Sectoraal comité van het Rijksregister

Vergelijkbare documenten
december 2007 tot uitbreiding van het machtigingsbesluit van 22 mei 2001;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Sectoraal comité van het Rijksregister

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen cvba ontvangen op 27/06/2011;

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Overheid, het Agentschap Binnenlands Bestuur ontvangen op 02/03/2016;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Inspectie RWO ontvangen op 12/09/2011;

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Toezichtcommissie (ten behoeve van Vlabel) ontvangen op 21/01/2014;

Gelet op de aanvraag van VMSW en de e-ib ontvangen op 19/04/2012;

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen ontvangen op 29 november 2017;

BERAADSLAGING RR Nr 26 / 2007 van 12 september 2007

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie ontvangen op 25/10/2011;

Sectoraal comité van het Rijksregister. Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Sectoraal comité van het Rijksregister

Gelet op de aanvraag van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin ontvangen op 04/02/2011;

Sectoraal comité van het Rijksregister. Beraadsiaging RR nr 62/2013 van 31 juli 2013

BERAADSLAGING RR Nr 27 / 2007 van 12 september 2007

Sectoraal comité van het Rijksregister

Gelet op de aanvraag van de Rijksdienst voor Pensioenen, ontvangen op 15/07/2014;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties & Studietoelagen ontvangen op 14/03/2016;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Ondernemen, afdeling Inspectie Economie, ontvangen op 13/07/2009;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van het Belgische Rode Kruis ontvangen op 11/10/2011;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Betreft: aanvraag van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid tot uitbreiding van beraadslagingen nrs. 36/2008 en 01/2009 (RN/MA/2011/303)

Betreft: aanvraag van de Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn tot uitbreiding van de beraadslaging RR nr. 39/2007 (RN-MA )

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Landmaatschappij ontvangen op 03/11/2011;

Betreft: aanvraag van het Departement Financiën en Begroting tot aanpassing van de beraadslaging RR nr. 45/2009 van 15 juli 2009 (RN-MA )

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Ondernemen, ontvangen op 09/12/2014;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur ontvangen op 24/02/2012; Gelet op de bijkomende informatie ontvangen op 22/03/2012;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

BERAADSLAGING RR Nr 25 / 2007 VAN 18 JULI 2007

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB), ontvangen op 18/11/2014;

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Gelet op de herwerkte aanvraag van FAMIFED, ontvangen op 26/02/2018;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het comité");

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING Nr 02 / 2004 van 15 maart 2004

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de Chef Defensie ontvangen op 23/08/2010; Gelet op de bijkomende informatie ontvangen op 16 en 24/11/2010;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Energieagentschap ontvangen op 18/08/2017;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding ontvangen op 16 maart 2017;

Gelet op de aanvraag van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid ontvangen op 28/07/2010;

Gelet op de aanvraag van Eandis System Operator cvba, ontvangen op 04/05/2016;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van Toerisme Vlaanderen ontvangen op 20/05/2014;

Sectoraal comité van het Rijksregister

Gelet op de aanvraag van Agentschap Jongerenwelzijn, ontvangen op 26/10/2016;

voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (RN/MA/2010/130)

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Innoveren en Ondernemen ontvangen op 2 mei 2017;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Vervoersmaatschappij De Lijn, ontvangen op 14/07/2014;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de Orde van Vlaamse Balies, ontvangen op 31/07/2015;

Gelet op de aanvraag van de Directie-generaal Personen met een handicap van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid ontvangen op 24/01/2015;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs en Studietoelagen ontvangen op 03/07/2009;

BERAADSLAGING RR Nr 27 / 2006 VAN 18 OKTOBER 2006

Gelet op de aanvraag van het technisch en juridisch advies gericht aan de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken op 12/06/2014;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Gelet op de aanvraag van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding ontvangen op 15/03/2012;

Sectoraal comité van het Rijksregister

Gelet op de aanvraag van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid ontvangen op 08/07/2011;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Agentschap Kind en Gezin ontvangen op 16 mei 2017;

