Snellezen. Slimmer lezen. Leesvriendelijk en succesvol schrijven.



Vergelijkbare documenten
Snellezen. Slimmer lezen.

Betere resultaten met schriftelijke communicatie.

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

Non-verbale communicatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK. Wat is dat? Eva van de Sande. Radboud Universiteit Nijmegen

ogen en oren open! Luister je wel?

Leren leren : geschiedenis

Accuraat communiceren

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Aanpak van een cursus

JUST BE YOU.NL. Het mooiste wat je kunt worden is jezelf! 23 tips voor direct meer zelfvertrouwen. Marian Palsgraaf -

Effectief Communiceren NPZ-NRZ

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

Bas Smeets page 1

Bonus: Hoe goed ben jij momenteel?

Snellezen. Ter illustratie

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Over ALS spreken. Inhoud. Wat is ALS? 1. Waardoor wordt ALS veroorzaakt? 1. Wat doet ALS met een patiënt? 1. Hoe kan je jouw vriend(in) bijstaan?

lesmateriaal Taalkrant

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

BRAINTRAINING VOOR WERK EN STUDIE. Overzicht modules

Communicatie. ontvanger. zender. boodschap. kanaal. feedback

Werkbladen. Uitdaging! Wat betekent succes en geluk voor mij? Gaat voor jou geluk samen met succes? Of gaat het

Help, ik moet een werkstuk maken!

Samenvatting. (Summary in dutch)

PROJECT 2014 FLL WORLD CLASS SM

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / SG Schiedam Tel.: /

Leren in contact met paarden Communicatie die is gebaseerd op gelijkwaardigheid (Door Ingrid Claassen, juni 2014)

Het NLP communicatie model

Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de belangrijkste tips en trucs.

Hoe maak je een werkstuk?

MODULE #7 CORE PURPOSE

Oefening: Profiel en valkuilen vragenlijst

Niet veel mensen krijgen deze ziekte en sommige volwassenen hebben er vaak nog nooit van gehoord of weten er weinig vanaf.

Doelstellingen van PAD

Ik geloof, geloof ik. Levensbeschouwelijk dossier Griftland college Bovenbouw. Mijn naam en klas:

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -

Wees duidelijk tegen je klanten

Een nieuw jaar nieuwe kansen en 9 tips die je helpen je doelen te bereiken. coaching en energetische therapie.

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

Adviezen in een hulpverlenend gesprek: zegen of vloek? Door: Johan Clarysse, stafmedewerker Tele-Onthaal West-Vlaanderen

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Wat ga je in deze opdracht leren? Meer leren over: soorten vragen, vraagwoorden, signaalwoorden en sleutelwoorden

Pedagogische opleiding theorie. Doelstellingen. Doelstellingen. Hoofdstuk 1 Communicatie en feedback. De kennis over de begrippen:

E-BOOK FEEDBACK GEVEN IS EEN KUNST EXPRESS YOUR INNER POWER

HEMELS HUWELIJK KALENDER 52 X WIJ TIJD VOOR ELKAAR. Willem en Marian de Vink

Even kennismaken... Communicatie De essentie! Succesvol onderhandelen

Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek

Het eerste schrift hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Van huidige situatie naar gewenste situatie

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN

leer-actief werkboek Naam: 1

ecourse Moeiteloos leren leidinggeven

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Transactionele Analyse. Transactionele analyse Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren

Informatie voor ouders

Oefenvragen Management Assistent A - Communicatie

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

Hoe word je succesvol in sales

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76

Thema. Kernelementen. Oplossingsgericht taalgebruik Voorbeeld van communiceren 10 communicatie-tips

Cursus SKOOLBORD ART. Rolf Dingerink

15 tips om meer uit uw campagnes te halen

BIJLAGE bij de Website voor Groep 6, 7, 8

Studievaardigheden. BEN/LO/ADHD/14/0003j April 2014

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

WANNEER EEN SPECIAAL IEMAND ALS HEEFT

Module TA 3 Strooks Het belang van bekrachtiging van het goede bij het werken met mensen.

Bijlage interview meisje

Vaardigheidsmeter Communicatie

marketing voor zorg-professionals: Reader Deel 1: Waarom is marketing belangrijk?

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

BEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN

Adinda Keizer - Copyright 2013 Niets uit deze uitgave mag zonder toestemming van Vindjeklant.nl worden gekopieerd of gebruikt in commerciële

VOORBEELD / CASUS. Een socratisch gesprek volledig uitgeschreven. Moet je je aan een afspraak houden?

Volledig op mij van toepassing Daar ben ik mij volledig van bewust

Tekst lezen en vragen stellen

ATTRIBUEREN OF TOESCHRIJVEN

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Omgaan met aandacht- en geheugenproblemen. Café Brein, Uden en Oss, September 2014

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Snel en effec(ef lezen. Annemarie van der Zeeuw

Omgaan met een taalstoornis bij hersenbeschadiging

KINDEREN LEKKER IN HUN VEL

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

Evaluatierapport. Workshop ADHD. Fontys PABO Limburg. Drs. Arno de Poorter Drs. Anne van Hees

Wij zijn Kai & Charis van de Super Student en wij geven studenten zin in de toekomst.

