Praktijkgids. VT jaar 4 LiO 2013-2014

Vergelijkbare documenten
LiO Contract 2 Stageovereenkomst Leraar in Opleiding (onbetaald: met en zonder vergoeding) Pabo HvA, Onderwijs en Opvoeding

Pabo HvA UPvA PRAKTIJKGIDS LIO Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam)

Pabo HvA UPvA PRAKTIJKGIDS LIO Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam)

PRAKTIJKGIDS LIO

PRAKTIJKGIDS LIO

LIO-vacatures Pabo HvA en UPvA schooljaar

LIO-vacatures Pabo HvA en UPvA schooljaar

Deze bijlage maakt deel uit van de hierboven genoemde Leerarbeidsovereenkomst.

Opleidingsschool Noord

Informatie werkplekleren

Stage Hogeschool de Kempel Helmond

Notitie Verkorte Deeltijd Versneld voor de klas

Protocol Werkplekleren Student ESoE. Minor Educatie & Communicatie Variant II

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN ILO EN SCHOOL VOOR VOORTGEZET ONDERWIJS (inzake het praktijkdeel van Bachelor-Minor-studenten met een aanstelling)

Protocol ECD. Masteropleiding Science Education and Communication (SEC)

Plaatsingsbeleid werkplekleren ITT onbetaald

Stageprotocol FLOT. Bacheloropleidingen. Fontys Lerarenopleiding. Versie: februari 10 1/7

Vacature groep 5/6/7 Montessori op ma/di. Gegevens school

Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam)

Nieuwe talentvolle leerkrachten via DIT IS WIJS voor de Rotterdamse Schoolbesturen

Handleiding Assessment Startbekwaamheid

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bachelor Opleiding Muziek Bijlage Muziektheater

LIO en Stageregeling Aloysius Stichting

Stageconcept en -planning

Afstudeerfase. Jaar 3. Verantwoordelijkheid nemen. voor het leerproces van kind en groep. Studiewijzer Pabo Deeltijd

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Protocol Werkplekleren Student ESoE. Masteropleiding Science Education and Communication (SEC)

Als student betaald voor de klas

Zij-instroom pabo = leraar in 2 jaar

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren

Samenwerkingsovereenkomst ILO - School

Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam)

Dit reglement is een extract uit de Onderwijs- en Examenregeling van NOVI Hogeschool.

Nieuwsbrief December 2018

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE PRAKTIJKGIDS JAAR 3

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

Student : Lex Krijgsman maakt voortgangsverslag zoals omschreven in het voorwoord

Rotterdam. De lerarenopleiding basisonderwijs Voltijd

Protocol Werkplekleren Student ESoE. Minor Educatie & Communicatie Variant I

Vrijstellings- en assessmentregelingen. elders verworven competenties (EVC s)

Wat we minimaal verwachten van een student uit 1 BaKO - 1 BaLO: Eerste stappen in stiel leren

Voor ieder kind het beste resultaat

Handleiding Werkplekleren

Klik op een van onderstaande linken om direct naar het betreffende onderdeel te gaan:

Vrijstellings- en assessmentregelingen. elders verworven competenties (EVC s)

SAMENWERKINGSGROEP OPLEIDINGSSCHOLEN NOORD-HOLLAND - FLEVOLAND SONF

Proeve van Bekwaamheid. kerntaak 2. Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep

Allereerst willen wij de stagebegeleiders van harte bedanken voor uw inzet om onze studenten te begeleiden tijdens hun stage in de educatieve minor.

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

WAGENINGEN UNIVERSITEIT STAGE CONTRACT

Info praktijk 2 BaLO Academiejaar

Wegwijzer. werkplekleren

Op weg naar een startbekwame leerkracht

ECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk verdieping en integratie

SPECIFIEKE INFO PRAKTIJK 1 BaLO

Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam)

Zij-instroom pabo = leraar in 2 jaar

VISITATIERAPPORT. MOntessorischool De Flierefluiter Zwaag

BPV GIDS ICT Opleidingen

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd

Beroeps Praktijk Vormingsplan

Opleiding Verpleegkunde Leerondersteuning Stage (LOS)

VISITATIERAPPORT. 1e Amstelveense Montessorischool. directeur: Michelina Hoogeveen Adj. directeur: Irene Simonis

Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam)

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW

Ontwikkelingsgericht meten en beoordelen Uitgangspunten en stroomschema digitale omgeving

ECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk oriëntatie

Vrijstellings- en assessmentregelingen m.b.t. elders. verworven competenties (EVC s) Lerarenopleiding Groningen

BACHELOR RECHTSGELEERDHEID AFSTUDEERRICHTING JURIDISCHE BESTUURSKUNDE. Bestuurskundig onderzoeksproject

Opleiding Verpleegkunde. Stagegids. Jaar 1. Voltijd / AIZ/ Duaal GGZ. Jaar 1 Studiejaar versie 1.5

Faculteit der Geesteswetenschappen. Stagereglement masteropleidingen

Jaarplan SOPOH Personeel. Onderwijs. Organisatie. Voor ieder kind het beste bereiken, met passie, plezier en professionaliteit.