Gelet op de aanvraag van de Federale Overheidsdienst Justitie, ontvangen op 07/05/2013;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van de Polder van het Land van Waas, ontvangen op 29/03/2016;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING RR Nr 04 / 2007 van 28 februari 2007

Gelet op de aanvraag van Centrum voor Informatica voor het Brusselse Gewest (CIBG), ontvangen op 18 januari 2016;

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het Comité");

Gelet op de aanvraag van de FOD Mobiliteit en Vervoer ontvangen op 11/05/2010;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het comité");

Gelet op de aanvraag van het Vlaams Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming (AKOV) ontvangen op 15/06/2011;

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING RR Nr 52 / 2005 van 21 december 2005

Gelet op de aanvraag van de provincie Luik ontvangen op 11/02/2013;

Gelet op de aanvraag van de vzw Aqua Flanders, ontvangen op 22/12/2014;

Gelet op de aanvraag van de FOD Mobiliteit en Vervoer ontvangen op 03/11/2011;

Gelet op de aanvraag van vzw EURid ontvangen op 09/07/2015; Gelet op de bijkomende inlichtingen ontvangen op 24/07/2015 en 28/08/2015;

Sectoraal comité van het Rijksregister

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Zorg en Gezondheid ontvangen op 7 augustus 2017;

Sectoraal comité van het Rijksregister

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op de aanvraag van het Fonds voor bestaanszekerheid van de metaalverwerkende nijverheid, ontvangen op 02/10/2014;

Gelet op de aanvraag van Vlaamse Radio- en Televisieomroep (VRT), ontvangen op 08/11/2012;

Gelet op de aanvraag van de Directie Huisvesting van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel ontvangen op 08/07/2015;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het comité");

Transcriptie:

1/10 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr. 41/2007 van 12 december2007 Betreft: Aanvraag van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen NV tot uitbreiding van het machtigingsbesluit van 22 mei 2001 (gegevens + begunstigden) (RN/MA/2007/045) Het Sectoraal comité van het Rijksregister (hierna "het comité"); Gelet op de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen (hierna "WRR"); Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levensfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna "privacywet"), inzonderheid artikel 31bis; Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 2003 tot vaststelling van de nadere regels met betrekking tot de samenstelling en de werking van bepaalde sectorale comités opgericht binnen de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen NV, ontvangen op 17/10/2007; Gelet op de aanvraag van het technisch en juridisch advies gericht aan de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken op 31/10/2007; Gelet op het verslag van de Voorzitter; Beslist op 12/12/2007, na beraadslaging, als volgt:

Ber RR 41/2007-2/10 I. VOORWERP VAN DE AANVRAAG De aanvraag van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen NV 1, hierna de aanvrager genoemd, strekt ertoe om de bij koninklijk besluit van 22 mei 2001 tot regeling van de toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en van het gebruik van het identificatienummer wat betreft de Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen en de door haar erkende sociale huisvestingsmaatschappijen, verleende machtiging uit te breiden door: nieuwe categorieën van gemachtigden op te nemen, namelijk de sociale verhuurkantoren en het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO; de toegang te verruimen tot de gegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 2 (geboorteplaats), 4 en 10, WRR evanls tot de historiek van het gegeven "nationaliteit"; II. ONDERZOEK VAN DE AANVRAAG Het onderzoek van het comité zal zich bijgevolg toespitsen op de punten: voor wat de te machtigen nieuwe categorieën betreft of zij, gelet op artikel 5, eerste lid, WRR, in aanmerking komen om gemachtigd te worden en of gelet op hun taken, een identieke toegang als diegene voorzien in het machtigingsbesluit verantwoord is; of de toegang tot de bijkomende gegevens in het licht van de doeleinden proportioneel is (artikel 4, 1, 3, privacywet). A. NIEUWE CATEGORIEEN A.1. De erkende sociale verhuurkantoren Artikel 1, 27, van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode, bepaalt dat onder sociaal verhuurkantoor moet verstaan worden het sociaal verhuurkantoor dat erkend is overeenkomstig artikel 56 van de Vlaamse Wooncode. 1 Ze is de rechtsopvolger van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij (artikel 30, 1, tweede lid, van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.