Transcriptie:

1

2

Snellezen. Slimmer lezen. Hoe kan je slimmer omgaan met stapels informatie? Leesvriendelijk & succesvol schrijven. Hoe zorg je er voor dat jouw schrijfsels sneller en beter gelezen worden? Alphonse Degryse, ADC commv 3

INHOUD 1 Inleiding.... 6 2 De geschiedenis.... 11 2.1 De oorsprong van ons schrift.... 11 2.2 Hoe en waarom is de belangstelling voor snellezen ontstaan?... 15 2.3 Leren lezen...... 17 3 Effectiviteitsmeting van leesgedrag.... 19 4 Bepaal eerst je doel, kies dan de aangepaste aanpak.... 21 5 Gemotiveerd lezen. Motiverend schrijven.... 27 4

6 Lezen met je ogen en je brein.... 31 7 Tempo en focus: lezen met een wijzer.... 39 8 Geïntegreerde slimleesmethoden: S3QR en andere.... 41 8.1 Oriënteer jezelf. Scannen.... 44 8.2 Skimmen: op zoek naar bevestiging van de relevantie.... 47 8.3 Baken leeszones af en bepaal je leesinspanning.... 54 9 We lezen electronische correspondentie ànders.... 57 9.1 SPAM filter ontwijken.... 59 9.2 Meer tips voor webschrijven.... 61 10 Alle lees- en schrijftips op een rijtje.... 65 11 Bijlagen.... 71 11.1 Photoreading.... 71 11.2 Psycho-fysiologische methoden en het meten van reclame-effecten.... 72 11.3 Planmatig communiceren. Maak een communicatieplan.... 77 11.4 Pers.... 85 11.4.1 Persbericht schrijven. 10 Concrete tips.... 85 11.4.2 Persbericht verspreiden.... 88 11.4.3 Persconferentie en persmap.... 89 11.4.4 Waar journalisten niet van houden.... 90 11.4.5 Free publicity.... 93 11.4.6 Nuttige websites.... 96 11.5 Meer weten over PR?... 97 12 Bibliografie.... 97 13 Verwante thema's.... 100 5

1 Inleiding. 3 miljoen jaar geleden verschenen de eerste mensachtigen. Zoals zoveel andere levende wezens zullen ze ongetwijfeld met elkaar hebben gecommuniceerd over beschikbaar voedsel, over gevaar, over voortplanting. Ze deden dat met geluiden, door een houding aan te nemen of nog door een geur af te geven. Communicatie ging toen over elementaire informatie die te maken had met overleven en voortbestaan. We noemen dit primaire communicatie: auditief niet-verbaal: hmmm, grrr, aha, tsss, mamamama niet-auditief (de zogenaamde lichaamstaal): schouders ophalen, afstand vergroten/verkleinen, zichzelf vergroten/verkleinen (in de toneelwereld wordt gesproken over plus/nul/minhouding); wenkbrauwen fronsen, handen wriemelen, geen of juist wél oogcontact houden, een geur, een kleur (rood en wit aanlopen)... Archeologen vermoeden dat de kiem van gesproken woord-taal slechts 100.000 jaar oud is. Hieruit ontstond verbale communicatie (van het Latijnse verbum: woord). De oudste geschreven taal die vandaag bekend is, het Soemerisch spijkerschrift is amper 4500 jaar oud. Het is dus best begrijpelijk dat mensen uitermate gevoelig zijn, ook onbewust voor àndere communicatiesignalen dan het gesproken woord. Sterker nog, dat ze met geschreven taal eerder omgaan, als ging het om beelden dan om woorden. De betekenis van geschreven woorden dringt pas door nadat de woorden onze beeldfilter zijn gepasseerd: wij lezen fotografisch... Nog even dit in de marge: het is vanuit dit perspectief vanzelfsprekend dat live communicatie van mensen uit veel meer bestaat dan gesproken woorden, en dat auditief niet-verbale maar vooral ook niet-auditieve communicatie dikwijls bepalend is voor de beïnvloeding over en weer. Mensen hebben dikwijls al gezegd, nog voor ze iets gezegd hebben... La parole a été donnée à l'homme pour déguiser sa pensée Ou encore pour en masquer le vide. Charles-Maurice de Talleyrand 6

Beter inzicht in de ontwikkeling van menselijke communicatie laat toe beter te begrijpen waarom de kracht & waarde van een boodschap worden bepaald voor 10% door wàt je zegt: inhoud geven 40% door hoé je het zegt: betrokkenheid creëren 50% door hoe je het onderstéunt, illustreert, demonstreert 90% van de impact van de communicatie wordt dus bepaald door non-verbale elementen! Verbale taalkennis en taalzorg zouden zo slechts 10% impact hebben? Dan zou verantwoorden dat er alvast VEEEEEL meer aandacht zou gaan naar communicatievaardigheden: non-verbale en daarbinnen ook niet-auditieve vaardigheden. Niet communiceren is niet mogelijk De stelling dat niet communiceren niet mogelijk is danken we aan Paul Watzlawick, een Oostenrijks- Amerikaanse psycholoog en filoloog, vooral bekend door de door hem opgestelde vijf communicatieaxioma's. We ontlenen aan Wikipedia het kort onderstaand overzicht: I Het is onmogelijk om niet te communiceren. Alles wat je doet, ook niets doen, heeft invloed. Ieder gedrag is een vorm van communicatie. Omdat er niet zoiets bestaat als anti-gedrag, is het onmogelijk om niet te communiceren. II Iedere communicatie bezit een inhouds- en betrekkingsaspect Laatstgenoemde classificeert de eerste en is daarmee dus een metacommunicatie. (nvdr communicatie over de communicatie). Naast de inhoud van een interactie speelt ook altijd de relatie tussen de personen in de communicatie een rol. Als deze goed is dan is er meer wederzijdse good-will en begrip en dat heeft invloed op de inhoud. 7