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE PRAKTIJKGIDS JAAR 3

overwegende dat het in het kader van een goed personeelsbeleid vereist is een regeling voor de gesprekkencyclus

Educatieve Hogeschool van Amsterdam, lerarenopleiding vo/bve Beoordelingsformulier voor het werkplekleren (definitieve versie, november 2007)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK. Praktijkonderwijs Stadskanaal

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Het Baken International School VWO

AANVRAAGFORMULIER VRIJSTELLING

35. De toekomstige collega: de leraar in opleiding (LIO)

Amsterdam School of Health Professions (ASHP) Opleiding Verpleegkunde. Stagegids Jaar 4. Jaar 4, Zomerstage (7-7-14/ )

Uitgangspunt is dat er jaarlijks een gesprek plaats vindt tussen medewerker en leidinggevende(n).

STAGE-OVEREENKOMST. Doelgroepen: master Lerarenopleiding RUG

Vrijstellings- en assessmentregelingen. elders verworven competenties (EVC s)

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd

Zij-instroom pabo = leraar in 2 jaar

Protocol Werkplekleren Student ESoE. Masteropleiding Science Education and Communication (SEC)

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

FUNCTIONERINGSBELEID. Stichting R.K. Schoolbestuur Culemborg en Omstreken

Eindassessment HU pabo

Educatieve Hogeschool van Amsterdam, lerarenopleiding vo/bve Beoordelingsformulier voor het werkplekleren (definitieve versie, november 2007)

Het doet ons bijzonder genoegen dat u de opleiding KT 2 (KorfbalTrainer 2) gaat volgen.

Studeren met een functiebeperking

Dossier werkplekleren A1 en A

ZUYD HOGESCHOOL

Deze stageperiode start met een aantal observatie- en participatiedagen in de stageschool en enkele stagevoorbereidingsdagen op de hogeschool.

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6

Dit is een wettelijk vastgestelde rol met een beroepsprofiel waar ieder zich mee bemoeit: politiek niet in de laatste plaats. Waarom.

Tijdelijk personeel Vervanging en Vervangers. De Basis Versie 2.0 februari V e r v a n g i n g e n V e r v a n g e r s P a g i n a 1 v a n 1 0

Transcriptie:

Pabo Hogeschool van Amsterdam Praktijkgids VT jaar 4 LiO 2013-2014.

Inhoudsopgave Inleiding... 3 1. De LiO-stage... 4 1.1. Omvang en planning... 5 1.2. Blok- of lintvorm... 5 1.3. Verschillende varianten... 5 1.4. LiO-contracten... 6 1.5. Betaalde of onbetaalde LiO... 6 1.6. Begeleiding vanuit de opleiding... 9 1.7. Begeleiding vanuit de stageschool... 9 1.8. Beoordeling LiO-1... 9 1.9. Beoordeling LiO-2...10 2. Afronding van de studie...11 2.1. Afstudeeronderzoek...11 2.2. Bekwaamheidsproef 3 (BP-3)...12 3. Bijzondere situaties...13 3.1. Onderbroken LiO-stage...13 3.2. Onvoldoende LiO-1 of LiO-2...13 3.3. Onvoldoende herkansing LiO... 13 Bijlage 1: Montessori specificaties 14 Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 2

Inleiding Voor wie is dit handboek bedoeld? Dit handboek bevat informatie over de LiO-stage zoals deze op de pabo van de Hogeschool van Amsterdam wordt uitgevoerd. Deze informatie is bestemd voor de volgende personen: - De LiO: de student die de laatste fase van zijn opleiding doorloopt. - De LiO-mentor: de groepsleerkracht op de stageschool in wiens klas de student stage loopt en die belast is met de begeleiding op de werkplek. - De opleider in de school: de beoordelaar en begeleider van de LiO in de stage, als het gaat om een LiO-stage op een van de opleidingsscholen. - De stagedocent: de beoordelaar en begeleider van de LiO in de stage, als het gaat om een LiO-stage op een niet-opleidingsschool. - De directeur van de stageschool die het LiO-contract afsluit. Leraar in opleiding (LiO) Het hoofddoel van het LiO-stage is het geleidelijk wennen aan de verantwoording voor een eigen klas. De LiO doet dit door zo zelfstandig mogelijk te functioneren als leraar basisonderwijs. De LiO vervult alle taken van een beginnende leerkracht voor een aaneengesloten periode van minimaal 560 uur. Daarin wordt de LiO begeleid door de hogeschool en de stageschool. Met het tekenen van een contract: de stageovereenkomst, of de leerarbeidsovereenkomst, wordt een overeenkomst gesloten tussen de stageschool, de LiO en de Pabo HvA. Daarnaast wordt er een leerwerkplan opgesteld door de LiO in samenspraak met LiO-mentor. Indien er een leerarbeidsovereenkomst wordt afgesloten, dient de stageschool daarnaast zelf een arbeidsovereenkomst te sluiten met de LiO voor de afgesproken periode. De Pabo HvA speelt hierin geen rol. De afstudeerfase De LiO-stage is onderdeel van de afstudeerfase. De Pabo HvA bestaat in totaal uit drie fases: de propedeuse, de hoofdfase en de afstudeerfase. De student mag starten met de afstudeerfase na het behalen van Bekwaamheidsproef 2 (BP-2). Indien de student BP-2 niet heeft behaald en dus de hoofdfase niet heeft afgerond, kan niet gestart worden met de afstudeerfase en de LiO-stage. De afstudeerfase bestaat uit: - LiO-stage - De minor - Het afstudeeronderzoek - Studieloopbaanbegeleiding en Bekwaamheidsproef 3 (BP3) Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 3

