Leidraad bij. Beste leerkracht,



Vergelijkbare documenten
Pol Van Damme. Leesfiches

Taal in beeld Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen in het KLEUTERONDERWIJS

Informatie. vakgebieden. Groep 6

Sabine Sommer is Interne begeleider van de bovenbouw.. Zij gaat vooral over de zorg van de kinderen.

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Informatie. vakgebieden. Groep 5

Informatie. vakgebieden. Groep 4

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

Handleiding Leerkrachtassistent

Competent talent in de praktijk

3 Hoogbegaafdheid op school

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Begeleide interne stage

Organisatie van werkzaamheden

Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen?

Voorbereiden op stage en bijbaan

Alles over. Rekenrijk. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

ZET DE BOXEN AAN! Kijk op de week. Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen.

H u i s w e r k b e l e i d

Thema 7 Activiteit 5. medelln. en leerkracht

Alles over. Wijzer! Natuur en techniek. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

HELDER! SPREKEN. Een praktische voorbereiding voor beroepssprekers. Marieke Dooper

Gebruik het onderstaande formulier om feedback te geven bij een presentatie van een medeleerling. Feedback van (naam)

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

HANDLEIDING HANDLEIDING. Inleiding. 2 e leerjaar groep 4

4. Een vervolgopleiding kiezen

LESBESCHRIJVINGSFORMULIER

Lestip 'Mevrouw wit konijn'

Hoe vind ik het juiste boek voor mijn kind?

Alles over. Wijzer! Natuur en techniek. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

UITNEEMVEL > Alle taalmethoden in 1 overzicht!

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?

3. Een opleidingsdomein kiezen

Huiswerkbeleid de Boomgaard

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

Alles over. Grip op lezen. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Reflectiegesprekken met kinderen

Alles over. Taal in beeld. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Informatie. vakgebieden. Groep 7

Lestip 'De avonturen van Kapitein Onderbroek'

Taalmethode PRESENTATIEBUNDEL

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken.

Juf Sabine en juf Maaike

i n s t a p h a n d l e i d i n g

i n s t a p h a n d l e i d i n g

De begeleider als instrument bij gedragsproblemen

Tijd voor Taal accent Taal

Alles over. Wijzer! Geschiedenis. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Een voorlopige balans (Periode 1)

4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN

TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN

2.5!"FAMILIETREKJES. # basistaak DOEL MATERIAAL ORGANISATIE VERLOOP

Toetsvragen bij domein 6 Stellen

L e e s p. Presentatie. Wat is Leesparade?

BIJLAGE bij de Website voor Groep 6, 7, 8

Evalueren van attitudes, vaardigheden en kennis in Veilig de wereld rond

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs

Cursus. Bijhouden van ontwikkeling van de leerling en differentiatie

Informatieboekje groep 5-6 schooljaar

Een overtuigende tekst schrijven

Colofon. Uitgeverij: Edu Actief b.v Auteur(s): Lily Benjamin - Merens

A. Cooreman. 56 DBP Breuken 2 Techniek en bewerkingen. Breukenschema. optellen + en aftrekken - vermenigvuldigen x delen :

Informatieavond groep 3/4 september 2014

lesmateriaal Taalkrant

Het verbeterplan Spelling is gemaakt n.a.v. de klassenbezoeken en daaraan gekoppeld de analyse van de taalopbrengsten.

Het instappen in de Paranormale Wereld

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

Basisarrangement. Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal. 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen

Vakgebieden Methoden Omschrijving Taal Groep 1-2. Schatkist

Het verhaal van mijn leven. Biografische cursus waarin buurtgenoten zich verbinden

Huistakenbeleid. 1. Visie op huistaken/lessen. 2. Concrete afspraken binnen de school. Samengesteld door WG Leren Leren, in samenwerking met het team.

Voorbeeld actiepunten Aandachtspunt = bevorderen van interactie tussen kinderen tijdens de evaluatie van de les

Sociale en recreatieve activiteiten

Eerste uitgave: maart Copyright 2015 Saskia Steur Druk:

Slimme en aantrekkelijke software voor taal en spelling

Keuzevak Milieu, hergebruik en duurzaamheid. Duurzaam consumeren en produceren

i n s t a p h a n d l e i d i n g

Spreekbeurt, en werkstuk

Uitleg boekverslag en boekreclame

Discussiëren Kun Je Leren:

Nederlands in Uitvoering

en 2 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de belangrijkste tips en trucs.

QUESTI OPSTARTGIDS ALGEMENE INSTELLINGEN EN LVS

Op welke manier spelen jullie in op de interesses van de leerlingen? Hoe komen afspraken en regels bij jullie in de klas en de school tot stand?

Methodeanalyse. Methodeanalyse van de leerlijn stellen in taalmethode: Taal in beeld PO / SO / SBO. Uitgeverij en website Zwijsen, Tilburg

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs

Tips bij het bestellen van nieuwe boeken

Spoor je leerlingen dus aan om een verzorgde taal te hanteren tijdens en buiten de lessen. Je maakt hen enkel sterker!

Communiceren is teamwork

Thuis films kijken. Acteurs spelen het verhaal na. de acteur = iemand die voor zijn beroep toneelspeelt of in een film speelt

Training. Interactieve vaardigheden

Transcriptie:

Leidraad bij Zie zo Taal en Zie zo Spelling Beste leerkracht, Je hebt besloten om met Zie zo Taal en/of Zie zo Spelling aan de slag te gaan! Om ervoor te zorgen dat de werkwijze en de materialen snel duidelijk voor je zijn, hebben we deze beknopte algemene handleiding geschreven. Het is een startpunt van een uitgebreide gebruikswijzer en je zult dus op verschillende plaatsen verwijzingen vinden naar hoofdstukken die nog niet bij deze beknopte handleiding zitten. We zijn aan deze hoofdstukken hard aan het werken zodat de informatie volledig, betrouwbaar en kwalitatief is. Om je toch al op weg te zetten, vind je hieronder alvast Hoofdstuk 1: Uitgangspunten en Hoofdstuk 2:. Dit zijn voorlopige versies maar ze geven je wel al een goed beeld van hoe Zie zo Taal en Zie zo Spelling zijn opgebouwd en hoe je met de materialen werkt. Alle betrokkenen van het onderwijsveld zijn het erover eens: mensen leren taal door er actief en interactief mee aan de slag te gaan. In Zie zo Taal/Spelling betekent dit dat we kiezen voor onderwijs waarbij de leerlingen binnen betekenisvolle contexten hun taalvaardigheden verwerven door te doen: samen schrijven met een schrijfmaatje, gesprekssituaties uitproberen, met teksten in de weer zijn enz. Op deze manier ontwikkelen leerlingen taalen spellingsstrategieën die toepasbaar zijn in verschillende situaties. De hele dag door beleven ze plezier aan taal doordat ze betekenisvolle taken maken. Dit gebeurt in meerdere en/of mindere mate zelfstandig én samen. De voorkeur van de leerkracht enerzijds en de lesinhoud, mogelijkheden wat betreft klasgrootte, leerlingniveau enz. anderzijds maken de lessen meer of minder leerling- of leerkrachtgestuurd. Deze visie op taal en spelling weerspiegelt zich in de doorgaande lijn van het tweede tot en met het zesde leerjaar. Bovendien sluiten Zie zo Taal en Zie zo Spelling naadloos aan bij het taalvaardigheidsonderwijs dat je ook in Veilig leren lezen en in onze kleutermethodes Dag Jules! en Schatkist terugvindt. De uitgangspunten van Zie zo Taal/Spelling zijn Comfortabel, Attractief, Flexibel en Zorg. Elk van deze uitgangspunten wordt in het eerste hoofdstuk nader beschreven. Hoofdstuk 1 is tevens een hoofdstuk waarin de aanzet gegeven wordt naar informatie die in elk van de volgende hoofdstukken in detail behandeld wordt. Hoofdstuk 2 biedt je een gedetailleerd overzicht van de materialen van Zie zo Taal en Zie zo Spelling en hoe je met elk van de materialen werkt. In Hoofdstuk 3 vind je de leerlijnen per domein per leerjaar. Deze leerlijnen geven je inzicht in zowel de horizontale als de verticale doorgaande lijn in Zie zo Taal/Spelling. Hoofdstuk 4 gaat grondig in op de verschillende domeinen: lezen, schrijven, spreken, luisteren, woordenschat, taalbeschouwing en spelling. In Hoofdstuk 5 tenslotte nemen we het zorgluik binnen Zie zo Taal en Zie Spelling onder de loep en gaat het meer bepaald over differentiatie, (brede) evaluatie en remediëring. Veel succes en lesgeefplezier! Het Zie zo Taal/Spelling-team 1

Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Comfortabel Onmiddellijk van start: compleet en compact Zie zo Taal/Spelling is een complete en toch compacte methode: alle materialen die je nodig hebt voor zowel de leerlingen als voor jezelf zijn beschikbaar en toch is het geheel behapbaar. Elke les staat in de handleiding op één spread volledig beschreven en is dus zeer overzichtelijk. Dit zijn de materialen van Zie zo Taal: Voor de leerlingen - 2 taalboeken - 4 werkboeken - Verschillende leesboeken (leerjaar 2 en 3) in het taalboek en gaan vervolgens verder in het werkboek. Opbouw van een leerjaar Elk leerjaar bestaat uit acht blokken en elk blok heeft een thema. De thema s komen in de verschillende leerjaren opnieuw aan bod maar worden op een heel andere manier ingevuld. Thema Natuur in leerjaar 2 wordt bijvoorbeeld vanuit andere invalshoeken benaderd dan in leerjaar 5. Blok 1 Omgeving Voor de leerkracht - 2 handleidingen - Kopieermap (evaluatie en remediëring) - Leerkrachtassistent - Reuzenprentenboeken (leerjaar 2) Dit zijn de materialen van Zie zo Spelling: Voor de leerlingen - 2 werkboeken - Uitlegkaarten Blok 2 Blok 3 Blok 4 Blok 5 Blok 6 Blok 7 Blok 8 Natuur Reizen Gevoel Verhalen Samen leven Cultuur Andere tijden Voor de leerkracht - 2 handleidingen - Kopieermap (evaluatie en remediëring) - Leerkrachtassistent Voor een uitgebreide beschrijving van de materialen en hoe je hiermee aan de slag gaat, zie Hoofdstuk 2:. Herkenbare structuur voor leerkracht én leerling Dezelfde structuur komt in elk materiaal en bij elke les op dezelfde manier terug. De materialen zijn op deze manier zowel voor jou als voor de leerlingen zeer herkenbaar en makkelijk te hanteren. Deze manier van werken geeft je ook de mogelijkheid leerlingen zelfstandig of in groep te laten werken. De lessen starten telkens Opbouw van een blok Elk blok duurt vier weken. De eerste drie weken bestaan uit de basislessen taal en spelling en differentiatie. Je hebt de volledige vierde week beschikbaar voor evaluatie, remediëring, oefening en verrijking. week 1 week 2 week 3 week 4 basislessen taal en spelling basislessen taal en spelling evaluatie remediëring oefening verrijking Voor een uitgebreide beschrijving van de evaluatie en remediëring en hoe je hiermee aan de slag gaat, zie Hoofdstuk 5: Differentiatie, (brede) evaluatie en remediëring. 2

Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Comfortabel Aantal lestijden per domein per week Hieronder zie je hoeveel lestijden je per week besteedt aan de verschillende domeinen van taal en spelling. Het totaal aantal uren taal en spelling bedraagt 7u in leerjaar 2, 6u in leerjaren 3 tot en met 6. Domein Leerjaar 2 Leerjaar 3 Leerjaar 4 Leerjaar 5 Leerjaar 6 Lezen 2,5 2 2 2 2 Schrijven 1 1 1 1 1 Spreken/Luisteren 1 1 1 1 1 Woordenschat/ Taalbeschouwing 1 1 1 1 1 Spelling 1,5 1 1 1 1 TOTAAL PER WEEK 7 6 6 6 6 Het domein Lezen betreft zowel voortgezet technisch lezen als begrijpend en studerend lezen. In het tweede leerjaar besteedt Zie zo Taal 1,5u per week aan voortgezet technisch lezen. In het derde leerjaar bedraagt dit 1u per week en vanaf het vierde leerjaar werken we met focuslessen (zie ook Hoofdstuk 4). Het domein Woordenschat/Taalbeschouwing komt in elk leerjaar 1u per week aan bod. In leerjaar 2 betekent dit gedurende de eerste drie weken basislessen dat je 2u woordenschatles geeft en 1u taalbeschouwing (gebruik en systematiek). Vanaf leerjaar 3 tot en met leerjaar 6 geef je gedurende de eerste drie weken basislessen 1u taalbeschouwing (gebruik en systematiek) en 2u woordenschat. In het tweede leerjaar geef je 1,5u spelling per week, vanaf leerjaar 3 tot en met leerjaar 6 gaat het naar 1u per week spelling. De spellinglessen zijn opgebouwd in lessen van 25. Als je graag lessen van 50 spelling geeft, kun je makkelijk twee lessen na elkaar geven. Voor een uitgebreide beschrijving van de verschillende domeinen en hoe je hiermee aan de slag gaat, zie Hoofdstuk 4: Aanpak. Doorgaande lijn De doorgaande lijn in Zie zo Taal en Zie zo Spelling is zeer sterk aanwezig, zowel verticaal als horizontaal. Met verticaal bedoelen we dat Zwijsen BE met Zie zo Taal/Spelling nu een taalontwikkelingsaanbod heeft voor 2,5- tot 12-jarigen: - Dag Jules! voor 2,5- en 3-jarige kleuters - Schatkist voor 4- en 5-jarige kleuters - Veilig leren lezen voor het eerste leerjaar - Zie zo Taal en Zie zo Spelling voor leerjaren 2 tot en met 6. 3

Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Comfortabel Daarnaast is de verticale doorgaande lijn sterk aanwezig in de overgangen van de leerjaren 2 tot en met 6 van Zie zo Taal/Spelling zelf. Blok 1 van elk leerjaar is bijvoorbeeld een herhalingsblok van alle leerstof van het vorige leerjaar. Dit betekent dat blok 1 van het derde leerjaar inhoudelijk overeenstemt met blok 8 van het tweede leerjaar. De hele methode werd gecoördineerd door dezelfde adviesgroep van leerjaar 2 tot en met 6 en ook sommige auteurs schreven voor verschillende leerjaren. Dit heeft als resultaat dat de verschillende inhouden in de verschillende leerjaren naadloos op elkaar aansluiten en verder bouwen. De horizontale doorgaande lijn kenmerkt zich doordat er over de verschillende taaldomeinen heen veel aandacht is voor transfer en integratie van de verschillende inhouden. Daarnaast zorgen we ervoor dat er tussen Zie zo Taal en Zie zo Spelling linken gelegd worden. Als er bijvoorbeeld in de spellingles aandacht geweest is voor hoofdletters, kan er in een daaropvolgende schrijfles extra aandacht besteed worden aan de hoofdletters wanneer het gaat om tekstverzorging. Vlotte overgang van leerjaar 1 naar leerjaar 2 Leerlingen die in het eerste leerjaar leren lezen hebben met Veilig leren lezen zullen een aantal elementen uit deze methode herkennen in Zie zo Taal/Spelling, bijvoorbeeld sommige pictogrammen, de reuzenprentenboeken, de toneellezen-boekjes, samenleesteksten enz. Daarnaast zijn er vooral didactische en inhoudelijke elementen die volledig aansluiten bij en verder bouwen op Veilig leren lezen. Enkele voorbeelden hiervan zijn het werken met strategieën, de manier waarop het technisch lezen wordt verder gezet, de sterke link tussen begrijpend lezen en schrijven enz. Voor een uitgebreide beschrijving van de kenmerken van Veilig leren lezen en Zie zo Taal/Spelling die de doorgaande lijn ondersteunen, zie Hoofdstuk 4: Aanpak (Domein Voortgezet technisch lezen). Evaluatie en remediëring per domein Je vindt in de kopieermap Evaluatie en remediëring al het materiaal dat je nodig hebt om de vierde week van elk blok in de praktijk om te zetten. We kozen ervoor een toets, observatiewijzers, remediëringsopdrachten, extra oefeningen en verrijkingsopdrachten te maken per domein. Dit geeft je de mogelijkheid elke leerling van dichtbij op te volgen en onmiddellijk bij te kunnen sturen. De kopieermap bevat ook observatie- en reflectietips per domein die je gedurende de eerste drie weken zeer zinvol kunt inzetten. Voor een uitgebreide beschrijving van de evaluatie en remediëring en hoe je hiermee aan de slag gaat, zie Hoofdstuk 5: Differentiatie, (brede) evaluatie en remediëring. 4