III De aard van een betrekking is afhankelijk van de interpunctie van de interacties tussen de communicerende personen. Interpunctie is het interpreteren van interacties in termen van oorzaak en gevolg. De zender en ontvanger interpreteren hun eigen gedrag als een reactie op dat van de ander. Een voorbeeld hiervan is een conflict waarbij er steeds heftiger op elkaar wordt gereageerd. Er wordt bijvoorbeeld boos gereageerd omdat de ander dit ook deed. Op een gegeven moment kan niemand meer vaststellen wie of wat de oorzaak van de ruzie was. Men is dan geneigd om toch een punt te noemen dat de oorzaak was van de ruzie. Dit verstoort echter de communicatie. Men heeft een keuze in de manier waarop men reageert op de ander. Dit biedt de mogelijkheid om afstand te nemen, in gesprek te blijven, de inhoud niet uit het oog te verliezen en de relatie veilig en goed te houden. IV Mensen communiceren zowel digitaal als analoog. Niet alleen het gesproken woord, ook wel digitale communicatie genoemd, maar ook nietverbale, analoge uitingen, zoals lachen en wegkijken, hebben een boodschap. De digitale communicatie is gericht op de inhoud en de analoge communicatie zegt meer over de betrekking/relatie. Deze twee moeten bij succesvolle communicatie overeenstemmen met elkaar. Men moet dus non-verbaal ondersteunen wat men met woorden zegt. V Communicatie tussen mensen is symmetrisch of complementair, afhankelijk of de relatie gebaseerd is op gelijkheid of verschil. In de communicatie kan er sprake zijn van het weg proberen te nemen van verschillen, er moet overeenstemming worden bereikt. Ook kan er nadruk worden gelegd op de verschillen, zodoende kan men elkaar aanvullen en tot inzichten of leren komen. Beide vormen zijn nodig om communicatie succesvol te laten zijn. De plaats van slimmer lezen en leesvriendelijk & succesvol schrijven Geschreven informatie is slechts één kanaal om boodschappen over te dragen. Geschreven informatie wint aan effectiviteit wanneer lezer en schrijver elkaar gemakkelijker vinden. Daarom zijn lezen en schrijven twee invalshoeken van één probleemstelling. 8

Snellezen is een competentie die toelaat méér te lezen en toch goed te begrijpen wat je gelezen hebt. Bevattelijk lezen noemde men dit in de jaren '70. Volwassenen lezen gemiddeld 200-240 woorden/minuut WpM met een leesbegrip van zo'n 70%. Algemeen wordt aanvaard dat iemand snelleest wanneer hij dubbel zo snel leest als de referentiegroep waartoe hij behoort, en minstens hetzelfde bevattingsvermogen behoudt. Snellezen gaat over leestijd. Je zou dan kunnen denken dat het volstaat sneller met je ogen over het blad te glijden. Dat werkt ook wel, al begint snellezen bij slim lezen. Net door die ganse teksten of tekstfragmenten die er niet toe doen ook niet te lezen win je gigantisch veel tijd, ten voordele van wat net wél moet gelezen worden. Snellezen is dus ook minder lezen. Slimmer lezen gaat er om de lezer bewuster te maken van een aantal technieken bij zichzelf, en een aantal elementen in de tekst die samen, hetzij hem vertragen en misleiden, hetzij hem kunnen helpen om efficiënter en effectiever om te gaan met leestijd. Al kan de schrijver je dus te hulp komen in de tekst, toch liggen een aantal aspecten van slimlezen in jouw persoonlijke leestechniek, evenals in de leesomstandigheden. persoonlijke elementen: een hoger ritme aanhouden, door hand- en oogbewegingen de tekst sneller doorlopen, een betere concentratie, een beter geheugen externe elementen: aangepaste omstandigheden, de eigenschappen van de tekst beter benutten (bv. de structuur, de druk,...) Slimmer lezen vertrekt uit de doelen van de lezer. Leesvriendelijk & succesvol schrijven vertrekt uit de doelen van de schrijver. Hoe kan je als schrijver je kansen verhogen dat je wordt gelezen? Met andere woorden, Hoe pas je de ankers waarnaar de slimlezer op zoek is toe in jouw schriftelijke communicatie? Wanneer we succesvol schrijven zouden definiëren als eerder en met meer begrip gelezen worden, hoe zorg je er dan voor bovenaan in het stapeltje te starten en als eerste met aandacht en begrip te worden gelezen? In een bijlage wordt tot slot nader in gegaan op enkele thema's die nauw verwant zijn aan schriftelijke communicatie, zoals persrelaties of schrijven voor het internet. 9

