Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 afweer

Vergelijkbare documenten
Antwoorden Biologie Deel 1: Hoofdstuk 9, Afweer

Samenvatting Biologie H

Samenvatting door een scholier 2064 woorden 18 maart keer beoordeeld. Biologie Hoofdstuk 9 9.1

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 7: Bescherming en evenwicht

1 De huid en bescherming Waar beschermt onze huid ons eigenlijk allemaal tegen?

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 7 Bescherming

Samenvatting Biologie Thema 7, Bescherming

Samenvatting Biologie H7 Bescherming

Diagnostische toets Van HIV tot AIDS?

biologie voor jouw ; klas 5 havo ; hoofdstuk 7 bescherming en evenwicht Hoofdstuk 7 paragraaf 1 de huid beschermd tegen invloeden van buitenaf en

Ziekteverwekkende micro-organismen dringen via lichaamsopeningen het lichaam binnen:

Afweer: 3 Barrières / Wat / Waar

Immunologie. Afweer. Wij leven als levende organismen in evenwicht met onze omgeving

Samenvatting. Figuur 1. Een T cel gemedieerde immuun response. APC: antigen presenterende cel; Ag: antigen; TCR: T cel receptor.

Uitscheiding en afweer

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3 en 5

Nederlandse samenvatting

Chapter 6. Nederlandse samenvatting

Praktische opdracht ANW Afweersysteem

Samenvatting Biologie Module 9, 10 en 11

Bescherming Evenwicht

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9

[IMMUNOLOGIE PORTFOLIO]

6 VWO. biologie voor jou BIOLOGIE VOOR DE BOVENBOUW

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 4 t/m 7

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 11 Gezondheid

Bij het uitscheiden helpen de nieren om de samenstelling van je bloed constant te houden. Uitscheiding is het

Het vaccin waarmee de meisjes worden geïnjecteerd, beschermt onder andere tegen HPV18.

Biologie samenvatting. Nectar. Hoofdstuk 11 Gezondheid 5 havo

Samenvatting. Samenvatting

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Praktische opdracht Biologie Transplantatie

6,7. Samenvatting door een scholier 2957 woorden 16 maart keer beoordeeld

HOMEOSTASE. Biologie Havo. Docent: A. Sewsahai HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL]

Inhoud. Inleiding Medische achtergrondkennis 9 - Virussen en bacteriën 10 - Het afweersysteem 14 - Ziektebeelden 19

Epitheel Huid slijmvliezen. Natuurlijke flora. Cellen Macrofagen, NK cellen granulocyten monocyten

Afweer en Immuniteit

OEFENEN EXAMENVRAGEN AFWEER VWO

Naslagwerk VMBO. bloed en afweer

6.9. Werkstuk door E woorden 25 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou. Inhoudsopgave

4. Bereiden 49 - Rekenen 50 - Bereiden Persoonlijke groei 81 - Feedback 82

Samenvatting Biologie Hoofdstuk

Nederlandse samenvatting

Bloed, Afweer en Infectieziekten

Afweer en Samenwerking over samenwerkende afweercellen en problemen met het afweersysteem

Antigenen en antistoffen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Nederlandse samenvatting

Nederlandse Samenvatting

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 7 t/m 11

6,9. Praktische-opdracht door een scholier 1495 woorden 3 april keer beoordeeld

BIOLOGIE Pag 1. Examenreader Afweer

Nederlandse samenvatting

naast natuurlijke immuniteit ook techniek van kunstmatige immuniteit

Nederlandse samenvatting Hexachloorbenzeen

Inhoud. Inleiding Medische achtergrondkennis 9 - Anatomie en fysiologie 10 - Ziektebeelden 17

Inhoud. Inleiding Medische achtergrondkennis 9 - Anatomie en fysiologie 10 - Ziektebeelden 17

Inleiding. Chapter 11. Achtergrond en doel van het onderzoek

Het immuunsysteem van de pasgeborene: klaar voor actie? Joris van Montfrans, MD, PhD Kinderarts-immunoloog

WAT IS KANKER? KANKERCENTRUM. Onco_alg_008

Werkstuk Biologie Thema 5 t/m 7

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9: Gezondheid

Samenvatting Biologie Bloedsomloop

Chapter 9. Nederlandse samenvatting

DONOR IN HART EN NIEREN

Chronische ontsteking zet de medische wereld op zijn kop

Wat is een allergie? Afweersysteem

7,4. Samenvatting door Madelief 2314 woorden 7 februari keer beoordeeld. Biologie 10.1 goed geregeld. Wat gebeurt er in je lichaam?

