Nieuwsbrief Passend Onderwijs November 2014 Beste lezers, In deze nieuwsbrief zullen we terugkijken op de eerste tien weken Passend Onderwijs. Wat we in ieder geval gemerkt hebben is dat de werkelijkheid toch altijd anders is, dan de plannen op papier. Natuurlijk weten we dat allemaal, maar van tevoren weet je nog niet waar iets in de uitvoering moeilijk loopt en waar niet. Wat gaat goed en waar lopen we tegenaan? Wat moet echt aangepast worden, omdat het nog niet optimaal werkt? We zullen dit in de diverse directiekringen agenderen. Ook kijken we in deze nieuwsbrief vooruit naar de rest van dit schooljaar. In deze nieuwsbrief 1 Waar gaan we voor? 2 Bestuur 3 Inspectiebezoek 4 OOGO 5 Schoolondersteuningsteam 6 Rebound en FlexCollege 7 Commissie van Deskundigen 8 Betalingen 9 VPI 10 Applicatie 1-Loket 11 BOVO-procedure 12 Communicatie 1 1 Waar gaan we voor? Nu Passend Onderwijs echt van start is gegaan is het goed om nog eens op een rijtje te zetten waar we voor gaan en vanuit welke opvatting: We willen bereiken dat er voor elke leerling, welke ondersteuningsbehoefte die leerling ook heeft, een passende onderwijsplek is. De gezamenlijke schoolbesturen, die samen ook het bestuur van het samenwerkingsverband (SWV) vormen hebben zich daaraan gecommitteerd. Het is een ambitieus doel, want nu zitten er zestig tot honderd thuis. Ook zitten er leerlingen op scholen, waar ze niet de passende ondersteuning kunnen krijgen en moeten daardoor honderden leerlingen per jaar van school wisselen.
Hoe gaan we onze doelstelling realiseren? Een goede basis. Gelukkig hebben we binnen ons SWV alle soorten onderwijs beschikbaar, zowel in het regulier als in het speciaal onderwijs. Daarnaast hebben we een aantal bovenschoolse voorzieningen voor leerlingen die tijdelijk of langdurig niet in het regulier onderwijs kunnen verblijven. Qua voorzieningen en expertise hebben we dus een goede basis. Maar de werkelijke basis van Passend Onderwijs begint in de klas en binnen de organisatie van de school. Hoe groter de pedagogische en didactische kwaliteit in de klas, hoe minder leerlingen behoefte hebben aan individuele ondersteuning. En als er een goede ondersteuningsstructuur is waarbij docenten/medewerkekers in staat zijn om vroegtijdig te signaleren als er iets met een leerling aan de hand is en de ondersteuningsstructuur daar adequaat mee om kan gaan, kan de school ook in een vroegtijdig stadium passende ondersteuning bieden. We hebben de kwaliteit die een school in het kader van Passend Onderwijs binnen de klas en binnen de organisatie dient te hebben beschreven als basisondersteuning. We weten echter dat die basiskwaliteit op dit moment echter nog niet in alle scholen van ons SWV hetzelfde is. Daarnaast hebben we basisondersteuning zo geformuleerd dat er interpretatieverschillen kunnen ontstaan. We zien nu al bij de eerste aanvragen voor extra ondersteuning dat er discussie ontstaat over wat basis en wat extra is. Het komende jaar zullen we op grond van de aanvragen voor extra ondersteuning en de discussie daarover het onderscheid tussen basis en extra scherper gaan definiëren. In de begeleiding van de leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, is afgesproken daarbij een handelingsgerichte aanpak te hanteren. Dat betekent: we brengen in beeld wat de individuele leerling nodig heeft op basis van observatie en analyse. En vervolgens stellen we ( school, ouders, leerling met ondersteuning vanuit het SWV) een plan op dat de leerling werkelijk kan ondersteunen. Om de scholen te helpen bij het maken van de analyse is het Vraag Profiel Instrument (VPI) aangeschaft. Een applicatie die alle scholen kunnen gebruiken om het ondersteuningsprofiel van de leerling in beeld te brengen. ( Op pa. 6 vindt u meer informatie over VPI) 2 2 Bestuur Door personele wisselingen in de besturen van de aangesloten scholen zal ook de samenstelling van het bestuur van het SWV wijzigen. Arno Peters, de opvolger van Ina Burema als voorzitter van het CvB van VO-Haaglanden, heeft ook in het DB van het SWV haar zetel overgenomen. Vanwege het vertrek van Karel Bun bij SG Den Haag Zuid West heeft zijn opvolger, Yvette van Dijk zijn plaats ingenomen binnen het Algemeen Bestuur van het SWV. De taak van Karel Bun als penningsmeester binnen het DB is overgenomen door Johan Taal, bestuurder Responz. Daarnaast is Maarten Knoester in het DB de derde vertegenwoordiger van het regulier VO is geworden. En tenslotte zal vanwege het vertrek van Hein van Assendonk ook namens Lucas Onderwijs een nieuwe vertegenwoordiger toetreden tot het bestuur van het SWV. Deze voorlopige nieuwe samenstelling van het DB zal ter bekrachtiging worden voorgelegd in de eerstkomende vergadering van het Algemeen Bestuur. 