Bijlage raadsinformatiebrief Rapportage WMO Begeleiding Regionaal ondersteuningsteam Midden Limburg Eerste kwartaal 2015 1
Inhoudsopgave Inleiding 3 Budgetplafonds 5 Facturatie 5 Aanvullende Wmo rapportage Lokale cliëntgegevens 9 2
Inleiding De Wmo begeleiding is met ingang van 2015 overgedragen van het Rijk naar de gemeenten. De gemeenten, Leudal, Maasgouw, Nederweert, Roerdalen, Roermond en Weert geven gezamenlijk inhoud en uitvoering aan de Jeugdhulp in Midden-Limburg. De Midden-Limburgse gemeenten hebben een budget van 36 miljoen beschikbaar voor de uitvoering van de Wmo. Om grip en inzicht te krijgen op de ontwikkeling van de budgetten en cliëntstromen is voor het eerste kwartaal de rapportage Wmo opgesteld. De gegevens zijn digitaal / handmatig opgehaald uit de Wmo-systemen c.q. de financiële administraties van de 7 Midden-Limburgse gemeenten. Het resultaat van opgehaalde gegevens is de nu voorliggende rapportage Wmo. De rapportage kent onvolledigheden. Deze zijn onderstaand aangegeven. Gemeenten: We zijn reeds lange tijd, en nog steeds, bezig met onze eigen initiële vulling naar de toestand van de Wmo op 1 januari 2015. Deze klus is nog niet af. Dit geldt voor zowel de Zorg in Natura (ZIN) als het Persoonsgebonden budget (PGB s). Probleem is namelijk dat dit, per cliënt met zorggarantie, handmatig moet worden ingevoerd waarbij naast het BSN-nummer, het bedrag voor de zorg en de zorgtermijn (datum start zorg en datum einde). Vervolgens moet hetzelfde gedaan worden met alle nieuwe cliënten met ZIN of een PGB, waarbij er op dit moment in het algemeen een grote achterstand is in deze gegevensverwerking. Alleen als al deze gegevens volledig, actueel en betrouwbaar zijn is het mogelijk om een kapitalisatie te maken. Let wel, dan zijn we als gemeente óók afhankelijk van dezelfde volledigheid, actualiteit en betrouwbaarheid die aanbieders en de landelijke systemen moeten gaan leveren. Aanbieders: De gecontracteerde aanbieders, vooral de grote aanbieders, hebben veel problemen om hun systemen ingericht te krijgen. Daar waar er in het verleden eenduidigheid en duidelijkheid was over onder andere zorgcodes, tarieven en debiteuren, is dit in het nieuwe landschap totaal veranderd. Gemeenten hebben op onderdelen verschillende zorgcodes, per gemeente kunnen de tarieven anders zijn en in plaats met bijvoorbeeld één zorgkantoor zijn er nu 60 gemeenten die je als debiteur in je administratie hebt die vervolgens ook nog eens allemaal een andere format hebben voor de facturatie. Natuurlijk is dit enigszins gechargeerd, maar zijn dit wel onderdelen van feitelijke situaties die voorkomen. Het landelijke beeld bevestigt dit. 3
Landelijke overheid: Het landelijk systeem ( i-wmo) dat moet gaan zorgen voor een gestructureerd en gestroomlijnd dataverkeer is niet operationeel. In de ultieme optimale situatie gaat via deze digitale snelweg alle dataverkeer lopen, van melding aan het loket tot en met verwerking van de factuur met daarop volgend de daadwerkelijke betaling van de factuur. Alvorens op de facturatie in te gaan is het goed om stil te staan bij een andere foto, namelijk die van 31 december 2014, de zogenaamde 5 e levering Wmo. Ondanks dat dit een oude foto is, bevat deze wel informatie. Op 31 december 2014 zijn de PGB s die in 2015 doorlopen per cliënt Wmo gekapitaliseerd voor het gehele jaar 2015. Als zorggarantie levert dit een totale verplichting op van 6.696.000. Hetzelfde is gedaan met de cliënten 18-23 jaar van Bureau