Interpretatiegeschil PO - artikel 13 onder k WMS (beleid t.a.v. uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders)

Vergelijkbare documenten
Interpretatiegeschil PO - artikel 13 onder b WMS (beleid grondslag van de school)

SAMENVATTING. de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Onderwijsgroep A, verzoeker, hierna te noemen de GMR

UITSPRAAK. het bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen het bevoegd gezag

SAMENVATTING Adviesgeschil en interpretatiegeschil PO - artikel 11 onder h WMS (aanstelling of ontslag van de schoolleiding)

UITSPRAAK. de personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad vana te B, verzoeker, hierna te noemen de PMR

Nalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren.

Samenvatting. Interpretatiegeschil PO artikel 11 onder j WMS (beleid m.b.t. toelating van leerlingen)

Samenvatting uitspraak. Interpretatiegeschil VO artikel 10 onder b WMS (wijziging onderwijs- en examenregeling)

SAMENVATTING Instemmingsgeschil PO - artikel 10 onder h WMS (overdracht van de school)

SAMENVATTING. in het geding tussen: de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van A, verzoeker, hierna te noemen de GMR

in het geschil tussen: de medezeggenschapsraad van het A College te B, verzoeker, hierna te noemen de MR gemachtigde: mr. E.J.M.

SAMENVATTING. het bestuur van de Stichting A, gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen het bevoegd gezag gemachtigde: de heer mr.

Het medezeggenschapsreglement mag het aantal aaneengesloten zittingsperiodes in de MR niet beperken. UITSPRAAK

de Personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad van C, te B, verweerder, hierna te noemen de PMR

UITSPRAAK. de personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad van A, gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen de PMR

SAMENVATTING Adviesgeschil PO - artikel 11 onder f WMS ( vaststelling of wijziging beleid m.b.t. organisatie van de school)

Samenvatting. Interpretatiegeschil VO artikel 12 lid 1 onder h WMS (wijziging taakbelasting binnen het personeel)

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van obs A, te G, verzoeker, hierna te noemen de MR gemachtigde: de heer mr. W.D. Berkhout

Sluiting dislocatie valt onder organisatiebeleid en op die grond heeft de MR adviesrecht; PO

SAMENVATTING Instemmingsgeschil VO - artikel 12 lid 1 onder o WMS (regeling aanstellingsbeleid)

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van de A te B, verzoeker, hierna te noemen de MR

UITSPRAAK. het College van Bestuur van A gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen het bevoegd gezag

UITSPRAAK. de deelmedezeggenschapsraad van het A te B, verzoeker, hierna te noemen de DMR gemachtigde: mevrouw mr. J.M.M. Janssen

UITSPRAAK. het bestuur van A, gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen het bevoegd gezag

SAMENVATTING Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO

Instemmingsgeschil VO-artikel 12 lid 1 onder g WMS (toekenning generieke toelage teamleiders)

De tijdelijke waarneming van de directiefunctie dient op verschillende gronden voor advies voorgelegd te worden aan de (P)MR.

SAMENVATTING. de medezeggenschapsraad van de regionale scholengemeenschap A te B, verzoeker, hierna te noemen de MR

SAMENVATTING Instemmingsgeschil PO - artikel 10 onder h WMS (fusie school) en artikel 13 onder b WMS (verandering grondslag school)

UITSPRAAK. de Ondersteuningsplanraad van de Stichting A te F, verzoeker, hierna te noemen de OPR gemachtigde: de heer mr. W.H.

de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van A, verder te noemen de GMR gemachtigde: de heer mr. A. Joosten

108477/ Nalevingsgeschil over verstrekken van informatie en instemmingsgeschil over invoering van de functie van hoofdconciërge.

SAMENVATTING Adviesgeschil PO - artikel 11 onder c WMS (beëindiging werkzaamheden belangrijk deel van de school)

Interpretatiegeschil cao vo. Niet vastgesteld kan worden dat de werkgever artikel 8.1 lid 5 cao vo onjuist heeft toegepast.