Dit programma gaat niet over geheugentraining. Toch mag het duidelijk zijn dat lezen zonder herinneren op niets uit draait. Naast zich oefenen in snellezen is zich oefenen in geheugen daarom essentieel om de totaalcompetentie tot een beter niveau te brengen. Het is niet steeds zo duidelijk of het nu gaat om sneller lezen dan wel om beter opslaan en onthouden, maar het maakt ook niet zoveel uit: het gaat om het resultaat. Slimlezen, altijd en overal? Lezen gaat om effectiviteit en efficiëntie. Effectiviteit heeft te maken met het realiseren van gestelde doelen, efficiëntie met het best mogelijk gebruik van beschikbare middelen (in dit geval vooral tijd). Tijd(sdruk) en de aard van de doelen zijn dus belangrijk wanneer we het hebben over leesresultaten. Daarom is slimlezen ook niet altijd aangewezen als methode, hooguit slimmer lezen: een acute patiënt op spoed kan dan wel baat hebben bij een snelle lezing van de eerste laboresultaten, vollédig lezen en de 100% juiste interpretatie is hier van levensbelang. de diepere betekenis van een gedicht of een filosofisch traktaat zullen niet meer of duidelijker vorm krijgen na een snelleescursus Slimmer lezen kan je in grote lijnen met methoden die je binnen of buiten jezelf vindt. Hou hierbij steeds voor ogen dat ze het goed begrip van wat je leest niet mogen in gevaar brengen 10

De tekst die je in handen hebt is een ondersteuning bij dit dubbelprogramma lezen & schrijven. In de tekst wordt vertrokken uit het standpunt van de lezer. Tips over hoe de schrijver hierop kan inspelen worden vermeld in een afzonderlijk tekstkader. 2 De geschiedenis. 2.1 De oorsprong van ons schrift. Spijkerschrift (Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie) Het spijkerschrift of cuneiforme schrift (cuneus is Latijn voor wig) werd tussen 3300 en 2900 v.chr. ontwikkeld vanuit een beeldschrift in het zuiden van Mesopotamië, in het land van Sumer, in het huidige Irak. Daardoor is het Sumerisch de oudste bewaard gebleven taal van het Oude Nabije Oosten. Het spijkerschrift werd geschreven op kleitabletten, waarop men met een rietstengel wig- en spijkervormige inkepingen maakte. Een specifieke combinatie van inkepingen vormt één spijkerschriftteken of ook wel spijker genaamd. Zo'n teken is een simplificatie van een pictogram of een ideogram. Er zijn in de loop van de tijd ongeveer 600 verschillende spijkers ontwikkeld. Sinds kort weet men dat het schrift niet enkel in iconische tekens of pictogrammen zijn oorsprong vindt maar ook in (iconische) voorwerpen (zogenaamde tokens), die ten dele ook de voorlopers zijn van de spijkerschrifttekens. 11

Voorgeschiedenis Het spijkerschrift onderging een taalkundige evolutie. Bij archeologische opgravingen in het Nabije Oosten vonden onderzoekers regelmatig kleivormpjes, die ze 'tokens' noemden. Ze kwamen al voor in de vroegste agrarische gemeenschappen uit het 8e millennium v.chr. De creatie van landbouwoverschotten en een veestapel veranderden de manier van handel, waardoor de behoefte aan boekhouding ontstond. Voor alle mogelijke verhandelbare producten ontwierp men verschillende kleivormpjes. Deze waren niet noodzakelijk realistische voorstellingen van de objecten of producten. Zo stelde een schijfje met een kruis erop een schaap voor. Om het aantal verhandelde producten en eventuele tegoeden te kunnen bijhouden, bewaarde men een gelijk aantal tokens van dat product in een recipiënt (zak, pot, bal uit klei of bulle). Dat systeem werkte lang zonder al te grote problemen. Men bedacht zelfs een systeem om fraude te bestrijden. Door de tokens binnen in een bulle te stoppen en het volledige oppervlak van die bulle te verzegelen met de zegels van de betrokken partijen, kon de inhoud niet veranderd worden zonder medewerking van alle betrokken partijen en kon ieder op het moment dat bijvoorbeeld schulden vereffend werden de juiste inhoud verifiëren. Op den duur ontstond de behoefte aan een flexibeler systeem. Om ook tussentijdse controles van de tokens in de bullen mogelijk te maken, tekende men op de buitenzijde de tokens die erin zaten na en gaf men ernaast de hoeveelheid ervan weer. Deze innovatie kan als de geboorte van het schrift beschouwd worden, want deze tekeningen zijn leesbare symbolen voor begrippen. De noodzaak om tokens in bullen te stoppen verdween. Een gewoon tablet met daarop de tekens en het aantal ervan met een zegeling van de betrokken partijen volstonden. Evolutie van het spijkerschrift Het spijkerschrift heeft een hele ontwikkeling doorgemaakt. Aan het eind van het 4e millennium v.chr.schreef men nog niet door met een stylus (schrijfstok met scherpe hoek) in klei te duwen. De verschillende tekens werden eerder in klei gekrast; ze zien eruit als tekeningen. Pas vanaf het begin van het 3e millennium v.chr.ging men voor een groot deel van de op dat ogenblik gebruikte schrifttekens een spijkerschriftvariant uitwerken. Eerst draaide men de tekening 90 (fase 3) en dan bootste men de originele schrifttekening na door met een stylus een aantal keren in de klei te duwen. Deze inkepingen in de klei van de stylus zien eruit als spijkers, vandaar de Nederlandse naam: spijkerschrift. 12

