Les 1 Jeugdliteratuur in de klas. Merlijn Rotte 0881083 DNLV1B



Vergelijkbare documenten
Praten over boeken in de klas Het vragenspel van Aidan Chambers

Het leesspel Voorbereiding: Doel van het spel: Het spel:

Druk de A, B en C vragen op hetzelfde kleur papier af (v.b. op geel papier) Druk de P-vragen op een afwijkende kleur papier af en de D vragen ook.

Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers

Boekje voor: spreekbeurt, boekenkring en werkstuk

LESMATERIAAL BOEKVERSLAG 2.0

Lestip 'Anna Amanda de 1ste'

Les 1 Kikker en de Vreemdeling

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

Les 1: Een verhaal dat zich afspeelt in de toekomst

Start met voorlezen van het verhaal. De kinderen kunnen lekker luisteren en griezelen, of lachen.

Lesplan theaterlezen. Voorlezen? Herhaald lezen?

LESSUGGESTIES BIJ DE BOEKENKIST COMING OF AGE - praktijkonderwijs

LESMATERIAAL BOEKVERSLAG 2.0

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe?

Cultuureducatie met Kwaliteit

Schrijfpalet. Denk goed na! 12. Olifant met gsm?

Hoe kunnen we WAT ACTIE zodat IETS VERANDERT

Reflectiegesprekken met kinderen

1.1 Vragenlijst: Wat ik leuk Vind

Lestip 'De Reus van de Zomerflat'

Docent HET HOUTEN HUIS

Lesbrief bij Romeo is op Julia en Layla op Majnun

Voorspellen, tekst lezen en verwijswoorden begrijpen

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

Cosis Begeleid Leren

LESBRIEF NR 2 OPDRACHT 1 ANDERS? VOOR GROEP

Lesplan atheneum 5. Woensdag 16 mei 2007, 3 e uur, blok 6: literatuur, les 1

Een schema invullen

BROKKENKAARTEN IN DE KLAS

VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID

WERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Oorlogswinter. Denice Surink

Ik heb dit boek gekozen, omdat ik hem kreeg bij de Grote Lijsters vorig jaar. Toen ik de achterkant had gelezen, wilde ik weten hoe het zou aflopen.

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens

BIJLAGE JURYHANDLEIDING DE INKTAAP

De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan gebeuren vooraan in de klas. Iedereen moet dat goed kunnen zien.

Ik geloof dus ik ben?

De Stilte danst Alice

Opdracht: de kinderen gaan zelf een verhaal bedenken, prenten bij het verhaal ontwerpen en het verhaal presenteren.

Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de belangrijkste tips en trucs.

LESBRIEF NACHTREIS - Sahand Sahebdivani (evt. Anastasis Sarakatsanos)

Doel. Doelgroep. Een film in je hoofd

Bijlage interview meisje

HANDLEIDING TALENTENQUIZ

Buurman in de Winter Plan D / Andreas Denk (Nederland)

Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg

Boekverslag Nederlands De foto in mijn hoofd door Yennik Meert

Jouw superrelatie start nu!

Les 2 Integratie Leestekst: Begeleid Werken. Introductiefase

De Drakendokter: Gideon

Wat doe je in deze les?

Leesclub invulformulier

Boekverslag Nederlands De ijzeren maagd door Bobje Goudsmit

Tekeningen: Hugo van Look. Leopold

Kern 3: doos-poes-koek-ijs

Naam: Silke Bouwman Klas: 3T2 Lerares: Mevr. Scholten

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Liefdesgedichten schrijven

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens

Boekverslag door een scholier 1899 woorden 27 september keer beoordeeld. Eerste uitgave 1997 Nederlands

Shadow Games T42 (Zwitserland)

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Schaduwspits. Gemaakt door : Onur Arslantas. Klas: 3T3. Leraar: Mevrouw Scholten

Drukte bij de molen groep 5/6

Dag 2 Rare rijmende regels

PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Moeilijke kindervragen

Rechtvaardige Rechters in actie

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

Lestip 'Die hoed zit goed'

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden.

