DUPLEXONDERZOEK VAN DE CEREBROPETALE VATEN Doel: Het waarborgen van het landelijk uniform uitvoeren van duplexonderzoek van de cerebropetale vaten. Inleiding: In Europa is duplexonderzoek van de cerebropetale vaten een vast onderdeel van het beroerteprotocol. De klinische verdenking op stenosering van de arteria carotis interna (ACI) is binnen deze onderzoekscategorie, de meest voorkomende indicatie voor verwijzing van patiënten naar het vaatlaboratorium. Het duplexonderzoek is gericht op detectie van plaques, stenosen, occlusies, aneurysmata, fysiologische of pathologische stroomrichtingen, anatomische variaties, fysiologische of pathologische dopplersignalen en dissecties. Het is van belang om op nauwkeurige wijze patiënten met een stenose > 50% van de ACI te detecteren omdat deze patiënten in aanmerking komen voor interventie. Hierbij moet onderscheid worden gemaakt tussen een stenose > 50 % en een stenose > 70 %, omdat vrouwen alleen baat blijken te hebben bij een carotisdesobstructie bij een stenose van meer dan 70%. 1-6 Toepassingsgebied: Deze instructies zijn van toepassing op het vaatlaboratorium. Uitvoeringsbevoegdheid: Vasculair Diagnostisch Laborant. Indicatie: Patiënten die een TIA of CVA doorgemaakt hebben; Oorzaak achterhalen souffle carotiden; Preoperatieve screening/markering bij carotisendarterectomie; Postoperatieve controle na carotisendarterectomie. Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 1
Definities: Duplexonderzoek is een niet invasief ultrageluidonderzoek waarbij het vaatstelsel echografisch in beeld wordt gebracht in combinatie met colordoppler en pulseddoppler en anatomisch, hemodynamisch en functioneel wordt beoordeeld; Cerebropetale arteriën: de rechter a. truncus brachiocephalica, a. subclavia, a. carotis communis (ACC), a. carotis interna (ACI), a. carotis externa (ACE) en de a. vertebralis. Benodigdheden: Duplexsysteem met bij voorkeur drie transducers: een hoogfrequente lineaire transducer, een middenfrequente lineaire transducer en een convextransducer; Onderzoektafel en onderzoekstoel; Dopplersysteem. Uitvoering: Voorbereiding: Lees de aanvraag en/of decursus van de patiënt; Bekijk eventueel voorafgaande onderzoeken; Waarborg de privacy van de patiënt; Stel de patiënt gerust door vooraf te vertellen wat je gaat doen; Onderzoek de patiënt in rugligging op een wijze die ergonomische verantwoord is voor de onderzoeker; Kies de carotiden preset in het duplexsysteem. Werkwijze: Instelling apparatuur: Transducer: Start met een hoogfrequente lineaire transducer; Gebruik een laagfrequente lineaire transducer indien noodzakelijk; Gebruik incidenteel een laagfrequente convex transducer; Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 2
B-mode: Gain aanpassen; Focus aanpassen; Color doppler: Gain aanpassen; PRF aanpassen; Wallfilter medium; Pulsed doppler: Hoekcorrectie 60º; Gain aanpassen; PRF aanpassen; Wallfilter medium. Uitvoering onderzoek: Gebruik voldoende gel; Visualiseer de cerebropetale vaten beiderzijds echografisch in transversale en longitudinale scanrichting: proximale, mediale en distale ACC, in de proximale ACE, in de proximale, mediale en distale ACI en in de a. vertebralis, indien nodig de a. truncus brachiocephalica (rechts) en beiderzijds in de a. subclavia; De meting in de distale ACC dient niet te distaal uitgevoerd te worden, omdat de bulbus en de bifurcatie invloed op de snelheid kunnen hebben; Beoordeel de vaatwanden; Gebruik colordoppler in longitudinale scanrichting om de hoogste snelheden te detecteren; Gebruik pulseddoppler in longitudinale scanrichting om de snelheidsmetingen uit te voeren. Arm-armindex bij stealfenomeen: Het meten van de a. brachialisdrukken kan toegepast worden als extra bevestiging of een stealfenomeen in de a.vertebralis veroorzaakt wordt door een hemodynamisch significante stenose in de a. subclavia; Meet beide a. brachialisdrukken en bereken de arm-armindex; Meer dan 20 mmhg verschil tussen de a. brachialisdrukken is afwijkend; Arm-armindex < 90% is bevestigend voor significant proximaal arterieel vaatlijden. 7,8 Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 3