Ber RR 41/2007-3/10 Om als zodanig erkend te worden 2 moet de betrokken huurdienst o.a. zich ertoe verbinden de opdrachten uit te voeren die hem worden opgelegd door de Vlaamse Wooncode en de besluiten ter uitvoering ervan, door elk ander decreet of besluit, voor zover die betrekking hebben op aspecten van het sociale woonbeleid (artikel 56, 1, tweede lid van de Vlaamse Wooncode). Artikel 56, 2, van de Vlaamse Wooncode bepaalt m.b.t. de erkende sociale verhuurkantoren het volgende: "De erkende huurdiensten dragen bij tot het helpen realiseren van het recht op wonen en behartigen, zoals hierna bepaald, de belangen van de meest behoeftige gezinnen en alleenstaanden op de privé-huurwoningmarkt."; "De sociale verhuurkantoren hebben als taak privé-huurwoningen in te schakelen voor de huisvesting van woonbehoeftige gezinnen en alleenstaanden. In het bijzonder huren ze met dat doel woningen op de private huurwoningmarkt om ze aan woonbehoeftige gezinnen en alleenstaanden onder te verhuren en ontwikkelen ze initiatieven op het vlak van de woonbegeleiding om hun huurders in de praktijk vertrouwd te maken met hun rechten en plichten als huurder.". Uit dit alles blijkt dat de erkende sociale verhuurkantoren een taak van algemeen belang vervullen die hen krachtens een decreet wordt opgelegd. Bijgevolg komen zij op grond van artikel 5, eerste lid, 2, WRR in aanmerking om gemachtigd te worden om toegang te hebben tot de informatiegegevens van het Rijksregister en om het identificatienummer ervan te gebruiken. A.2. Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2005 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO, somt de taken van dit agentschap op. Zij omvatten onder meer: het toepassen van de handhavingsmaatregelen bedoeld in artikel 20 van de Vlaamse Wooncode; het uitoefenen van toezicht op de sociale woonorganisaties en de sociale kredietverstrekkers met toepassing van de Vlaamse Wooncode; 2 Het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 2004 houdende bepaling van de erkennings- en subsidievoorwaarden van sociale verhuurkantoren, detailleert de voorwaarden voor erkenning en subsidiëring.

Ber RR 41/2007-4/10 het controleren van de aanwending van subsidies, toelagen, premies of tegemoetkomingen die worden toegekend ter uitvoering van de Vlaamse Wooncode; het controleren van de toewijzing van woningen die geheel of gedeeltelijk werden gefinancierd op basis van de bepalingen van de Vlaamse Wooncode; het invorderen van subsidies, toelagen, premies of tegemoetkomingen bij de begunstigden die de voorwaarden waaronder ze werden toegekend niet naleven. Het agentschap handelt hierbij al naargelang het geval namens de rechtspersoon Vlaamse Gemeenschap of Vlaams Gewest (artikel 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 10 november 2005). Uit dit alles blijkt dat het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO een openbare overheid is die op grond van artikel 5, eerste lid, 1, WRR in aanmerking komt om gemachtigd te worden om toegang te hebben tot de informatiegegevens van het Rijksregister en om het identificatienummer ervan te gebruiken. B. DE NIEUWE CATEGORIEEN EN HET MACHTIGINGSBESLUIT VAN 22 MEI 2001 B.1. De sociale verhuurkantoren Aan de op 22 mei 2001 gemachtigde instanties werd, met het oog op de vervulling van hun taken zoals vastgelegd in de Vlaamse Wooncode, toegang verleend tot een aantal gegevens van het Rijksregister evenals toelating om het identificatienummer ervan te gebruiken met het oog op: " 1 de efficiënte en correcte samenstelling van het dossier van de personen die huurder, koper of lener zijn, of van hen die zich hiervoor kandidaat stellen, mogelijk te maken; 2 de vaststelling van de concrete huur-, koop- of ontleningsvoorwaarden voor een sociale woning, sociale kavel of sociale lening.". De taken die de Vlaamse Wooncode opdraagt aan de sociale verhuurkantoren vereisen dat zij een dossier samenstellen m.b.t. de huurder en dat zij de concrete huurvoorwaarden vaststellen, net zoals de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen NV en de erkende sociale huisvestingsmaatschappijen. In het licht hiervan is het comité van oordeel dat een uitbreiding van de machtiging van 22 mei 2001 tot de erkende sociale verhuurkantoren als gepast kan bestempeld worden.