Samenvatting Biologie hoofdstuk 10

Samenvatting Biologie Thema 1: Organen en cellen

5 HAVO. biologie voor jou BIOLOGIE VOOR DE BOVENBOUW

Bloed en Afweer. Naslagwerk

SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS

Hand-out COO Immunologie

Vragen bij de oefen- en zelftoetsmodule bij het eerstejaarsvak Biologie van dieren, februari 2013

I Want To Live Forever

VWO HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA

IMMUUN WORDEN EN BLIJVEN

Samenvatting. Samenvatting

Nederlandse samenvatting, Dankwoord, Curriculum Vitae, List of publications

Infliximab (Remicade ) Medicatie bij de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa

6,5 ER ZIJN DRIE SOORTEN BLOEDCELLEN: WAT ZIJN NU DE TAKEN VAN DE DIVERSE BLOEDCELLEN? Spreekbeurt door een scholier 1815 woorden 11 maart 2005

Het HLA-systeem De relatie tussen HLA en bloedtransfusie

IMMUUN WORDEN EN BLIJVEN

Chapter 9. Nederlandse samenvatting voor de leek

Vaccinatie. Achtergrondinformatie over werking, veiligheid en waarde van vaccinatie

4,3. Samenvatting door een scholier 1547 woorden 28 februari keer beoordeeld

Samenvating in het Nederlands

7,8. Praktische-opdracht door een scholier 3335 woorden 19 februari keer beoordeeld. Inleiding

Samenvatting Biologie voor Jou 4b Opslag, uitscheiding en bescherming VMBO

Appendices. Nederlandse samenvatting 148. Dit proefschrift op één pagina 152. Dankwoord 153. About the author 155. List of publications 156

Paragraaf 6.1 en Osmotische waarde, ph weefselvloeistof, glucosegehalte

De eerste stap van deze cellen is heel simpel: ze nemen de ziekteverwekker

Nederlandse samenvatting voor niet-ingewijden. Esther Reefman

Docentenhandleiding vaccinatie Hepatitis B practicum,

Samenvatting. Samenvatting

Nederlandse samenvatting. (voor iedereen dus )

CHAPTER 10. Nederlandse samenvatting

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 1 t/m 5

Snel en effectief ingrijpen dankzij ziekte-overstijgend immunologisch onderzoek. Een betere aanpak van chronische ziekten

Nederlandse samenvatting

Transcriptie:

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 afweer Samenvatting door een scholier 1970 woorden 31 mei 2011 7,4 6 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar HOOFDSTUK 9 Afweer Je afweersysteem maakt onderscheid tussen lichaamseigen en lichaamvreemde cellen. Je eigen eiwitmoleculen aan de buitenkant van je cellen roepen geen afweerreactie op, de vreemde eiwitmoleculen aan de buitenkant van een ziekteverwekker roept wel een afweerreactie op. Het celmembraan is opgebouw uit een dubbele laag fosfolipiden en eiwitten. 9.1 Ziekteverwekkers: geen toegang Bacteriën maken je ziek door de giftige stoffen die ze producten. Bij het vermeerderen van virussen sterven de gastheercellen af. Schimmels infecteren cellen. Dekweefsel van je huid, longen en darmen houden ziekteverwekkers en lichaamsvreemde stoffen tegen en vormen de grens tussen je inwendige en uitwendige milieu. Opperhuid: is enkele cellagen dik, bestaat uit -Kiemlaag: onderste laag van de opperhuid, delen zich voortdurend, zo groeit de huid -Hoornlaag: bestaat uit dode versleten opperhuidcellen -Lederhuid: hierin zitten zintuigen, bloedvaten, zweetklieren en vetweefsel Huidkanker kan ontstaat wanneer in een cel enkele beschadigingen niet worden hersteld. In je luchtwegen en darmen is slijmvlies aanwezig om je te beschermen. Het slijm vangt bij inademen stof op en trilharen voeren slijm met stof naar je keelholte, het slijm bevat bacteriedodende stoffen. De huid vormt een barrière tegen ziekteverwekkers en beschermt tegen UV-straling. Ook je slijmvliezen spelen een beschermende rol tegen micro-organismen, evenals maagzuur. 9.2 Indringers opruimen Een wond wordt ontsmet om aanwezige ziekteverwekkers te doden en wordt steriel afgedekt om te voorkomen dat nieuwe ziekteverwekkers via de wond het lichaam binnendringen. Bacteriën vermeerderen zich en geven giftige stoffen af, de beschadigde of vergiftigde weefsel geven chemische alarmsignalen af. De bloedvoorziening neemt toe, het weefselvocht hoopt zich op en de witte bloedcellen worden aangetrokken. Door de toegenomen stofwisselingsactiviteit in cellen neemt ter plaatse de temperatuur toe. Je afweersysteem bestaat uit verschillende type witte bloedcellen. Ze komen voor in weefselvocht, bloed en lyfe en in de organen van het afweersysteem. Pagina 1 van 5