3 Inspectiebezoek Het gaat traditie worden dat ons SWV als eerste door de Inspectie in het nieuwe schooljaar wordt bezocht. Op 11 september jl. was het zover. Vooraf hebben we alle documenten die sinds het ondersteuningsplan zijn opgesteld, en waarin de uitwerking van het beleid wordt beschreven,
opgestuurd. De Inspectie had bovendien aangegeven graag in gesprek te willen gaan met leden van de OPR en partners uit de jeugdhulp. Ook was een wens om in gesprek te gaan over de procedure van toeleiding naar de extra en diepteondersteuning. Het was dus een gevarieerd programma. Fijn ook dat alle mensen die we hadden uitgenodigd zo kort na de vakantie aanwezig konden zijn. De dag verliep prima en inmiddels hebben we het concept-verslag binnen. Uit het verslag en ook uit de rapportage aan het bestuur aan het eind van het bezoek blijkt dat de Inspectie van mening is, dat in principe aan alle vereisten is voldaan. Wel had de Inspectie nog enkele adviezen ten aanzien van toezicht en begroting die we natuurlijk meenemen. 4 OOGO Op 25 september 2014 is er met de drie gemeenten Op Overeenstemming Gericht Overleg (OOGO) gevoerd over de aansluiting onderwijs-jeugdhulp in het kader van de nieuwe Jeugdwet en de decentralisatie van de jeugdzorg naar de gemeenten. Belangrijkste thema s voor het SWV waren de aansluiting met de jeugdhulp door middel van een vertegenwoordiger van de jeugdhulp op de scholen en de bovengemeentelijke samenwerking tussen de drie gemeenten waar ons SWV mee te maken heeft. Dit vanwege het feit dat veel leerlingen in een andere gemeente naar school gaan dan ze wonen. De gemeente Den Haag heeft op deze gebieden inmiddels zoveel op papier gezet, dat we het vertrouwen hebben dat dit goed gaat komen. Voor de gemeente Leidschendam-Voorburg en Rijswijk was dat echter nog niet het geval. Op 25 september 2014 is met die gemeenten geen overeenstemming bereikt. Er is verder overlegd. Inmiddels is met de gemeenten Leidschendam- Voorburg ook overeenstemming bereikt en binnenkort hopen we er ook uit te komen met Rijswijk. Wel is duidelijk dat de wijzigingen in de aansluiting met de jeugdhulp pas in zullen gaan per 1 augustus 2015. Tot die tijd blijft het SMW in zijn huidige vorm actief. De scholen die in het voorloperstraject hebben geparticipeerd zullen nog tot 1 augustus 2015 van de voorlopersaanpak gebruik kunnen maken. De periode januari-juli 2015 zal worden gebruikt om een en ander organisatorisch goed neer te zetten. 3 5 Schoolondersteuningsteam Op 1 september 2014 is het schoolondersteuningsteam van start gegaan. Het team bestaat uit de oude loketmedewerkers en vijf nieuwe medewerkers die voorheen als ambulant begeleider bij Impact werkten. Als het goed is hebben alle consulenten inmiddels kennis gemaakt op/met hun scholen en zijn ze daar ook al aan de slag als sparringpartner van de zorgcoördinator. Hieronder volgt een impressie van de teamleider van het schoolondersteuningsteam, Cerise van Eck. Nu we de eerste twee maanden van het schooljaar achter ons hebben, is het tijd voor een korte terugblik. In september beschreef ik de brede en ambitieuze missie die het Schoolondersteuningsteam van het SWV heeft. Continuïteit van de schoolloopbaan van de leerling, ook die met een extra ondersteuningsbehoefte, staat voorop. Daarbij hoort een breed takenpakket en voor sommige consulenten nieuwe materie. Dat de ambities hoog liggen, hebben we gemerkt. De eerst maanden voelden als een permanente race tegen de klok. Veel te doen in beperkte tijd. De consulenten hebben hard gewerkt om op de scholen kennis te maken en vervolgens de zorgbehoefte en werkafspraken te plannen.
