Bevorderingsnormen 2013-2014 Leerjaar 1 en 2 CHRISTELIJKE SCHOLENGEMEENSCHAP VOOR GYMNASIUM, ATHENEUM, HAVO EN VMBO ALGEMENE DIRECTIE LIJSTERSINGEL 10 POSTBUS 797, 2900 AT CAPELLE AAN DEN IJSSEL TELEFOON 010 459 59 70 FAX 010 451 62 74
BLAD 2/5 Algemene uitgangspunten bevorderingsnormen van leerjaar 1 en 2 De algemene uitgangspunten van de bevorderingsnormen zijn van toepassing op de eerste twee leerjaren van het Comenius College. Voortschrijdend gemiddelde Aan het eind van iedere periode krijgen de leerlingen een cijferrapportage. Deze tussenstand geeft steeds het voortschrijdend gemiddelde vanaf het begin van het cursusjaar weer. Aan het eind van de laatste periode verschijnt het eindrapport, op basis waarvan de beslissing ten aanzien van bevorderen wordt genomen. Dit eindrapport wordt vastgesteld door het laatste voortschrijdend gemiddelde af te ronden op een heel getal. Afronden Het voortschrijdend gemiddelde wordt weergegeven in een op één decimaal afgerond cijfer. Op het eindrapport zijn de cijfers afgerond op een heel getal. Bevorderen De leerling wordt bevorderd wanneer het rapport voldoet aan de norm voor het desbetreffende leerjaar en onderwijssoort. Niet voldoen aan de norm Indien het rapport van een leerling niet voldoet aan de norm, bespreekt en besluit de docentenvergadering wat het beste is voor de leerling. Dat kan zijn: doubleren, verwijzen naar een andere onderwijssoort het bevorderen van de leerling. Daarbij gelden de volgende regels: - Bij niet voldoen aan de norm kan geen bevordering plaatsvinden, wel kan er worden overgegaan tot plaatsing; dit is een uitzondering, maar niet uitgesloten - doubleren is een uitzondering, maar niet uitgesloten - een leerling die twee keer in hetzelfde leerjaar doubleert, krijgt een bindend advies voor een andere onderwijssoort - een leerling die twee achtereenvolgende leerjaren doubleert, krijgt een bindend advies voor een andere onderwijssoort. Deze regeling geldt ook voor een leerling die op een andere school reeds doubleerde - bij verwijzing naar een andere onderwijssoort is het geen automatisme dat de leerling in een hoger leerjaar zijn schoolloopbaan vervolgt Afwijken Voor alle leerjaren en onderwijssoorten geldt dat de docentenvergadering in voorkomende gevallen, met opgaaf van redenen, kan afwijken van de bevorderingsnormen. De docentenvergadering brengt vervolgens een advies uit aan de unitdirecteur waarna deze beslist.
BLAD 3/5 Naastligende hogere niveau In de bevorderingsregeling is sprake van de mogelijkheid tot bevordering naar een naastliggend hoger niveau. In dakpanklassen is er sprake van twee niveaus. In onderstaand overzicht wordt aangegeven wat onder het naastliggende hogere niveau wordt verstaan: Basisberoeps: Kaderberoeps Basisberoeps/kaderberoeps: Kaderberoeps Kaderberoeps: Mavo Kaderberoeps/mavo: Mavo Mavo: Havo Mavo/havo (pre-havo) Havo Havo: Atheneum Havo/atheneum: Atheneum Overzicht In onderstaande tabel ziet u op hodlijnen de bevorderingsregeling samengevat. Details ontbreken in dit overzicht. Onder de tabel treft u de gedetailleerde beschrijvingen van de regelingen A, B, C en D. Algemeen onderwijs (mavo, havo en vwo) Volgend leerjaar Hetzelfde niveau Regeling A: Eindcijfer 6 Nederlands, Engels, wiskunde max. één 5 (Bij TTO voor Engels min. 7,0) Volgend leerjaar (Naastliggend) hoger niveau Regeling B: Gemiddeld eindcijfer 7,5 Som van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde 21 Nederlands, Engels, wiskunde max. één 5 Beroepsgericht onderwijs (Basisberoepsgerichte en Kaderberoepsgerichte leerweg) Regeling C: Eindcijfer 6 Regeling D (van kader naar mavo geldt regeling B) Gemiddeld eindcijfer 7,5 Som van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde 21 N.B. voor de pre havo geldt andere norm.
BLAD 4/5 De bevorderingsregelingen A. Voor het mavo, havo en vwo vindt bevordering naar hetzelfde niveau van het volgende leerjaar plaats: 1. indien alle vakken met het eindcijfer 6 hoger beoordeeld zijn, a. één van de vakken is beoordeeld met het eindcijfer 5 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger beoordeeld zijn, alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger beoordeeld zijn, terwijl het gemiddelde van alle cijfers 6,0 hoger is, en waarbij er maximaal één 5 is behaald in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde Voldoet een leerling niet aan deze norm dan wordt de leerling besproken tijdens de docentenvergadering. B. Voor het mavo, havo en vwo vindt bevordering naar het (naastliggende) hogere niveau van het volgend leerjaar plaats: 1. indien de som van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde 21 hoger telt en alle overige vakken met het gemiddelde van alle cijfers 6 hoger beoordeeld is, a. één van de vakken is beoordeeld met het eindcijfer 5 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger, terwijl waarbij de som van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde 21 hoger is, alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger terwijl waarbij er maximaal één 5 is behaald in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde met een som score van 21 hoger van de eindcijfers van deze drie vakken. C. Voor de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg vindt bevordering naar hetzelfde niveau van het volgende leerjaar plaats: 1. indien alle vakken met het eindcijfer 6 hoger beoordeeld zijn, a. één van de vakken is beoordeeld met het eindcijfer 5 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger beoordeeld zijn, * alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger beoordeeld zijn, terwijl het gemiddelde van alle cijfers 6,0 hoger is. * Voldoet een leerling niet aan deze norm dan wordt de leerling besproken tijdens de docentenvergadering. * Binnen het vakcollege techniek en het vakcollege mens en dienstverlening mag geen eindcijfer 5 lager behaald zijn voor het projectvak beroepsvoorbereiding.
BLAD 5/5 D. Voor de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg vindt bevordering naar het (naastliggende) hogere niveau van het volgend leerjaar vindt plaats: 1. indien de som van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde 21 hoger telt en alle overige vakken met het gemiddelde van alle cijfers 7,5 hoger beoordeeld is, a. één van de vakken is beoordeeld met het eindcijfer 5 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger, terwijl waarbij de som van de eindcijfers van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde 21 hoger is, alle andere vakken met het eindcijfer 6 hoger terwijl waarbij er maximaal één 5 is behaald in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde met een score van 21 hoger van de som van de eindcijfers van deze drie vakken.