Het assortiment spijkerschrifttekens was dus geen constant gegeven en varieerde bovendien ook plaatselijk. Eerst had elke regio of stadstaat zijn eigen specifieke variant; uiteindelijk blijven er twee over, die samenvielen met de twee grote politieke entiteiten van Mesopotamië, het Babylonisch (Zuidelijk Mesopotamië) en het Assyrische (Noordelijke Mesopotamië) spijkerschrift. Het spijkerschrift is hoofdzakelijk een syllabisch schrift: elk teken staat voor één of in de meeste gevallen voor meerdere lettergrepen. Deels is het ook een logografisch schrift: naast hun syllabische waarde hebben bepaalde tekens nog één of meerdere woordwaarden. Eén spijker kan zo staan voor de lettergrepen "ba" en "pa", maar daarnaast ook het woord "geven" aanduiden. Bij het lezen van een kleitablet moet de lezer dus op elke plaats in de zin uitmaken welke waarde van het geschreven teken daar van toepassing is. Hoewel de oudste toepassing van het schrift een economische was (ontvangstbewijzen, contracten, enzovoorts), verschenen al rond 2400 v.chr.de eerste literaire composities. In de loop van het 3e millennium v.chr.verspreidde het gebruik van het spijkerschrift zich over grote delen van Mesopotamië en Syrië. Andere volkeren namen het schrift over om er in hun eigen taal mee te schrijven. De eersten waren de directe buren van Sumer, zoals Elam met het Elamitisch. Toen Semitische volken deze regio gingen bevolken, namen ook zij het spijkerschrift over. De eersten waren de inwoners van Ebla (Eblaïtisch) en de Oud- Akkadiërs (Akkadisch). Vooral door toedoen van die laatsten, na de inname van Sumer door Sargon de Grote, verspreidde het schrift zich snel via het rijk dat Sargon stichtte. Ook de bekendste volkeren van Mesopotamië, de Babyloniërs en de Assyriërs namen het spijkerschrift over. Zij spraken dialecten van het Akkadisch. Later, rond 1400 v.chr. kwamen daar ook Indo-Europese talen zoals Hettitisch, Palaisch en Luwisch bij. Een revolutie in het spijkerschrift voltrok zich in de Syrische kuststad Ugarit. In de 14e eeuw v.chr. gingen zij hun taal, het Ugaritisch, neerschrijven met een vereenvoudigde vorm van het spijkerschrift. Ze schreven nog steeds met een rietstengel of stylus in een kleitablet, maar ontwikkelden 31 tekens waarmee alle klanken in hun taal geschreven konden worden, een alfabetisch schrift. In Mesopotamië behield men het klassieke spijkerschrift. In het Assyrische en het Babylonische rijk bleef het ingewikkelde Mesopotamische spijkerschrift nog tot laat in het1e millennium v.chr.in gebruik. Ook de Perzen namen naast het Aramese schrift een sterk vereenvoudigde vorm van het spijkerschrift over. De laatste bewaard gebleven teksten zijn van ca. 75 na Chr. Tegen die tijd echter was het alfabetische Aramese schrift al lang algemeen in gebruik in het Nabije Oosten. Het was veel eenvoudiger om te leren, te lezen en te schrijven. 13

Gevolgen Gedurende een periode van 3000 jaar schreven de inwoners van Mesopotamië en grote delen van het Oude Nabije Oosten in het spijkerschrift op kleitabletten. Voor zover deze kleitabletten niet opzettelijk vernield werden, hebben ze de tand des tijds vrij goed doorstaan. Het spijkerschrift raakte in onbruik vanwege zijn complexiteit, maar omdat het geschreven werd op kleitabletten, hebben opgravingen van Mesopotamische steden veel meer authentieke geschreven historische bronnen opgeleverd dan bijvoorbeeld die van de Grieken en Romeinen, die op vergankelijker materiaal schreven. Miljoenen kleitabletten zijn sinds ca. 1850 bij archeologische opgravingen aan het licht gekomen. Alle mogelijke facetten van het dagelijkse, religieuze en economische leven van toen zijn zo bewaard gebleven en worden nu bestudeerd door de wetenschap die assyriologie heet. Getallen Van de Sumerisch-Akkadische beschaving is onder andere veel wiskundige kennis bewaard gebleven. Teksten, tabellen, berekeningen en redeneringen heeft men teruggevonden, ingekrast in kleitabletten. De wijze van schrijven van getallen is niet tientallig, maar zestigtallig (niet decimaal maar sexagesimaal; zie ook: Babylonische cijfers). In de hedendaagse culturen zijn duidelijke sporen te vinden van het zestigtallig stelsel. Denk maar aan de hoek- en tijdmeting. De indeling van de cirkel in 360 graden is een Sumerisch-Akkadische uitvinding, met name de dierenriem van 12 x 30 booggraden. Ook de dagindeling van 2 x 12 uur danken wij aan hen, plus het uur van 60 minuten en de minuut van 60 seconden. 14

