Workshopdag Actief Historisch Denken April Historische Sudoku

Vergelijkbare documenten
De vijftig vensters en de kenmerkende aspecten van de tien tijdvakken van de commissie De Rooy

Tijdvakken en kenmerkende aspecten.

Tijd van jagers en boeren? 3000 v. Chr. Prehistorie. Kenmerkende aspecten. Begrippen

GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1

De Tien Tijdvakken. Tijd van de jagers en boeren, tot 3000 v.c.

2 juni 2019 [STUDIEPLANNER GESCHIEDENIS VWO TOT KERST] overig. Lesweek. activiteiten. / verrijken/ verdiepen *

Examenprogramma geschiedenis havo

1.1 Leefwijze jagers-verzamelaars

Instroom pabo geschiedenis

Tijdwijzer. Het begin. Voor en na Christus

Examenprogramma geschiedenis havo/vwo

Samenvatting Geschiedenis Kenmerkende aspecten (1 t/m 7 zijn uitgewerkt)

Jagers & boeren Waarvan leefden de jagers-verzamelaars? Jagers & boeren Waarvan leefden de boeren? Van de jacht en van vruchten en planten

Voorbeeld leerplan geschiedenis voor het Primair Onderwijs. Albert van der Kaap

Examenprogramma geschiedenis vwo vanaf CE 2015

Geschiedenis kwartet Tijd van jagers en boeren

GESCHIEDENIS VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2020

Canon en kerndoelen geschiedenis PO

Leerplan geschiedenis tweede fase. Albert van der Kaap

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Geschiedeniswetenschap streeft ernaar waarheden vast te stellen over het verleden!

Mens en maatschappij (aardrijkskunde, economie, geschiedenis, godsdienst)

LESTIP bovenbouw havo/vwo: Tijdvakken oefenen

GESCHIEDENIS HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2019 V

Vaste voorbeelden. 1. Tijd van jagers en boeren. Tot 3000 v.c. (prehistorie) De levenswijze van jager-verzamelaars.

GESCHIEDENIS HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

SLO Leerdoelenkaart geschiedenis: gedifferentieerde beheersingsniveaus voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs

Leerplan geschiedenis voor de tweede fase havo en vwo. Albert van der Kaap

Toelichting beelden tijdbalk Argus Clou Geschiedenis groep 7

Leerstofaanbod Geschiedenismethode Brandaan

A. LEER EN TOETSPLAN. Vak: Geschiedenis Leerjaar: 2 Onderwerp: De Nieuwe Tijd (extra uitgereikt materiaal) Kerndoel(en):

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Toelichting beelden tijdbalk Argus Clou Geschiedenis

De VOGGP Wat is eigenlijk een VOGGP? De V staat voor een verschijnsel. Wat zijn verschijnselen?

De tien tijdvakken. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Leerlijn Oriëntatie op Tijd VSO

Voorbereiding en planning van een thema

De tien tijdvakken. Joyce Landman; Jonne Lubbi. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Renaissancetijd Gouden Eeuw eeuw van de Verlichting industrialisatietijd

GESCHIEDENIS VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

Niveau: klas 3 h/a, ook te gebruiken in bovenbouw h/a

GESCHIEDENIS VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2019 V

Rijk Romeins Leven. Museum Park Matilo Cultuurlijn Tijd Groep 5. Handleiding voorbereidende les

Examentraining - Geschiedenis. HAVO 5 Republiek Duitsland Koude oorlog

Dynamiek en stagnatie in de Republiek

De VOGGP Wat is eigenlijk een VOGGP? De V staat voor een verschijnsel. Wat zijn verschijnselen?

Beschrijven en herkennen dat zaken bij geschiedenis veranderen maar ook dat zaken hetzelfde blijven.