Auteur van het verhaal: Els Hoebrechts Illustrator: Ann De Bode 2013 Uitgeverij Zwijsen N.V., Antwerpen Maakt deel uit van WPG ISBN 978-905535-6348 D/2013/1919/125 NUR 191 Sluit aan bij de taalmethode Zie zo Taal (leerjaar 2) Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot de reproductie vindt u op www.reprobel.be. Aan het verwerven, waar nodig, van toestemming tot overname is door de uitgever de uiterste zorg besteed. Zou desondanks blijken dat een rechthebbende over het hoofd is gezien, dan verzoeken wij deze contact op te nemen met Uitgeverij Zwijsen België N.V. Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Attractief Zoals bij alle methodes van Zwijsen, is een belangrijk uitgangspunt bij Zie zo Taal/Spelling de aantrekkelijkheid van alle materialen, zowel voor uw leerlingen als voor uzelf. Vanuit de overtuiging dat leerplezier de kans op leersucces aanzienlijk verhoogt, hebben we zowel in de papieren als de digitale materialen veel aandacht voor attractiviteit. Dit uit zich op verschillende manieren: - we doen een rijk taal- en beeldaanbod; - je gaat aan de slag met reuzenprentenboeken, fragmenten uit en echte kinderboeken; - taal- en werkboek zijn zodanig ontworpen dat structuur en aantrekkelijkheid hand in hand gaan; - we kiezen elk leerjaar opnieuw voor een grote variatie aan tekstsoorten zodat alle leerlingen zich aangesproken voelen; - elke leerling krijgt de houvast die hij nodig heeft: we hanteren leerlingentaal, de strategieën die aangeleerd worden komen in verschillende domeinen terug, we besteden veel aandacht aan leren leren enz. Rijk taal- en beeldaanbod De methodenamen Zie zo Taal en Zie zo Spelling zijn zeer bewust gekozen. Ze maken zowel op het gebied van taal Zie zo, we kunnen het! als beeld Zie op een krachtige manier duidelijk hoe we het taalverwervingsproces bij leerlingen willen stimuleren. Een rijk taalaanbod houdt in dat je binnen Zie zo Taal/Spelling voortdurend aandacht hebt voor woorden. De rubriek Aandacht voor woorden in de handleiding bevat de woorden waarvoor er in elke les extra aandacht is of kan Zie zo Taal zijn. Deze woorden zijn een combinatie van schooltaalwoorden en themawoorden. Tijdens de woordenschatlessen is er expliciete aandacht voor deze woorden, doorheen alle andere lessen heb je de mogelijkheid er extra aandacht aan te besteden indien je dat wenst of nodig acht. De aandacht voor een rijk taalaanbod zit verweven in alle methodes die Zwijsen ontwikkelt. Vanaf Dag Jules! is dit een uitgangspunt waarop verder gebouwd wordt in Schatkist over Veilig leren lezen tot bij Zie zo Taal/Spelling. De leerlingen groeien op in een steeds veranderende samenleving waarin ze moeten leren omgaan met een steeds groter aanbod aan onder andere beelden. Beelden zeggen vaak meer dan woorden en dus vinden we het in Zie zo Taal/Spelling belangrijk ook aan de hand hiervan taal te onderwijzen. Reuzenprentenboeken en echte kinderboeken In Veilig leren lezen maken de leerlingen kennis met reuzenprentenboeken, boekjes toneellezen en samenleesboeken. Deze drie materialen komen in het tweede leerjaar opnieuw aan bod bij voortgezet technisch lezen. De aantrekkelijkheid én herkenbaarheid van deze materialen zorgen ervoor dat de leesbevordering bij de leerlingen aangewakkerd wordt. Bovendien wordt deze lijn doorgetrokken naar leerjaren 3 tot en met 6 van Zie zo Taal in de lessen voortgezet technisch lezen en begrijpend/studerend lezen. Het huis van Reus De leerlingen gaan in leerjaar 3 eveneens aan de slag met echte kinderboeken. 5

Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Attractief Vanaf leerjaar 4 kiezen we voor fragmenten uit zorgvuldig gekozen jeugdboeken. De reden hiervoor is dat we zoveel mogelijk verschillende tekstsoorten aan bod willen laten komen en door te werken met fragmenten kun je hieraan beter tegemoet komen. Zowel voor leerjaar 4 als leerjaar 5 krijg je een boekenlijst van de boeken waaruit de fragmenten komen. Op deze manier kun je indien gewenst deze boeken voorzien voor de klasbibliotheek of ze gaan ontlenen in de bibliotheek. Leerlingen die geprikkeld worden door het fragment in hun taalboek kunnen op deze manier het hele boek lezen. Houvast voor de leerling Met Zie zo Taal/Spelling stimuleer je het leren leren bij de leerlingen. We vinden het belangrijk dat je leerlingen samenwerkend en individueel kunt laten leren indien de omstandigheden dit toelaten. Om het leren leren-proces een volwaardige kans te kunnen geven is het niet alleen essentieel dat jij als leerkracht een competente coach kunt zijn en hierin via de materialen ondersteund wordt. Het is ook van groot belang dat de leerlingen houvast krijgen in de materialen. Dit gebeurt op verschillende manieren. leren bijvoorbeeld een strategie in een les woordenschat van leerjaar 2 en deze strategie wordt waar nodig toegepast tot en met leerjaar 6 in lessen schrijven, begrijpend lezen en spreken. Tenslotte is het een bewuste keuze van de makers van Zie zo Taal/Spelling om de structuur van de lessen herkenbaar voor de leerlingen (en de leerkracht) te houden. Zelfstandig en samenwerkend leren wordt hierdoor vergemakkelijkt en ook bij begeleid leren geeft het jou en de leerlingen houvast. De pictogrammen en duiden aan dat leerlingen in hun werkboek of taalboek werken. Op deze manier worden ze genavigeerd doorheen de lessen. Ze starten wel telkens in het taalboek en gaan van daaruit eventueel naar hun werkboek. Voor een uitgebreide beschrijving van hoe houvast in de verschillende domeinen en materialen gerealiseerd wordt, zie Hoofdstuk 2: en Hoofdstuk 4: Aanpak. In het taalboek wordt steeds de doelstelling van de les in leerlingentaal geformuleerd. Dit doen we om de leerlingen duidelijk te maken waarover de les zal gaan en vooral ook waarom ze deze leerstof moeten leren. Ook opdrachten en formuleringen gebeuren steeds in heldere leerlingentaal. Zie zo Taal/Spelling hecht veel belang aan strategieën. Deze strategieën worden over de verschillende domeinen én leerjaren heen toegepast en worden ook zowel in Zie zo Taal als in Zie zo Spelling gehanteerd. Leerlingen 6

Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Flexibel Zowel met Zie zo Taal als Zie zo Spelling heb je de mogelijkheid de lesaanpak te kiezen die het beste bij jou en je klas past. Concreet houdt dit het volgende in: je kunt de les volgen zoals ze beschreven staat in de handleiding en dan is het een combinatie van individueel, samenwerkend en begeleid leren. De verschillende werkvormen zijn in één oogopslag duidelijk in je handleiding aan de hand van herkenbare pictogrammen: Individueel leren Samenwerkend leren Begeleid leren Afhankelijk van je eigen voorkeur van lesgeven, van het niveau van je klasgroep, van de grootte van je klasruimte enz. kun je kiezen voor de flexibele werkvorm, te herkennen aan dit pictogram: Deze flexibele werkvorm geeft je de mogelijkheid een deel van je les meer of minder individueel, samenwerkend of begeleid te geven. Indien je liever het standaardlesverloop volgt, kun je de flexibele werkvorm gewoon links laten liggen en de les geven zoals ze beschreven staat. Of je kiest voor het standaardlesverloop of voor de combinatie met de flexibele werkvorm, bij beide manieren van aanpak garanderen we je dat je aan alle lesdoelen werkt zoals beschreven linksboven in de handleiding. Voor een uitgebreide beschrijving van hoe je de lessen geeft, zie Hoofdstuk 2:. Zorg Differentiatie, remediëring en (brede) evaluatie spelen een voortdurende en centrale rol binnen Zie zo Taal/Spelling. Nog voor je begint les te geven krijg je al observatie- en reflectietips per domein. Deze tips bevestigen je of je leerlingen de leerstof goed oppikken en helpen je ook bij het opsporen van mogelijke struikelblokken bij hen. De verschillende werkvormen en vooral ook de flexibiliteit hierin (individueel, samenwerkend en begeleid) maken ook dat je meer of minder kunt gaan differentiëren al naargelang de noden van je klasgroep. Het voortgezet technisch lezen vindt in het tweede leerjaar plaats op drie niveaus, in het derde leerjaar op twee niveaus en dus ook hierin kun je differentiëren. Binnen Zie zo Spelling vind je in de kopieermap voor elk spelprobleem extra oefeningen. Deze oefeningen kun je inzetten als remediëringsopdrachten door ze begeleid aan te bieden en er eventueel herinstructie bij te geven. Je kunt ze ook inzetten als extra opdrachten voor die leerlingen die nog wat extra oefening kunnen gebruiken. Na het invullen van de registratieformulieren die je zowel in de kopieermap van Zie zo Taal als in de kopieermap van Zie zo Spelling vindt, is onmiddellijk duidelijk voor welke leerlingen nog extra inoefening of remediëring nodig is. Zie zo Taal/Spelling heeft ook uitgebreid aandacht voor verrijkingsopdrachten. Deze opdrachten herken je in de werkboeken (voor Zie zo Taal en Zie zo Spelling) en de kopieermap (voor Zie zo Spelling) aan het pictogram extra opdracht of de benaming ervan (in Zie zo Spelling). Dit zijn zowel bij de taal- als de spellinglessen opdrachten die een link met een ander domein leggen, iets speelser of creatiever zijn van aard en net dat tikkeltje meer vragen en bieden. Voor een uitgebreide beschrijving van het zorgsysteem, zie Hoofdstuk 5: Evaluatie en remediëring. 7

2013 Uitgeverij Zwijsen N.V., Antwerpen maakt deel uit van WPG ISBN 978-905535-6362 D/2013/1919/186 NUR 191 In deze uitgave van Zie zo Taal werd gebruik gemaakt van materiaal van Taal/Lezen/Spelling in Beeld, methode voor het lager onderwijs van Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburg. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaandelijke toestemming van de uitgever. Informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot de reproductie vindt u op www.reprobel.be. Aan het verwerven, waar nodig, van toestemming tot overname is door de uitgever de uiterste zorg besteed. Zou desondanks blijken dat een rechthebbende over het hoofd is gezien, dan verzoeken wij deze contact op te nemen met Uitgeverij Zwijsen België N.V. Auteurs Sofie Peeters Bart Van Spaendonk Coördinatie Werner Schrauwen Jo van den Hauwe Advies Karen Dehaen Riet Jeurissen Magda Mommaerts Bruno Sagaert Werner Schrauwen Jo van den Hauwe Hilde Van Keer Redactie Pieter Delfosse TEXTeM Projectteam Zwijsen BE Patrick Vandevelde (uitgever) Evi Triest (projectleider) Hyo Jung De Smet (hoofdredacteur) Ann Weyn (auteurscoördinator) Els Hoebrechts (redacteur) Jef Kenis (redacteur) Ellie Kloots (productiebegeleider) Laura De Kimpe (projectmedewerker) 2013 Uitgeverij Zwijsen N.V., Antwerpen maakt deel uit van WPG ISBN 978-905535-6485 D/2013/1919/222 NUR 191 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaandelijke toestemming van de uitgever. Informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot de reproductie vindt u op www.reprobel.be. Aan het verwerven, waar nodig, van toestemming tot overname is door de uitgever de uiterste zorg besteed. Zou desondanks blijken dat een rechthebbende over het hoofd is gezien, dan verzoeken wij deze contact op te nemen met Uitgeverij Zwijsen België N.V. 5 Hoofdstuk 2: Leerkrachtmateriaal 1. Handleiding 4 Zie zo Taal handleiding blok 1 tot 4 Zwijsen BE 5 Zie zo Spelling blok 5 tot 8 handleiding handleiding blok 1 tot 4 4 Zie zo Taal Zie zo handleiding Een leerjaar bestaat uit acht blokken waarvan elk blok bestaat uit vier weken. Per handleiding zijn steeds vier blokken uitgewerkt. De handleiding is voor jou als leerkracht van essentieel belang aangezien ze je doorheen het lesgeven met Zie zo Taal/Spelling zal gidsen. De materialen zijn zo ontwikkeld dat ze zeer gebruiksvriendelijk zijn. Daarom werken we in de handleiding met enkele steeds weerkerende pictogrammen. Deze pictogrammen geven je in één oogopslag een zicht op het lesverloop en vergemakkelijken het overschakelen naar andere materialen. Je vindt een overzicht van deze pictogrammen eveneens terug op de bladwijzer die bij de handleiding hoort. Zie zo Spelling handleiding blok 5 tot 8 Zwijsen BE Winkelmandje = tijdig te zoeken of vooraf klaar te maken Kopieermap Taalboek Werkboek Begeleid leren Individueel leren Samenwerkend leren Flexibele werkvorm 5 Spelling blok 5 tot 8 Blokoverzicht Het blokoverzicht in het begin van elke handleiding van zowel taal als spelling geeft een algemene weergave van de vier blokken die zijn uitgewerkt binnen de handleiding. Via dit blokoverzicht zie je bijvoorbeeld meteen voor welke les je tijdig iets moet zoeken of vooraf klaarzetten (winkelmandje). Bij elk blok staat rechts bovenaan het thema. Verder krijg je een duidelijk beeld van de vier weken waaruit het blok is opgebouwd. Zo is weergegeven welk domein in welke les wordt behandeld, wat de doelen zijn, welke materialen nodig zijn en je krijgt ook een opsomming van woorden uit de rubriek Aandacht voor woorden (zie later). Een week bestaat binnen deze taalmethode uit 6 taallessen in het tweede leerjaar, 5 taallessen in leerjaren 3 tot en met 6. Binnen deze lessen komen alle taaldomeinen aan bod. Een week in Zie zo Spelling bestaat uit 3 lessen in het tweede leerjaar, 2 lessen in leerjaren 3 tot en met 6. De spellinglessen zijn lessen van 25 minuten maar je kunt deze lessen makkelijk bundelen naar lessen van 50 minuten. Lesbeschrijving basislessen (weken 1 tot en met 3) De lesbeschrijving bij Zie zo Taal/Spelling is in de handleiding steeds weergegeven op twee bladzijden. Zo vind je in één oogopslag alle informatie vlot terug. Deze lesbeschrijving is ook steeds op dezelfde manier weergegeven. Links bovenaan vind je het les- en bloknummer, alsook het domein dat in de betreffende les wordt behandeld. Rechts bovenaan vind je steeds het thema van het blok en de duur van de les. 8