Jeugdzorg. Deze leveren een verplichting op van 632.000. Als beide bedragen, opgeteld 7.328.000, worden afgezet tegen de raming 2015 van 6.366.000 dan ontstaat nu al een tekort van 962.000. Dit is exclusief nieuwe instroom en vraagt in de loop van 2015 om een stevige monitoring. De komende weken wordt nader onderzoek gedaan naar het realiteitsgehalte van dit tekort. Op dezelfde 31 december 2014 is ten aanzien van de ZIN in beeld gebracht wat de omvang is van deze zorg over het jaar 2014, uiteraard uitgaande van de cliënten die op dat moment in zorg waren. Hierin zit dus niet de zorg die in de loop van 2014 is beëindigd vóór 31 december 2014. Met de tarieven 2014, de toegekende zorgsoort en toegekende zorgduur in uren / dagen komt dit neer op 12.162.000. Voor een extrapolatie naar 2015 kan gemakshalve eenzelfde omvang van zorg voor 2015 worden aangenomen. Zoals hiervoor aangegeven zijn hierin niet de zorgkosten opgenomen die in de loop van 2014 is afgerond. Als vervolgend op de aanname van 12.162.000 een raming voor afgesloten zorg in 2014 van een percentage van 25% wordt toegevoegd, zijnde 3.040.000, dan zou een totale besteding 2015 uitkomen op een bedrag van 15.202.000. Afgezet tegen de afgesloten contracten van 17.639.000 lijkt het erop dat er enige ruimte is. De klemtoon moet, vooral vanwege de grove aannames op lijkt liggen. Deze cijfers bieden dan ook geen enkele garantie en zijn puur en alleen bedoeld voor de beeldvorming. Voorlopige conclusie Er is heel veel werk aan de winkel en alle betrokkenen in het Wmo-veld moeten snel aan de slag om op zo kort mogelijke termijn een verduidelijking van de gegevens te bewerkstelligen. Dit kan (en wellicht zal) een proces van vallen en opstaan zijn en op plaatsen pijn gaan doen omdat inspanningen niet evenredig verdeeld kunnen worden. In de planning van concrete actie moeten wel haalbare doelen worden gesteld, vooral gericht op de korte termijn. Het is utopisch om te veronderstellen dat de rapportage foto over het 2 e kwartaal helder en scherp is. 4
Budgetplafonds In onderstaande tabel wordt een overzicht gepresenteerd van het beschikbaar gestelde budgetplafond Wmo van alle aanbieders zoals opgenomen in de begroting 2015. WMO Zorg in natura budgetplafonds inkoop Totaal budgetplafond inkoop 2.764.570 2.170.375 1.415.587 1.085.044 1.321.879 5.525.885 3.355.673 17.639.013 Facturatie De Midden-Limburgse Gemeenten hebben met 24 aanbieders een contract WMO begeleiding afgesloten met een budgetplafond. In de facturatiegegevens van 24 april is gebleken dat van 10 aanbieders (42%) nog geen enkele factuur (zichtbaar) verwerkt is (bij geen één gemeente). Deze 10 aanbieders vertegenwoordigen 4,1 miljoen van het totale budget inkoop ZIN bij WMO begeleiding (dat is 23% van het totale budget inkoop Wmo begeleiding van 17,6 miljoen). Kwaliteit van de facturatiegegevens De aangeleverde gegevens zijn met alle beperkingen van dien verwerkt in onderstaande tabellen. Met respect voor deze handmatige aanlevering is niet overal de boekingsdatum of periode duidelijk. Daar waar dit niet duidelijk is zijn de gegevens verwerkt in de maand januari. Uit telefonische navraag bij 5 aanbieders hebben 2 aanbieders teruggekoppeld dat de (digitale) gegevensuitwisseling facturatie belemmert. Beide aanbieders kunnen momenteel nog niets aanleveren. Daarnaast was opvallend dat een viertal aanbieders klaarblijkelijk niet hadden gefactureerd in Roermond en Weert en wel in de andere gemeenten. Onderzoek hierop heeft uitgewezen dat er wel facturen / Excel lijsten zijn aangeleverd maar dat deze qua omvang dusdanig groot zijn dat controle op BSN niveau nog niet heeft kunnen plaatsvinden. 5