Mentor Datum Groep Aantal lln

Een kasteel in de buurt bezoeken

Onderzoekend en ontwerpend leren met zaakvakken. Heleen van Ravenswaaij MSc, Dr. Tim van Wessel

Mentor Datum Groep Aantal lln

Archeologie op school. Handleiding voor de leerkracht

LEER- EN TOETSPLAN A. ONDERWERP EN DOELEN. Vak: Geschiedenis Leerjaar: 1 Onderwerp: Introductie geschiedenis Kerndoel:

Werkboek klas 2 Hoofdstuk 3

Docentenhandleiding toepassen oriëntatiekennis bij het vak Geschiedenis

GESCHIEDENIS HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V16.8.1

De les in een oogopslag. Onderwerp: Verandering en continuïteit in de Russische geschiedenis Activiteit:

Eindexamen geschiedenis nieuwe stijl havo 2008-II

STEDELIJKE DYNAMIEK IN DE LAGE LANDEN ( ) Nascholingsconferentie geschiedenis 2019

Hieronder worden de keuzes die de syllabuscommissie heeft gemaakt punt voor punt toegelicht.

Resultaatweergave. 3 To 7 Centraal examentraining Cijfer1-10 Geen N 0 J 0 4 Cijfer1-10 N J

Combineer raak met beelden

Schoolonderzoek II Geschiedenis Staat en Natie Tijdvak I

Het nieuwe eindexamen geschiedenis

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de examenvragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Opdracht Inhoud Hoe uitvoeren? Inleveren? Becijfering 1. Onthouden Leswijsopdrachten

Samenvatting Geschiedenis Tijdvak 7, pruiken en revoluties

Dagboek Sebastiaan Matte

Voorbeeld leerplan geschiedenis voor de onderbouw van het vmbo

Tijd van monniken en ridders Vroege Middeleeuwen. Tijd van jagers en boeren Prehistorie v C

Examentraining - Geschiedenis

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

200 JAAR STATEN-GENERAAL

Programma van Toetsing en Afsluiting

Geschiedenis Amerika en Frankrijk in de tijd van pruiken en revoluties: een overzicht. Een les van: Bor

lesbrief vervolgles Ulrum

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de examenvragen onderverdeeld in 4 categorieën.

A Het examenprogramma geschiedenis voor havo en vwo, zoals gepubliceerd door de CHMV in februari 2001:

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de examenvragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Tijd van pruiken en revoluties

Historisch denken. Historische benaderingen

Toetsvragen Geschiedenis Toelatingstoets Pabo. Tijdvak 3 Toetsvragen

SaNdWiCh RoBoT. Wat leren leerlingen van deze les?

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

GESCHIEDENIS VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2017 V pagina 1 van 16

Voorbeeld leerplan geschiedenis voor de onderbouw van het vmbo

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de examenvragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Motivatie, situationele interesse, personen, abstract, detail. M. van Riessen, J. Van Drie

Eindexamen geschiedenis n.s.havo 2007-II

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

8*. Na de dood van Karel de Grote werd de eerste grondslag gelegd voor Grenzen in Europa. Leg uit.

Speelkaarten.indd :14:06

Link it: Republiek in tijd van Vorsten

De Verlichting. De Verlichting

Tijdvak I. 31 oktober : 30-10:00.

Voorbeeld leerplan geschiedenis voor de onderbouw havo en vwo. Albert van der Kaap

SO 2 Tijdvak I AVONDMAVO Staat en Natie. Dit SO bestaat uit 37 vragen. 29 openvragen en 8 meerkeuze vragen.

