleiding. Wat vaak hetzelfde is is de vorm. Die vorm bestaat uit een bepaalde volgorde van de onderstaande blokken. De definitie wordt per blok uitgelegd in de tabel hieronder: Onderdelen Naam Intro Couplet Refrein Brug Outtro Subrefrein Subcouplet Interlude Solo Omschrijving Het begin van een lied. Kan kalm zijn, of een?gedeelte van het liedje wat nog komt, bijvoorbeeld het refrein. Het is altijd herkenbaar. Het verhaal. In een aantal gedeelten wordt het verhaal verteld. Meestal is de muziek wat rustiger dan de rest van het nummer. De aandacht gaat echt naar het verhaal. Een goed in het gehoor liggend, herkenbaar?herhalend in tekst stuk muziek met een gimick:?een klank die terugkomt, kan gezongen zijn of?een opvallend instrument. De moraal van het verhaal. De les, waar het nou eigenlijk om gaat. Qua muziek is de sfeer net iets anders. Vaak iets serieuzer dan het?couplet. De akkoorden zijn ook anders. Het eind aan het nummer. Of het is een knallend?eind (vaak in live situaties) of het lied gaat?uit als een nachtkaarsje.? Een overgang tussen het couplet en het refrein?waarvan de tekst iedere keer hetzelfde is. Een overgang tussen het couplet en het refrein?waarvan de tekst iedere keer anders is. Een instrumentaal opvulstuk Een stuk in het lied waar een van de instrumenten op de voorgrond treedt. Vaak saxofoon, gitaar of toetsen. Standaardvorm Pagina 3
Natuurlijk zijn er heel veel liedjes toch net even anders, maar de meeste liedjes lijken heel erg op het bovenstaande stramien. Opdracht: Je gaat een verhaal schrijven bij een foto. Je kan op verschillende manieren te werk gaan: 1. Je beschrijft wat je ziet. Je stuit op een interessant detail en gaat daar op in. Waarom is het daar, wat deed het hiervoor en wat gaat het in de toekomst doen. etc. 2. Je beschrijft het mogelijke leven van een van de hoofdpersonen. Wat zou hij aan het doen zijn en waarom. -> Schrijf 10 minuten aan een stuk zonder te praten of tip-ex te gebruiken. Er bestaan geen fouten. Schrappen kan altijd nog, Kijk naar een van de volgende plaatjes die als inspiratie kunnen dienen. Lees je tekst nog eens goed door. Zit er een bruikbaar stuk of een rode draad in die je kan gebruiken voor in je coupletten? Staan er zinnen in die zo krachtig zijn dat je ze meteen kan gebruiken? Pagina 4
Pagina 5
Pagina 6
Melodie Een melodie bestaat vaak uit een motief. Dat motief wordt flink gebruikt. Het motief wordt vaak herhaald, maar ook soms aangepast. Dat kan op een aantal manieren: - De toonhoogtes blijven gelijk maar de duur van de noten veranderr. - Een andere manier is dat de toonhoogtes veranderen. Een motief bestaat meestal uit maximaal 5 noten. Motief Herhaling en Variatie Vaak hoor je in muziek dezelfde passages nog een keertje voorbij komen. Dat maakt het prettig om naar te luisteren. Het lied krijgt zo structuur. In vaktermen noemen we dat Motief, Herhaling en variatie. Als je alleen maar hetzelfde herhaalt wordt het al snel saai. Daarom wordt er vaak gevarieerd. Je kan dan een gedeelte van het motiefje herkennen. Het kan ook achteruit gespeeld worden, of dalend in plaats van stijgend. Een andere manier om saaiheid te voorkomen is het variëren met contrasten te doen. Hard ipv zacht, hoog in plaats van laag. Etc. In heel veel popmuziek hoor je motief herhaling en variaties terug. Het maakt de muziek lekker snel te begrijpen. Het helpt de componist ook. Je kan ieder goed idee uitbuiten voordat je weer een nieuw Pagina 7
idee nodig hebt. Contrasten. Er zijn veel verschillende contrasten Hard - zacht (Forte - piano) Hoog - laag Snel - langzaam Stijgend - dalend Legato - staccato Kaal - vol Druk - rustig Ritmisch - Melodisch Veel contrasten spreken voor zichzelf. We gaan er in de les een aantal beluisteren zodat je ze leert herkennen. Wat moeilijk is aan het herkennen van contrasten is dat er vaak contrasten tegelijkertijd gebruikt worden. Bijvoorbeeld hard-zacht in combinatie met hoog laag. Het is dan lastig aanwijzen welk contrast het belangrijkst is. Opdracht. Maak een motief. Je kan de vogende noten gebruiken; c e f g a c. Ga "spelen" met je motief: - Herhaal het - schuif het een toon op omhoog - speel het achterste voren - maak de noten een voor een langer. Schrijf het motiefje en de variaties op. Omcirkel die motieven of variaties die lekker klinken. Je kan die gebruiken in je liedje. Download het werkblad om je compositie op te schrijven werkblad componeren.pdf kn.nu/ww.528a295 (pdf, maken.wikiwijs.nl) Pagina 8