Ber RR 41/2007-5/10 Met het oog op controle is transparantie vereist. Concreet betekent dit dat het comité moet weten welke sociale verhuurkantoren ingevolge deze machtiging over een toegang tot het Rijksregister beschikken en het identificatienummer ervan gebruiken. De aanvrager is het best geplaatst om het comité daaromtrent te informeren. Het comité wenst dan ook dat de aanvrager haar een lijst bezorgd met de identiteit van alle sociale verhuurkantoren. Telkens wanneer een nieuw sociaal verhuurkantoor ingeschakeld wordt, zal een geactualiseerde lijst bezorgd worden. Deze vereiste wordt bij deze uitgebreid tot de erkende sociale huisvestingsmaatschappijen. B.2. Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO Het besluit van 22 mei 2001 voorzag ook nog in een derde taak, namelijk het nagaan of de in de huur-, koop, of leningsovereenkomst gestelde voorwaarden door de begunstigde huurders, kopers of ontleners worden nageleefd. Deze taak berustte eigenlijk bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen NV. Het oude artikel 33 van de Vlaamse Wooncode bepaalde immers dat zij als toezichthoudende overheid fungeerde. Ingevolge de reorganisatie van de Vlaamse Overheid, maakt deze toezichtstaak voortaan deel uit van het takenpakket van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO. Dit blijkt ten overvloede uit: artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2005 (zie punt A.2.) waarin alle controletaken m.b.t. de Vlaamse Wooncode worden opgesomd; artikel 7, 2 en 3, van datzelfde besluit dat bepaalt dat de in de Vlaamse Wooncode voorziene wooninspecteurs en toezichthouders voor de sociale huisvesting ambtenaren van het voormelde agentschap zijn (het hoofd van het agentschap kan die functies uitoefenen op gans het grondgebied van het Vlaamse Gewest en hij kan bij delegatie ambtenaren aanduiden om die taken te vervullen). In het licht hiervan is het comité van oordeel dat een uitbreiding van de machtiging van 22 mei 2001 tot het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO als gepast kan bestempeld worden.

Ber RR 41/2007-6/10 C. PROPORTIONALITEIT C.1. Ten overstaan van de informatiegegevens De aanvraag strekt er tevens toe om de toegang uit te breiden tot de gegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 2 (geboorteplaats), 4 en 10, WRR, namelijk de geboorteplaats (de geboortedatum werd reeds toegestaan); de nationaliteit (evenals tot de historiek ervan); de vermelding van het register waarin de personen zijn ingeschreven; Het comité stelt vast: Artikel 5, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 bepaalt dat wanneer er op basis van de voorgelegde stukken niet kan vastgesteld worden of de betrokkene een verplichte inburgeraar is, de verhuurder verplicht is om dergelijke persoon, die wenst ingeschreven te worden als kandidaat-huurder, te verwijzen naar het onthaalbureau wanneer de betrokkene: de Belgische nationaliteit heeft maar niet in België geboren is; noch de Belgische nationaliteit, noch de nationaliteit van een van de lidstaten van de EU bezit. Een toegang tot de gegevens "geboorteplaats" en "nationaliteit" stelt de gemachtigden in staat om deze verplichting na te leven zonder dat de betrokkene de nodige attesten moet verzamelen en bezorgen. Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 somt de voorwaarden op waaraan men moet voldoen om als kandidaat-huurder te kunnen ingeschreven worden. Een van de vereisten bestaat erin dat men moet ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters, vermeld in artikel 1, 1, eerste lid, 1, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen. Concreet betekent het dus dat iemand die niet ingeschreven is in de bevolkingsregisters of die is ingeschreven in het wachtregister niet aan de voorwaarden voldoet. Een toegang tot het gegeven "vermelding van het register waarin de personen zijn ingeschreven" laat de gemachtigden toe om deze voorwaarden op een efficiënte wijze te controleren.