Transcriptie:

Workshopdag Actief Historisch Denken April 00 Historische Sudoku door: Koen Henskens, vakdidacticus/lerarenopleider Instituut voor Leraar en School (ILS), Hogeschool Arnhem en Nijmegen (HAN) Email: Koen.henskens@han.nl

Historische Sudoku Sudoku, wie ken het niet. In de les, in de trein, thuis, overal zijn mensen sudoku s aan het invullen. Blijkbaar vindt de mens het puzzelen en uitdokteren leuk. Om deze reden is er ook een historische variant bedacht van deze sudoku s, de historische sudoku s. In dit geval moet je niet cijfers op de juiste plaats zetten, maar historische begrippen. Net als de cijfers moeten de begrippen wel kloppen met de andere begrippen. Op deze manier worden leerlingen uitgedaagd verbanden te gaan zoeken tussen begrippen, waarmee ze de begrippen meer betekenis geven en er een meer samenhangende historische context ontstaat. De les in een oogopslag Onderwerp: Activiteit: Tijdsduur: Alle tijdvakken Historisch sudoku 0-0 minuten Doelen: de leerling geeft betekenis aan de begrippen van een specifiek tijdvak de leerling kan verbanden leggen tussen historische begrippen de leerling ziet samenhang tussen historische begrippen, gebeurtenissen, verschijnselen en ontwikkelingen de leerling kan voorbeelden geven van kenmerkende aspecten van Domein B van de eindexamenstofomschrijving de leerling leert out of the box denken door niet gegeven verbanden te zoeken Beginsituatie: De leerlingen hebben de tijdvakken behandeld voordat ze de opdracht uitvoeren. De opdracht is om de leerstof te herhalen, en toe te passen. Voorbereiden: Kopieer voor elk tweetal een A met de opdracht Instrueren: Wat: Leerlingen moeten 9 van de historische begrippen onderaan de pagina op zodanige wijze in het schema invullen, dat ze tussen elk begrip in het schema een verband kunnen leggen. Hoe: Jullie krijgen per tweetal een blad waarop 9 begrippen ingevuld kunnen worden. Onderaan het blad staan begrippen waar je deze 9 uit moet halen. Tussen de begrippen staan pijlen met letters. Deze pijlen stellen verbanden voor. De begrippen moeten met historische verbanden aan elkaar gekoppeld worden. De verbanden die je hebt gelegd, schrijf je op in je vragenblad. Waarom: Het is niet voldoende om losse begrippen te kennen. Voor het eindexamen moet je allerlei begrippen aan elkaar kunnen koppelen. Je moet verbanden kunnen leggen tussen begrippen. Door deze opdracht ga je de losse begrippen meer betekenis geven. Je associeert rondom de begrippen tot je een overlap hebt met een andere begrip. Zo creëer je meer historische context. Uitvoeren: Leerlingen vormen tweetallen Elk tweetal krijgt een blad met daarop een schema met 9 openingen. Onderaan het blad staan begrippen Leerlingen moeten 9 van begrippen op de juiste manier in het schema zetten, zodat alle verbanden tussen de begrippen kloppen. Als het schema is ingevuld, vullen de leerlingen het vragenblad in, waar expliciet naar de historische verbanden wordt gevraagd. Eigenlijk is Sudoku, dat los cijfer betekent, niet correct zijn omdat we bij geschiedenis met begrippen werken, om deze reden zou de werkvorm eigenlijk Tan Go moeten heten, wat los woord betekent.