UITSPRAAK. de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van A te B, verzoeker, hierna te noemen de GMR gemachtigde: mevrouw mr. M. van Leeuwen-Scheltema

SAMENVATTING. Instemmingsgeschil VO - artikel 12 onder b WMS (vaststelling of wijziging van de samenstelling van de formatie)

SAMENVATTING Instemmingsgeschil VO - artikel 10 onder h WMS (overdracht van de school of een onderdeel daarvan)

Adviesgeschil over het ontslag van een schoolleider, na mediation. UITSPRAAK

UITSPRAAK / uitspraak d.d. 26 februari 2018 pagina 1 van 6

Adviesgeschil en instemmingsgeschillen PO - artikel 11 onder c WMS (beëindiging werkzaamheden belangrijk deel van de school)

SAMENVATTING. de medezeggenschapsraad van de Hogeschool A te C, verzoeker, hierna te noemen de MR gemachtigde: mr. L.C.J.

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO

Interpretatiegeschil bevoegdheid GV en SR m.b.t. toelatingseis aansluitende masteropleidingen in model-oer WO

de Centrale medezeggenschapsraad van A, gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen de CMR gemachtigde: mr. J.L.J.E. Koster

UITSPRAAK. de deelraad van [school], gevestigd te [vestigingsplaats], verzoeker, hierna te noemen de DR gemachtigde: de heer mr. M.H.

Samenvatting. Interpretatiegeschil VO artikel 12 WMS (beleid met betrekking tot invoering LC-functies)

UITSPRAAK. de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad voortgezet onderwijs van A, verder te noemen de GMR

SAMENVATTING. de medezeggenschapsraad van het X College te B, verzoeker, hierna te noemen de MR

Samenvatting uitspraak

SAMENVATTING. in het geding tussen: de medezeggenschapsraad van de Hogeschool A, verzoeker, hierna te noemen de MR

beschikking GERECHTSHOF AMSTERDAM ONDERNEMINGSKAMER zaaknummer: /01 0K beschikking van de Ondernemingskamer van 13juli 2015 inzake

Fusievoorstel afgewezen vanwege belang handhaving enige school in het dorp; PO

UITSPRAAK. in het geschil tussen: het College van bestuur van het ROC A te B, hierna te noemen het bevoegd gezag

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.

SAMENVATTING Instemmingsgeschil V(S)O - artikel 10 onder h WMS (overdracht van de school en fusie-effectrapportage)

SAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M.

Interpretatiegeschil VO artikel 41 lid 1 en 2 WMS (vaststelling nieuw medezeggenschapsreglement)

SAMENVATTING Adviesgeschil PO - Artikel 11 onder h Wms (benoeming schoolleiding)

S A ME NV AT T I NG UIT S P R AA K

De Landelijke geschillencommissie medezeggenschap onderwijs (mr. Ch. H. Stokman-Prins, mr. drs. F.H.J.G. Brekelmans, drs. Th.A.J.

het College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

Samenvatting uitspraak. Instemmingsgeschil PO verdeling/besteding van budget voor Personeel- en arbeidsmarktbeleid

108585/ Nalevingsgeschillen bevoegd gezag en (O)MR over rechtsgeldigheid (P)MR, MRverkiezingen UITSPRAAK

geschil over toelating leerling. Het conflictueuze verleden met de moeder is nu geen grond om de leerling niet toe te laten tot de school.

SAMENVATTING U I T S P R A AK

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen het bevoegd gezag

Geschil over toelating leerling. De school heeft onvoldoende invulling gegeven aan haar onderzoeksplicht. ADVIES

SAMENVATTING U I T S P R A AK

hebben klagers op grond van de geldende klachtenregeling een klacht tegen verweerster ingediend met de volgende inhoud:

Geschil over verwijdering. Het geschil over terugplaatsing naar 3 havo is ontvankelijk omdat dit in feite neerkomt op verwijdering.

ADVIES. de heer B, bestuurder van schoolbestuur C, organisatie voor openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs (verder: C) te D, verweerder,

Medezeggenschapsraad Informatie

SAMENVATTING. het bestuur van de A, gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. de [naam verzoeker] van de Stichting [naam stichting], verzoeker, hierna te noemen de GMR gemachtigde: de heer mr. W.H.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het E, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van Stichting C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. W. Brussee

De aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te G, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. G.M.