Welke leerlingen vallen onder de oude LGF-regeling? Voor wie zouden nieuwe aanvragen extra ondersteuning noodzakelijk zijn? Zijn er leerlingen die in de bovenschoolse voorziening of het VSO geplaatst moeten worden? Hoe krijgen we daar zicht op? Et cetera. Ook het (her)plaatsen van leerlingen op een andere reguliere school bij afstroom of verhuizing kostte flink wat tijd. Nieuw daarbij waren de (her)plaatsingstafels waar gemandateerde vertegenwoordigers van de scholen samen oplossingen zochten voor leerlingen die anders thuis waren komen te zitten. Een nieuw instrument dat op details nog voor verbetering vatbaar is, maar in de hoofdlijn een goede stap voorwaarts is. Daarnaast speelt er nog het hele vraagstuk rond de nieuwe aanvragen voor toelaatbaarheidsverklaringen en extra ondersteuning. Het maken van werkafspraken rondom wie doet wat, vraagt duidelijk veel aandacht. Een bijkomende handicap is de verlate release van de applicatie van Onderwijs Transparant. Ook het hele inhoudelijke stuk voor de extra ondersteuning bleek lastig te formuleren. De criteria zijn niet strak opgesteld. Dat maakt dat je een proces krijgt waarin er gaandeweg gekeken wordt wat wenselijk en redelijk is. Een proces waar we nu midden in zitten en waar we elke dag een beetje duidelijker de contouren van gaan zien. Op pagina 5 van de nieuwsbrief gaat Bart Renders daar ook op in. 6 Rebound en FlexCollege In het ondersteuningsplan is een onderscheid gemaakt tussen Rebound en het FlexCollege. Het FlexCollege wordt beschouwd als extra ondersteuning en plaatsing vereist een aanvraag voor extra ondersteuning en een besluit van de Commissie van Deskundigen (CvD). Rebound wordt gezien als een korte preventieve interventie, waarbij de leerling altijd terug gaat naar de stamschool. Omdat juist snelheid van plaatsing door de scholen als grote pluspunt van Rebound gezien wordt, is besloten plaatsing op Rebound eenvoudig te houden en niet via de CvD te laten lopen. Voorwaarde is echter wel dat de leerling altijd terug gaat naar de stamschool, ook als er uiteindelijk een andere school nodig is. De (gegroeide) praktijk, dat leerlingen via Rebound werden doorgeplaatst naar een andere voorziening wordt dus teruggedraaid. De reden hiervoor is dat de stamschool de verantwoordelijkheid voor deze leerling houdt en ook de verantwoordelijkheid heeft om een situatie te creëren waarin de leerling na verblijf op Rebound weer kán terugkeren op school. Natuurlijk zullen de Rebounds adviezen daarvoor opstellen en zo nodig input leveren voor het aanvragen van extra ondersteuning als dit bij terugkeer noodzakelijk is. 4 Het FlexCollege ( en CompactPlus) vallen dus onder de extra ondersteuning. Voor plaatsing op het FlexCollege dient de school een aanvraag voor extra ondersteuning in te dienen. De consulenten van het schoolondersteuningsteam kunnen daarbij behulpzaam zijn. Gedurende de aanvraag blijft de leerling nog wel de lessen volgen op de stamschool. Om de leerling op het FlexCollege in het juiste traject te plaatsen is soms extra informatie nodig. Scholen zullen gevraagd worden die extra informatie (indien beschikbaar) aan te leveren. Scholen dienen dus, nadrukkelijker dan voorheen, een keus te maken over de aard van de verwijzing, zich de consequenties ervan te realiseren en dit ook goed met de ouders te communiceren!