1. De LiO-stage Binnen de LiO-stage functioneert de student zo zelfstandig mogelijk als leraar basisonderwijs. In de LiO-stage laat de student zien zich te ontwikkelen tot een startbekwame leerkracht basisonderwijs. De LiO-stage bestaat uit de volgende studieonderdelen: LiO-stage 1 (8 studiepunten) LiO-stage 2 (10 studiepunten) De student mag aan de LiO-stage beginnen nadat Bekwaamheidsproef 2 (BP-2) is behaald. Dat is een strikte eis. De student zoekt zelf een stageplek voor de LiO-stage en geeft dit z.s.m. door aan het stagebureau. Op intranet is zichtbaar welke LiO-vacatures beschikbaar zijn. De student mag ook zijn eigen connecties gebruiken voor het verkrijgen van een LiO-stage. Verplichtingen van de LiO Aan het eind van LiO-1 en LiO-2 moet de student voldoen aan de gestelde eisen. De student krijgt geen gedetailleerde stageopdrachten mee van de opleiding, maar werkt volgens het leerwerkplan dat door de student en de stageschool samen is opgesteld. Het leerwerkplan wordt als bijlage toegevoegd aan het LiO-contract. In het hoofdstuk LiO-contract worden handvatten gegeven voor het opstellen van een leerwerkplan. Daarnaast is de LiO verplicht om: - de klas minimaal twee dagen per week zelfstandig te leiden voor een periode van minimaal 5 maanden (is een zgn. blok-lio) en maximaal 10 maanden (is een zgn. lint- LiO), dit is uiteraard inclusief de voorbereiding, administratieve verwerking en oudergesprekken; - te participeren in andere schoolorganisatorische zaken die behoren bij de functie van een groepsleerkracht; - onderwijs aan te bieden dat tegemoet komt aan verschillen tussen kinderen, dat wil zeggen: aandacht besteden aan kinderen die extra zorg behoeven en aandacht voor het werken met kinderen van verschillende interculturele achtergronden; - een afstudeeronderzoek uit te voeren in opdracht van de stageschool of de Pabo HvA, - intervisie te volgen op de Pabo HvA Extra verplichting van de LiO Veel scholen vragen van studenten een Verklaring omtrent het gedrag, kortweg VOG (voorheen "verklaring van goed gedrag" genoemd). Wij steunen dit. In het geval van de LiO s zijn scholen daar ook toe verplicht. De student dient in de VOG aan te vragen in de eigen gemeente. Het aanvraagformulier moet mede ingevuld en ondertekend zijn door de instantie die de VOG verlangt, de school dus. De pabo speelt in de aanvraagprocedure geen rol. Het heeft dus geen zin als student en/of school zich voor de aanvraag tot de opleiding wenden. Meer details over de VOG zijn te vinden op deze website: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/verklaring-omtrent-het-gedrag Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 4

1.1. Omvang en planning In het nu volgende hoofdstuk wordt beschreven welke mogelijkheden een student in de afstudeerfase heeft om zijn afstudeerprogramma samen te stellen. De keuze voor het soort minor (blok of lint) hangt nauw samen met de keuze voor het soort LiO-stage (blok of lint). Hier wordt de rest van het programma van de student op afgestemd. 1.2. Blok- of lintvorm Tijdens de lintvorm loopt de student het hele jaar LiO-stage. Bij de blokvorm loopt de student gedurende één semester stage. Voor beide vormen geldt een minimale belasting van 560 uur (20x28 uur). Een hele dag staat voor 8½ uur, een halve dag (bv. de woensdag) staat voor 6 uur. De student mag, in overleg met de stageschool, zelf de indeling van deze uren bepalen. Voorwaarde is dat er minimaal twee aaneengesloten dagen in zitten en dat het een periode is van minimaal 5 maanden (blok-lio) of maximaal 10 maanden (lint-lio). De urenbelasting is inclusief voorbereidingstijd voor de lessen, vergaderingen en de begeleiding door de school en door de Pabo. Rekenvoorbeeld LiO-dagen: Minimaal 66 dagen (66 x 8,5 uur = 561 uur) Minimaal 33 weken (bij 2 hele dagen per week, bijv. maandag en dinsdag) Minimaal 25 weken (bij 2,5 dagen per week, bijv maandag, dinsdag en woensdag) 1.3. Verschillende varianten Om het geheel wat meer te stroomlijnen, kiest de LiO aan het eind van het derde jaar voor een van de varianten die ruimte laten voor een keuze van hun LiO-dagen. De student heeft twee dagen verplichtingen op de pabo, loopt twee dagen LiO-stage en heeft in ieder geval één dag collegevrij om te werken aan het afstudeeronderzoek. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 5

