AANDACHT VOOR HET WELZIJN VAN KOEIEN OP MELKVEEBEDRIJVEN EEN EVIDENTIE? BART SONCK & FRANK TUYTTENS Eenheid DIER Instituut voor Landbouw en Visserij Onderzoek ILVO 1
Inschatting dierenwelzijn (Eurobarometer, 2005) zeer goed redelijk goed redelijk slecht zeer slecht weet niet Leghennen 4 28 36 23 9 Vleesvarkens 5 40 33 10 12 Melkkoeien 10 56 20 4 10 2
Inschatting dierenwelzijn (Eurobarometer, 2005) zeer goed redelijk goed redelijk slecht zeer slecht weet niet BE 16 63 14 5 2 EU25 10 56 20 5 10 3
Dierenwelzijn wordt beoordeeld (niet gemeten ) Zo wetenschappelijk/onderbouwd mogelijk, maar nooit 100% objectief 4
Welzijnsmeetlat 3 STAPPEN (bronnen van subjectiviteit): 1. Definiëren DW 2. Selectie welzijnsindicatoren 3. Interpretatie/integratie van indicatoren 5
Welzijnsdefinities in omloop Harmonie met de omgeving Abnormaal gedrag en stress Soortspecifiek gedrag Vijf vrijheden (van beweging) (Brambell, 1965) Natuurlijk gedrag en Natuurlijkheid Andere... 6
DEFINITIE Welzijn is de kwaliteit van het leven zoals door het DIER ZELF ervaren wordt 2 componenten? Eerst Dan fysisch (biologische behoeften van het dier) fysisch psychisch (plezier, levenslust, pijn, angst, ) Nu? psychisch fysisch 7
Biologische behoeften Voederopname: metabolisch, gedrag, herkauwen, sociaal Wateropname: kwaliteit bron selectie, drinken Ademhaling: luchtkwaliteit (stof, NH3, CH4, ) Uitscheiding: faeces Rusten: liggen, slapen, houding, locatie Thermoregulatie: comfortzone, ventilatie, schaduw Oriëntatie, exploratie, selectie 8
Biologische behoeften Beweging: bodem, stabiliteit, afstand Lichaamsverzorging: schuren, likken Sociaal gedrag: rangorde, dispersie, sociaal likken, kuddegedrag, facilitatie Voortplanting: lactatie, moederzorg, bronst Gezondheid: klauwen, uier, metabool Veiligheid: sociaal, fysiek, geen pijn & risico s 9
EU Welfare EU EU Welfare Quality: Quality: selectie 12 integratie indicatoren dimensies Goede Voeding 1. Geen honger 2. Geen dorst I 1,2, I 1,2, DW Goede huisvesting Goede gezondheid 3. Ligcomfort 4. Thermaal comfort 5. Bewegingsmogelijkheden 6. Geen verwondingen 7. Geen ziekten 8. Geen pijn I 1,2, I 1,2, I 1,2, I 1,2, I 1,2, I 1,2, Normale diergedrag 9. Express. of sociaal gedrag 10. Express. of andere gedrag. 11. Goede mens-dier relatie. 12. Geen angst I 1,2, I 1,2, I 1,2 I 1,2,
Een goede welzijnsindicator is: - valide - betrouwbaar (inter-observator, intra-observator, test-retest) - logistiek haalbaar tijdens kort bedrijfsbezoek - gemeten op het dier zelf (ipv omgevingsgebonden) Te weinig geschikte indicatoren: - niet alle dimensies omvat - gevoeligheid beperkt - psychisch
Wat wil een dier? Kennis van de ethologie en oorsprong : een dier is steeds geëvolueerd om optimaal aangepast te zijn aan zijn biotoop (domesticatie is evolutionair gezien vrij recent). Gedragsbehoeften & fysiologische behoeften 12
BIO-RITMIEK Gesynchroniseerd gedrag 13
14
15
Hittestress Hittestress: warmteproductie > warmteverlies Gevolgen voor dierenwelzijn + productie: melkgift, celgetal, kalfgewicht, tussenkalftijd, bronstgedrag (vnl bij hoogproductieve dieren) 140 216 euro/dag productieverlies indien >30 C (bedrijf met 100 koeien) Hitte in juli 06: - melkvolume 4,3% lager dan juli 05-7% onder beschikbare quotum Schaduw is aangewezen/noodz. bij weidegang ( 2-4 C/straling) 16
Welzijn in loopstallen : een evidentie? 17