7 Commissie van Deskundigen De voorzitter van de Commissie van Deskundigen (CvD), Bart Renders, beschrijft hieronder de eerste ervaringen van de commissie. Inmiddels is de CvD twee maanden aan het werk en hebben ook alle kamers dossiers besproken en beschikt. Eind oktober 2014 zijn er in totaal 46 aanvragen ingediend, waarvan er inmiddels 32 zijn behandeld in de verschillende kamers van de CvD. Hierbij gaat het om: - 21 aanvragen voor een TLV (6 ZMLK en 15 ZMOK), die allen positief zijn beschikt - 22 aanvragen voor extra ondersteuning, waarvan er 5 positief zijn beschikt, 3 zijn aangehouden en 15 dossiers ter bespreking voorliggen - 3 aanvragen voor omzetting een beschikking voor LWOO naar PrO, die allen positief zijn beschikt In de beginperiode is het secretariaat van de CvD druk doende geweest met het opstellen van conceptbrieven (ontvangstbevestigingen, beschikkingsbrieven en dergelijke). Daarbij moest er ook een tijdelijke database worden opgezet aangezien Onderwijs Transparant nog niet operationeel is. Elke aanvraag is voorzien van een preadvies van de consulent, zoals is vastgelegd in de werkwijze binnen het SWV. In de beginfase ontving het secretariaat nog regelmatig aanmeldingen van scholen waarbij het preadvies nog niet was bijgevoegd. Intussen is dit advies meestal opgenomen bij de aanmeldingsstukken en is het dossier vaker compleet dan aan het begin het geval was. Op zich begrijpelijk, aangezien zowel de scholen als de consulenten als de CvD allemaal hun ritme moesten vinden. Dat een dossier voor wat betreft aanmeldingsstukken compleet is, is ook van belang voor de behandeltermijn van vier weken waarvoor het SWV heeft gekozen. Die termijn gaat in op het moment dat het dossier volledig is. 5 Gezien alle veranderingen die Passend Onderwijs met zich meebrengt, is de CvD op basis van de eerste ervaring positief gestemd; de aanmeldingen lijken terecht en scholen en medewerkers van het SWV doen hun uiterste best om volledige dossiers aan te leveren. Dit neemt niet weg dat de CvD soms aanvullende informatie opvraagt indien dat nodig is om een juiste afweging te kunnen maken. Zoals bekend hanteert de CvD ten behoeve van beoordelingen voor toelaatbaarheidsverklaringen (TLV) behalve het schoolondersteuningsplan van de aanvragende school, ook de beoordelingscriteria zoals die zijn vastgelegd door het samenwerkingsverband. De ervaring tot op heden is dat de CvD hiermee goed uit de voeten kan. Voor de aanvragen voor extra ondersteuning is de CvD vooral aangewezen op de gezamenlijk vastgestelde basisondersteuning, de schoolondersteuningsplannen van de scholen en het préadvies van de consulent, om te bezien in hoeverre vormen van hulp en ondersteuning al dan niet tot de basisondersteuning behoren. Bij aanvang van de werkzaamheden zijn er geen verdere beoordelingscriteria geformuleerd, aangezien op voorhand niet duidelijk is wat de inhoud van deze aanvragen zal zijn. Inmiddels zijn de eerste ervaringen opgedaan. De CvD zal haar ervaringen intern terugkoppelen. Op de website van het SWV staan de vergaderdata met uiterste inleverdata van de (volledige) dossiers en de documenten die nodig zijn voor het doen van aanvragen. Het is raadzaam om de website met enige regelmaat te raadplegen.
8 Betalingen In november zullen de scholen hun eerste betaling ontvangen vanuit het SWV. Half november krijgt elke school een betalingsoverzicht. Aansluitend wordt het bedrag overgemaakt naar het rekeningnummer dat de scholen cq besturen hebben opgegeven. In principe gaat het om de volgende middelen: 1. Bijdrage voor de organisatie en coördinatie van de zorg in de school (zie nieuwsbrief juni 2014) 2. Middelen overgangsregeling rugzakken 3. Middelen extra ondersteuning (op basis van besluit CvD) 4. Vergoeding lid Commissie van Deskundigen ( indien van toepassing) Incidenteel zullen scholen nog aanvullende middelen ontvangen omdat ze bijvoorbeeld participeren in een project, of als medewerkers van de school werkzaamheden doen ten behoeve van het SWV. 9 VPI Het SWV heeft er voor gekozen om de aanvraag voor extra en diepte ondersteuning vergezeld te laten gaan door een ingevulde Vraag Profiel Instrument (VPI). Het VPI is nadrukkelijk bedoeld als een applicatie die scholen kan helpen bij het in beeld brengen van de ondersteuningsbehoefte van de leerling. Op veel scholen is handelingsgericht werken nog niet ingeburgerd. Om scholen hierbij behulpzaam te zijn wordt het VPI gebruikt. Het helpt de school in beeld te krijgen op welke terreinen een leerling meer ondersteuning nodig heeft dan de gemiddelde leerling Door een mentor of zorgcoördinator wordt een voor-gestructureerde vragenlijst ingevuld. Het VPI genereert daaruit een individueel overzicht dat inzicht geeft in de onderwijszorgbehoefte c.q. ondersteuningsbehoefte van de leerling. Tevens geeft het instrument handelingsadviezen om dit te optimaliseren. 6 Deze informatie helpt de school met het aanbieden van de juiste begeleiding aan de leerling en biedt ook handvatten om de aanvraag bij de Commissie van Deskundigen te concretiseren. Het SWV bekostigt de licentie van deze applicatie. Alle scholen/locaties die daar een verzoek voor hebben ingediend, hebben inmiddels een inlogcode ontvangen en kunnen met het VPI aan de slag. De zorgcöordinator kan ook op eenvoudige wijze nieuwe codes aanmaken voor mentoren en overige werknemers van school (zie p. 3 handleiding). Veel scholen hebben de afgelopen maanden met het VPI geëxperimenteerd. Deze fase is inmiddels beëindigd. In de nieuwe, meer gebruikersvriendelijke VPI-versie kunnen scholen ook leerlinggegevens (naam, adres e.d.) importeren uit Magister (zie p.5 handleiding) Wilt u een code aanvragen, bent u uw wachtwoord vergeten, of wilt u technische ondersteuning, dan verzoeken wij u om rechtstreeks contact op te nemen met support@dotcomschool.nl U kunt natuurlijk ook telefonisch contact opnemen: 036 547 21 11 Voor overige vragen kunt u bij het SWV terecht. De (link naar de) handleiding van het VPI kunt u vinden op onze website.