1.4. LiO-contracten Op het moment dat de basisschool en de student besluiten dat de student zijn LiO-stage op de betreffende basisschool zal gaan vervullen, moet aan de hand van de financiële afspraken gekozen worden tussen een leerarbeidsovereenkomst of een stageovereenkomst. Daarnaast stelt de LiO een leerwerkplan op die als bijlage wordt toegevoegd aan het contract. Het contract en het leerwerkplan kunnen alleen ondertekend worden als de student het originele bewijs van de examencommissie voor het behalen van BP-2 kan laten zien De LiO-contracten zijn gebaseerd op de richtlijnen van het ministerie van OC&W en vakbond AOb. De LiO-contracten zijn te vinden op DLWO. De student kan in overleg met stageschool al eerder beginnen op de voorgenomen LiO-plek als de BP-2 nog niet is behaald. Alleen is het dan stage en die dagen tellen ook niet achteraf als LiO-dagen. Belangrijk is dan de datum waarop de student BP-2 heeft behaald. Pas na die datum beginnen de LiO-uren te tellen. 1.5. Betaalde of onbetaalde LiO De Pabo HvA maakt gebruik van twee verschillende LiO-contracten, namelijk een contract voor een betaalde en een contract voor een onbetaalde LiO-periode: Betaalde LiO (leerarbeidsovereenkomst) Bij een betaalde LiO is er sprake van een LiO-werknemer en daarmee van een juridische status. Een LiO-werknemer heeft op basis van de juridische status een tijdelijke ontheffing van de bevoegdheidseis en mag zelfstandig voor de groep staan. Concreet: de student mag dan zelfstandig met de groep naar bv. de gymles buiten de deur lopen. De student wordt voor 50% betaald omdat de LiO-periode voor 50% uit leren bestaat en 50% uit werken. Voor het werkdeel krijgt de student betaald, voor het leerdeel blijft de studiefinanciering doorlopen. Betaling voor het regulier basisonderwijs: bedraagt 50% van schaal LA, trede 1. Betaling voor speciaal basisonderwijs: bedraagt 50% van schaal LB, trede 1. Onbetaalde LiO (stageovereenkomst): Bij een onbetaalde LiO is er sprake van een stagiair. Een stagiair heeft geen tijdelijke ontheffing van de bevoegdheidseis en mag dus niet zelfstandig voor de groep staan. Concreet: in dit geval mag de student niet alleen met de groep naar de gymles buiten de deur. Er moet dan iemand anders als eindverantwoordelijke mee. De stagiair kan in principe dezelfde werkzaamheden verrichten als de LiO-werknemer, mits er één personeelslid als eindverantwoordelijke wordt aangewezen. Deze eindverantwoordelijke is gedurende de tijd dat de LiO voor de klas staat fysiek in het gebouw aanwezig; dit moet formeel worden vastgelegd. Gaat de LiO met de groep buiten de school, dan moet de eindverantwoordelijke mee. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 6

We spreken van een onbetaalde LiO-stage als er sprake is van een stagevergoeding (alles minder dan 50% van schaal LA of LB, trede 1) of van een onbetaalde stage. Let op: de kwalificatie betaalde LiO is alleen van toepassing als een schoolbestuur 50% van de laagste schaal (trede 1) voor leerkracht betaalt. In alle andere gevallen is er sprake van een onbetaalde LiO, dus ook als er een (maandelijkse) vergoeding wordt gegeven. LiO-contract: Het leerwerkplan Het leerwerkplan wordt ingevuld door de student in overleg met de LiO-mentor of de stageschool en bevat de volgende onderdelen: 1. De competenties 2. De taken en speciale opdrachten: a. Lesgebonden taken b. Niet-lesgebonden taken c. Afstudeeronderzoek Pabo HvA d. Wijze en omvang van begeleiding door de stageschool Ad. 1 De competenties De student gebruikt de competenties als richtlijn voor het opstellen van het leerwerkplan. De student kan tijdens de LiO-stage werken aan competenties die nog extra aandacht behoeven. BP-2 biedt input voor het opstellen van het leerwerkplan. Ad. 2 Taken en speciale opdrachten 2a. Lesgebonden taken Onder deze noemer worden de dagen die de LiO voor de klas staat genoemd. De taken die bij het lesgeven horen: correctie, administratie resultaten, overdracht, weekplanning, specifieke lessen etc. De verantwoordelijkheden over bv. de begeleiding naar de gymzaal of het zwembad (over straat) zijn afhankelijk van het soort LiO-contract. Zie paragraaf 1.6. De stagiair kan in principe dezelfde werkzaamheden verrichten als de LiO-werknemer, mits er één personeelslid als eindverantwoordelijke wordt aangewezen. Deze eindverantwoordelijke is gedurende de tijd dat de LiO voor de klas staat fysiek in het gebouw aanwezig; dit moet formeel worden vastgelegd. Gaat de LiO met de groep buiten de school, dan moet de eindverantwoordelijke mee. Het is belangrijk dat een dag en tijdstip voor bespreking/overdracht wordt vastgelegd. Voor Montessori-studenten gelden naast de hier genoemde verantwoordelijkheden specifieke verantwoordelijkheden m.b.t. het begeleiden van de groep. Zie hiervoor bijlage 1 Montessori specificaties. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 7