Resultaten facturatie In de onderstaande overzichten wordt per gemeente een overzicht gepresenteerd van de gefactureerde bedragen in de maanden januari, februari en maart, rekening houdend met hetgeen bovenstaand is aangegeven. Facturatie 1 e kwartaal Totaal januari 78.642 84.756 83.669 74.501 68.315 39.781 69.436 499.101 Totaal februari 76.356 36.709 86.969 71.855 61.677 0 0 333.566 Totaal maart 5.696 5.392 12.338 10.967 0 0 0 34.393 Totaal 1e kwartaal 160.694 126.857 182.976 157.323 129.992 39.781 69.436 867.060 Analyse facturatie Aangezien van Weert en Roermond slechts over één periode gegevens beschikbaar zijn, is de analyse beperkt tot één periode. Deze analyse is in onderstaande overzichten per gemeente gepresenteerd. In de overzichten wordt aangegeven wat de prognose is van de besteding van het budget op basis van de werkelijke facturatie (kolom F) en op basis van werkelijke facturatie + ingekocht bedrag van aanbieders die nog niet gefactureerd hebben (kolom H). Verder wordt onderstaand een overzicht besteding gepresenteerd met een totaal Midden Limburg. 6
A B C D E F G H Budget Verwachtte Werkelijke Verschil realisatie per maand realisatie januari (kolom B-C) Prognose werkelijke realisatie januari op jaarbasis Prognose overonder besteding op basis van werkelijke realisatie januari (kolom A - E) Prognose realisatie + ingekocht bedrag van aanbieders die niet gefactureerd hebben. Prognose resultaat 2015 over- onder besteding (kolom A-G) Totaal bedrag 2.764.570 221.594 77.760-143.834 960.606 1.803.964 2.519.415 245.155 % Besteding budget 35% 91% Leudal Totaal bedrag 2.170.375 177.710 83.756-93.954 1.032.011 1.138.364 1.460.551 709.824 % Besteding budget 48% 67% Maasgouw Totaal bedrag 1.415.587 116.852 82.244-34.608 995.576 420.011 1.215.593 199.994 % Besteding budget 70% 86% Nederweert Totaal bedrag 1.085.044 87.803 74.501-13.302 923.336 161.708 979.155 105.889 % Besteding budget 85% 90% Roerdalen Totaal bedrag 1.321.879 109.036 68.315-40.721 819.774 502.105 1.420.367-98.488 % Besteding budget 62% 107% Roermond Totaal bedrag 5.525.885 457.047 35.473-421.575 450.631 5.075.254 5.402.999 122.886 % Besteding budget 8% 98% Weert Totaal bedrag 3.355.673 270.861 69.436-201.425 890.491 2.465.182 2.888.250 467.423 % Besteding budget 27% 86% Totaal Totaal bedrag 17.639.013 1.440.903 491.485-949.419 6.072.425 11.566.588 15.886.330 1.752.683 % Besteding budget 34% 90% 7
Totaal Midden Limburg per gemeente: Begroot Totaal begroot 2.764.570 2.170.375 1.415.587 1.085.044 1.321.879 5.525.885 3.355.673 17.639.013 Prognose realisatie Totaal prognose realisatie 2.519.415 1.460.551 1.215.593 979.155 1.420.367 5.402.999 2.888.250 15.886.330 Prognose resultaat Totaal prognose resultaat 245.155 709.824 199.994 105.889-98.488 122.886 467.423 1.752.683 Uitputting 91% 67% 86% 90% 107% 98% 86% 90% Bevindingen: 10 aanbieders van de 24 (42%) hebben nog geen enkele factuur (zichtbaar) verwerkt (bij geen één gemeente). Deze 10 aanbieders vertegenwoordigen ruim 4 miljoen van het totale budget inkoop ZIN bij WMO begeleiding (dat is 23% van het totale budget inkoop Wmo begeleiding van 17,6 miljoen). 9 aanbieders hebben niet bij alle gemeenten gefactureerd waarmee zij een inkoopcontract hebben. Deze vertegenwoordigen een inkoopwaarde ruim 5 miljoen. Roerdalen lijkt een financieel tekort te krijgen op basis van de prognose echter hier heeft slechts 2 aanbieders van de 15 aanbieders gefactureerd. 