Begeleiding Begeleiding Begeleiding bestaat meestal uit 3 lagen: - Ritme - Bas - Akkoorden Ritme Het ritme past bij de stijl en de sfeer waarin je het liedje wil maken. Houd rekening met een opbouw in spanning en energie van het liedje. Zorg dat het ritme het lied ondersteund in plats van overheerst. Bas De bas legt meestal de grondtoon neer van het akkoord. Het is belangrijk dat de basnoot bij het akkoord past. De bas ondersteunt ook vaak het ritme. Meestal loopt het baslijntje ritmisch gelijk aan de Bass-drum. Als je dat goed doet krijgt het lied een lekkere flow. De akkoorden die vaak gebruikt worden in pop muziek komen uit de toonladder. Drieklanken (akkoorden) De akkoorden bestaan uit drieklanken. Vaak heb je in een lied de volgende toontrappen. Onder dit verhaal leer je meer over de achtergrond van akkoorden en toontrappen. Als je geen interesse hebt in hoe het werkt kan je het overslaan. Als je het wel bestudeert, snap je veel meer van de popmuziek. Veel gebruikte toontrappen zijn: Toontrappen In de toonladder C: I - V - I C - G - C i - IV - V - I C - F - G - C I - V - VI - IV C - G - Am - F I - II - IV - V - I C - Dm - F - G - C De akkoordsymbolen staan hieronder: Drieklanken Aan de basis van een drieklank staat de majeurtoonladder. Van C is dat c - d - e- f- g - a - b - c. Pagina 9
Een drieklank, ook wel een akkoord genoemd, is een grondtoon waarop 2 tertsen gestapeld zijn. Dat zijn de 1e de 3e en de 5e noot van de toonladder. C = c - e - g Majeur Als je begint op de grondtoon en daar een grote terts en dan een kleine terts op stapelt dan krijg je een Majeur akkoord. Voor de toonladder van c wordt dit dan: Grondtoon c, grote terts e, kleine terts g Je mag de noten ook in een andere volgorde spelen. Het akkoord blijft dan hetzelfde. Het heet dan een omkering. Dus g - c - e en e - g - c, zijn een omkering van c - e - g Mineur Pagina 10
De opstapeling kleine terts, grote terts geeft een mineurakkoord. Sommigen denken dat het mineur akkoord droevig klinkt, of een wat neerslachtig karakter heeft. Maar dit heeft vooral te maken met het tempo en hoe het akkoord gespeeld wordt dan met het karakter van de drieklank. Am bestaat uit a - c - e. Toontrappen: In de toonladder van C Trap Akkoord Bestaat uit I C c - e - g II Dm d - f - a III Em e - g - b IV F f - a - c V G g - b - d VI Am a - c - e VII Bdim b - d - f Pagina 11
https://youtu.be/ooldewpcfzq Pagina 12
hulpmiddelen (engelstalige) instructie film over garageband https://youtu.be/js8ucc1xgha Digitaal bladmuziek maken Je kan ook je nootjes invoeren in een notatieprogramma. Daar zitten voor- en nadelen aan. Voordeel is dat je het vaak kan afspelen zodat je meteen kan horen of het klopt. Nadeel is dat je er te lang mee bezig bent en het te ingewikkeld is voor je. Er zijn er verschillende van. Gratis is het volgende verkrijgbaar: online https://www.noteflight.com/login (gratis account aan maken. Werkt op alle devices) Flat - The online and collaborative music notation software Er is inhoud gevonden die niet kan worden weergegeven in de offline weergave. Bekijk het arrangement online op http://maken.wikiwijs.nl/73734/componeer_je_eigen_lied. (gratis en en met meerdere personen bewerkbaar) https://musescore.org/nl (gratis account aan te maken. Veel online ondersteuning beschikbaar) Downloadbaar http://www.finalemusic.com/products/finale-notepad/resources/ Programma waarmee je offline muziek kan schrijven. https://musescore.org/nl Op youtube zijn voor iedere versie hierboven instructiefilmpjes te vinden hoe je er mee moet werken. leeg bladmuziek kn.nu/ww.8ff90b4 (pdf, maken.wikiwijs.nl) Pagina 13
Over dit lesmateriaal Colofon Auteur Paul Wagemakers Laatst gewijzigd 29 March 2016 om 21:48 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau HAVO 3; Leerinhoud en doelen Muziek; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Trefwoorden muziek Pagina 14