SAMENVATTING UITSPRAAK

SAMENVATTING. de Personeelsgeleding van de Medezeggenschapsraad van het B, hierna te noemen de PMR

De verwijdering is redelijk is omdat de school niet meer kan voorzien in de ondersteuningsbehoefte van de leerling ADVIES

ADVIES. de Stichting C, gevestigd te B-Zuidoost, het bevoegd gezag van de C (de school), te B Zuidoost, verweerder

SAMENVATTING UITSPRAAK. A, B, C, D, E, F, G, werknemers van ROC H, gevestigd te I, verzoekers, hierna te noemen de werknemers gemachtigde: de heer J

de Hogeschoolmedezeggenschapsraad van A, verweerder, hierna te noemen de HMR

SAMENVATTING t/m , t/m en Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; VO

SAMENVATTING Klacht over medewerking aan AMK-onderzoek; PO

Samenvatting uitspraak

UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen

ADVIES. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, verzoeker, C, gevestigd te B, het bevoegd gezag van basisschool D te B, verweerder

UITSPRAAK. [Bestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever

het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

ADVIES. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, verzoekster, gemachtigde: de heer mr. H.J. Stuyt

UITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A

ADVIES. [verzoekster], wonende te [woonplaats], moeder van [de leerling], verzoekster, gemachtigde: [naam gemachtigde]

SAMENVATTING UITSPRAAK

Inleiding Universiteiten Hogescholen Beroep bij de Ondernemingskamer

SAMENVATTING Klacht over informatieverstrekking, ontoereikend veiligheidsbeleid en niet adequate begeleiding; SO

Transcriptie:

104466 - Interpretatiegeschil PO - artikel 13 onder k WMS (beleid t.a.v. uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders) Naar aanleiding van de start van een nieuwe school voor voortgezet onderwijs in de regio, is tussen de GMR en het bevoegd gezag een verschil van mening ontstaan over de vraag of het beleid van de school om ten aanzien van het vervolgonderwijs de voorlichting te beperken tot één school voor voortgezet onderwijs, ter instemming aan de oudergeleding van de GMR moet worden voorgelegd. Het bevoegd gezag staat vanuit zijn protestants christelijke identiteit reeds een lange periode voor dat de leerlingen zich voor vervolgonderwijs na de basisschool aanmelden bij een specifiek genoemde school. Het blijkt een bestendige praktijk die als beleid van het bevoegd gezag gekenschetst kan worden. Het bevoegd gezag zag door omstandigheden de noodzaak het reeds vaststaande beleid bij de scholen in herinnering te brengen, waarbij tot een scherpere omschrijving van dit beleid is gekomen. Van het toevoegen van wezenlijke nieuwe onderdelen of van inhoudelijke veranderingen in dit beleid, was geen sprake. De beslissing van het bevoegd gezag kan niet worden aangemerkt als de vaststelling of wijziging van beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders) zoals genoemd in artikel 13 onder k WMS. Indien de GMR nieuw beleid wenst, kan hij voor dat doel gebruik maken van het in artikel 6 lid 2 WMS opgenomen recht een voorstel aan het bevoegd gezag te doen. 104466 in het geding tussen: UITSPRAAK de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad A, verzoeker, hierna te noemen de GMR gemachtigde: mr. W.D. Berkhout en het College van Bestuur van B, gevestigd te C, verweerder, hierna te noemen het bevoegd gezag gemachtigde: mr. G.C. Boellaard-Hovius 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij verzoekschrift met bijlagen van 10 februari 2010, ingekomen op 11 februari 2010 heeft de GMR een interpretatiegeschil aan de Commissie voorgelegd met betrekking tot de aangelegenheid vaststelling of wijziging van het beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders, als genoemd in artikel 24 onder i van het voor de school geldende medezeggenschapsreglement, dat gelijkluidend is aan artikel 13 onder k Wet medezeggenschap op scholen (WMS). Het bevoegd gezag heeft een verweerschrift met bijlagen ingediend, ingekomen op 24 maart 2010. De mondelinge behandeling vond plaats op 16 april 2010. De GMR werd vertegenwoordigd door D, secretaris GMR, bijgestaan door zijn gemachtigde. Het bevoegd gezag werd vertegenwoordigd door E, bovenschools manager, bijgestaan door zijn gemachtigde. De GMR heeft een pleitnotitie met bijlage overgelegd. Ter zitting heeft de Commissie het bevoegd gezag verzocht nadere gegevens te verstrekken. Pagina 1 van 5