2 aanbieders hebben in Nederweert en Leudal kleine bedragen gefactureerd, zonder dat daar zorg is ingekocht (zorgcontinuïteit). 1 aanbieder gaat in januari al over het totale budgetplafond 2015 heen en in zit na het eerste kwartaal op meer dan 2 keer zoveel als het jaarplafond. 1 aanbieder heeft nog nauwelijks gefactureerd. 1 aanbieder gaat in de prognose richting een overbesteding, dit is ongelijk verdeeld over de gemeenten. 1 aanbieder zit in totaal weliswaar op een onderbesteding, bij een aantal gemeenten gaan ze in deze prognose richting de nul. 2 aanbieders gaan in de prognose richting overschrijding. 8
Cliëntgegevens De gegevens die uit de lokale cliëntvolgsystemen konden worden onttrokken zijn nog verre van volledig, maar geven op een aantal punten toch al zinvolle informatie. Verdeling budget inwoners tussen de gemeente % macrobudget Gemeentefonds 15% 13% 10% 7% 9% 28% 18% 100% percentage aantal inwoners van totaal 14% 15% 10% 7% 9% 24% 21% 100% Er zijn verschillen tussen de beschikbare budgetten en het percentage inwoners (Leudal en Weert relatief minder budget, en Roermond relatief meer budget), maar het inwoneraantal zegt nog niets over de problematiek (en benodigde zorg) in een gemeente. Unieke klanten en toekenningen in het kader van zorgcontinuïteit aantal unieke klanten op 1 januari 2015 (zorgcontinuïteit) 400 290 214 145 221 583 468 2.321 17% 12% 9% 6% 10% 25% 20% 100% aantal toekenningen op 1 januari 2015 (zorgcontinuïteit) 476 383 288 179 288 750 574 2.938 16% 13% 10% 6% 10% 26% 20% 100% Verschil percentage klanten t.o.v. budget 2% -1% -1% -1% 1% -3% 2% Verschil percentage toekenningen t.o.v. budget 1% 0% 0% -1% 1% -3% 2% De verschillen tussen de verdeling van de budgetten en de verdeling van het aantal klanten en toekenningen liggen al dichter bij elkaar. Het aantal klanten en toekenningen zeggen overigens nog niets over de zwaarte van een problematiek in een gemeente. aantal toekenningen per klant op 1 januari 1,2 1,3 1,3 1,2 1,3 1,3 1,2 1,3 9
Het aantal toekenningen per unieke klant verschilt nauwelijks per gemeente, en ligt volgens deze gegevens een stuk lager dan waar oorspronkelijk van uit werd gegaan op basis van de landelijke gegevensleveringen (1,8). Unieke klanten en toekenningen in het eerste kwartaal 2015 Leudal Maasgouw Nederweert Roerdalen Roermond Weert nieuwe klanten in eerste kwartaal 1 6 1 12 5 23 15 63 nieuwe toekenningen in het eerste kwartaal (inclusief herindicaties) 1 9 2 22 6 70 23 133 Totaal Totaal aantal toekenningen die in het eerste kwartaal hebben opengestaan, inclusief nieuwe toekenningen 477 392 290 201 294 820 597 3.071 16% 13% 9% 7% 10% 27% 19% 100% Het aantal nieuwe klanten in het eerste kwartaal lijkt over het algemeen beperkt waarbij Nederweert en Roermond uitschieters zijn ten opzicht van de andere gemeenten. In een volgende analyse zou moeten worden bekeken of de duur van de in het eerste kwartaal afgegeven toekenningen korter is geworden dan voorheen. Ongeveer de helft van de nieuwe toekenningen betreft een herindicatie van klanten met recht op zorgcontinuïteit. De verdeling van het totale aantal (openstaande) toekenningen in het eerste kwartaal, ligt overigens nog dichter bij de verdelingen van de budgetten dan de situatie op 1 januari. 10