Nabespreken: Wat Zie vragenblad Tweetallen vergelijken hun uitkomst met die van een andere groep Bekijk de verschillen en bediscussieer die. Uiteindelijk wordt een groep gevraagd zijn uitkomst op het bord te tekenen, daarna kan het klassikaal besproken worden. Hoe Bij de procesbespreking wordt duidelijk hoe je een tijdsbeeld van een historische periode bouwt. Losse begrippen hebben een cirkel van associaties om zich heen, deze overlappen en dat worden verbanden. Waarom Je moet een correct historisch beeld hebben van tijdvakken. Je moet kenmerkende aspecten goed beheersen en daar voorbeelden van kunnen noemen en verbanden mee kunnen leggen. Vervolg: Leerlingen kunnen nog meer begrippen rondom het kenmerkende aspecten formuleren. Doelen de leerling geeft betekenis aan de begrippen van een specifiek tijdvak de leerling kan verbanden leggen tussen historische begrippen de leerling ziet samenhang tussen historische begrippen, gebeurtenissen, verschijnselen en ontwikkelingen de leerling kan voorbeelden geven van kenmerkende aspecten van Domein B van de eindexamenstofomschrijving de leerling leert out of the box denken door niet gegeven verbanden te zoeken Beginsituatie De leerlingen hebben de tijdvakken behandeld voordat ze de opdracht uitvoeren. De opdracht is om de leerstof te herhalen, en toe te passen. Voorbereiden Docenten kopiëren voor elk tweetal een schemablad Docenten kopiëren voor elk individu een vragenblad Uitvoeren Wat gaan we doen? Hoe gaan we het doen? Waarom doen we dit? : Leerlingen moeten 9 van de historische begrippen onderaan de pagina op zodanige wijze in het schema invullen, dat ze tussen elk begrip in het schema een verband kunnen leggen. : Jullie krijgen per tweetal een blad waarop 9 begrippen ingevuld kunnen worden. Onderaan het blad staan begrippen waar je deze 9 uit moet halen. Tussen de begrippen staan pijlen met letters. Deze pijlen stellen verbanden voor. De begrippen moeten met historische verbanden aan elkaar gekoppeld worden. De verbanden die je hebt gelegd, schrijf je op in je vragenblad. : Het is niet voldoende om losse begrippen te kennen. Voor het eindexamen moet je allerlei begrippen aan elkaar kunnen koppelen. Je moet verbanden kunnen leggen tussen begrippen. Door deze opdracht ga je de losse begrippen meer betekenis geven. Je associeert rondom de begrippen tot je een overlap hebt met een andere begrip. Zo creëer je meer historische context.

Extra suggesties: Als leerlingen moeite hebben met een begin, dan kunt u als docent Verschillende acties ondernemen om het begin te versoepelen: - U kunt het proces in stukken hakken door leerlingen eerst de begrippen te laten categoriseren, of te bekijken bij welk begrip ze de meeste associaties kunnen maken (deze moeten in en rond het midden van de sudoku). Ze zouden dan per begrip kunnen kijken welke het beste in het midden past (bijvoorbeeld door korte mindmaps te maken per begrip) - U kunt als docent zelf al een aantal begrippen in de sudoku ingeven, waardoor de leerlingen al een ingang hebben om het verder in te vullen. Aanvankelijk hadden de leerlingen begrippen waarvan ze er 9 moeten gebruiken. Door zelf al deels invulling te geven aan de sudoku wordt de keuzevrijheid van de leerlingen wel beperkt. Nabespreken Inhoudelijk: Je kan de leerlingen onderling de antwoorden laten vergelijken, twee tweetallen bij elkaar. Leerlingen vergelijken de antwoorden, bekijken de verschillen en argumenteren welke van de twee de sterkste historische argumenten heeft. Daarna klassikaal de mogelijkheden van oplossingen bespreken. Omdat er maar 9 begrippen in het schema passen, en er begrippen mogelijk zijn, zijn er altijd meerdere antwoorden mogelijk. Bespreek daarom minimaal één variatie om duidelijk te maken naar de leerlingen dat er meerdere opties zijn, en dat het dus om de argumentatie gaat Je kan op detail klassikaal ingaan op het verschil in begrippen met de volgende vragen: o Welk begrip heeft iedereen gebruikt? o Welk begrip is het minst gebruikt? o Welk begrip stond meestal centraal? Waarom deze? Naar aanleiding van de bovenstaande kan een klassengesprek volgen over sleutelbegrippen. Onduidelijke begrippen kunnen ook nog even behandeld worden. Je kan de leerlingen ook vragen om een volgorde te maken van verbanden die ze makkelijk en moeilijk vonden. Zo kunnen ze aangeven welke verbanden ze voor de handen vinden liggen, en welke ze met veel denkwerk voor elkaar hebben gekregen. Mocht er tijd en ruimte zijn, dan kan je nog een klassengesprek voeren over het verschil tussen directe en indirecte verbanden. Dit schema leent zich hier heel goed voor. Proces Aansluitend op de bovenstaande vragen kan je ingaan op HOE de leerlingen hun schema hebben ingevuld. Laat de leerlingen kort het proces terughalen hoe ze te werk zijn gegaan, is dit: o Door eerst een willekeurig begrip in het midden te plaatsen en daarna alles er omheen te verzinnen? o Door eerst te redeneren welk begrip het meest centraal staat, dus de meeste connecties heeft met andere begrippen, en die in het midden te leggen? o Eerst begrippen los van het schema te koppelen, en pas als verbanden zijn gelegd, kijken hoe dit in het schema past? Als ze dit hebben gedaan, aangeven dat door over de begrippen na te denken en aan elkaar te koppelen, ze een historische context creëren die met het kenmerkend aspect te maken heeft dat centraal staat. o Een begrip betekenis geven door dingen te associëren o Associaties naast elkaar leggen tot er een overlap is o Deze overlap is een verband o Meerdere begrippen overlappen elkaar o Uiteindelijk zijn alle begrippen, via andere begrippen, aan elkaar verbonden o Een historische context is zo ontstaan.