2b. Niet-lesgebonden taken: Bij dit onderdeel worden de vergaderingen waarin de LiO participeert vermeld. Evenals deelname aan: sportdagen, excursies, schoolreisjes, kamp, musical enz. Ook de deelname aan ouderavonden en het voeren van oudergesprekken wordt vastgelegd. 2d. Wijze en omvang van begeleiding door de stageschool Onder dit punt wordt vastgelegd wanneer de LiO-mentor begeleidingsgesprekken voert met de LiO; begeleiding bij het maken van bv. de weekplanning, bijhouden van het leerlingvolgsysteem, begeleiding van en naar de gymzaal of zwembad enz. Een tijdstip voor een tussenevaluatie met de directie, LiO-mentor en LiO wordt eveneens vastgelegd. Ook wordt beschreven hoe de stageschool de LiO begeleidt bij het afstudeeronderzoek evenals mogelijk beschikbare faciliteiten. Het is belangrijk om ook de tussentijdse bespreking van het afstudeeronderzoek vast te leggen. De student stelt met de LiO-mentor en de directie van de basisschool de inhoud van het Leerwerkplan en het Afstudeerproject op. De opleider in de school / stagedocent (docent van de Pabo HvA) en de directie van de betrokken basisschool van de LiO geeft er vervolgens zijn goedkeuring aan door ondertekening van het contract. Zo nodig stelt de student na overleg in het belang van de LiO, de basisschool of de opleiding het contract bij. 2e. Wijze en omvang van begeleiding door de pabo: De Pabo HvA biedt begeleiding op afstand door middel van intervisie onder begeleiding van de kerndocent. Deze intervisie vindt plaats op de opleiding. Daarnaast wordt de student minimaal tweemaal bezocht door een opleider in de school / stagedocent. De opleider in de school / stagedocent bezoekt de LiO op de werkplek voor begeleidingsgesprekken. Daarnaast overlegt hij met de LiO over het leerwerkplan en zorgt voor de naleving van het contract. De ondertekening van het LiO-contract Voordat de student aan de slag gaat als LiO, zorgt de student ervoor dat het LiO-contract wordt getekend achtereenvolgens - door de stageschool, de student en door de Pabo HvA. De Pabo HvA tekent dus als laatste partij. De student geeft het contract af bij het stagebureau met de vraag deze te laten ondertekenen door de opleidingsmanager. In alle gevallen en dus bij iedere ondertekening laat de student het originele bewijs van het behalen van de BP-2 zien. Dit is een brief die de student heeft ontvangen van de Pabo HvA, ondertekend door de examencommissie van de Pabo HvA. Het stagebureau stuurt een scan van het contract, na ondertekening door de opleidingsmanager, naar de student en naar de stageschool. Het orginele contract wordt gearchiveerd door het stagebureau. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 8

1.6. Begeleiding vanuit de opleiding Tijdens de LiO-stage wordt de student begeleid door een opleider in de school (bij een opleidingsschool) of door een stagedocent van de Pabo HvA (bij een niet-opleidingsschool). De opleider in de school / stagedocent bezoekt de LiO-student minimaal tweemaal per semester. 1.7. Begeleiding vanuit de stageschool In de klas wordt de LiO begeleid door de LiO-mentor. De Pabo HvA gaat er vanuit dat de LiOmentor en de teamleden bereid zijn de LiO de ruimte te geven voor les- en schoolgebonden activiteiten. De school stelt de ouders van de betrokken groep op de hoogte van de komst van de LiO. De verwachtingen ten aanzien van de LiO- mentor zijn dat hij/zij: - gedurende de LiO-stage in een soort duo-baan met de LiO participeert en zijn groep voor de afgesproken dagen aan de LiO af staat; - een geleidelijke opbouw richting het zelfstandig functioneren voor de groep toestaat met een maximum van zes weken; - in overleg met de LiO bepaalt wanneer de mentor wel of niet aanwezig is als de LiO de groep onder zijn hoede heeft; - te allen tijde bereikbaar te zijn voor de LiO als deze alleen voor de groep staat; - de LiO begeleidt bij verschillende activiteiten; - begeleidingsgesprekken voert met de LiO. Daarnaast verwachten we van de stageschool dat de LiO wordt opgenomen in de cyclus van functionerings- en beoordelingsgesprekken. Dat betekent dat de directeur ook een functionerings- en beoordelingsgesprek voert met de LiO (het kan overigens in de praktijk zo zijn dat de directeur hiervoor iemand anders aanwijst, bv. de adjunct-directeur). Basis van het gesprek is het door de mentor ingevulde beoordelingsformulier van resp. LiO-1 en LiO-2. In de volgende paragrafen wordt dit verder beschreven. 1.8. Beoordeling LiO-1 Voor de beoordeling stageperiode LiO-1 voert de directeur (of een ander bevoegd persoon binnen het bestuur) een functioneringsgesprek met de student. Leidraad voor dit functioneringsgesprek is het door de mentor ingevulde LiO-beoordelingsformulier. De directeur geeft op basis van dit formulier en het gesprek een adviesbeoordeling. De stagedocent / opleider in de school beoordeelt uiteindelijk de stage door middel van het LiObeoordelingsformulier en kent de studiepunten toe. De opleider / stagedocent baseert zich bij het oordeel op de adviesbeoordeling van de directeur en op de gegevens van eigen stage- en lesbezoeken. De opleider / stagedocent voert de studiepunten in in SiS, als individueel resultaat. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 9