De volgende onderdelen moeten in het verslag worden verwerkt:

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Meningsvorming: jij en vluchtelingen

Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden;

De leerkracht voorziet papier, enveloppes en eventueel materiaal om de enveloppes te versieren.

De olifant die woord hield

Wat goed dat je geïnteresseerd bent in de stage '' Leer ze 'n Lesje "voor jouw MaS bij Amnesty International!

Boekverslag & presentatie

LESBRIEF GROEP THEMA: DEMOCRATIE Verwerkingsopdrachten & kopieerbladen voor Samsam nr. 2, 2017

Boekverslag Nederlands Lieve leugens door Brigitte van Aken

Lesbrief Theater Dakota

lezen de kinderen samen met u wat er in de brief staat en schrijven gezamenlijk een brief terug. Groep 1 Groep 2

Boek 1 De jongen in de gestreepte pyjama

Het meisje in mijn hoofd. Naam: Emma Oude Weernink Klas: 3T2 Docent: Mevrouw Scholten

Anne Frank. Lezen & schrijven. met. Laat het ons weten! Handleiding voor de docent en de bibliotheekmedewerker

Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1

Workshop Vertellen. Workshop Vertellen

De zorg moet steeds beter.

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

Boekverslag Nederlands Spijt! door Carry Slee

Handleiding Strategieles Voorspellen niveau A

Kinderboekenweekprogramma. Wie ben jij & wie ben ik? Docentenhandleiding

Lesbrief Waar de Wind Woont

Boekverslag Nederlands Nachtogen door Peter van Gestel

Transcriptie:

Les 1 Jeugdliteratuur in de klas. Merlijn Rotte 0881083 DNLV1 De eerste les die ik hier beschrijf is gebaseerd op de theorie van hambers. Deze les heb ik zelf gegeven aan een klas. Na de beschrijving volgt een korte reflectie. De leerlingen gaan aan de slag met een korte tekst en gaan hierover met elkaar in gesprek. Het doel is niet dat de leerlingen antwoorden krijgen maar dat ze in gesprek gaan over de tekst. Hieronder een globale beschrijving van de les De leerkracht leest het verhaal voor van Johan van de Velde. De leerlingen luisteren aandachtig en vullen vervolgens het schema in. De leerkracht geeft de gelegenheid tot herlezen en daarna om het schema verder in te vullen. Hierna bespreken we met zijn allen wat de antwoorden zijn. lles moet genoemd zijn. De leerkracht schrijft de antwoorden op het bord. De leerlingen schrijven evt mee. Wellicht kom je erachter dat dezelfde woorden in verschillende kollommen staan. Zijn er zaken die opvallen in meerdere kolommen en met elkaar te maken hebben? Valt er meteen een thema of een onderwerp op? Het onderwerp dat je zo ontdekt, gebruik je om de tekst verder te ontdekken. Probeer met de klas de patronen en moeilijkheden te doorgronden, te ontdekken waar die vandaan komen, wat de bedoeling van de schrijver zou zijn. ls het ware ga je op speurtocht door de tekst.

ctiviteit Werkwijze - oncreet leerdoel Leeractiviteit Rol docent De leerlingen krijgen een kort verhaal voorgelezen door de docent. Tijdend het voorlezen luisteren ze goed en vullen al eventueel het schema in. ls leerlingen dat nodig vinden herlezen ze de tekst daarna nog eens voor zichzelf - ctieve Werkvormen - Observerend leren De leerkracht leest het verhaal voor van Johan van de Velde De leerlingen luisteren aandachtig en vullen vervolgens het schema in. De leerkracht geeft de gelegenheid tot herlezen en daarna om het schema verder in te vullen. Hierna bespreken we met zijn allen wat de antwoorden zijn. lles moet genoemd zijn. Leerkracht schrijft de antwoorden op het bord. Hierna gaan we met elkaar in gesprek over wat we nu nog zouden willen weten over het verhaal Opdracht: Tekst lezen an het eind van de les heb je van een korte jeugdtekst opgeschreven wat je opvallend vind. Je geeft je mening over het boek Samenwerken Luistervaardigheid Reflecteren Mening vormen De docent is tijdens de gesprekken stimulerend en coachend aanwezig. Zorg dat je geen antwoorden afdwingt. lles is goed. Stel richtvragen als leerlingen vastlopen.