2.2 Hoe en waarom is de belangstelling voor snellezen ontstaan? De belangstelling voor snellezen is onrechtstreeks ontstaan in de periode van de eerste wereldoorlog. Men stelde met name vast dat piloten het moeilijk hadden om op afstand snel en doeltreffend vijandige van bevriende vliegtuigen van elkaar te onderscheiden. Om dit te verhelpen werd de tachitoscoop ontwikkeld, een toestel waarmee een testbeeld gedurende zeer korte tijd aan proefpersonen vertoond wordt, om na te gaan wat zij in die tijd opnemen, wat ervan blijft hangen. Wat bleek? Door oefening leer je steeds kleinere beelden van elkaar onderscheiden, en je kan het ook steeds sneller. Met andere woorden, je bent steeds beter in staat relevante visuele informatie op te merken, ongeacht grootte of duurtijd. Een tachistoscoop is een instrument dat tot de opkomst van de computer gebruikt werd om visuele stimuli heel kort aan proefpersonen te laten zien. Het ontwerp van de tachistoscope de comparaison is van Michotte, die het toestel in 1909 presenteerde tijdens een congres in Genève. Later kwam het in serieproductie bij Zimmermann. Met behulp van Michotte s apparaat konden twee korte exposities van verschillende objecten worden gegeven. Vernieuwend was dat het tijdsinterval variabel was, maar dat de plaats van de twee aanbiedingen op het netvlies gelijk bleef. Op de foto is niet het oorspronkelijke instrument te zien: dat werd gedemonteerd. Het optische gedeelte werd ingebouwd in de valtachistoscoop op de foto. Dit toestel is zo een voorbeeld van de flexibiliteit van de collectie. Het laat zien dat het slopen en hergebruiken van instrumenten deel uitmaakten van de praktijk van het wetenschappelijk onderzoek. (bron: http://www2.arts.kuleuven.be/info/erfgoed/psy/instrumenten) Van de vijandelijke vliegtuigen onderscheiden naar snellezen was de sprong niet zo groot. 15

Uit daaropvolgende experimenten bleek dat woorden die slechts 0.02 seconden worden geprojecteerd toch werden opgepikt. Er doken echter 2 beperkingen op: het leek niet mogelijk boven de 400 woorden per minuut te komen de vaardigheid ging snel verloren indien niet regelmatig werd geoefend De behoefte ontstond om naar andere snelleestechnieken op zoek te gaan, die deze beperkingen konden opvangen. Het zou toch nog duren tot in de jaren '60 vooraleer wetenschappers deze nieuwe technieken zouden ontwikkelen. Misschien had de vernieuwde interesse te maken met de opbloeiende marketing en ontwikkeling van reclametechnieken. Een redacteur van teksten, in het bijzonder van reclameteksten stelt zich namelijk de omgekeerde vraag: hoé moet ik een tekst zo opstellen dat mijn lezer in fracties van een seconde de kern oppikt (en er achteraf ook naar handelt...). Het gaat er dan niet langer om de capaciteit van lezen te verhogen bij de lezer, maar wel de leesbaarheid en reproduceerbaarheid te verhogen bij de aanbieder. Hiermee openen we een venster naar leesvriendelijk schrijven. Inmiddels heb je wellicht begrepen dat lezen in dit verhaal een bredere betekenis kan hebben dan woorden oppikken: lezen staat eigenlijk voor visueel oppikken. De fotografische kwaliteit van het beeld zal een eigen rol spelen, een beeld zegt meer dan 1000 woorden, toch...? 16

2.3 Leren lezen... Zie ook: Lezen met je ogen en je brein. Ooit hebben we woorden leren lezen door ide lettercombinaties te associëren met klanken, de klankcombinatie te identificeren met zijn betekenis en in één vloeiende beweging uit te spreken als een woord. Na een tijdje konden we de woorden in één oogopslag fotografisch herkennen en lezen. Het volstond daarna deze woorden na elkaar te zetten om een zin te vormen. Toen we ook zinnen konden lezen was de kous af. Eigenlijk hebben we geleerd foto's te maken van woorden en ze met hun betekenis op te slaan op onze harde schijf. Lezen betekent dan de woordfoto's terug opzoeken in een tekst, en ze naargelang de context een betekenis geven. Onderprevelen (subvocaliseren). Een kwalijk gevolg van onze lees-leermethode Ooit leerden we luidop de letters, woorden en zinnetjes opdreunen. Zo kon de onderwijzer controleren of we wel mee waren met de leerdoelstellingen. Later mochten we in stilte lezen. In veel gevallen hebben we daaraan de gewoonte over gehouden om woorden die we zien nog steeds in het hoofd om te zetten naar (onuitgesproken) klanken. Let even scherp op: de kans is groot dat je inwendig je eigen stem hoort terwijl je leest. Soms bewegen zelfs je lippen nog mee. Dit betekent dat he ogen informatie sturen naar je hersenen, en dat daar een motorische feedback wordt gegeven aan je stembanden en je lippen om dit in klanken om te zetten. Je begrijpt dat dit nodeloos veel tijd kost. De toeziende leraar is er niet meer... 17