De student neemt het verslag van het functioneringsgesprek op in het digitaal portfolio voor BP- 3. 1.9. Beoordeling LiO-2 Voor de beoordeling van stageperiode LiO-2 voert de directeur (of een ander bevoegd persoon binnen het bestuur) een beoordelingsgesprek met de student. Leidraad voor dit beoordelingsgesprek is het door de mentor ingevulde LiO-beoordelingsformulier. De directeur geeft op basis van dit formulier en het gesprek een adviesbeoordeling. De stagedocent / opleider in de school beoordeelt uiteindelijk de stage door middel van het LiObeoordelingsformulier en kent de studiepunten toe. De opleider / stagedocent baseert zich bij het oordeel op de adviesbeoordeling van de directeur en op de gegevens van eigen stage- en lesbezoeken. De opleider / stagedocent voert de studiepunten in in SiS, als individueel resultaat. De student neemt het verslag van het beoordelingsgesprek op in het digitaal portfolio voor BP- 3. In het LiO-contract wordt opgenomen wie er binnen de school de functionerings- en beoordelingsgesprekkken voert met de student en op welk moment. Het functioneringsgesprek wordt in de eerste helft van de LiO-stage gevoerd, het beoordelingsgesprek bij de afronding van LiO-2. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 10

2. Afronding van de studie De studie wordt afgerond met het uitvoeren van een afstudeeronderzoek en met het afleggen van Bekwaamheidsproef 3 (BP-3). Met een positieve beoordeling over BP-3 verkrijgt de student de laatste twee studiepunten van de in totaal 240 studiepunten. De meeste studieonderdelen worden afgerond in juni. De BP-3, en daarmee de afronding van de studie, kan op verschillende momenten in het jaar plaatsvinden. 2.1. Afstudeeronderzoek De student voert voor het afstudeeronderzoek een praktijkonderzoek uit, gericht op het verbeteren van de onderwijspraktijk. De student stemt met de LIO-school af wat het onderwerp voor het praktijkonderzoek wordt. Uitgangspunt is een praktijkprobleem of een verlegenheidsituatie. Doel is om beter zicht te krijgen op / inzicht te krijgen in de betreffende praktijksituatie, zodat aan het eind van een onderzoek een analyse van de situatie kan worden gegeven die kan resulteren in aanbevelingen en adviezen. Het ontwerpen van onderwijs is geen onderwerp voor het afstudeeronderzoek. Ontwerpen komt in veel andere opdrachten gedurende de opleiding aan de orde. Voor het afstudeeronderzoek is de keuze gemaakt voor analyses van praktijksituaties. De student laat hiermee zien dat hij in staat is op systematische en analytische wijze beter zicht te krijgen op een praktijksituatie en in staat is daar gerichte adviezen voor te geven Bij een onderwijsonderzoek wordt een onderzoekscyclus doorlopen. De student staat een Handleiding Afstudeeronderzoek ter beschikking waarin de werkwijze, procedure en eisen ten aanzien van het afstudeeronderzoek staan beschreven. Het afstudeeronderzoek heeft een studiebelasting van 280 uur (= 10 studiepunten). De student wordt hierbij in de eerste fase begeleid door de kerndocent en in de daaropvolgende fase door een afstudeerbegeleider (vakdocent). De beoordeling wordt vervolgens uitgevoerd door twee examinatoren die niet bij de begeleiding van het onderzoek betrokken zijn (geweest). Begeleiden en beoordelen zijn dus strikt gescheiden. Om de student te helpen het afstudeertraject te faseren wordt er met ingang van cursusjaar 2013-2014 gewerkt met drie instapmomenten. De student kan hier gebruik van maken en kiezen voor een bepaald instapmoment. Daarbij hoort een tijdpad met vaste inlevermomenten. Het tijdpad is opgenomen in de Handleiding Afstudeeronderzoek 2013-2014. De student mag in de tijd dat hij aan het afstudeeronderzoek werkt ook op de opleiding, in de bibliotheek werken of begeleidende docenten en instanties bezoeken. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 11