100% Tijdsbudget van melkvee 90% 80% 70% liggen liggen 60% 50% 40% 30% 20% 10% melken staan op loopvloer staan op ligplaats wateropname voederopname melken staan in weide wateropname voederopname 0% loopstallen weide liggen 12 8,5 melken 3 3 staan in weide 0 4 staan op loopvloer 2 0 staan op ligplaats 2 0 wateropname 0,5 0,5 voederopname 4,5 8 18
Keuze van de melkstal in functie van melkduur en veestapelgrootte rekening houdende met investering, reiniging en waterverbruik (P. Billon, 1996). Aantal Melkduur Koeien 1 uur 1 uur 30 2 uur 30 40 Visgraat 2 x 3 Tunnel 4 MS Tandem 2 x 2 40 50 Visgraat 2 x 4 Tandem 2 x 3 Visgraat 2 x 3 Tandem 2 x 2 50 60 Visgraat 2 x 5 Tandem 2 x 4 Visgraat 2 x 4 Tandem 2 x 3 60 70 Visgraat 2 x 6 Autotanden 2 x 5 Visgraat 2 x 5 Tandem 2 x 4 Visgraat 2 x 3 Tandem 2 x 2 70 90 Visgraat 2 x 8 Z.a.Z. 2 x 8 Visgraat 2 x 6 Z.a.Z. 2 x 5 Visgraat 2 x 4 Z.a.Z. 2 x 3 90 120 Visgraat 2 x 10 2 x 12 Z.a.Z. 2 x 10 Visgraat 2 x 7 2 x 8 Z.a.Z. 2 x 8 Visgraat 2 x 5 Z.a.Z. 2 x 4 120 150 Z.a.Z. 2 x 12 Visgraat 2 x 10 Visgraat 2 x 6 Z.a.Z. 2 x 14 150 180 Z.a.Z. 2 x 16 2 x 20 Roto 32 180 200 Z.a.Z. 2 x 25 2 x 30 Roto 40 Z.a.Z. 2 x 10 Z.a.Z. 2 x 12 Roto 24 Z.a.Z. 2 x 16 Roto 32 Z.a.Z. 2 x 5 Visgraat 2 x 8 2 x 10 Z.a.Z. 2 x 8 Z.a.Z. 2 x10 Visgraat 2 x 10 2 x 12 Z.a.Z. 2 x 5 Z.a.Z. = zij-aan-zij melkstal, hier kan ook visgraat met snelwisselingsysteem met het zelfde aantal standen bijgedacht worden. 19
Hoeveel geld spoel of schraap je weg? Tijdens liggen: 25-28% meer bloedstroom naar de uier 9-19% meer bloedstroom baarmoeder Tijdens liggen: recuperen van belasting van klauwen en poten Liggen: stro: 9,6 tot 14 uren per dag ligboxen: 6,8 (beton) tot 13,8 uren per dag (zand) 20
Natuurlijke bewegingen rundvee
22
23
24
25
Recticel mattress Supercomfort cow m. Kraiburg mattress DeLaval Comfort Alanta Waterbed Pasture mattress Comfy cushion 70,14 66,1 64,89 61,15 59,16 57,51 56,16 Blister mattress 38,72 Enkamat K2000 27,6 Agritarp Reference 21,57 20,4 Rubber mat 10,11 0 10 20 30 40 50 60 70 Occupancy rate (%) 80 26
27
Combinatie van goede en slechte dingen 28
Ligboxlengte In functie van lichaamsmaten Te kort: gebrek aan comfort Te lang: gebrek aan hygiëne Kopruimte Vooraan > KNIEBOOM Zijwaarts Ligboxen - afmetingen Ligboxbreedte In functie van lichaamsmaten SH maal 0,83 SH 1,4, breedte 1,16 MAX SH maal 0,9 Max breedte = 1,26 Breed genoeg om niet gehinderd te worden door afscheidingen, te veranderen van positie Smal genoeg om geen dwarsliggers te hebben (hygiëne, speentrappen)
Knieboom Verhindert koeien té ver naar voor te liggen (kopruimte als ligruimte gebruikt) In dubbele boxen / lange boxen Bepaalt ruimte voor romp Afgerond 1,70 1,85 m van achterrand Onder / iets meer naar achter dan schoftboom
Cook, N., 2002, University Wisconsin 31
Eisen loopvloer Economisch Milieu Dierenwelzijn Foto W.Ouweltjes Welzijn Veehouder 32
Types Loopvloeren Gegroefde beton (GC) Betonnen Roostervloer (SC) Dichte Rubbervloer (FR) Rubber Roostervloer (SR) (Bron: W.Ouweltjes) 33
Voederplaats Rubber roostervloer Dichte Rubber AMS units Ligboxen Beton roostervloer Dichte betonvloer Voederplaats (Bron: W.Ouweltjes) 34
Vloertype Staplengte Kans op slippen Gegroefde beton 0,36 (b ) 2,10 (ab) Beton roostervloer 0,64 (ab) 1,10 (a ) Rubber roostervloer 1,08 (a ) 1,00 (a ) dichte rubbervloer 0,32 (b ) 5,10 (b ) - Staplengte bij rubber roostervloer significant hoger dan bij dichte vloeren - Kans op slippen: rubber en betonnen roostervloer significant lager dan bij dichte rubbervloeren (Bron: W.Ouweltjes) 35