18

3 Effectiviteitsmeting van leesgedrag. Leessnelheid wordt uitgedrukt in woorden per minuut WpM. Algemeen wordt aanvaard dat iemand snelleest wanneer hij dubbel zo snel leest als de referentiegroep waartoe hij behoort, en minstens hetzelfde bevattingsvermogen behoudt. Je kan dus niet zo maar bij iedereen hetzelfde objectief opleggen: andere factoren spelen ook een belangrijke rol. Studenten Hoger onderwijs scoren bv. wellicht hoger omwille van de tijdsdruk, en hopelijk omwille van de motivatie. Het is evident dat een tekst die jou helemaal niet interesseert ook niet meteen de hoogste scores zal halen... Het zou best kunnen dat ook het medium parten speelt: misschien lees je sneller op papier dan op een scherm? Opleidingsniveau Gemiddelde snelheid WpM Basisschool 200 Middelbare school 250 Hoger onderwijs 325 Vervolgstudie 400 Volwassene 200 Wil je jezelf graag testen, doe dan bv. de test online op http://effectivitijd.nl/leestest.php 19

WpM is dus niet zo'n goede meter voor het total leesvermogen. Je zou het exacter kunnen uitdrukken onder de vorm van een leesindex. In dat geval heb je ook een maat nodig voor begrip: hoeveel heeft iemand van een tekst opgepikt? Hoewel geen exacte wetenschap kan je dit peilen door controlevragen achteraf. leesindex = snelheid x begrip snelheid WpM begrip % leesindex 200 65 13000 400 65 26000 300 75 22500 500 60 30000 Hoe meet je een leesindex objectief? Niet meteen een eenvoudige vraag. Meestal wordt het begrip gemeten aan de hand van controlevragen: antwoorden die je zou moeten kennen als je voldoende begrip hebt opgedaan uit de tekst. Maar het resultaat dat je bekomt zegt misschien net zoveel over de kwaliteit van de vragen als over jouw begrip. Daarom moeten leesindexen wel 's met een korreltje zout worden genomen, en is de wiskundige waarde van de meting niet zo zalig makend als ze wel lijkt. Een andere moeilijkheid is de reproduceerbaarheid van de meting. Stel, je leest een tekst vooraleer je een cursus snellezen volgt. Na de cursus lees je de tekst opnieuw en doet een nieuwe indexmeting. Alleen, je kent inmiddels de tekst zélf, het is een tweede lezing. Wat is hiervan het bevorderend effect op jouw leessnelheid? Doe je de controle met àndere vragen, dan is het maar zeer de vraag of deze vragen toevallig niet moeilijker of gemakkelijker zijn dan de eerste reeks... Het resultaat van snelleestechnieken wordt in grote mate bepaald door de betrokkenheid (motivatie, interesse) van de lezer bij het onderwerp. Om redenen van standaardisatie kan je bij groepsoefeningen of vergelijkende testen dus wel met teksten van buitenaf werken, maar deze zullen in veel gevallen lager scoren dan eigen teksten van de deelnemers. 20

Ook tijdsdruk helpt de leessnelheid verhogen: wanneer je alle tijd hebt ben je niet geneigd je erg in te spannen. Tot slot zijn snelleestechnieken technieken: ze moeten worden geoefend, en ze vragen een zekere concentratie en ingesteldheid, bereidheid. Wanneer je niet uitgeslapen bent, na een vermoeiende dag, of wanneer andere zorgen je op de achtergrond bezig houden verlies je concentratievermogen, en leessnelheid. Een blokje omwandelen, een kwartiertje ontspannen of vroeger onder de wol doen soms meer goed dan meteen met een arsenaal technieken op een tekst afstormen... Ook snellezen is een sport die gebaat is bij een goede conditie... 4 Bepaal eerst je doel, kies dan de aangepaste aanpak. Elke methode heeft zijn kracht, als ze maar afgestemd is op wat je wil bereiken. Stel je de vraag: wat wil ik met dit lezen bereiken? Lees je in opdracht, lees dan eerst de opdracht zélf: wat wil men precies van je? Niet duidelijk? Vragen! 1. heb je een breedte doel? Je wil een overzicht, een algemene indruk, verschillende informaties uit eenzelfde tekst. 2. heb je een diepte doel? Je wil het antwoord vinden op een specifieke vraag. Eén ding is alvast zeker: onvoorbereid aan een grote leessessie beginnen is je voorbereiden op een mislukking. Het leessresultaat zal dikwijls onbevredigend en zelfs frustrerend zijn. Wat evenmin werkt is een doel zonder uitdaging: je levert een ondermaatse inspanning en bekomt een ondermaats resultaat. 21