Het bevoegd gezag heeft dit per brief met bijlagen van 20 april 2010 gedaan. De GMR heeft hierop per e-mail van 21 april 2010 gereageerd. 2. DE FEITEN B houdt zeven basisscholen in stand. Van oudsher zet het overgrote deel van de leerlingen van de scholen van het bevoegd gezag na het voltooien van de basisschool de opleiding voort op de Christelijke Scholengemeenschap F. In augustus 2008 is in de regio B een nieuwe school voor evangelisch voortgezet onderwijs - genaamd G - van start gegaan. Naar aanleiding van deze start heeft de GMR op 28 maart 2008 de centrale directie B een brief geschreven waarin verzocht wordt om in de toekomst een tweesporenbeleid te voeren met betrekking tot de voorlichtingsavonden op de basisscholen. De voorlichtingsavonden zouden volgens de GMR door zowel F als B moeten worden verzorgd. Ook is door de GMR verzocht de schoolgidsen aan te passen en daarin ook informatie over B op te nemen. Op 21 mei 2008 heeft het bevoegd gezag besloten de voorlichting door de basisscholen zelf te laten verzorgen, zonder deelname van scholen voor voortgezet onderwijs. Daarbij is ook door het bevoegd gezag aangegeven dat F voor B de natuurlijke partner is en dat men ervan uitgaat dat de kinderen daar het vervolgonderwijs zullen volgen. Op verzoek van ouders kan worden gewezen op voorlichtingsavonden op andere scholen. De GMR heeft op deze brief bij brief van 8 september 2008 gereageerd en aangegeven zich niet te kunnen verenigen met de strekking van dit besluit. Bij bestuursbesluit van 28 januari 2009 heeft het bevoegd gezag het besluit van 21 mei 2008 nader vastgesteld. In het besluit is een vijftal punten opgenomen, namelijk: 1 Voorlichting over (vormen van) voortgezet onderwijs in algemene zin aan ouders van de leerlingen van groep 8 wordt gegeven door en op elke school, zonder deelname van vertegenwoordigers van scholen voor voortgezet onderwijs. 2 In de voorlichting wordt duidelijk aangegeven dat F vanuit de protestants christelijke identiteit van PCPO onze natuurlijke partner is en dat we er van uitgaan dat de kinderen daar het onderwijs zullen vervolgen. 3 Met name wordt gewezen op de voorlichtingsmomenten van F die speciaal voor onze scholen zullen worden gehouden. 4. Natuurlijk ligt de keuzevrijheid bij de ouders en op hun verzoek kan gewezen worden op voorlichtingsmomenten van X, B, Y, Z, enz. PCPO stelt zich passief/welwillend op als het gaat om verwijzing naar deze scholen. 5. Ouders krijgen via de school inschrijfformulieren van F uitgereikt. Slechts op hun verzoek wordt een inschrijfformulier van een andere school aangeboden. De GMR heeft per brief van 24 februari 2009 aangegeven zich niet met dit besluit te kunnen verenigen. Daarbij heeft de GMR aangegeven van oordeel te zijn dat sprake is van een beleidswijziging die instemmingsrecht van de oudergeleding van de GMR behoeft. Bij brief van 24 februari 2009 heeft de centrale directie aangeven dat de beleidsuitspraak met betrekking tot voorlichting voor scholen van voorgezet onderwijs al jarenlang uitgangspunt is voor de contacten van PCPO met scholen voor voortgezet onderwijs. Hierop hebben partijen bij gemachtigden enige malen overleg gevoerd over voornoemd beleid. In een overlegvergadering van 26 oktober 2009 is geconstateerd dat partijen over het beleid met betrekking tot voorlichting voor scholen van voorgezet onderwijs geen overeenstemming bereiken. Vervolgens heeft de GMR per e-mail van 28 oktober 2009 een voorstel tot arbitrage aan het bevoegd gezag gedaan, hetgeen door de centrale directie bij e-mail van dezelfde datum is afgewezen. Hierop heeft de GMR het interpretatiegeschil aan de Commissie voorgelegd. Pagina 2 van 5