Ber RR 41/2007-7/10 Een toegang tot de historiek van het gegeven "nationaliteit" is volgens de aanvrager noodzakelijk omdat het toelaat: gevallen van meervoudige nationaliteit te detecteren; te controleren of er zich tijdens het verhuringsproces geen wijziging van nationaliteit heeft voorgedaan; Het is inderdaad zo dat dit in beide gevallen een invloed kan hebben op de verplichtingen en voorwaarden die de kandidaat-huurder moet in acht nemen. Met het oog op een correcte toepassing van de Vlaamse Wooncode en haar uitvoeringsbesluiten is het dus gepast dat de gemachtigden de historiek van dit gegeven kunnen raadplegen. Samenvattend kan dan ook gesteld worden dat een toegang tot de gegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 2 (geboorteplaats), 4, 10 lid, WRR, evenals tot de historiek van het gegeven vermeld in artikel 3, eerste lid, 4, WRR in overeenstemming is met artikel 4, 1, 3, WVP. C.2. Intern gebruik en/of mededeling aan derden Uit de aanvraag kan afgeleid worden dat de gegevens niet uitsluitend intern zullen gebruikt worden. Er zullen gegevens uitgewisseld worden met de onthaalbureaus en de huizen van het Nederlands via de Kruispuntbank Inburgering. Het comité stelt vast dat artikel 92, 3, van de Vlaamse Wooncode de huurder van een sociale woning verplicht om het inburgeringstraject te volgen voor zover het desbetreffende decreet op hem van toepassing is evenals aan te tonen dat hij bereid is Nederlands te leren. Op het terrein wordt het inburgeringstraject omkaderd door de onthaalbureaus en de huizen van het Nederlands 3. Trouwens het uitvoeringsbesluit van Vlaamse Wooncode van 12 oktober 2007 bepaalt uitdrukkelijk dat er met voornoemde instanties gegevens zullen uitgewisseld worden via de Kruispuntbank Inburgering. Volledigheidshalve wordt aangestipt dat beide categorieën van instanties gemachtigd zijn om het identificatienummer van het Rijksregister te gebruiken 4. Zij ontvangen hun gegevens m.b.t. de personen die onderworpen zijn aan het inburgeringsdecreet trouwens van de gemeenten (artikel 11 van het decreet van 23 februari 2003). 3 Decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 23 februari 2003 betreffende het Vlaamse inburgeringsbeleid 4 Beraadslagingen nrs 22/2004 en 24/2004 van 9 augustus 2004