Doe de test Neem één tekst en stel je 2 verschillende doelen. Eerste (breedte) doel: een algemene indruk krijgen waarover de tekst zoal gaat. Wat mag ik van deze tekst verwachten? Lees de tekst met dit als doel voor ogen. Achteraf moet je in staat zijn een helikopteroverzicht te maken van de inhoud. Hoe heb je de tekst aangepakt? Wat was het eerste waarop je hebt gelet? Ben je op zoek gegaan naar structuuraanduiders? Heb je zelf een structuur gemaakt of passages gemarkeerd? Heb je de details in kleine lettertjes gelezen? Ben je oppervlakkig over de tekst gedwaald? Tweede (diepte) doel: stel jezelf een specifieke vraag in verband met het onderwerp van de tekst. Ga op zoek naar dit specifieke antwoord. Achteraf moet je, voor zover het antwoord in de tekst staat in staat zijn dit antwoord kort te herformuleren. Hoe pak je de tekst deze keer aan? Heb je vooraf een lijstje gemaakt van de sleutelwoorden of synoniemen die relevant kunnen zijn? Ben je geconcentreerd en gefocused op zoek gegaan naar deze sleutelwoorden? Wanneer ben je (even) gestopt met dwalen over de tekst? Heb je eerst de ganse tekst doorlopen of heb je passages die je mogelijks relevant leken alvast aangeduid in kleur, met een lijntje,...? 22

KISSSS & SMART Stel je doelen & schrijf SMART Doelstellingen en informatie moeten concreet genoeg zijn om aan de slag te kunnen. Een bruikbaar acroniem voor een goede test is SMART, wat een letterwoord is voor Specifiek: is de woordkeuze ambitieus en zo juist dat misverstanden vermeden worden. De fiets lag op straat is niet hetzelfde als de fiets lag in de goot. Meetbaar: in objectieve cijfers (meter, kilo, aantal...) getoetst. Meer, dikwijls, meestal,... zijn twijfelwoorden omdat ze verwijzen naar een vergelijking. Ze leiden vaak naar misverstanden. Aanvaardbaar: niet enkel op vlak van normen, maar ook op vlak van begrijpbaarheid. Zeg je de dingen wel op een manier dat de ander je kan verstààn? Maar ook: sta je wel àchter wat je zegt (authentiek)? Relevant: doet het er wel toe? Tijdsgebonden: straks, zo snel mogelijk, binnenkort,... zijn opnieuw twijfelwoorden, die ruimte maken voor misverstanden. Om 10u, in 30 minuten zijn strikt en geven houvast. KISSSS the Client De lezer is vervuld van zijn IK. Hoe eenvoudiger je het hem maakt met jouw uitleg, des te meer kans dat hij oppikt wat je zegt, en met deze informatie verder kan. Het zal zijn gevoel dat hij geholpen werd versterken, en jij komt er dus klantgerichter uit. Communiceren moet daarom maximaal beroep doen op alle vermogens van de lezer om met jou op één golflengte te komen. Denk eraan: een communicatie slaat aan voor 90% omwille van de betrokkenheid en ondersteuning, slechts voor 10% omwille van het wàt... 23

communiceer met je hart, met gevoel Overzicht in het onderwerp, het groter geheel, bv. door journaalprincipe, mindmapping, regelmatig samenvatten, met controlevragen het goed begrip nagaan Fantasie gebaseerd, bv. door vergelijkingen, anecdoten, beeldtaal Symbolen en afbeeldingen: toon beelden, praat in beelden Overzicht in heden en toekomst: geef perspectief, wees duidelijk in termen van tijd Overzicht in de ruimtelijke waarneming, wees duidelijk in termen van plaats Creatief in vormgeving: tekenen, kleuren, vormen,... keep it... Short, kort. Anything you say can and will be used against you. Ga ervan uit dat de lezer in tijdnood zit. Hou het relevant en interessant. Hou zijn interesse-boog gespannen. Simple, overzichtelijk. Mensen hebben het moeilijk overzicht te bewaren in een materie die ze niet kennen. Hou het daarom overzichtelijk. Biedt structuur aan. Stupid, begrijpbaar. Onwaarschijnlijk hoeveel vaktermen en moeilijke woorden we onbewust gebruiken. Voor de lezer is dit abracadabra, maar dat geeft hij niet graag toe, want dat geeft hem een gevoel van domheid. De kans bestaat dat hij het lezen vroegtijdig op geeft. Gebruik woorden en zinnen op het niveau van de lezer, net eenvoudig genoeg om begrijpbaar te zijn. 24

Zorg dat de informatie ondubbelzinnig is: voor een specialist en zijn lezer kan eenzelfde uitspraak een tegengestelde betekenis hebben. Is positief bv. altijd goed nieuws? de AIDS test is negatief uw gewicht evolueert positief de alcoholtest was negatief uw leverenzymes zijn positief Sympathic, aardig. Wees innemend. Stel je lezerop zijn gemak ik ben er voor u Leestip toets de leesopdracht. Goed begrepen? bepaal het type doel: breedte of diepte? breedte-doel? Aandacht voor structuur als hulp bij het reproduceren. Indien onvoldoende structuur: maak er zelf een. diepte-doel? vooraf oplijsten van mogelijke signalen (beelden, tabellen, sleutelwoorden of synoniemen) die verwijzen naar de informatie die je zoekt wees SMART 25