Wat vond ik leuk? (Evt subvragen: 1. Wat vond je leuk, mooi, goed aan dit boek? Wat is je opgevallen? Waar had je meer over willen lezen?) Wat vond ik niet leuk? (Subvragen: Wat vond je niet leuk? Waren er stukken die je vervelend vond? Heb je stukken overgeslagen? Welke? ls je het boek niet uit hebt, waar ben je dan opgehouden met lezen? Waarom daar? Wat vond ik moeilijk of raadselachtig? Subvragen: Wat vond je vreemd? Was er iets dat je nog nooit in een boek bent tegengekomen? Was er iets dat je totaal verraste? Waren er dingen die niet klopten? Wat of welk woord komt steeds terug in het verhaal? Subvragen: Was er iets dat steeds terug kwam in het verhaal?

Het verhaal De boom op het pleintje Voor de kinderen van Zuid-oost zie Ze waren er toen het gebeurde. Sook wist het gewoon; hij voelde het, zoals hij het koude modderwater voelde rond zijn enkels. Zijn vrienden speelden zo vaak verstoppertje op het pleintje. Sook was dikwijls wat later, als hij een boodschap moest doen of thuis een klusje moest opknappen. ls hij dan op het pleintje aankwam, hadden ze zich steevast allemaal voor hem verstopt en dan was het aan hem om hen te zoeken. Er was niets meer om je te verstoppen. Muren, auto s, reclameborden, souvenirstalletjes, de dozen en vaten naast het winkeltje van de oude humipol. lles was weggespoeld en van humipols winkeltje bleef alleen een hoop natte planken over. De oude palmboom stond er nog en droeg de tekens van hun vriendschap. Hun namen met een zakmes in de stam gekerfd: Palat, Kris, hurai, Nadee, Sook. Een groepje onafscheidelijke makkers die trouw aan elkaar hebben gezworen tot de dood. Sook stond in de schaduw onder de palmbladeren en leunde tegen de ruwe stam. Misschien, als hij zijn ogen sloot en hij telde tot tien, zou alles weer zijn zoals vroeger, zoals gisteren, zoals een uur geleden. Hij zou weer de houten gebouwen zien rond het plein, de stalletjes met T-shirts en souvenirs voor de toeristen en humipol, met zijn grijze haar en zijn doorgroefde gezicht, zou lachend voor de deur van zijn winkeltje staan. Sook kende zijn vrienden door en door en kon al een beetje raden waar ze zich verstopten. hurai was niet zo mager als de rest en was bovendien een kei in het opzoeken van de slechtste verstopplaatsen die je je maar kon indenken. Op een keer was hij gewoon aan de andere kant van de boom gaan staan en Sook had zijn schaduw meteen gezien. Het verwonderde hem dat hurai dit spelletje nooit moe werd. Palat had snelle benen; kwam overal als eerste aan en Sook moest voor hem op zijn hoede zijn. Want eenmaal hij Palat had gezien, zou die met een rotvaart op zijn tot op de draad versleten didas naar de boom sprinten om af te potten. Sook was ook snel, maar haalde het meestal maar nipt. Nadee was de kleinste en kon zich op de meest onmogelijke plekjes verstoppen. Op een keer was hij in de koffer van humipols kleine autootje gekropen. Dat was hem zuur opgebroken toen de oude kruidenier het kofferdeksel dichtsloeg. Je had de opluchting op zijn gezicht moeten zien toen zijn vrienden hem eruit haalden.