3. HET STANDPUNT VAN DE GMR De GMR voert aan dat onder vaststelling of wijziging van het beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders zoals genoemd in artikel 13 onder k WMS valt een besluit als door het bestuur genomen op 28 januari 2009. Er is immers sprake van bestaand beleid waarin een wijziging wordt aangebracht. Omdat het een aangelegenheid betreft die van gemeenschappelijk belang is voor alle scholen, heeft de oudergeleding van de GMR instemmingsrecht op dit besluit. Er is geen algemeen beleid met betrekking tot de uitwisseling van informatie tussen het bevoegd gezag en de ouders waarbinnen het besluit van het bevoegd gezag past. Van bestendig strategisch beleid op dit punt is evenmin gebleken. Hiermee heeft het onderhavige besluit het karakter van een besluit waarvoor de instemming van de medezeggenschapsraad moet worden gevraagd. Als er geen algemeen of bestendig strategisch beleid is, is elke wijziging van feitelijk beleid instemmings- of adviesplichtig. Als het bevoegd gezag stelt dat sprake is van voortzetting van bestaand beleid, dient het aan te tonen dat bij de vaststelling van dat beleid ooit het advies of de instemming van de medezeggenschapsraad is gevraagd. 4. HET STANDPUNT VAN HET BEVOEGD GEZAG Het bevoegd gezag voert aan dat er geen sprake is van een interpretatiegeschil gezien het al jarenlang gevoerd beleid waarin niets is gewijzigd. Voorts dateert het besluit van het bevoegd gezag van begin 2009 zodat de termijn voor behandeling van het geschil is verstreken. De GMR tracht het besluit tot een interpretatiegeschil te herdefiniëren. Dit is een oneigenlijk gebruik van de bepalingen. In verband met de opening van een nieuwe school is door de GMR aan het bestuur gevraagd om het bestaande beleid aan te passen. Dit is echter niet gebeurd; het bestaande beleid wordt ongewijzigd gehandhaafd. Artikel 13 onder k WMS betreft de vaststelling of wijziging van beleid, niet de handhaving van beleid. Meer inhoudelijk voert het bevoegd gezag aan dat het beleid al gangbaar is vanaf de jaren vijftig. Er is sprake van natuurlijk partnerschap met F. Het beleid met betrekking tot voorlichting is vastgelegd in een beleidsmap. Omdat de geldende afspraken niet door alle directeuren van de scholen van het PCPO werden nagekomen zijn de afspraken in de beslissing van 21 mei 2008 (nader vastgesteld op 28 januari 2009) weer in herinnering geroepen. Dit handhaven van het beleid kan niet worden gezien als een feitelijke beleidswijziging. Tot slot voert het bevoegd gezag aan dat het niet zo is dat voor ieder beleid een instemming of advies van de medezeggenschapsgeleding aanwezig moet zijn. 5. OORDEEL VAN DE COMMISSIE De bevoegdheid van de Commissie en de ontvankelijkheid van het verzoek Op grond van artikel 31 aanhef en onder d WMS is de Commissie bevoegd van het geschil kennis te nemen indien het bevoegd gezag en de oudergeleding van mening verschillen over de interpretatie van het bepaalde bij of krachtens de WMS dan wel het bepaalde in het medezeggenschapsreglement. Partijen verschillen van mening over de vraag of sprake is van een vaststelling of wijziging van het beleid aangaande voorlichting van ouders over vervolgonderwijs voor hun kinderen waarvoor de oudergeleding instemmingsrecht heeft. Op grond van artikel 24 onder i van het reglement van de GMR, dat gelijkluidend is aan artikel 13 onder k WMS, heeft het ouders/leerlingendeel van de GMR instemmingsrecht ten aanzien van een voorgenomen besluit tot vaststelling of wijziging van de uitwisseling van informatie tussen het bevoegd gezag en de ouders. Pagina 3 van 5

