Help! Hello! Can you hear me? Do you know where you are? You had an accident. My name is Reep. I m a paramedic. I will examine you and see if we need to get you to the hospital. Can you move your arms? 1 File 1 Help! BK.indd 1 1-6-01 11:18:6
This Is What You Will Do Je wordt naar de eerste hulp in het ziekenhuis gebracht na een ongeluk. Je moet de dokter vertellen wat er is gebeurd en wat er zeer doet. Met je klasgenoten ga je bedenken wat er allemaal met jou is gebeurd en wat voor behandeling je nodig hebt. De scènes in het ziekenhuis ga je in het Engels spelen en opnemen. This Is What You Will Need Je hebt het volgende nodig: - je moet weten hoe het er in een ziekenhuis aan toe gaat; - je moet de personen kennen die je in het ziekenhuis tegenkomt; - een camera; - toneelattributen. This Is What You Will Learn Je gaat het volgende leren: - de Engelse woorden voor de lichaamsdelen; - hoe je van enkelvoud meervoud (plural) maakt; - hoe je een formulier invult; - hoe je de verleden tijd gebruikt (past simple en present perfect); - hoe je zegt hoe het met je gaat. ERK Je werkt in deze module vooral aan de volgende onderdelen: - spreken op A1 niveau: je kunt vertellen hoe het met je gaat en waar je pijn hebt. - gesprekken voeren op A1 en A niveau: je kunt vragen over je gezondheid begrijpen en beantwoorden, en ook stellen. - lezen op A1 niveau: je kunt informatie over onbekende personen begrijpen. - luisteren op A1 niveau: je kunt informatie via een omroepinstallatie verstaan. - schrijven op A1 niveau: je kunt een formulier in een ziekenhuis invullen.
A What Happened? 1 The Crash Read the text Road Accident. Choose the correct answer. 1 Waar gebeurde het ongeluk? A Het ongeluk gebeurde op Kings North Road. B Het ongeluk gebeurde op Beaver Road. Op welke dag gebeurde het ongeluk? A Het ongeluk gebeurde op vrijdag. B Het ongeluk gebeurde op zaterdag. Wie waren betrokken bij het ongeluk? A Een bus, een auto en een fiets waren erbij betrokken. B Een fiets en twee auto s waren erbij betrokken. Wat gebeurde er precies? A Dat wordt niet helemaal duidelijk uit de tekst. B De auto s remden plotseling en veroorzaakten het ongeluk. Welke soort verwondingen worden er in de tekst genoemd? A Verwondingen aan arm en hoofd worden genoemd. B Verwondingen aan arm, nek en hoofd worden genoemd. 6 Wie schakelde de politie in? A De politie werd door omstanders gebeld. B Het ambulancepersoneel waarschuwde de politie. Road Accident Saturday, 1 September A teenage boy crashed his bike in a road accident involving two cars. The accident happened last night. It happened at 9:1 pm on Kings North Road in Ashford. The boy hurt his neck and arms in the accident. He also suffered a concussion. The paramedics examined the boy at the crash site and brought him to the William Harvey Hospital later that night. Some bystanders called the police. They closed the road at the junction with Beaver Road up to 11:00 pm. The cyclist wasn t using the cycle lane and will be questioned in hospital about the accident. Words involving paramedics bystanders closed will be questioned cycle lane - erbij betrokken - ambulancepersoneel - omstanders, toeschouwers - sloten af - wordt bevraagd - fietspad
Bicycle Accident Use Road Accident and make the correct combinations. 1 teenage boy A onderzocht called B tienerjongen hurt C ongeluk hospital D belden last night E ziekenhuis 6 cycle lane F fietspad 7 cyclist G het gebeurde 8 examined H gisteravond 9 accident I deed zeer 10 it happened J fietser 1 6 7 8 9 10 Last Night 1 crashed, verongelukte 6 7 Read Past Simple. Use Road Accident. Write down the verbs with -ed and their translation. Follow the example. Past Simple Om te vertellen dat iets vanmorgen of gisteren gebeurde, gebruik je in het Engels de past simple, ofwel de gewone verleden tijd (ovt). Er zijn woorden die je helpen om te herkennen dat iets in de verleden tijd plaatsvond. Voorbeelden van deze woorden zijn: yesterday, some time ago, last week, when I was young, this morning, earlier today, two weeks ago, after. Je maakt de past simple door achter het werkwoord -ed te zetten. Dit kun je alleen bij regelmatige werkwoorden doen. Alles over de onregelmatige werkwoorden kun je op bladzijde 7 en 18 lezen. to crash I crashed into a bus yesterday. to examine Doctor Reep examined Bill early this morning. Let op! Bij sommige werkwoorden verandert de spelling: to try - tried, de -y verandert in -ie na een medeklinker. to admit - admitted, de -t verdubbelt omdat de klemtoon op het deel voor de -ed valt. to vomit - vomited, de -t verdubbelt niet omdat de klemtoon op vo- valt.
At the Crash Site Read Past Simple. Fill in the correct forms of the verbs in the past simple. 1 The crash (to happen) early this morning. The car (to crash) at Kensington Road yesterday. An old lady (to call) the police after the accident happened. The paramedic (to ask) the patient some questions. The police (to try) to help the paramedics at the accident. 6 Clarke Reep (to work) in the ambulance last week. 7 She (to examine) the patient in hospital earlier today. 8 The police (to close) the road a few months ago. 9 The doctor (to question) the patient about the injury. 10 He (to suffer) neck and head injuries in the crash two weeks ago. 11 He (to follow) the ambulance to the hospital. 1 The doctor (to admit) her to hospital. Two Weeks Ago Use Past Simple. Write down the Dutch translation for the following words for the past. 1 this morning one year ago this evening yesterday a month ago 6 last night 7 earlier today 8 last week 9 a week ago 10 when I was younger 11 the day before yesterday 1 yesterday morning 1 ten minutes ago 1 two weeks before now 1 back in 00 16 last year 17 last month 18 three years ago 19 when I was a child 0 five weeks ago