2.2. Bekwaamheidsproef 3 (BP-3) In het studiejaar 2013-2014 nemen de vierdejaarsstudenten van de voltijd Pabo HvA deel aan bekwaamheidsproef 3 (BP-3). Voorwaarde voor deelname aan BP-3 is het succesvol afronden van LiO-1. Bekwaamheidsproef 3 vindt op verzoek van de student plaats. Zodra de student een of twee assessoren toegewezen heeft gekregen, maakt hij met de assessor(en) een afspraak. In bekwaamheidsproef 3 toont de student aan startbekwaam te zijn: de student kan zelfstandig functioneren in leer- en werksituaties, kan onderwijs vormgeven, organiseren en inhoudelijk verantwoorden. De student is in staat te werken binnen een team en werkt gericht en actief aan de eigen professionele ontwikkeling. De student toont aan dat hij zijn leerpunten vanuit bekwaamheidsproef 2 heeft verbeterd en alle competenties op het eindniveau heeft bereikt. De bekwaamheidsproef bestaat uit een competentiegericht interview (CGI), waarin middels het portfolio, de zelfevaluatie, een actueel filmfragment (+ de kijkwijzer) de competenties worden besproken. Zie voor verdere informatie het Protocol BP-3 op de DLWO. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 12

3. Bijzondere situaties Er zijn omstandigheden waarin moet worden afgeweken van eerder gemaakte afspraken. Hierbij kunnen persoonlijke omstandigheden van de student een rol spelen, maar ook binnen de stageschool kan een situatie zijn ontstaan waardoor het niet mogelijk is om op dezelfde weg verder te gaan. In alle gevallen moet contact worden op genomen met de stagedocent of opleider in de school van de student om vervolg stappen te bespreken. Als deze, om welke reden dan ook, niet bereikbaar is, moet de stageschool en/of de LiO contact opnemen met een van de medewerkers van het stagebureau van de Pabo HvA (tel. 020-5995628 of stagepabo@hva.nl). Het is van belang niet te lang te wachten met het opnemen contact met iemand van de opleiding zodat er samen gekeken kan worden naar een oplossing. 3.1. Onderbroken LiO-stage In het geval van ziekte en overmacht kan bij de examencommissie het verzoek tot een onderbroken LiO-stage worden ingediend. Als een LiO zijn LiO-stage afbreekt, wordt altijd het beoordelingsformulier ingevuld met een onvoldoende beoordeling. Het beoordelingsformulier wordt in het stagedossier opgenomen. 3.2. Onvoldoende LiO-1 of LiO-2 Als LiO-1 of LiO-2 met een onvoldoende wordt beoordeeld, heeft de student recht op een herkansing. De LiO-1 wordt bij voorkeur aansluitend herkanst in dezelfde klas. Als de leiding van de stageschool of de student tot de conclusie komt dat dit niet mogelijk of wenselijk is, kan in onderling overleg herkansing plaatsvinden in een andere klas op dezelfde school óf - in laatste instantie - in een andere klas op een andere school. Alle betrokkenen (stageschool, student, kerndocent en stagebureau) zullen zich nadrukkelijk inspannen om deze kwestie zo spoedig mogelijk op te lossen. De student heeft recht op één herkansing per studiejaar. 3.3. Onvoldoende herkansing LiO-1 of LiO-2 In het geval van een onvoldoende voor de herkansing moet de student opnieuw met het LiOtraject starten. In deze situatie vindt altijd een overleg plaats tussen de opleider in de school / stagedocent, student en de kerndocent over het vervolg van het LiO-traject. Waarschijnlijk zal het advies worden gegeven om voorafgaand aan een tweede herkansing een periode opnieuw stage te lopen en te werken aan de geconstateerde leerpunten. Qua herkansingstraject is er een onderscheid tussen de betaalde en de onbetaalde LiO: Onbetaalde LiO: De student moet opnieuw starten met het LiO-traject. Indien er door het opnieuw starten van de LiO-fase studievertraging optreedt, kan de student bij de examencommissie een verzoek indienen tot het versneld van start gaan van het LiO-traject. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 13

Betaalde LiO: De student moet opnieuw starten met het LiO-traject. De student start met het nieuwe traject in het volgende studiejaar. Dit heeft te maken met het feit dat de student onderdeel uitmaakt van de formatie van de basisschool. De student kan ook besluiten om de tweede herkansing als onbetaalde LiO te doen. In dat geval geldt de procedure als beschreven bij onbetaalde LiO. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 14