Bloedcellen ontstaan in het rode beenmerg uit stamcellen. Stamcellen kunnen onbeperkt delen. Fagocyten en lymfocyten spelen een belangrijke rol bij het afweersysteem. Fagocyten: komen in het hele lichaam voor, leven kort Lymfocyten: zijn cellen die veel in de lymfeklieren voorkomen, er zijn twee typen: -T-lymfocyten: genoemd naar de thymus (orgaan achter je borstbeen), waarin de ontwikkeling van deze afweercellen plaatsvind -B-lymfocyten: genoemd naar het beenmerg, waarin de ontwikkeling van deze afweercellen plaatsvindt De ter plaatse aanwezige witte bloedcellen ruimen de meeste indringers snel op, pas bij zwaardere ontstekingen en infectieziekten komen witte bloedcellen in je lymfe klieren in actie. Het afweersysteem reageert op lichaamsvreemde cellen of stoffen die in je inwendige milieu komen. Het bestaat uit witte bloedcellen en enkele organen. Lymfeklieren bevinden zich op plaatsen waar mogelijke ziekteverwekkers je lichaam binnen kunnen komen. De algemene afweer maakt geen onderscheid tussen verschillende soorten indringers. Fagocyten eten als een soort afvalverzamelaars van alles op. Macrofaag: meest veelzijdige fagocyt, strekken schijnvoetjes uit naar een bacterie en vouwt zich daarna om de bacterie heen en neemt deze in een blaasje (bestaande uit een stukje celmembraan) in zich op, kan van vorm veranderen en zich smaller maken waardoor de cel toch door een haarvat kan Fagocytose: een vorm van endocytose, het opnemen van een bacterie in een blaasje Bacteriën en virussen kunnen infectieziekten veroorzaken, door hun snelle vermeerding is bescherming door fagocyten onvoldoende, cellen van de algemene afweer activeren dan cellen van de specifieke afweer. De specifieke afweer richt zich specifiek tegen een soort infectieziekte en blijft na bescherming nog lange tijd effectief. Na de meeste infectieziektes ben je immuum tegen die infectieziekten. Het afweersysteem bestaat uit de algemene afweer en de specifieke afweer. Bij infectieziekten activeert de algemene afweer de specifieke afweer. De specifieke afweer richt specifiek tegen een indringer en zorgt voor immuniteit. 9.3 Wapens op maat Virussen infecteren een gastheercel en kaapt celdelingsgenen van de gastheercel. De gastheercel vermeerdert het erfelijk materiaal van het virus en maakt viruseiwitten voor het verpakken van het erfelijk materiaal van het virus. Als er een groot aantal virussen zijn gemaakt, verlaten deze de cel en kunnen zo andere cellen besmetten. Immuniteit tegen infectieziekten b erust op de aanwezigheid van antistoffen. Door de binding van een antistof aan de buitenkant van de ziekteverwekkers, wordt deze onschadelijk gemaakt. Fagocyten kunnen ziekteverwekkers sneller fagocyteren wanneer ze met antistoffen ingekapseld zijn. Antistoffen: kleine eiwitmoleculen in het bloed, binden goed aan eiwitten op de buitenkant van ziekteverwekkers, bepaald type eiwit ook wel immunoglobuline genoemd, bestaat uit twee delen: -vaste deel: geeft de immunoglobuline een vorkstructuur -variabele deel: zit aan het uiteinde van de vork, verschilt per immunoglobine Antigenen: buitenkant van ziekteverwekkers Voor elk antigeen is er een antistof met een variabel deel dat past. Voor alle verschillende soorten Pagina 2 van 5