Hoofdstuk 2: Leerkrachtmateriaal In de zijbalken komen dezelfde rubrieken bij elke les terug. Doelen: een oplijsting van de doelen die in de les aan bod zullen komen, geformuleerd op leerkrachtniveau. De concordantie van de doelen met de verschillende netten en de eindtermen vind je terug in de concordantielijst die apart bij de methode gratis te verkrijgen is en in de verschillende digitale agendaprogramma s komt. Materiaal: een oplijsting van de benodigde materialen voor deze les. Je vindt hier een verwijzing naar het leerlingmateriaal en de materialen die je zelf vooraf zoekt of klaarmaakt. Didactische info: in deze rubriek krijg je specifieke didactische informatie over de les. Het gaat hier bijvoorbeeld om het kaderen van de les binnen de leerlijn, beginniveau van de leerlingen, algemene informatie over het domein enz. Praktische info: deze rubriek geeft informatie over onder andere klasindeling, benodigdheden, werkvormen In deze rubriek wordt voor de lessen technisch lezen ook de link gelegd met evaluatie. Aandacht voor woorden: binnen Zie zo Taal/ Spelling is een aparte leerlijn woordenschat opgenomen. De rubriek Aandacht voor woorden bevat de woorden waarvoor er in elke les extra aandacht is of kan zijn. Deze woorden zijn een combinatie van schooltaalwoorden en themawoorden. Tijdens de woordenschatlessen is er expliciete aandacht voor deze woorden, doorheen alle andere lessen heb je de mogelijkheid er extra aandacht aan te besteden indien je dat wenst of nodig acht. Centraal in de lesbeschrijving vind je het lesverloop. Zoals reeds gezegd in hoofdstuk 1 kun je het standaardlesverloop volgen. Dat is een combinatie van individueel, samenwerkend en begeleid leren. Binnen de handleiding wordt echter meermaals aangegeven hoe je als leerkracht hierop kunt variëren via het pictogram flexibele werkvorm. Ook de verrijkingsopdrachten en extra opdrachten, herkenbaar aan en de rubrieken Praktische info en Tip geven je de mogelijkheid van het standaardlesverloop af te wijken. Het lesverloop kent een vaste indeling met volgende onderdelen: Op verkenning Uitleg (uitgezonderd de lessen voortgezet technisch lezen) Aan de slag Terugkijken. Deze indeling vind je ook terug in het leerlingmateriaal, namelijk het taal- en werkboek. Vaak wordt het verloop van het leergesprek beknopt weergegeven aan de hand van voorbeeldvragen en/of stapsgewijze redeneringen. Op die manier kunnen ook collega s die nog niet vertrouwd zijn met de Zie zo Taal/Spelling-methodiek zich snel en grondig voorbereiden. Binnen Zie zo Taal/Spelling zijn alle oefeningen die aan bod komen binnen de basislessen opgenomen in het taal- en werkboek. Je hoeft dus als leerkracht geen andere oefeningen meer te voorzien. De kopieermap (zie verder) bevat enkel kopieerbladen voor differentiatie, evaluatie en remediëring. Tip: in deze rubriek worden allerlei soorten tips gegeven. Bijvoorbeeld om de les op creatieve wijze uit te breiden, de link te leggen met andere vakken zoals W.O., muzische vorming 9

Hoofdstuk 2: Leerkrachtmateriaal Lesbeschrijving Evaluatie- en remediëringsweek (week 4) De vierde week is altijd de evaluatie- en remediëringsweek. In de handleiding krijg je via een overzichtsblad van de vierde week een duidelijk beeld van wanneer de verschillende domeinen zullen getoetst worden. Je vindt er ook hoe je binnen week 4 de toetsen maar ook de remediëring, herhaling en/of verrijking kunt organiseren in je klas. De lessen van week 4 zien er qua opbouw anders uit dan de basislessen. Het overzicht geeft weer hoe je de lessen 16, 17, 18, 19 en 20 kunt organiseren tijdens week 4 van het blok. Er zijn vier lessen evaluatie van 50 minuten. Les 19 bestaat uit twee delen: de afname van de toets spreken/luisteren (25 minuten) en de toets technisch lezen (25 minuten). Zowel de toetsen spreken/luisteren als technisch lezen kun je eventueel spreiden over verschillende lessen: de leerlingen komen dan individueel bij jou. In les 20 wordt er geen toets meer afgenomen. Hier heb je tijd om nog verder te remediëren, oefenen en/of verrijken. Les 16 50 Begrijpend lezen Toets + zelfevaluatie Les 18 50 Woordenschat en taalbeschouwing Toets + zelfevaluatie Les 20 50 Remediëren: begrijpend lezen, schrijven, woordenschat en taalbeschouwing Oefenen: begrijpend lezen, schrijven, woordenschat en taalbeschouwing, technisch lezen Verrijken Evaluatie en remediëring blok 5 Les 17 50 Schrijven Toets + zelfevaluatie Les 19 50 Spreken/luisteren 25 Toets + zelfevaluatie Technisch lezen 25 Toets + zelfevaluatie Er zijn telkens vijf lessen evaluatie en remediëring. De lessen bestaan soms uit twee delen: de afname van een toets en daarna tijd om te remediëren, oefenen en/of verrijken. Soms neem je ook enkel de toets af. In Zie zo Spelling geef je in het tweede leerjaar in de vierde week drie lessen en in leerjaren 3 tot en met 6 twee lessen. In leerjaar 2 neem je een signaaldictee af, remedieert vervolgens per spelprobleem en daarna neem je een controledictee af. In leerjaren 3 tot en met 6 remedieer je eerst en neem je vervolgens het dictee af. Voor de toetsen voortgezet technisch lezen komen de leerlingen individueel tot bij jou. 43 Die kun je spreiden over verschillende lessen naar eigen keuze, net als de toetsen spreken/luisteren. Tijdens de laatste les van het blok wordt er geen toets meer afgenomen. Hier heb je tijd om nog verder te remediëren, oefenen en/of verrijken. Een aantal rubrieken komt in de zijbalk op dezelfde manier terug als in de basislessen. Toets/Remediëren/Oefenen/Verrijken: In Zie zo Taal krijg je bij de toets van elk domein een korte beschrijving van iedere oefening, met aansluitend de waardering. Bij de onderdelen remediëren/oefenen/verrijken krijg je een beschrijving van waar de focus ligt binnen de desbetreffende oefeningen van dat domein. In Zie zo Spelling vind je in de kopieermap per spelprobleem extra oefeningen zodat de leerlingen heel gericht extra kunnen oefenen of geremedieerd worden. Zelfevaluatie: Aangezien Zie zo Taal/ Spelling kiest voor brede evaluatie neemt ook zelfevaluatie een belangrijke plaats in. In deze rubriek krijg je tips hoe je de leerlingen hierin kunt begeleiden. De zelfevaluatie staat steeds onder de toets in een apart kader en wordt niet gequoteerd. Registratieformulier: Deze rubriek geeft je tips over hoe je dit formulier kunt invullen. 2. Kopieermap: Evaluatie en remediëring De kopieermap bevat alles wat je als leerkracht nodig hebt voor het evalueren en remediëren van je leerlingen bij het werken met Zie zo Taal/Spelling. Om je hierin te begeleiden bevat de kopieermap per blok een duidelijk overzicht van de documenten die je per domein nodig hebt. evaluatie remediëring blok 1 tot 4 Zie zo Taal 2 10

Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 5 Hoofdstuk 2: Leerkrachtmateriaal Zie zo Taal blok 5 Evaluatie en remediëring Zie zo Taal blok 6 Observatie- en reflectietips Zie zo Taal blok 6 Observatie- en reflectietips Observatie- en reflectietips 154 Woordenschat en taalbeschouwing Toets woordenschat en taalbeschouwing + zelfevaluatie 156 Registratie- en observatieformulier woordenschat en taalbeschouwing 158 Remediëring en oefening 159 Technisch lezen Teksten leesboek blok 5 Lezertje Lol en Lezertje Lach 161 Lezertje Leuk 164 Zelfevaluatie 165 Registratie- en observatieformulier technisch lezen 166 Oefening 167 Schrijven Toets schrijven + zelfevaluatie 170 Registratie- en observatieformulier schrijven 172 Remediëring en oefening 173 Begrijpend lezen Toets begrijpend lezen + zelfevaluatie 175 Registratie- en observatieformulier begrijpend lezen 178 Remediëring en oefening 179 Spreken/luisteren Toets spreken/luisteren + zelfevaluatie 182 Registratie- en observatieformulier spreken/luisteren 184 Toets Woordenschat en taalbeschouwing - Neem tijdens het invullen van het registratieformulier woordenschat blok 6 de volgende observatie- en reflectietips in acht. Ze kunnen je helpen om een nog duidelijker beeld van je leerlingen te krijgen. - Oefening 1: heeft de leerling een hoofdletter geschreven op de verkeerde plaats? Laat hem de zinnen opnieuw lezen en vraag hem aan te duiden wanneer een zin begint en eindigt. Kijk goed of er fouten gemaakt worden tegen alle leestekens of tegen één specifiek. - Oefening 2: heeft de leerling moeite met het vormen van juiste zinnen? Heeft de leerling een verkeerde volgorde gekozen? Heeft hij de hoofdletters en leestekens vergeten? Bespreek dit even samen. - Oefening 3: heeft de leerling een fout antwoord gegeven? Bespreek het mondeling. Woorden betekenen namelijk niet altijd wat je eerst zou denken Toets Technisch lezen In blok 6 werd er aandacht geschonken aan de volgende items: - Verbetert zichzelf (na wacht-hint-prijs). - Verbetert een andere leerling (volgens wacht-hint-prijs). - Leest vlot met aandacht voor leestekens, ritme en pauzes. - Leest dialogen vlot en correct. - Leeft zich in de personages in en leest voor met gepast stemgebruik, expressie en een goede intonatie. - Leest correct en duidelijk voor met aandacht voor een goede articulatie. - Beleeft plezier aan het lezen. Tijdens het afnemen van de leestoets kun je een aantal van deze items niet observeren. Het verbeteren van een andere leerling bijvoorbeeld dien je vooraf, tijdens de lessen, te observeren. Of een leerling al dan niet plezier beleeft aan het lezen, bekijk je ook beter tijdens de lessen en niet tijdens die ene toets. Op het registratieformulier vind je nog meer observatiecriteria. Ze geven je de mogelijkheid om meer in detail bij te houden wat leerlingen al goed doen en waar er nog moeilijkheden zijn. Ook dat kun je best al doen tijdens de lessen om een beter beeld te krijgen. Sommige leerlingen kunnen zenuwachtig zijn als ze bij jou moeten lezen en daardoor minder goed presteren. Je kunt bij de leestoets van blok 6 de leerling alle rollen laten voorlezen. Zo kun je extra letten op intonatie, stemgebruik, inleving en expressie. Je kunt er ook voor kiezen om de rollen te verdelen, waarbij je als leerkracht ook een rol op je neemt en de overige tekst door de leerling laat lezen. Geef hierover duidelijke instructies aan de leerling voor hij aan zijn leestoets begint. Toets schrijven Neem tijdens het invullen van het registratieformulier schrijven blok 6 de volgende observatie- en reflectietips in acht. Ze kunnen je helpen om een nog duidelijker beeld van je leerlingen te krijgen. - Oefening 1: heeft de leerling een goed woordenweb gemaakt? Als het woordenweb niet goed is, kan de tekst daardoor ook minder goed zijn. Hoe is het recept? Zijn de zinnen duidelijk geformuleerd of zijn ze te lang? Heeft de leerling de stappen van het bereiden goed neer kunnen schrijven? Heeft de leerling nog iets leuks of origineels toegevoegd? - Oefening 2: is de titel passend? - Oefening 3: heeft de leerling de zinnen in de juiste volgorde gezet? Heeft hij ze genummerd? Bespreek met de leerling wat er minder goed ging en maak eventueel samen de oefening fruitsla op het oefenblad. Toets Begrijpend lezen Neem tijdens het invullen van het registratieformulier begrijpend lezen blok 6 de volgende observatie- en reflectietips in acht. Ze kunnen je helpen om een nog duidelijker beeld van je leerlingen te krijgen. - Oefening 1: heeft een leerling een verkeerde tekstsoort aangekruist? Houd een kort gesprek. Vraag hem waarom hij dat antwoord heeft aangeduid. Hoe komt hij tot dit antwoord? Laat hem verwoorden welke vorm deze tekst heeft. Verwijs naar de verdeling in hokjes en de tekeningen met korte tekst in de tekstballonnen. Heeft de leerling ook het verbindingswoord gevonden? Zo niet, bespreek het even. - Oefening 2: om de naam van het hoofdpersonage te ontdekken moet de leerling wel lezen tot het einde van het verhaal. Heeft de leerling dat gedaan? Heeft hij de naam niet opgemerkt? Bespreek kort. Heeft de leerling het gevoel van het hoofdpersonage en de hond niet herkend of een verkeerd gevoel aangeduid? Is het voor hem niet duidelijk getoond in de strip? Bespreek het samen. - Oefening 3: heeft de leerling hier midden of slot aangeduid? Bespreek het mondeling. Doordat eerst het huis van Nel wordt voorgesteld, weet je dat het een inleiding is. Meteen daarna volgt het probleem: het vuur. - Oefening 4: wie goed naar de tekeningen kijkt, ziet dat de kip bang is en gehaast om haar spullen uit het huis te halen. Bespreek dat met de leerling die een foutief antwoord heeft gegeven. - Oefening 5: verkeerd antwoord? Weet de leerling wat verzonnen betekent? Bespreek het mondeling. - Oefening 6: gebruikt de leerling passende verbindingswoorden of niet? Laat hem de tekst nog eens lezen. Hoort de leerling wat er niet klopt? 153 186 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 6 Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 6 187 Brede evaluatie Evaluatie is een veelbesproken onderwerp binnen het onderwijs. Zie zo Taal/Spelling kiest voor brede evaluatie en maakt dit via verschillende instrumenten in de kopieermap praktisch haalbaar. Je krijgt met andere woorden materiaal om je diverse leerlingengroep op elk moment in hun leerproces nauwkeurig op te volgen. Je vindt in de kopieermap van Zie zo Taal volgende documenten: - observatie- en reflectietips per domein; - schriftelijke toetsen per domein, ook voor spreken/luisteren; - zelfevaluatie door de leerling; - Oefenen -bladen, dit zijn extra oefeningen en/of remediëringsoefeningen; - een registratiesysteem voor het hele schooljaar. De kopieermap van Zie zo Spelling bevat volgende documenten: - controledictee (voor leerjaar 2) en signaaldictee (voor leerjaren 2 tot en met 6); - registratieformulieren; - extra oefeningen per spelprobleem. Wat productevaluatie betreft is er per domein een schriftelijke toets opgenomen. Deze toetst de aangeboden leerstof uit de lessen op een voor je leerlingen herkenbare wijze. Voor de minder eenduidige maar erg belangrijke procesevaluatie beschik je als leerkracht over een registratie- en observatieformulier per domein. Voor de domeinen Voortgezet technisch lezen en Spreken/Luisteren is er een observatieen reflectieformulier voorzien voor het hele schooljaar. 21 Zie zo Taal blok 5 Toets schrijven Naam Datum 21 Zie zo Taal blok 5 Toets schrijven Naam Datum Zie zo Taal blok 6 Toets technisch lezen leesteksten Lezertje Leuk Naam Datum 1 In een dagboek schrijf je je eigen verhaal. Schrijf over de vorige avond. Wat deed je? Wat gebeurde er? Wat voelde je? Wie was er bij jou? Maak eerst een woordenweb over de vorige avond. Schrijf wat de meisjes tegen elkaar zeggen. Denk aan hoe ze zich voelen. Fragment Hier waak ik! (p. 49) de vorige avond Lin: Tine: Tom Ha Blafneus, ben je daar weer? Heb je me gemist? Ik weet wat jij wilt. De hond snuffelt in zijn zak. Flip Tom Zonder hond? Ja. Kijk, deze hond is bijvoorbeeld heel lief, maar hij blaft iets te veel. Lin: Tom Ja, je wilt worst. Maar dat heb ik niet meer. Echt niet. Flip kijkt streng. Flip Dus u laat hem dan zomaar achter? 1 Schrijf nu je verhaal in je dagboek. Schrijf 5 zinnen. Bedenk ook een titel. Let op de volgorde van de zinnen. Tine: Lin: Tine:./3 Flip haalt diep adem. Flip Zeg meneer! Waarom bent u weggelopen? Tom Hoe bedoel je? Flip U was toch bij de brievenbus, vanmorgen? Tom Ja. Flip Dat is toch zielig voor Flappie? Tom Flappie? Flip bedenkt dat hij zich vergist. Flip O ja, u noemt hem Blafneus. Kleur het juiste gezicht. Dat kan ik heel goed. Totaal:./10 Tom Flip Tom Ja, hoezo? Tom Waarom bent u weggelopen? Gewoon. Als ik ergens anders meer kan verdienen, ga ik daar Flip naartoe. Nee hoor. Dat was maar een grapje. Flappie is ook een mooie naam. Hoe heet jij eigenlijk? Flip../7 Dat vind ik nog moeilijk. Dat kan ik nog niet. Uit: Hier waak ik! ; tekst Chris Winsemius met illustraties van Claudia Verhelst Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburg 2 Kijk naar de afbeelding en lees de tekst. Lin wil in de douche. Maar haar grote zus Tine gebruikt de badkamer. Al veel te lang Lin moet naar school. Ze wil zichzelf nog wassen. Ik kan een woordenweb maken voor mijn verhaal in een dagboek. Ik kan in een kort verhaal schrijven wat ik zelf beleefd en gevoeld heb (dagboek). Ik kan een gesprek schrijven tussen twee mensen. 170 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 5, les 21 Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 5, les 21 171 Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 6, lessen 20 en 21 197 11