En dan was er Kris. Die goeie ouwe Kris. Hij was de oudste van de vijf en de beste in alles; kon een vis vangen met zijn blote handen, floot alle deuntjes van de radio op zijn vingers en verbaasde je steeds weer met de wonderlijkste verhalen. Hij was de meesterverstopper en ze waren met z n allen soms wel een uur naar hem op zoek. Dan bleek de leukerd ergens hoog in een boom te zitten of had hij gewoon bij iemand aangeklopt en gevraagd of hij even binnen mocht komen. Zo was Kris nu eenmaal. Sook opende zijn ogen en dacht even de schaduw van hurai te zien achter de boom. Het was zijn eigen schaduw en waar daarnet nog het dorpspleintje was, dansten de zonnestralen in het rimpelende water. Sook liet zijn vingers over de ingekraste namen van zijn vrienden glijden. Ik zal jullie terugvinden, fluisterde hij. Niemand kan zich voor altijd verstoppen. Johan Vandevelde - 30 januari 2005 Reflectie: Ik heb voor deze les bewust gekozen voor een zeer kort verhaal. Ik heb deze las met een LWOO basisklas gedaan. In deze klas zit veel weerstand voor lezen en ook veel leerlingen hebben achterstand met lezen. Ik was benieuwd wat de leerlingen er van zouden maken. De leerlingen waren tijdens de les, betrokken en gemotiveerd. Ze vonden het leuk om op een andere manier te lezen. In het begin waren veel leerlingen nog wat afwachtend op terughoudend. Ik stimuleerde ze om vooral op te schrijven wat ze dachten en dat er eigenlijk geen foute antwoorden zouden zijn. Ik heb ze verteld dat we op speurtocht zouden gaan door de tekst. Dat idee vonden ze erg leuk. De les duurde 45 minuten en dat was voor hen wel te lang. Wellicht zou ik hem volgende keer in korten en er een deel van mijn les van maken. Dat in ogenschouw genomen heb ik daarom een andere les gemaakt als tweede les idee om volgend schooljaar uit te voeren met een dergelijke klas. Het is een zelfde soort idee als de les hierboven, maar dan iets meer in spelvorm. Ik heb hem echter wel gedifferentieerd zodat je hem ook in klassen met een hoger niveau kan doen.

Les 2 jeugdliteratuur Merlijn Rotte De klas wordt verdeeld in groepjes van ongeveer vier leerlingen. Het is belangrijk dat de leerlingen eerst een boek hebben gelezen voor ze aan de les beginnen. Ze gaan in groepjes bespreken wat ze van een boek vonden, maar in spelvorm. Het groepje (4 6) kinderen dat het spel gaat spelen vormt een kring. In het midden ligt een stapel kaartjes met de vragen naar onder. Om de beurt wordt een kaartje gepakt, de vraag gelezen, en beantwoord door het kind dat het kaartje pakt. Vervolgens reageren de andere kinderen hierop. Daarna wordt het kaartje onderop de stapel geschoven en pakt het volgende kind in de kring een kaartje.het spel kan gespeeld worden door kinderen die allemaal hetzelfde boek gelezen hebben. Dat hoeft niet per se. Ook in een kring met kinderen die verschillende boeken gelezen hebben, zijn de vragen met elkaar te bespreken. De leerkracht is als coach aanwezig en begeleidt de groepjes en helpt met het stellen van de vragen en de antwoorden ervan. Hij vraagt door en laat leerlingen op elkaar reageren. ij klassen met een hoger niveau (GL en wellicht ook Kader) kunnen de groepjes het ook zelfstandig spelen. Je kan ze dan vragen of ze de bevindingen van het boek op te schrijven als een soort juryrapport. Je kan een leerling dan de taak geven van voorzitter. Je kan er ook voor kiezen om het spel eerst klassikaal te spelen onder leiding van de leerkracht. ls je dit spel een aantal keer herhaald zullen de leerlingen de vraagstelling beter gaan snappen en lukt het ze beter om te antwoorden en op elkaar te reageren. Hieronder vindt je de kaartjes met vragen die je gebruikt. -niveau is voor de basisklassen, -niveau voor Kader en -niveau voor TL/GL. Dit is natuurlijk een globale indeling. Je staat vrij om de kaarten te mixen naar eigen inzicht