Rapportage: Het verslag van het duplexonderzoek dient de volgende elementen te bevatten: 9 Primair: Snelheidsmetingen in de proximale, mediale en distale ACC, in de proximale ACE, in de proximale, mediale en distale ACI en in de a.vertebralis, indien nodig de a.truncus brachiocephalica (rechts) en beiderzijds in de a.subclavia; Primair: Echografische bevindingen zoals de aanwezigheid, locatie en karakteristieken van plaques; Additioneel: PSV ratio (PSV ACI/ACC); Additioneel De ACI EDV; Beschrijf limiterende elementen of afwijkingen van het gebruikelijke protocol en criteria wegens technische- of hemodynamische factoren; Vergelijking eventueel met resultaten van een vorig duplexonderzoek. Conclusie: Vermeld het ACI stenosepercentage of de afwezigheid daarvan; Maak (indien gewenst) een relevante tekening en/of gebruik duplexfoto s. Nazorg: Verwijder de gel; Help indien nodig de patiënt van de onderzoektafel; Leg uit hoe de patiënt de uitslag van het onderzoek zal vernemen; Vertel de uitslag indien de patiënt hierom verzoekt, maar het beleid wordt bepaald door de behandelend medisch specialist; Zorg dat de aanvragende specialist het duplexverslag ontvangt; Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 4
Algemene opmerkingen: Tabel I: Criteria voor ACI stenosegradatie. 9 TABEL I: DUPLEXCRITERIA VOOR ACI STENOSE 9 STENOSE PERCENTAGE GRADATIE PRIMAIRE PARAMETERS ACI PSV (CM/SEC) B-MODE DIAMETER REDUCTIE (%)* AANVULLENDE PARAMETERS ACI/ACC PSV RATIO ACI EDV (CM/SEC) Normaal < 125 Geen < 2.0 < 40 < 50% < 125 < 50 % < 2.0 < 40 50-69% 125 230 50 % 2.0 4.0 40-100 70 % maar nog geen near occlusion > 230 50 % > 4.0 > 100 Near occlusion (subtotale stenose) Hoog, laag of niet te detecteren Zichtbaar Variabel Variabel Occlusie 100% Niet te detecteren Zichtbaar, zonder een te detecteren lumen *Plaquesschatting (diameterreductie) met B-mode grijswaarden Niet van toepassing Niet van toepassing Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 5
Tabel II: Stroomrichtingen in de extracraniale arteriën bij een arteria subclavia of arteria truncus brachiocephalica stenose of occlusie 10 TABEL II: STROOMRICHTINGEN 10 ARTERIE PATHOLOGIE R VERTEBRALIS L VERTEBRALIS R ACC L ACC Geen L subclavia Stenose of of L subclavia Occlusie R subclavia Stenose of of R subclavia Occlusie R truncus brachiocephalica R truncus brachiocephalica Stenose of of Occlusie Verklaring pijltjes tabel I: antegraad (fysiologische, cerebropetale stroomrichting) retrograad (niet-fysiologische, cerebrofugale stroomrichting) bidirectioneel afname antegraad toename antegraad Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 6
Referenties: 1. Aboderin I, Venables G, Asplund K. Stroke management in Europa. Journal of Internal Medicine, 1996;240:173-180. 2. Wardlaw JM, Chappell FM, Best JJK, Wartolowska K, Berry E. Non-invasive imaging compared with intra-arterial angiography in the diagnosis of symptomatic carotid stenosis: a meta-analysis. The Lancet 2006;367:1503-1512. 3. North American Sympomatic Carotid Endarterectomy Trial collaborators. Beneficial effect of carotid endarterectomy in symptomatic patients with high-grade carotid stenosis. N Engl J Med 1991;325:445-453. 4. European Carotid Surgery Trialists s Collaborative Group. MRC European Carotid Surgery Trial: interim results for symptomatic patients with severe (70-99%) or with mild (0-29%) carotid stenosis. Lancet 1991;337:1235-1243. 5. Executive Committee for the Asymptomatic Carotid Atherosclerosis Study. Endarterectomy for asymptomatic carotid artery stenosis. JAMA 1995;273:1421-1428. 6. CBO consensus. Conceptrichtlijn Diagnostiek, behandeling en zorg voor patiënten met een beroerte. 2008 (www.cbo.nl). 7. Bakran A, Mickley V, Passlick-Deetjen J. Management of the renal patient: clinical algorithms on vascular access for haemodialysis. Lengerich: Pabst Science Publishers; 2003. 8. Korten E. Vasculaire toegang voor hemodialysepatiënten, non-invasieve preoperatieve screening op het vaatlaboratorium. SFG Rotterdam, 2004. 9. Grant EG, Benson CB, Moneta GL, Alexandrov AV, Baker JD, Bluth EI, Caroll BA, Eliasziw M, Gocke J, Hertzeberg BS, Katanick S, Needleman L, Pellerito J, Polak JF, Rholl KS, Wooster DL, Zierler E. Carotid artery stenosis: gray-scale and doppler US Diagnosis Society of Radiologists in ultrasound consensus conference. Radiology, 2003;229:340-346. 10. Meyers K, Clough A. Making sense of vascular ultrasound, a hands-on guide. Hodder Education member of the Hachette Livre UK Group. London, 2004. Complicatie: De sinus caroticus is een plek in de halsslagader die bij prikkeling de hartslagfrequentie of de bloeddruk reduceert. Door veel druk uit te oefenen met de transducer kan de onderzoeker dit orgaan overprikkelen. Hierdoor kan de patiënt onwel worden en dit kan in uitzonderlijke gevallen zelfs tot een hartstilstand leiden. Duplexonderzoek van de cerebropetale vaten, VNIVD, 2011 7