Vragenblad Historische Sudoku Je hebt zojuist het schema met de begrippen ingevuld en alle begrippen aan elkaar verbonden. De opdracht hieronder maak je individueel. Je mag dus niet meer overleggen Je hebt negen begrippen in het schema gezet, deze zijn met elkaar verbonden. Hieronder geef je per begrip aan wat de verschillende verbanden zijn. In het schema zijn de verbanden genummerd. In totaal heb je twaalf verbanden in het schema gelegd. Deze moet je hieronder beschreven.. Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat... 9. Begrip heeft met begrip te maken, omdat... 0. Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat.... Begrip heeft met begrip te maken, omdat...

De Tijd van Jagers en boeren 9 0 Nomaden Boeren Schrift Godsdienst Landbouw Bestuur Stad Hiërarchie Staat Klimaatverandering Jagers Nijl

De Tijd van Grieken en Romeinen 9 0 Staatsvorm Imperialisme Monotheïsme Slaven Jodendom Democratie Republiek Athene Vervolging Keizer Athene Christendom

De Tijd van Monniken en Ridders 9 0 Feodalisme Christendom Domein Klooster Hofstelsel Karel de Grote Kerstening Horigen Islam Paus Willibrord Koning

De Tijd van Steden en Staten 9 0 Investituurstrijd Drieslagstelsel Handel Bevolkingsgroei Hanze Kruistochten Koning Steden Burgerij Bourgondiërs Centralisatie Ontginningen

De Tijd van Ontdekkers en Hervormers 9 0 Reformatie Koloniën Karel V Columbus Wereldbeeld Spanje Handel Beeldenstorm Opstand Willem van Oranje Renaissance Kunst

De Tijd van Regenten en Vorsten 9 0 Koloniën Absolutisme VOC Slavernij Stapelmarkt Rampjaar Wetenschap Droit Divin Parlement Privilege Republiek Handelskapitalisme

De Tijd van Pruiken en Revoluties 9 0 Verlichting Absolutisme Abolitionisme Staatsburger Slavernij Standenmaatschappij Rationalisme Trias Politica Revolutie Napoleon Washington Constitutie

De Tijd van Burgers en Stoommachines 9 0 Industrialisatie Modern imperialisme Emancipatie Sociale kwestie Liberalisme Nationalisme Socialisme Urbanisatie Revolutie Nijverheid Kiesrecht Conferentie van Berlijn

De Tijd van de Wereldoorlogen 9 0 Totalitarisme Propaganda Totale oorlog Hitler Crisis Vrede van Versailles Holocaust Nationalisme Communisme NSDAP Bezetting Rassenleer

De Tijd van Televisie en Computers 9 0 Koude Oorlog Sociale wetgeving Oorlog Kernwapens Jaren Zestig Europa Wederopbouw Collectivisering Dekolonisatie Ontzuiling Verzorgingsstaat Secularisatie