Ber RR 41/2007-8/10 Gelet op de reglementaire bepalingen ter zake is de mededeling aan de onthaalbureaus en de huizen van het Nederlands aanvaardbaar. C.3. Netwerkverbindingen In de aanvraag wordt gesteld dat er een netwerkverbinding in het vooruitzicht wordt gesteld met de Kruispuntbank Inburgering en dus met de onthaalbureaus en de Huizen van het Nederlands. De Vlaamse Wooncode (artikel 92, 3) stelt het kunnen genieten van een sociale woning afhankelijk van een aantal voorwaarden waaronder het volgen van het inburgeringstraject, wanneer men aan het desbetreffende decreet onderworpen is, en de bereidheid om Nederlands te leren 5. Het decreet van 28 februari 2003 betreffende het Vlaamse inburgeringsbeleid, vertrouwde de praktische uitvoering van dit beleid op het terrein toe aan de Huizen van het Nederlands en de onthaalbureaus. In het licht hiervan bepaalt artikel 6 van het uitvoeringsbesluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 uitdrukkelijk dat een en ander via de Kruispuntbank Inburgering wordt gecontroleerd. Het comité is van oordeel dat, in het licht van de reglementaire bepalingen ter zake, de vooropgestelde netwerkverbinding geoorloofd is. C.4. Overige modaliteiten Gelet op het feit dat de uitbreiding die hier behandeld wordt zich situeert in het kader van het doeleinde waarvoor de initiële machtiging werd verleend, is het gepast dat dezelfde modaliteiten inzake bewaartermijn, de aard van de toegang, de duur van de machtiging en de personen die toegang hebben tot de informatiegegevens en het identificatienummer van toepassing zijn. D VEILIGHEID D.1. Consulent inzake informatieveiligheid en het Informatieveiligheidsbeleid Zowel de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij als de sociale huisvestingsmaatschappijen beschikken over een veiligheidsconsulent m.b.t. dewelke het Sectoraal comité van de Sociale Zekerheid een gunstig advies 6 verleende. 5 Het besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode, werkt die voorwaarden verder uit in de artikelen 15, 16 en 32.

Ber RR 41/2007-9/10 Noch voor de erkende sociale verhuurkantoren noch voor het Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO wordt in de aanvraag uitdrukkelijk van een veiligheidsconsulent gewag gemaakt. Er wordt wel allusie gemaakt op een coördinerende rol die de aanvrager ter zake zal vervullen. Het is echter niet duidelijk of de veiligheidsconsulent van de aanvrager die rol ook daadwerkelijk ten overstaan van de erkende sociale verhuurkantoren en het Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO zal vervullen. Het comité wenst bijgevolg dat er eerst duidelijkheid verschaft wordt m.b.t. de veiligheidsconsulent(en) van de verhuurkantoren en het agentschap RWO. D.2. Veiligheidsbeleid De aanvrager werd bij beslissing van het Beheerscomité van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid opgenomen in het netwerk van de sociale zekerheid, na gunstig advies van het Toezichtscomité (advies nr.02/09 van 16 juli 2002) waarbij zij t.o.v. de sociale huisvestingsmaatschappijen een gelijkaardige rol vervult als deze van de beheersinstellingen van de diverse secundaire netwerken. Dit betekent dat zij over een adequaat veiligheidsbeleid beschikt dat regelmatig wordt getoetst. Er wordt geen informatie verschaft m.b.t. tot het veiligheidsbeleid van de erkende sociale verhuurkantoren en het Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO. Het comité wenst dat daarover nadere informatie wordt verschaft teneinde dit aspect te kunnen appreciëren. OM DEZE REDENEN, het comité breidt de machtiging verleend bij koninklijk besluit van 21 mei 2001 tot regeling van de toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en van het gebruik van het identificatienummer wat betreft de Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen en de door haar erkende sociale huisvestingsmaatschappijen, uit onder de voorwaarden en modaliteiten bepaald in het besluit en deze beraadslaging - tot: a) de erkende sociale verhuurkantoren en het Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO; 6 Advies van het Sectoraal comité van de Sociale Zekerheid nr.06/05 van 7 maart 2006 en nr. 06/16 van 19 september 2006.

Ber RR 41/2007-10/10 b) de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 2 (geboorteplaats), 4, 10 lid, WRR, evenals tot de historiek van het gegeven vermeld in artikel 3, eerste lid, 4, WRR; Deze beraadslaging zal slechts uitwerking krijgen t.o.v. van de erkende sociale verhuurkantoren en het Intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Inspectie RWO nadat aan het comité de nodige stukken en informatie worden bezorgd die toelaten de punten D.1 en D.2. te appreciëren. De Administrateur, De Voorzitter, (get. )Jo Baret (get.) Mireille Salmon