Geen vraag voor jou! Wacht 1 beurt. Wat vind je mooi? Kun je een spannend stuk noemen? Zo ja, welk stuk? Wat vind je vervelend? Waren er stukken die je saai vindt? Kun je die noemen? Waar had je meer over willen horen? Herken je iets uit andere boeken? Weet je nog welk boek dat was? Wat kwam er steeds terug? Wat vind je niet leuk? Snap je iets niet? Wat vind je grappig? Heb je zelf wel eens zoiets meegemaakt? Wat? Wat vind je leuk? Wat vind je bijzonder? edenk zelf eens een vraag en stel die aan je buurman of buurvrouw! Zitten er moeilijke woorden in? Zit er iets in wat volgens jou niet klopt? Wat vind je moeilijk? Heb je stukken overgeslagen? Hoe komt dat?

Geen vraag voor jou! Wacht 1 beurt. Is er een speciale plek waar je graag leest? Vind je het leuk om over dit boek of verhaal te praten? Was er een stuk dat je mooi vond klinken? Kun je een stuk nemen dat het meest lijkt op het echte leven? Kun je een stuk noemen dat nooit gebeurd kan zijn? Hoe denk je dat de schrijver op het idee voor dit verhaal is gekomen? ls de schrijver je zou vragen wat er anders of beter zou kunnen, wat zou je dan zeggen? ls jij dit geschreven had, wat had je anders of beter gedaan? Wat vind je het belangrijkst aan dit verhaal / boek? Zijn je tijdens het lezen woorden of zinnen opgevallen die je mooi vindt? Weet je nog welke? Zijn je tijdens het lezen woorden of zinnen opgevallen die je lelijk vindt? Weet je nog welke? Is dit een verhaal of boek om vlug te lezen of juist langzaam? Wat ga jij je vrienden er over vertellen? Wil je het nog een keer lezen? Heb je het achter elkaar uitgelezen of in kleine stukjes? Wil je nog iets anders van deze schrijver lezen? edenk zelf eens een vraag en stel die aan je buurman of buurvrouw! Ken je mensen die het heel mooi zouden vinden? Wie zou het ook moeten lezen? Zag je het voor je ogen gebeuren? Kun je een stuk noemen?

Geen vraag voor jou! Wacht 1 beurt. Waar speelt het verhaal zich af? Op 1 plek of op verschillende plekken? Welk personage boeit jou het meest? De hoofdpersoon of juist iemand anders? Geen vraag voor jou! Wacht 1 beurt. Welke personages vind je niet aardig? Hoe lang duurt het verhaal? eschouw jezelf eens als toeschouwer. Door wiens ogen heb je het verhaal gevolgd? Doet een van de personages je denken aan iemand die je kent? Is de plaats waar het verhaal zich afspeelt van belang? Zou het net zo goed of beter op een andere plaats kunnen spelen? Wie is de belangrijkste persoon? Wat weet je van de schrijver? In welke tijd speelt het verhaal zich af? Wordt het verhaal verteld in de volgorde waarin de gebeurtenissen plaats vinden? Komt de verteller in het verhaal voor? Zo ja, wie is het dan? Zijn er stukken in het verhaal waarvan het vertellen net zo lang duurt als in werkelijkheid? Zijn er gebeurtenissen in het verhaal die lang duren, maar heel vlug of in een paar woorden verteld worden? Welke personages vindt de verteller aardig? Hoe merk je dat? Gebeurt het nu? Of lang geleden? Is het een herinnering? Waarom denk je dat? edenk zelf een speciale vraag en stel die aan je buurman of buurvrouw! Welke personages vindt de verteller niet aardig? Hoe merk je dat?