Voorbeeld van een ingevulde sudoku (met uitleg op de volgende pagina) De Tijd van Jagers en boeren Hiërarchie Staat Schrift Landbouw Stad Bestuur 9 0 Boeren Nijl Godsdienst Nomaden Boeren Schrift Godsdienst Landbouw Bestuur Stad Hiërarchie Staat Klimaatverandering Jagers Nijl

Voorbeeld ingevuld vragenblad Sudoku, De Tijd van Jagers en boeren. Begrip hiërarchie heeft met begrip staat te maken, omdat er verschillende beroepen en sociale lagen zijn. De ene laag bestuurt, de andere laag werkt. Zo is er sprake van hiërarchie binnen een staat.. Begrip staat heeft met begrip schrift te maken, omdat een staat vaak groot is qua oppervlak en de communicatie niet meer mondeling kon. Hoe complexer de staat hoe meer informatie er moet worden onthouden. Mede hiervoor werd het schrift uitgevonden.. Begrip hiërarchie heeft met begrip landbouw te maken, omdat door de uitvinding van de landbouw men op één plaats bleef wonen. Men kon toen meer bezit hebben (hoefde je niet mee te dragen als nomade) en zo ontstonden er verschillen in bezit, sociale lagen en een hiërarchie. of Begrip hiërarchie heeft met begrip landbouw te maken, omdat de seizoenen heel belangrijk waren voor de landbouw en sommigen mensen zich gingen specialiseren in het interpreteren van de seizoenen (o.a. door naar sterren te kijken). Deze mensen werden belangrijker dan de individuele boer en zo ontstond er een hiërarchie.. Begrip staat heeft met begrip stad te maken, omdat steden groeiden, en sommigen steden gingen samenwerken (of werden veroverd door andere steden) en er zo staten ontstonden.. Begrip schrift heeft met begrip bestuur te maken, omdat een goed bestuur alleen kon als alle afspreken duidelijk waren. Op papier zetten van de afspraken maken de communicatie makkelijker, vooral omdat de afstanden steeds groter werden.. Begrip landbouw heeft met begrip stad te maken, omdat door de uitvinding van de landbouw, men op één plek kon blijven wonen. Mensen gingen vaak bij elkaar wonen (ivm samenwerking en bescherming) waardoor langzaam steden ontstonden.. Begrip stad heeft met begrip bestuur te maken, omdat mensen in de steden afspraken gingen maken over wat wel en niet wenselijk was om de samenwerking en het samenwonen goed te laten verlopen. Deze afspraken moesten natuurlijk gecontroleerd worden en dat werd de taak van het bestuur.. Begrip landbouw heeft met begrip boeren te maken, omdat het de boeren zijn die de landbouw bedrijven. Zonder boeren wordt het land niet bewerkt. 9. Begrip stad heeft met begrip Nijl te maken, omdat in het oude Egypte de steden lands de Nijl ontstonden. De steden (en de daarbij behorende landbouw) was afhankelijk van de landbouw, die weer afhankelijk was van het water uit de Nijl. Daarnaast werd de Nijl ook als (water)weg gebruikt voor transport en communicatie tussen steden. 0. Begrip bestuur heeft met begrip godsdienst te maken, omdat er mensen werden aangesteld om de godsdienst te leiden. Deze mensen hadden veel macht en waren vaak onderdeel van het bestuur. In Egypte was het bestuur ook aan godsdienst gekoppeld en was de farao, hoofd van het bestuur ook goddelijk.. Begrip boeren heeft met begrip Nijl te maken, omdat de boeren voor hun landbouw compleet afhankelijk waren van het water uit de Nijl.. Begrip Nijl heeft met begrip godsdienst te maken, omdat de mensen in Egypte helemaal afhankelijk waren van wat de Nijl hun schonk. Alles uit de Nijl werd heilig en zo werden de goden ook vaak afgebeeld met gezichten van dieren uit de Nijl.