De Commissie is van oordeel dat de voorlichting aan de ouders over het vervolgonderwijs de uitwisseling van informatie als bedoeld in artikel 13 onder k WMS betreft. Aangezien partijen van mening verschillen over de vraag of het besluit van het bevoegd gezag van 28 januari 2009 dient te worden aangemerkt als een wijziging van het beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie, is er sprake van een geschil over de interpretatie van artikel 13 onder k WMS. Dientengevolge is de Commissie bevoegd van het geschil kennis te nemen. Voor het indienen van een interpretatiegeschil is in de WMS geen termijn gesteld. Voor zover het bevoegd gezag bepleit dat de GMR door het tijdsverloop redelijkerwijze niet meer ontvangen kan worden in zijn verzoek overweegt de Commissie dat, als al sprake zou zijn van het toepassen van een dergelijke norm, partijen na de bestuursbeslissing van 28 januari 2009 met een zekere regelmaat met elkaar in gesprek zijn gebleven over deze beslissing. Aldus heeft het bevoegd gezag redelijkerwijze niet de conclusie kunnen trekken dat de GMR zich bij zijn beslissing neer heeft gelegd of afzag van verdere maatregelen, zodat ook in dat geval niet geoordeeld kan worden dat de GMR zijn verzoek niet tijdig heeft ingediend. Derhalve acht de Commissie het verzoek van de GMR ontvankelijk. Het toetsingskader Op grond van artikel 35 WMS dient de Commissie bindend uitspraak te doen over de vraag welke interpretatie aan het bepaalde bij of krachtens de WMS dan wel het medezeggenschapsreglement dient te worden gegeven. Dit betekent voor dit geschil dat de Commissie zich dient uit te spreken over de interpretatie van artikel 13 onder k WMS, meer bepaald of het besluit van het bevoegd gezag van 28 januari 2009 neerkomt op de vaststelling of wijziging van het beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders, waarvoor het ouders/leerlingendeel instemmingsrecht heeft. De interpretatie De Commissie overweegt dat uit de stukken en het ter zitting verhandelde gebleken is dat het bevoegd gezag vanuit zijn protestants christelijke identiteit reeds een lange periode, die tientallen jaren bestrijkt, voorstaat dat zijn leerlingen zich voor vervolgonderwijs na de basisschool aanmelden bij F. Het bevoegd gezag draagt deze visie uit, in beleidsdocumenten van PCPO wordt deze praktijk verwoord en in de schoolgidsen van de scholen van PCPO Rijssen wordt ook aandacht besteed aan het partnerschap met F. De Commissie is van oordeel dat uit dit geheel een bestendige praktijk blijkt die als beleid van PCPO gekenschetst kan worden. Het argument dat dit beleid ooit voor advies of instemming aan de GMR had moeten worden voorgelegd, kan naar het oordeel van de Commissie, gezien het feit dat het gaat om een in de praktijk gegroeide situatie, geen afbreuk doen aan het feit dat er thans sprake is van vaststaand beleid. Uit de stukken en het ter zitting verhandelde is de Commissie voorts gebleken dat voornoemd beleid in de praktijk niet door elke school even consequent uitgevoerd werd. Dit tezamen met de stichting van de nieuwe school B heeft er toe geleid dat het bevoegd gezag de noodzaak zag het reeds vaststaande beleid bij de scholen in herinnering te brengen, waarbij tot een scherpere omschrijving van dit beleid is gekomen. Echter, van het toevoegen van wezenlijke nieuwe onderdelen of van inhoudelijke veranderingen in dit beleid, was geen sprake. Onder deze omstandigheden is de Commissie van oordeel dat het bevoegd gezag niet is overgegaan tot de vaststelling of wijziging van het beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders. Pagina 4 van 5

Aldus kan de beslissing van het bevoegd gezag van 28 januari 2009 niet worden aangemerkt als de vaststelling of wijziging van beleid zoals genoemd in artikel 13 onder k WMS. Overigens merkt de Commissie op dat indien de GMR naar aanleiding van de gewijzigde omstandigheden, bijvoorbeeld zoals hier aan de orde waren, nieuw beleid wenst, hij voor dat doel gebruik zou kunnen maken van het in artikel 6 lid 2 WMS opgenomen recht een voorstel aan het bevoegd gezag te doen. 6. UITSPRAAK Op grond van bovenstaande overwegingen oordeelt de Commissie dat de beslissing van het bevoegd gezag van 28 januari 2009 niet kan worden aangemerkt als de vaststelling of wijziging van het beleid ten aanzien van de uitwisseling van informatie tussen bevoegd gezag en ouders, als genoemd in artikel 13 onder k WMS. Aldus gedaan te Utrecht op 4 juni 2010 door prof. mr. I.P. Asscher-Vonk, voorzitter, drs. K.A. Kool en prof. mr. D. Mentink, leden, in aanwezigheid van mr. J.A. Breunesse, secretaris. prof. mr. I.P. Asscher-Vonk voorzitter mr. J.A. Breunesse secretaris Tegen deze uitspraak staat op grond van artikel 36 lid 3 WMS beroep open bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam. Het beroep wordt ingediend binnen een maand nadat het bevoegd gezag dan wel de MR van de uitspraak op de hoogte is gesteld. Op grond van artikel 36 lid 4 WMS kan het beroep uitsluitend worden ingesteld ter zake dat de Commissie een onjuiste toepassing heeft gegeven aan het bepaalde in de wet. Pagina 5 van 5