ziekteverwekkers heeft het afweersysteem dus specifieke antistoffen. De specificiteit van het afweersysteem berust op de binding tussen lichaamsvreemde antigenen en antistoffen van het afweersysteem. B-lymfocyten: producenten van antistoffen, elke B-lymfocyt produceert een type antistof dat op een type antistof past, deze immunoglobulinemoleculen blijven aan het membraan van de B-lymfocyt gevonden Als de immunoglobulinemoleculen aan antigenen van de ziekteverwekker binden, dan leidt dat tot activering van de B-lymfocyt. Geactiveerde B-lymfocyten gaan dan vervolgens delen. Een deel van de dochtercellen specialiseerd zich tot plasmacellen en gaan allemaal dezelfde antistof produceren en uitscheiden. Een deel van de dochtercellen specialiseert zich tot geheugenlymfocyten, ze blijven na de ziekte in lymfeklieren aanwezig. Door hun aanwezigheid kan het afweersysteem bij een tweede infectie sneller in actie komen, je bent immuum. Klonale selectie: proces waarbij B-lymfocyten zich delen B-lymfocyten herkennen ziekteverwekkers aan hun lichaamsvreemde antigenen. Na activering ontwikkelen zich tot plasmacellen, die grote hoeveelheden antistof tegen het lichaamsvreemde antigeen maken. Immuniteit berust op lymfocyten die zich tot geheugencellen ontwikkelen. In de ontwikkeling van B-lymfocyt tot plasma cel neemt het aantal ribosomen en het ER toe omdat deze organellen een belangrijke rol spelen in de eiwitsynthese. Antilichamen zijn eiwitten, de functie van de toename is dus dat plasmacel veel antilichamen kan maken. In de lymfeklieren worden bij een infectie antistoffen geproduceerd. Virussen besmetten een lichaamscel met hun DNA/RNA, dat zet de cel aan tot het maken van nieuw virussen, antistoffen kunnen niet aan virusantigenen binden zolang het virus binnen een lichaamscel zit. Virussen besmetten een lichaamscel met hun DNA/RNA, dat zet de cel aan tot het maken van nieuwe virussen. Antistoffen kunnen niet aan ivrusantigenen binden zolan het virus binnen een lichaamscel zit. T-lymfocyten: kunnen besmette lichaamscellen opsporen en kunnen zich vermeerderen nadat ze zijn geactiveerd en kunnen zich ontwikkelen tot geheugencellen, kunnen aan antigenen van ziekteverwekkers binden met op antistoffen lijkende membraaneiwitten, er zijn twee typen: -Cytotoxische T-lymfocyten: transportmoleculen laten aan deze lymfocyten zien welke eiwitten ze maken, heeft een passende receptor, kan een virusgeïnfecteerde lichaamscel herkennen aan de stukjes lichaamsvreemd virusantigeen tussen de lichaamseigen eiwitstukjes, geeft eiwitten af die het celmembraan stuk maken na binding aan de lichaamscel -T-helper lymfocyten: spelen een rol in het opstarten van de specifieke afweer, heeft een passende receptor, kan stukjes lichaamsvreemd antigeen herkennen, binding aan deze stukjes antigeen leidt tot activering, geeft signaalstoffen af, daarmee zet hij andere T en B lymfocyten aan tot deling en ontwikkeling Cytotoxische T-lymfocyten kunnen virusgïnfecteerde cellen herkennen en bestrijen. Doordat T-helper lymfocyten andere lymfocyten aanzetten tot ontwikkeling en deling, hebben ze een centrale rol in het opstarten van de specifieke afweer. Cellen laten met behulp van MHC-I eiwitten aan cytotoxische T-lymfocyten zien welke eiwitten ze maken. Aan MHC-I eiwitten binden cellen willekeurig eiwitfragmenten van eiwitten die in de cel geproduceerd worden, vervolgens brengen cellen deze MHC-I eiwitten naar het membraan, zodanig dat het eiwitfragment aan de buitenkant van de cel uitsteekt. Pagina 3 van 5