10 Applicatie 1-Loket De langverwachte applicatie 1-Loket is eerder deze week eindelijk gepresenteerd door Onderwijs Transparant (OT) aan medewerkers van het SWV (11 november 2014) en aan onze zorgcoördinatoren (miniconferentie 12 november 2014). Via deze applicatie kunnen herplaatsingen, aanvragen voor extra ondersteuning en diepteondersteuning (TLV) elektronisch worden ingediend. De presentatie tijdens de miniconferentie van 12 november 2014 duurde twee uur, zonder dat de zorgcoördinatoren zelf achter PC en toetsenbord zaten. Wij vonden het belangrijk dat iedereen eerst inzicht krijgt in de systematiek van de applicatie, voordat men zelf aan de slag gaat. Het was dus even doorbijten. Voor diegenen die nu al gebruik maken van de applicatie van OT (BOVO, huidige loketmeldingen) zag het er allemaal redelijk vertrouwd uit. Alle aanwezigen hebben hun inlogcode ontvangen. Degenen die niet aanwezig waren, krijgen hun inlogcode alsnog opgestuurd via e-mail, met een verzoek om ontvangstbevestiging. De scholen voor wie nog geen inlogcode beschikbaar was, krijgen daar uiteraard ook nog bericht over. Om de invoering zo soepel mogelijk te maken zijn de volgende afspraken gemaakt. 1. Vanaf a.s. maandag 17 november 2014 staat de applicatie open om te kijken, te proberen. 2. Zodra de handleiding beschikbaar is, zullen wij deze mailen en publiceren op onze website. 3. Er wordt een invulwijzer opgesteld door het SWV, zodat per vraag nog specifieke aanwijzingen kunnen worden gegeven. 4. In de periode tot de kerstvakantie kan de keuze gemaakt worden om of via de nieuwe applicatie of via de papieren weg een aanvraag te doen. Ook de huidige applicatie voor het herplaatsen van leerlingen is nog in werking. 5. Als er zich geen onverwachte obstakels voordoen zal na de kerstvakantie een aanvraag alleen nog maar via de applicatie kunnen worden ingediend. 7 11 BOVO-procedure Graag vestigen we uw aandacht op de aanmeldprocedure voor leerlingen met (mogelijk) extra ondersteuning. Aangezien de wet voor deze leerlingen voorschrijft dat een school zes weken de tijd moet hebben om te onderzoeken of een leerling inderdaad extra ondersteuning nodig heeft én ook leerlingen met extra ondersteuning dienen mee te loten als dat aan de orde is, is voor deze groep leerlingen een speciaal tijdpad ingericht. Dat ziet er als volgt uit: 17 januari - 13 februari Ouders melden hun kind aan bij de school van hun keuze 17 januari 27 maart School onderzoekt ( met ondersteuning van het SWV of er sprake is van extra ondersteuning 11 Communicatie Het SWV zet verschillende communicatiemiddelen in om u te informeren. Deze nieuwsbrief is daar een voorbeeld van. Daarnaast informeren wij u via e-mail en last but not least, verwijzen wij u graag naar onze website (www.swvzhw.nl) waar u terecht kunt voor informatie over Passend Onderwijs en hoe wij ons SWV hieraan vorm geven.