Hoofdstuk 2: Leerkrachtmateriaal Bij de evaluatie wordt steeds aandacht besteed aan zelfevaluatie. Op deze wijze wordt het reflectievermogen van leerlingen gestimuleerd en krijg je als leerkracht extra informatie per leerling. Het Zie zo Taal/Spelling-team zorgde ervoor dat deze zelfevaluatie niet beperkt blijft tot het geven van een waardering over de moeilijkheidsgraad van de toets. Wel worden de concrete doelen bevraagd zodat je leerlingen worden aangezet na te denken over de mate waarin zij deze doelen reeds bereikt hebben. Via de adviesnorm bij de registratie- en observatieformulieren word je als leerkracht ondersteund in het gedifferentieerd werken. Op basis van de toetsresultaten kun je per leerling kiezen voor remediëring, herhaling of verrijking. Hiertoe is een reeks extra oefeningen opgenomen die de deelvaardigheden uit de lessen en de overeenkomstige toets aanbieden. Ook hier wordt de lijn van flexibiliteit in werkvormen doorgetrokken: je kan je leerlingen zowel individueel als per twee laten inoefenen. 3. Leerkrachtassistent: software voor het digitaal schoolbord De leerkrachtassistent van Zie zo Taal ondersteunt je lessen en maakt ze levendiger! Je krijgt een gestructureerd overzicht van je lessen waarin je volgende tools kunt hanteren: - bordboeken (van taalboek, werkboek en kopieermap); - filmpjes en audiofragmenten voor tijdens de lessen en toetsen spreken/luisteren; - een overzicht van de woordenschat die per les aan bod komt. 12

7/18/2013 1:52:48 PM Hoofdstuk 2: Leerlingmateriaal cteur) r) er) 2013 Uitgeverij Zwijsen N.V., Antwerpen maakt deel uit van WPG ISBN 978-905535-6386 D/2013/1919/188 NUR 191 In deze uitgave van Zie zo Taal werd gebruik gemaakt van materiaal van Taal/Lezen/Spelling in Beeld, methode voor het lager onderwijs van Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburg. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaandelijke toestemming van de uitgever. Informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot de reproductie vindt u op www.reprobel.be. Aan het verwerven, waar nodig, van toestemming tot overname is door de uitgever de uiterste zorg besteed. Zou desondanks blijken dat een rechthebbende over het hoofd is gezien, dan verzoeken wij deze contact op te nemen met Uitgeverij Zwijsen België N.V. 1. Taalboek 2 Zie zo Taal taalboek blok 1 tot 4 Zwijsen BE taalboek blok 1 tot 4 Het taalboek van Zie zo Taal is met zijn harde kaft geschikt voor het veelvuldig gebruik ervan. Per leerjaar worden twee kleuren gebruikt die terugkeren bij de werkboeken. Dit maakt de materialen zowel voor jou als voor de leerlingen eenvoudig herkenbaar. Leg je jouw handleiding naast het taalboek van de leerlingen, dan merk je heel wat overeenkomsten op. Binnenin het taalboek zie je in de eerste plaats de opmaak uit de handleiding terugkeren. Zo staan links bovenaan het les- en bloknummer en het domein vermeld. Rechts bovenaan zien de leerlingen per les het thema van het blok. Vervolgens wordt in de balk links bovenaan telkens de vraag Wat ga je doen? beantwoord. In leerlingentaal wordt zo voor de leerlingen het doel van elke les geformuleerd. In het taalboek komen bovendien enkele pictogrammen uit de handleiding terug. Zo geeft het pictogram aan dat ze voor die bepaalde oefening mogen samenwerken tenzij je er als leerkracht natuurlijk anders over beslist. Als er geen pictogram staat, betekent het dat de oefening individueel kan gemaakt worden. Je kunt er echter even goed voor kiezen die oefeningen begeleid te maken, vandaar dat we enkel het pictogram voor samenwerken in het taalboek plaatsen. 2 Zie zo Taal Het pictogram zorgt ervoor dat de leerlingen weten dat er zal worden overgeschakeld naar het werkboek. De indeling in het taalboek is overeenkomstig met het lesverloop uit de handleiding: Op verkenning Uitleg Aan de slag Terugkijken. Het eerste onderdeel Op verkenning is inductief. Dit betekent dat de leerlingen in deze fase van de les zelf aan de slag gaan met wat in de les aan bod zal komen. Zo komen ze zelf tot ideeën, vragen, onzekerheden, verwachtingen met betrekking tot de les. Op die manier wordt de nieuwsgierigheid geprikkeld en zijn de leerlingen van bij het begin betrokken bij de les. In het onderdeel Uitleg wordt voor alle lessen uitgezonderd de lessen technisch lezen de lesinhoud samengevat. Dit onderdeel klassikaal bespreken zorgt ervoor dat je leerlingen met voldoende achtergrond aan de slag kunnen. Het is tevens na je les en bij de voorbereiding van toetsen een dankbaar instrument: aan de hand van de doelstelling linksboven en de samenvatting van de les kunnen de leerlingen de leerstof leren. Bij het onderdeel Aan de slag maken de leerlingen, hetzij individueel hetzij samenwerkend, oefeningen die aan de doelen van de les werken. Deze oefeningen geven de leerlingen de kans om in te oefenen wat in het onderdeel Uitleg klassikaal werd besproken. Een samenvattend reflectiemoment wordt voorzien binnen het onderdeel Terugkijken. Na Terugkijken vind je ook nog de extra opdracht, te herkennen aan. Als je dit pictogram niet terugvindt in het taalboek betekent het dat het in het werkboek staat. 13