Verdeling PGB- & ZIN toekenningen PGB 176 146 104 70 84 27 216 823 21% 18% 13% 9% 10% 3% 26% 100% ZIN 301 246 186 131 210 793 380 2.247 13% 11% 8% 6% 9% 35% 17% 100% NNB (onbekend?) 1 1 Totaal toekenningen 477 392 290 201 294 820 597 3.071 Het meest opvallende verschil tussen de gemeenten, is het lage aantal PGB s in Roermond. Einddatum toekenningen in het eerste kwartaal afgesloten toekenningen 0 8 0 0 0 0 20 28 aantal toekenningen met een einddatum voor de peildatum! 70 42 15 30 59 90 47 353 aantal toekenningen met een einddatum in 2015 (na peildatum) 94 245 65 27 56 202 420 1.109 aantal toekenningen met een einddatum na 2015 (tot 2029) 313 5 210 144 177 525 106 1.480 Onbekend 92 0 2 3 4 101 Totaal 477 392 290 201 294 820 597 3.071 toekenning loopt door in 2016 en verder 66% 1% 72% 72% 60% 64% 18% 48% Het aantal gemeenten dat in het eerste kwartaal toekenningen heeft afgesloten is zeer beperkt. Bij alle gemeenten is sprake van een fors aantal toekenningen die een einddatum hebben die voor de peildatum ligt (meer dan 10%), wat wijst op een administratieve achterstand. Er zijn grote verschillen in het percentage toekenningen met een datum die doorloopt na 2015. Met name in Leudal, maar ook in Weert is dit aandeel een stuk kleiner dan bij de rest. In Leudal zijn echter wel een groot aantal toekenningen waarbij de einddatum niet is ingevuld. 11
Aard begeleiding ADL (Algemene dagelijkse levensverrichtingen) 22 19 26 10 17 40 40 174 13% 11% 15% 6% 10% 23% 23% 100% BGI (begeleiding individueel) 243 180 142 100 170 460 352 1.647 15% 11% 9% 6% 10% 28% 21% 100% BGG (begeleiding groep) 206 186 118 88 104 320 205 1.227 17% 15% 10% 7% 8% 26% 17% 100% KVB (kortdurend verblijf) 6 7 4 3 3 23 26% 30% 17% 13% 13% 0% 0% 100% Totaal 477 392 290 201 294 820 597 3.071 16% 13% 9% 7% 10% 27% 19% 100% Bij de aard van de toegekende begeleiding zijn er geen grote verschillen tussen gemeenten (hooguit het feit dat Weert relatief vaker ADL toekent). Wel interessant om te volgen, is de verdeling tussen Begeleiding Individueel en Begeleiding Groep (aangezien men een verschuiving naar het laatste beoogd). Met name in en Leudal wordt relatief vaker groepsbegeleiding toegekend en met name in Roermond en Weert vaker Individueel. Maar dat kan ook duiden op een andere problematiek, die vraag om een andere aanpak. Daarom is van belang om te volgen of er per gemeente verschuivingen tussen deze twee plaats gaan vinden. 12
Aard problematiek Lichamelijk gehandicapt 62 0 41 71 68 242 0% 26% 0% 0% 17% 29% 28% 100% Psychiatrische problematiek 93 2 3 88 369 241 796 0% 12% 0% 0% 11% 46% 30% 100% Psychogeriatrisch 52 9 32 66 34 193 0% 27% 0% 5% 17% 34% 18% 100% Somatiek 454 75 260 94 51 111 110 1.155 39% 6% 23% 8% 4% 10% 10% 100% Verstandelijk gehandicapt 23 103 28 13 61 192 129 549 4% 19% 5% 2% 11% 35% 23% 100% Zintuigelijk auditief 7 0 9 15 31 0% 23% 0% 0% 0% 29% 48% 100% Zintuigelijk visueel 1 1 0% 0% 0% 0% 100% 0% 0% 100% Ondersteunende begeleiding 20 20 Zintuigelijk gehandicapt 2 2 Begeleiding groep 82 82 Totaal 477 392 290 201 294 820 597 3.071 16% 13% 9% 7% 10% 27% 19% 100% Zeer opvallend is het feit dat in bijna alles onder de noemer somatiek staat geregistreerd. In Leudal springen lichamelijk gehandicapt en psychogeriatrisch er uit. In Nederweert somatiek. In Roerdalen lichamelijk gehandicapt en psychogeriatrisch. In Roermond is het aantal psychiatrische problematiek opvallend groot en in mindere mate ook het aantal verstandelijk gehandicapt. In Weert wordt relatief weinig somatiek geregistreerd, maar met name het aantal zintuigelijk auditief springt eruit. 13