MHC-I eiwitten komen voor in alle lichaamscellen, lichaamscellen gebruiken deze eiwitten om willekeurige fragmenten van eiwitten die in de cel gemaakt worden aan de buitenzijde te presenteren. MHC-II eiwitten komen alleen voor in bepaalde cellen van het immuumsysteem die gespecialiseerd zijn in het opnemen en vervolgens presenteren van lichaamsvreemde eiwitfragmenten. MHC-II eiwitten worden dus gebruikt om lichaamsvreemde eiwitfragmenten aan de celmembraan te presenteren. 9.4 Nooit meer ziek worden? Vaccinatie: het inspuiten van een vaccin met onschadelijk gemaakte ziekteverwekkers, soms krijg je alleen de antigenen Je afweersysteem reageert op de antigenen, de geheugencellen die daarbij ontstaan, zorgen ervoor dat je immuum wordt. Actieve kunstmatige immunisatie: het toedienen van een vaccin, waardoor het lichaam zelf antistoffen (immunoglobulinen) gaat maken tegen een bepaalde ziekteverwekker, de antigenen uit het vaccin activeren dus je afweersysteem, bijv. vaccin Actieve natuurlijke immunisatie: een natuurlijke vorm van specifieke afweer, waarbij het lichaam zelf antistoffen (immunoglobulinen) maakt tegen het antigeen van een bepaalde ziekteverwekker, bijv. besmetting Antiserum: antistoffen die worden ingespoten om de lichaamsvreemde stoffen direct onschadelijk te maken Passieve kunstmatige immunisatie: het toedienen van antistoffen (immunoglobulinen) tegen een bepaalde ziekteverwekker, doordat de antistoffen weer uit het lichaam verdwijnen, treedt er geen immuniteit op tegen die ziekteverwekker, bijv. serum Passieve natuurlijke immunisatie: het lichaam krijgt op een natuurlijke wijze antistoffen (immunoglobulinen) binnenk tegen een ziekteverwekker, doordat de antistoffen weer uit het lichaam verdwijnen, treedt er geen blijvende immuniteit op tegen die ziekteverwekker Anitbiotica: zijn afkomstig van schimmels, remmen de celdeling van bacteriën (virussen reageren hier niet op) Immuniteit kan op verschillende manieren tot stand komen: actief of passief en kunstmatig of natuurlijk. Vaccinatie is actieve immunisatie. Antibiotica helpen tegen bacteriële infecties. Het is van belang dat zoveel mogelijk mensen mee doen met een vaccinatieprogramma om de ziekteverwekker uit de bevolking uit te bannen. Allergie: je lichaam reageert onnodig of te heftig op een bepaalde stof (allergeen) Allergeen: bestanddeel van een natuurlijke of kunstmatige stof die allergische reacties kan veroorzaken Mestcellen: type witte bloedcellen die zich vooral bevinden in je slijmvlieszen, bevatten histamine Histamine: werkt in op cellen van bloedvaten en spieren Bij een allergicshe reactie zijn mestcellen betrokken, zij bevatten histamine waardoor slijmvliezen opzwellen en een ontstekingsreactie ontstaat. Auto-immuumziekten: ziekten waarbij het afweersysteem zich tegen de eigen lichaamscellen keert Immumdeficiëntie: afweersysteem komt niet of te weinig in actie Allergische reacties ontstaan door onterecht geactiveerde mestcellen. Bij een auto-immuumziekte richt het afweersysteem zich tegen cellen van het eigen lichaam. Pagina 4 van 5

Een allergie ontstaat als je lichaam te hevig op een antigeen reageert, gebeurt in twee stappen: -eerste contact met allergeen, afweersysteem reageert op het allergeen met de product van een bepaald type antistof, deze moleculen hechten zich aan receptoren op het membraan van mestcellen, hierdoor zijn de mestcellen gevoelig geworden voor het allergeen -opnieuw contact met allergeen, anitstof moleculen reageren op het membraan van de mestcellen, dit prikkelt de mestcellen tot het afgeven van histamine 9.5 Verder met een nieuwe nier Donor: iemand die een orgaan of weefsel (tijdens of na zijn leven) afstaat voor transplantatie De antigenen van jouw cellen zijn erfelijk bepaald. Menselijke cellen bevatten antigenen van het HLA-systeem. Om een orgaantransplantatie te laten slagen, moeten de verschillen in HLA tussen donor en ontvanger zo klein mogelijk zijn. Bij je bloedgroep ontstaan de bijbehorende antistoffen van nature na de geboorte. Je afweersysteem start een reactie tegen antigenen die niet in je rode bloedcellen voorkomen. Wanneer je bloedgroep A hebt, maakt je afweersysteem dus antistof anti-b. Wanneer je bloed krijgt met een lichaamsvreemd antigeen treedt een acute reactie van je antistoffen met de nieuwe cellen op. Bloedgroepstelsels bij de mens zijn onder andere ABO en resus. Bij een bloedtransfusie mag het bloed van de ontvanger geen antistoffen bevatten tegen antigenen van het donorbloed. Bloedgroep Antigenen Antistoffen Allelen A A B IAIA of IAi B B A IBIB of IBi AB A en B geen IAIB 0 geen A en B ii Pagina 5 van 5