Hoofdstuk 2: Leerlingmateriaal Dit pictogram duidt op een extra opdracht en een dergelijke opdracht vind je bij elke les terug. Het is één van de differentiatie-elementen binnen Zie zo Taal. vragen, onzekerheden, verwachtingen met betrekking tot de les. Op die manier wordt de nieuwsgierigheid geprikkeld en zijn de leerlingen van bij het begin betrokken bij de les. 2. Werkboek Net als in het taalboek, komen in het werkboek voor de leerlingen enkele pictogrammen uit de handleiding terug. Zo geeft het pictogram aan dat voor een bepaalde oefening zal worden samengewerkt. Het pictogram zorgt ervoor dat de leerlingen weten dat er zal worden overgeschakeld naar het taalboek. Verder worden in het werkboek ook nieuwe pictogrammen gebruikt die aangeven wat de leerling moet doen en op die manier de schriftelijke opdracht visueel ondersteunen. De opbouw van het taal- en werkboek, met o.a. de pictogrammen stimuleren het zelfstandig werken en leren van jouw leerlingen. Bovendien is de opbouw van het werkboek van Zie zo Taal volledig analoog met het werkboek van Zie zo Spelling dus ook hier spelen herkenbaarheid en eenvoud een belangrijke rol. De pictogrammen die de leerlingen in hun werkboek terugvinden, zijn: Kleur Omkring Onderstreep Schrijf Teken Verbind In het werkboek herken je eveneens de indeling van het lesverloop uit de handleiding: Op verkenning Uitleg Aan de slag Terugkijken. In het onderdeel Uitleg wordt voor alle lessen uitgezonderd de lessen technisch lezen de lesinhoud samengevat. Dit vind je terug in het taalboek. Bij het onderdeel Aan de slag maken de leerlingen, hetzij individueel hetzij samenwerkend, oefeningen die aan de doelen van de les werken. Deze oefeningen geven de leerlingen de kans om in te oefenen wat in het onderdeel Uitleg klassikaal werd besproken. Een samenvattend reflectiemoment wordt voorzien binnen het onderdeel Terugkijken. Na Terugkijken vind je ook nog de extra opdracht, te herkennen aan. Als je dit pictogram niet terugvindt in het taalboek betekent het dat het in het werkboek staat. Dit pictogram duidt op een extra opdracht en een dergelijke opdracht vind je bij elke les terug. Het is één van de differentiatie-elementen binnen Zie zo Taal en Zie zo Spelling. Binnen Zie zo Spelling zitten deze extra opdrachten achteraan in het werkboek en/ of in de kopieermap. Het zijn oefeningen die overkoepelend aan de lessen gemaakt kunnen worden. Ze benaderen spelling vanuit een spelen met taal -perspectief. Achteraan in het werkboek van Zie zo Taal vinden de leerlingen Mijn woordenblad! terug. Het is een spread per blok en dus in elk werkboek van taal vind je twee spreads. Het eerste onderdeel Op verkenning is inductief. Dit betekent dat de leerlingen in deze fase van de les zelf aan de slag gaan met wat in de les aan bod zal komen. Zo komen ze zelf tot ideeën, Het Mijn woordenblad! is een werkdocument dat enerzijds aansluit bij de aparte leerlijn woordenschat die werd opgenomen binnen de taalmethode Zie zo Taal (en ook verder 14

Hoofdstuk 2: Leerlingmateriaal aandacht voor woorden vloeit in Zie zo Spelling). Anderzijds biedt Mijn woordenblad! ook mogelijkheden om woordenschat aan bod te laten komen binnen de andere domeinen. Via Mijn woordenblad! ervaren leerlingen dat ook de woorden die ze niet op school leren van belang kunnen/mogen zijn. Ze ontdekken zo dat het leuk is om met taal bezig te zijn en de eigen woordenschat uit te breiden. Ze zien bovendien dat er verschillen kunnen en mogen bestaan tussen taalgebruikers. Bijvoorbeeld: wat voor jou een moeilijk woord is, hoeft dit niet te zijn voor je klasgenoot. Mijn woordenblad! biedt op deze manier ook diverse mogelijkheden voor interactie en samen ontdekken. Dankzij het onderdeel Aandacht voor woorden (zie handleiding) en Mijn woordenblad! worden jij en je leerlingen voortdurend herinnerd aan het aspect woordenschat. Je leerlingen leren strategieën om woorden beter te begrijpen, op te zoeken, verbanden te leggen tussen woorden Via Mijn woordenblad! kan zo een integratie van woordenschat in de andere domeinen gerealiseerd worden. Voor een uitgebreide beschrijving van de visie achter Mijn woordenblad!, zie Hoofdstuk 4: Aanpak. Mijn woordenblad! bestaat uit drie onderdelen: Mijn woordenblad! mijn mooie, leuke, grappige, moeilijke... woorden Aandacht voor woorden (linker kolom): hier staan de woorden opgelijst die voor de lessen woordenschat werden opgenomen in de rubriek Aandacht voor woorden. Je vindt deze rubriek ook terug in de handleiding. De leerlingen krijgen in de linker kolom dus een overzicht van de woorden waar specifiek aandacht aan besteed werd in de woordenschatlessen van het blok. Je kunt deze linker kolom laten aanvullen met woorden die jij als leerkracht belangrijk vindt of die leven in de klas naar aanleiding van de taal-, spelling- of andere lessen. Mijn mooie, leuke, grappige, moeilijke woorden (rechter kolom): de leerlingen krijgen hier de ruimte om woorden te schrijven waarvan ze om één of andere reden vinden dat ze op hun Mijn woordenblad! thuishoren. Ze kiezen hiervoor zelf woorden die ze mooi, leuk, grappig, moeilijk vinden. Deze woorden hoeven niet uit de lessen woordenschat te komen. Ze kunnen deze woorden in een andere les, op de speelplaats, thuis, bij de bakker gehoord/gelezen hebben. Mijn woordenblad! (middelste kolom): de leerlingen krijgen hier de ruimte om de woorden uit zowel de linker als rechter kolom op een creatieve manier betekenis te geven. Ze kunnen woorden tekenen, gedichten schrijven over een woord, een zin noteren met een woord, een woordenweb maken over een woord Ze mogen deze woorden opnieuw vrij kiezen. De linker en rechter kolom kunnen inspiratie bieden. Een ingevuld Mijn woordenblad! kan er dan bijvoorbeeld zo uitzien. 54 53 Uitgeverij Zwijsen BE Augustus 2014 15