Vloertype % tijd liggen aantal stappen/uur melkproductie (kg) Gegroefde beton 49,4 (a ) 53,3 (a ) 34,4 Beton roostervloer 47,2 (ab) 55,9 (ab) 36,2 Rubber roostervloer 45,2 (b ) 60,8 (c ) 36,8 dichte rubbervloer 45,0 (b ) 58,4 (bc) 36,8 - Op rubberen vloeren : significant meer staan en minder liggen in de ligbox - Op rubberen vloeren : significant meer stappen per uur - Geen effect op melkproductie (slechts indicatie lichte verhoging) - Kortere melkintervallen op rubberen vloeren 36
Bevloering - kreupelheid Gebruik van rubber in loopgangen: leidde niet in elk onderzoek tot positieve resultaten negatief effect op incidentie zoolzweren en Digitale Dermatitis (Mortellaro) (Kremer et al., 2007) beton 5x meer kans om kreupel te worden dan op rubber (voornamelijk slijtage zoolhoorn -> bevangenheid) maar geen verbetering van de overall kreupelheid van de veestapel (Vanegas et al.,2005) rubber vloer + matras ligbox: minder wittelijndefecten, maar meer zoolzweren (Cook et al., 2008) Rubber in loopgangen weide-stal, wachtruimte en melkstal: zeker aan te bevelen!!! 37
Wat verkiest een dier? Preferentietesten (open-keuze testen) Testopstelling waarbij dier vrij kan kiezen tussen verschillende simultane alternatieven (omgevingen, voorzieningen) Assumptie: dier kiest wat het graag heeft en wat goed is. 39
VPG3-Heido Onderzoek op vachtborstels E-brush Happy -Cow Behoefte van runderen om hun vacht te schuren Functie / nut?: - verwijderen van ectoparasieten, vuil, jeuk - verbetert bloeddoorstroming en vachtconditie - verbetert welzijn, gezondheid en (re)productie Geschikte stalverrijking? Kosten-baten voor dier en producent. Borstelga rnituur 40
VPG3-Heido Proef 1: Voorkeur voor type borstel? E-brush Happy -Cow Borstelga rnituur 41
Proef 1: Voorkeur voor type borstel? vertrouwde omgeving gewenningsperiode (3w) roteren gebruik vs zuivere preferentie 42
VPG3-Heido Proef 1: Voorkeur voor type borstel? Gebruik 60 E-brush 525 40 % 200 151 115 b h 20 0 v Borstelga rnituur e borsteltype Preferentie 272 Happy -Cow 50 40 30 % 20 10 0 161 117 ILVO v Eenheid e borsteltype b 65 h 43
Voorzichtig met conclusies naar DW omdat: 42% keuze voor Heido 100%? Relatieve voorkeur absoluut belang Motivatietesten 44
Proef 2: Langere termijn gevolgen van vachtborstel éénrichtingshekkens smart-gate Via systeem van éénrichtingshekkens, een smartgate en transponders werd kudde in 2 groepen verdeeld: - Toegang tot borstel (Delaval swinging cow brush) - Geen toegang tot borstel Tijdens gehele stalperiode werden volgende parameters 4x gescoord/gemeten: - Bevuiling & conditie vacht - Gedrag - Gebruik borstel - Melkgift & -kwaliteit (celgetal, vet-, eiwit-, ureumgehalte) 45
Proef 2: Langere termijn gevolgen van vachtborstel 0:25 Gebruik borstel neemt toe tijdens stalperiode 0:21 Uren/koe/dag 0:17 0:12 0:08 0:04 0:00 Nov Jan Feb Mar 46
Proef 2: Langere termijn gevolgen van vachtborstel Met borstel: minder staartzwiepen en andere gedragingen indicatief van jeuk, ongemak of frustratie (schuren, slaan poot, trappelen, ) 50 40 Borstel Geen borstel t=2.74, P=0.006 Frequentie 30 20 10 0 Nov Jan Feb Mar 47
Proef 2: Invloed van vachtborstel op Vacht: minder vuil en in betere conditie Gedrag: minder uitingen van jeuk, ongemak, frustratie éénrichtingshekkens smart-gate Melkproductie & -kwaliteit: geen effect gevonden Gebruik: frequentie door alle koeien neemt toe met de tijd 48
Weide naar de stal brengen? Nieuwe stalconcepten? Compost bedding stal (Bron: ARG-WUR, 2007) 49
Bedding stal met gedroogde mest 50
Zandstal + drainagebuizen 51
Meerkeuzestal 52
Dank voor uw aandacht 53