BIJLAGE 1: Montessori specificiaties Specifiek voor Montessori-studenten gelden een aantal aanvullende eisen. De verantwoordelijkheden van de LiO m.b.t het begeleiden van de groep: - ronde lopen - hulp bieden - individuele aanbiedingen geven - groepslessen en groepslesjes - observeren - registreren - pedagogische begeleiding - zorg voor de omgeving etc. - het tijdstip en de frequentie van de bespreking met de pabo-coach vastleggen Startbekwaamheden van een Montessori leerkracht De opleiding gaat uit van de SBL-competenties. Ten behoeve van de assessments, waarin de praktijk een grote rol speelt, is een competentie-scoringslijst ontwikkeld. Deze staan op de website van de pabo. Op http://www.lerarenweb.nl/downloads is een uitwerking te downloaden ten aanzien van de bekwaamheidseisen die uit de competenties volgen. Omdat deze voor Montessori niet beschikbaar zijn, volgt hieronder de Montessori uitwerking. Startcompetenties Montessori leidster (hiermee wordt uiteraard ook de Montessori leider bedoeld): Aan het einde van de gehele opleiding is de leidster tot het volgende in staat. De leidster kent: 1. de "afwachtende", observerende rol van de leidster en baseert het pedagogisch- didactisch handelen op deze kennis; 2. het belang van de voorbereide omgeving en de rol die deze speelt binnen het montessorionderwijs; 3. het principe van de vrije keuze en wil dit principe hanteren bij individuele lessen, groepslessen en bij het begeleiden van het individuele werken door de groep; De leidster kan: - elk aangeboden Montessori ontwikkelingsmateriaal in de vorm van de "individuele les" aanbieden; - de overige specifieke montessori-werkvormen aanbieden en begeleiden, te weten: - oefeningen voor het dagelijks leven; - streeplopen; - stilteles; - de les in 3 perioden; - de algemene les; - het kenmerkende van het kind in de ontwikkelingsfase 3-6 jaar, van 6-9 jaar en van 9-12 jaar aangeven; - kan leiding geven aan een heterogeen samengestelde groep kinderen in de onderscheiden ontwikkelingsfasen 3-6 jaar, 6-9 jaar en 9-12 jaar; - op basis van kennis kinderen in de voorbereide omgeving observeren en de gegevens registreren; - vanuit observatie en registratie het individuele leer- en ontwikkelingsproces begeleiden; Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 15

- vanuit observatie en registratie belemmeringen onderkennen die kinderen ondervinden in hun leer- en ontwikkelingsproces; - problemen van kinderen afbakenen en zelf hulp bieden of een deskundige inschakelen; - begrip en waardering bij kinderen opwekken en versterken voor het "anders-zijn" van elkaar; - onderwijs in eigen taal en cultuur, tweede taalverwerving bevorderen binnen het Montessori opvoedings- en onderwijsconcept; - de verschillende vak- en vormingsgebieden in het montessori-onderwijs in samenhang organiseren; - een werkelijke bijdrage leveren aan de samenstelling van een schoolwerkplan gebaseerd op het Montessori opvoedings- en onderwijsconcept; - eigen activiteiten plannen en kan in samenwerking met anderen planmatig werken aan verbeteringen in het montessori-basisonderwijs. Leer- en vormingsdoelen Onderbouw De student kan aan het eind van de onderbouwperiode: - de omgeving voorbereiden (met inachtneming van schoolomstandigheden) observeren en op basis daarvan handelen; - een groep kleuters begeleiden gedurende een volledige schooldag (in afwezigheid van de leidster); - de specifieke Montessori werkvormen op een voldoende niveau aanbieden, bewegingsonderwijs geven op kleuterniveau; - expressielessen aanbieden op kleuterniveau; - muzieklessen aanbieden op kleuterniveau; - de sociale integratie bewerkstelligen; - via observatie extra zorg bieden op basis van het Montessori materiaal; - kennisgebieden integreren in het kader van kosmische opvoeding en kosmisch onderwijs en integratie tussen verschillende culturele groeperingen bevorderen in de zin van vredesopvoeding. Middenbouw De student kan aan bet eind van de middenbouwperiode: - de omgeving voorbereiden met inachtneming van de schoolomstandigheden observeren en op basis daarvan handelen; - een groep kinderen in de leeftijd van 6-9 jaar begeleiden gedurende een volledige schooldag (in afwezigheid van de leidster); - specifieke Montessori werkvormen op voldoende niveau aanbieden; - lessen geven aan een groepje van 6 tot 8 kinderen, terwijl de rest van de groep zelfstandig doorwerkt; - de sociale integratie bewerkstelligen; - via observatie extra zorg bieden op basis van het Montessori materiaal; - kennisgebieden integreren in het kader van kosmische opvoeding en kosmisch onderwijs en integratie tussen verschillende culturele groeperingen bevorderen in de zin van vredesopvoeding. Bovenbouw De student kan aan het einde van de, bovenbouwperiode: - de omgeving voorbereiden met inachtneming van de schoolomstandigheden observeren en op basis daarvan handelen; Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 16

- een groep kinderen in de leeftijd van 9-12 jaar begeleiden gedurende een volledige schooldag (in afwezigheid van de leidster); - specifieke Montessori werkvormen op voldoende niveau aanbieden; - lessen geven aan een groepje van 6 tot 8 kinderen, terwijl de rest van de groep zelfstandig doorwerkt; - de sociale integratie bewerkstelligen; - op basis van observatie extra zorg bieden op basis van Montessori materiaal of ander materiaal; - kennisgebieden integreren in het kader van kosmische opvoeding en kosmisch onderwijs en integratie tussen verschillende culturele groeperingen bevorderen in de zin van vredesopvoeding. Praktijk VT jaar 4 LiO 2013 2014 17